La,at U"met meer
kwellen door
®pierpijn,^
siramheid,
rheximatiek,
Wrijf die pijn
dadelijk weg
met Akker's
Klooster&alsein
Mr. Offers vortd het, zoowel voor den
neer Van Amerongen als voor de gemeente,
een belangrijke kwestie. Spr. zou zich met de
bijlage kunnen vereenigen en meent, dat de
oplossing moet leiden tot de conclusie, dat er
is niet een salaris en niet een garantie. Aan
den 'anderen kant moest spr. echter toegeven,
dat de argumenten in de bijlage hem niet
klemmend voorkomen. zoodat hij zonder meer
de consequentie van de bijlage niet kan aan-
vaarden. Spr. miste, zooals Mr. Kusters
reeds zeide, het advies van iemand, die op on-
derwijsgebied specialist is Spr. kaa zich zeer
goed voorstellen, dat een onderwiisspecialist
zal zeggen: „Hoe heb ik het nu?" Het spreekt
vanzelf, dat het hier in dit geval geldt een sa
laris en een garantie. Spr. zou dan cok als-
nog het advies van dien onder wijsspeeialist
willen vragen, alsmede dat van een jurist,
oni de zaak juridisch te belichten. Hij meende
dan ook den Raad in cverweging te moeten
?even om de beslissing aan te houden en in
ie volgende vergadering een besluit te nemen,
ladat het advies van den onderwijs-deskun-
Jige en van den jurist was ingekomen.
Den heer K1 a v e r deed het genoegen,
Mr. Offers in dezen te hebben gehoord. Om
de zaak op te lessen, zou sor. echter een an
deren weg willen volgen. Van den heer Van
Amerongen had spr. gehoord, dat deze bij
den Minister in beroep zal gaan. Spr. za!
dan ook voor de bijlage stemmen, om den
heer Van Amerongen gelegenheid te geven,
de zaak uit te vechten". (Gelach en protes-
ten).
De heer Westerhof was van mee-
ning, dat de zaak uit het oogpunt van wie ge
lijk heeft beschouwd kon worden. Nu de goe-
de wachtgeldregeling is aangenomen is de
bezuiniging aan het voorstel verbonden voor
de gemeente gering. De zaak wordt be-
heerscht door de vraag, of wij het kunnen
verantwoorden, dat men een te veel heeft aan
leeraren aan een bepaalde school. Toen het
vorige jaar deze vraag gedaan werd met de
kans, dat de school zich zou uitbreiden, was
spr. ervoor, om de zaak nog twee jaar aan te
houden ten eerste om de mcnschen niet te over-
valien en ten tweede, omdat door een mogelij-
ke uitbreiding van de school de menschen al
ien misschien op hun plaits konden blijven
Dat nu reeds voorgesteld wordt, onslag te
geven, houdt verband met het wachtgeld-pen-
sioen. Na de goede wachtgeldregeling kan
men niet van meening zijn, dat er onrecht ge-
beurt, door iemand ontslag te geven, die te
veel is. Spr. stelde voorop, dat de heer Van
'Amerongen voor de vacantie de mogelijkheid
heeft toegegeven, dat ontslag kan volgen. Hij
heeft gevraagd, om na de vacantie over de
omstandigheden te kunnen spreken. De In
specteur heeft hem zelfs aangeraden, wacht
geld te vragen. Die heeft er dus aan moeten
denken, of het al of niet toelaatbaar was,
hem ontslag te geven. B. en W. beroepen zich
op de artikelen 736 en 753 van de oude bij
lage, waarin de scholen met namen worden
genoemd en daar staat voor de garantie niet
bij: „ook voor de andere scholen". De zaak
zou alleen dan direct uit zijn, wanneer in de
verordening stond, dat de uren ook worden
gegarandeerd voor de school, waar de leeraar
later aan betrokken wordt. De heer Van Ame
rongen ontkent ook niet de mogelijkheid van
ontslag, maar hij meent, dat hij evengoed
recht op te voile garantie zal hebben. Het
is waar, dat een leeraar een benoeming aan
een andere school moet aanvaarden, maar
daaraan zit niet verbonden, dat het geen
twee betrekkingen zouden zijn. Voor den heer
Van Amerongen is het trouwens anders. Hij
was reeds zes jaar aan het Gymnasium ver
bonden, toen hij solliciteerde voor leeraar
aan de Handelsschool en toen bestond de ver-
bindende verordening nog niet. Hij is be-
noemd op eigen verzoek. Maar hij leeft onder
deze yerordening en als die hem reeht geeft
op de voire garantie voor beide scholen, dan
kan hij dat vorderen. In de verordening staat
echter alleen, dat de uren, aan het Gymna
sium, dus aan de school zelf, worden gega
randeerd en er kan dus geen sprake van zijn,
dat dit tegelijkertijd1 geldt voor de uren
aan een andere school gegeven. Tegen den
heer Van Amerongen heb ik gezegd: „Als gij
recht kunt krijgen, zoek het dan". De kwestie
is echter zoo, dat er in de verordening ge
sproken wordt van een garantie aan de be-
trcffende school. De stukken van den heer
Van Amerongen geven den indruk, dat de
gemeente de salarissen aan beide scholen tot
een salaris heeft gemaakt, om te bezuinigen.
De heer Van Amerongen noemt in de Cou-
rant van gisteravoil'd een geval van een
leeraar te Haarlem. Die toestand daar is voi-
gens spr. schreeuwend onrechtvaardig. De
garanties zijn gegeven om de menschen in
stand te houden.
Wanneer iemand door zijn betrekkingen aan
twee scholen zooveel uren lesgeeft, dat hij
daarvan kan bestaan, dan volgt er uit, dat
aan geen van beide scholen de garantie noo-
dig is. Het loon wordt dan als een beschouwd
en naar dat loon meet men de garantie. Men
zegt: „Waar is nu zijn garantie?" Dit is in
een anderen vorm aanwezig en wel in den
vorm van wachtgeld. Het groote verzet tegen
het ontslag was het vorige jaar gegrond op
het feit, dat er geen wachtgeldregeling was.
Dit is nu anders. De financieele positie van
den heer Van Amerongen is nu schitterend.
Men zegt, dat de heer van Amerongen in
het nadeel is gestela door zijn salaris aan
beide scholen als een salaris te berekenen en
dat hij nu opnieuw in het nadeel wordt ge-
steld door te spreken van twee garanties en
meent, dat de gemeente dit dead om voordee!
te trekken. Het eene safaris is echter alleen
maar gemaakt om stabiliteit te krijgen in de
betaling van het personeel, Er zijn gevallen,
waarbij de gemeente, door beide betrekkingen
naar een salaris te berekenen, geld verloor.
Op het oogenblik verliest de gemeente daar-
door bij de berekening van het salaris van
den heer De Miranda 800, ongeveer zooveel
dus als de heer Van Amerongen verloor. Te-
genover het geval van den heer Van Ameron
gen, waar de gemeente in het voordeel is,
staan vier gevallen, waarbij het de gemeente
geld kost. De gemeente heeft dan ook alleen
maar een salaris berekend om stabiliseering te
krijgen in de betaling van het personeel. Vol-
gens de verordening en naar de verorde-
ningen moeten wij leven staan wij hier
echter tegenover twee aparte betrekkingen en
daarom mag er ontslag aan een van de twee
betrekkingen plaats vinden met handhaving
van de betrekking aan de andere inrichting.
Wanneer de verordening werd gei'reterpre-
teerd, ooals de heer Van Amerongen dit doet,
dan zou iemand, die aan twee scholen is ver
bonden, oneindig veel beter af zijn dan
ieand aan een school, want dan- zou iemand,
aan twee scholen verbonden, tweemaal ont-
slagen moeten worden om op wachtgeld te
komen.
Mr. Kusters: Dan moet u de verorde
ning maar anders maken.
De heer S i e t s m a Zeer juist.
De heer Westerhof: Ik z eg alleen
maar, dat liet zoo is. B. en W.meenen, dat
het formeel twee betrekkingen zijn. Dit wordt
bewezen door de aanstellingen en ook door
de verordeningen. Maar dan kan ook ontslag
volgen zonder dat de garantie voor de bijeen-
gevoegde uren blijft. Het is een denkfout bij
de anderen, te meenen, dat bij ontslag aan
een van de scholen de garantie voor de bij-
eengevoegde lesuren blijft. Dit lijkt mij on-
logisch Wil men de verordening veranderen,
en bepalen, dat de garantie-uren niet alleen
gelden voor de betrokken school, maar ook
voor de school, waarvoor men een benoeming
moet aannemen, dan is dit een tweede zaak.
Maar waar dit niet in de verordening staat,
daar meen ik, dat B. en W. staan op den bo-
dem van de verordening, dus op den bodem
van het geschreven recht, als zij zeggen, dat
bij ontslag aan de eene inrichting de garan
tie alleen blijft voor de school, waaraan de
leeraar blijft verbonden:
Op die overwegingen is onze bijlage opge
bouwd en wij meenen recht te doen om met de
garantie alleen te blijven bij de letter van de
verordening.
Mr. Leesberg herinnerde er aan, dat
tijdens de oorlogsjaren bij -het verleenen van
toeslag men zich niet op het standpunt stel
de, dat het een betrekking was. Een leeraar
aan de Handelsschool kreeg wel toeslag,
maar dezelfde leeraar aan het Gymnasium
kreeg die niet, omdat het een zuivere gemeen-
tehetrekking was. Spr. meende ook, dat men
door toe te geven, dat ontslag mogelijk was,
ook toegaf, dat het twee betrekkingen zijn.
Dit moet ook zijn weerslag vinden bij de ga
rantie. Hoe kan men denken, dat het ontslag
mogelijk is, maar dat het salaris moet blijven
bestaan? Spr. gelooft niet, dat iemand de vex-
dediging van zoo'n stelsel voor zijn rekening
zal willen nemen. De heer Van Amero-ngen
moet zijn garantie behouden, maar in den
vorm van wachtgeld.
De heer Westerhof had nog verge-
ten, iets te zeggen tegen de opmerking, dat
de Directeur onredelijk een te groot aantal
lesuren was gegeven, terwijl er een voldoend
aantal leeraren waren, die reeds Engelsch
gaven, toen de Directeur kwam. Een Direc
teur zal echter de vakken moeten doceeren,
die hij kent. Niemand zal er aan denken, den
Directeur geen lesuren te geven. Zijn lesuren
waren tot vier terug gegaan. Door de om-
standigheden zijn dit er nu 16 geworden.
Men zegt, dat dit teveel is voor een Directeur.
De rector van het Gymnasium geeft echter
14 uur les. Ik meen te mogen zeggen, dat een
Directeur van een Handelsschool, als een
rector aan een Gymnasium 14 uur kan ge
ven, niet te zwaar belast wordt met 2 uur
meer. Spr. is overtuigd, dat in 10 uur de ad
ministratie voor de Handelsschool kan wor
den uitgevoerd en vindt daarom 16 lesuren
voor een Directeur niet te hoog.
Mr. Kusters was van meening, dat het
meeste wat de heer Westerhof gezegd had, in
de stukken al is besproken. Spr. doet het
beste daarop niet in te gaan. Veel nieuws
heeft hij niet gehoord; alleen heeft de heer
Westerhof voortdurend gesproken over de
buitengewoon goede wachtgeldregeling.
De heer Westerhof: Ik heb met na-
druk gezegd, dat die er feitelijk buiten blijft.
Mr. Kusters: Had die er dan buiten
gehOuden!
Ze heeft er aiets mee te maken en ik kan
me toeh voorstellen, dat U de stemming be-
invloedt, wanneer U zegt, dat de heer Van
Amerongen door de wachtgeldregeling zoo
veel met achteruit gaat. Spr. blijft tegenover
B. en W. staan, waar diezeggenHet zijn
hier twee betrekkingen, een salaris en twee
garanties en voor de wachtgeldregeling weer
een salaris.
Spr. meent, dat de regaling niet anders
bedoelt dam een garantie te geven. De heer
Westerhof wijst wel op de verordening, maar
voor spr. zegt het ook wat, dat in de vorige
alinea geen sprake is van garantie. Spr. kan
best begrijpen, dat de heer Van Amerongen
voor de vacantie dacht, dat het mogelijk was,
hem op wachtgeld te siellen en dat hij die
meening nu niet meer deelt. Het vorige jaar
was de heer Westerhof ook van meening, dat
het hier een betrekking gold en nu is hij van
een tegenovergestelde meening.
De heer S i e t s m a: Juist.
Mr. Kusters: De heer Westerhof
zegt wel, dat hij het vorige jaar om de wacht
geldregeling tegen was, maar dat is niet het
eenige motief geweest. Spr. stelt buitenge
woon veel prijs op de adviezen van den heer
Klaver, maar meent, dat in dit geval diens
advies te ver gaat. Hij zegt: „Er is verschil.
Stem nu maar voor; dan komt de zaak in
beroep."
Is dit een juist standpunt? Het beteekent
dat men tot de Kroon zegt: „Zoek de moei-
lijkheden maar uit." Spr. meent, dat er geen
bezwaar kan bestaan tegen het voorstel van
Mr. Offers om eerst den onderwijsdeskundige
Thiel te hooren en een jurist. Gezien de vele
tijd, die B. en W. aan deze zaak hebben be-
steed, gaat het niet aan, om, zooals de heer
Westerh-of doet, te zeggen, dat de heer Thiel
de moeilijkheden, die zich hier voor doen,
reeds onder de oogen heeft gezien. Welk be
zwaar is er tegen het voorstel van Mr. Of
fers?
Waarom moeten wij kans loopen op een
boodschap van de Regeering, dat onze op-
vatting verkeerd is.
DeVoorzitter: Wat beteekent het,
als de Minister dat zou schrijven?
Mr. Kusters Dat het besluit van den
"Alkmaarschen Raad vernietigd zou worden.
De Voorzitter: Geen kwestie van.
Mr. Kusters Wij zouden daft toch
moeten betalen. Onze verordeningen zijn* ge-
baseerd op rijksregelingen.
De Voorzitter: Niet ten aanzien van
deze bepaling.
Mr. K u s t e r s En bij het bepalen van de
garantiebepaling hebben B. en W. gezegd,
dat wij die moeten ovememen, aangezien wij
anders op onzen kop zouden krijgen van den
Minister. Bovendien hecht ik aan het oordeel
van den Minister.
DeVoorzitter:U kunt daaraan waar-
de hechten, als een opvatting van den Mi
nister.
Mr. Kusters Wij moeten wetetf, wat
de bedoeling van de verordening is.
De heer P 1 evier Daar gaat het om.
De heer Westerhof Het staat ire
de verordening zelf, dat bet twee bebrekkin-
gen zijn. Spr. wijst op art. 753. Wanneer men
het nog duidelijker wil hebben, dan kan spr.
geen salaris-reglement meer lezen. Spr. was
van corded, dat Mr. Kusters zich in zijn be-
tcog vclkomen had blcot gegeven, als hij
spreekt van den geest van de verordening.
Mr. Kusters Maar dat spreekt van
zelf. Formeel kon men niet anders dan twee
aanstellingen krijgen.
De heer Westerhof Het behoort in
de Rechtszaal om te spreken van den geest
van de verordening.
Mr. Kusters Dat doet men daar
meer. Misschien krijg ik nog wel eens een
zaakje van U en dan zult U er niet op tegen
hebben.
Mevr. Westerhof: Ik hoop van niet,
want dan komt hij toch de bak in.
Gelach
De Voorzitter: Juist omdat het een
juridische kwestie is, heeft de wachtgeldrege
ling inderdaad niets met de zaak te maken.
Maar er is in deze zaak ook nog over iets
meer gesproken. In de conference van den
heer Van Amerongen met spr. en den heer
Westerhof is ook sterk de moreele kant naar
voren gekomen. En spr. twijfelt niet, of de
heer Van Amerongen zal ook bij de heeren
daarop voortgeborduurd hebben. En voor de
moreele kwestie is de wachtgeldregeling van
groot belang. Financieel is het geen gewal-
dige kwestie. Het loopt over een luttele som.
De vier laatste jaren gaf hij maar 1 uur les;
hij krijgt een enorm bedrag voor een heel
kleine prestatie in de laatste jaren. Juridisch
heeft dit met de zaak niets te maken, maar
voor de moreele waardeering is dit van het
grootste gewicht. Wij zouden geen specifiek
juridische redeneering gehouden hebben, wan
neer wij niet gevoelden, dat wij moreel heel
sterk stonden. Wat het juridische betreft, de
opinio van den minister is waardevcil, maar
toch beslist die niets. De vraag, wat Alk-
maar verplicht is volgens de salarisbepalin-
gen, staat niet tor beoordeeling aan den mi
nister. Hoogstens kan gezegd worden: ter be
oordeeling van den burgerlijken rechter. Als
de heer Van Amerongen dus niet tevreden is,
kan hij daarop een beroep doen. Spr. wensch-
te thans het voorstel van B. en W. in stem
ming te brengen.
Mr. Offers merkte op, dat zijn voor
stel voldoende ondcrsbeund werd en dus
eerst in stemming moest worden gebracht.
Dit voorstel, in stemming gebracht, werd met
10 tegen 8 stemmen verworpen. Voor stem-
den de heer Klaver, Mr. Offers, mej. Carets,
de heeren Van Slingelandt, Sietsma, Voge-
laar, Mr. Kusters, en bij vergissing de heer
Plevier, wat aanleidireg tot eenige vrcolijkheid
gaf.
Het voorstel van B. en W. werd hierop
aangenomen met 13 tegen 5 stemmen; tegen
stemdenMej. Carols, de heeren Van Slinge
landt, Sietsma, Vogelaar en Mr. Kusters.
VERHUUR VAN GROND AAN DE
FIRMA VROQM EN DREESMANN.
Burg, en Weth. stellcn den Raad voor, te
besluiten:
I. met ingang van een door Burg, en Weth.
te bepalen datum aan de bestemming
voor den keuringsdienst voor waren te
onttrekken het hierna bedoelde gedeelte
van het terrein, gelegen naast het per-
ceel Langestraat 106;
II. aan de firma Vroom en Dreesmann al-
hier te verhuren en door Burg, en Weth.
aan te wijzen gedeelte, groot pl.tn. 1300
vierk. Meter van het terrein, gelegen aan
het Kerkplein naast perceel Langestraat
106, kadastraaT cekend onder SectTei wpr
No. 3586, en zulks onder nader aange-
geven voorwaarden.
De huurprijs zal 2000 per jaar be-
dragen.
Aldus besloten.
De heer Ringers stelde hierna namens
B. en W. voor aan- den heer Groot, Pieter-
straat alhier, voor 20 een halve M. grohd
in diens perceel te verkoopen ender bepaling,
dat die heer Groot een niet gebruikte schoor-
scheen van het er naast gelegen perceel, dat
de gemeente in eigendem behoort, sloopt en
de muur dicht maakt. Z. h. st. werd dit voor
stel aangenomen.
Eveneens word aangenomen een voorstel
van den heer Thomson, om B. en W. voor
het maken van een vijfde weegschaal in het
Waaggebouw een crediet te verleenen van
1300.
De Raad ging hierop in comite.
Na heropening der deuren heeft de voor
zitter meegedeeld, dat de heer C. Bruin
zijn verzoek om het maken van een uitgang
van zijn leweekerij naar de Zuiderhoutlaan
heeft ingetrokken, in verband waarmede het
voorstel van B. en W. kan vervallen.
B. en W. zijn gemachtigd om de overeen-
komst met den heer L. Zaadnoordijk inzake
den verkoop van een stuk grond aan de
Marletstraat te ontbinden.
Vastgesteld werd een voorstel van B. en
W. in verband met de werkverschaffing.
Daarna sluiting.
Oemeng'd nieuws
DE VLIEGTOCHT
NE DE RL ANDIN Die.
Bij de Kon Nederl. Vereeniging voor lucht-
vaart, die ook een inschrijving geopend heeft
voor bijdragem in de kosten van den vlieg-
tocht Nederland—Indie, is tot dusver onge
veer 1000 ingekomen.
OPLICHTING.
De commissaris van politic te Apeldoorn
verzoekt in het Algemeen Politieblad de aan-
houding en voorgeleiding van Izaachas Cor-
nelis Mebius, geb. te Doetinchem, wonende te
Rijswijk (Z.-H.), cn Jan Kraak, geb. te Zwijn-
drecht, wonende te 's-Gravenhage, Piet Hein-
straat 100. Zij waren verbonden aan de di-
rectie van de obligatie-onderneming Maat-
schappij Nationaal Sportpaleis, gevestigd te
's-Gravenhage, en zijn thans voortvluchtig.
Zij worden verdacht van oplichting, subsidiair
valschheid in geschrifte, gepleegd ten nadede
van de maatschappij „Apoldro" te Apeldoorn.
INBRAAK TE HAVELTE.
In een buitengewoon politieblad heeft de
officier van justitie te Assen dezer dagen de
aandacht gevestigd op een te Havette in een
zuivelfabriek gepleegde inbraak, waarbij uit
een opengebroken brandkast 4100 is gesto-
len. Een stuk zeep, een handdoek en andere
voonverpen waren door de inbrekers achter-
gelaten.
De inspecteur van politic, de heer J. W.
Holsbergen, werkzaam op het politiebureau
in de Groote Paauwensteeg te Rotterdam,
verkreeg uit Assen nader inlichtingen in ver
band met een spoor, dat hij meende ontdekt
te hebben. Na ontvangst van de inlichtingen
en van verschillende aanwijzingen, heeft hij
thans in hun woningen op den Schiedam-
schendijk en op het Haagscheveer te Rotter
dam gearresteerd den lossen werkman J. F
en de varensgezelkn J. van T. en Th. K., be-
nevens de vrouw van verdachte zeden C. v. B.
Bij de aangehoudenen is een vrij groot be
drag aan geld gevonden en in hun woningen
zijn een aantal kleedingstukken en een slaap-
kamerinrichting, alles splinternieuw, in be-
slag genomen. Deze goederen zijn dezer da
gen bij winkeliers hier ter stede gekocht.
Bovendien is de handdoek, te Havelte in de
zuivelfabriek aehtergelaten, door een wasch-
vrouw, die hier werkte voor Th. K. en de met
hem levende vrouw C. van B., herkitid als
van dezelfde soort, die zij gebruiken. Ook zijn
bij de huiszoekingen twee paar gedragens
schoenen gevonden, die sporen vertoenen van
stoffen, die in de zuivelfabriek tijdens de in
braak op den vloer gelegen kunnen hebben.
De vier verdaehten zijn voorloopig op het
politiebureau in de Groote Paauwensteeg op-
gesloten.
EEN AANKLACHT.
De beeldhouwer A. Falise te Wagening-en
heeft bij de justitie een klacht ingediend tegen
den kunstkooper D. Hermsen, te 's-Graven
hage. Deze heeft den heer Falise in een artikel
in „Het Vaderland" beschuldigd van plagl-
aat, welke door den heer F. zou zijn gepleegd
in het door hem ingezonden ontwerp voor
een monument van het H. Hart te 's-Herto-
genbosch, welk ontwerp indertijd met den
eersten prijs is bekroond.
BOND VOOR ST A ATSPE'NSIONNEE-
RING.
Tot algemeen voorzitter van den bond van
staatspensionneering is in de plaats van den
heer Van der Velden, die niet meer in aanmer-
king wemschte te komen, benoemd de heer ds.
J. J T. Spaargaren te Aartswoud.
KORTE BERICHTEN.
Blijkens ten parkette te Tiel ontvangen
inlichtingen blijkt de aanhouding te Scher-
penzeel geenerlei verband te houden met de
zaak van den moord te Culemborg.
AFLOOP VAN VERKOOPINGEN.
Uitslag veiling bij opbod gehouden 22 Oct.
'24 ten overstaan van not. Mr. J. W. van der
Heide te Alkmaar, van de navolgende per-
ceelen, alle gelegen in de gemeente Alk
maar:
1. Een heerenhuis met voor- en aditertufn
aan de Emmastraat No. 25, kadaster Sectie
F nummer 1824, groot 2 aren, 80 centiaren
9500.
2. Een heerenhuis met voor- en achterfuin
en schuurtje aan de Paul Krugerstraat No. 7,
kadaster Sectie F No. 2254, groot 1 are, 87
centiaren 7275.
3. Een woon- en wink-alhuis met eri aan
den Achterdam, kadaster, sectie B. no. 130,
groot 73 centiaren 5375.
4. Een huis, loods en erf aan het Kwakel-
pad, kadaster Sectie C no. 968, groot 5 aren,
76 centiaren 4490.
5. Een huis met tuin aan dc Toussalntstr.
no. 24, kadaster Sectie F nummer 1356,
groot 97 centiaren 4010.
De afslag blijft bepaald op Woensdag 29
October 1924, des avonds te 7 uur, in het
cafe ,,'t Gulden Vlies" van den heer W.
Mooii aan de Koorgtraaj; te AlLwaai-.
spit in den tttg
het heerlijk verwarmende
wrijfmiddel dat direct een
behaaglijke verlichting
geeft en afdoend geneest.
Ingezonden stukken.
Buiten verantwoordelijkheid van de Re-
da die. De opname in deze rubriek bewijst
geenszins dat de redadie er mede instemt.)
AANBESTEDING R. K. ZIEKENHUIS
TE ALKMAAR.
Dezer dagen vermeldde „Ons Blad" een
ingezonden schrijven van den heer J. C. Ber-
ger, Directeur van het Bondsbureau van den
Ned. R. K. Bond van Bouwvabpatroons.
De schrijver, die overigens in alle deelen
de actie van onze afdeeling begrijpt, valt
heftig de Redactie van dat blad aan, omdat
deze het heeft gewaagd, een lans voor de
andersdenkende aannemers te breken en zegt,
dat de gewraakte wijze van aanbesteden is,
een privilege van zijnen Bond, ingevo'lige een
voorschrift van den Bisschop en dat de wer-
ken, waarvoor de gewraakte uitzondering
geldt, een onderdeel zijn van het groote ka-
tholieke samenstel van maatregelen, waarme
de de wereld moet worden hervormd, tot welk
geheel ook de katholieke vakorganisatie be
hoort en dus logisch is, dat wederzijds steun
wordt verleend, en woordelijk zegt hij„Laat
men nu toch eens eindigen met het offeren der
katholieke belangen (lees: onze belangen)
aan de zucht om toch vooral bij andersden-
kenden als roijaal en verdraagzaam te boek
te staan. Wij mogen dit toch vragen, waar
Z. D. H. de Bisschop niet aarzelt door het be
trokken voorschrift onze zijde te kiezen".
De Redactie van „Ons Blad" verdedigt
zich scherp. Zij zegt ongeveer, dat de heer
Stuijt, die hier spreekt bij monde van den
heer Berger, niet op de hoogte is van Alk-
maarsche toestanden, zich daar niet in had
mogen mengen en de vooraanstaande Katho-
lieken, onder welken de Hoogeerwaarde Heer
Deken Ooms, de Zeereerwaarde Heer Rector
Boele en de Katholieke Raadsleden niet had
mogen tegenwerken in hunne pogingen om
gedaan te krijgen, dat bij de aanbesteding
van het R. K. Ziekenhuis oak andersdenken-
den tot de aanbesteding werden toegelaten.
Nogmaals, wij zijn al deze Katholieken er-
kentelijk voor hunnen goeden wil.
Maar misschien moeten wij nog meer er-
kentelijk zijn, de heeren S'tuijt en Berger voot
hune mede'deelingen, waaraan wij nog willen
toevoegen, dat er voor deze heeren geen wer-
ken zijn, waarvoor uitzond-eringen gelden,
dock zij bezig zijn, alle werken voor R.-K.
onder de werken voor wereldhervorming te
rangschikken, vermoedelijk omdat dit het
voordeeligst sohijnt.
Zij zeggen het eerlijk en royaal. Wij Ka
tholieken, onder leiding van onzen Bisschop,
willen de wereld hervormen en hebben om dit
doel te bereiken, den economiscken oorlog
verklaard aan and.ersdenke.nden.
Wij weten het nu, waartegen wij hebben
stelling te nemen en niemand, ook niet de
meest zachfmoedige, zSl durven beweren, dat
onze actie te heftig was. Men zal moeten er-
kennen, dfe bittere noodzakelijkheid om te
sdirijven, zooals wij hebben gedaan.
Wij zijn niet anti-Katholiek. Wanneer de
Redactie van „Ons Blad" dat een vorige
maal sehreef, geschiedide dit tegen beter we-1
ten in.
Maar wij zijn anti de eindelijik openhartig
openbaar gemaakte, ons vijandig gezinde R.
K. politiek. Wil een ander dat vereenzelvigen,
dan is dit niet onze zaak.
En in den ons opgedrongen economischea
oorlog gaat het om zelfbehoud.
Wat betreft den heer Klaver:
De heer Klaver bedreigt ons in „Ons BlacT
met een boycot. En welk eene? De kruimelitjes,
welke nog van den disch van hem en zijne
soortgenooten (dit in tegenstelling met de
R.-K., welke wij leerden hoogachten) aan
ons werden toegedacht, zullen ons worden
onthouden. i
Als een ridder van de droevige figunr, be-
weegt hij zich tusschen de strijdende partijen.
Neen, Klaver is geen troef.
I
Wat betreft den heer Stuijt persoonlijk. I
Als een staaltje van machtswaanzin, waar
per slot van rekening zijne goedwillende ge-
loofsgenooten en niet wij de dupe van zullen
worden, mag gelden het feit, dat een expres-
se brief van Donderdag 16 Oct '24, dus twee
dagen voor de plaatsing van ons ingezonden
schrijven van Zaterdag aan den heer Stuijt
gezonden, en waarin wij nog eens ernstig
voor de ergernis in Alkmaar waarschuwden,
gisteren ongeopend, dus ongelezen, door ons
werd terug ontvangen. I
Wien de Goden willen verderven, slaan zij
met blindheid. i
Namens de afdeeling Alkmaar van den
Nederlandschen Aannemersbond,
De Voorzitter: J. BROERSMA.
De Secretaris; W. J. KARSSEN.
held ts net Tiier £<5n be trekking, een salaris en
#en garantie".
B. en W. zeggen: „De heer Van Amerongen
hccft twee aanstellingen gehad."
Formeel is dit juist; hij heeft twee aanstel*
Jingen gehad en wel zelfs op verschillende tijd*
ttippen. Maar wij hebben niet met den heer
JVan Amerongen alleen te maken, maar met
de verordening, ook in verband met andere
lecrkraehten. Ik meen, dat cen aanstelling aan
twee scholen gelijk als e£n betrekking bij ons
tinders niet mogelijk is. Ieder leeraar aan hist
Gymnasium en aan de Handelsschool zal for
meel beslist twee aanstellingen krijgen. Dc
ondergrond voor een aanstelling aan het Gym
nasium en aan de Handelsschool is geheel am
idcrs. De voordracht voor een leeraar aan het
Gymnasium geschiedt door curatoren, die
.voor de Handelsschool door B. en W. Een
aanstelling voor beide kan bij ons dus niet
gebeuren. Het sterkste moticf van B. en W. is
tlus al buitengewoon zwak. De praktijk leert,
idat formeel de twee aanstellingen nooit an*
iders te besehouwen zijn als inderdaad een be*
trekking. Wanneer het twee betrekkingen was
iren, dan moest men ook twee salarissen uit*
kecreru Maar dat gebeurde hier niet. De ge*
meente beschouwde de betrekkingen bij de
ealarisbetaling als een onverbreekbaar iets.
De gemeente ging zelfs verder en zeide: „Ik
kan je dwingen, de lessen aan de andere school
op je te nemen en wanneer bij B. en W. de
vraag komt van een der Icerkrachten, die zeU
de: „Ik zou graag ontslag willen hebben uit
een van de twee betrekkingen", dan werd dit
door B. en \V. afgewezen, die aan d'e hand van
[ide verordening zeiden: „Dat mag niet. Maar
'dit vijst er dan ook op, dat er inderdaad een
zoo nauwe betrekking is tusschen de twee
tfuncties, dat men niet anders kan doen dan
eprckcn van 6£n, betrekking. Men kan over de
fiwaarborgen verschillen. Bij de laatste verande*
!|ring is reeds gezegd, of die waarborgen zdover
moeten gaan, dat men vier jaar de 18 uur uit*
Igckeerd krijgt, maar de verordening is nu
ccnmaal zoo. Wij hebben ons daaraan abso*
'luut te houden. Wanneer men de verordening
idusdanig interpreteert, dat men zegt: „Ik zie
niet anders dan een groot geheel", dan kan
'het niet anders, of daaraan zit vast, dat de ga*
ranties ook een en onverbreekbaar zijn. Heeft
men over dczen laatsten toestand het advies
van den Inspecteur gevraagd? Het laatste
woord zal hierovcr hier wel niet gesproken
worden. Het zou dus zeker wel voorzichtig
zijn gewccst, als men over dezen toestand het
advies van den heer Thiol gevraagd had. Ook
spr. verklaardc, met de bijlage niet te kunnen
mccgaan.
Dc heer Sictsma verklaardc, dat ook hij
van mcening was, dat dc heer Van Ameror*
gen in zijn volste rccht stond, waarom ook hij
zich met dc bijlage niet verecnigde.
Per groote pot van 20 gram 50 cent Alom verkrtjgbaail
Potten v» 50 gr. 1.— 100 gr. f 1.75 nog voordeellgex*