Afkmaarsche Courant
Maandag 22 October.
Signorina Lucia.
FBUILLMTON.
De ouzichtbare hand.
Voor het piaatsen vaa
advertentles in andere
bladen is uw adres:
Boek- en Handelsdrukkerij
v.h. Hernis. GOSTER ZOQN,
Frovineiaal Kieuws
VOGfdam C 9,ALKMAAR.
*0. 248
1923
Honderd Viji en Twlntlgste Jaargang,
GEMEENTE ALKMAAR.
Sollicitanten worden opgeroepen voor de
betrekking van
TIJD. LEERAAR (LEERARES)
(n Nederlandsch aan de Hamdelsdag- en
Hoogere Handelsschool, voor 7 en11 lesuren
per week, afzonderlijk of -gezamelijk. Infunc-
tietreding voor de 7 uur 1 Nov., voor de 11
uur 16 Nov. a.s. Inlichtingen verstrekt de
Directeur.
SolMritatlea (op zegel) In te zendien aan
bet gemeentebestuur, zoo spoedig mogelijk.
RAADSAGENDA.
De agenda voor de op Donderdag a s. te
houden raadsvergadering luidt als volgt:
1. Vaststelling van de notuleni der vonge
yergadering. Mededeelingen. Ingekomen
stukken.
2. Benoeming van een onderwijzeres aan
de 8e Gemeenteschool1 (bijl. nr. 173).
3. Voorstel inzake oprichting diistrictsar-
beidsbeurs (bijl. nr. 174).
4. Idem' gbedkeuring derde suppletoire be-
grooting Burgerlijk Armbestuur, dienst
1923 (bijl. nr. 175).
5. Idem toekenning voorschot en bijdrage
ten behoeve bouwplan Vereeniging Volks-
huisvesting Alkmaar (bijl. nr. 176).
6. Idem verkoop gran. en toeKenntog voor
schot ten behoeve bouwplan Ver. Roch
dale" (bijl. nr. 177).
7. Idem beschikbaarstelling gelden voor
werkverschaffing (bijl. nr. 178).
PAARDENMARKT.
Da Direoteur van 'hot Marktwezen te Alk
maar brengt iter allgemeene kennis dat ter ge-
legenheid van do Paardenmarkt op Wotansr
dag 31 October a.a. de aan te voenetn dienen
alleen naar de markt mogen warden gebraeht
over de Friesdhe brag en de Korte Niieu'we-
sloat van de Handelskade af.
De dieren, die 'over de B oompoortsbrug bij
bet Zeglis de stad binnenkomen, mogen1 itien-
gevolge van de stnemming van het verkeer
over de Schermcrvlotbrug, alleen naar de
markt gebraeht worden langs de Laat, de
Koorstraat, Pafernostenstraat1, Handelskade
en de Kotte Nieuwesloot.
Al'le dieren, die niet over de Friesdhe! birlug
de stad binnenkomen, moeten zoodanig ver-
voerd worden, dat zij. door de Korte Nieuwe
sloot van de''Handelskade af iter m'arkt fco
men: alle overige toegangen tot de markt
women afgezet.
Bij de Korte Nieuwesloot en' de Friesdhe
brug zul'len de aan te voeren dieren deSkun-
dig worden onderzocht en zal het verschul-
digde marktgeld moeten worden- voldaan.
Voor des morgens zeveni uur mogen geem!
dieren geplaaist worden1 op de markt die des
n'amiddags vier uur etodigt, terwijl ha's moor-
gens 10 uur geem dieren' rneer ter markt wor
den teegelaten.
Voor het plaatsen' der paarddn worden- aian-
gewezen de Dijk, de Doorbraak, het Waag1-
pTein en zoo noodig de Ged. Nieuwesloot, en
voor het plaatsen1 der veulens een gedeelte
van het Waagpleto.
Alkmaar, 22 October 1923.
De Directeur voornoemd
D. SCHENIK.
GEVONDEN VOORWERPEN.
Aanwezig aan het Bureau van politic,
Langestraat en aldaar te bevragen op alle
werkdagen tusschen 11 en' 1 uur, de navol-
gende voorwerpen als gevonden gedeponeerd
op 19, 20 en- 21 October 1923:
twee rijwielzaderdekjes; huissleutel; rol-
meetband; militair zakboekje: houten pijp;
koralen halskettmg; halsdoek; huissleutel;
mantelband.
Aanwezig em te bevragen bij de mavolgen-
de ingezetenen, onderstaande voorwerpen,
als gevonden aangegevem op 19, 20 en 21
October 1923.
Juffrouw Ran, Baamsimgel- 22b, stuk van
een gouden ketting; Kleverlaan, Popelmans-
laan 15; sleuteltje; P. Zuurbier, Westdijk 3,
bankbiljet; Hopman, Limdemlaan-hoek Akers-
laan, zilveren armband en pet; Bruinenberg,
Gedempte Baansloot, bruin schrijfetui; De
Jager, Dijkgraafstraat 31, postduifTelle-
man, Baansimgel, portemonnaie met inhoud;
Mej. Adolfs, Oudegracht 9, zakje met in
houd; J. Olties, Zilverstraat 2, zakschaartje
in etui; B. Beentjes, Lombardsteeg 17, voet-
bal; Bedlenkamp, Baansingel 40, handschoen
en rijwielsleutel; Wagendrever, Westerburg-
straat 10, mantelband; N. Willems, Heilig-
lamd 17, damesportemonnaie met inhoud.
Wanneer mem weoer m- net Oezrt is van het
verloren voorwerp, wordt men verzocht hier-
van kennis ie geven aan- het Bureau van
politie.
door Marguerite de Rouville.
(Nadruk verboden.)
Signorina Luda Giodde loopt haastig met
kort Schichtige pasjes door het bergdorp, ge-
huld in haar regenmantel, snceuwschoenea
aan, een tasch met boeken aan haar arm. De
straatjes liggen vol modder en Signorine Lu
cia tracht angstvallig de ergste plekken te
vermijden.
Zij is met den bergtrdn boven gekomen om
haar wekelijksohe les te geven aan de twee
Hollandsche dames in het pension.
Signorina Luda haar naam duidt het
aan is een Italiaansche; zij geeft Italiaan-
sche lessen, altijd maar door lessen, dag in
dag uit om in haar onderhoud te voorzicn.
Zij is een kldn, kittig vrouwtje van twijfelach-
;en leeftijd; zij- kan 40 of 45 of ook ouder
jonger zijn.
Zij- is mismaakt, ach, anne! Haar hoog
rugje steekt zoo zielig uit tusschen haar ma-
fere schoudertjes; haar borst is ingevallen,
aar armen zijn lang en stakelig, haar hoofd
lijkt te groot voor haar kinderlichaam. Toch
heeft zij charme.
Bij de Italiaansche vrouwen Is bijna altijd
iets te groot en te veel: te veel haar, te groote
oogen, te groote neus en mond, te veel ge-
moed, te veel en te groote ringen, te lange
oorhangers, een iets te luid praten en lachen
van alles iets te veel! en toch! lief ge-
nereus volk, jong en blir en levenskrachtig!
Ook Signorina Luda's mond is te groot.
maar hij is expressief en o zoo smartelijk ver-
trokken soms; haar trekken zijn te scherp,
maar er is zooveel energie, zooveel pit in dat
gezicht; de meestal sombere oogen kunnen
plotseling zoo gloden van geestdrift, zoo
warm stralen!
Som3 zou men in een opwelling van be-
schermende teederheid den arm- om dat ge-
brekkig lijfje willen heensl-aan, maar in stole
daarvan houdt men even later eerbiedig de
deur voor haar open, als zij' parmantig en
dapper, opnieuw weer en wind1 trotseeren
gaat om een volgende les te geven.
Signorina Luda heeft als alle' Italiaansche
vrouwen keurige handjes en yoetjes en zij is
altijd ondanks haar armoedje onberis-
pelijk geschoeid en gehandschoend. Dat is
naar luxe en dat geeft haar een cachet van
distinctie. Zij kan verschijnen met en in de
meest zonderlinge gewaden en hoofdtooisels,
maar geganteerd is zij steeds als een markie-
zin.
Zij geeft goed les, duidelijk, streng, kort en
bondig. Zij verstaat geen gekscheren en haar
bedaagde eerlingen ringeloort zij alsof het
schoolmds es waren. Als men zijn opgaven
niet 'kent, koestert men dezelfde vreea als in-
de dagen van weleer op de H. B. S.
Eindeloos laat zij overdoen, totdat men de
goede uitspraak beet heeft: het sonore, war-
rne, opene der klinkers, en den zwaren, dof-
fen vale of de zachte ontploffing der enkele
en dubbele medeklinkers. Het moet zingen,
Er moet klank en climax in zijn, rhythmus en
„gang". Zij maakt een werkwoord in zijn ver-
schillende tijden tot een dramatisch gedicht,
en eischt dictie bij het oplezen van een thema-
zin. Alle Hollandsche sloom'heid en slordig-
heid en vaagheid van spreken zweept zij met
haar felle stemmetje weg; ze vuurt aan, ze
sleept mee, totdat luie lippen, slappe tong en
kaa'kspieren hum werk zuiverder verricnten
en de schoone, gebeeldhouwde Italiaansche
taal een weinig plastischer uit een Holland-
schen mond opklinkt. Dan is zij tevreden en
lachen haar donkere oogen voldaan. „Si
va bene! benissimo". Juist, het gaat goed,
zeer goed!"
Men maakt vorderingen bij Signoria Lu
da tegen wil en dank.
Signorina Luda is vroolijk, trots haar wel
wat bitteren kijk op het leven, trots haar
heimwee naar haar schoon land. Zij1 heeft zin
voor dwaze dingen en ze heeft een kinderlijk
gemoed. Maar verleden Zondag was het
vrouwtje zichzelf niet. Zij was verward en
zenuwachtig en zag er zoo smalletjes uit! Zij
vergiste zich telkens neen het vlotte
niet.
Even zwegen wij alien. Toen droogde zij
resoluut haar tranen, sloeg het boek open-,
en zeide met haar strengste leeraressen-stem
„Dames, vandaag waren we toe aan de onre-
gelmatige tijden van het werkwoord „patere'_'.
Op de vraag, wat er een scheelde, begon zij
zachtjes te huilen, zielig, met telkens schok-
ken van haar arm vergroeid lijfje en toen wij
haar wat probeerden. te troosten en haar vroe-
gen naar haar verdriet, kwam het er uit: Zij
had slechte tijding uit haar land; haar
pleegzoon was gestorven. Ja, zij had een
pleegzoon- samen met broeder Francesco.
Carlo heette hij 't was zoo'n lieve jongen,
imap en goed een goed kind, o ja! ACht-1
tien jaar was hij nu. Sinds de groote ramp bij i
Messina was hi] bun pleegkind van haar
ea van broeder Francesco; zijn ouders waren
toen omgekomen bij de ramp en het kereltje i
was oudergebradht in een inrichting van
weesjes te Napels, waar zij in dien tijd lessen i
gaf en waar ook broeder Francesco werk-
zaam was. Toen was Carlo hun beider pleeg-
kind geworden. Samen hadden zij yoor hem
gezorgd, hem wat liefde gegeven in zijn zon-
loos kleinkinderbestaan. En dat gemeenschap-
pelijke levensdoel had hen beiden tot elkander
gebraeht, steeds meer: den kloosterbroeder en
het mismaakte vrouwtje, en daaruit was lang-
zaam aan een zeldzaam mooie, innige, teere
en kuische vriendschap opgcsbloeid.
Zij zij had Napels moeten verlaten
Carlo bleef bij broeder Francesco; zij hoor-
de geregeld van hem. Carlo groeide op, hij
werd een lieve jongen, een knappe jongen!
Jaren geleden had hij wel eens een tueval
gehad waarschijnlijk een gevolg van den
geweldigen schok in- zijn kinderzieltje, toen,
ten tijde van de ramp. Maar nu al in geen
jaren was dat teruggekomen; hij, fecheen ge-
nezen.
Broeder Francesco zorgdie voor hem, met
zoo trouwe zorg als een vader; hij waakte
over hem dat zijn leven rustig en gezond
verliep; hij liet hem zelfs slapen in zijn eigen
kamer, om hem steeds te kunnen behoeden.
Het ging alles zoo goed! En toen had
Carlo moeten dienen in het legerhij had
geen vrijstelling kunnen krijgen, juist om-
dat hij volkomen normaal scheen. En toch
was de dienst te zwaar voor hem gebleken;
hij had een hevigen aanval- gpkregen en nu
was hij doodl -- Carlo 1
En toch dit 'was het niet, waarom het
vrouwtje zoo wanhopig snikte; dit leed
kon zij verwerken. Maar broeder Francesco
had haar geschreven, de gansche toedracht
had hij haar verteld, en zijn smart er over,
en toen had hij erbij gevoegd, dat hij nu niet
I langer gelooven koa, niet meer gelooven aan
i Gods liefde en ontferming, aan Gods goed-
heid nu Carlo, het kind, dat hij liefhad
als zijn oogappel, waarover hij gewaakt had
als over een schat het kind, dat God zelf
hem scheen te hebben toegevoerd, nu
Carlo plotseling zoo bruusk, zoo wreedaar-
dig-onnoodig was weggenomen. Neen, nu
kon broeder Francesco niet langer gelooven,
nu twijfelde hij aan alles en in zijn
brief stortte hiji uit zijn leed, zijn angst om
zoo groote zonde hij een katholiek
priest&r, die twijfelde aan Gods- goedheid!
jLoo stond het in den brief. En om dien brief
huilde Signorina Lucia, omdat haar vriend,
de trouwe, goede broeder Francesco, nu
zulk een groot leed te diragen had, een leed,
dait hij niet dragen kon, zoodat hij- zijn ge-
loof verloren had hij, die zoo vroom-ver-
trouwend was dat hij on twijfelde
aam alles I
En zij wist niet wat hem te antwoordien.
Brieven zijn zoo koud oals zij toch maar
eveni naar hem toe kon gaan en hem troos
ten! Als zij maar iets voor hem doen kon
iets, dat hij zijn vertrouwen en geloof weer
terugvond! Misschien, als zij bij- hem was,
als zij eens samen konden praten hij was
zoo'n groot vriend van haar dat wist nie-
mand zoo'n heel groot vriend, herhaalde
snikkend het vrouwtje, en heel zacht voegdie
zij er bij o! zoo zacht en droevig: „en
vriendschap is schooner dan de liefde".
wordt. z.ij' kunnen dan ae vergadcrmgca bi]-
wonen
De heer Apeldoorn: Je hebt de 8-urige
werkdag, wij de 13-urige.
De heer Belleman kon wel op Zaterdagmid-
dag. Spr. was overigeeus overtuigd, in 8 urea
meer arbeid te verrichten dan de hoer Apel
doorn in 18.
De heer Dekker vond, dat de heer Apel
doorn best's avonds kon vergaderen.
De hoer ApeldoornJe weet er veel van.
Met 5 tegen 2 stemmen werd ten slotte be-
slotea des winters overdag te vergaderen.
4 Voorstel van B. een W.'om den onder-
wijzer, den heer J. P. Klerke, te Egpioud a. d.
H'oef, op 1 Januari 1925 te doen overgaan
naar de openbare lagere school to Egmond-
Binnen
De voorzitter deelde mede, dat de onderwij'-
zer hiennede accoord gaat, waama conform
werd besloten.
Voor kennisgeving werd aangeoomen een
schrijven van Ged. Stateni, waarin bericht
wordt, dat een genoemd stukje grond wel in
arfpacht kon worden uitgegeven.
5. Aanbieding ontwerp-reglement van
orde voor de vergaderingen van B. en W.
De voorzitter zeide, dat het bestaaude regle-
ment van 1862 is, zoodat het wel verandering
behoeft. Het ontwerp had ter visie gelegen,
zoodat spr. vroeg of eenig lid bemerkingen
op een bepaald artikel had.
De heer Apeldoorn wenschte voorlezing.
De voorzitter wees er op, dat volgens een
Door Douglas Valentine.
(Schrijver van De man met den Klotttpvoefc)*
Geaiutoriseerde veriialing van W. B. P.
(Nadruk v.erboden')-
„Le Gapitaine is daar, Madame", zei de
Fransche kamenier, „en zegt dat Monsieur
Miadkwayte vraagt of Mademo'isdlle komt!"
De danseres stak een kldim handje te voor-
schijn vanuit de pllooien van haar zijdern ki
mono.
„Au revoir, ma petite", zeide zij, „we zten
elkaar nog wel leens. Je komt miji eens opzoe-
ken, n'est-ce pas? En zeg voioral niets van..."
en zij wees op Barbara's itiaschje, waarin dieze
het kleine pakje had geborgen, „dat blijft 'n
ge'ehnpje tusschen ons, he? Beloof mij dlat,
mora enfant
?,'Nlatuurlijk, ilk beloof het u, als u dat wilt 1"
zei Barbara verwonderdl
Half negen den volgendlen ochtend zalt
Desmond CHkewoodl in de spreekkamer van
deni chef van den geheimen Splonnagedienst.
Hij wist nieti hoe hij het had. De telefoon
naast zijn bed had hem om 8 uur gewefct uit
den eeTsten sllaap dien hiji sinds twee maanddn
in een' werke'lijk bed had genoten. Met slape-
rige stem had hij geprotesteend dat hiji om 10
uur op het iDepartenenit van Oorlsog ontbo-
den was maar een stem had hem kortaf ge-
vraagd zkh te fcleedien en dladieldjik bij di
chef te komen. En daar zat hij! rm, zonder
ontbeten te hebben, met een door het haastige
scheren pijnlijke kin. Wat iter wereld wou die
chef nu van hem? Hij was toch nliet bij' den
spi-onnagedfenst, al was zijn broer Francis
dat wel.
Een stem schrikte hem op uit zijn mjdige
overpeinzingen:
„Kom binnfen, Okewood!"
De chief stond in de deur van zijn kamer,
een breedigeschouderde gestalte in een een-
voudig colbertcostuum. Desmond -had1 hem
al1 eerder ontm-oet. 'Hij' kende hem als een- man-
van veell vragen, maar van weinig mededee-
len, toch had hiji de herinnering aan een
vriendelijke, onverstooibaar kalme persoon-
lijkheid. Vanda-ag scheen dte chef ech-ter iets
-te hebben dat hem geheel in- beslag nam. Er
lag een diepe rimpd tusschen zijn -borstelige
wenkbrauwen, toen hij zich' tot Desmond
wendde en -hem een' stoel aanwees. Toen hiji
sprak was het zeer kortaf.
„Hoie laat heeft u van de Mackwaytes af-
scheid genomen bij het theater, gisteren-
avond?" 4
(Desmond stond pal. Hoe ter wereld rnst
die dief, d'at hiji gisterenavond -in het Palaceum
geweest was? Maar toch gewend als hiji was
aan de afflwetendheid1 van den Engelsdhen spl
onnagedienst, antwoordde hij dadielijfc:
„Het was vrij laat, ik geloof, zoo om en bij
twaalf uur!"
„Gingen zij alleen naar huis, naar Seven
Kings?
,Ja, mijnheer, In een itara!" antwoondlde
Desmiond met onithu-tste stem. Het feit, dat
U4T EGMOND-BINNEN.
(Vervolg gemeenteraad).
3 'Prae-advies van B. en W. op het ver-
zoek van het raadslid G. Belleman, om de
raadsvergaderingen om beurten te Egmond
a.d. Hoef en te Egmond-Binhen te houden
De voorzitter merkte op, dat het adres aan
spr behoorde gericht te zijn en wel volgens
de Gemeentewet Spr. oordeelde, dat de ver-
deeldheid eerder er door bevorderd zal wor
den dan tegengegaan. Spr. was van mee-
ning, dat de raad in het gemeentehuis be
hoorde te vergaderen. Meermalen moeten
stukken worden ingezien en daarom is het
beter hier te vergaderen, Spr. zal dan ook
niet anders beslissen.
De heer Apeldoorn wilde wel in den Hoef
blijven vergaderen. Spr. had echter bezwaar
tegen avondvergaderingen en stelde voor, te
besluiten dagvergaderingen te houden. In de
zomermaanden wilde spr. wel's avonds ver
gaderen-.
De voorzitter oordeelde die motieven van het
lid, dat gaame des avonds wilde vergaderen,
wel zwaarwegend.
De heer Belleman bleef ook liever's avonds
tehuis, doch spr's patroon heeft bezwaar om
hem overdag vrij te geven. Spr. is verkozen en
moet toch de gelegenheid hebben de vergade
ringen biji te wonen, Bovendien is het voor de
burgers ook beter dat des avonds vergaderd
raadsbesluit het ontwerp ter inzage had gele-
nen. Voorlezing was dus overbodlg.
De heer Apeldoorn vond- het gemakkelijk
voor de vlak bij wonendenden de stukken in te
zien. Voor hem- was dit moeilijker. Spr bled
op voorlezing aandringen.
De voorzitter: Er is een raadsbesluit en
dit moet gehandhaafd worden. De leden! die
bemerkingen hebben, kunnen die naar voren
brengen,
De heer van Duin vond het ook moeuijk, de
stukken te gaan inzien.
De voorzitter oordedde, dat ieder, die zich
als raadslid beschikbaar stelt, tevoren dient te
weten, welke verplichtingen hij op zich
necmt Er was een raadsbesluit, waarbij; be
paald was, dat de stukken aan den Raad voor
de leden ter visie worden gelegd, evenals de
notulen. Hiertoe was besloten om angdurige
voorleziugen te voorkomen
De heer Apeldoorn: Wanneer er van uw
kant geen inschikkelijkheid is, dan kunnen
Wij wel sluiten. U bent het niet verplicht,
maar het scheelt veel of u mee wilt werken of
niet.
De voorzitter had' geen bezwaar tegen
voorlezing. Er is echter een raadsbesluit en
daaraan wil spr. zich houden.
De heer Dekker was het hiermee eens.
De heer Apeldoorn: Maar er is toch niet
besloten, dat de stukken niet mogen worden
voorgelezen.
De voorzitter: Anders zou het beslhit om
de stukken tere visi te leggeu een wassea neus
zijn.
De heer Belleman had aan dit raadsbesluit
een reuzestrop. Wanneer de voorzitter niet
verplicht is de stukken voor te lezen, dan
vindt spr. dit raadsbesluit een treurig besluit
Volgens de Gemeentewet moeten' stukken ter
tafel worden gebraeht, waar ze behooren.
Destijds zond spr. een stuk aan den Raad,
doch de Raad vemam trimmer den inhoud van
't stuk en toch werd aan Ged. Staten geschre
ven, dat de Raad kennis genomen had' van de
bezwaren. Daar is mee geknotidi.
De voorzitter achtte zich verplicht, 9e
raadsbes-luiten te handhaven. De Raad besloot
de stukken ter visie te leggen Dat de Raad
desondanks het stuk niet inzag, kan spr. niet
helped. Het stuk had ter visie gelegen at het
was dus juist, dat aan Ged. Staten werd ge
schreven, dat de Raad kennis nam van de be
zwaren. Spr. wees den heer Belleman er op,
dat nog nimmer in den Raal van knoeien is
gesproken en hiervan is dan ook geen sprake.
De heer Belleman nam dit woord teru-g. De
leden uit Egmond-binnen kunnen echter niet
steeds naar het raadhuis gaan om de stukken
in te zien. Voorlezing is dus wel gewenscht.
De voorzitter: Trek dan het Raadsbesluit
in. De raadsvergaderingen duren dan weer
wat langer.
De heer BellemanHet regiement van orde
van de vergaderingen van B en W. is daar-
voor van te weinig belang. B. en W. zullen
elkander niet in de haren vliegen.
De heer Aipeldoom stelde voor, te bepalen,
dat de situkken en "de notulen worden voorge
lezen, indien het verlangd wordt
Dit voorsitel werd aangen-omon met 4 tegen
3 stemmen (Tegen de wethOuders en de heer
Dekker).
De voorzitter: Dan zal ik voortaan bij elk
stuk vragen of de heeren voorlichting wen-
schen
De heer Belleman: Dat behoeft u niet te
de chef zoo volkomen op de hoogte was van
zij'n onderlwerp, vertbaasdle hem ste-eds meer.
De chef staarde soanber o-p zijn. vloeidruk-
ker. Desmond wist, dat dit een vaste gewoion-
te van hem was, wanneer hij over iets pie-
kerde.
„Hebt u een goeden' nacht gehad?" vroeg
hij plotseling aan Desmond.
„J-a", antwoordde deze, het doel van dteze
vraag in het minsti niet 'begrijpend.... hoewel
ik niet van plan- was zoo vroeg op its staan
De chef negeerde deze opmerking.
„Er gebeurde dus niets huitengewoons van-
nacht?" vroeg hij- weer.
Desmond schudde ontkennend.
„N!iet d'at ik weet, mijnheer," zdde hij.
Rtrangwise al gezien van morgen?"
Desmond gaapte lettelijk van verbazing
Dus die dhef was er ook' al van op de hoogte,
dat hij Strangwise -kende
„Neen mijnheer!"
Een klerk stak zijn hoofd om de deur.
„Wat is er, Matthews?"
„Kapitein Strangwise zal zoo dadelijk hier
fcomen', mijnheer," zei hij.
'De chef keek snel op.
„G, dan fcun je hem hier laten. In orde".
,,'En dan was er een telefoon van Schotland
Yard", voegde Matthews er -bij, „om te zeg-
gen dat de diofcter nu bij Miss Maekwayte iff'.
Etesmiomd schrikte op.
„Is Miss Maekwayte ziek?" riep hij uit.
De chef antwoordde langzaam, terwijl
Matthews veridween: „De oude Macikwayte
werd vammotgeni vroeg vermooTd In zijn huis
gevonden!"
doen. Weest u nu niet sarcastisch.
De voorzitter: Ik ben de voorzitter. Laat u
d'it dus maar aan'mij over. Wenscht een der
heeren voorlezing van' het Regiement van
Orde?
De heer Apeldoorn: Jawel, mijnheer de
Voorzitter. (uelach).
De voorzitter voldeed aan het- verzoek, wat
geruimeu tijd vorderde.
De heer Belleman tot den heer Apeldoorn
Het is droge kost; het spijt me, dat ik je ge-
steundheb.
De voorzitter: Ja, mijne heeren, we gaan
nu door.
De heer Apeldoorn verzocht herlezing van
art. 14.
Dc voorzitter voldeed aan dit verzoek.
De heer Apeldoorn verzocht eveneens voor
lezing van het Regiement van Orde over de
Raadsvergaderingen.
Na de voorlezing stelde de heer Belleman
voor, om maar direct het aangenom-en voor
stel van den heer Apeldoorn zo6 te wijzigen,
dat alleen voorlezing geschiedt, wanneer 4/7
van de leden het verlangen, want z66 was
het geen doen.
De heer Dekker had dit ook willen voorstel-
len en wenschte tevens te bepalen. dat het
lid- dat voorlezing verzoekt, -het ook zelf maar
moet lezen,
De heer Apeldoorn: Dat zijn weer van die
rooie voorstellen, om de boel weer in de war
te sturen.
De voorzitter wilde het nu zoo maar laten
Laten de leden zoo wijs zijn, om niet van alles
voorlezing te vragen.
De heer BellemanWij, zijh nieuwe raads-
leden, die de zaken niet verstaan Het is gc-
beurd-, maar het bevalt mij zoo niet.
De heer Apeldoorn Was u met het Regie
ment van Orde op de hoogte?
De heer BellemanIk weet er nu nog niets
van.
De heer Dekker stelde voor, om het Regie
ment aan te vullen met de bepaling, dat het
lid, dat voorlezing vraagt bet betreffende
stuk moet voorlezen.
De voorzitter noodigde den heer Dekker
uit, dit voorstel in de volgende vergadering
schriftelijk in te dienen en stelde het volgende
punt aan de orde.
Besloten werd, de begrooting van het Bur-
*"k Armbestuur, dienst 1924, die van het
B. en de gemeente-begrooting in han-
den van de raadsleden, buiten de weth-ouders
te stellen ter onderzoek.
Aldus werd besloten.
Op voorstel van den voorzitter werd beslo
ten', het verzoek van den Volksbond, om voor
de werkloosheidsvoorziening maatregelen te
treff'cn, ter afdoening in handen van B. en W.
te stellen.
Bij der ondvraag betreurde de heer van
Duin de regeeringsplannen, om het postkan-
toor te Egmondbinnen op te heffen. Spr. zou,
zoo mogelijk, daartegen iets willen doen.
De voorzitter decide mede, dat dit plan
erger lijkt dan het is. Twee uur per dag zal
er na de opheffing kantoor worden gehouden,
terwijl het telefoon- en het telegraafverkeer
hetzelfde blijft. De regeering wiidc bezuini-
gen en die plannen moeten zooveel mogelijk
worden gesteund Spr. zou de zaak nog eens
onderzoeken.
Na eenige bemerkingen van minder beteeke-
nis wad hierna de vergadering gesolten.
UIT ZUID EN NOORD SCHER-MER
De raad dezer gemeente vergaderde op
Vrijdag 19 October n.m. 2 uur.
Voorzitter was de Burgemeester, tevens
secretaris.
Tegenwoordig waren alle leden.
De notulen werden vastgesteld.
No^ 3 der Agendabenoeming van een
onderwijzeres te Groot-Schenner, in de Va-
cature ontstaan door overplaatsing van Mej.
G. Vermeer naar Driehuizen.
De voordracht bestond uit de dames P v.
Zaanen te Zaandam, E. J. Tates te Schagen
en A. E. Haasbroek te Alkmaar.
Mej. Slooten wenschte vooraf iets te zeg-
gen. Ze wenschte voordat tot stemmen werd
overgegaan, eerst het ingekomen adres vaa
den heer J. Vermeer h.d.s. te Driehuizen te
behandelen.
Voorzitter zeide dat de voordracht en be
noeming daaruit aan de orde was. Wenschte
de Raad de benoeming aan te houden, dan
HOOFDSfRJK IV.
Majoor Okewood antmoet een nieuw type.
HCet woord „mioord" heeft een sinisteren
ter was in het suggestief gahruiken van woor-
den, heeft de waarheid hiervan gevoeld, toen
hij het groo'tste detective-verliaal, dait wit ge
schreven is, no-emde „De mwrdenaars van
de Rue Morgue". Vanaf heb begin van den
oorlog had Desmond den dood gezien in al
zijn vorxnen, maar dat woord „vermoord",
zooals het met langzamen nadruk in die
stille kamer werd uitgesproken, gaf hem een
n-aar, kil gevo'el, dat hiji op het slagveld nwiit
had ondervonden.
„VermoOTd!" herhaalde hij' dbf en ging
weer ziitten. Hij was diep onder den indruk
van de vreemde beschikking van het lot. waar-
door hij uit de verschrifckingen van Vlaande-
'ren was gehaald, alleen om h'ier in een ge
heel ander soort tragic gewikkeldi te wor-
'd'cni
,Ja", zei die dhef kortaf, „d-oor een inbret-
ker Mijkbaar het heele huis werd leegge-
I^llunderd-
Mijnheer", viel Desmond in, „u moet mij
eenige uiilegging geven. Ik weet van niets!
Waarom heeft u 'mij lateU' roepen? Wat heeft
u eigenlijk met een gewone moordzaak te ma-
fcen? Zoo'n zaak als deze gaat toch- alleen
Scotland Yard aan!"
De chef schudde het hoofd.
,,'Ik liet u roepen bij1 gebrek aan uw broer,
mijnheer Okewood!" zei hi}. „U weigerde
eens een aanbod van mij, toen- Ik u in ornzen
dienst wilde nemen, maar dezen keer moest
ik u hebben, en dus liet ik het Depantement
van- Oorlog telegrafeeren, dat u..."
„Dus was de opdracht, dab ik om 10 uuf
-aan het Departement fcomen moest, van' u?"
riep Desmond in groote verbaziing uit.
De ander fcnikte.
„Ja, zeker", zei hij kort.
,,Maar", protesteerde Desmond zwakjes,
„wist u dan ali van te voren van dezen
moord?"
De chef wierp heb hoofd adhterover en
techte luid!.
„Beste kerel", zei hij, ,^ieen, zoo diepzin-
nig ben' ik niet. Ik ben' geen helderziende, wat
denkt u wel?"
„Nou, maar dan heeft u iets, dat dan toch
dromimels veel op helderziend'heid lijkt", zeide
Desmond1. „Hoe ter wereld wist u, dat ik giff-
teravond -in het Palaceum ben geweest?"
De chef tadite grimmig en an'twoordde
,,0, dat is heel eenvoudig. Will ik u nog
eens iets over u zelf vertellen? U zat..." hij
wierp een vludhtigen bilk op den lessenaar
voor zich, „in de stalks, E 52, en ma het op-
treden van Nur-el-Din, nam Strangwise u
mee achter het tooneel en' stelde u aan haar
voor. In haar kleedkamer ontmoette u Maek
wayte en zijn docbter. Daama..."
,,Maar", viefl) Desmond hem snel to de
reae, „ik moet gevo'lgd zijn door een van uw
menscnen. Maar ifc kan nog steeds niet in
zien, waarom mijn doen en laten' den spion-
nagedlenst belang kan toboezemten
(Woidi vfipvolgd.)