4lkmaarsche Gourant
Brieven uit BerlQn.
Parijsohe GanserleSn.
Brief uif Indie.
N.V. Boek- en Handelsdrukkerij
Villi Herms. COSTER ZOON,
Voordam G 9. ALKMAAR.
Zaterdag 8 December.
Helast zich met:
het vervaardigen van ALLE
Drukwerken,
het plaatsen van advertentlen
in alle bladen,
het leveren van alle Blnnen-
en Buitenlandsche Boeken.
het leveren van abonnemen-
ten op alle Binnen en Buiten
landsche bladen.
Vo >89. 1923.
HondariJ Vijf en fwintigste Jaargang.
No. 103.
Ook in den heksenketel leeft
men voort. Een philanthrope.
Het Berlijnsche slot en de
„slotkeuken". Het verarmde
intellect. „Waardevast" pa-
piergeld.
Berlijn, eind November.
Wiens leven kalm en onbewogen heenvliet,
kan zich niet voorstellen, hoe iemand, die on-
ophoudelijk door noodlotslagen gestriemd
wordt, zijn levenslast nog dragen kan. Zoo
kan ik me heel goed indenken, dat men in
Holland waar men zeer zeker ook niet zonder
zorgen is, maar toch in een lucht ademt, die
overeenkomst vertoont met die van voor
1914, absoluut niet meer begrijpt, dat men in
den heksenketel Duitschland bestaan kan.
Het is inderdaad merkwaardig genoeg:
we leven nog steeds, we verwonderen ons
zelf daarover en iedere vreemdeling, die nog
in Duitschland komt, verwondert zich even-
eens maar het is zoo, van buiten af gezien,
maken de Duitsche toestanden stellig een nog
wanhopiger indruk, als wanneer men ze van
'binnen uit beschouwt.
Zeker, we hebben in Berlijn excessen be-
leefd, die ongehoord en in alle opzichten bar-
baarsch waren. Er hebben in het centrum
van de staid „pogroms" plaats gehad, zooals
die vroeger in Rusland aan de orde van den
dag waren en die men tot nu toe in de hoofd-
stad van een beschaafd land voor onmogelijk
gehouden had. Ook thans, nu de zwaarste
stormen zich gelegd hebben, komen nog her-
haaldelijk overvallen en plunderingen, voor-
namelijk van levensmiddelenbedrijven, voor.
Maar daarom moet men in het buitenland nu
niet dadelijk denken, dat het in de Berlijnsche
straten moord en doodslag is. De reusachtige
stad is te uitgestrekt, dat de meeste bewoners
van onrust in bepaalde stadswijken iets zou-
den bemerken.
Zeker, wie geen dringende boodschappen te
doen heeft, blijft 'savonds het liefst thuis.
De schouwburgen en concerten zijn wel is
waar nog altijd goed bezocht, maar na de
voorstelling haast ieder zich naar zijn wo-
ning. Vroeger zagen de Berlijnsche families
een bijzonder genoegen er in, tot laat in den
avond, ja zelfs tot in den nacht, in het res
taurant of het cafe te zitten daarvan is
-thans geen sprake meer. Alleen daarom al
niet, omdat dit amusement zoo kostbaar ge-
worden is, dat heel weinigen zich deze luxe
nog kunnen permitteeren.
Steeds slechter gaat het vooral het burger-
lijke intellect. Daaronder heerscht de grootste
ellende, juist omdat het in de meeste gevallen
stom gedragen wordt. En het was waarlijk
een geschenk des hemels, dat hier in deze
Weken een reddende hand uitgestoken werd.
De hulp kwam uit Weenen, waar men klaar-
blijkelijk de moeilijkste tijden te boven is, en
het herstel intreedt. Een Weensche philan
thrope, Frau Dr. Eugenie Schwarzwald,
kwam naar Berlijn, met het plan, den totaal
verarmden, beschaafden stand car krachtigen
steun te verleenen. Het is een energieke
vrouw, die ook in haar vaderstad buitenge-
woon veel goeds tot stand heeft gebracht. Zij
organiseerde in Weenen in de jaren van de
vreeselijkste ellende verschillende gaarkeu-
kens voor die leden van alle takken van be-
■roep, wien het bijzonder slecht ging en legde
daarbij een bewonderenswaardig talent voor
een dergelijken menschlievenden arbeid aan
den dag. In een voordracht, die Frau Dr.
Schwarzwald onlangs in Berlijn hield, heeft
ze heel aantrekkelijk over de resultaten, die
ze in Weenen behaalde, verteld en ook mede-
gedeeld, hoe haar uit alle landen gelden toe-
stroomden, om haar ins tell ingen in stand te
houden. Daarbij deden zich ook komische in-
cidenten voor. Zoo had ze een middagtafel
voor arme jongens en meisjes studenten inge-
steld. Op zekeren dag kreeg ze een brief van
een Deensch student uit Kopenhagen, die
haar schreef„Ik zal te beginnen met heden
drie maanden lang niet lunchen en stel U het
geld voor d'eze maaltijden die ik mij onthoud,
ter beschikking onder voorwaarde, dat deze
som een arme studente, maar het moet een
knappet zijn, ten goede komt."
Frau Dr. Schwarzwald vertelde, dat ze
zich strikt gehouden had aan deze bepaling.
Toen ze een spijziqine voor arme Weensche
kinderen op touw zette, ontving ze op zeke
ren dag geld van een Hollandschen jongen
met een brief, die luidde: „Ik zend U hierbij
mijn opgespaarde geld, opdat U een Ween-
schen jongen eens iets heel lekkers kunt te
eten geven. Maar ik zou wel graag willen,
dat U hem kaas gaf, want daar houd ik zelf
erg veel van." Frau Schwarzwald heeft ook
deze wensch vervuld, hoewel ze besloot het
Weensche peetkind van dien flinken Holland
schen jongen toch ook nog iets anders te ge
ven dan kaas alleen.
Nu kwam deze menschenvriendin van de
Donau naar Berlijn, en haar seherpe oogen
zagen spoedig dat het hier juist de vrouwen
en mannen, welke hun brood met hoofdarbeid
verdienen, de ontwikkelden en de academisch-
gevormden zijn, die dringend hulp behoeven.
Ze had tot dit doel in Weenen een groote ver-
eeniging onder den naam „Oesterreichische
Freundeshilfe" uit den grond getooverd. De
hulpactie zou in grootsche stijl op touw wor-
den gezet. Maar welk lokaal zouden ze
daarvoor kiezen? Lang zocht Frau Eugenie
Schwarzwald zonder gesehikte lolcalen fe
vindten. In het een of andere restaurant kon
ze zich niet inkwartieren, omdat dit te groote
kosten met zich gebracht zou hebben. In de
een of andere groote salon zou de keukenin-
richting weer te duur gewordien zijn. Toen
kwam de verstandige vrouw, die zich niet zoo
gemakkelijk laat afschrikken als ze zich iets
voorgenomen heeft, op een geniaal den'kbeeld.
Zou er in het vroegere Hohenzollern-slot aan
de Spree niet iets te vindcn zijn, wat ze ge-
bruiken kon? En waarlijk: ze vond daar de
reusachtige ..feestkeuken", die vroeger bij
groote hoffcesten gebruikt werd en die nu ge-
sloten was. Frau Schwarzwald opende on-
derhandelingen met het Pruisische ministerie
van financien, dat sinds de revolutie het be-
heer over dfe kasteelen voert en bereikte spoe-
haar dad 1
Het ouae slot in net centrum van frariijn
ziet er op het oogenblik al heel wonderl'ijk
uit. De prachtige feestsalons uit die 17e en
18e eeuw zijn omgetooverd tot het „siotmu-
suum", van welks opening ik onlangs in dit
blad melding maakte. Maar slechts een deel
van het kolossale, om verschillende binnen-
plaatsen gegroepeerde bouwwerk is bestemd
voor dit nieuwe doel.
Behalve deze ruimten stcndien nog ontel-
baree zaln en kaniers leeg letterlijk ontel-
bare, want het is inderdaad onmogelijk, een
nauwkeuirige opgave van het aantal te be-
machtigen. Belanghebbenden uit alle stan-
den melden zich. Geheele vleugels werden
de ovcrhcid ter beschikking gesteld, die ze
inrichttc.
Waar het eenigszins mogelijk was, werden
woningen ingericht; dat was nog zoo gemak
kelijk niet, want slechts de particuliere wo-
iitig van de keizerlij'ke familie is voorzien
vai verschillende gemakken, die zelfs hier
eerst in 1888 bij de troonsbestij'giag van
Wilhelm II werden ingevoerd. Deze eertijds
keizerlij'ke verirekkcn wilde men1 toch niet als
woningen vcrhuren en daarom werd hier de
geheee slotinventaris opgestapeld, massa's
bcddon, stoelen, meubelsiukkcn, glas- en aar-
dewerk. De vertrekken waarin Wilhelm II tot
de katastrophe van 1918 woonde, zijn werkka-
mer, zijn onivangsalon, de slaapkaimers van
de frimme zicu er merkwaardig uit sdiij-
nen de opslagplaats van een groot magazijn.
Nu kwam de „fec-stkeukur" tot nieuw le
ven. Ze ligt vlak aan de Spree, en ik herin-
ncr me goed, hoe wij als kinderen dikwijls op
den andcrcn rivieroever stondeiii en naar de
overzijdc kelcen, waar bij fcestclijke gelegen-
heden de koks met hun witte kieku en mut-
sen bczig waren.
Het is een geweldige ruimte afgeschei-
d'en natuurlijk van de keuken, die op gewone
dagai voor ae keizorlijke huishouding in ge-
bruik was men kon zich geen betcr ondler-
dale voor die schepping van Frau Schwarz
wald voorstel'lon. Een Weensch architect,
Adolf Loos, droeg zorg voor een inrichting,
opdat dc bezoeker zich in deze hallen thuis
zal voeten. En, wat zeer bekrigrijk was,
ook voor de tocbereiding dier spijzen en voor
do bedicning werden Oostenrijlcsclne krachten
geengageerd, hetgeen in' zich sloof, dat't eten,
dat hier uitgereikt zal worden, goed en sma-
kelij'k bereid zou wordrn, want de kookkunst
van de Weeners gaat die van de Berlijncrs
voroe te boven. De gespannen verwachtingen
zijn niet tieleurgesteldhet is verwondierlijk
hoe voortreffelijk de maaltijden smaken, die
thans sind's eenigen tijd hier dagelijiks aan
verscheidene hcnderd.n personen verstrekt
worden.
Het merkwaardigsbe echter is het uiterlijk
van de gasten. Het zijn zonder uitzondiering
menschen wier gelaat de sporen van geeste-
lijken arbeid en dikwijils van eat edele be-
schrving, doch ook de sporen van lijdten en
ontbering d'raagt. Opdat deze weldaad inder-
daaoj die kringen ten goede kwam, waarvoor
ze bestemd was_ nam Frau Schwarzwald heel
bijzondere maatregelcn. Niemand kan hier
van dc straat binnen treden en zich tegen be-
taling van een betrekkelijk geringe som
gelds, die voor ieder niiddagmaal geeischt
wordt, een maaltijd laten opdieitien. Wie hier
verzorgd wil worden, moet „uitgenoodigd"
z'ijn. Dat wil zeggen: alle verenigingen van
9ch:rijVa-s, kunstenaars, geleerden, alle we-
dadigheidsinrichtingen en dergelijke institu-
ten kunnen vqor personen, die in arntocdige
ontstandigheden verkeeren, kaarten inwi&se-
len, die dan aan den betreffende toegezonden
wordenv Op deze wijze is men erin geslaagd,
dat slechts de menschen verschijnen, die zon
der ondcrsteuning gebrek zouden lijdfen en die
de weldaad waard' zijn. De voortreffelijkheid
van d-tze inrichting ligt bovenal hierin, dat
de uitgenoodigden hier menschen van gelijke
beschaving aan tafel ontmoeten. Dat betee-
kent voor de beschaafde armen van dien
stand buitengewoon veel.
De nood is werkelijk in deze kringen zoo
groot gewordfcn, dat velen, die van een der
gelijke uitnoodiging gebruik rnaktcn, op zeke
ren dag wegbleven, omdat zede tram
niet meer betalen kondenDus moest ook hier
raad geschaft worden, om de arme menschen
tenminste het geld voor een rit te doen toeko-
men; don terugweg moiesten ze dan maar te
voet afleggen. Maar ook hierin heeft Frau
Schwarzwald uitredding gebracht.
Men stel't trouwens alles' in het werk om
de gronden voor de radcloosheid' en wanhoop
weg te nemen, vooral om c ndelijk eens weur
wat orde te brengen in den financieelen
chaos. We hebben thans in Berlijn cen groot
aantal Scheme", die voor „waardevast"
doorgaan,,Dollarschatzanweisungcn",
Goldanteihie-Scheine" en als jongste lid van
dit papiergezelschap de rcntemark. In ver-
band hierrraede worden zelfs „rentepenniin-
gen'' uitgegeven, klein metalm' munsfukken,
en we zullen werkelijk nog wel tens zoover
komen, dat de portemonnaie een gebruiks-
artikel, dat men sinds jaren in Duitschland
niet meer kent opnieuw tot aanzien komt
Hoe lang deze verschillende bil'letten nog de
hoogachting genieten zullen, die hun thans
bewezen wordt, weet wel is waar niemand te
zeggen. De eenige oplossing zou gebracht
kunnen worden door invoering van certifica-
tcn, die een reeele diekking aditer zich heb
ben, maar zal het buitenland deze aanvaar-
den Op de intemationale waarde komt ten-
slotte alles aan. Intusschen blijven we ho-
pen, dat we van den stortvloed „papieren
marken" en van d'en nultenwaanzin vtrlost
zullen worden. Zou dat een lichtpunt zijn. in
de du'sternis van onzen eccnomischen onder-
gang? Het is mooelijk. Maar het is helaas
evenmln uitgesloten\ dat het narrige noodlot.
/ooals meer dan eens is gebeurd, ons juist
door poo-imgen, een wending ten goede te be-
werkstelligen, in nieuwe verwarringen stort.
Profcteeren kan heden niemand in Duitsch
land.
Dr. MAX OSBO'RN.
DE MACHINE MET HERSENS.
(Van onzen Parijschen Correspondent.)
(Nadruk verboden).
Parijs, 27 November.
„Le Salon du Metal qui pense" zoo
noemt men het hier, dichterlijk. De tentoon-
stelling van het metaal dat denkt.
Ge meent misschien, dat reeds alles gezegd
is over de beteekenis der machine in de mo-
derne samenleving. De machine heeft ons ge-
inspireeri tot een enthousiasten Iofzang, tel-
kens wanneer zij erin slaagde een record te
verbeteren. Denk slechts aan het vliegtuig,
dat nu niet ver meer is van de 500 Kilometer
per uur! Ook hebben wij haar dikwijls ver-
vloekt, wanneer zij al te zichtbaar een nieuwe
slavernij schiep, van den arbeider zelf een
machine maakte, of nog erger in den
oorlog leven en schoonheid verwoeste, zonder
te onderscheiden, in enkele oogenblikken ons
beroofde van kostbare productie-waarden of
moeizaam opgebouwd bezit. Vaak hebben wij
haar verwenscht, de machine!
Doch naast haar hebben andere machines,
bevrijdend, haar intree in onze beschaving
gedaan, bescheiden, zonder veel drukte of
roembejag. Zij zijn al te weinig bekend. Voor
de eerste maal heeft men te Parijs thans een
Salon aan hen gewijd.
Ik bedoel de machines van het bureau.
Ik kan mij zeer goed de kantoren van een
of andere openbare of particuliere admini-
stratie over twintig jaar voorstellen zonder
inktkokers of vulpenhouders, zonder boeken
eft zonder cijferaars. Heel de registratie van
handelspapier, rekeningen en incasso's, en
alle statistieken zullen net werk zijn der ma
chines.
Beginnen we met de oudste van de reeks:
de schrijfmachine. Zij dagteekent van onge-
veer 40 jaar geleden. In werkelijkheid is zij
echter veel jonger. Het gebruikelijke type is
te bekend om er bij stil te blijven staan. Maar
de schrijfmachine is nog immer bezig zich te
verbeteren. Men maakt er een soort van trap-
naaimachine van, met pedalen, bestemd om
't gebied harer werkzaamheden uit te breie-
den. Ook zien we er, waar men een rol pa
pier in legt, welke zich afwikkelt op derge
lijke manier als het courantenpapier in de ro-
tatiepers.
De typiste kan nu de brieven, rekeningen
of andere documenten produceeren zonder
telkens weer een nieuw velletje in de machine
te schuiven.
Is de geadresseerde een vaste relatie van
de zaak, dan worden zijn naam en woon-
plaats voor eens en altijd in een zinken ma-
trijs geslagen. Dank zij de adresseermachine
behoeft de typiste nu niet meer al dleze vreem-
de woorden, die haar volmaakt onverschillig
laten, uit te spellen, en is men gevrijwaard
tegen die hatelijke vergissingen, welke den-
geen aan wien de correspondentie gericht is,
ontstemmen en vaak zelfs de bezorging ver-
tragen, verwarren of verhinderen. De typiste
heeft alleen maar erop te letten, dat zij de
goede plaat instelt.
Wenscht ge meerdere exemplaren van uw
brief of circulaire? De machine kan er u tot
40 leveren tegelijk.
Een andere machine dient om een om-
vangrijk pak brieven snel te openen. Men
klemt de brieven tusschen twee verstelbare
metalen wanden. Een mes glijdt er over-
heen, snijdt enkele tienden van een millimeter
van de enveloppes af, en al uw brieven zijn
geopend. Geen employe behoeft meer zijn tijd
te verliezen met het geest-doodende werk
van het brieven openmaken en de verant-
woordelijkheid op zich te nemen voor den in-
houd.
Maar de mooiste, de sympathiekste machi
nes zijn die, welke de handelsmenschen, die
't in hun jeugd nooit verder dan de lagere
school gebracht hebben, bekijken met even-
veel eerbied en verteedering als de ingenieur:
de reken-machines.
Rekenen, ziedaar de afschuwelijkste uitvin-
ding des kwel-duivels, de verschrikkelijkste
cerebrale slavernijHebt ge u weleens in-
gedacht in het bestaan van den ambtenaar,
die bijv. zijn leven doorbrengt met het uitre-
kenen van verschuldigde belastingen, invoer-
rechten of accijnzen, of met het verrichten
van optellingen van 50 getallen van 5 cijfers
onder elkaar per pagina? Met welk een blik
vol dankbaarheid, welk een zucht van ver-
lichting moet zoo iemand de tel-machine be-
groeten.
Men heeft mij verteld, dat er kassiers zijn
van groote banken of magazijnen, die zich
zoover gekregen hebben, dat zij niet meer
optellen cijfer bij cijfer, maar met groepen
van twee cijfers naast elkaar. Zij nemen twee
kolommen tegelijk voor hun rekening. Deze
mnemotechnische krachttoer geeft u een idee
van den weerzin, welken de menschelijke her-
sens gevoelen voor dien moord'end-eentoni-
gen, geest-afstompenden arbeid: het optellen
van getallen.
Welnu, voor 1500 frs. hebt ge tegenwoor-
dig een machine die dit werk voor u doet, en
bovendien vermenigvuldigt en deelt met groe
pen van 6 cijfers. Ge hebt haar slechts de re-
kensom voor te leggen; zij antwoordt zonder
falen. En ik ken weinig dingen zoo ontroe-
rend als de aanblik van het jongemeisje, dat
op het rood, zwart en wit klavier d'e cijfers
aantikt, een contact instelt en dantien
seconden droomen mag, terwijl de electrische
motor de noodige rollen en wieltjes draait.
Tien seconden vrijheid, wat beduidt het voor
den geest? zult ge zeggen. In elk geval is
het genoeg om aan niete te denken en te rus-
ten; soms is het de mogelijkheid om te wer-
ken zonder dat men zichzelf direct reken-
schap ervan geeft; te overzien, te herinneren,
te beramen. De bewegelijkheid van den geest,
zoodra deze zijn taak een oogenblik kan over-
dragen aan een weinig inspannenden spier-
arbeid, is nog altijd iets wat de psychologen
verbijstert. Cesar dikteerde zes brieven tege
lijk. De moderne typiste kan twee boeken te
gelijk bijhouden; dat van den patroon en dat
van haar zelf, inwendig, waar geen mensch
mee te maken heeft.
En nog hooger kunnen we klimmen in de
hierarchie der stalen hersens. Ziehier een ma
chine die toestaat in 24 uur de 80.000 fiches
te verifieeren, waarop de vendeuses van een
grooten bazar de verkoopen hebben inge-
schreven van een dag. Dank zij deze bewon-
derenswaardige machine is er slechts een en
kele employe (of meer dan een, elkander af-
lossendi noodig om de fiches der verkochte
goederen te vergelijken met de opschrijf-blocs
der winkelbedienden, de premies uit te reke
nen waarop de winkelbedienden recht hebben
en het bedra^ der verkoopen te verminderen
met deze premies. Om hetzelfde werk te doen
zonder die machine, had het magazijn vroe
ger 300 kantoor-employes noodig, 300 getay-
lorde, eersteklas rekenaars.
De machine in kwestie, welke maar weinig
huizen kunnen betalen (de aanschaffings-
prijs vertegenwoordigt een kapitaal) wordt
door den constructeur in huur gegeven en
onderhouden voor 1500 frs. per maand. Dat
is het salaris van twee employes. Ze spaart
298 employes uit: een bezuiniging van
2.682.000 frs. per j*«r, waarvan de Klanten
natuurlijk profiteeren. Zij beteekent een soci
als weldaad in dubbel opzicht: vrijmaking
van arbeidskrachten, die nuttiger kunnen zijn
op een andere manier, en verlaging van de-
tailprijzen.
Nog weer een andere machine, uitgedacht
volgens hetzelfde beginsel, is die welke dient
voor het verifeeren van post-cheques en de
boekhouding van den giro-dienst. Welk een
misere, welk een onnoodige uitgaven en tijd-
verlies zouden Nederland bespaard zijn ge-
bleven, als onze giro-dienst deze machine be-
zeten had, die met alleen elke vergissing of
geknoei uitsluit, maar opweegt tegen een ge
heele zaal vol personeel
Terwijl ik deze tentoonstelling van reken-
machines bewonderde, kwam de gedachte in
mij op: Waarom zouden wij niet een afzon-
derlijk ministerie van comptabiliteit instellen,
een reken-paleis, waar zou worden onderge-
bracht alles wat cijfers, staten en getallen is
van Financien, van de Posterijen, van 'tCen-
traal Bureau voor de Statistiek, van Handel,
Arbeid en Nijverheid en andere departe-
ments-afdeelin.o-en waar gerekend wordt?
Ge zoekt naar een weg ter bezuiniging? Zie
hier een beziuiniging op de begrooting, van
duizenden ambtenaren, van millioenen gul
dens.
Er zal echter nog wel wat water door den
Rijn loopen eer we tot zooiets overgaan. Bij
mijn rondwandeling op den Salon du Metal
qui pense ontmoette ik twee Fransche regee-
rings-ambtenaren, die een langen staat had-
den opgesteld van meerdere kolommen, waar
in ondergeschikten zorgvuldig getallen van
zes cijfers hadden berckend en ingeschreven.
Een van de twee ambtenaren „dikteerde" de
berekeningen aan een jeugdigen „mecanicien
en calcul". Deze laatste werkte met een ma
chine van middelmatige afmeting en zeer
abordabelen prijs 20.000 frs.) De andere
ambtenaar controleerde de uitkomsten. In 5
minuten had de reken-automaat vijf en twin-
tig van de meest ingewikkelde berekeningen
uitgevoerd.
U koopt die machine natuurlijk voor
uw departement? waagde ik te veronderstel-
len.
Misschien. We beschikken niet over de
noodige credieten.
Maar algemeen wordt erover geklaagd
in de gouvernements-bureaux, dat men geen
rekenaars meer vindt. De heeren schijnen lie-
ver elders hun fortuin te zoeken.
Ze hebben gelijk. Ja, we zullen ten
slotte wel tot aanschaffing dezer - machine
moeten overgaan.
Jawel! Maar na hoeveel rapporten en be-
slissingen, geviseerd en geparafeerd van bo
ven tot beneden op den ladder
In de statistiek verricht de machine, geheel
al'een aan haar lot overgelaten, in enkele
uren tijds een arbeid, dien een zaal vol statis
tic! niet zouden kunnen klaarspelen in een
maand.
Die „machines a trier" (schift-machines)
doen letterlijk wonderen. Zij hebben geen
'klavier, een klavierwerk is tevoren gereed
gemaakt en bestaat in de wijze waarop de
kartonnen fiches geperforeerd zijn. De gaat-
jes zijn erin verdeeld op zulk een manier, dat
zij al naar de plaats waar zij zich bevinden
cijfers en dus getallen voorstellen.
De aldus geprepareerde kartons worden in
de trieuses gelega, die door middel van tast-
naalden, welke als zij in het gaatje vallen
contact maken en een electrischen stroom
doorlaten, de geperforeerde fiches rang-
schikken ten opzichte van de inlichting welke
verlangd werd.
In de Vereenigde Staten gebruiken alle
spoorw.-maatschappijen een „inktlooze"
comptabiliteit. De merkwaardigste en nut-
tigste statistieken „komen" naar willekeur
uit de trieuses en haar zusje de „tabulatri-
ces" (tabellenlees-machines). Zoo leert men,
dat de locomotief no. 43022 in het jaar
4.320.000 kilometertonnen getrokken heeft,
geladen op wagons van die-en-die serie, elke
wagon met dit-en-dat goed. En dat die zelfde
locomotief X ton kolen verstookt heeft per ki
lometer in den staat New-York en Y in den
staat Kansas. De ingenieurs kunnen nu ge
makkelijk berekenen welk het beste type lo
comotief is, en welk type het meest geschikt is
voor een bepaalde lijn, gezien het speciale
goederenvervoer van die lijn of haar geogra-
Jisch profiel.
Een bekende Fransche automobielfabriek
weet- met behulp van een trieer-machine in
enkele oogenblikken te antwoorden op de
vraag hoe vaak, in een bepaalde afdeeling
een breuk in asveeren of kokers is voorgeko-
men. Aangezien de geperforeerde fiches te-
vens aanwijzen uit welk atelier de wagen,
waarmede het accident gebeurde, afkomstig
was en welke arbeider het gebroken stuk ver-
vaardigd had, kan het bureau door middel
van een algemeene statistiek zien of het te
wijten was aan den slechten toestand van
den weg of aan een andere oorzaak buiten
haar invloed.
Ik ben van deze tentoonstelling thuis ge-
komen nederiger gestemd, en hoopvoller.
Want wanneer de mensch meer en meer kan
overlaten aan het metaal, welk een tijd zullen
wij dan vrij krijgen om te werken aan
onze eigen verbetering.
LEO FAUST.
IX.
Een Sterrewacht in wording.
Bij een koude-neus-bedevaart naar het koe-
le Lembang uitspanningsoord der Ban-
doengers passeert men, even voor het be-
reiken van dat plaatsje ter rechterhand een
hek met het opschrift „Baroe Adjak". Daar-
achter liggen de terreinen van de boerderij
„Ursone", waarover men de in aanbouw
zijnde sterrewacht kan bereiken. Terwijl het
oog te gast gaat aan het prachtige, rondom
weidende vee, voert een smal, steii pad in een
kwartier naar boven. Gedurende die wande-
liin(g hebfban we geiliegenheiid' op to merken,
dat de Hollandsche en Transvaalsche boeren,
die zich hier gevestigd hebben, prachtige re
sultaten krijgen van hun moeizamen arbeid,
resultaten, die voor die van de collega's in
het moederland niet behoevene onder te doen.
Plotseling krijgt men een prachtig verge-
zicht op de Preanger Hoogvlakte, in welks
centrum het wit-schemerende Bandoen gele-
gen is; en het domein der Nederlandsch-In-
aische Sterrekundige Vereeniging is bereikt.
Op een ruim, heuvelachtig plateau, vroeger
een gezochit picnic-oordi, heeft de wetenschap
beslag gelegd. Met vooruitzienden blik is op
uitbreiding van den thans bescheiden opzet
gerekend, terwijl met behulp der infanterie
uit Tjimahi (onze groote garnizoensplaats)
aan een eigen. breed® toegangsweg wordt
gewerkt.
Ofschoon druk in de werkzaamheden,
vindt de heer Voute, directeur der wordende
inrichting, toch nog gelegenheid, mij over
zijn gebied rond te leiden en op onderhou-
dende wijze te vertellen van wat is, en wat
komen zal. Ging het hem naar den zin, de
zaak zou als kool uit den grond verrijzen,
maarde moelijkheden zijn vele en de
middelen bescheiden. Daar is allereerst het
lastige vervoer naar dezen eenzamen post:
alles, tot de zwaarste lasten, moet naar bo
ven gepicold worden, gedragen door koelies
dus, tegen de steilte op. Ook met de vakwerk-
constructie ter bescherming van den mooien,
vierdeeligen kijker, ging het tot voor kort niet
zoo bijstcr vlot, zoodat het meerendeel der
instrumenten in de goedangs te Bandoeng
op zijn reis naar boven lag te wachten. Deze
kostbare dingen mochten niet op hun bestem-
ming gebracht worden, voor men hun een
veilig tehuis kon aanbieden.
Voorshands moet met de allernoodigste
instrumenten genoegen genomen worden.
Maar het is zeer juist gezien, thans het be-
scheidene voor lief te nemen, want ongetwij-
feld zou van uitstel afstel gekomen zijn, in-
dien men zijn eischen hooger stelde, en tot
dat doel op betere tijden bleef wachtendie
zich nog niet aan°-ekondigd hebben.
Het voornaamste instrument van het
oogenblik is het reeds vertnelde vierdeelige;
het bestaat uit een z.g. visueelen kijker van
3 Meter, (voor waarnemingen met het
rog), een dubbel fotografischen kijker van
1M Meter, en een vierden kleineren kijker.
met korten brandpuntafstand.
Met dit instrument kunnen ook spectrosco-
pische waarnemingen worden gedaan. Een
zwaar voetstuk van gewapend beton draagt
de kussenblokken, waarin de as van het in
strument, dat 1,4 ton weegt, rust.
Voortgaande over het terrein toonde de
heer Voute de opstelling van een passage-in
strument, met het daarbij behoorend, en in
een massief betonblok aangebrachte meridi-
aanpunt.
Een domineerende hoogte is gereserveerd
voor den grooten koepel, geschenk van Ban-
doengs eereburger Bosscha, voor welks kijker
de lenzen in Duitschland geslepen zijn. Ten-
slotte is er nog de woning van den directeur,
een zeer bescheiden gebouw, dat bovendien
nog de steeds wassende bibliotheek moet her-
bergen.
Wegens de bescheiden middelen der N. I.
Sterrekundige Vereeniging is den directeur,
bijgestaan door den heer Weber, een zware
taak opgelegd, want men wil natuurlijk
trachten, zich te houden aan de opgestelde
programma's, die niet alleen dien heelen wer-
ker eischen, maar hem, zooals de heer Voute
het uitdrukte, eigenlijk zouden verplichten,
zich in tienen te deelen. Een mantri, die de
waarnemingen van den heer W. moet optee-
kenen, voelde zich natuurlijk al een heele piet;
,,'naanstaand sterrekundige!" noemde de
observator hem met een tikje galgenhumor.
De financien zijn waar is dit niet het ge
val? de Achillespees van het instituut.
Het kapitaal der N. I. S. V. is zoo goed als
geheel aan de uitrusting besteed; aan schen-
kingen schort het niet, maar het moeilijke
punt vormen de exploitatiekosten. Men hoopt
in betere tijden op regeeringssubsidie of zelfs
overname door het gouvernement, maar dat
is natuurlijk slechts toekomstmuziek.
Naar Amerikaansch voorbeeld zal de heer
Voute trachten, waarachtige belangstelling
voor zijn instituut aan te wakkeren en tege-
moet te komen. Tijdens zijn verblijf aan de
sterrewacht te johannisburg was het ook
daar gewoonte, het publiek des Zaterdags-
avonds toe te laten; echter vaak met het, van
wetenschappelijk standpunt, droevig resul-
taat, dat menig quasi-belangstellend paartje
de waarneming der sterren met het bloote
oog en warmkloppend hart bleek te verkiezen
boven de koel-verstandelijke observatie via
de instrumenten! Dergelijk interesse kan na
tuurlijk gemist worden, maar voor hen, die
werkelijk eens eenige woorden willen lezen
in het veelal gesloten boek der astronomic,
zal de Sterrewacht des Zaterdagsavonds en
Zondagsmorgens zijn metalen oogen
topen stellen.
Doch ook in inlandsche kringen hoopt men
eenig juister begrip te verspreiden en veel
bijgeloof weg te nemen. Op mijn eenigszins
ongeloovig lachje bij deze plannen, verzeker-
de de directeur mij, dat hij hiermee verleden
jaar, bij de expeditie naar Christmas-Island,
werkelijk aardige resultaten had bereikt. De
inlanders mochten zoo af en toe ook eens een
blik in den kijker werpen, en vooral het feit,
dat men die onbegrijpelijke gebeurtenissen
aan den hemelkoepel jaren van te voren, van
ininuut tot minuut had kunnen voorspellen,
maakte veel indruk.
Trouwens ook op Lembang heeft men
niet te klagen over gebrek aan belangstelling
van Kromo's zijde: eerder het omgekeerde is
hvt gevalZoo stak de heer Voute op zekeren
morgen zijn hoofd uit het raam en moest
ontwaren, dat een drietal koelies, blijkbaar
meteor olagen in statu nascendi, heel genioe-
gelijk aan den recenmeter stonden te prutsen.
Paggers (omheiningen) en nog eens pag-
gers zijn de noodzakelijke consequentie, en
heusch niet alleen tegenover inlandsche be
langstelling".
Zoo groeide daarboven in de koelte, onder
energieke leiding een ins telling, waarop In-