Ms biz4ftder$ is bet dat de eerste Sinaasappelen zoo lekber zip en niet dnnr Het 100-jarig bestaan van M Noord-HoSlandscti Kanaal. Chineesche Pinda's 22 cent per pond. JAN VAN DF. POL, M nd6 Bana&Il", 148*. Telef. 217. Wij hebben ze van 4 ct. en 6 ci., groot van stuk en fijn! fijnPracht Mandarijnen vanaf 3 voor 10 cts. Beste Citroenen (rijk aan sap) 3 voor 10 ct. Reuzen Cocosnoten 25 ct. -r- Handappelen vanaf 16 ct. per pond. Handperen (eerste soorten) vanaf 20 ct. per pond. Pracht Dadels 25 cent per pond. Extra mooie groote Noten 40 ct. per pond. Bananen waarvan onze kwaliteit onovertroffen is, 35 ct. p. pond. De beste Pinda's steeds versch gebrand 45 ct. per pond. Spr. gaf aan wat de taak van een ver- keersagent is. Deze is alleen dan noodig, waar een onafgebroken stroom van verkeer is. Het plaatsen van verkeersagenten kan men alleen op gevaarlijke hoeken verdedigen. Dit is echter ndet de taak van verkeersagenten. De politie hoc it echter tot taak, daar waar het door drukte een moment gevaarlijk is, te blijven stilstaan. Het corps is echter buitengewoon klein en spr. streeft er naar het klein te houden. Door het ploegenstelsel heeft spr. weinig aan een agent en een agent is een dure ambtenaar. Als de heer Plevier terug wil tot het in- stituut van plantsoenwaehter, dan is spr. daar tegen. Wil hij meer toezicht dan zal hij meer agenten moeten aanstellen Spr. vond het vernielen van deni Hout wel wat overdreven. Spr. meent voorts dat ten opzichte van de beperking van de uitgaven van het B. A. het college doet wat mogelijk is. Het B. A. verzet een berg van werk, maar de malaise brengt een toename van de ar- moede, neemt die nog toe dan vreest spr. een stijging van de uitgaven. Dat het verschaffen van een telefoon aan een der wethouders in shijd zou zijn met de wet is voor spr. nieuw. Men moet zich bij deze zaken laten leiden door wat het alge- meen belang gebied't. Een telefoon is voor een wethouder onmis- baar. Het heen en weer zenden van een bode zou de gemeente nog duurder uit zijn. Een verlaging van het maximum voor drankvergunmingen is in bewerking. Spr. heeft reeds ook over een ander systeem ge- dacht, hoewel het systeem een nieuwe vocr twee oude goed gewerlct heeft. Het Amsterdamsche adit spr. voor Alk- maar niet zoo goed. Spr. zal echter te Am sterdam informeeren hoe dit daar bevalt. Terugkomende op de benoemingen van R. K. in gemeentedienst, wilde spr. onderstrepen dat Mr. Leesberg daarbij steeds voor de be langen van zijn kiezers als een correcte R. K. wethouder is opgekomca, maar daarnaast zijn ook de andere wethouders correct geble- ven. Spr. was van de onderwijsmethodes niet voldoende op de hoogte. Hij had zich bij de verdediging door den heer Westerhof de vraag gesteld of het voor hem geen tijd wordt te verdedigen wat de heer Westerhof bestrijdt. De heer Westerhof Dat is de goede geest in het college. (Gelach). De voorzitter oordeeide systemen doode dingem. In hoofdzaak kwam het bij elk systeem op de onderwijskracht aan en de liefde voor het vak en voor het kind. Gelukkig slant bij de ondcrwijskrachteii het kind op den voorgrond en zoolang cjjt het geva! is, mag het bij spr. klassikaal of volgens het Montessorie- of het Dalton systeem gran. Spr. sprak het vaste verirouwem uit dat als gedurende het komende jaar de neiging van waardeering in den raad blijt't bestaan dit een krachtrge waarborg is voor het heil en het geluk van de stad die ons na aan het hart iigt. De heer Westerhof onderstreepte dat hij meende dat ieder het onderwijs gegeven moet worden wat hij vraagt. Het heeft spr. gespeten dat mr. Leesberg opmerkte dat spr. deze lijn bij de benoemingen niet volgde. Steeds wilde spr. de beste op de plaats die te gevsn is. Dat het aantal R. K. zoo gering is in ge meentedienst heeft eigenaardige oorzaken. De initellectueeleR. K. Iciezen het geestelijk ambt en een ander deel gaat in den handel. Over het gering aantal R. K. werklieden wordt niet geklaagd. Spr. vond voorts dat de vergelijking van den heer Bak met het G. O. niet juist was. Men moet het aantal menschen nemen. Bij de R. K. zijn de meesten niet georganiseerd. Ook zijn er R. K. die zich modern organi- seeren en mi te zeggen: dat zijn geen goede R. K. is meer dan het eind van het latijn. Als er geklaagd moet worden dan kan do S. D. A. P. dit. Er zijn slechts 2 S. D. A. P. ambtenaren. Spr. wil echter voorzichtig zijn en heeft geen bewijzen dat een soc.-dem. als ambtenaar ge- weerd worden. Die aanklacht moeten deR. K. bewijzen. Het gaat echter niet, om ais Mr. Leesberg te vorderen, dat iemand omdat hij R. K. is benoemd moet worden. Tot nog toe went steeds No. i in het col lege benoemd. Spr. is geen drijver in deze en plaatsfce een partijgenoot omdat zijn leeftijd wat jeugdig was als no. 3 op een voordracht-voor school- hoofd. Z. i. was het benoemen van den heer Koopal bij het marktwezen en den heer Kioos bij den Keurings Ams:, oflgelukkig in het geding gebracht. Waarom zou de heer Koopal wel ocddiouder bij, den Kcurings- dieiiist kunnen zijn en niet klerk bij het Grond- ■bedrijfSpr. oordeeide overigens ook voor het onderwijs de toewijding van het nersoneel het voornaamste. Mr. Kusters betoogde tegenover den heer Ringers dat men met het bestraten nu eenmaal een grens moest trekk.cn. Een com missie vani publieke werken bekijkt, als iedere andere commissie. de taak nu eenmaal ee'n- zijdig. Men moet het echter zien met het gc- heele bceld van de begrooting voor oogen. De heer Ringers overdreef met de bestrating in Duitschland wel een beetje. Spr. wil den middenweg en vraagt of de wethouder er geen nut in ziet om het fcestralen. jok aan te besieden. inplaats in eigen beheer, althans van gemeentewege. Dat er bij spr. een groote verandcring ten opzichte van den heer Westerhof heeft plaats gehad, noopt spr. tot de vergelijking van Westerhof met het1 onderwijs. Spr. vond in de vroegere periode den heer Westerhof de Mon- tisoriman, maar nu is hij overgegaan naar't Daltonsysteem en past hij zich aan den be- staanden toestand aan. evenals bij die voor't onder wijs het beste vindt Spr. herinnerde zich een theoretische be- schouwing over een ambtenaar, waarvoor de heer Westerhof dankbaar was, maar ver- klaarde, <!at het beter was op den beganen grond te blijven. Dit geldt ook voor Westerhofs beschou- wing over het Daltonsysteem. Spr. was ten opzichte van het Dalton-systeem, op grond van de door Westerhof aangehaalde boeken, tot de conclusie gekomen, dat de leerlingcn in het gemidddde uitstaken, Na de coezegging van Westerhof vreesde spr. ten cpzichte van de vergoeding voor het bijzonder ulo-ender- wijs niet zoo veel meer. Spr. zal tegenover het openbaar onderwijs steeds toereid zijn een even ryaal siandpunt in te nemen, als het college tegenover het bijzondere ievnam. Ten aanzien van de benoemingen was het spr. bekend, dat een van de leden van het col lege een ander standpunt inneemt. Wij weten, dat mr. Leesberg steeds in het college voor de R. K. belangen op de bres staat en na- mens de fractie verklaart spr. dat hij daar bij op den steun van dfe gaheele fractiye kan rekenen. De heer Van Drunen Daarmee Mr. Kusters Niet alleen daarmee. Spr. ging hierop in op hetgeen de heer Thomsen gezegd had en hield staande, dat de ambiiie er uit raakte, toen de financieele commissie hoorde, dat een deel al afgedrukt was. Spr. nam acte van de verklaring van den heer Thomsen, dat hij mede wil werken in den geest van de commissie. Wij willen een be grooting in zich zelve sluitend. De heer Thomsen Ik cok. De heer Kusters Dat kan blijken. Het hoofdpunt waar het overgaat, is de raming van de post b H. O. Spr. meent, flat deze post weer te laag is geraamd. Spr. ontkent, dat de doorwerking van de malaise een overvloed van 93000 zal dcen gelden. Dat belastingverl aging het veigend jaar drastische maatregelen met zich zal brengen, was voor spr. geen argument. Spr. wist den post 339 b op de juiste waarde te sehatten. Ais dit moeilijkheden brengt, dan moeten de uitgaven maar verminderd worden. Spr. weet, dat het dan moeilijk zal wcrden, hij vindt dat niet erg, daar is het college van Burgemeester en vier wethouders voor. Dankbaar nam spr. kennis van de verkla ring van den heer Thomsen, dat deze tot een commissie ad hoc wil komen. In de water- leidingkwesti.e zag spr. gaarne; dat het col lege een gepasten aendrang op Ged. Staten uitoefende. Ten opzichte van de publicatie, had spr. een antwoord van den heer Thomsen gemist. De heer Thomsen: U krijgt dat nog. Mr. Kusters merkte nog op, dat ook hij alte directeuren en ambtenaren een woord van hulde had gebracht. R. K. in ge meentedienst erkende ook spr. als een teere kwestie. Spr. deelt de meening, dat de beste op de te begeven plaats moet zitten. Zijn de R.K. dan zulke demme menschen? De heer Westerhof de verstandigsten soiliciteeren niet. Mr. Kusters De heer Westerhof leeft een 20 jaar terug. Hoogstens kan wat hij zeide, gelden voor de ambtenaren, al ontkent spr. dit, maar van de werklieden geldt dit niet en spr. meent, dat het college ten deze invlGed op de directeuren van de bedrijven moet uitoefenen. Als het college zich steeds aan de voordrachten van de directeuren hou den die geen R.K. benoemen, dat schieten wij niet cp. Spr. is den voorzitter dankbaar voor deze erkenning, dat er een bevoorrechting van niet-R.K. heeft plaats gehad. De voorzitter had geen opzet bedocld. Hij bedoelde, dat er plaats is voor dezen in- druk. Mr. Kusters vroeg of de heer Wester hof in het college als hij meende, dat een scc.-dem, gepasseerd werd op de meaewerking in het college steunf. De heer Westerhof: Mr. Leesberg pcoffde de eenige die er is, er uit te houden. Mr. Kusters Dat zal mr. Leesberg wel beantwocrden. Spr. stelde vast, dat in de twee gevallen, waar in een R.K. sclliciteertie deze juist niet benoemd werd. Met de toezegging van den voorzitter iii- zake het politietoezicht bij de Ridderstraat was spr. voorloopig teweden. Spr. aanvaarde cverigens de consequentie, dat meerdere agenten a.angesteld moeten worden. Hij had de overtuiging, dat de uiikeeringeh van het B. A. feitelijk te laag waren. De gegevens, die het B. A. den raad verstrekt, zijn echter niet in evereenstemming met de gevraagde cre- dieten. De weiisch in het rapport van de fi nancieele commissie is zoo, dat het B. A. er rekening mede moet houden. De heer Westerhof zeide nog, dat het B. A. aan georganiseerden in" de wachtweek, als ze het vrc-egen, ook uitkeeren. Mr. Kusters betoogde nog, dat't nood- zakelijk Was geweest den post telefoon van een wethouder in den raad te brengen De gemeentewet verbiedt, dat de wethouders boven hun salaris eenige belooning krijgen. Spr. sloot zich overigens aan bij de hulde aan de openbare en de bijzondere ondenvijs- krachten. De heer Sietsma hoopte, dat de heer Westerhof de medezeggingschap in lie! college ter sprake zal brengen. Spy beoogde dit met zijn opmerking. Hij bleef het niet tce- laatbaar achten, dat bij het O. L. aan de eene school Fransch onbetaald wordt gegeven en aan de andere tegen belaling. Zijn opmerking over het art. van prof. Casimir voncl spr. oijbfantwoord. Z.i. had de heer Thcmsen hem niet begrepen. B. en W. hadden naar argurnenten gezocht cm te be- toogen, dht bij desamenstelling van de be grooting over de cijfers, de commissie niet be- hoefde te worden gehpord. De heer V o g e 1 a a r wilde cok voor anibt^- woningen een vergelijking tusschen de v'cr- schillende kosten tusschen de geschatte waar de en het onderhoud maken. Spr. meende, dat met de huurcommissie bij aanneming van het voorstei van den voor zitter dezelfde gang van zaken zal volgen als het vorig jaar. Spr. betwijfelde, dat de huur commissie als de huizen klaar zijn, opgehe- ven kan worden. Hij wil dan 40k beslissen of men al of niet B. en W. zal uitnobdigen de precentie- gelden te veriagen. Daarin zit geen geringe- re waardeering. Den ambtenaren werd lof gebracht en toch wilden B. en W. 5 pCt. vermiudering van lien. (Gelach.) De verlaging van de vacatiegelden van de huurcommissie kan ingaan, als de huizen klaar zijn en de commissie blijft voortbe- staan. De heer Van Drunen*verschilde met den hefer Ringers om het loon door particu- lieren berekend voor arbeiders, en bleef van cordeel, dat in eigen beheer goedkooper ge- werk.t kan wcrden. Op de materialen verdie- nen de patroons ook." Het lconverschil in overheidsbedrijf en in particulieren dienst is niet zoo groot. Spr. bleef op meerdere verga- deringen van de commissie aandringen en sloot zich aan bij (?e opmerking van den heer Vogelaar, dat B. en W. ondanks hun woor- den van dank aan de ambtenaren, deze 5 pCt. uit hun zak wilden kteppen. De gesloten ver- gadering over het ontslag aan den agent v. d. Pol wilde spr. Een betere verdeeling bij den politiedienst was z. i. wel mogelijk. Betere opgaven over de uitgaven van het B. A. vond spr. ook ge- wenscht. De heer K1 a v e r betoogde, dat de voor- gestelde bestrating wel ncodig kan zijn, maar in het raam van" het geheel toch uitgesteld dionden te v/orden. Spr. oordeeide voorts, dat van den heer Thomsen weinig in het bezuinigen van de be grooting was te verwachten. De mogelijkheid blijft bestaan, dat de ambtenaren hun'taak, hoewel ze met db beste meeningen bezield zijrr, toch zoo uitvoeren, dat ze opmerkingen uitlokken. Het is uitgesloten, dat men kan be wijzen, dat R.K. geweerd worden omdat ze R.K. zijn, maar de feiten wijzen het uit, al behoeft het geen opzet te zijn. De heer Plevier was door het antwoord van den wethouder van bedrijven niet bevre- digd. Dit jaar is er typeerend weinig verga- derd. Men gaat de commissie als overbodig beschouwen. Spr. bleef op het regelmatig houden van commissie-vergaderingen aan dringen. Meer tcezicht op plantscenen bleef spr. ge- wenscht oordeelen. De heer Govers gaf in overweging, het was 11 uur, om de vergadering teschorsen. De heer Veen verklaarde nog, dat hij bij den Boezemsitigel het gevaar nog niet opge- heven achtte. Mr. Offers vroeg nog het woord vcor atgemeen beschouwingen. Spr. was van mee ning, dat, hoewel B. en W". zeggen overtuigd te zijn van de noodzakelijkheidi, dat de uitga ven gedekt moeten worden door de ontvang- sten, dit toch uit deze begrootitig niet blijkt Spr. toonde dit nader aan. Spr. gaf toe, dat het voor B en W. onder de bestaande omstandigheden moeilijk was een begrooting op te stellen, die in zichzelf sluitend was, maar toch zal het spoedig hier- tce moeten komen. Wahneer de gemeentc- finaocien niet ontwricht mogen worden, dan zal dit zelfs in de volgende 2a 3 jaar noodig zijn. Het is de taak van B. en W., voorberei- dingen te treffen om in 19271928 met een begrooting te komen die in zichzelf sluiiende is. Deze taak is niet benijdenswaardig. Alk- maar meet aantrekkdijk gemaakt worden'en tcch zal de gemeente met de uitgaven niet boven de ontvangstgn mogen gaan. Spr. nam aan, dat B. en W. zich de moei lijkheden wel bewust zijn en in de richting sturen van een in zich zelf sluitende begroo ting, waarom hij deze begrooting niet op zich zelf wilde beschouwen. De vergadering werd hierop cm 11 uur ge sloten. in iecLzr pca iJe Deer N: I. M. DRESCH IV. Alkmaar en het Noord-Hoilandsch kanaal. In Alkmaar begon men zich in Oct. 1818 voor het eerst ernsiig bezig te houden met de plancien voor den aanleg van het Groot TSIoord-Hollandsch Kanaal. Alkmaar's gcmccn.eoesaiur begivep it recht, dat deze plannen van wijde strekking ja van het allergrootsie belang waren voor den blo-ei en den vootuitgang dezer -stad en naaste cmgeving. Van economised standpunt bezien, was het voor Alkmaar feitelijk een tevenskwestie er voor zorg te dragen, dat het kanaal door de stad zou komen en niet een eindweegs- buiten het stadsgebkd zou warden gegraven Het waren inderdaad verstandige stadsbe- stuurders, die zich vo'.'komen rekenschap gaven van het gewicht van dit kanaal voor- iAkmaar's welvaart in dc toekomsr. Menige stad in ons iand heeft tot haar schade ondervonden, dat haar bestuur, door niet voldoende rekening te houden met toe- komstige -verkeersbelangen, te kcrt is ge- schoten in zijn bestuursbeleid im de 19e eeuw, de eeuw der snelheid, toen tal van groote verkeerswegen (water- en straatwe- gen, sporlijnen enz.) tot stand kwamen. Het spreekwoord: „gouverner e'est pre- voir" hebben de Aikmaarders in het begin der 19e eeuw voortdurend voor oogen ge- houden, vandaar dat het tegenwoordig ge- siadit in zulk een ruime mate de vruchten van hun werken piukt. Een college van Burgemeester en Wethou ders bestond in 1818 te Alkmaar nog niet. Men had hier een college van „Burgemees- teren", bestaande uit drie leden, waarvan president was Mr. Gijsbert Fontein Ver- scnuur, een man van groote bekwaamheid, die ook zitting had in de Tweede Kamer, wclke in die dagen in Brussel haar vcreade- ringen hield. Zoo'n man had Alkmaar in cIIph f!jd cok noodig, een man n.l. die wist wat de moder- ne tijd eiscliie, een man, die door zijn ruimen blik de zaken goed doorzag, die zijn grooten invloed in de Volksvertegenwoordiging en zijn nauw contact met de landsregeering wist dienstbaar te maken om in het bijzonder de belangen van deze stad Op veleriei plaatsen vocr te staan. Op 10 October 1818 deelde burgemeester Verschuur in den Raad van Alkmaar mede, dat de inspecteur-generaal vam den Water- staat (Jan Blanken Jzn.) met Burgemeeste- ren dagelijks had geconfereerd „over het aanleggen van het nieuwe kanaal van Am sterdam naar het Nieuwe Diep, loopende door deze stad, en de hoogste waarschijnlijk heid, dat hetzelvs binnen korten tijd zoude worden geefectueerd en daargesteld, Burge- meesteren inviteerende, om toch vroegtijdig bedacht te willen zijn op het diep houden hunner wateren en zelfs hier en daar op behoorlijke diepte te brepgep." Verder zeide hij nog dat Burgemeesteren met blijdschap ontwparden, dat'het al lang geleden geprojecteerde kanaal, -waarvan het Rijk in het algemeen en het Noorderkwartier in het bijzonder zooveel goeds verwachtten, spoedig verwezenlijkt zou worden. Hij twij- felde er niet aan of ieder zou met Burge meesteren willen samenwerken teneinde van de zijde der stad alles te doeni om de uit- voering der werken mogelijk te maken. Een op de begrooting 1818 vcorkomende post werd bestemd „tei* bekostiging van de uitdieping van wateren en wat daartoe be- hoort, als voor het werk'van het nieuwe ka naal van Amsterdam naar Nieuwe Diep zal worden noodig geac-ht" N doch deze post werd door Gcd. Staten geschrapt. De Raad kreeg vani Ged. Staten een missi ve, waarin w-erd medegedeeld dat Ged. Sta ten ,,geen officieele kennis droegen, noch van het aanleggen van het nieuwe kanaal tus schen Amsterdam en her Nieuwe Diep, noch van de richting, welke het kanaal eventueel zal hebben." Ged. Staten vonden het voorts .,min voeg- zaam in een zaak vooruit te loopen, omtrent welke Ged. Staten door den Koning om ad- vies zouden worden gevraagd." De Koning besliste later, dat Alkmaar op de begrooting voor 1919 wel eeu pest mocht plaatsen voor de uitdieping, maar met gelijk- tijdige overlegging van bestek en begrooting der kosfen. Willem I kwam herhaaldelijk in Noord- Holland. 29 Sept. 1818 passeerde hij Alk maar, komende van Haarlem, vergezeld van prins Feederi.k en begaf zich toen naar Den Helder. 6 Juli 1819 reisde hij weer voorbij deze stad naar Nieuwe Diep en den volgenden dag vertoefde hij in Alkmaar. Al deze bezceken hidden waarschijnlijk verband met de kanaahverken. Da gouverneur van Noord-Hcliand, van Tets van Goudriaan, bezocht 19 Juli 1819, in opdracht van den koning, Alkmaar, waar ten stadhuize een bijeenkomst plaats .had van afgevaardigden der gemeentebesturen in het arrondissement Alkmaar, van de „Uitwa- ierende Sluizen", van de Zijpe en de Seher- meer. Namens Alkmaar waren aanwezig een der bp.rgemeestei*s en een Raadsiid. De gouverneur presideerde en zcttc de ka- naalplannen uitvoerig uiteen, deelde mede, dat de koning de plannen had gcedgekeurd en Amsterdam bereid was 1 milliocn gulden vcor cle kanaalwerken beschik'baar te stellen. Hij gaf in overweging cm 150.000 bij te dragen" in de kesten, door heffing van een rxtra-belasting (8 cpcenlen op de belasting op gebcuwde en cngebouwde eigendommen). De afgevaardigden van Alkmaar stemden hierin tee, onder bedirg dat het kanaal door Alkmaar zou komen. Ook de andere afge vaardigden vereenigden zich met het voor stei. Op 27 Sept. 1819 had te Purmerend een ccnferentie plaats tusschen Alkmaar (verte- genwoordigd door Mr. Nuhout van der Veen en Schut, oudste Raadsleden en burgegiees- ter Verschv.v.1")en den gouverneur van N.- H'ol-land, vergezeld van den inspecteur-gene raal Blanken. Hier werd geconfereerd over twee belang- rijke .zaken: le. het jaarlijks door Alkmaar nj te dragen bedrag, wegens de mebrdere csten, omdat het kanaal door de s;ad zou omen en ten tweede het vrij en cngestoord ebruik van het kanaal zender aan eenige laatselijke politie of beiastingheffing e. d. iderworpen te zijn. In de RaadsziLing van 30 Sept. 1819 werd van deze conferentie mededeeling ge- daan. Burgemeestery Verschuur verzekerde, dat de Koning bereid was er toe mede te werken, dat het kanaal door de stad kwam. Er werd echter ten aanzien van de twee hier- boven gencemde punten een definitieve be- slissing gevi*aagd. Alkmaar zou behalve de opruimingen en andere werkzaamheden, vcor haar rekening gencmen, gedurende 15 jaren jaarlijks 3500 moeten hetalen aan het Rijk, te begin- nen met 1S20, en de vrije vaart over het ka naal moeten garandeeren. De Raad stemde in a! deze vcorstellen toe. 13 April 1820 verscheen een Koninklijk Besluit ter regeling van een en ander. In den considerans stond: „willende een blijk geven van onze -gezindheid om den bloei en de wel vaart van de stad Alkmaar te heipen bevor- deren". Art. 1 bepaalde: „Het groot kanaal van Amsterdam naar het Nieuwe Diep zal worden geleid door de stad Alkmaar en wel door de z.g. Voormeer, van den stadsboom, bij het oude waterpoorte wederom uitgaande door en vervolgens langs de O. en N. zijde der stad. Verder hield dit Kon. Besluit veleriei be- palingen in ten aanzien van de werken, die Alkmaar voor eigen rekening en risicc moest uitvoeren. Deze laatste bepalingen waren zoo ver- strekkend, dat den Aikmaarders de schrik cm het hart siocg. Dadelijk zonden Burgemeestefs een request aan Willem I, waar'bij verklaard v.erd, d'at Alkmaar wel verheugd was over het feit, dat het kanaal door de stad zou komen, maar de nu bekend geinaakte voorwaarden onaanne- melijk waren. Alkmaar wilde allerlei zaken, w.o. den af- stand en amotie van eenige aan de stad toe- behoorend'? eigendommen wel toestaan, maar zich niet aansnrakelijk gesteld zien voor door het wegbreken van die perceelen veroorzaakte schade en kosten. Daarenboven kon de stad ookNniet evergaan tot het uitkoopen van bij zondere eigendommen, o.a. het logement „Het Hof van Holland", waarvan de eigenaar een aanzienlijk bestaan had. Aan den koning werd gevraagd het I<. B. van 13 April 1820 zcodanig te wijzigen, dat de verwerving der benoodigde gebouwen en grend van bijzondere personen \>oor rekening van het Rijk zou komen. Na veel onderhandelen gelukte het een K. B. uit te lokken (27 Juli 1821), hetwelk be paalde, dat de schacleloosstelling van de ont- eigening door het Rijk zal worden gedragen. Tusschen 15 Mei en 1 Juni 1821 werd, al- vorens de aanleg van het N. H. Kanaal in deze stad ter hand genomen werd, een hulp- vaart gemaakt achter de huizen van het Zeg- lis, aanvangencle bij den kleinen watermolen te Boekel en eindigende in den Schelphoek. Dit gesri-iedde, om de binnenlandsche scheepvaai't, gedurende de werkzaamheden aan bet bestaande vaarwater langs het Zeg- lis, niet te belemmeren. Met dc specie van het Friesche bolwerk werd de stadsgracht tusschen de Friesche en Waterpoorten gevuld en meer buitenwaarts het kanaal gegraven, waartoe de landerijen van vier eigenaars doorgedolven en vier tui- nen buiten de Waterpoort werden wegge- ruimd en met den grond uit het gegraven ka naal opgehoogd. De Waterpoort, in 1809 nog gedeeltelijk vernieuwd, v/erd met de daarbij gelegen brug en sluit en Zakkendragershuis gesloopt en later door een vlotbrug vervangen. Ook het logement „Het Hof van Holland" van Jan Tuin en de daarbij behoorende stal ling, het brandspuithuis en het huis vau den grutter Jan van Leijden werden in Juli 1821 afgebroken. Den 21en Juli 1821 kwam koning Willem I andermaa! in Alkmaar, om het werk van het N.-H. Kanaal dn cogensehouw te nemen. Toen het Eiiand afgegraven en de Hooge- brug weggebroken was, kon het Kanaal bin- nen de stadsgrenzeri van Alkmaar voltooid heeten. Het stadsbeeld in de buurt van het nieuwe kanaal onderging door al deze werken een radicale verandering. De Friesche buitenpoprt 1) had men toen nog weten te behouden, maar het verlies van het zakkendrafrershuis met ziin leuken gevei- steen en zijn sierlijke kruisvensters, dateerend uit 1643, alsmede de vernietiging van de daarbij aansluitende huizen van Jan Tuin (uit 1650) en Jan van Leijden, mede met al- leraardigste gevels, zijn diep te betreuren. Met het verdwijnen van de Waterpoort en onmiddellijke omgeving ging een der meest karakteristieke huizengroepen in dien tijd in onze stad voor goed verloren. Als herinnering van hetgeen toen verdween, /erscheen bij Le Sage ten Broek een viertal steendrukplaten naar J. de Ruit, waarvan die van het Zakkendragershuis wel de meest in- teressante is. 1) Afgebroken in 1&34. UIT HEILOO. Zooals uit een gep'aaiste gdvertentie blijkt, geeft Zondag 14 December de Propaganda- club van den Bond van Staatspensionneering (aangesloten bij den Prov. Bend van Dilet- tanten-Tooneelvereenigingen in Noord-Hol- land) een openbare uitvocring in „De Rusten- de Jager". Opgevcerd zal worden „Op Hoop van Ze- gen" van Hpnnan Heijermans. Wie een vergelijking maakt met den Molenweg van vroeger en thans, constateert wel verandering, want al het oude is verdwe- nen. Zelfs den naam oordeeide de Raad met meer in „den stand" van den weg en veran- derde deze in Heerenweg. Vroeger stond hier een molen (korenmoletii) en ook deze is ver- dwenen en er komen moderdle heerenhuizen voor in de plaats.' Alleen is nog over het be- kende Molcnhuis, wat niet veel meer is dan een rui'ne. Ook dit zal binnen afzienbaren tijd nnden sloopershanden vallen, wat een mooie ooruiming is 437ste STAATSLOTERIJ. Trekking van Donderdag 11 Dec. 2de klasse 4de lijst. Prijzen van 30. 47 257 264 384 456 1060 1085 1089 1224 1227 1678 1679 2200 2567 2993 3122 3667 3974 4173 4411 4512 4576 4636 4729 5107 5414 5701 5S61 6018 7323 7426 7590 7853 9133 9344 9359 9416 9420 9515 9612 9816 9847 10475 10985 11293 11499 12348 12945 13340 13424 13898 13957 14005 14081 14154 14236 J 4283 14430 14475 14488 14576 14673 15032 15171 15474 15646 15956 16296 16846 16866 17056 17261 17682 18596 19169 19203 10209 19323 19556 19811 19881 199001 20014 20149 20228 20239 20286 20491 20713 20849 21130 21138 22192 22238 22316 22338 22410 22570 22612 22924

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1924 | | pagina 7