Alkmaarsche Courant
m drukken
uw bezoekaankondigingskaarten
vlug en net.
N.V. Boek- en Handelsdrukkerij
v.b. Herms, COSTER ZOON,
FEUILL1T0X.
In verkttrde sohoenen.
Vergadering van den Gemeenteiaad.
Voordam G 9, ALKMAAR.
Yrgdag 12 Oetober.
Brieron nit Weenen.
Stateji-ffgperaal.
N» 240. t®38.
Honderd Vijl sn Ifintigste Jaargang.
De gestabiliseerde Kroon.
Weenen, September 1923.
Na een wel wat langdurig zwijgen, is bet
mij toch weer een genoegen mijn bericfatge-
ving over Weenen voort te zetten, vooral nu
er in Oostenrijk voortdurend vooruitgang
valt te constateeren, Het is nu vrijwel een
jaar geleden, dat de wending ten goede be-
gon. In Juli en Augustus van het vorige
jaar was oo-'k de kroon nog steeds dieper ge-
vallen en dat ging gepaard met al die treu-
ri-ge verscfaijnselen, die wij nu nog in Duitsch
land waarnamen. De bankbiljettenpers was
dag en nacht werkzaam en wierp zonder op-
houden papieren geld in bet verkeer, de pnj -
zen van alle artikelen stegen van dag tot dag,
ja haast van uur tot uur, zoodat niemand met
zijn tokomen op behoorlijken voet stond.
Vooral de rijksambtenaren, wier traktementen
alleen de noodzakelijkste uitgaven konden
dekken. Zij eischten daarootn voortdurend ver-
hoogtog, een verlangen, waaraan de Staat
wel moest, imaar sledhts kon tegamoetkomen
door altijd weer nieuw papieren geld te druk-
ken. De steeds toenemende tnassa van dat
geld dreef natuurlijk den prijs van alles om-
hoog, wat tengevolge bad, dat de ambtenaar
ook met bet verhoogde traktement niet kon
rondkomen en telkens weer herziening der sa-
larissen moest aanvragen. Een jaar geleden
had dit alles een' zoo bedenkelijken omvang
gekregen en waren zulke onmiskenbare tee-
kenen van verval en ontbinding zichtbaar,
dat ieder bet gevoel had, dat het zoo niet lan-
ger kon gaan en dat er krachtig moest wor-
aen ingegrepen, wanneer men ten slotte ver-
hinderen wilde, dat Staat en volk ten gronde
gingen en dat de dhaos intrad, het bolsje-
wisme, de strijd van alien tegen alien.
In dien tijd gelukte bet onzen Bondiskanse-
lier Seipel van den Volkenbond de zooge-
naarnde Saneeringsakte of bet protocol van
GenCve te verkrijgen en van dien dag af is
de toestand van Oostenrijk beter en helderder
geworden. Ofschoon het niet zoo gamakkelijk
was het Internationale crediet los te krijgen,
was toch het Geneefsche protocol in staat om
den val van de kroon, die al 3 jaar had ge-
duurd en waarvan het tempo steeds versnelde
te brelcen. Sedert dien dag is ons geldwezen
stabiel geworden en het is de vraag of bet er-
gens op aarde stabieler is, gezien de Beursno-
teertog van dollar en Nederlandschen gul
den. De stabiliseering volgde weliswaar op
een zeer lagen stand van ongeveer het zes-
tienduiizendste van de vredeswaard'e van de
kroon,- terwijl op het oogenblik (der stabili
seering de kroon op het veertienduizendste
van de waarde v6or 1914 stond; maar er
werd nu duidelijlk bewezen, dat bet van min
der belang is bij welken stand de stabilisee
ring plaats heeft, maar dat bet er alleen op
aankomt of zij1 gelukt. Reeds alleen het feit.
dat de koers vast staat, is een merkwaardige
verlichting, die weld a dig aandoet, zoowel in
de groote industrieele ondernemingen, als in
het kleinste huishouden. Iemand, die't geluk
heeft dat bij altijd burger is geweest van een
Staat met volwaardig geld, kan zich, geloof
ik, geen voorstelling er van maken, hoe al
leen het feit, dat voortdurend bet geld aan
waarde verliest, op de gebeele bevolking
werkt. Dat geldt voor alle mogelijke toestan-
den en verhoudingen. De koopman is niet
meer in staat betrouwbare berekeningen te
maken, zijn geheele zaak wordt min of meer
gewaagde speculatie. Daardoor komt het ook,
dat in zulke tijden de slechtste elementen er
het best aan toe zijn, omdat voor hen het spe-
culatieve moment het verlokkelijkste is, omdat
het gelegenheid geeft om zonder ernstigen ar-
beid, zonder vakkennis en zonder ervaring,
alleen door zonder te beden'ken brutaal te wa-
gen, door wild speculeeren groote winsten te
maken. Maar ook in het burgerlijke huishou
den, dat gewoon en verplidht is met een be
paalde som rekening te houden, stuurt de
waardevenmindering van het geld alles in de
war. De onophoudelijke prijsstijgingen, die
ver uitgaan boven betgeen verwacht icon wor
den, maken het telkens moeilijker, de noodza
kelijkste huishoudelijke uitgaven te dekken;
niemand kan voorzien, weike som hij tot aan
het einde van de maand noodig zal hebben;
hij zou, om zeker te zijn, een zeer hoog be-
drag besdhikbaar moeten hebben en toch
voelt hij een aandrang om het geld uit te ge-
ven, ook weer, omdat hij niet weet, wat hij er
den volgenden dag voor kan koopen. Ook in
dit opzicht heeft de speculant een voorsprong,
n.l. hij die den moed en het ruime geweten
heeft, om elk bedrag, dat hij in handen krijgt,
dadelijk als een handige goochelaar in een
vorm om te tooveren, die spot met de waarde-
Naar het Engelsch, door Berta Ruck.
„Ecoutez!" riep hij, het donkere hoofd op-
geheven naar de ramen. „Ik heb hooren
Wij zwegen alien.
„Schieten ani de verts schieten", zei hij!.
„Kanonvuurl"
;,Kanonvuur? Bests vriend', je hebt het ge-
iuid van kanonvuur in je hoofd. Natuurlijk
antwoordde de jonge Hanry Tlracey, die be-
ziig was aan het buffet koude kip te snijden.
(Het buffet was een zwarte eikenhouten En-
gelsche tot). „Ik denk dat we die allemiaal
nog eeni paar jaar nadat de vrede gesloten is
zul'lfen' hooren.... Zeg eens tante Ethel", zoo
wendde de jiooge man met de lange beenen
zich tot mevrouw Traoey, diie hern, dat zag
men, de plaats deed vervullen vani.een1 zoom-
waar ze doll op zou zijn, „zeg tante, is roode
inlet het eenige wat u ons toestaat te drin-
ken? Vier vijf man van het front, waar
van een nog wel1 een vroolijke bruidegom
Wat dromrnel1Zeg, krijigen! we niet een- entoel
glaasje champagne?"
„D, dat 'is goedl, ga dan' maar zelf naar
den kelder", zei' mevrouw Traoey. Haar neef
ging been en kwam terug met een! paar
groote fltesschen met vergulden hals. In na-
volging van den theatralen oberkelliner bif
Henry, iiep hiji de taM rond en schonk den
verminderirig van het geld. Het Is duidelijk,
dat een groot gedeelte van de bevolking en
wel de besten en de soliedsten, de fatsoenlijk-
sten voor dergelijke machinatien niet te vin-
den waren, maar daarom dan ook het aller-
hevigst door de waardevennindering getrof-
'fen werd. Men kan dan odk begrijpen, welk
een verlichting het voor het betere deel der
natie was, toen aan den treurigen toestand
een einde kwam door de stabiliseering van de
kroon. Men voelde plotseling weer vasten
bodem onder de voeten. Men was te vergelij-
ken met een sdiipbreukeling, die van den
eenen golf op den anderen wordt gesmeten en
op zijn laatste kracliten steunt maar die plot
seling voelt, dat hij op het strand is gewor-
pen. Een algemeen gevoel van verlichting
ging door de bevolking, een gevoel, dat haar
moed gaf om ook den nu geopenden weg
naar uitredding blijtoioedig af te leggen.
Ook van politiek standpunt was de stabili
seering van de kroon van groote beteekenis,
want zij gaf rust ook in die kringen. waar be-
denkelijke teekenen van gisting zidn vertoon-
den. Geen omstandigheid is voor een Staat
gevaarlijker, dan wanneer toestanden ont-
staan, waardoor de rustige, arbeidzame en
goedgezinde meerderheid ider bevolking den
grondslag voor haar welzijn voelt wegzin-
ken eni als het volk het oor opent voor demai-
gogisdie groote woorden en' voomspiegelin-
gen.
In Duitschland is juist daardoor .de toe
stand zoo vol van gevaren, omdat het d'alen
van de marfc niet feon worden gekeerd. Ook
de zwaarste en drukkendste voocwaarden van
de Entente en de grootste moeilijkheden in
het dagelijksche ileven zouden gedragen wor
den, als de bevolking maar eenige zekerheid
had, dat het tot een gunstig resulltaat zou
leiden. Maar de tegenwoordige toestand in
Duitschland kan op den duur niet verdragen
worden. Zulke toestanden werken zoo vemie-
lend op de zenuwen, dat de grootste dlende
en de onverwachtste gebeurtenissen er het ge-
volg van kunnen zijn.
De Oostenrijksche kroon was sedert het
uitbreken van den oodog tot voor ongeveer
een jaar vastgeketiend aan het lot van de
mark. Elke waardevertmindering van de mark
had automatisch een geliike daling van de
kroon ten gevolge. Ben jaar geleden- is het
gelutot het lot van de 'kroon to® te maken van
de mark. En ieder kan dagelijks in de finan-
cieelc berichton in de bladen zien, hoe ver zij
nu uiteentoopen.
Zoo is het ook mogelijk geworden om met
behulp van de Nationale Bank en van de in
uitzicht gestelde credieten, de bankbiljetten-
pers stop te zetten. Het geld lcreeg daardoor
weer waarde en al mocht die ook nog gerihg
zijn, het stond op een bepaalde hoogtc en
daardoor kwam de verloren gegane lust tot
sparen weer boven. Het had nu weer een ge-
zonden zin om zekere bedragen, die men niet
dadelijk noodig had, tor zijde te leggen.
Merkwaardig is het, dat onmiddellijk het al-
coholgebruik verminderde en de exploitatie
der nachtlokaliteiten, die er op ingericht wa
ren om in den kortsten tijd het meeste geld
stuk te slaan, ontzettend veel slechtere resul-
taten had. Maar de inbreng in spaarbanken
nam in een jaar 'tijd met 1200 procent toe.
De gezamenlijke inlagen bedroegen in Sep
tember 1922 maar 3.1 milliard en in Juli
1923 reeds 44 milliard, zonder dat de rente-
voet nu zoo bijzonder veel hooger is, dan
vroeger.
Alles bijeengenomen, zou ik zeggen, dat de
stabiliteit van de kroon de grondslag is voor
de zoo gelukkig begonnen en voortwerkende
saneering van Oostenrijk en dat alles, wat
tot nu toe tot stand ns gekomen, daaraan is
toe te schrijven.
In een volgenden brief hoop ik te spreken
over andere omstandigheden, die de sanee
ring van Oostenrijk ten goede zijn gekomen
en over enkele bewijzen voor de gezondere
toestanden in ons land.
Dr. E.
(Heeds in een gedeeUe van ons vorig mum
mer vermeld.)
NAMEN VAN STRATEN.
B. en W. stellen den raad: vdor aan de
straat welke de verbinding vorxnt van de
Prins Hendrikstraat met de Emmastraat den
naam te geven van Julianastraat en daartoe
te nemen het volgende besluit:
de straat welke de verbinding vormt van
de Prins Hendrikstraat met de Emmastraat
den naam te geven van JULIANASTRAAT.
z. h. s. aangenomen.
VERVOLGONDERWIJS.
B. en W. stellen in bijlage 170 voor te be-
sluiten, gedurende den cursus 1923/1924 van
gemeentewege vervolgonderwijs te doen ge
ven op den voet der daaromtrent geldende be-
palingen.
Het rijk geeft daarvoor wel is waar geen
subsidie meer, waardoor de kosten geheel
voor rekening van de gemeente komen, doch
bruisenden wijn ini de fijn gesneden Fransche
glazen.
„En nu de gebruikelijke toast", kondlgde
mevrouw Tracey aan, van het hoofd van de
tafel: „Go«3i suoces voor onze wapenen 1"
De Indische oEficheir voegde er het aan-
hangsel hiji:
„Our arms tor your defence
„Your arms for recompense!
Fail 1 in!"
Wij bieven ons gl'as op; Ik ving PhiMppa's
donkere oogen -op die mij toelachton boven
den- gouden wijni. Ziji knifete mij toe, levendiig
en .liefelij'k, evenals die bloed^roode anjellier
op haar borst. Zij- leunde voorover en riep
met haar heldere stem als toevoeging aan- die
toast:
,,'GCluk voor de bruid1!"
Dat waren de Ibatste woorden die zij sprak.
Want ziji werden overstemd, de wborden van
haar vrooll'ijke, ridderiijfce toast door eeni oor-
verdoovende uirbarsting, de „fcnjal", het sduiiiH
le geluid van brekend glas, het ploltsding om-
rollen van stoden, betgeen- betedcende dat
Strijd, moord, ptatsdinge dood zi'ch een weg
haaden gebaand eh hUn 'intrede hadden ge-
daan iin dit vroolijke, lachende, niets kwaadS
verm'oedende gezelschap, dat op diat oogen
blik aan geen ooriogsgevaar had gedacht.
Hebt -ge ooilft een jaar of wat geleden, een
to-ouedstuk gezien1 -eeni akeliig, puofetisch
stuk, gen-oemd: „Het huis van een Engdsch-
man". Het voorSpelde moeiilijkfaeden' met
Duitschland; dientengevoilge noemldien ved
B. en W. toonen in een uftvoerige raotlevee-
ring, die wij reeds eerder publiceerden, aan,
dat desondanks voor Alkmaar van dit onder-
wijs niet mag worden afgezien.
De heer Westerhof wees er op dat bij
aanneming tevens besloten wordt het bijzon
der vervolgonderwijs te bekostigen. Spr. ver
heugde zich dat deze bijlage het onderwijs
van beide rich-iingen bevordert. Hij hoopt dat
dit steeds met onderwijsbdangen het geval
zal zijn.
Met St. Joseph was het nog niet in orde,
omdat door het leerplan de gelijkwaardigheid
van het daar te geven onderwijs, waaraan hij
niet twijfelt, moet worden gedemonstreerd.
gedemonstreerd.
Spr. verzocht B. ep W. te wachten de gel-
den daarvoor echter reeds beschikbaar te stel
len. Spr. lichtte de bijlage nog nader toe.
Mr. Sluis verheugde zich er over, dat
de wethouder zich op het ruime wettelijke
standpunt stelde. Over deze beterschap ver
heugde hij zich in hooge mate.
Spr. vroeg, of de inspecteur geraadpleegd
was.
Westerhof wees zijn beterschap af.
Hij was in dit Opzicht steeds gezond geweest
Het tegenhouden van de toenmalige school
bespaarde de gemeente groote uitgaven.
De inspecteur was niet geraadpleegd, om
dat een bestaande toestand wordt voortge-
zet.
Mr. Sluis zou voorstemmen, m-aar be-
hield zich vrijheid voor andere jaren voor.
Mr. Kiisters gaf den wethouder in
overweging te trachten voor het openbaar
vervolgonderwijs meer leerlingen to zien te
krijgen.
De hr. Wester fa of had z'n gedachten
daarover reeds laten gaan. Tot dusverre was
niets gedaan dan 'n oproep plaatsen. 'n Twee-
de oproep had meerdere aangiften tengevol
ge en spr. hoopte ook daarvoor in de toekomst
iets meer te doen.
z.h.s. werd het voorstel aangenomen.
Een voorstel in zake de vaststelling van het
kohier voor schoolgelden van het gymnasium
wer-d aangenomen.
VRA-OEN VAN DEN HEER VE FN.
De heer Veen ikneeg hierna het woord
tot het stellen van zijn .vragen over de betar
ling der versiering van het Gemeentefaius op
8 October.
Het had hem1 en meerdere stadgenootea
leed gedaan-, dat op 8 October het Gemeente-
huis was verlicht.
De licnten hebben 3 dagen- gebrand. Dat
voor de jubileumdagen 5-000 was gevo-
teerdi wisten wij, maa-r dat kosten zouden
worden gemaaikt voor het 8 Octoberfeest wist
de Raad niet.
Het kwam spr. voor, dat B. -en W. hun
boekje te buiten waren gegaan. De benoodig-
de geldcn had de Raad moeten voteerai De
voorzitter had alien tijd geh-ad' de gelden aan
te vragen in de Raadsvergaider'ing van 4 Sep
tember.
De voorzitter merkte op, dat de toe-
lichting van- den- heer Veen in twee deelen
gesplitst kan worden-.
lo. een zuivere toelichting op zijn vragen
en 2e een critiek op een eventueel antwoord.
Dit laatste wilde spr. voorloopig ter zijde
leggen.
Het antwoord op de eerste vraag of het
gemeentehuis op 8 October versierd is voor
de ontzetvereengiing is: neen.
Op het 2e gedeelte of't voor rekening der
gemeente geschiedde antwoordt spreker ook:
neen.
Aan den Raad is -inderdaad het budget-
recht. Het kan- wel eens zijn dat B. en W. in
een of andere spoed-zaak de beslissing van
den Raad- vooruit loopen.
Daartegen is geen bezwaar als't college
overtuigd is in den geest van's Raads meer
derheid te handelen.
Formeel heeft de heer Veen gelijk. Het is
niet in overeenstemming met de gemeentewet.
Op de hoofdvraag of de versiering voor
rekening der- gemeente is aangebracht moet
spr. het verrassende antwoord geven dat hij
dit op dit oogenblik niet kan zeggen, aange
zien het vermoedelijk niet voor rekening der
gemeente is geschied1.
Mochj dit wel't geval zijn dan zal den
Raad daaromtrent een voorstel bereiken en
is 't oogenblik gekomen om daarop critiek
uit te oefenen.
De heer Veen maakte den voorzftter een
compliment voor diens juridische handigheid.
Z. i. hadden B. eni W. echter mede kunnen
onderzoeken wie de kosten zou dragen. Spr.
zal nu voor't uitoefenen van critiek het ant
woord op de rebus afwachten.
De voorz. had door het instellen van
een onderzoek geen pos-it-iever antwoord kxrn-
.nen geven. Het bangt af van een beslissing
buiten het Dag. bestuur der gemeente om.
Spr. kan zich dan ook niet anders dan raad-
selachtig uitdrukken.
D-e heer Westerhof -had de kwestie
reeds in het college van- B. en W. besproken
-menscfaen het ongerijmdi en ver gez-ocht.
Maar er kwam een tooneell in- voor waarvan
zelf-s deze hoogverheven menschen het spel
prezen. Wanneer Lauren-ce Grossmiiith, e-eo
jonge woetba-ller, die zich aan> millitaine oefe-
ning had onttrokken, wordt doodges-choten
'terwijl hij voor de tafel stond1 to zijn eigen
huis en keek naar het -vechten.,, Hij stoot den
verkeerdCn kaut uilt1!" roept hij- opgewonden
toen hij igteteoffen wiordt. Op eens breekt zijn
stem. Hij! v$lt neer zonder een kik to geven-;
zakt to- elkaar, levenloos, op de plaats -ge-
diood.
Hat was precies zoo dat Philippa Tracey
to George's armen vid1.
Een lu-ch't-raideen Fokker boven Parijs!
Dla-t was -het geheim geweest van het sch-ieten
in de verte dat de jonge Franschman- met zijn
scherp gehoor had opgevangen.
Een bom werd neergewtorpen zonder be-
paald dbel; een bom die slechfcs twee sla-cfatof-
fers m'aatote zoover wij gehoord1 hebben. Hij
kwam door het dak van het atelier, dbodde
een vrouw en wondde een Enigelsdhe® offli-
-cier.
Want toen George vooruitsprong werd) zijn
schouder bijna doo-rgesneden door een drie^
h'oeki'g stuk glas uiit het bovenra-am. En- Phii-
lippa werd' ged'ood door een slag -opi het hoofd1
van een stuk hout neergewbrpen to' al haar
scfaoonfaedd; gedood op 't zelfde oogenblik
in de armen van den man dien- zij' nooit had
O'pgehouden to bemtonen.
„Het is de beste oplosstog".
De voorzitter had daar toen naar voren ge-
bracht dat hij reeds maatregelen had moeten
treffen en te kenuen gegeven dat de gemeen
te moest versieren. De gemeente was ook
lastgeefster.
Spr. had opgemerkt dat wanneer't intijds
was aangevraagd de Raad die to die din-
gen altijd royaal is, zelfs zoo dat burgerlij
ke bladen daarover critiek oefenden de
uitoave wel zou hebben gevoteerd.
Spr. had echter op't gevaar van het schep-
pen van een precedent gewezen. Als het
mogelijk is gelden uit te geven buiten den
Raad om, dan handelt men to strijd met de
gemeentewet. Als nu de een of andere nabob
of de Ontzetvereenigtog het Gemeentebe-
stuur wil redden, zal dit spr. aangenaam
zijn, maar't feit blijft bestaan, dat de zaak
formeel anders was.
Spr. heeft waardeerende woorden gehoord
over de houding der niet-oranjegezinden.
Het spreekt echter van zelf, dat zij die zich
zelf respecteeren nimmer de feesten van an
deren verstoren. Gelukkig behoort ook het
„AUe socialeu to een harington" tot het ver-
ledenZe zouden -er ook niet meer in kunnen.
Sprekers faesmerking en die van den heer
Veen houden- geen verband met wrevei over
de feesten. Het gaat om It feit zelf. B. en W.
mogen geen gelden voteereu buiten den Raad
om, zelfs niet bij suppletoire begroottog als
er geen bianco crediet aangevraagd was. De
leden van het college die hebben voorgestemd
zullen het dus zelf moeten betalen.
Spr. is overtuigd dat d'k lid- van den Raad
het er mee eens is, dat 'it geen goode regeling
is dat B. en W. gelden uitgeven, waarto de
Raad1 niet is gekend.
Mr. S Hi u i s Ze hadden't te voren moe
ten doen, dan hadden ze misschien een' best'je
meer gekregen. (Gelacfa.)
De neer Westerhof was verbaasd
over de tweesladi'tiigfaeid1 van mr. Sluis, die
geen gelden voor't Sportpark over had.
DeVoorzitfer oordeelde dat de
zaak tot een tfaeoreliscihe kwestie was terug
gebracht. Daarover is geen verschil van ge-
voelen. De heer Westerfiof bracht dit reeds
in het college naar voren en maakte d-aar
een zoo grooten indrii-k, dlat bereids maatrege
len getroffen zijn om het theoretisch geschil-
punt niet tot practische ellende te laten wor
den.
De Raad ging hierop (te half 3) to comito
ter behandeltog van eon voorstel van het aan-
koopen van een perceel.
Wij vernemen, dat tot de voor-gestelde a-an-
koop niet werd besloten. Daarna sluiti-ng
TWEEDE KAMER.
In de vergadering van gister was, zooals
we gister reeds onder teleerammen meld-
den aan de orde de toterpellatie van den
heer Troelstra, betreffende de oorzaak en de
oplosstog der crisis, mede in verband met den
financieelen toestand van Nederland en Ned
Indie.
De heer Troelstra (S.-D.) zeide, dat
deze toterpellatie overbodig zou zijn geweest,
indien de regeering haar plicht tegenover de
volksvertegenwoordiging had vervuld. Wij
hebben to Juli een crisis gehad, die algemeen
de aandacht trok. Het had voor de hand ge-
legen, indien de regeering eigener beweging
de gelegenheid had aangegrepen de volksver
tegenwoordiging over het verloop dezer crisis
to te lichten. De regeering heeft dat nagela-
ten en spreker meende dan ook te kunnen zeg
gen, dat de afstand tusschep de regeering en
het volk zoo groot is, als slechts zelden het
geval was. De houding der regeering is zoo-
danig, dat de grootste partij in ons land, de
R. K., daarvan to eigen gelederen de storm
ondervindt. En op een na de grootste partij,
de S. D; A. P., die to deze zaak het initiatief
heeft genomen, blij-kt daarbij te kunnen reke-
nen op groote groepen, die van de sociaal-de-
mocratie als zoodanig niets moeten hebben.
Offirieel weten wij omtrent het verloop der
crisis nog niets. De eentoe inlichtingen stam-
men af van den afgetreden Minister van Fi-
nancien.
Op de meest krachtige wijze wordt thans
op alles bezuinigd; op de gezondheidszorg,
de ambtenai-en, het onderwijs, de werkloozen-
zorg, de uitkeerigen voor de gemeenten, enz.
Maar op een punt wordt de bezutoiging niet
toegepast: op de Vlootwet.
De Staatscommissie van 21 Nov. 1922
heeft zekere conclusies aangenomen. De com-
missie beweert, dat Nederland, zonder tegen
over het buiten] and te abdiceeren, het niet
buiten een vloot kan stellen. Zeer terecht heeft
de afgetreden Minister van Financien dit al-
dus gekwalificeerd, dat die bezutoiging ter be-
veiliging van den gulden vervangen wordt
door een bezuniging ter beveiliging van de
Marine. Dat noemt spreker een nieuwe koers
op het gebruik der bezuiniging, die niet over-
eenkomt met wat de heer Colijn hier zijde op
7 Nov. 1922: ..Wij moeten alien wat weten op
te Offeren van onze bijzondere verlangens en
er moet niets zijn, wat voor bezutoiging ge-
Deze gedachte 'kwam bij mij op te midden
van den vreeselijken scfarik die volgde; te
midden van haar moeders doffe smart en het
snikken van haar zuster en de sfcilte, on-heil-
spel'lende woede van de fcrijgslieden' die hun
landgenoote zagen vallen.
Met den besten wil van de wereld bon ik
niet anders denken dan dat Philippa het zelf
zoo het beste gevionden had!. Zelfs toen zou
zij niets liever gewld hebben dan afsdteid
nemen van' 't leven.
Want niet waar, zij had1 het toppunt van
het leven bereik't.
Zij had zooveel van dien man gehouden dat
zij hem zelfs kon opgeven. Zij kon vrien-
delijk zijn -en lief voor het meisje dat hij ge-
kozen had. Zij! kon de pijnlij'kste uren doorie-
ven met een- gtltollacfa op de lippen, tot het
laatst toe.
Nooit, neen nooit zou zij van' die hoogte
behoeven af te dalen. Er zou geen reactievoor
haar komen-. Ze zou niiet beh-oevoi terugval-
leni tot het ailed aagsche, fcletogeestige leven
zonder emoties. Geen aanval van jaloersch-
faeid, die misschdbn gek-omen was. Geen- hait-
zeer. Geen kennite van een huwelijk zonder
liiefde. Heb ik ongelijk te denken dat Phillippa
gelukkig was dat alles niet te beleven?
Wat ik mij steeds van haar zall1 heriinneren
is de rustige, kalme houdtoig van dat kleine
fiere donkere hoofd omrin'gd' door bloemen,
en den glioiilach, half ondtogend, half zege-
viereod, die nog speelde om de o-ogleden met
de donkere wtmpers, om de fijnbesneden lip-
vrijwaard is.
Spreker kwam thans tot de oplosstog der
crisis, de persoonswisseling in net kabinet
Daaromtrent vroeg spreker: welke zijn de re-
denen, die daartoe hebben geleid. Spreker zal
deze vraag beschouwen ook in verband met
de bezutoiging. Zijns inziens was hier dus de
bezuinigingspolitiek verzwakt. Zeer terecht
heeft de afgetreden Minister de Geer gezegd,
dat men bij de poltiek veel sterker staat, wan
neer de bezutoiging universeel is. In Minister
Colijn hebben we zegt men meer den
sterken man. Spreker zou zeggen, dat het
sterke standpunt vervangen is door den ster
ken man. Ons volk houdt nu eenmaal niet van
sterke mannen In dit verband herinnert- spre
ker nog aan de bekende petroleumzaal in de
Djambi-debatten.
Spreker ging vervolgens de argumenten
na, door den neer Colijn v66r de Vlootwet
aangoyoerd in „De -Standaard" van 12 Sept.
welk.artikel to drie millioen exemplaren -on
der het opschrift „Weg met de leugens!" on
der ons volk is verspreid. Merkwaardig is het.
dat daarin alle verband tusschen de Vlootwet
en den eisch eener sluitende begrooting wordt
ontkend. Verbaz-ingwekkend was het, dat de
Nieuwe Haagsche Courant, dat ook doet.
Spreker zou willen vragen., was dan de af
getreden Minister van Financien gek gewor
den? Wat bezielde de Vlootwet-commissie
dan, die eveneen-s dat verband lefde? En de
regeering zelf, die de Vlootwet in 1922 aan-
hieto met het oog op de Nederlandsche en
Indische financien? Wat bezielde links?
Toch heeten het thans leugens, wanneer men
spreekt van dit verbandEenige nadere toe
lichting hieromtrent ware zeker niet onge-
wenscht.
Als motief voor de noodzakelijkheid der
Vlootwet wordt to het artikel verder gewezen
op onze plicht van handhavtog der neutrali-
teit van ons grondgebied. Spreker beweerde,
dat hier de verplichtingen van een neutralen
Staat bij een. zee-oorlog veel te sterk zijn ge-
schilderd. De Haagsche Conventie legt ons
deze verplichtingen niet op, doch stelt den
neutraliteitsplicht btonen de grenzen van de
beschikbare middelen. En wat die middelen
moeten zijn, is nergens omsehreven. Dat ligt
aan de beslissing van iederen neutralen
Staat zelf. Men kan dit nader uiteengezet
zien in het rapport van- de Vlootcommissie
van 1912.
Spreker behandelde verder nog de zand-
en grintkwestie om te concludeeren, dat er op
grond van de ervaring in ons volk een hope-
loos ongeloof heerscht in alles wat de verde-
digbaarheid van ons land betreft. Bovendien
zijn er stroomtogen to ons volk, die een af-
keer hebben van alles wat strekt om den
geest van vijand-schap tusschen tee volken te
handhaven en te versterken. Sinds 1887 heb
ben wij aan onze Marine 830 millioen be-
taald om ten slotte to „Onze Vloot" te lezen,
dat onze Marine geen Marine is! Wie alle
„vaste plannen" op Marinegebied gedurende
de laatste 30 jaren heeft meegemaakt, moet
ten slotte beu zijn geworden van dat geschar-
rel. Kan men zich dan verwonderen, dat to
het Volk en ook in deze Kamer to verschillen-
de partijen de gedachte komt. Moet men nu
weer beginnen zich groote uitgaven te ge-
troosten om iets, wat ten slotte niets zal be-
teekenen en dat in een tijd, dat op noodige
uitgaven op cultured gebied moet worden be
zuinigd? Laat men blij zijn, dat bet Neder
landsche volk zich thans met deze zaak be-
moeit en zijn conclusies trekt. Het artikel to
„Oe Standaard" neemt het als axioma aan:
als dit Vlootplan er komt, is de zaak in orde.
Spreker dteerde den vice-adtniraal Mac
Leod, den heer Koning, gepensioneerd inspec
teur van het stoomwezen aon het Departe-
ment van Marine, kapitein ter zee Scheffer,
gepenstoeerd luitenant-kol. Van Rossum, ge
pensioneerd overste Van der Toorn. Spreker
citeerde verder de.vergelijkin-g van „De Stan
daard van de Vlootwet met een -nieuw dak op
het huis to plaats van jaarlijksche herstellin-
gen, die evenveel of meer kosten. De voorge-
stelde Vlootwet zegt de cshrijver kost
aan Nederland1 geen cent meer dan wij than9
voor de Marine uitgeven. De Vlootwet biedt
pen die voo-r het laatst gesproken hadden:
„Hartelijk gCluk voor de bruid1!1'
HOOIFDSTU-K XXXV.
De Bruid wordt naar huis gebracht.
Het was een maand -na dat ik naar Wales
was vererokken met deu 'ttrein- waarvan ik
verteld-e aan het begin van dit verhaail de
treto die om 10.30 van het Euston-station
vertre-kt naar Llandedwydd via Camrys.
Geo-rge Meredith zag nog b-leek na -de wo
ken die hij- tot herstel van zijn wond in
Passy had doorgebrach-t-hij zat to een hoekje
na-ast mij en keek het raampije uiit met een
gelukkigen glimladh, toen. de vto-kke, uitge-
sitrelote velden en trage kanalen der Miidllandls
vervangen werden door de scherpe no tsen en
dalen-de steenen muren, groene weiden en
stroomende wateuen van. WallCs.
„Het is moo! hier, niet waar lieveltog zei
mijn man, terwijl hij' mijn hand, die to de
zijne lag, opnam en eventjes -beet to- den. vto-
ger, waaraan zijn nieuwe trouwring gesto-
ken was.
Want na al die dagen van. ons voorgewend
huwelijk, die een opeenvolgtog van toletoe
lcugentjes en moeilijkheden en hopeloos ver
langen geweest waren, waren wij nu werke-
1'ijk getrouwd. Dien- eigen' rnorgen voor ons
vertrek waren- wij. in het huwdijk getreden.
In en onoogelijk kerkje in Bloomsbury, to te-
genwoordi'gheid- van Mevrouw Tracey, die er
voor uit Franfcrijk was over^ekomen om mij
„weg te geven". Zooals dfat m Engeland ge-
brui'kelijk is.
'George had de vergunnto-g to zijn zak om
aan zijn moeder te laten zien.
(5to* volgt.)
90)