4lkmaarsche Gourant Brieven uit BerlQn. Parijsohe GanserleSn. Brief uif Indie. N.V. Boek- en Handelsdrukkerij Villi Herms. COSTER ZOON, Voordam G 9. ALKMAAR. Zaterdag 8 December. Helast zich met: het vervaardigen van ALLE Drukwerken, het plaatsen van advertentlen in alle bladen, het leveren van alle Blnnen- en Buitenlandsche Boeken. het leveren van abonnemen- ten op alle Binnen en Buiten landsche bladen. Vo >89. 1923. HondariJ Vijf en fwintigste Jaargang. No. 103. Ook in den heksenketel leeft men voort. Een philanthrope. Het Berlijnsche slot en de „slotkeuken". Het verarmde intellect. „Waardevast" pa- piergeld. Berlijn, eind November. Wiens leven kalm en onbewogen heenvliet, kan zich niet voorstellen, hoe iemand, die on- ophoudelijk door noodlotslagen gestriemd wordt, zijn levenslast nog dragen kan. Zoo kan ik me heel goed indenken, dat men in Holland waar men zeer zeker ook niet zonder zorgen is, maar toch in een lucht ademt, die overeenkomst vertoont met die van voor 1914, absoluut niet meer begrijpt, dat men in den heksenketel Duitschland bestaan kan. Het is inderdaad merkwaardig genoeg: we leven nog steeds, we verwonderen ons zelf daarover en iedere vreemdeling, die nog in Duitschland komt, verwondert zich even- eens maar het is zoo, van buiten af gezien, maken de Duitsche toestanden stellig een nog wanhopiger indruk, als wanneer men ze van 'binnen uit beschouwt. Zeker, we hebben in Berlijn excessen be- leefd, die ongehoord en in alle opzichten bar- baarsch waren. Er hebben in het centrum van de staid „pogroms" plaats gehad, zooals die vroeger in Rusland aan de orde van den dag waren en die men tot nu toe in de hoofd- stad van een beschaafd land voor onmogelijk gehouden had. Ook thans, nu de zwaarste stormen zich gelegd hebben, komen nog her- haaldelijk overvallen en plunderingen, voor- namelijk van levensmiddelenbedrijven, voor. Maar daarom moet men in het buitenland nu niet dadelijk denken, dat het in de Berlijnsche straten moord en doodslag is. De reusachtige stad is te uitgestrekt, dat de meeste bewoners van onrust in bepaalde stadswijken iets zou- den bemerken. Zeker, wie geen dringende boodschappen te doen heeft, blijft 'savonds het liefst thuis. De schouwburgen en concerten zijn wel is waar nog altijd goed bezocht, maar na de voorstelling haast ieder zich naar zijn wo- ning. Vroeger zagen de Berlijnsche families een bijzonder genoegen er in, tot laat in den avond, ja zelfs tot in den nacht, in het res taurant of het cafe te zitten daarvan is -thans geen sprake meer. Alleen daarom al niet, omdat dit amusement zoo kostbaar ge- worden is, dat heel weinigen zich deze luxe nog kunnen permitteeren. Steeds slechter gaat het vooral het burger- lijke intellect. Daaronder heerscht de grootste ellende, juist omdat het in de meeste gevallen stom gedragen wordt. En het was waarlijk een geschenk des hemels, dat hier in deze Weken een reddende hand uitgestoken werd. De hulp kwam uit Weenen, waar men klaar- blijkelijk de moeilijkste tijden te boven is, en het herstel intreedt. Een Weensche philan thrope, Frau Dr. Eugenie Schwarzwald, kwam naar Berlijn, met het plan, den totaal verarmden, beschaafden stand car krachtigen steun te verleenen. Het is een energieke vrouw, die ook in haar vaderstad buitenge- woon veel goeds tot stand heeft gebracht. Zij organiseerde in Weenen in de jaren van de vreeselijkste ellende verschillende gaarkeu- kens voor die leden van alle takken van be- ■roep, wien het bijzonder slecht ging en legde daarbij een bewonderenswaardig talent voor een dergelijken menschlievenden arbeid aan den dag. In een voordracht, die Frau Dr. Schwarzwald onlangs in Berlijn hield, heeft ze heel aantrekkelijk over de resultaten, die ze in Weenen behaalde, verteld en ook mede- gedeeld, hoe haar uit alle landen gelden toe- stroomden, om haar ins tell ingen in stand te houden. Daarbij deden zich ook komische in- cidenten voor. Zoo had ze een middagtafel voor arme jongens en meisjes studenten inge- steld. Op zekeren dag kreeg ze een brief van een Deensch student uit Kopenhagen, die haar schreef„Ik zal te beginnen met heden drie maanden lang niet lunchen en stel U het geld voor d'eze maaltijden die ik mij onthoud, ter beschikking onder voorwaarde, dat deze som een arme studente, maar het moet een knappet zijn, ten goede komt." Frau Dr. Schwarzwald vertelde, dat ze zich strikt gehouden had aan deze bepaling. Toen ze een spijziqine voor arme Weensche kinderen op touw zette, ontving ze op zeke ren dag geld van een Hollandschen jongen met een brief, die luidde: „Ik zend U hierbij mijn opgespaarde geld, opdat U een Ween- schen jongen eens iets heel lekkers kunt te eten geven. Maar ik zou wel graag willen, dat U hem kaas gaf, want daar houd ik zelf erg veel van." Frau Schwarzwald heeft ook deze wensch vervuld, hoewel ze besloot het Weensche peetkind van dien flinken Holland schen jongen toch ook nog iets anders te ge ven dan kaas alleen. Nu kwam deze menschenvriendin van de Donau naar Berlijn, en haar seherpe oogen zagen spoedig dat het hier juist de vrouwen en mannen, welke hun brood met hoofdarbeid verdienen, de ontwikkelden en de academisch- gevormden zijn, die dringend hulp behoeven. Ze had tot dit doel in Weenen een groote ver- eeniging onder den naam „Oesterreichische Freundeshilfe" uit den grond getooverd. De hulpactie zou in grootsche stijl op touw wor- den gezet. Maar welk lokaal zouden ze daarvoor kiezen? Lang zocht Frau Eugenie Schwarzwald zonder gesehikte lolcalen fe vindten. In het een of andere restaurant kon ze zich niet inkwartieren, omdat dit te groote kosten met zich gebracht zou hebben. In de een of andere groote salon zou de keukenin- richting weer te duur gewordien zijn. Toen kwam de verstandige vrouw, die zich niet zoo gemakkelijk laat afschrikken als ze zich iets voorgenomen heeft, op een geniaal den'kbeeld. Zou er in het vroegere Hohenzollern-slot aan de Spree niet iets te vindcn zijn, wat ze ge- bruiken kon? En waarlijk: ze vond daar de reusachtige ..feestkeuken", die vroeger bij groote hoffcesten gebruikt werd en die nu ge- sloten was. Frau Schwarzwald opende on- derhandelingen met het Pruisische ministerie van financien, dat sinds de revolutie het be- heer over dfe kasteelen voert en bereikte spoe- haar dad 1 Het ouae slot in net centrum van frariijn ziet er op het oogenblik al heel wonderl'ijk uit. De prachtige feestsalons uit die 17e en 18e eeuw zijn omgetooverd tot het „siotmu- suum", van welks opening ik onlangs in dit blad melding maakte. Maar slechts een deel van het kolossale, om verschillende binnen- plaatsen gegroepeerde bouwwerk is bestemd voor dit nieuwe doel. Behalve deze ruimten stcndien nog ontel- baree zaln en kaniers leeg letterlijk ontel- bare, want het is inderdaad onmogelijk, een nauwkeuirige opgave van het aantal te be- machtigen. Belanghebbenden uit alle stan- den melden zich. Geheele vleugels werden de ovcrhcid ter beschikking gesteld, die ze inrichttc. Waar het eenigszins mogelijk was, werden woningen ingericht; dat was nog zoo gemak kelijk niet, want slechts de particuliere wo- iitig van de keizerlij'ke familie is voorzien vai verschillende gemakken, die zelfs hier eerst in 1888 bij de troonsbestij'giag van Wilhelm II werden ingevoerd. Deze eertijds keizerlij'ke verirekkcn wilde men1 toch niet als woningen vcrhuren en daarom werd hier de geheee slotinventaris opgestapeld, massa's bcddon, stoelen, meubelsiukkcn, glas- en aar- dewerk. De vertrekken waarin Wilhelm II tot de katastrophe van 1918 woonde, zijn werkka- mer, zijn onivangsalon, de slaapkaimers van de frimme zicu er merkwaardig uit sdiij- nen de opslagplaats van een groot magazijn. Nu kwam de „fec-stkeukur" tot nieuw le ven. Ze ligt vlak aan de Spree, en ik herin- ncr me goed, hoe wij als kinderen dikwijls op den andcrcn rivieroever stondeiii en naar de overzijdc kelcen, waar bij fcestclijke gelegen- heden de koks met hun witte kieku en mut- sen bczig waren. Het is een geweldige ruimte afgeschei- d'en natuurlijk van de keuken, die op gewone dagai voor ae keizorlijke huishouding in ge- bruik was men kon zich geen betcr ondler- dale voor die schepping van Frau Schwarz wald voorstel'lon. Een Weensch architect, Adolf Loos, droeg zorg voor een inrichting, opdat dc bezoeker zich in deze hallen thuis zal voeten. En, wat zeer bekrigrijk was, ook voor de tocbereiding dier spijzen en voor do bedicning werden Oostenrijlcsclne krachten geengageerd, hetgeen in' zich sloof, dat't eten, dat hier uitgereikt zal worden, goed en sma- kelij'k bereid zou wordrn, want de kookkunst van de Weeners gaat die van de Berlijncrs voroe te boven. De gespannen verwachtingen zijn niet tieleurgesteldhet is verwondierlijk hoe voortreffelijk de maaltijden smaken, die thans sind's eenigen tijd hier dagelijiks aan verscheidene hcnderd.n personen verstrekt worden. Het merkwaardigsbe echter is het uiterlijk van de gasten. Het zijn zonder uitzondiering menschen wier gelaat de sporen van geeste- lijken arbeid en dikwijils van eat edele be- schrving, doch ook de sporen van lijdten en ontbering d'raagt. Opdat deze weldaad inder- daaoj die kringen ten goede kwam, waarvoor ze bestemd was_ nam Frau Schwarzwald heel bijzondere maatregelcn. Niemand kan hier van dc straat binnen treden en zich tegen be- taling van een betrekkelijk geringe som gelds, die voor ieder niiddagmaal geeischt wordt, een maaltijd laten opdieitien. Wie hier verzorgd wil worden, moet „uitgenoodigd" z'ijn. Dat wil zeggen: alle verenigingen van 9ch:rijVa-s, kunstenaars, geleerden, alle we- dadigheidsinrichtingen en dergelijke institu- ten kunnen vqor personen, die in arntocdige ontstandigheden verkeeren, kaarten inwi&se- len, die dan aan den betreffende toegezonden wordenv Op deze wijze is men erin geslaagd, dat slechts de menschen verschijnen, die zon der ondcrsteuning gebrek zouden lijdfen en die de weldaad waard' zijn. De voortreffelijkheid van d-tze inrichting ligt bovenal hierin, dat de uitgenoodigden hier menschen van gelijke beschaving aan tafel ontmoeten. Dat betee- kent voor de beschaafde armen van dien stand buitengewoon veel. De nood is werkelijk in deze kringen zoo groot gewordfcn, dat velen, die van een der gelijke uitnoodiging gebruik rnaktcn, op zeke ren dag wegbleven, omdat zede tram niet meer betalen kondenDus moest ook hier raad geschaft worden, om de arme menschen tenminste het geld voor een rit te doen toeko- men; don terugweg moiesten ze dan maar te voet afleggen. Maar ook hierin heeft Frau Schwarzwald uitredding gebracht. Men stel't trouwens alles' in het werk om de gronden voor de radcloosheid' en wanhoop weg te nemen, vooral om c ndelijk eens weur wat orde te brengen in den financieelen chaos. We hebben thans in Berlijn cen groot aantal Scheme", die voor „waardevast" doorgaan,,Dollarschatzanweisungcn", Goldanteihie-Scheine" en als jongste lid van dit papiergezelschap de rcntemark. In ver- band hierrraede worden zelfs „rentepenniin- gen'' uitgegeven, klein metalm' munsfukken, en we zullen werkelijk nog wel tens zoover komen, dat de portemonnaie een gebruiks- artikel, dat men sinds jaren in Duitschland niet meer kent opnieuw tot aanzien komt Hoe lang deze verschillende bil'letten nog de hoogachting genieten zullen, die hun thans bewezen wordt, weet wel is waar niemand te zeggen. De eenige oplossing zou gebracht kunnen worden door invoering van certifica- tcn, die een reeele diekking aditer zich heb ben, maar zal het buitenland deze aanvaar- den Op de intemationale waarde komt ten- slotte alles aan. Intusschen blijven we ho- pen, dat we van den stortvloed „papieren marken" en van d'en nultenwaanzin vtrlost zullen worden. Zou dat een lichtpunt zijn. in de du'sternis van onzen eccnomischen onder- gang? Het is mooelijk. Maar het is helaas evenmln uitgesloten\ dat het narrige noodlot. /ooals meer dan eens is gebeurd, ons juist door poo-imgen, een wending ten goede te be- werkstelligen, in nieuwe verwarringen stort. Profcteeren kan heden niemand in Duitsch land. Dr. MAX OSBO'RN. DE MACHINE MET HERSENS. (Van onzen Parijschen Correspondent.) (Nadruk verboden). Parijs, 27 November. „Le Salon du Metal qui pense" zoo noemt men het hier, dichterlijk. De tentoon- stelling van het metaal dat denkt. Ge meent misschien, dat reeds alles gezegd is over de beteekenis der machine in de mo- derne samenleving. De machine heeft ons ge- inspireeri tot een enthousiasten Iofzang, tel- kens wanneer zij erin slaagde een record te verbeteren. Denk slechts aan het vliegtuig, dat nu niet ver meer is van de 500 Kilometer per uur! Ook hebben wij haar dikwijls ver- vloekt, wanneer zij al te zichtbaar een nieuwe slavernij schiep, van den arbeider zelf een machine maakte, of nog erger in den oorlog leven en schoonheid verwoeste, zonder te onderscheiden, in enkele oogenblikken ons beroofde van kostbare productie-waarden of moeizaam opgebouwd bezit. Vaak hebben wij haar verwenscht, de machine! Doch naast haar hebben andere machines, bevrijdend, haar intree in onze beschaving gedaan, bescheiden, zonder veel drukte of roembejag. Zij zijn al te weinig bekend. Voor de eerste maal heeft men te Parijs thans een Salon aan hen gewijd. Ik bedoel de machines van het bureau. Ik kan mij zeer goed de kantoren van een of andere openbare of particuliere admini- stratie over twintig jaar voorstellen zonder inktkokers of vulpenhouders, zonder boeken eft zonder cijferaars. Heel de registratie van handelspapier, rekeningen en incasso's, en alle statistieken zullen net werk zijn der ma chines. Beginnen we met de oudste van de reeks: de schrijfmachine. Zij dagteekent van onge- veer 40 jaar geleden. In werkelijkheid is zij echter veel jonger. Het gebruikelijke type is te bekend om er bij stil te blijven staan. Maar de schrijfmachine is nog immer bezig zich te verbeteren. Men maakt er een soort van trap- naaimachine van, met pedalen, bestemd om 't gebied harer werkzaamheden uit te breie- den. Ook zien we er, waar men een rol pa pier in legt, welke zich afwikkelt op derge lijke manier als het courantenpapier in de ro- tatiepers. De typiste kan nu de brieven, rekeningen of andere documenten produceeren zonder telkens weer een nieuw velletje in de machine te schuiven. Is de geadresseerde een vaste relatie van de zaak, dan worden zijn naam en woon- plaats voor eens en altijd in een zinken ma- trijs geslagen. Dank zij de adresseermachine behoeft de typiste nu niet meer al dleze vreem- de woorden, die haar volmaakt onverschillig laten, uit te spellen, en is men gevrijwaard tegen die hatelijke vergissingen, welke den- geen aan wien de correspondentie gericht is, ontstemmen en vaak zelfs de bezorging ver- tragen, verwarren of verhinderen. De typiste heeft alleen maar erop te letten, dat zij de goede plaat instelt. Wenscht ge meerdere exemplaren van uw brief of circulaire? De machine kan er u tot 40 leveren tegelijk. Een andere machine dient om een om- vangrijk pak brieven snel te openen. Men klemt de brieven tusschen twee verstelbare metalen wanden. Een mes glijdt er over- heen, snijdt enkele tienden van een millimeter van de enveloppes af, en al uw brieven zijn geopend. Geen employe behoeft meer zijn tijd te verliezen met het geest-doodende werk van het brieven openmaken en de verant- woordelijkheid op zich te nemen voor den in- houd. Maar de mooiste, de sympathiekste machi nes zijn die, welke de handelsmenschen, die 't in hun jeugd nooit verder dan de lagere school gebracht hebben, bekijken met even- veel eerbied en verteedering als de ingenieur: de reken-machines. Rekenen, ziedaar de afschuwelijkste uitvin- ding des kwel-duivels, de verschrikkelijkste cerebrale slavernijHebt ge u weleens in- gedacht in het bestaan van den ambtenaar, die bijv. zijn leven doorbrengt met het uitre- kenen van verschuldigde belastingen, invoer- rechten of accijnzen, of met het verrichten van optellingen van 50 getallen van 5 cijfers onder elkaar per pagina? Met welk een blik vol dankbaarheid, welk een zucht van ver- lichting moet zoo iemand de tel-machine be- groeten. Men heeft mij verteld, dat er kassiers zijn van groote banken of magazijnen, die zich zoover gekregen hebben, dat zij niet meer optellen cijfer bij cijfer, maar met groepen van twee cijfers naast elkaar. Zij nemen twee kolommen tegelijk voor hun rekening. Deze mnemotechnische krachttoer geeft u een idee van den weerzin, welken de menschelijke her- sens gevoelen voor dien moord'end-eentoni- gen, geest-afstompenden arbeid: het optellen van getallen. Welnu, voor 1500 frs. hebt ge tegenwoor- dig een machine die dit werk voor u doet, en bovendien vermenigvuldigt en deelt met groe pen van 6 cijfers. Ge hebt haar slechts de re- kensom voor te leggen; zij antwoordt zonder falen. En ik ken weinig dingen zoo ontroe- rend als de aanblik van het jongemeisje, dat op het rood, zwart en wit klavier d'e cijfers aantikt, een contact instelt en dantien seconden droomen mag, terwijl de electrische motor de noodige rollen en wieltjes draait. Tien seconden vrijheid, wat beduidt het voor den geest? zult ge zeggen. In elk geval is het genoeg om aan niete te denken en te rus- ten; soms is het de mogelijkheid om te wer- ken zonder dat men zichzelf direct reken- schap ervan geeft; te overzien, te herinneren, te beramen. De bewegelijkheid van den geest, zoodra deze zijn taak een oogenblik kan over- dragen aan een weinig inspannenden spier- arbeid, is nog altijd iets wat de psychologen verbijstert. Cesar dikteerde zes brieven tege lijk. De moderne typiste kan twee boeken te gelijk bijhouden; dat van den patroon en dat van haar zelf, inwendig, waar geen mensch mee te maken heeft. En nog hooger kunnen we klimmen in de hierarchie der stalen hersens. Ziehier een ma chine die toestaat in 24 uur de 80.000 fiches te verifieeren, waarop de vendeuses van een grooten bazar de verkoopen hebben inge- schreven van een dag. Dank zij deze bewon- derenswaardige machine is er slechts een en kele employe (of meer dan een, elkander af- lossendi noodig om de fiches der verkochte goederen te vergelijken met de opschrijf-blocs der winkelbedienden, de premies uit te reke nen waarop de winkelbedienden recht hebben en het bedra^ der verkoopen te verminderen met deze premies. Om hetzelfde werk te doen zonder die machine, had het magazijn vroe ger 300 kantoor-employes noodig, 300 getay- lorde, eersteklas rekenaars. De machine in kwestie, welke maar weinig huizen kunnen betalen (de aanschaffings- prijs vertegenwoordigt een kapitaal) wordt door den constructeur in huur gegeven en onderhouden voor 1500 frs. per maand. Dat is het salaris van twee employes. Ze spaart 298 employes uit: een bezuiniging van 2.682.000 frs. per j*«r, waarvan de Klanten natuurlijk profiteeren. Zij beteekent een soci als weldaad in dubbel opzicht: vrijmaking van arbeidskrachten, die nuttiger kunnen zijn op een andere manier, en verlaging van de- tailprijzen. Nog weer een andere machine, uitgedacht volgens hetzelfde beginsel, is die welke dient voor het verifeeren van post-cheques en de boekhouding van den giro-dienst. Welk een misere, welk een onnoodige uitgaven en tijd- verlies zouden Nederland bespaard zijn ge- bleven, als onze giro-dienst deze machine be- zeten had, die met alleen elke vergissing of geknoei uitsluit, maar opweegt tegen een ge heele zaal vol personeel Terwijl ik deze tentoonstelling van reken- machines bewonderde, kwam de gedachte in mij op: Waarom zouden wij niet een afzon- derlijk ministerie van comptabiliteit instellen, een reken-paleis, waar zou worden onderge- bracht alles wat cijfers, staten en getallen is van Financien, van de Posterijen, van 'tCen- traal Bureau voor de Statistiek, van Handel, Arbeid en Nijverheid en andere departe- ments-afdeelin.o-en waar gerekend wordt? Ge zoekt naar een weg ter bezuiniging? Zie hier een beziuiniging op de begrooting, van duizenden ambtenaren, van millioenen gul dens. Er zal echter nog wel wat water door den Rijn loopen eer we tot zooiets overgaan. Bij mijn rondwandeling op den Salon du Metal qui pense ontmoette ik twee Fransche regee- rings-ambtenaren, die een langen staat had- den opgesteld van meerdere kolommen, waar in ondergeschikten zorgvuldig getallen van zes cijfers hadden berckend en ingeschreven. Een van de twee ambtenaren „dikteerde" de berekeningen aan een jeugdigen „mecanicien en calcul". Deze laatste werkte met een ma chine van middelmatige afmeting en zeer abordabelen prijs 20.000 frs.) De andere ambtenaar controleerde de uitkomsten. In 5 minuten had de reken-automaat vijf en twin- tig van de meest ingewikkelde berekeningen uitgevoerd. U koopt die machine natuurlijk voor uw departement? waagde ik te veronderstel- len. Misschien. We beschikken niet over de noodige credieten. Maar algemeen wordt erover geklaagd in de gouvernements-bureaux, dat men geen rekenaars meer vindt. De heeren schijnen lie- ver elders hun fortuin te zoeken. Ze hebben gelijk. Ja, we zullen ten slotte wel tot aanschaffing dezer - machine moeten overgaan. Jawel! Maar na hoeveel rapporten en be- slissingen, geviseerd en geparafeerd van bo ven tot beneden op den ladder In de statistiek verricht de machine, geheel al'een aan haar lot overgelaten, in enkele uren tijds een arbeid, dien een zaal vol statis tic! niet zouden kunnen klaarspelen in een maand. Die „machines a trier" (schift-machines) doen letterlijk wonderen. Zij hebben geen 'klavier, een klavierwerk is tevoren gereed gemaakt en bestaat in de wijze waarop de kartonnen fiches geperforeerd zijn. De gaat- jes zijn erin verdeeld op zulk een manier, dat zij al naar de plaats waar zij zich bevinden cijfers en dus getallen voorstellen. De aldus geprepareerde kartons worden in de trieuses gelega, die door middel van tast- naalden, welke als zij in het gaatje vallen contact maken en een electrischen stroom doorlaten, de geperforeerde fiches rang- schikken ten opzichte van de inlichting welke verlangd werd. In de Vereenigde Staten gebruiken alle spoorw.-maatschappijen een „inktlooze" comptabiliteit. De merkwaardigste en nut- tigste statistieken „komen" naar willekeur uit de trieuses en haar zusje de „tabulatri- ces" (tabellenlees-machines). Zoo leert men, dat de locomotief no. 43022 in het jaar 4.320.000 kilometertonnen getrokken heeft, geladen op wagons van die-en-die serie, elke wagon met dit-en-dat goed. En dat die zelfde locomotief X ton kolen verstookt heeft per ki lometer in den staat New-York en Y in den staat Kansas. De ingenieurs kunnen nu ge makkelijk berekenen welk het beste type lo comotief is, en welk type het meest geschikt is voor een bepaalde lijn, gezien het speciale goederenvervoer van die lijn of haar geogra- Jisch profiel. Een bekende Fransche automobielfabriek weet- met behulp van een trieer-machine in enkele oogenblikken te antwoorden op de vraag hoe vaak, in een bepaalde afdeeling een breuk in asveeren of kokers is voorgeko- men. Aangezien de geperforeerde fiches te- vens aanwijzen uit welk atelier de wagen, waarmede het accident gebeurde, afkomstig was en welke arbeider het gebroken stuk ver- vaardigd had, kan het bureau door middel van een algemeene statistiek zien of het te wijten was aan den slechten toestand van den weg of aan een andere oorzaak buiten haar invloed. Ik ben van deze tentoonstelling thuis ge- komen nederiger gestemd, en hoopvoller. Want wanneer de mensch meer en meer kan overlaten aan het metaal, welk een tijd zullen wij dan vrij krijgen om te werken aan onze eigen verbetering. LEO FAUST. IX. Een Sterrewacht in wording. Bij een koude-neus-bedevaart naar het koe- le Lembang uitspanningsoord der Ban- doengers passeert men, even voor het be- reiken van dat plaatsje ter rechterhand een hek met het opschrift „Baroe Adjak". Daar- achter liggen de terreinen van de boerderij „Ursone", waarover men de in aanbouw zijnde sterrewacht kan bereiken. Terwijl het oog te gast gaat aan het prachtige, rondom weidende vee, voert een smal, steii pad in een kwartier naar boven. Gedurende die wande- liin(g hebfban we geiliegenheiid' op to merken, dat de Hollandsche en Transvaalsche boeren, die zich hier gevestigd hebben, prachtige re sultaten krijgen van hun moeizamen arbeid, resultaten, die voor die van de collega's in het moederland niet behoevene onder te doen. Plotseling krijgt men een prachtig verge- zicht op de Preanger Hoogvlakte, in welks centrum het wit-schemerende Bandoen gele- gen is; en het domein der Nederlandsch-In- aische Sterrekundige Vereeniging is bereikt. Op een ruim, heuvelachtig plateau, vroeger een gezochit picnic-oordi, heeft de wetenschap beslag gelegd. Met vooruitzienden blik is op uitbreiding van den thans bescheiden opzet gerekend, terwijl met behulp der infanterie uit Tjimahi (onze groote garnizoensplaats) aan een eigen. breed® toegangsweg wordt gewerkt. Ofschoon druk in de werkzaamheden, vindt de heer Voute, directeur der wordende inrichting, toch nog gelegenheid, mij over zijn gebied rond te leiden en op onderhou- dende wijze te vertellen van wat is, en wat komen zal. Ging het hem naar den zin, de zaak zou als kool uit den grond verrijzen, maarde moelijkheden zijn vele en de middelen bescheiden. Daar is allereerst het lastige vervoer naar dezen eenzamen post: alles, tot de zwaarste lasten, moet naar bo ven gepicold worden, gedragen door koelies dus, tegen de steilte op. Ook met de vakwerk- constructie ter bescherming van den mooien, vierdeeligen kijker, ging het tot voor kort niet zoo bijstcr vlot, zoodat het meerendeel der instrumenten in de goedangs te Bandoeng op zijn reis naar boven lag te wachten. Deze kostbare dingen mochten niet op hun bestem- ming gebracht worden, voor men hun een veilig tehuis kon aanbieden. Voorshands moet met de allernoodigste instrumenten genoegen genomen worden. Maar het is zeer juist gezien, thans het be- scheidene voor lief te nemen, want ongetwij- feld zou van uitstel afstel gekomen zijn, in- dien men zijn eischen hooger stelde, en tot dat doel op betere tijden bleef wachtendie zich nog niet aan°-ekondigd hebben. Het voornaamste instrument van het oogenblik is het reeds vertnelde vierdeelige; het bestaat uit een z.g. visueelen kijker van 3 Meter, (voor waarnemingen met het rog), een dubbel fotografischen kijker van 1M Meter, en een vierden kleineren kijker. met korten brandpuntafstand. Met dit instrument kunnen ook spectrosco- pische waarnemingen worden gedaan. Een zwaar voetstuk van gewapend beton draagt de kussenblokken, waarin de as van het in strument, dat 1,4 ton weegt, rust. Voortgaande over het terrein toonde de heer Voute de opstelling van een passage-in strument, met het daarbij behoorend, en in een massief betonblok aangebrachte meridi- aanpunt. Een domineerende hoogte is gereserveerd voor den grooten koepel, geschenk van Ban- doengs eereburger Bosscha, voor welks kijker de lenzen in Duitschland geslepen zijn. Ten- slotte is er nog de woning van den directeur, een zeer bescheiden gebouw, dat bovendien nog de steeds wassende bibliotheek moet her- bergen. Wegens de bescheiden middelen der N. I. Sterrekundige Vereeniging is den directeur, bijgestaan door den heer Weber, een zware taak opgelegd, want men wil natuurlijk trachten, zich te houden aan de opgestelde programma's, die niet alleen dien heelen wer- ker eischen, maar hem, zooals de heer Voute het uitdrukte, eigenlijk zouden verplichten, zich in tienen te deelen. Een mantri, die de waarnemingen van den heer W. moet optee- kenen, voelde zich natuurlijk al een heele piet; ,,'naanstaand sterrekundige!" noemde de observator hem met een tikje galgenhumor. De financien zijn waar is dit niet het ge val? de Achillespees van het instituut. Het kapitaal der N. I. S. V. is zoo goed als geheel aan de uitrusting besteed; aan schen- kingen schort het niet, maar het moeilijke punt vormen de exploitatiekosten. Men hoopt in betere tijden op regeeringssubsidie of zelfs overname door het gouvernement, maar dat is natuurlijk slechts toekomstmuziek. Naar Amerikaansch voorbeeld zal de heer Voute trachten, waarachtige belangstelling voor zijn instituut aan te wakkeren en tege- moet te komen. Tijdens zijn verblijf aan de sterrewacht te johannisburg was het ook daar gewoonte, het publiek des Zaterdags- avonds toe te laten; echter vaak met het, van wetenschappelijk standpunt, droevig resul- taat, dat menig quasi-belangstellend paartje de waarneming der sterren met het bloote oog en warmkloppend hart bleek te verkiezen boven de koel-verstandelijke observatie via de instrumenten! Dergelijk interesse kan na tuurlijk gemist worden, maar voor hen, die werkelijk eens eenige woorden willen lezen in het veelal gesloten boek der astronomic, zal de Sterrewacht des Zaterdagsavonds en Zondagsmorgens zijn metalen oogen topen stellen. Doch ook in inlandsche kringen hoopt men eenig juister begrip te verspreiden en veel bijgeloof weg te nemen. Op mijn eenigszins ongeloovig lachje bij deze plannen, verzeker- de de directeur mij, dat hij hiermee verleden jaar, bij de expeditie naar Christmas-Island, werkelijk aardige resultaten had bereikt. De inlanders mochten zoo af en toe ook eens een blik in den kijker werpen, en vooral het feit, dat men die onbegrijpelijke gebeurtenissen aan den hemelkoepel jaren van te voren, van ininuut tot minuut had kunnen voorspellen, maakte veel indruk. Trouwens ook op Lembang heeft men niet te klagen over gebrek aan belangstelling van Kromo's zijde: eerder het omgekeerde is hvt gevalZoo stak de heer Voute op zekeren morgen zijn hoofd uit het raam en moest ontwaren, dat een drietal koelies, blijkbaar meteor olagen in statu nascendi, heel genioe- gelijk aan den recenmeter stonden te prutsen. Paggers (omheiningen) en nog eens pag- gers zijn de noodzakelijke consequentie, en heusch niet alleen tegenover inlandsche be langstelling". Zoo groeide daarboven in de koelte, onder energieke leiding een ins telling, waarop In-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1923 | | pagina 5