AlKmaarsche Gourant Vulpentiouders. Zweedsche gewoonte. N.V. Boek-.en Handelsdrukkerij v.h. Herms, COSTER ZOON, Voordam G 9, ALKMAAR. FEUILLETON. In verkeerde sohoenei. Honderd Vijf en Twlntlgste Jaaigang, Woensdag 10 October. Onoto Swan Watermani ProTiwciaal Nieuws No 288. Met het oog op de stagnatie in den Post- cheque- en Girodienst wordt beleeid ver- zocht, zoolang deze dienst niet normaal werkt, geen betalingen op onze postreke- ning te doen, doch deze per postwissel aan ons over te maken. DIEN1STPLIGHT. BeUndimking van uhspraken tn zake vrijstelling. De BURGEMEESTER van ALKMAAR farengt tier atgemeene kennis, <$at omtrent de aanvrage oirn vrijstelling van den dienst- plicht wegens ©piddling tat een GEESTELIJIK AiMBT betreffende den hieronder genoem- den persoon, de uiitspraak is geschied, achter ma naam venneld. BESTEMANi, Mi. J., HSdUtfiog 1017, voor 1 jaar vrij gestePdL Tegen deze uitspraiak kan binnen Een da- gen na den dag dezer bekendlmaking ami be- roep Worden gekomen door: a. den ingeschrevene, wien de uitspraak geldt, ol door diens wettigen ventegenwoordi- ger; b. door elk der overage voor deze gemeente voor dezelfde IWiting ingeschrevan personen of door diens wettigen vertegenwoordiger. Het verzoekschrift, diaartoe aan1 de Konin- ging te rich ten, moet met redemen zijn om- kleed en wordien ingeddecd Ibij den Burge- meester, ter secretane dezer gemeenite, afdiee- ling Mfliltairie Zaiken, die voor de doorzending aorgt. Alkmaar, 9 October 1923. De Burgemeester vooxnoentldl, WENIDEL'AAR. GEVONDEN VOORWERPEN. Aanwezig aan bet Bureau van politic, Langestraat en aldaar te bevragen op alle werkdagen tusscben 11 en 1 uur, de navol- gende voorwerpen als gevonden gedepo- neerd op: 6, 7 en 8 October 1923. Ledige portemonnaie; sleutel1 van pefro- leumwagen; paar gymnastiekschoenen; kin- dertaschje; paspoort, ten name van J. J. Hoekmeijer; portefeuille; grijze band; cein- tuur; ceintuur; sleutel; sleutel; slangarm- band; zwarte vrouwenzak met inhoud; bont; motornummerplaat G-10267; (de navolgen- die voorwerpen warden in de ingestorte schuit aan de Kanaalkade gevonden: dia- ineshoed; kindermuts; baret; defecte gouden bril. Aanwezig en te bevragen bij de navol- gende ingezetenen, onderstaandfe voorwer pen, als gvonden aangegeven op 6, 7, en 8 October 1923. A. R. de Jong, Nieuwesloot, tasohje: E. Preijer, Langestraat, Pantoffel; Hendriks, Druivenlaan 34, zier" in de stad van Thorwatosen. Moot pledzierl Geef me even je koele, mooie band anders houd ik bet niet meet uit. Zoo el- lendig ia bet me op reds nog nooiit te moede geweest. Traag glijden de uren voort ik sleep me als bet ware door de dagen been, die me nog van Berlijn schdidlen. En papa schljnt bet zoo beet bebaaglijk tc vinden. De bezichtiging aan Tborwalldlsen, Rosen borg, Nij-Karlsborg Glyptothek de streek iiHKarisn..0 aan de Sond wordt als een1 oud stuk i heerlijk. Op den terugwcg was de stoombooi het niet, of deed ten minste zoo. Toch was de dag boven alle bescihHjving erliik. Oo den terusrwcn was de stoomboot caoutchouc zooveell mogelijk gerekt, zood'at ik ten slotte van natuur en kuinst meer dan ge- noeg heb. Papa w§ allies tot in da kteiinstlei bijzondfer- heden zien, bet progratnmia meet stipt afge- daan worden. En dlat moet ik nog vijf dagen uithouderi I Nu tellen. 'a Morgens om negen uur ontbijt tot ball elf. Daartia garni we wat bezichti- gen ofmi aken een watcrtocbtje. Om twee uur middageten tot 4. Een ulir pauze. Papa gaat rusten en ik ben totaal ziek van verveling bepaald apathlsch. Om half zes taffiedrin- ken, daarnai een wandeling, om negen uur avondeten, dan weer, koffie of Zweedsche punch. Den eersten avond1 beb ik hiervan veel te veel gedronken, dat goed smaakt nar melijk zoo heerlijk zoeh Qm elf uur's avondis naar bet hotel. De lucbt bekomit me uitste- kend, maar bij dit leven word je bijna gek. We hebben wel een paar kennissien: sidhe hheren, handelsvrienden van mijn vader ook eentige aardige er onder. Ik beb ook een Zweed leeren kennen1, die me bijna met deze afsdiuwelijke reds verzoent. We hebben met den inferessanten mijnheer Hansson pp een eebt alledaagsdie manier kennis gemaakt We zaten in het Regattapaviljoen, dhontai koffie, w'aaTbij ik biscuits knabbelde; daar kwami een: groote slanke man aan, fireerde' me ik bloosde, waarovcr ik me nu nog erger daarna naimi bij zijn hoed1 af en vroeg, of bij aan ons tafeltje mocbt tauten zitten. Zoo kwamen we in een' levendig disoours. Met papa sprak bij1 over aquavit en Zweed- sdie punch, met mij over Thorwaldsen, Rem brandt* Ibsen en aardbeien, die hier in die Deensche boofds'ad biji massafs to kirtj'gen zijn. Morgen will bij met ons naar Heisingor gaan. Zijn naam is Axel1. Erg bijzondter een romannaam. Vele kussen je zidb toch vervelende Elsa. ite. 't Verwondert me alleen, dat de y kon woraen. ische vrouwen daar niets tegen hebben. I lk took een misnoegd, gezicht. Dat bad uit- Dat is gewwuweg v. rechrikkelijk en hoe kan werking. Bexouwvol vroeg hij: „Juffrouw een jonn meisje dan wtten, of een man omge- Elsa dien naam schijnt hij heel mooi te tronwd is vinderq bij spreekt bem zoo dikwijls en zoo Of mijnheer Hansson getrouwd la? Dat i eigenaardig uit „jufirouw Elsa, bent u zoo maar vragen kan je toch niet I Ik mankte .dan zoo erg gevoelig, dat mijn onscbuldiige nu en dan een toespeling, maar hij begreep opmerkkg u zo6 hinder*?" Heel ernstig antwoordde ik, dat men met de beilligbeid der kerk geen grap moest ma- 'ken, en ik het aanstaande voor jaar in deze kerk werkelijk zou. trouwen. Die krij; bielp. Mannen zijn toch zoo dom, ze intelldgentsto. Hij bad toch moeten opletten, dat ik geen verlovingsring aan beb. Maar bij schrikte geweldig. „Bient u dan verloofd?" stootte bij nit en keek me met zijn groote, staalblauwe oogen z66 vreemd aan, dat ik er heelemaal warm: van werd. Maar ik kende geen medelijden, geen vergiffenis. „Ik ga trouwen", bernarn ik ijstaud. „Met wien?" vroeg hij haastig. „Mdt een aardig jongm'ensch." Nlu trok hii een misnoegd gezicht. Jammer I zei bij zacbtjes als tot zelf. Sedert dat oogenblik marttel ik mijn berse- nen. Wat wilde bij met dat „jammer!" zeg- damestasch met inhoud; S. Trijbetz, Magdalenenstraat, bankbiljet; H. Hout, Geest 32, defect da- meshorloge; F.Porck, Verlengde Land- straat, huissleutel; J. G. Gerritsen, Hulst- 6traat 6, zilveren damesarmbandhorloge; J. Mak, Hofstraat, dasje; E. ten Pas, Stuart- straat 17, rijwiellantaarn; S. M. Spruyt, Langestraat 91, alpacca beursje; C. Ruiter, Bergerweg 40, heerenparapluie; D. Poland, Huigendijk 6 (Oudorp) portemonnaie met inhoud; M. de Gooijer, Stuartstraat 23, zil veren broche; twee ceintuurs; H. Janssen, Nieuwpoortslaan 155, koralen beursje met inhoud; B. Termaat, Bloemstraat 25, porte monnaie met inhoud1; C. op de Weeg, Dijk 19, zilveren beursje met inhoud; T. Knecht, Stuartstraat 15, parapl'uie; N. Bosnian, Baansingel, tramabonnement; F. Licher, Luttik-Oudorp 45, parapluie; J. de Boer, Eendracbtstraat 3, verm, goudendamesarm- bandborloge; N. Plas, Magdalenenstraat 15, zwarte portemonnaie met inhoud. Warmeer men wedter in het bezit is van het verloren voorwerp, wordt men verzocht hiervan kennis te geven aan het Bureau van politie. Geautoriscerde vertaling van1 S. V. door JULIUS KNOPF. K'Openliagen, den 15en Augustus. Lieve Erna! Je bebt me om mijn rels naar bet 'Noortfen benijd en ik, die xne zoo kindlerlijk er op vei> hieugd beb, ik ziit nu bier te treuren. Je kan je niet vcorstellen, boa eenzaam bet is, met1 mijn ouden, preciesen vader op reis to zijn. Wat beb ik aan zijn g^'d, als het mie geen gmot verschaft; wat aan zijn goedbeid, als die me verveelt! Niu blijven we al ach't dlagen „voor plei- stampvau. Het was ook wat koud, waarom wij1 tamelijk dicht bij elkaar zaten. Dat was warm. Ja, het zou allemaal prachtig zijn, als ik bet maar met zekmbeid wist. Getrouwd1 of niet getrouwd, dat is nu de vraag. Hartelijk gegroet en gekust van Je door twyfd gepijlnigde Elsa Kopenbagen, 17 Augualtus. Lleve E rna I Je bent zeker verwonderd, dat ik je nu zoo dikwijls schrijf. Maar je bent de eenige, bij wie ik inijn gepijnigd hart mag uitstorten en daarom stort -ik bet dan ook uit. Het is me een behoefte je mdt mijn 'brieven te vervellen, die een eoort gemoedsdagboek voorstellen. Mijn verveling is voorbij, mijn gemocdsrust Ook, want ik beb er mijn zinnen op gezet, te weten te komeni, of mijnlieer Hansson reeds een gelukkig echtgenoot is. Je haalt je schou- ders op en denkt, dbt ik verbefd1 ben. O neen, lieve, niet dat ik weet! Dat zou de beroemde liefde op tfen eersten1 blik zijn, die slecbts in de hoofden van bakvisschen spookt. 'Het is maar een sport voor mij", de waar- heid omtrent mijnheer Hansson te d'oorgron- den. Mijn verStand zegt: bij is niet getrouwd. Dat zekere iets van aen1 getrouwdcn man beeft bij niet, Mijn instinct echter beeft ont- dekt, dat hij onder de pantoffel is. Wie van beide beeft er nu gelijk'boofd1 of zidl? Van bet voortdurend denken' er over word ik nog zwaarmoedig. Zelfs, toen ik vandaag een portie kaviaar gebruikt, had ik geen gevoel voor die anders door mij zoo geliefde delica- tesse door de gedachte aan1 dat groote pro- bleem. Voordat ik er op verdacht was, had ik mijn beerlijke portie kaviaar opgegeten, zoo- dat ik nog een halve portie bestelde, die ik echter met verstand opat. Vandaag is het weer wanbopig. Maar mor gen haalt mijinbeer Hansson ons af. Hartelijk gegroet, je zicb merkwaardig voelendle Elsa P. 9. Mijnheer Hansson is margamefahrl- kant in Gotbienburg en een vermogend en zeer respectabel man. Dat vertelt papa me zoo- even, die het van een kennis weet. Het be- langrijkste, of mijnheer Hansson getrouwd is, dialt zei papa me nilet en ik geneerde me, hem er naar fe vragen. Waarscbijnlijk weet zicb- Kopenbagen, 16. Augustua, 'a nacbte. Lieve Erna, Ik kan onmogelijk slapen. Zou dat van die twee kopjes koffie komen, die ik van avond gedronken beb of van die onuitwiscb- bare indrukken van den dag? Ik zali ze je e vertellen. Om acht uur vanmorgen stoomden 1 prpa het zeif niet. Alleen moeders stellcn in we al uit de haven. Mijnheer Axel ik be- zp° icts belang. Hoe zou zijn_ vrouw er uit- doel mijnheer Hansson babble ons in betzien? Zou ze blond en slant zijn, zooals alle hotel af. Het was een prachtige vaart langs 1 Zweedschen, die ik tot hu toe aansdxouwde? - - - Nogmaala gegroiat je Elsa. gen? Jammer, dat hij getrouwd is, of jam mer, dat !ik verloofd ben? Op bet eilandje Ibveen kreeg ik dus geen zekerheid. De rest van den dag sprak bij1 niet veel. Zijn zwijgen scheen me echter zeer wel- sprebend, want het zei me, dat ik indruk op hem gemaakt beb. Ik had ten slotte medelijden met hem. Bij helfc afscheid nemen keek' ik hem lang aan en fluisterde: „Ik ben toch niet verloofd 1" Een twee, drie had ik een paar kus sen gekregen. Tot mijn spijt maar handkus- dorus Dekker, weduwnaar van Cornelia Alt I da Obdam, eerder van Geertje Dekker, en Ca- tharina Groot, weduwe van Reinier Klever- l laan. Premiebouw: Bij beschikklng van den i Minister van Arbeid van 5 October 1.1. zijn aan de hieronder genoemde gemeenten bijdra- I gen uit's Rijks kas toegezegd voor het ver- leenen van steun aan de particuliere bouwnij- verheid. Alkmaar, 3900/ Schaaf en Stegerhoelc. voor 13 wonlngen Fa Castricum, 300- Koedijk 300 en Si» i voor 1 woning J'b. de Nijs. voor een woning J. Wit. UIT ZUID-SCHARWOUDE. Ondertrouwd: Hendricus van Kleel Margaretha, Catharina Jacoba Oeljee. - mon van Diepen en Elisabeth Kramer. Adolf Bake, weduwnaar van Maria Philip- sen en Maria Mulder, weduwe van George Wilhelmus Jacet. Arend de Ruiter, weduw naar van Mina Maria Andringa en Neeltja Rot Qehawd: Hendricus van Kleef en Marga' sen. O, als Axeli eena niet getrouwd is! Hoe ret]ia Catharina Jacoba Oeljee word ik dat gewaar. I nrinren: Catharina Elisabetl gewaar. Velle groeten van je nog heusch zwaarmoedig wordrnde Elsa. Naar b$> Ebgslsch, donr Berta Ruck. 88) Iedere vrouw kon trotscb zijn aan hem toe te behooren; Philippa of iedere andere! En de toy '1 bracbt ons naar Passy en1 naar baar. Terwijl bij zijn wang streelde tegen mijn hand, viel hij plotseling nit, vroolijk als een school jongen ,Zeg, lieveling is bet niet heerlijk dat wij elkaar ontmoet hebben? Rose, weet je wat?' „He{ Minkt vreeseilijk gek om het te zeg- gen, maar bet is waar. Je bent het." Wcit t>6n ife?" Hij lacbte teeder en tri'omfantelijk, toen bij1 zei: „Je begint vreeselijk verliefd op mij te wor den." „Dat ben ik niet. Dat ben ik niet!" riep 'ik heftig. En ik trok otijn hand weg. „Ik ben nooit „Neen, ben je bet niet? Waicbt maar! Ja, je bent het al „Ja, ck ben het Een rufc van de taxi: wtiferp mij plotseling tegen George aan, juist zooals die andere bonzende taxi mij1 op Philippa's schoot had gewonpen den eersten toear dial wij elkaar haddien onimoet. Klampenborg, Stadsberg en al de badpiaats- jes de Sond. Die oevers met beukenbos- schen, al die sierlijta villa's en iirotsche bo- tels, voor een deel heerlijk dicht bijl het waten j andere op de zachte heuvelb tusscben1 bet mooie groen coquet te voorscbijn tamend. Erna, mijn aesthetiscb oog bad een feestdag. De bteeren rookten bun sigareu. Mijnheer Hansson liefst viiar stuks. De vaart ging veel te gauw voorbij. V'an Helsingborg uit wandelden we naar Slot Kronberg. Papa bidd een verhandding over Shakesppeare en Hamlet. Ik luisterde half en bekeek liever bet praCbtige natuurtafereel voor me. De blauwe Sond!, met de langzaam varende stoomscbepen, groote zdlschepen en slanke passagiersbooten. Daar ginds de Zweedsche kust Helsingborg, waarboven de Karnan ultsteefct, in de'verte de zig-zag- lijnen van een voorgebergte. Het was de Kullen, zei mijnheer Hansson. Eh boven dit verrukkdijfe panorama een1 wolkenlooze, diepblauwe bemel gewoon heerlijk, zeg ik je Toen mijn vader met zijn iiterarisCh-histo- rische redevoering klaar was, wandelden1 we naar een steenmassa, waarond'er, naar men zegt, zicb Hamlets graf bevindt. Papa denikt, dat bet maar onzin is, maar toch vondlen mijnheer Hansson en ik bet erg poetisch. Daarina dineerden we in Marienlyst. MCt een blik op earl Duifcahen heer, die met zijn buurdame sterk flirtte zei mijn vader op zijn •openhaftige wijze: ,,Die landsman ziet er uit, alsof bij zijn trouwrihg in1 zijn vest'zakje gestoken beeft." Waarop mijnheer Hansson glknlachenid antwoordidie, diat de Zweden dit niet noodig hebben. Hoe zoo?" vroeg ik verhaasd. ..Ja, wij dragen dien gladden1 gouden ring aliteen, als wij ons in het overgangsstadium van verloofd1 zijn bevinden. Als Wij: trOuwen, draagt de vrouw beide ringen". Eerst bield ik het voor een flauw grapj'e, maar ook papa bevestigdie die merkwaardige Hij stak een arm uit om mij te steunen en hield mij een oogenblik vast. Een seconde, toen wij een1 hoefc om vlOgen in de schemering, waarin de Parijscbe lanta- rens een flauw liCht gaven, evenals die in I.onden, dacht ik dat hij! do zaak reeds als uitgemaafct beschouwde. Ik trok mij tenig tegen' zijn arm. Dadelijk liet hij1 mij ios met een vreemd, ge- rusistellend lachje. wO neenik zou je geen kus geven", zei hij bedaara; ,,niet bier; nu niet". En op stelligen toon1 voegde hij effl bij: „Maar heel spoedig!" Een weinig hijgend zei ik: „Wachf tofdaf je de Traceys gesproken hebt. .jNiet bis die -brave menscben niet thuis zijn", antwoordde George. „Verondersteld dat zij! uit zijn?" Op dat oogenblik pas berinnerde ik mij de „tamasha" van de Traceys en het verlo! van Harry. Zij gingen dien avond ergens naar toe den avond doorbrengen... Met kracht moest ik een opwelling van hoop onderdrukken. „Het 'is nog heel vroeg", zei ik tot mij zelf. „Ze fcunnen1 nog niet uit zijn". Zij waren niet uit. Het nette dienstmeisje d'at de deur open deed, zei dat Madame thuis was en: ont- ving „GeorgeLieve bemelHet. is George en zijn jonge vrouwriep een zachte stem1 over die heining. (Philippa bad dus nog niet aan haar moe- Kopehhagen, 18 Augustus. Mijn lieve Erna! Overmorgen verirekken we en nog ben ik in het onzekere. O, hoe haat ik die Zweedsche gewoonte, volgens welke de miannen geen' trouwrihg dragen! Het is bijna om te ver- twijfelen! Als ik koningin van Zweden was! Dadelijk zou ik bevelen, dat alle mannen op s'traffe van1 dood dien goudeu ring moeten dragen. Mijnheer Hansson is een man van goede manieren, van beschaving en groote in-1 felligentie, zooals wij1 twee het Steeds ge- wenscbt hebben. Jammer, dat je niet hier bent, hij zou je zeker ook bevdllen. Vandaag waren we in Skodsbprg. Heel mooi, bepaald heerlijk, maar geen strand. Alleen een breede wanldelweg langs d!en oever, die vol fietsrijiders is;- en voor mij.'be- -pxrez too jft sp 'soz too mmn nooifp pep Strand zie. Mijnheer Hansson was verbazend aardig, draaide verliefd om me been, kocht rozen voor me endrukte me verSCbillende keeren zonder oorzaak de band1. Zoo 'n afschuwe- lijke manIk keek hem1 kwaad aan, maar kon er niets tegen doen. Aan mijn vader wide ik niets zeggen en een politie-agent was niet bij de h an d 's Middaga namen we een zeiilbootje dat will1 zeggen, papa gi'ng niet mes en we voeren naar bet eilandje Ibveen, waar de be roemde astronoom Tycho de Brahe zijn oto servatorium bad!. Mijnheer Hansson vehtelde irne daarvan, ik huiChelde belangstellitog en kwam tot het besluit, di't hiatorische eilandje niet eerder te veriaten, dan dat ik wist, of mijnheer 'Hansson getrouwd of ongetrouwd was. Ik verzodit hem dte kerk met mij te bet- ziCh'tigen en toen- wij in :die sobere ruitoite wa ren, riep ik in geestdrift uit: ,,0, boe rbman- tisch !lEer zou ik eens willen trouwen1 Waarop die afschuwelijke man antwoordde, dat bet er erg tael was en1 mien er verkouden der. verteld dat George nog geen vrouw had;) „Laat ze binnen komen. Hoe meer zieler^ hoe meer vreugd. Zij kunrnen van bet zelfde bord eten Daar boorden wij het trippelen van rnevr. Tracey's kleine voetjes en enkelie naar bene- den1 komen toen ze ons ijlings tegemoet kwam. „Aardig van u om bem mee te bonengen", zei ze tot mij:. „George, ik ben verrtuM. Jou scha- vuitKnapper dan ooitHeelemaal de jonge gewonde ineld. Hoe gaat bet met bet been, 'kan je er alles mee doen Je kent het oude spreekwoord: „Een 'kreupel man binikt in de harten der d'ames!" Natuurlij'k, dat doe je, stoutert!" En bij bief haar kleine gezichtje met de flinke kin op en gaf den jongen man, die mij volgde, een hartelijken 'kus. „Het mag wel, niet waar, mevrouwtje? Een1 bloem1 die uit dfe ruine opgroeit", ra.telde zij voort op haar onsamenhangende manier. „Het eenige voorredht van met de jaren grijs en dik en scherp te worden is dat men mag zeggen en doen wat men will tegen een aantrckkelij- ken jongen man, die in je huis komt. Denk aan mijn woorden als we een honderd jaar verder zijn. Maar bom intuisschen binnen een soupeer met ons mee". „SoupeeiTO, tante Tracey?" wierp George haar tegen, toen wij alien naar boven gin gen. „Ik dacht dat wij1 juist bij tijds kwamen om een kopje thee te drinkien." „Ja, maar wij soupeeren hier vandaag mid den op den dag, dan hebben wij1 tijd om enke- le andere kennissen af te halen, voordat wij naar Montmartre gaan. Waarom heb je je In vlk Kopenhagen, 19 Augustus. stl .de haast .ieve kind Gelukkfg zaliig! Axd Ts niet getrouwd', maar zal hdt gauw zijn. We hebben ons van morgen verloofd. Ik word nu de vrouw .van een margarinefabrikant. Ieder jaar Kerstmis krijg je een vat margarine. Mijn jawoord beb ik hem onder twee voorwaarden gegeven, die ..Axel dadelijk beeft aangenohien: ten eerste, dat we in die kerk van- Ibveen trouwen en ten tweede: Axel moet zijn trouwring dragen en mag dien nooiit, maar ook nooit af doen. Jie oobeschrijflijk gellukkige Elsa. UIT BERGEN. Voetbal. Geel Zwart I speelde Zondagmid- dag op haar terrein aan de St. Antoniusstr., alhier, een wedstrijd tegen een club uit Bever- wijk. E>eze wedstrijd eindigde in een1 1—0 overwinning voor Geel Zwart. Korfbal. De wedstrijd tusscben A. S. S. V. I uit Alkmaar en „de Kennemers I" uit Ber- en, werd door de Kennemers verloren met Burgerlijke Stand (Sept.) Oeboren: Johannes Antonius, zoon van •Johannes Antonius Urbanus en Geertruij Verstoep. Comelis Thomas, zoon van Tho mas Ruijter en Mina van Wonderen. Her man Frederik, zoon van Hermanus Frederik Keldennan en Gerritje Bijlsma. Elisa Ca tharina Johanna Carolina, dochter van Cor nelia van de Pol en Elisa Catharina Johanna Carolina Graadt van Roggen. Reindert, zoon van Arie Maasen en Jantje Elisabeth Nobel. Neeltje Jannetje, dochter van Cor nells Melis van der Wulp en Maria Wilhel- mina Alderlieste. Jannetje Neeltje, dochter van Cornelis Melis van der Wulp en Maria Wilhelmina Alderlieste. Jantina, dochter van Roelf Bos en Cornelisje Timmer. Ca tharina Wilhelmina, dochter van Pieter Vrije en Christina Theodora Winder. Geertrui- da. dochter van Cornelis Roobeek en Petro- nella Vrasdonk. Egidius, Gerardus Joseph dochter van Johan Joseph Griffijn en Elisa beth Maria van't Hof. Leendert Nicolaas, zoon van Jan Nederveen en Klazina Boon- acker. Alida, dochter van Dirk Koning en Maria Wallaart. Overleden: Dirk Timmcrmans, 23 jaar, wonende te Amsterdam. Barbara Geertrui- da du Crocq, echtgenoote van Comelis Jo hannes van Eijk, 58 jaar. Helena Nivard, echtgenoote van Dirk van Dijk, 61 jaar, (overleden te Alkmaar.) Trijntje Mole- naar, echtgenoote van Comelis Kohne, eerder weduwe van Comelis Slooten, 51 jaar. Oehuwd: Gerardus van der Spiegel en Elisabeth Pieteraella Kip. Martinus Maas en Lucia Jacoba Henneman. Theo- I Oeboren: Catharina Elisabeth, dochter van j Jan Koopman en Trijntje van Meurs. Pie ter, zoon van Simon de Ruiter en 1 rijntje Heeman. Hendrik, zoon van Jan Schoorl en Trijntje Kapitein. UIT LIMMEN. De gemeenteraad kwam Zaterdagmiddag 2 uur in openibare vergadering bijeen. Alle led en waren tegenwoordig. Ingekomen stulckan1: Proces-verbaal van kasopnamc gemeente-on'tvanger op 26 Sep tember In kas was 10811,67. De Raad oordeelde dit een. verbazend groot bedrag. De heer Metselaar was bang voor dieven. (Gelach). Dc voorzitter deeld'e mede, dat men niets zou vinden. Ook deekie hij mede, dat er een groot bedrag was ingekomen1 van den1 Rijks- ontvanger en van de opbrengst van bclasting, welke boven. de raming was geweest. Mededeeling van Ged. Staten dat die noodr uftkeering aan de gemeente was stopgezet. De voorzitter dleelde med'e, dat dit betreft eon1 bedrag van pl.m. 2500, doch de commis- sic is nog niet gebeel met haar rapport ge- reed', het kan nog wel meevalkn. Mededeeling dat de N. Z. H. Tram met fa- gang van 7 October den dienst stiiakt op het baanvak AlkmaarVelzcn. De voorzitter vond di't jammer, doch men staat voor het feit. Dc Raad oordeelde het een groote strop voor de gemeente. Vaststelling rekening 1922 Burgarlijk Arm- bestuur. Burg, en Weth. boden de rekening aan in ontvangsten en uitgaven met een be drag van 4554 86 met een nadeelig saldo van 494,11. De heer Adrichem vroeg welk bedrag, aan het gesticht en bedeelde armen1 is gegeven. De voorzitter zeide dat dit bedroeg 1108 en 552 aan belangrijke reparaties. Ook deelde de voorzitter mede, dat de uit gaven jaarlijiks grooter worden; echter gaf dit jaar de verhuring der landerijm een- grooter opbrengst dan het vorig jaar. Bleven die ont vangsten lager dan de uitgaven, dan1 zou de gemeente moeten bijspringen. De rekening werd goedgekeurd. Onitslagaanvrage van den heer G. J. Meijer als hoofd der Openbare Lagere School met 1 December a.s. Burg, en Weth. stdden- voor, hem1 op de meest eervolle wijze ontslag te ver- leenen, onder dank voor de diensten, 28 jaren aan de gemeente bewezen. Wegens invaliditeit heeft het hoofd ontslag gevraagd en verkre- gen1. De voorzitter hoopte, dat hij nog lange jaren in gezondheid van zijn pensioen zal kunnen genieten. Voor stagnatie ih1 het onder- wij's belioeft geen vrees te bestaan, daar hij zieh bereid verklaard heeft om tijdelijk nog onderwijs te geven indien er op 1 December nog geen onderwijzer is benoemd. Het ont slag werd eervol verleend. Voorloopige vaststelllidg legger der wegen. De voorzitter deelde mede, dlat d'e nieuwe legger op kaart was gebracht en noenide de wegen welke extra moesten worden1 moed'er niet meegebracht, George? Het maakt de saaiste vertooning voor mij tot een genet als ik Mey Meredith kan aanzien als ze zieh dood ergert!" „Zij is ergens naar toe met imijn viader', zei George achter mijn schouder. E'en anderen kear zou ik gelachen hebben om dit heel vage excuus. Ergens" in Enge- land! „NPu, mevrouw George", ging mevrouw Tracey die het jonge vrouwtje voorging, voort, boven aan de trap getaxnen. „Wij! eten in het atelier. Er is geen pilaats voor Harry's beenen in dat andere kleine hokje. Het atelier besloeg de heele bovenverdlie- ping. Het was een langwerpigc kamer, met bruin behangen, van boven veriicht, ik had d'at vertrek nog niet gezien, ofschoon ik ge- loof dat Lady Meredito er door haar gast- vrouw naar toe werd gevoerd, terwijl ik dat eerste onderhoud hadm et Philippa. „Heeft George nooit met je over mij ge sproken?" g, En hier in- het atelier met de wit gedckte tafel en1 lam'pen met rose kapjes, vonden wij Philippa omringd dioor een schare in khaki gekleede jongelui. Ik begreep dadelijk dat dit was wat een vrouw noerat: Philip pa's beau jour". Van morgen in het rijtuig had zij er moe uitge- zden, ouder dan zij1 was. Vanavond iHoe had zij zieh zelf kunnen, opbeuren en haar bests beentje voortzetten? Iloe was het mogelijk dat haar opgewondenheid haar deed' gloeien al«'t ware door een inwendig licht beschreven? Haar oogen waren twee lachen- de juweelen. H'aar slanke, blanke hals ver- toonde zieh sierlijk uit de geplooide kraag van een gehedl zwarte japon, een1 meester- stuk van Jeanne. Zij droeg een groote anje- lier op haar borst. Een tweede was zoo go- plaatst, dat hij even kwam kijken uit den zoom van haar uitstaanden rok. Ik zag George's vreemden, verbaasdea blik toen zij de hand aan hem toestak met een laeh en een greet, vol volmaafcte zelfbeheer- sching. Schoon zag zij er uit. ScboonL Bij net zien van haar schoonheid had ik een1 'ge voel als de arme Koningin van Scheba, toen men haar toondd waar zij nimmer mee kon hopen te wedijveren, en „er was geen moexi meer In haar."' O, het was alles heel1 aardig van George om dat conventioneele masker weer voor te doen. Ik begreep d'at hij capituleereni moest. Hij: moest zijn genegenheid ontnemen aan haar op wie hij ze zoo tarten itijd had uitge- stirooid. Om ze neer te leggen, zooals weleer aan de kleine mOoie voetjes (van haar moeder geerfd) van Philippa. Welnu, ik had een1 middlag alleen van George genoten, geheel, alleen. Ik had1 een blik geslagen in wat had kunnen wezen. Een ritje in een taxi met mijh hand vastgehouden daar waar ze had wenschen te blijven. Dat is meer dan sommige meisjes ontvangen van den man van wien zij voltamen, hopeloos ge- charmeerd zijn. Deze andtere. twee, daar was ik zeker van, zouden het dien eigen avond beslissen. (Wordt vervolgd.) Wat?" 7urbttp i1r

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1923 | | pagina 5