Ilkmaarsche Courant Bamrubrieb. 5W WW FEUILLETOy. ZoHderlinge Kameradeu. In en om de iooldstal Hondard Zes en Twlntlgste Jaargaig, JgHi. Handelsonderwijs te alkmaar! Eon kind Noordhollanda ovor klnderen Noovdkollands. Ji®. IS#. 1914, AANGIFTE van1 nieuwe leexlingien toot: a de HANDELSDAGSCHOOL; b. de HOOGEiRE HANDELSSCHOOL kan geschieden v66r 27 JUNI a.s. bi) dien Directeux, schrijtelijk omdier cpgave van vol- ledigen naam en voornamen, geboortedatum, alsmede adres van dle(a) leerling en van de ouders of verzorgera en met vermeldimg van de laatst bezochte school en van die kinase waarvoor Delating gewenscht wordt, en mondeling elkem scnooMag van 10 tot 11 uur of van 3 tot 4 uur in het schoolgebouw aan de Doelenstraat faoek Nieuwesloot. BdJ Burgemeester en Wethouidlera is ten voorstel in overwegtog om de vooxwaaxden, waarop leerlingen uit andiexe gemeenten wor den toegelaten, te wijzigem in dien zimi dat <fe voor die gemeenten,' aan het schoolbezoek dder leerlingen verbonden Hasten aanmexkelijk worden verlicht. Nadere faHchttogen bdj den Dixecetur der scholen, den' heer J. Postma. i. Dit stuk begint met een ontboezeming: ik houd veel van de NoordhoHandera. Vriendelijke lezeresaen en lezers zoo ze in Noordhollaed vxijwel zonder uitzoni ring zullen de vriendelijkbedd willqn heb ben van te zeggen, dat deze ontboezieming overbodig is, omdlat ik van de Noordhollan- ders tot :.u toe weimig verkeerda en wel veel goeda heb gezegd. Anderen zullen misschien Eeweren, dat het ou eenmaal niet anders kan wezeu dan diat je van die NoordhollanderB houUt als je er bent gewomnen en geboren. Weinu, dat zij; dan zoo. Ik heb an eenmaal behoefte tot het afleggen van dit getuigenis ma de lezing van mi enkele inaandien geleden verscbenen boek. Dat book heet „Kimdereai Noordho Hands". Het is in voorfcreffelijken verhaaltraut geschxeven door Lamdsmeexa Ned. hervormden predlikant H. J. Hejfaes. De schrijver zal het niet z6A hebben bedloeld, maar naar mifai mecmog zal dit bode op zijn lezeresaen en 1 ozena de wtwexkfag imoeten hebben, dat zij niet van de Noordhollanriers gaan houden om het nu maar eens zachi Uit -Hi - En nu zou daar nog wdnig of Diets op aan te mertken zijn, alls die Noordhol'landera het ook iiiiderdaad verdienden. Maar naar mijfl eerlijike overfcuiging docn zij dat niet. Die overtuigiag' is gegroad op ervaring. Ilk ken de Noordhollandera in hun karaktera, zedea (en gewoonten. Tot verxe geslachten terug kwaiu ik uit hen voort Mijn witg stond in Noordholland. Ik ben er oggevoed. Ik woon- de en wexkte een half dozijn jaren in een an- der gewest en had dus ook de gelegenheid om vergeliikingen te maken. In Noordholland zelf verrtchtte "ik mfjn tank op het plattefand en in de stad, gedu- xernde una *20 jaar., ia-wijden kring; in ge- iiieuitelijke, provinciate. waterschaps- en ker- ielijke lunettes en in net landbouwvereeoi- gingsleven. Vooral in mijin dertien burgemeestensjaren waaromder de crisisjaren had ik wel zeer in het bijzomder de gelegenhieid de goede en minder goede hoedanigheden van veie Noordhollanders te leeren kemnen. Maar Dim mer vond ik redan om van het Nioordholland- eclie vgll skarakter, van de Noordhollandsdie (tee on niet te gaan houden Maar nu kom ik tot het boek van den heer Heijnes. Allereerst tracht die heer Heijnes diaarin een kijk te geven1 op het vereenigingsleven in een Noordhollandsch dorp. Op schilderachtige ■wijze beschrijft bij: de oprii h ting eener too- neelvereeniging. Met lkhten spot stelt de schrijver ons voor oogen hoe in heel de op- richtiugsvergadering de bestuursveridezing het eetiige is, dat der aamwezagen belangstel- Jing wekt, en hoe overigens de achterlijke dorpelingen alles' goed vinden en meer dan goed, zooals hij het uitdrukt, omdat het „tot vooruitstreving dient". „De comediiedub aldus verkondt M om na het doen van het oprichtingsverhaal vereerde van stonde aan het jonge geslacht, belust op jool, met zijn bewegelijke aandacht. Die omstaiidighekl was noodtottig voor het gebruikeUjke indommelingsproces. In het oprich tirigsvexhaal lezen we over dat gebruikelijke indommelingsproces bijv. het volgende: „Welk doel elk er van beoogde, maakte ons tot dtusver niet zoozeer warm als wel; wie in het bestuur zouden komen. „Want het is de bestuursveridezing, die aardigheid geeft aan het vereenigingswezen. Zoodi-a den verkoranen die zetels dier eer toe- bedeeld zijn, pleegt de sensatie, welke de ge- boorte eener nieuwe dorpsinstelliiig onder ona Naar het Emgelsch van Leonard Merrick. Oeautorisaerdie vierMing van Mej. E. H. 14) HOOFDSTUK VI. Maar het lag niet in hiaiar natuur,, om de oplettendlhedlen, die haar bewezen werdien, niet aan te nemen en' dan niet bgelijk te -too- nen, dat ze het wefli aar(% voncC en het lag niet in de naltuur van deni man, die haar zoo lief had, om1 zidh aan zijn woord te houden en verdraagzaam te zijn. Eer het een half jaar vender was, waxen er al een half dozijn van die scfenes voorgevallen. Lee voer nog heftiger uit; de verzoening volgdie ndlet zoo gauw; maar het verloop van zaken was steeds hetzdlfde, zij flixte, hlj' schold 'haar uit, en dan kxoop hij voor haar tot haar wxok bedlaardl was. Eta die gewaar- wording van hoe vex ze hem wel kon doen 'kruipan, wekte in haar een barbaansch in stinct. Ofschoon haar fouten1 het gevolg wa- ren van zwlaldheid en niet van kracht hadkien dergelijke miachtsproeven ieta opwitadletads voor haar, en dflcwtjlS hield ze zich maar wekt, van het kiook- tot het vxiespunt te da- len. „Het was dan ook, toen Gzoon de tooneel- club ontwierp, twijfelachtig, of de vxoegere stiditingcii van zijn werkzamen geest al dan niet nog bestonden. Alleen de kiesvereeniiging gunstig uitgezonderd. De kiesvexeeniging heeft het voortduren van de verknochtiieid barer leden weten te bewerken door haar tactiek, in de vergadieringen, na afdoening van hetgeen eener Mesvereendging is, een ko- aniek te doen optreden. Zulks wil niet zeggen, dat onze ovenge vereendgingen gcen mkele vrucht zouden hebben gedragen, al blijfct stands haar geboorte uit niets, of zij er nog izijn. Zij hebben dit tot stand gebracht; dat de burgerdeugd van etteilijken omzer is ge- eexd, voor sommdgen met een voorzitbers-, voor andexen met een secretaris-, voor eenigen met een ipenningmeestexs-ambt. En van der gelijke ondexacheddingen pleegt onder ons noch door hen, die ze ontvatagen, noch door hei^ die ze verleenen, het gemdht te worden Zoo, zoo I Dat is well heel aardSg gieacfare- ven. Maar, van miskennen gesproken, de .schrijver rnMent hier toch' wel zeer den nut- tigen arbeid van de vele vereenigingien in onze Ntwrdhollandsche dorpen. Hij miskent dien en hij: niaakt hem belachelijk. Nu late men zich er niet toe verleiden om te zeggen; dat de schrijver dan toch wel voor oen dleel gelijk heeft; afgaande op de kltacht, dat de vergadeiingen van vele vereenigtaigen imeestal slecht bezocht worden. Want net is, op den keper beschouwd, eigenlijk voor nie- mandl mogelijk in dto arbeid van elke plaatse- ilijke vereeniging een- meer of minder belang- njk aandeel te nemen, of zelfs om haar vot» I to' en trouw te bezoeken. Daarvoor ont- meesten de tijd. Maar wel heeft bijnia elke vereeniging een ikern, die getrouw haar vergadeiingen be- zoekt en van de bestuuxsledleo kan men waar- lijJc als regel niet zeggen,, dat zij alleen of in hoofdzaak bestuurslid ziin uit ijkMheid. In ibdjtaa iedere vereeniging is zoo'n goede kern van bestuuxBleden en eeoige andexe trouwe werkera aantvezig. Dezen zorgen dat de ver eeniging de bereiking van haar doel zooveel piogelijk nabiji komt. Eta het is maar geluk- ikig, dat de andexen er ook nog zijn, al doen iziji meestal niet veel anders aan net betalen van de contributie. Die moet er toch- ook we- zen en het totaal van hetgeen aldus aan aller- ld nuttdge vereendgingen wordt Mjgedragen is heuBch voor mendgesen niet gering. Doet de goede kern van wiexkexs het In het oog van de andexen soma eens minder goed, dan komen deze llaatsten wel voor den dlag en taelpen zij mede de zaken, zooals zl| viexmee- nen dat net behoort, xedht te zetten Zoo geeft dit groepje zich aan de eene ver eeniging, een ander beijvert zich weer voor een andexe organisaiie. Alle imtellingen te zamen vaxen ex ten slotte wel bit. In de stad en op het plattelandf is aldus het vereenigingsleven op een naar mijn meening juist hoogen trap van ontwikkeling gekotaicn Zeker zijn er nu ook van die vereenigkigeo; .welke slechts schijnen te zijn geboren om da- delijk weder te sterven, maar in vergelijiking mef de andexe. die haar nuttige wenoing, tot menigmaal zelfs in de kleinste doxpen, aan- houdend doen gevoelen, zijn die ingeslapen of ontslapen vereenigingen todh beSlist uttzonde- ringen. Moet ik ze nu nog melt name noemen? .Good dan, ik zal het doen. Ik wijs op de vereenigitagen in het belang van de opetabare gezondhdd: het witte kruis, het roode kruis, het wit-gele kruis; de vereeiii- voor uitzending van kindexen naar tellings- en vacantiekolonies, de vereeni gingen voor tubexculose-bestrijdtaig. Ik berinner aan de ijlvexige en liefdevolle werkzaamheden in zoo menige plaats van een of meer dranlkbeBtrijdersvereenigingeri:. Ik will niet veargeten de vereenigingen voor volksontwikkeling en bevordexing van goed onderwijs; evenmin ala.de vele afdleelingen van den bond voor staatspensionneering. Ik denk aan de vexeenigin>gen op het gebiied van de kunst: zang, muziiek, tooneel. En aan de schittexende natuurlijk nog steeds voor verbetering vatbare organisa- ties in- het Ibedirijifsleven van den Noordtaol- landschen veeboer. landbouwer of tuinder: cooperatieve aaniKoopvereenigingen, graan- malerijen, vereenigingen' tot afzet van land- en tuinbouwproducten, vedlingsvereendgingen, zuivelfabrieken, vereendgingen tot veredeling van het rundvee en voor melkondexzic-ek en nog zoovele andexe. Ik wil ook wiizen o«p de onderiinge veever- zekeringen, de boerenleenbanken, de onder iinge brandwaarborgmaatschappijen, de wo- ningbouwvexeenigitagen. Ik zou de lijst nog heel wat kunnen uitbxei- den. Maar men' zal mij daarvan nu wel wil- len ontslaan. De erkenning van de nut steun uit de kassen van die overheid. Ik zal het wat hiet vereenigingsleven be- trieft hierbij laten. De bewoners van Noordholland, die oogen en ooxen den kost gaven en gelegenheid had- den om te zien en te hooxen, zullen het onge- zoo hard enkel om het gemot er van te heb ben, hem vernedexd te zien. Eens grieifde ze hem zelfs diep om geen andiexe xeden dan am haar lust te vdldoen. Ze waxen texugge- keerd van een concert en' om den man, die zoo fcersversch van zijn trionlf kwani, zich voor haar zoo schandelijk te zien verwediexen; bezoxgde haax al een imim sooxt gemot. Ze hadddn een huis genomen ita Hamp- stead, een huis, met een ruimen tuin en die noodige stalling. Behaflve aan de studeecrica- mer miet den kaleni paXkeMoer en de onge- stoffeerde venstexs en dlie nicbs bevatte dan die piano en twee stoelcn, had ze haar hart op>- geihaald aan die overige vertrtekken, waar ze iieder hoekje wlpxopte. Ze sohxeef aan haar moeder vol trots dat „er geen' goedkoop ditag te vinden was in heel het huSs." Evenzeer naar wiaarheid had ze er kunnen bijlvoegen dlat er geen stuk mood! was. Zij en Lee hadden een punt gemeen, bedden waxen ze zeer pxaal- ziek en hij vond1 zijn omgeving nog maar niet vextoonmakenid gernoeg, om fe kunnen zien, den sichat van geld, die er aan hesteed wexd. En ze had een zestal gedlienstigen; het stiefkind van den tetaorzanger weXdl nu naar „the Heath" gexedta ita1 den fijnsten opsdhik, door een volslagen ^nurse". BSJ haar bediten- den wekte mrs Lee minder sympathie, dlarn twijfeld met ml} eens zfjn, dat de schets van het vereenigingsleven door Ds. Heijnes gege- ven, die Jdnderen NoordholLaindls miakent en zonder xeden rkHculiseerf Purmexend. D. KOOIMAN. LXXXII, Van een spoorweg-jubUetm en vacantie. De twee zomer-vacantie-dagen t# uitne- mendheid, de Pinksterdagen, liggen wederom achter ons en hoewel het weer, althans in dit gedeelte van ons vaderland, mooier was ver- .langd, heeft het toch niet kunnen verhinde- ren, dat degenen, die het er nu eenmaal op ge- zet hadden uit te gaan, zich niet hebben laten weerhouden Amsterdam te ontvlieden om ia de omgeving der hoofdstad van de natuur te kunnen genieten. De echte Amsterdamsche „Pink8terblom- men" hebben zich trouwens nooit aan de gril- len van ens Idtamaat gestoord en zijn jaar in, jaar uit, der tradltie getrouw, gaan dauw- trappen in de Meer en hebben vaak de blom- metjes terdege buiten gezet", di'kwerf op wat al te ruwe oud-Amsterdamsche wijze, omdat de jeneverflesch er veelal zulk een Hroevige rol bij speelda De traditie van uitgaan op Pinkster is na tuurlijk blijven bestaan, doch de toestanden zijn anders geworden. Een twinig; dertig jaar geleden was het in de Meer, waannede dan de Watergraafsmeer en het aangrenzendo Die- men bedoeld werden, op deze vacantiedagen dikwerf echte Amsterdamsche hrooddronkn- heid en kon het er vaak ruw en onbeschaafd toegaan onder de massa's, (he uit de Amster damsche volksbuurten getrokken waren naar al die buitea-tuinen. welke de Meer en Diemen toen telden en wera de boel er vaak danig op- gesdhept, vooral als de drankflesch lustig was rondgegaan.- Gelukkig, de zeden zfjn te dien aanzien wel verfijnder geworden. De Meer en Diemen heb ben niet meer die groote aantrekkelijkheid van vroeger, omdat ae toestanden er danig veranderd zfjn. De Meer is niet meer een bub tengemeente, dbch ten offer gevallen aan de ;mnexatie-gulzighdd der groote stad, en de bouwwoede van onzen tijd neeft een heel groot gedeelte van hetgeen eens well and en buiten- tuin was, van aanzien doen veranderen, zoo- dat de Meer niet meer het fechte buiten van vroeger is. Maar bovenal, de tijden zijn voor- bij, waarin op dergelijke vacantie-dagen de drank aunleiding gaf tot vaak ruwe en walge- Hjke tooneelen. Natuurlijk, 't gaat er nog met dltijd even beschaafd toe, maar men mag ze ker met vreugde opmerken, dat het drankmis- bruik op deze zomer-vacaniic-dagen veel ver- mindferd is. lDe drankbestrtadings-propagan- da, maar meer nog vermoedelijk de hooge drankaccfjnB en bovenal de invloed van de sport, die niet samen kan gaan met gebruik van alcohol-houdendo drankm, hebben hun goede gcvolgen gdhad. Door die sport; door het In die latere jaren zoo door en door populair geworden rqwiel, gepaard aan de bovengenoemde plaatsel^ke veranderingen, hebben de Meer en Diemen, en meer nog, ook Statendijk eveneens door den Sooten slok-op Amsterdam ingepalmd ig niet meer het monopolie van de Pinkster- vacantie-menschen. Zelfs de Haarlemmer- hout, in Hildebrandfs dagen en nog lang daarna zoo'n groote aantrekkeijkheia voor 'den uitgaanden Amsterdammer. telt voor hem niet meer mede in de eerste plaats De Am- sterdammers, (He naar buiten willen, trekken verder heen dan Haarlem, kunnen dank zij het rijwie] gemakkelijk het zee-strand berei- ken: de Hout is niet voor hen wat hi] voor hun orders en grootoudere is geweest. Be- halve dan in de eerste lentedagen, wanneer aan gene zijde van Haarlem de onvolprezen bollenvelden hun schitterende kleurenpracht toonen en de Amsterdammers in htm duizen- den lokken, is in de latere jaren de trek naar buiten voor den Amsterdammer meer oost- waarts, naar het Gooi en Baarn, gericht, d an naar Haarlem en omstreken de verbeterdc middelen van vervoer zijn daar de schuld van geweest. AHereexst natuurlijk de aanleg van den spoorweg Amsterdam—Amerafoort, de Oosterspoor, zooals deze lijn jaren lang genoemd werd. Het is in deze Ptaiksterweek juist een halve eeuw geleden, dat deze door de H. I.I S M nangeegde spoorweg geopend werd, n.l. op 10 Junl 1874. Die opening is ook de ooxsprong geworden van de opening van het Gooi voor de Amsterdammers en heeft ontzaglijk veel bijgedragen tot de opkomst der gemeenten Bussum, Htlversum en Baarn; van Bussum vooral, dat volgens het geschied- boek, in 1917 door wijlen den heer A. N. J. Fabius ter herinnering aan het toen bonderd- jarig bestaan dezer gemeente uitgegeven, in 1870 nog oogenblik heeft 1200 zielen telde en op dit 20.000 reeds veroe overschreden von Bfj de opening van den d zich het slatii be- ;on te Amsterdam tijdeOjk in een loods aan het Oosterdok het Cen- traal-Station was toen nog in aatabouw en het spoorwegstation van Nlaardem—Bus- sum was een klein, eenvoudig gebouwtje, met een overweg naar het boschrijke gedeelte aan den Spiegelkant, waarvan de afsluitboomen nota-bene bediend werd door personeel van den heer P J. Loman, den ondernemenden bij: de mannen, die haar edhtgenioot zijta „vrienden" noemldle; ze. keken op haar neer omldlat ze dien1 zwatate getrouwd haid, terwijl ze hem, ails faun heer veel meer ontzagem, dlan haar als hun ^nevrouw". Instiinctlief begreep ze dit en niilet zelldieta Ikwam het voor op „the Woodland" dat een' van die meisjes onitsllaigen werd, omdlat ze „niiet eeXbSediig genoeg was geweest in haar optreden''. Het was imimexs ook niet waaradhijmlijk dat zij het' noodig Trouidlen adtten veefll eertaed te toonen voor de dochter van' een hospiita en de vxouw van een neger. Een paar vrouwen die zij ontmoette schenen een andiexe opvattdng van haar posi- tlie te hebben dan de tnannen er nu eenmaal op nahidlden. Ze vond het gezelschap van vrouwen veelal' ergexlijk, na haar huweflijk. Er waxen van den begiinne af al diadelijk enkele pijtalSjke voorvallen; maar ze wist, dat jar loexscfae mensdhen altijd minaidhting toonen; en de voordieelen waxen talloos, hield ze zich dan maar weer voor. Het was dus enkel, dat zfj er .ipgen opzag, wat haar nog boven het hoofd hing; anders zou ze zich die bonding van de vrouwen wel gesdhikt h'ebben met die gedlachte, dat zij! pxecies hetzelfde zouden gqpaan hebben als ze maar fa de gelegenheid waxen geweest. Haar werkelijlkc vernediexfag kwam fa den Amsfexdamtaier, die binnen een jaar na de opening van den Gosterspoonveg hi d>: on- mid'dellijke nabijheid van het station het nog steeds bestaande hotel „NieuwiBussum'' ver- rijzen deed. Later is de spoorwegmaatsdhap- pij wel zoo goed geweest de bediening van dien afsiuitboom tegen vergoeding van 250 per jaar op zich te nemen, totdat dndeiijk. maar eeret fa 1908, door een overeenkomst tusschen gemeente en maatschappij die ver goeding verviel. Tegen spoorwegovergangen afsluiten hebben onze spoorweg-maatschap- pijen blijkbaar steeds eenig bezwaar gehad leven wij ook thans niet in een tijd, waarin, dank zij de bezuinigfagswoede, overal in den lande een aantal spoorweg-overgangen, die vroeger bewaakt werden en afgesloten konden warden bij het naderen van een trein, eenvou- dig 6n-afgeslpten blijven? Niettemin, fa de verloopen halve eeuw is het Gooi door de spoorwegverbfading nader tot de Amsterdammers gebracht en zijn allengs allereerst Bussum en Hilversum forensen- aatsen van beteekenis geworden. Het ver- op die spoorlijn is hoe 1 anger hoe meer toegenomen en het noodzakelijk gevolg is ge weest, dat het oude station te Bussum voor- een nieuw moest plaats maken. Gedeeltel^k is dat reeds eenige jaren In gebruik er be staan lange, ruime perrons en wachtkamera en er zijn tunnels, die van den- openbaren weg naar die perrons leiden. En tbch is de toe- stand van het Bussumsche station aller-droe- vigst. Door den oorlogstoestand is het bouwen van het eigenlijk hoofdgebouw van het sta tion, waar het publiek zijn plaatsbiljetten moet nemen en goederen ter verzending bren- gen, vertraagd. Na het einde van den oorlog ziin de bewoners van Bussum elk jaar weder blijde gemaakt met de belofte, dat net nieuwe station nu heusch spoedig de onooglijke ba- rak, waar men thans zfln bilijetten moet ne men, zou vervangen, doch tot heden blijft het bij beloven. Erger nog is het, dat de spoor- weg-directie het publiek is gaan behandelen alsof de reizigers er zijn ter wille der spoor- wegen, fa plaats van de spoorwegen in het be lang van net publiek. Er bestaat daar name- lijk sedert een paar jaren een toestand, die misschien eenig is in Nederland en die dan ook heel ..meriiwaardig" werd genoemd door tal van Pinkstervacantie houdende Amster dammers, die niet dagelflks het Gooi bezoe ken. Want, men heeft te Bussum de eigenaar- digheid, dat het publiek, nadat het in boven genoemde barak zfjn plaatskaartje heeft ge- kocht, de straat over moet gaan om dlan door een der op een goede ho^derd passen verder zich bevfadende tunnels de perrons te kunnen beretken. Een en ander is natuurlijk buiten- gewoon „aangenaam" voor rdzigers, die niet bijster goed ter been zl|n, of veel baga zich heifaen en edgenaardlg is, dat bl nog geen enkele spoorwegman zich heeft af- gevraagd of men den xeizigexB ook zou kus nen gcrieven door fa, de tunnels van dat delijke" station een naar plaatskaartcnlol ton neer te zetten. Blijkbaar zfjn we in die vijf- tig jaren, verloopen sedert een particulier moest bijdragen voor het bedienen van afsluit boomen, nog niet in Mle oprichten er op voor uitgegaanl Doch, vacantle-reizigera moeten nu eenmaal voor hun vacantie-genot ieta over hebben en maar denken: „als iemand verre reizen doet, dan weet hij te verhalen", en als zij dan be- hooren tot degenen, die nog vacanne-toeslag van de gemeente Amsterdam op den koop toe krijgen, zullen de ongerieflijkneden van een Gooiscn spoorwegstation hen vermoedeiijk niet erg deren. Ik schreef u onlanga reeds, dat die vacantie- toeslag-kwestie in den Amsteidamschcn Raad tot onverkwikkelijke debatten aanleiding had gegeven. Sedert is die geschiedenis in verband met de onderhandelipgen, die thans tusschen gemcentebestuur en vertegenwoordigers der werklieden-organisaties over de nieuwe loon- regelfag gevoerd worden, weer aan de orde geweest. De wethouder voor de arbeidiszaken, de heer Wierdels, heeft in den Raad beweerd, dat men over den .vacantie-toeslag reeds tot een be- slissing was gekomen en deze fa de orderhan- (ielingscoimnissie op /20 fa plaats van /30, zooals die vroeger was, was vastgesteld. De communistische raadsleden hebben op wefaig parlementaire manier gezegd, dat de wet houder „dat gelogen heeft", want dat de werk lieden-organisaties met aien verminderden toeslag heelemaal niet accoord gingen. Ge volg is natuurlijk geweest nieuwe onverkwik kelijke debatten en tevens debatten, die aan duidelijkheid te wenschen lieten, zoodat we nu feitelijk nbg niet precies weten hoe de vork in den steel zit. Maar dat komen we wel nader te weten als de Raad opnieuw over die netelige loonregelingen aan het debatteeren slaat De wethouders, vooral wethouder Wierdels, zul len nog kwade uren hebben te doorworstelen v66r ook voor hen de vacantie-dagen zullen zijn aangebrokenzdnder vacantie-toe slag! SIM SANA. Aan de Dammers! Met dank voor de ontvangen van probleem No. 811. votan van en baby. Het was een toleine, geel- getinte baby, die fa het eenst geen levensvait- baarhletEd scheen te hebben. Diit hoarse ziji pas enkefle dagen later en toen het 'haar verteld wexd sfloot ze de oogen uit vxees dlat die haar gedachten zouden verraden. Het was een fcletaifi ged-getfate baby, dien ze met afkeCr als den Imre beschouwde, en toen ze hem haar fa de armen legden ging er een rilling over h aar llichaam bij die aanxakfag. De vxeugdte van Lee wekte haar toorn. Ze haatite hem) als hif glilmllaichend! over het bus- sen faifag, werdi woeaend dioor Wat zij voor on- gelvoelligheiid hield, als zij dacht, cM zif blif zou zijta. Hij was vexrubt, het bind was van haar en van hem. Ma verloop van enkele nmandlen had hij meer van' haar verlangd dan alleen ;naar als haar edhtgenoot aangenonien te zfjn. en nu voortaan moesten ze eens zijn, vend hij. Zif was nielt langer meer die souvexefaa, die goed- keurde, zij was de moeder van zijn zoon. Die misvaiting duurde edhter slechts bort en het was zfjn eigen kiindi, dlait den man^opetnbaax- de,^hoe zijn huwelfjk een dwaasheid was ge weest. Toen hfj zag, dlait zff zich schaamde over haar moederschap sdraamde hif zich over zijta hartstodht; het was haar verach- 'ting voor haar baby, waaruit hem bleek hoe- Stand Zwart: 15 schijven op 1, 4, 6, 7, 8; 12, 13, 16/19, 21, 23, 28, 2Q. Wit: 15 schijven op 15, 25, 27, 30, 32, 35, 37, 38, 40, 42, 44, 47/50 De winneode combinatie, die ,wit maabt, is als volgt: 1. 15—10 1. 4:15 2. 25-20 2. 15:24 3. 40-34 3. 29:40 4. 49—43 4. 40 49 5. 50-44 5. 49 40 6. 35 44 6. 24 35 7. 4440 7. 35 44 8. 27—22 8. 18 27 9. 43—39 9. 44 33 10 ^8 9 10. 27 38 11. 42:241 Goede -oploesfagen ontvingen wij van de heeren: W. Blokdijk, C. Betlem, G. J. C. De- nije, P. Dekker, D Gerling, G. J. v. d. Ploeg en A. List te Alkmaar. De volgende stand, samengesteld voor be ginners, is interessant om de combinatie (au» teuT P. Kleute). Zwart: 10 schijVen op 5, 8, 11/14, 21, 24, 35, 41. Wit10 schijven- op 15, 22, 23, 25, 33, 42, 43, 45, 49, 50. Wit wiut door: 1/ 25-20 1. 14 25 2 15—10 2. 5:14 3. 23—19 3. 14 23 4. 42—37 4. 41 32 5. 22—18 5. 13 22 6. 33—28 6. 22:33 7. 45—40 7. 35 44 8. 50: 30 8. 25:34 9. 43—39 9. 34 43 10. 49:18 Vanuit dfe .positie, hieronder op diagram aangegeven, werden de volgende zettec ge- speeld: Zwart: 13 schijven op 2, 4, 6/10, 13, 14, 15, 18, 19, 23. Wit: 13 schijven op 26, 27, 28,-32;33, 38, 43. 44, 45, 47, 48, 50. 39, 1. 48—42 2. 42—37 3. 47—42 4. 44-40 5. 4035 6. 45—40 1. 7-12 2 6—11 3. 11-17 4. 15—20 5. 20—24 6. 14—20? Wit speejde nu 5045? doch had als volgt kunnen winnen: 7. 35-30 7. 24:44 8. 27—22 8. 18 27 9. 32:21 9.' 23:41 10. 33—28 10. 44 32 11. '42-37 11 41 32 12. 18:7 12. 2 11 13. 21 5! en wint. Ter oploesing voor deze yeek: PROBLEEM No 812 van A. MEAUDRE (Fr.) Zwart5 schijven op 13, 24, 25, 29, 34 en dam op 12.- Wit: 7 schijVen op 26, 31. 35, 40, 42, 43, 44. Een mooi en eenvoudig probleempje. zeer hijzelf wexd' veracht. Want haar vexnedexfag sleet miet ui't en otfecfaooo ze haar best (feed het gevoelen te vertoexgen, wist heel het huishouden toch, dat het haar aftijd overwintaing kostte het kind aan te raken. Ze was vernederd, met iiedlexen keer, dat ze hem zag. Al die versierfagen van kantjes en linltjes waxen haar pdjmlijk. Als de baby naar buiten gedragen wexd, konnp ze faeen bij die opmerfcingen, die ze wist, dat de buxen' aan faun venstexs zouden maken. Telikens als ze zich over de kamer- wieg heenboog, leek het gezichltje haax zwax- ter en' belachdijker. Hij wexd' David' gedloopt. Dit had Lee zoo gewenscht en haar icon het niet schelen. Lee bracht hem zijn eexste stuk speelgoed en gfag altijd ma of 1 niet tochtte fa de ka- mexs waar het kind1 vecbleef. Tot hem wenddle ook de zuster ziidh, als ze dure uitgavea had voor te slaan. Ownie's liefde -voor den andlexen kleinen jongem was tot nog toe heel kalm geweest, maar gepniikeld dbor jalouzie- als ze nu werd fcneeg zij buiien van groote teeder- heid, niet anders dan uiitfagen van: wrok. Of schoon hij altijd even vriendlelSjb en gul bleef tegenover haar zoontje, noemde zN hem in zich zelveni, dien axmen blefaien Vivian, en een gichelemde dienstbode, die juist gesnapt toen zif de opmerking liiet hooren, dat

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1924 | | pagina 9