AtKmaarsche Gourant
N.V, Boek- en Handelsdrukkerij
v.h. Herms. COSTER ZOOM,
F El) II L ETON.
De onzichtbare hand.
Voordam G 9. ALKMAAR.
Zaterdag 12 Januari.
In en om de hootdstad.
het vervaardlgen van ALLE
Drukwerken,
fret plaatsen van advertentien
in alle bladen,
het leveren van alle Binnen-
en Bnltenlandsche Boeken.
het leveren van abonnemen-
ten op alle Binnen en Bnlten
landsche bladen.
No. 10
Hofidero
1924
les en Twintigste Jaargang,
H1NDERWET.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van AL'KMAAR brengen ter algemieene
kennis, dat heden op de gemeente-secretar ie
ter image is gelegd. het aan 'hen iagediende
verzoefc melt bijiagen vain F. BR'U I'N aldaar,
oirn vergunning tot het oprichten van een her-
stielp'aats van biljarts en aanverwante arti-
kelen, met ptaatsing daarin van een electro
motor van 3 P.K., dienende voor het aan-
drijven van een cirkelzaagmachine adhlter
het perceel SPOORSTRAAT E 42.
Bezwaren tegen deze oprichting kunnen
worden ingediend ten Stadhuize dezer ge-
meente, mondeling op VRIJDAG 25 JA
NUARI a.s. 's voormiddags to elf1 uur en
schrifteliijk voor of op dien tijd. Gedurende
drie dagen v66r gemelden dag kunnen de
verzoeker en hij, die bezwaren heeft inge-
bracht op de secreltarie. dezer gemeente van
de terzake ingekomen schrifturen kennis ne
men.
Alkmaar, 11 Januari 1924.
Burgemeester en Wothouders voornoemd,
WENDELAAR, Burgemeester.
A.'KOELMA, Secretaris.
LIX.
Winter bij een oude stad. Van ruimen
en opruimen.
„Hier heeft de wintervorst zijn zetel opge-
slagen", dus dichtte Tollens in zijn „Over-
wintering op Nova Zembla" en dat zegde ik
hem na, toen ik jongstleden Zondag Holland
op schaatsen zag. Of we het nog kunnen zeg-
gen als deze u onder de oogen komt, lijkt me
twijfelachtig, gezien ons wispelturige kli-
maat en het feit, dat Zijne Majesteit de I Js-
koning uit deze landen schier even spoedig
pleegt te verdwiinen als hij onverwacht zijn
„joyeuse entree" hield en er bovendien het
grootste genoegen in schijnt te vinden de
plaat te poetsen, zoodra besturen van ijsclubs
de brutajiteit hebben door het uitschrijven
van hardrijderijen en schoonrijderijen, mits-
gaders „verlichte" en „gecostumeerde"
avondfeesten, over den duur van zijn verblijf
te beschikken.
Bovendien heeft hij te vaak en tot dus-
verre was hij daar in het huidige wintersei-
zoen erg op gesteld zjch doen voorafgaan
door afwisselende sneeuw- .en regenbuien,
met de blijkbare bedoeling den buitenman
flink te laten genieten van gladde wegen, en
den stadsmensch van zoo vuil mogelijke stra-
ten met de laten we maar zeggen hei-
melijke bijbedoeling een aantal werkloozen de
gelegenheid te geven een eerlijk stuk brood
te verdienen en de beheerders der gemeente-
lijke schatkisten eerfige duizenden uit „on-
voorzien" te laten besteden voor extra-straat-
reiniging.
Hoe het zij, een feit is het dan toch, dat
duizenden op den vorigen Zondag recht heb
ben kunnen genieten van de gelegenheid, die
Zijne Majesteit hun wel wilde bieden, te too-
nen, dat naast de nieuwe vermakelijkheden
van onzen tijd, het oud-HolIandsch genot op
de schaais niets van zijn bekoring heett ver-
ioren.
Van den gala-dag van den winter-koning
maakte ik gebruik het ijsvermaak te gaan zien
op de grachten om de aloude vesting Naar-
den. Het Gooi is niet erg rijk aan breede wa-
teren, waarop de liefhebber van schaatsen-
rijden zijn hart kan ophalen, maar hier en
daar is toch wel een mooie plek voor dit ver-
maak te vinden en de grachten om Naarden
zijn een der meestgezochte en tevens een der
meest schilderachtige. Uit gansch het Gooi
waren honderden daar op dien Zondagmid-
dag saamgekomen: te voet, op fietsen, in
auto's, en de treinen uit de hoofdstad hadden
ook hun contingent naar Naarden gebracht.
De middag gaf mij een welkome gelegen
heid om deze omgeving van het Gooi, dat
immers hoe langer hoe meer van beteekenis
voor de hoofdstad gaat worden, nog eens te
bezichtigen en er hier een en ander van mede
te deelen. Ge weet, we hebben een aantal
Gooische kwesties: die van het al of niet
tot stand komen van een groot Amster-
damsch tuindorp tusschen Bussum en Hil-
versum; die van de hoogst noodzakelijke ver
betering van den grooten straatweg, die van
Amsterdam over M uiden en Naarden naar
Amersfoort leidt; die van de verbetering van
den weg van Naarden naar Bussum. Dat dit
laatste geen overbodige weelde zal zijn, werd
op dien drukken Zonaagmiddag duidelijk be-
wezen: met al die voetgangers en daar tus
schen door "al die fietsen en auto's, die Naar-
den-waarts gingen, was deze weg, destijds
goed genoeg toen hij de Gooisfche vesting nog
met het onaanzienlijke Bussum verbond, veel
te smal geworden voor het verkeer van onzen
tijd.
Men is dan ook al bezig te veranderen,
maar jammer genoeg brengt men dit verbe-
Door Douglas Valentine.
(.Schrijver van De man met den Klompvoet)
Geautoriseerde vertaling van W E. P
(Nadruk verboden)
74)
„Omdat", ging Barbara voort, „een lange
zwarte haar van1 u klaarblijkelijk ward j
gevoniden diie 'tusschen de itouwen geraiaiklt
was, waarmee ik wend! vastgebonden.
„Tiiens 1" zedi die damseres, en haar zwarte
oogen' werden groot van verbazing, „tiens!"
Een faorte tijd stond ziji ziwijgend) m ge-
dachten verdiept. De man, Rass, luisterde
plotseling scherp aan de trap en zei ids to-
gen Nur-el-Din in dezelfde vreemde teal, diie
Barbara hern all eerdter had! hooren spreken.
De danaeres maakte een gebaar om hem
te 'beduiden s® te zijn.
„HiJ heeft bij mijn toilettafel gestaan dien
avcnd nscmpdldfe zij in't Fransch, meer an
zi'chzelf dan' tot de an'derem, '„dian was hij het
dus, die het deed!"
Steel zei' ze tot Barbara
„Die man, die je vasiibond... heb je dien
gezien?"
teringra aan door gedeelten van de oude wal-
len, die het juist zoo prachtig doen om het
oude landstadje, te vernielen. Het altijd voor
het behoud van ons natuuschoon strijdende
„Heemschut" en de niet minder daarvoor
steeds op de bres staande Amsterdammer
Henri Polak, die meet dan vele anderen de
groote beteekenis van het Gooi, voor Amster
dam allereeerst, beseft, zijn reeds krachtig te-
gen die vernielzucht te velde getrokken en wie
Zondag j.l. zag al hetgeen reeds vernield is,
mag slechts hopen, dat de regeering, met na
me het departement van Oorlog, spoedig een
halt aan dat vandalenwerk zal toeroepen.
Voor den leek schijnt het gedoe van de le-
ger-autoriteiten ten opzichte van Naarden's
vestingwerken al erg zonderling. Men zou
zoo meenen, dat de stad als vesting, in een
tijd waarin men oorlog voert met kanonnen,
die mijlen ver dragen, en met lucht-vloten,
die de geweldigste ontploffingsmiddelen kun
nen neerwerpen, geen beteekenis meer kan
hebben. Toch oordeelt Oorlog blijkbaar an
ders, want een verboden kring van de stad,
waarbinnen slechts houten huizen mogen
worden gebouwd en die den uitleg van het
steeds wassende Bussum naar dien kant zij-
ner .grenzen in den weg staat, bestaat nog
Steeds, maar als tegenstelling ziet men de
wallen, die als pittoresk historisch overblijf-
sel behouden dienen te blijven, vernielen.
.Men zhl het op het Plein te Den Haag wel
weten, doch de Gooilander en de Amster
dammer, die 'szomers komt genieten van
frissche lucht en's winters van het ijs om de
.Naardensche bastions, begrijpt er geen sik-
kepit van en hoopt slechts, dat men niet zal
voortgaan met het opruimen der oude wallen.
Van opruimen gesproken we zijn de laat
ste dagen hier te Amsterdam danig aan het
ruimen en opruimen. Er bestaat werkelijk
verschil tusschen beide woorden.
Van „ruimen" hadden we ruimschoots ons
deel met betrekking tot de sneeuw, die aan
den stadsreinigingsdienst genoeg te doen
heeft gegeven en nog zal geven, zoodra de
dooi heusch zal zijn ingevallen en het moet
erkend, dat deze tak van dienst kranig den
strijd tegen de elkander opvolgende pakken
sneeuw heeft aangebonden. Blijkbaar meld-
den zich in dit seizoen veel meer handen voor
het losse werk van sneeuwruimen aan dan ge
durende de voorafgaande winters het geval
was, toen we nog eenigermate onder hoog-
conjunctuur leefden en de werkloosheid nog
niet zoo ernstig was als thans, helaas! het
geval is. Wie hier en daar eens bleef kijken
naar het werk langs de straat, kreeg al-
thans zoo ging het mij den indruk, dat
zich onder degenen, die voor dezen arbeid
waren aangenomen, een aantal menschen be-
vonden, die niet schenen te behooren tot de
genen, die in onze maatschappij tot de hand-
aibeiders gerekend worden. Daar waren er
blijkbaar velen, die onder normale omstan-
digheden met ander soort werk in hun onder-
houd plachten te voorzien, doch nu door de
slechte tijden en gemis aan een betrekking
gedwongen waren iets te verdienen met ar
beid, waarvoor hun handen bij lange na niet
geoefend waren. Hoe droevig ook," was het
voor hen een uitkorjist dat de grillen van ons
noordelijk klimaat de gelegenheid boden de
groote stad zoo spoedig mogelijk weder een
„passend toilet" te helpen geven, tot opeens
de vorst den arbeid van het sneeuwruimen
kwam belemmeren en de Amsterdamsche
straten op vele plaatsen een allerzonder-
lingst, maar weinig fraai aanschijn kregen.
Immers, op vele plaatsen waren langs de
trottoirs de groote sneeuwhoopen gestapeld,
die v6or zij verwijderd konden worden hard
bevroren werden en die nu, gemengd met
modder en ander straatvuil, geworden waren
tot zwart-gore torens en op verschillende
plaatsen een eigenaardigen aanblik oolever-
den.
Voor het „opruimen" is thans het seizoen
weder aangebroken in de winkels, met name
in die, waar al datgene wat der vrouw voor
haar toilet bekoren kan, tegen lage, aanlok-
kelijke prijzen te koop wordt aangeboden. Op
door groote reclame borden in het oog val-
lende wijze doen de manufacturer en confec-
tie-magazijnen der schoone sekse kond van
de „voorjaars-"koopjes, die thans te halen
zijn. De aantrekkelijkheid is blijkbaar bijzon-
der groot, wanneer men ziet dat zich voor de
gesloten deur van sommige magazijnen reeds
vroeg in den ochtend rijen vrouwen vormen,
die het oogenblik verbeiden, dat de deur, die
toegang zal geven tot al het begeerlijke-goed-
koope, hetwelk hun achter de winkelruiten
wordt aangeboden, zal worden geopend en ze
de eersten zullen kunnen zijn om de hand te
kunnen leggen op datgene, waarop zij „ge~
loerd" hadden. Het eigenaardige bij die op-
ruiming is echter, dat velen toch nog teleur-
gesteld worden, omdat ze eenmaal binnen
niet kunnen krijgen datgene, wat door den
lagen prijs achter het raam aangegeveri hun
begeerte opwekte, omdat de winkelier die
„lokvogels" niet uit zijn etalage wil halen. Ik
heb daar zelf ondervind'ing van opgedaan.
Achter de ruiten van een winkel geen da-
mes-confectie-winkel waar voorwerpen te
koop lagen, die een mannelijk wezen nuttig
zijn en mij goedkoop toeschenen, lag iets dat
mij dienstig kon zijn. Ik trad binnen en vroeg
iets, dat ik in het uitstalraam had gezien.
Ik merkte op, dat het toch In zhn ftalage-
raam lag en't antwoord was: „Wat denkt u
wel, dat ik, om daar bij te komen, mijn ge-
heele etalage zal gaan afbreken 'k denk er
niet aan!"
Ik merkte op zulka niet te verlangen, maar
waagde de veronderstelling, dat hij toch in
zijn winkel nog wel voorraad zou hebben van
hetgeen ik verlangde, maar het antwoord
luidde: „Wel neen, hlles daar van ligt in
't raam; ik breek mijn etalage niet af Komt
u maar terug als ik z66 ver ben."
Wijlen Verheul zou geteekend hebben: Zijn
er zoo?" en op een volgende prent: „Z6o zijn
er" en ik ben heengegaan met bespiegelin-
gen over de eigenaardige wijze van zaken-
doen, die blijkbaar in aen opruimingstijd be
staat.
Grappig is ook de opruimingsoorlog, die
op dit oogenblik door twee concurreerende
confectie-winkeliers in deze stad wordt ge-
voerd.
Deze heeren hebben hun 2aken in dezelfde
winkelstraat, ongeveer recht tegenover
elkaar. Mijnheer A. ik noem maar geen
namen etaleerde allerlei fraaie dames-ar-
tikelen tegen lage opruimings-prijzen. Toen
zijn concurrent, mijnheer B., zulks ontwaar-
de, liet hij door verschillende dames groo-
tendeels tot zijn winkel-personeel behoorende
die artikelen uit A.'s uitstalkast wegkoo-
pen en plaatste die daarna voor lager prij
zen, dan hij ze gekocht had, in zijn eigen
etalage-ramen, zulks natuurlijk met de be
doeling, dat het op koopjes beluste publiek dit
of dat bij hem, B., nog goedkooper zou heb
ben gezien dan bij A., waarvan het gevol zou
wezen, dat B. zou krijgen den naam nog veel
goedkooper te ziin dan A. Op den duur re-
kende hij, door A.'s gekochte goederen goed
kooper te verkoopen dan A. zelf deed, diens
klanten te zullen „lijmen", terwijl hij boven
dien vermoedelijk hoopte, dat gezien de
goedkoope prijzen in B.'s raam nog goedkoo
per zou gaan opruimen, waarvan B. als ge-
volg misschien hoopte, dat A. op die manier
op den duur zich zelf heelemaal zou „oprui-
men".
Maar winkelier A. denkt dlaar blijkbaar
niet over. Toen hij tot de wetenschap geko-
men was, waar veel van zijn „koopjes" ble-
ven, liet hij nagaan wie de koopsters waren
en nadat hij was te weten gekomen, dat deze
grootendeels gezonden waren door zijn con
current, liet hij in zijn uitstalkasten groote
kartons plaatsen, waarop een ieder thans le-
zen kan, „dat geen goederen worden ver-
kocht aan opkoopers(sters) of handlangers
(sters) van mijnheer B.", zijn concurrent, en
het winkelende publiek, met name degenen,
die van damesartikelen, die opgeruimd wor
den, wenscht te profiteeren, weet nu dat er
„concurrentie-opruimings-oorlog" tusschen
mijnheer A. en mijnheer B. bestaat en „ge-
niet" van het „standje".
Wat er al niet kan vastzitten aan „oprui-
men"
SIN! SANA.
Stadsnieuws
KAMER VAN 'KOOPHANDEL.
Zooals wij in ons verslag van de vergade-
ring van Woensdagavond van, bovengenioemde
Kamer mediedeellden, hield de voorzi titer, de
heer Arnitz, een rede waarin hij een ferug-
blik wierp op het afgeloopen1 itijldvak. Wij' la-
'ten: hier het voornaamste uilt die toespraak
volgen:
Omtrent den gang van zaiken in de Nij-
verheid, aldus de heer Arntz, valt in het
algemeen geen gunstig rapport uit te
brengen. De economiische ontwrichting en
de ongunstige en onzekere interna-
tionale verhoudingen welke uit den we-
reldoorlog zijn ivergebelven, bleven ha-
ren nadeeligen invloed u'itwerken. Hier en
daar valt wel meer bed'rijivigheid1 te consla-
teeren, doch over het al|geime,en was er veel-
eer inzMcing dan voohuitgatng.
In den lande bl'eef een ongemeen groote
werlkelooSheid1 heersc'hen. In September 1922
bedroeg het aantal werkeloozen 71.700, ter
wijl1 in September 1.1. 88000 waren inge-
schreven.
Uit eene enquete, die de vorige rnaand 'door
onze Kamer onder de Nijverheid in ons dis
trict werd gehouden, kan de conclu'sie worden
getrokken, dat een soepeler wettelijke regeling
der Arbeidswest en voor de sigarenind'ustrie
een mildere toepassing der TabakS'wet, de
verlaging der productiekostefl ongetwij'ferd
zeci in de hand zullen werlken. Weliswaar
werd in'den laatsten tijd' door de regeering in
toenamende mate arbeidsduurverienging toe-
gestaan, hetgeen cup prijs moet worden ge
steld, doch wenschelijker is het, dat de Ar-
beidswet geheel worcte aangepast aain de ge-
wijlzigde tijds omstandigheden.
Wat den toestand in onsdistrict betreft,
valt o.a. noipens den Tuinbdaw op te merken,
dat de oogst der verschillende produeten, als
vroege aardappelen, Ikool en uien goed is ge-
weest; slechts de wortelen hehhen een middel-
matigen oogst opgeleverd. De prijzen Van aT
le produeten kunnen in't algemeen goed gere
toend worden en die van de wortelen sipeciaal
gunstijg. Temeer laat zich dit om'thent de prij
zen zeggen, omdat Duitschland, met udtzon-
dtering van het bezet'te gebied, met betrekking
Barbara schuddc ontkanniend het hoofd.
„I'k kon nieits zienik weet zelfs niet eens,
of het een man was. Hij- pakte me zoo onver-
wachts beet, dat ik in die dulstennis uie.s kon
onderscheiden.. het kan even goed een vnciuw
geweest zijn... zooals u zelf bijvoorbeeld,
voor zoo'ver ik weet!"
Nur-el-Din sloeg de handen iin elkaar.
„Dan was hij het dus zelf', flMsterde zij,
„ik had het wel kunnen weten. En toch heeft
hij' het niet hier!"
Zware voeitstappen kl'onken in dfe kamier
daarboven. Rass riep haastig iets tegen de
dnniseres, duwde 'haar het pistool' in. de han
den en oencte dfe trap op. Het volgendle
icogenblik fclonk een luids knal gevoigd door
den plof van een zwaar lidiaam dat neer-
viel. Ergens 'in een van de kamers boven
gilde een vrouw.
Nur-el-Din liet belt pistool vallen en sloeg
de handen voor het gezicht. Twee mannen
versdhenen hoiveni 'aan de keldertrap. De
eene was Strangwiise in uniform, de ander
was BeMward.
,^Ze zijn alebel hier", zei StrangWise over
zijn schou'der tot Bd'JlWard.
„0, god'dank, dat u gekomen iSl nep
Barbara en zij liep naar het ondeateind van
de trap.
„Dat heb ik niet", zei dp de winkeher.
iStnangwise vloog langs haar been en
greep Nur-eUDin bij1 den arm.
„Breng haar naar boven", zei hij snel tot
Beliwarid, die achter heml aan- kwam', ,,en
slait haar op in de kamer. Ik zal wel voor
de rest zorgen. Mi'ss Mackwayte", voegdfe hij1
er bij tat Barbara, „u gaat met ons mee!"
Barbara Siaaiide in verbazing Belilwaric1
aan. Zij had nooit kunnen dianken, 'dat een
vermomrnmg zoo volkomen kon zijn; xnajoor
Okewood ziet er uilt alls eeni totaali ander
mensch, dacht zij.
Maar Ballward had de danseres' biji beide
arrnen vastgegrepen en duwde haar voor
zidh uit.de itrappen op. Nur-el-Din' sdheen te
veel overwflldigdi dan dat zij een woord kon
uitbrengen.
„0, wees niet zoo tnuw met haar, miajioor
Okewood!" zei' Barbara smeekend. „U ziullt
haar pijin doen!"
Zij stond met den rug naar Strangwiise,
ziciodat zij niet kon1 ziien welk een merkwaar-
d'ige verandering er in diens trefcken kwam
bij die woordfen1.
„Ok)eiwood", fluisferde hij, maar zoo zacht,
dat het meisje de woorden niet kon ver-
sfaahi, „Olkewood? Dat had ik kunnen ver-
moeden! Dat had ik kunnen vermoedenl"
Toen itikte hij Barbara zacht op den
schouder.
tot de vroege aardappelen, niet op onze
markt is geweest, 'hetgeen aus niet weinig In
vloed heeft gehad op de vraag. (De laatste
dagen zijn de prij'zen zeer gestegen tengevol-
ge van de vraag van Duitschland). Van be-
lang is het voor de bepaling der vooruitzich-
ten, om rekening te houden met den politieken
toestand, waarin Engelan'd zich op het
oogenblik bevinldit. De conservatieven van dat
land zijn gevallen, waarmede het protection-
nistische stelsel voorloopig van de baan is,
hetgeen speeiaal van belang is voor den ex
port van vroege aardappelen,- waarvan door-
gaans flinke hoeveelheden in dat land wor
den geimporteerd. Ook Tsjecho Slowakije
blijkt voor ons gunstiger gestemd te worden,
want binuenkort mag worden verwacht, dat
de versdie kool daar vrij ingevoerd zal kun
nen worden. Weliicht heeft de arbeid der Ka
mer daarop tovloed uitgeoefepd Remmend
voor den uitvoer naar Tsjecho-Solwakije,
Oostenrijk, Zwitserland hebben gewerkt de
steeds verhoogd'e Duitsc'he vrachttarieven.
Zeer waarschijnlijk zullen echter de Duitsche
tarieven vanaf 15 Januari met 15 pet worden
verlaagd.
Over heii algemeen kan: dus cite conclusie
worden getrokken dat de vooruitziditen voor
de tuinbouw-streek gunstiger zijn.
Voor de veehouders zijn de maanden
Januari, Februari, Maart en April zeer on-
gunstig geweest, omdat, tengevolge van het
rn'isiukken van den hooibouw in 1922 de uit-
gaven voor aankoop van veevoeder geduren
de den winter 1922-1923 zoo hoog waren,
dat hierdoor in het jaar 1922 de veehouders
geen of een zeer gering inkomen verkregen.
In de zomermaanden Mei en Juni d'aal'den
de zuivelprijzen in die mate, dat de kosten
van het bedrijf nauwelijks gedtekt konden
worden en van voordeel maken hoegenaamd
geen sprake koin zijn. Gelukkig was d'e gras-
groei zeer goed en d'e hooibouw overvloedig,
zoodat zich voor den winter 1923-1924 geen
financieele moeilijkheden voor dte veevoede-
ring voordeden. De melkopbrengst was ge
durende de zomermaanden goed en de zuivel
prijzen bewogen zich weer in stijgende rich-
ting. Ook de veeprijzen hidden zich goed,
zoodat het tweede gedeel'te van het jaar 1923
veel gunstiger was dan het eerste deel', hoe-
wel dit niet in staat was om het geheele jaar
1923 tot een jaar met een be'hoorlijk inkomen
voor de veehouders te anaken.
In bet algemeen drukken dte exploitatitekos-
ten, de belastingen en in vele gevallen de
hoo'ge pachten en inkoopprijzen van lande-
rijen te zwaar om van een loonend bedrijf
voor den boer te kuiinen spreken.
Over het algem'een was het voor de vis-
scherij een ongunstig jaar, in het bijzonder
voor de -Noordzeevisscherij, die door ongiun-
stige weersgesteldheid' zeer diikwijls tot wer-
keloosheiid gedbemd was. De vissc'herij in de
zeegaten en l'angs de stranden was meer be-
vredigend, doch de financieele uitkomsten
ook onvoldoende, omdat, zoodra de vanigsten
grooter werden dan voor het binnenlandlsch
gebruik nood'ig was, de prijzen van haring
sterk daalden en voor ansjovis ih getenen dee-
le loonend waren, daar laatstgenoemd artikel
nagenoeg geheel op Duitechlaud is aangewe-
zen. (Ook hiervoor is de toestand de laatste
weken yerbeterd1, doordat Duitschland weer
aan d'e mark't versdheen)
De vangst van schelp- en schaal'dieren en
de prijzen daarvan waren tamel'ij'k goed, al-
hoewel niet van een gunstig jaar kan worden
gesproken.
Voor ibinneniandsch gebruik bestond gere-
geld een goede vraag. De hooge spoorwegta-
rieven zijn nog steeds een beltetsel, doch wij
vertrouwen, dat bij; een intreding van eene
verbetering van den algemeenen toestand ook
voor deze takken van bedrijf een guhstige
verandering zal mogen ontstaan.
Van den handel en kweekerij van bl'oembol-
Ten, welke in ons district van veel belang zijn,
'kunnen wij constateeren, dat de kweekerijien
in het afgeloapen jaar gunstig hebben ge
werkt.
Voor de tuinders uit Limmien ien omgeving,
die het bloembollenkweeken als een bijzaak
beschouwden, was het dit jaar dte voornaam
ste bron van inkomsten, daar de uitkomsten
van het tuindersbedrijf verre van l'oonend
waren.
De exparthandel heeft in onze omgeving
eveneens bevredigend gewerkt. Dte export van
ibioembolen breidt zich hier jaarlijlks uit en
de vooruitzichten ikuunen ook tamelijk 'gun
stig worden genoemd.
Een terugslag hebben de kweek-ers en ex
porters'ondervonden d'ooh de opheffiiig der
N. Z. H. Tram. Bet weer in weraiag stellen
der tram zou het bedrijf zeer ten goede
komen.
De aanvoer van kaas in, 1923 bedroeg
7686 stapel's met.6.162.508'Kilo tegen 6969
stapels met 5.017.396 Kilo in 1922.
De omzet der Coop. ZuiveT Export Vereenl-
ging bedroeg over het jaar 1923 totaal
2.453.926 Kilo, waarvan dte export naar alle
werelddeelen plaats vond.
Aangezien de buitenla'ndbche toestanden
nog niet zijn verbeterd, ja zelfs door verschil
lende Rijken invoerbelemmeringen voor de
Hollandsche kaas worden toegepast, zouden
wij in de toekomst op een krachtiger regee
Belast zich met:
rings&teun willen aandringen, opdat voor de
ze bij uitstek nationale inaustiie een goede
markt in het buitenland behouden blijve en
voor de Hollandsche zuivelproducten althans
dezelfde faciliteiten door het buitenland wor
den gegeven, welke aan andere landen, welke
zuivelproducten exporteeren, worden ver-
leend.
Uit het een .en ander blijkt, dat o>ok te de
zen opzichte het jaar 1924 niet met te veel op-
timisime m.^g worden tegemoet gezien.
Over het bankbedrijf in dit district dteelde
spr. mee, dat in het afgeloopien jaar over het
algemeen minder ernstige onaa'ngename, ver-
rassingen in het bankbedrijf zijn voorgeko-
men dan in 1922, doch dat ook de bankizaken
niet kondtep ontkomen aan de gevolgen der
matte stemming, die het bedrijfsl'even ken-
merkte.
Daarna sprak dte heer Arntz over den ar
beid der Kamer zelve.
Zij zette in het afgeloapen jaar hare actle
voort, in samenwerking met de bekende or-
ganilsaties, ten einde te geraken tot een Bil-
lijker verdeel'ing der Hoogheeiriraadschaps-
lasten. Het verheugde spr. te kunneni tnel-
den, dat, alhoewel de door de Kamers te
Hoorn en Alkmaar gevraagdte regeling nog
niet kon worden toegezegd, in de laatste bij-.
eenkomst van de afgevaardigdert! der Kamers
met de Commis'sie uit de Provinciale Staten
mocht worden vernomen, dat zij eveneens
ervan overtuigd1 zijn, dat iets, moet worden
gedaan om den'druk, die op de ingelanden
is gelegd, te helpen verlichten, hetgeen vol-
gens genoemde comtnissie zou kunnen ge-
schieden door voor te stellen aan de Gedep.
Staten om de bestaande verhoUding van de
verdeeling der watersnoodleening tusschen
provincie en hoagheemraadschap in d'ier
voege te wijzigen, dat het op te brengen aan-
deel van het hoogheemraadschap wordt ver-
minderd.
Eveneens werd onze medewerking vefleend
ten einde de uitvoering der Westfriesche Ka-
naalplannen te bevorderen, waarvoor uit on
ze Kamer een propaganda-comlmissie werd
benoemd.
Met de Kamers te Zaandam, Hoorn, Haar-
.em, Goudai en Leeuwarden trachtten vyij
gunstiger import-voorwaarden voor kaas in
het buitenland te verkrijgen.
De Vehkeerscommi'ssie mocht haar stheven
beloond zien door meer bevredigende tarie
ven te bed'ingen voor- het vervoer van tuin-
bouwproducten en overigens vele moeilijkhe
den helpen verminderen of wegnemen. Moge
het eerste succes in het nieuwe jaar voor U
zijn de vetebreeding van den Twuijverweg,.
die dringend verbetering behoeft, zei spr.
De Commissie voor Verordteningen, allhoe-
wel pas in het leven geroepen, kon zidh reedls
verdienstelijlk maken door het onderzodk van
verschillende wetsontwerpen en verordenin-
gen, teneinde daartegen hare 'bezwaren te
kuntten uiteenzetten, alvorens de handel
daarvan de nadeelen zou ondervinden. Bo
vendien werd er door haar een rapport uit-
gebracht inZake de toepassing der faillisse-
rnentswet, waarop een adres aan den Minis
ter van Justitie werd gerich't. Thans verleent
zij hare medewerking om te geralken tot een
soepeler wettelijke regeling van den arbei'dlsr
tijd. j
Van een aangenamen pkcht meende spr.
zich nog te moeten kwijteia en dat was, dank
fe brengen aan den Secretaris, d'en heer
Sdheffel, die in den korten tijd dat hij aan de
Kamer is verbonden, getoond heeft te zijn:
„The right man in the right place". Spr
zegde hem' dank voor zijn intensieven arbeid
in' het belang der Kamer, waarbij het overi-
ge personeel hem met ijver heeft terzijde ge
staan.
Het verheugde spr., dat de arbeid der Ka
mer meerdere belangstelling, en tengevolge
daarvan, meerdere sympathie mocht onder
vinden. Velen van hen, die het Bureau der
Kamer om inlichtingen betrteffende handel en
industrie verzochten, konden wij kosteloos
bijistaan en meerderen dusdanige adviezen
verschaffen, dat zij daardoor groote
,'Komi", zei hij, „wijy moeten naar boven.
Er is meg veel te doen!"
Hij dreef haar vriiendtelijk naar de trap
waarlangs B'tellward en Nur-el-Din inaar bo
ven waren gagaan. Biovengekomen ging hij
voor en bracht Barbara in dte gelagkamer.
Een enkelte kaars stond op tafel en wierp een
flets Mcht in de kam'er. Rass lag op zijn rug
midden op dten yloer, een arm dubbelgtevou-
wen onder zich, een knie eenigszins opgetrofc-
ken.
Barbara deed' van schuiik een' stap terug.
„Is hij... is hij..." stamieldla zij!, -op de ncieft
looze gedaawte teijkend1.
StrangWise knikic.
„Eeh spionzd hi} ernstig, „het te goed1,
dat we van hem af zijn. Ga daar maar in
de hoek zitten, d'an' ziet u hem niet. Blijf
daar!" ging hij voort, ziende hoe black het
meisje was geworden, „ik zal u wat brande-
Wijn geven f'
Hij! haaldie een flesch voor dten dag en
schonk wat voor haar in een kopje. Plotee
ling 'ging dte deur van dte bar open en
vrouw kwam de kamer binnen. Haar zwart
filUweelen japan,grijs haar en gedteiim
geard voofkomen maakten' haar tot een-
eigenaardige verschijning in dit vuiille vertrek
bij dte flikkerende fcaarsverliditihg.
,,'t Is tijld om te gaan", zei ze tat S'trang-
onkos-
wi'se. „Bellward komt ook juist naar bene-
den
„De kam'enier te er nog..." begon Strang
Wise beteekenisvol naar Barbara kijken d.
De vrouw in het zwart fluweel zag nem
vragend aan.
Str:angwi'se knikte.
Ik zal' het wel doen", zei ze dadelijk,
haar naar beneden wilt rce-
,wanneer
pen!
Strangwise ging naar dte andere deur van
de gelagkamer en riep: „Marie!"
Er fclonk een voetetarc. en de kamemer
kwam binnen, blteek en ibevend.
,,Me\Touw he-eft je noodig, zij, is beneden
in den keQder", zei hij vriendeTijk.
Marie aarzelde een oogenblik en keek
naar 'het drietal.
„Nton, non", zei ze zenuwadhltiig ,pk ml
niiati naar beneden
Strangwise gli'mlachte, zoodat zijn tanden
zichtbaar werden.
„Je hoeft niet bang te zijn, ma ©He',
antwoordde hij:. Madame hier zal wel- met
je meegaanen hij wees op dte vrouw in het
zwart.
•Dit scheen de ka'menier gerust tie stellen en
zij liep die kamer door naar de deur, terwijl
dte vrouw haar ucDgde. Toen deze langs
Strangwise kwam, fluisterde hij haar iets in
het oor. (Wordt varvolgd)
i
31J'