K0RINTAPUBD1NG KlenwH 5 p V Rlenw <mOND2N VOORWBRP'ENL Aanwezig cum het Bureau van pclitis, Lan~ gestraat en aldaar te bevragen op alle werk- dagen tusschen 11 en 1 uur, de navoigende voorwerpen als gevanden gedeponeerd op 15 t/m 23 April 1924. Oordjjnroede; stalk touw; echiooltasch met imhoudl; bruine porbamonnaie; paar beige kmiseiidtcp van een as; Iwndonlui'Ssbaod met penning; clop van eeni carburateurrozen- kraiis; diverse huiseleutells en inmitcilbiainden. Aanwezig en te bevragen bij de navoigende Ingexetenen, oruterstaande voorwerpen, als gevonden aangegeven op 15 t/m 23 April '24. Mej. Arnold, Zevcn'huizen 6b, portemcn- naie mot iinhoud; H. H. Hofmeester, Prins 1 iendrikstraat 107, vulpenhauder; J. Schben- makcr, Lindcntann, postduif No. 13. 304.21 B. van Bladen., Westerhofje, Witte haarstrik; W. Duin, Keizeretraat 22, vulpotlood; J. Mul, Keizersmaat 10, porternonuaie met im- houd; J. vail Dijflc, Nassau plain 11, vulpen C. Basse, Daliaetraait 6, s'leuteltje; Annie Heme Is, Glarissentouurt 15, celluloid1 anm- band'je; W. C. Pool, Liefdlelaan, bint van een hooiwagcnM. Mu'ller, Konimgsweg 13, atlas; J. Wolzak, Mient 20, jongensjasje; C. Jlcinker, Baansingel 34, tang met Fug Ische slcuilelM. Moerboom, Payglop 15, ijlzeren zakmesje; Zevenhelc, Drdbbclstraat 10b, lorgnet in 6taiGroentjes, Kinheimatraat 8, zaikmes; H. Balder, Niieuwpoortslaan, hom- denipenninig No. 805; Mej. B. Stoct, Mient 15, gouderi kindleimrmlbana; P. v. d. Veer, geysoieerde tang; J. Nlierop, Iiefdelaan 5, nondenpenningM. Fransal, L'iitenboech- straait' 34, alpacabeureje; D. Ruiitier, Snaar- manslaan, jwngenshanldlschoenAlidia de Moor, Kerkstnuat 11, witte zakdoekM. Schotvanger, Fnid&en 8. zwant hoedjeJ. KoningKara, Stichting Steynstraat, klem sleuteltje; J. Siamenburg, Gasihooiderstraat 5, R.-K. keikboekje; B. A. Visser, le Tuin- Ovvarsstraat 24 portemionniaie met imh.; T. van Vegteni, 2e Landdtvarastraat, rijiwiel- sleutelJ. Verwaal, Konnemicrpark 1. wiitte zakdoek; J, Mente. Geesl'.ersiingel 23; 'trinder- bril; H. J de Graaf, Laat 113, zakje spina- ziezaad; Th. Groothuizfn, Hekelstraat. 16, portemonnaie met .in'houd; L. Beelenkamp, Baansingel 42, wittte zakdcek; J. v. d. Vliet, St. Jozefstraat 11, portlemonnaie met inlh.; H. H. die Mik, Vogelenzang 16, portemoo- naie met Mi.; G. Dikkeboom, Koningsiweg 63, poriemonnaie met inhoud; P. die Lainge, Kerkpfleio portemonraie met«Duirsch geld- stukJ. Greet, Landlstraa'tl 160, stolen hallls- hand met penning 592; A. Beelenkamp, Baansingel 40, wit koralen halsketting Mooi, Eendrachtstraat 21, R.-K. kerkboekje Leegwater, wwnschip b. d. Brillestaeg, zil- verfazanfenihaan; P. Hoom, Siluiairtsitraat 1, portemonnaie Mi. rozenkrans; R. v. d Pol, Laat 92, lot van de Maaiisch. ..Volksbouw" J. N. Zandlvoort, Wesierweg 58, heerenrij- wielH. v. Baden, Westerhofje 19, doizijn hiaarspcldenC. Boot, Heerenstraait 3, blau- we postduif; J. Bra'kenhof, Ovetdliepad 28, tnsdhje Mi. kerkboekje: N. PeperJcamp. Lin- dengnichii 43, mattenkObppcr; J. van Zalin- gen, Druivenlaan 25, een oaiar diameshand- schoenenF. Fredonbung, St. Annastraat 10, gouden broehe; A. Smut, v. d. Woudestraat 33, een' zilvnren kru.i®je; Jansen, Schelphoek I, portefeuiillr met bnikm M. Koger, Kae- dijk, groote gele honid; Janssen, Visscherelaan 29, Bril in 6tuiRuiizijn, Westerhofje 23, bos sleutelaR. Kaan. Zocherstraat 2, brnine da- mesihandschocniA. P. E. v. d. Berg, Over- dieslilraat 65, portemonniaie met inlh.de Boer, Zeglia 5, broek en een' pet; A. A. Smciren- berg, Landlsrtr.iat 12, bcuirrltaadh, ilnlh. beuraje met inhoud1; F. Keere, Eendrachtstraat 14, bruine portemonnaie met inlhoud; Kieesen, Landstraat 23, mesjc, jxitlood en decimeter; N. Beeni'jes, Veerstraat 17, wit kinderlrand- echoentje. Wanneer men weder In het bezlt Is van het verloren voorwerp, wordt men verxockt hier- van kennls te geven aan het Bureau van politU. een lid van het drukkerij-personeel zich aan de zaak heeft schuldig geuiaakt. Ik sta tegen- over een onderzoek, als dooi" Mr. Sluis be- doeld, ook ten aanzien van raadsleden en de drukkerij, minder sceptisch, dan Mr. Sluis. Ik neem aan, dat, wanneer ous College een emstig onderzoek naar de zaak instelt en een beroep doet op de medewerking van de raads leden in het openbaar algemeen belang, dan neem ik aan. dat wii eerlijk te weten zullen krijgen hoe net staat. A4r. Sluis: Dat zal inij hoogst aange- naam zija. De Voorzitter: Het personeel van d1? drukkerij is ons geen antwoord verschuldigd, maar do directie is tegenover ons geheim- houdiug verplicht en zal direct aan onze zijde staan tegenover ieder lid van dat personeel. Een kort resume komt hierop neer, dat het college volkomen bereid is het onderzoek in te stellen en dat ik voor mij er niet het minste bezwaar tegen heb het onderzoek ook buiten het geheele secretarie-personeel om in te stel len. Ik vind het van de grootste waarde, dat voor den dag komt, wie de inlichtingen ver- strekt heeft, al heb ik persoonlijk niet zoo veel hoop, dat het onderzoek tot posdtieve resulta- ten zal leiden. Het is in deze zaak waarvoor de gemocde ten reeds tot opwinding zijn gekomen, buiten- gewoon moeilijk degene die weet, dat hij schuldig staat, er toe te brengen zijn schuld te bekennen. Mr. Sluis: Vooral als de man, die het weet zegt „ik zeg het niet". De Voorzitter: Als dat geval zich zal voordoen, zitten wij, maar het neemt niet weg, dat wij het moeten probeeren en ik wil het dan ook trachten met alien drang. Mr. Sluis dankte voor de toezegging, die meer inhie'.d dan hij verlangde. De heer Westerhof wilde niet allcen bij die ambtenaren het onderzoek instellen. Spr. vond de zaak voor de ambtenaren in de le plaats onaangenaam. Spr. is heilig over- tuigd, dat niemand van hen het heeft gedaan De directie en het drukkerij-personeel valt uit, omdat de copie daar nog met aanwezig was. Spr. herinnerde zich een dergelijk geval in Leeuwarden en daar heeft Ieaere wethouder en elk raadslid het betreffendc blad verzocht te verklaren, dat zii het niet geweest zijn. Spr. meent, dat de goede trouw mede brengt als het gevraagd wordt eveneens een dergelijke verklaring te geven. De directie of de redac- tie kan niet zeggen wie het gedaan heeft. Dit is geen gewoonte en Ujkt mii ook voor de pers nidi uitvoerbaar, maar wel kan het Noord- Hollanc^ch Dagblao1 aan Jedei' die stet ver- zoekt een schrinelijke verklaring geven, dat hij het niet geweest is. Mr. Sluis: Dan mag er wel bijstaan, direct, noch indirect. De heer Wester ho f: Indlerdaad, ge- zegd of geschreven en welken vonn ook. Het gcldt hier een zoo groot belang, dat het maar eens uit moet zijn en dat kan maar op deze wijze. Elke andere zal falen. Wanneer de raadsleden en de wethouders en de ambtena ren verklarai, d'at zij het niet hebben gedaan. dan komen wij daar niet verder mede en is de publieke opinie niet bevredigd. Het N. H. D. heeft er een soort afgunst in te mogen lezen van het andere dagblad en vindt dit waarschijnlijk een manier om de aandacht van het feit af te ledden, maar dat kan ons koud la ten. Voor cms als raadsleden, leden van het college en onze ambtenaren, voor wier eer en goeden naam wij verantwoordelijk zijn, binnen zekere grenzen althans, is het een zaak van veel belang en moet het worden uitgemaakt. Het zou goed1 zijn, dat de raad zich er over uitsprak, <>m het langs dezen weg te probee ren en dit zal naar mijn meening door het N. H. D. niet kunnen worden geweigerd. De Voorzitter vond het beter om maar aan het college over te laten uit te ma- ken op welke wijze het gewenschte resultaat moet worden verkregen. Mr. Kus ters vond het.zeer terecht op- gemerict, dat de gemoederOn ten aanzien van het feit eenigszins in opwinding ziin ge- bracht. De voorzitter zal begrijpem a?.t dit voor hem wel het meest van alien zal gelden. We9terhof heeft gezegd, dat het in de le plaats vOor de ambtenaren onaangenaam is maar spr. kan wel zeggen, dat dit in de le plaats voor hem het geval is en wel door de naar mijn meening meer dan buitengewoon unfaire wijze, waarop de zaak door een dag blad hier ter stede naar voren is gebracht. De Voorzitter hamerde Mr. K u s t e r s Ik zal niet in de kwestie treden De Voorzitter: Ik zou u in overwe- ging willcn geven' hier geen critiek op de dagbladen te geven, omdat deze zich^lier niet verweren kunnen. Mr. Kusters: Dit ligt ook niet in mijln bedoeling. Juist na wat ik in het dagblad te hooren heb gekregen, heb ik wel blijk gegc- ven daarop niet te ageeren en ik zal dil ook in de toekomst niet doen. Ik stel er prijs op, dat er klaarheid in deze zaak komt en stel er met nadruk prijs op, mij; inzonderheid te ver- antwoorden tegenover den Raad, maar voorai tegenover niemand' anders wensch ik verant- wqording af te leggen. Ik stel er prijs op, hier mede te deelen, dat noch direct noch indi rect die medodeeling van mijl afkomstig is. Nil weet ik wel, dat er morgen wel weer in dat blad zal staan: behalve direct nodi indirect is er nog wel iets anders. Men vcrzint van al- les. Maar ik hoop, dat het tegenover uwen Raad voldoende is als ik verklaar, dat die mededeetingen niet van mij afkomstig zijn. Ik stel er prijs op, dat het College het onder zoek leidt en hoop dat geen Hid zal zeggen: ,4k kom dan niet". Ik verklaar mij daartoe al thans wel bereid en zal op den cersten oproep verschijnen en ik hoop, dat het resultaat zal hebben Ik waag mii er niet aan te zeggen waar de schuld'ige schuilt, v66r ik de zaak heb onderzocht. Wil men een schuldige aan- wijzen, dan eischt het meest elenientaire fat- soen, dat men een onderzoek instelt en met dat men bij een paar menschen vraagt, of deze daarop antwoorden moeten laat ik in het midden. Ik meen, dat het alleen den Raad toekomt een antwoord te geven, maar ik voor mij zeg bij voorbaat, dat ik aan niemand andere verantwoording zal aflcggen dan in dm Raad en aan het College, als dit gevraagd wordt. Ik volsta met de hoop uit te spreken, dat het onderzoek rcsultaten zal oplevcren. De heer K1 a v e r had met eenigszins ge- mengde gwoolens kennis genomen van net verzoek van Mr Sluis. Bij vorige gelegenhe- den is in dergelijke gevallcn hieromtreni niets gezegd. Aehteraf gezien' vind1 spr. het wel goed, dat de zaak besproken wordlt. Dit is reeds het 4e geval, d'at zidi voordoet. Wij konden bijna niet in het stadhuis vergaderen of wat er gebeurdc kwam er buiten bekend. Wij hebben het gehad, dat de besprefcing van geneime vergadering een vrif uitvoeriig ver- slag gepubliceerd werd over eon bepaald on- derwerp in een van de d'agblacfen iin de stad. Wij hebben het gehad, dat deb esprcking van de wethoudersverkiezing, die nogal ernstig was, spr kort daarop van iemand van een andere' partij vernam wat lxspnoken was. Naar aanleiding van dbze feiten komt het spr gewenseht voor, dat er maar eens schoon schip wordt gemaakt, opdat er in geheiime vergad'eringen in gemoede gesproken kan worden, zonder dat er naar buiten uifleg van komt. Spr. kan zich dan ook bij het instellen van het onderzoek aanshiitem. Het moet maar eens naar voren komen. Mr. L e e s be r g vroeg of het verstandig zou zijn om het onderzoek aan het colle ge op te dragen. Spr. was er persoonlijk te gen, omdat dader ook een van het college kan zijn. Men' kan ook een comimissde ad hoc nemen, met Mr. Sluis er in, want wij mogen wel aannemen, dat hij die de vragen stelde het niet is geweest. (Gelach.) Mr. Sluis: De heer Klaver hadi de vra gen met gemengde gevoelens gelezen en be- doeld er blij'kbaar mede, dat ik als rechts man De heer Klaver: „Neen." Mr. Sluis: Van' de vorige gevatlen her- inner ik mij niet veel meer, maar tenslotte kan een 5e geval de zaak doen overloopen. Ik heb juist de vraag gesteld omdat een rechts blad er bij betrokken is en men mij dus niet kan verwijten, d'at ik dit uit politieke overwegingen gedaiao heb. Het moet buiten de politick om behandeld worden. Het gaat er om, dat de ontijdige publiciteit ongewenscht is. Of dit imj door rechts of links gebeurd, ik vind dit uit de booze. Als ik het bij vorige gelcgenheden gedaan zou hebben, diani zou ilf kans gehad hebben, dat men gezegd had, dat ik er een politieke tietze had willen uitslaan Het is mij er eehter alleen om te doen om de zaak tot klaarheid te bren'gen. Ik wil wel zeggen dat toen ik mifa vragen had ingezon- den de Alkmaarsche Couranit mij opbelde en mij er om vroeg doch ik aniwoordae ,,ik doe dit niet, ik geef dit niet aan de couranten. lie kan't aan beidfen geven, maar voel er weinig voor, zoo'n haast is er niet bii de zaak. Men zal het morgtn wel lezen." Zoodra dit ge- sprefc was afgetoopen vond ik te de bus van het stadhuis al een afdruk van die vragen en de Altonaarsche courant, die ze ook be- vatte, is dus in deze niet voorbarig geweest, want ze waren ook al bij de raadsleoent Dent voorzitter was dit nieuw. Spr. had gedaeht dlat de Alkmaarsche Courant vlugger was geweest dan het Noord Hol land^ Dagblad, omdat Mr. Sluis ze naiar de courant had gezonden. Nu dit niet zoo is, schiint ook daarm'ede weer iets bijzonders'. Mr. Kusters: Ik zal het hebben gege- ven. (Gelach.) Mt. S 1 u i s had slechts willteni aantoonen, dat hij objectief heeft willen blijven. Zoolang de vragen niet waren rondgezonden', heb ik ze ook niet aan de couranten willen geven. Toen ik het gezegd had vond ik ze echter reeds gedrukt van het stadhuis in die bus. De Alkmaarsche Courant is dus niet voorbarig geweest, want ze waren reeds bit de raadsle den en men kan deze publicatie der Alkmaar sche Courant dus niet kwalijk nemen. 'De voorzitter zag nu van het N. H. D. de vraag: waarom wij niet. Mr. Sluis: zag dit niet in. De voorzitter Er kan hierbij wel een vergissing gebeurd zijn. Mr. Si u i s 'Ik heb slechts bedoeld, dat dit reeds publiek domein was. Hier is geen sprake van een voorbarig bericht. De voorzitter begreep Mr. Sluis nu beter. Spr. veronderatelde, dat Mr. Leesberg met zijn bezwaar om het aan het college op te dlragen, hem zeker er wel buiten wildle laten. Mr. Sluis: U was op rcte. De voor zitt e r had toch bezwaar het onderzoek persoonlijk te doen. Gaat de raad op het idee van Mr. Leesberg in, dan geeft spr. in ieder geval een commissie adhoc iin overweging. Spr. adviseerde daarvoor Mr. Sluis, de heer Klaver, Mr. Offers en de heer v. Dni- men aan te wijzen. De heer v. D r u n e n kan geen benoeming aanvaarden omdat hi} lid is van de ftaamcT- eele commissie. De heer K eifsper :.„Mr. Sluis ook." Mr. Sluis Het spijt mij erg, dat ik niet in.de commissie kan zrtten. (Oelach.) Besloten werd naast d>en' voorzitter d'e hee- ren Vogeiaar, j^laver, Veen en Mr. Offers, de commissie tie dben vonmen. Aangezieni niemand meer het woord ver langde werd hierop de interpellatie gesloten. INTERPELLATIE VAN DEN HEER VAN SLINOERLAND. Het woord was hierop aan den heer van Slingerland, die de volgende vragen tot B. en W. had gericht: Is het B. en W. evenals ondergcteeken- de opgevallen, dlat bij de aanbesteding der brug over de Hoevervaart gebleken is, dat een brug op ataalfundeering, zooals oor- spronkelijk door den heer J. Ringers gewild pl.m. 4000.duurder zal moeten kosten dan een brug op paalfundeering, ofschoon de Iieer Ringers als deskundige indertijd ver- klaarde. dat een brug op staalfundeering be- duidena goedkooper zou zijn dan een op paalfundeering? Is het waar dat de Directeur van Oemeen- tewerken het paalfundeeringsplan dermate verlicht, en het staalfundeermgsplan der mate heeft verzwaard, dat het verschil in kosten zoo aanmerkelijk moest worden? Is het naar de meening van B. en W. noodzakelijk, dat over de Hoevervaart een zoo kostbare brug op paalfundeering wordt aangebracht, als door den Directeur van Ge- meentewerken thans ontworpen? Zoo ja, hoe is het dan te verklaren dat de deskundige heer J. Ringers een brug op staal gefundcerd wenschte, waarvan de kosten be- duidend lager zouden zijn?" Spr. oordeelde het niet noodig de lange voorgeschicdenis en de bespreking in den raad te releyeeren. In het kort komt het hierop neer, dat de heer Ringers als raadslid heeft beweerd, dat Cen brug met staalfundee ring goedkooper zou zijn als eene met paal fundeering en minstens evengoed. Spr. had zijn vragen in publieke werken gesteld en daarop een antwoord ontvangen oat hem niet bevredigde. Spr. meende dat de publieke opi nie in zijn vragen is belichaamd en stelde er daarom prijs op de vraag in de raadsver- gaderiilg te stellen, om te vernemen welke maatregelen B. en W. denken te nemen. De heer Ringers had de vragen nog niet in het college kunnen bespreken, aange- zien een groot deel van het college afwezig is geweest. Spr. kan dus alleen zijn standpunt weergeven. Wil men echter een antwoord na- mens het college, dan stelt spr. voor de be- antwoording tot de volgende vergadering uit te stellen. De Voorzitter wees er op, dat de zaak nog hangende is. Binnenkort zal het werk moeten worden gegund en dan zal de zaak ter sprake komeu. Wanneer de heer van Slin gerland prijs stelt op een antwoord v66r de gunning, dan is spr. berekj om de vergade ring te schorsen, opdat B. *en W. zich met elkander kunnen verstaan. De heer van Slingerland wenschte dit gaarne, waarop de vergadering geschorst werd tot 4 uur. De heer Ringers besipreekt na de schor- sing de geschiedemis der brug. Deze was op paalfuncfeering geraamd op 33600. Deze achtte men te duuT en spr. merkte op dat de brug op staalf undeering goedkooper zou kun nen worden n.l. 28000, is 6500 lager dan de oorspronkelijke raining. Spr. achtte de be- ■grooting niet laag genoeg en wilde een vrij plan van de aannemers, die er eveniwel geen giebruik van maakten. Zij1 schreven in naar de plannen van den heer Margadant. Wat aanvankelijk het duurete was werd't goedr koopste en omgebeerd. Het is Burg eni Weth. opgevallen dat het verschil naar aanleiding der oorspronkelijke plannen niet meer be- staat. Op de eerste zinsnedle deT tweede vraag antwoordt spreker: ja, op de tweede: neen. De paalfundeering is verlidht en de staal- fundeering is volgens het ooispronkelijlk ont- werp geblven. Op die derde vraag antwoordt spreker be- vestagend. We moeten de brug gumnieni zoo als die in het bestek is omschreven. Op de vierde vraag antwoord spr. dat de vrije in- schrijving niet voldeed aan de verwachtingen der lagekoaten. We zoudten't gaarne anders gezien hebben. De heer v. S linger lam d Waarom keurde de wethouder het plan dan1 goed? De heer Ringers Ik ging uit van een fundeerfngscftepte van 1.60 M. maar dft bleek na raadlpleging van de teekendngen van de andere bruggen te laag. Zoo gaf spr. zijn sanctie aan het bestek. De heer Van SIingerl a n d acht de gemeenite de dupe. De voorzitter meent d^t door't in- grijpen van den Raad een belangrdjke bezui- nmng is verkregen. De heer Sluis De heer Ringers heeft als raadslid het slechte en als wethouder het goede plan gehad. (Gelach.) De zitting gaat nu over in een met gesloten deuren. Staten-Gcweraal. EERSTE KAMER. In de vergadering van gister werd1 voort- gegaan met de algemeene beschouwingen over de Staatsbegrooting voor 1924. De heer De Vos van Steenwijk (C.-H.) ver- volgde zijn gister afgebroken rede. Thans be- sprak hij den weg, dien het Kabinet heeft in- geslagen tot oplossing van crisissen. Tegenover den heer Colijn stond spr. vol vertrouwen, omdat hij huide verdient voor den moed en de energie om dez ware taak op zich te nemen. .Vervolgens besprak hij het bezuinigings- plan van den heer Wibaut, dat gepaard gfng aan acht eischen, die enorm veel geld1 zullen kosten. Het kaptaal bij de bron aantasten is de eufemistische amschrijving van stelen, meende spr. Volgens Mr. Troelstra was het plan zeer vaag en daarmede kon de heer Wibaut het al vast doen. Het plan-Colljn voor de bezuinigilng achtte spr. zeer doordacht. Een schitterende presta- tie is het dat deze minister in enkele weken tijd dit plan ontwierp. Tusschen de uiteenzet- ting in de Mllioenen-rede en in die der Mem van Antwoord op het Voorloopig Verslag der Tweede Kamer bestaat geen verschil, meende spr. De Vrijzinnig Democraten hebben het zich gemakkelijk gemaakt; zij stellen een eisch waaraan niet voldaan kan worden alvo- rens een plan te maken. Op die wijze komen zij van de moeilijkheid af. Door vertnindering der bewapenihg ver- wachtte spr. geen veroroedering der volken. Belastingverhooeine achtte hij onvermijde- lijk aangezien vernooging der directe belas- tingen onmogelijk is, heeft de Minister terecht zich tot de indirecte belastngen gewend. In- perkng van subsidies achtte spr. dringend noodig. De motie-van Embden wees spr. af. Tea slotte wenschte hij het Kabinet veel succes. De heer Rink (V.-B.) betoogde, d'at het be- zuinigingsvraagstuk a lies overheerscht Spr. rekende daaronder ook de vereenvoudiging van de rijksdienst, de salarissen, de fiscale po- litiek en de belastingwetgevin'g. De Staat heeft jarenlang op te grooten voet geleefd en moet zichzelf nu herzien. Er wordt wel eens geklaagd over daling van het peil van het Parlement; spr. vroeg of een niationaal Kabinet niet juist geschikt wa re geweest om dit peil te verhoogen, eendrachtig samenwerken het aanzien zou hebben versterkt. Spr. geloofde en nam aan, dat dit Kabi net op een breeder standpunt staat en graag steun ontvangt, zelfs van zijn tegenstanders. In die veranaersteiling zou spr. zijn meening uiten. Waarom neemt de regeering allerlei onderwerpen ter hand, die niet nationaal zijn? Afschaffing der Staatsloterij, verbed van erematie, Zondagswet, Pokkenwet vallen buiten het nationale karakter en waarom zou de regeering ze entameeren, terwijl ze toch genoeg te doen heeft? Zet de regeering haar zin door dan draait zij de schroef van den partijstrud noodeloos aan. Minister Heems- kerk heeft onlangs gezegd, dat voor herinvoe- ring der doodlstraf geen algemeene opinie be- stond' en dat was juist. netzelfde geldt bv. voor de afschaffing der Staatsloteri], Een re ferendum zou uitmaken dat een verpletterende meerderheid daar tegen is. Schaft de regee ring ze af, dan verrijzen de clandestiene lote- rijien als paddestoelen uit den grond. Spr. merkte op dat wat de Vlootwet betreft, verwerping niet beteekent, dat alles voor de vloo was uigesloten. Met de politick'van die regeering ten aan zien van de huwende ambtenares is spr. het niet eens. Nopens art. 40 Bezoldigingsbesluit staat hij grootendeels aan de zijde der regeering De Kroon had, heeft en zal hebben de be- voegdheid om de salarissen vast te stellen. Ten slotte sprak hij de hoop uit, dat hij gelegenheid zou hebben met. dit Kabinet sa men te werken. De heer Van Lanschot (R.-K.) betoogde dat bij de Vlootwet de Eerate Kamer is behan deld gelijk het ging bij den vrede van Utrecht; wij handelen over u maar zonder u. De heer Verkouleren (C.-H.)Den vrede van Rijswijk bedoelt u! (Gelach.) D heer Van Lanschot (R.-K.) ontkende, dat de regeering te kort is geschoten in regeer- taak. 'Hij wees samenweridng tusschen S. D A P. en R. K. af. De R. K. arbeiders zullen wel wijzer zijn. Gaarne bleef spr. met andtere groepen van rechts samen werken. Ten aanzien van de financieele vragen con- stateerde spr., d'at niemand van de oppositie een algemeen plan heeft opgesteld voor het sluitend maken der begrooting. Vol verwach- ting hoopt hij op een oiteenzetting van den heer Wibaut over diens vage plan. De heer Wibaut (S.-D.) verweet de Regee ring dat zij een toestand1 Met ontstaan waar- in zoo'n groot fcekort ontstond1. Tusschen den Minister van Financien en spr. bestaat geen verschil van meening ten aanzien van de dek- king der tekorten, maar wel over het tempo en de wijze waarin verschil bestaat. Wat de inflatie betreft, spr. betreurde het dat- het antwoord van den Minister op spr. vragen in het Voorloopig Verslag meer leuk dan ernstig was. Qaat het wel aan dat de Re geering haar souvereine taak overdraagt aan de Nederlandsche Bank. Een winstbelasting is niet hetzelfde als een dividendbelasting. Do winstbelasting moet drukken op de werkelijke winst cn niet wat de vennootscnappen als zoodanig aanwijzen. Tal van trues wordten nog steeds gebezigd om aan een winstbelasting te ontkomen en daar- aan wilde spr. een eind maken. Hoeveel zoo'n belasting zal opbrengen, kan spr. niet schat- ten, maar dat net veel zal zijn is wel zeker. Het is geen diefstal of roof als men van een eoajunctuurwinst een deel tot zich neemt voor met geconfjjte Vruchten. den Staat. Als deze belasting is ingevoerd Is ze evengoed een recht als het dgendomsrecht. De heer Van Lanschot (R.-K.)Dat is een natuur-recht. !4e heer Wibaut (S.-D.): Een niatuurrecht! Wie heeft het ooit gehoord. Spr. wilde geen wijziging der Forensen- belasting, die pas is vastgcsteld. Er zijn on- redelijkheden, maar die zijn te herstellen zon der wetswijziging. Ten slotte ix-luuidelde hij de Financieele ver- houding tusschen rijk en gemeente; die hij dringend wenschte te wiizigen. De heer H Franse (A.-R.) betreurde het dat de Eerste Kamer niets afweet van en niet- gekend is in de gebeurtenissen der crisis. Dat neemt niet weg dat spr. zijn steun aan dit kabinet geeft. Voor overleg tusschen alle par tij en was spr. wel te vinaen. De vergadering werd verdlacht tot heden elf uur. Binnewihind. UITVOER VAN KAAS. Op vragen van het Tweede Kamerlid Ger hard: 1. Is de vrees gegrond, dat binnen niet te lan gen tijd de crisiswetten zullen worden in- getrokken, zonder dat o.a. mnatcegelen wor den getroffen, dat er geen landere dan gecon- troleerde kaas wordt uitgevoerd? 2. Is de minister niet van meening, dat de invoering van het Rijksmerk op de kaas een onmisbaar xniddel is gebleken am den kaashandel op hoog peil van betrouwbaarheid te bren gen en te houden? - heeft de minister van binnenlandsche zaken en landbouw geantwoord 1. Blijkcns het antwoord van den minis ter van arbeid, handel en nijverheid op vra gen van den heer Braat zal weldra een wets- ontwerp tot intrekking van verschillende cri siswetten- aanhangig worden gemaakt. Of bij die gelegenheid ook zullen vervallen de maat- regelen, krachtens de wet van 3 Augustus 1914 (St.bl. no. 344), op grond waarvan de uitvoer van kaas is verboden, kan thans nog niet worden medegedeeld. De mogelijkheia, dat zulks het geval zou zijn en dat daardoor de thans bestaande regeling van den kaas- uitvoer niet meer gehandhaafd zou kunnen blijven, is echter reedls sedlert lang onder de oogen gezien, als gevolg waarvan bij de Tweede Kamer aanhangig is gemaakt een ontwerp van wet, houdende voorschriften tot regeling van den uitvoer van boter en kaas. Wordt dit ontwerp tot wet verheven, dan zal aan de vrees, dat geen maatregelen kun nen worden getroffen ter voorkomdng, dat an dere dan gecontroleerde kaas wordt uitge voerd, realiteit ontnomen worden. De onder- geteekende zal met ernst overwegen, of de in- trekking van de bovenbedoelde crisismaatre- gelen kan. samenvallen met het eventueel tot stand komen van evenbedoelde wet. 2. Gelijk reeds uit het bovenstaandle blijkt, wordt de tweede vraag bevestigend beant- woord. EIEREN RAPEN. Op vragen van het Tweede Kamerlid Hiemstra: 1. Is de minister niet van meening, dat bij de wijziging van de Jachtwet 1857 in dien zin, dat onder de opsomming van het wild zijn geschrapt de kemphanen, ruitera en grutto's, niet die bedoeling heeft voorgeze- ten. het rapen van eieren van deze vogels te verbieden? 2. Zoo ja, i9 de minister dan bereid een zoodanige wijziging van de Vogelwet te be- vorderen, dat het rapen van deze eieren weer wordt toegelaten? heeft de minister van binnenlandsche za ken en landbouw geantwoord: 1. Bij de schrapping van de kemphanen, ruiters en grutto's uit de opsomming van het wild, heeft uitsluitend de bedoeling voorgeze- ten, het wettelijk begrip wild te beperken tot de diersoorten, welke m ons land bijzondere jachtobjecten vormen, niet, het rapen van eieren van deze vogels te verbieden. 2. Voor een wijziging der Vogelwet 1912, waarbij in het rapen van eieren van de ge- noemde vogels wordt voorzien, zijn reeds voorbereidende stappen gedaan. StadsnienwB CENTRAAL GENOOTSCHAf1 VOOR KINDERHERSTE'LLINGS- EN VACANTIEKOLONIES De jaarlijksche leden vergadering van dit Geoootschap had gisteravond in hotel Proot plaats. Hiervoor was bitter weinig belangistel- ling. ■Dokter Degenaar opende, doordat dr. Kor- teweg afwezig was, d'e vergadering, waarna hij den secretaris verzocht ae notulen te le zen, welke onveranderd werdten goedgekeurd. De secretarife decide mede, d'at 50 reclame- platen voor het Gentraal Genootschap zijta aamgeschaft, met het doel d'eze in wachtka- mere van doktoren en ziekenhuizen op te han- gen. Van d'en gemeenteraad' is bericht ingeko- men, dat 500 subsid'ie, behoudens nadere verrekendng, beschikbaar wordt gesteld. Besloten wordt een danikbetuiging te zen- den. Verder werd medegedeeld? dat f 10 gestort is ten behoeve van de stichting van het Nieu- we Boechhuis te Nunspeet. Hieromtrent werd oen circulaire voorgelezen. Vcx>r d'e zomerverpleging zijln te Bergen aan: Zee 10 plaatsen en te de Steeg in het Rivierhuis 5 plaatsen' d'oor de afdceling Al'k- maar besproken. Dr. Hartong van Ark stelde vele vragen, die alle beantwoord werden. Aan het jaarverslag ontleenen we het vol gende: In het afgeloopen jaar haddien in de afdee- ling geen belangrijke gebeurtenissen plaats. De vacature in het bestuur. ontstaan d'oor het vertrek van mej. de la Sablontere van Eeldle, bleef bestaan, bij gebrek aan een opvolgster. De heer L. C. Oud't bedankte als penning- neester en werd vervangen door d'en heer P Oud't. Dank zij d'en bevredigenden toestand der kas kan op alle aanvragen, 26 in getal', wor den voldaan.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1924 | | pagina 6