Alkmaarsche Gourant
I
Wieuwjaarswensclieis.
I
Vrijdag 19 December.
ProTinciaal nieuws
FEUILLETOK
Alioimementen
op Tijdsclirifteii,
zoawel Binnen-ais Buitenlandscho
K«. 300
1924
Honderd Zes en Twlnfigste Jaargang,
TWEEDE BLAD.
De Directeur van het Marktwezen deelt
aan belanghebbenden mede dat in verband
met het vallen van de Kaasmarkt op den
dag na Nieuwjaarsdag, op den Nieuw-
jaarsdag gelegenheid zal worden gegeven
de kaas op de markt te plaatsen.
WAARSCHUWING.
Wij herinneren er aan, dat er maar een
looper NIEUWJAARSADVERTENTIES
voor de ALKMAARSCHE COURANT
ophaalt.
Hij geeft daar voor kwitanties af, zoo-
dat ieder in de gelegenheid is zich er van
te overtuigen, dat zijn advertenties voor de
Alkmaarsche- en, niet voor een andere cou-
rant worden opgegeven.
In het nummer dat WOENSDAG 31
DECEMBER verschijnt, zal wederom ge
legenheid bestaan tot het plaatsen van
NIEUWJAARSWENSCHEN
a 50 cent a contant.
DE DIRECT1E.
Zij, die zich met 1 Januari voor minstens
3 maanden op dit blad abonneeren ontvan-
gen de tot dien datum verschijnende num-
mers franco en gratis.
DE DIRECTIE.
UIT KOEDIJK.
De gistermiddag gehouden raadsvergade-
sfng werd door alle leden bijgewoond.
Na opening en lezing der notulen, die on-
yeranoerd werden goedgekeurd, stelde de
jroorzitter aan de orde:
1. Ingekomen stukken. a. Van Ged. Staten
goedkeuring van het raadsbesluit inzake een
geidleening van ten hoogste 17000, geslo
ten met de spaarbank te Alkmaar,
b. Idem suppletoire begrooting.
c. Idem wijziging reglement Burgerlijk*
Armbestuur.
d. Van den minister van O., K. en W. be-
rieht dat de gemeente Koedijk 1981.14 te
weinig heeft ontvangen voor vergoeding
der fijkskosten van het onderwijs over 1921.
e. Eenige berichten van aanneming van
benoemingen, in de vorige vergadering ge
da an.
f. Dankbetuiging van het personeel van
het vervolgonderwijs voor de verhopging
der vergoeding voor het geven van dat on
derwijs.
g. Van Ged. Staten bericht, dat het aaa-
deel van de gemeente Koedijk in de
begrooting van den keuringsdienst voor wa-
ren is gesteld op 338.78.
Al deze stukken werden voor kennisgeving
aanigenomen.
De Vorzitter deelde mede, dat op
verzoek van de commissie inzake het corres-
pondentschap voor de arbeidsbemiddeling
eervol ontslag is verleend als sub-correspon
dent aan het lid den heer Kramer. B. en W.
hebben in diens plants aangewezen op voov-
dracht van genoemde commissie den heer
Spaans.
B. en W. vroegen nu of de Raad wederom
50 wil toekennen voor dat correspondent-
schap.
De heer Mulder was er niet tegen als
de zaken maar goed behartigd worden. Hij
hoopte dat zulks zal geschieden.
De heer Van der Woude vroeg
om een overzicht van het aan het correspon-
dentschap verbonden werk.
De heer Hart gaf die inlichtingen.
Als de taak op het platteland gced wordt
opgevat, is er heel wat werk mee. Elken
avond moet zitting gehouden worden op een
bepaalden tijd en ook daarna bestaan nog
zedelijke verplichtingen. Door minder serieu-
se cpvatting wcrdt de zaak verwaarlfcosd en
dat is niet in 't belang van den werkgever,
noch in dat van den workman en in <jat ge
val zou het zoude zijn van het uitgegeven
geld.
De heer Van der Woude deelde
mede, dat de heer Spaans hem verzekcrd had,
al het mogelijke te zullen doen in het belang
der zaak.
De heer H art zei, dat in de buurt toch
ook leden der commissie wonen, die wel zul
len toekijken. Een correspondentschap is wel
lioodig.
De heer van der Woude meen-
de, dat de vorige correspondent de zaken
vvat verwaarloosde.
van Robert Louis Stevenson, geautoriseerae
vertaling van J. C. L. B. Pet.
4)
Toen stond ik stil en wachtte. In het huis
was doodsche stilte gevallen, een heele mi-
nuut ging voorbjj en niets bewoog dan de
vleermuizen boven mij. Ik klopte weer en luis-
terde. Intusschen waren mijn ooren zoo ge-
wcon geraakt aan de stilte, dat ik binnen de
klok hoorde tikken, die langzaam de secon-
den telde, maar wie er ook in huis was, bleef
doodstil en moest zijn adem hebben ingebou-
den.
Ik dacht een oogenblik over wegloopen,
maar mijn boosheid kreeg de overhand en
inplaais daarvan liet ik schoppen en vuist-
slagen regenen op de deur en riep luid om
mr. Balfour. Ik was druk bezig, toen ik het
kuchje recht boven mij hoorde; ik sprong te
rug en keek op en zag het hoofd van een man
met een 'groote slaapmuts en den trecbter-
vormigen mond van een donderbus, in een der
ramen van de eerste verdieping.
„Hij is geladen", zei een stem.
,,Ik kom hier met een brief", antwoordde ik,
wvoor mr. Ebenezer Ba'four van Shaws. Is
Wethouder Visser verzekerde dat het
commissielid Schuur gezegd had, dat alles
goed in orde was.
Het toekennen van 50 vergoeding werd
goedgekeurd zonder hoofdelijke stemming.
De Voorzitter deelde mede dat B.
en W. op 11 Dec. een bezoek hebben ge-
bracht aan de nieuwe woningen. De indruk
was zeer guns tig geweest. s
Punt 2. Van het informatiebureau van de
Nederlandsche Vereeniging voor landverhui-
zing te Den Haag was ingekomen een verzoek
om steun door toetreden als lid tegen 25
jaarlijksche contributie. Het verzoek ging ver-
gezeld van een uiteenzetting van het werk,
dat het bureau zich ten doel stelt.
B. en W. erkenden dat in de onderhavige
omstandigheden veei nut in emigratie kan
liggen en betreurden, dat het Rijk geen steun
meer verleent als tot dusver, maar zij kor.-
den toch geen vrijheid vinden c.m voor te stel-
len het verzoek in te willigen.
De heer Mulder zou wel willen toe
treden wegens het groote nut, dat goede voor-
lichting bij emigratie heeft.
De heer Van der Woude achtte
het lidmaatscbap financieel bezwaarlijk,
maar we nice ten bedmken, zei hij, dat iemand
die emigreert, veelal zijn gezin voorloopig
achterlaat cp kesten der gemeente.
De heer Mulder betoogde, dat zij,
die widen emigreeren, juist hulp en voorlich-
ting noodig hebben.
De heer Van d er Woude: Laat
het Rijk dan helpen.
De heer Hart meende, dat het een
zuiver Rijksbelang is, want lang niet alle go-
meenfen hebben belang bij emigratie. Spr.
deelde een geval mede, waarin voorlichting
noodzakelijk was geweest.
De Voorzitter zei nog, dat het
Rijk den steun heeft verminderd, zoodat het
bureau nu niet meer kan werken, zooals to!
dusver. Spr. meende, dat Koedijk voorloopig
nog niet hoeft toe te treden, omdat het belang
bij emigratie hier niet groot genoeg is.
Alzco werd besloten zonder hoofdelijke
stemming.
Punt 3. Verzoeken van Wed. van der Zeij-
den en P. Slot om ontheffing van honden-
belasting, daar de betreffende dieren niet
langer dan een half jaar in hun bezit zijn
geweest- De gevraagde ontheffing werd over
een half jaar verleend.
Punt 4. Van het bestuur van de georgani-
seerde arbeidersbonden v/as ingekomen een
verzoek om het vrceger genomen besluit in
zake werkloosheiduitkeering te band haven
B. en W. hadden gemeend afwijzencf te
mceten adviseeren.
De Voorzitter vreesde, dat Ged
Staten de gevraagde handhaving, die een af-
wijking van het voorschrift beteekent, niet
zullen goedkeuren. Het Burgerlijk Armbe-
stuur zal de ondersteuning moeten behande-
len. B. en W. stelden voor het adres in
handen te stellen van het B. A. en daarbij
dat college in overweging te geven elk geval
op zichzelf te beschouwen.
De heer Van der Woude vroeg
wat veiieden jaar de kesten waren geweest
voor het Burgerlijk Armbestmrr.
Ruim 770, antwoordde devoorzitter.
De heer Van de r Woude was
overtuigd, dat de arbeiders het geld zeer
gced kunnen gebruiken, maar het offer
wordt op den d'uur te zwaar. Als het nu nog
alleen vcor de ouderen was
De prikkel tot werk zoeken moet blijven
bestaan. De werldoosheid kost jaarlijks veel
door de veenderij. Laten de werkloozen gaan
venten met turf.
De heer Hart meende, dat zooveel
mcgelijk meet worden voorkemen, dat de ar
beiders in verval komen, maar parasiteeren
op de openbare kas zou spr. niet dulden en
hij zou daar zeer sterk tegen oprreden. Als
er werk is, moet d:e arbeidei- bereicl zijn het
te verrichten. Als er turf te venten is, is dat
werk, maar de turf moet verhandelbaar zijn
Niet ieder kan als koopman optreden, dit
moet men wel bedenken. Maar spr. zou der-
gelijken verkoop wel willen probeeren. Als
de arbeiders zich niet houden aan de voot-
schriften der organisatie, verliezen zij het
recht op steun. Het B. A. kan geen strop
hebben bij slecht opvatten van hunne plich-
ten door de arbeiders; de organisaties moeien
er op tcezien en van voorkomende gevallen
van plichtsverzaking op de hoogte gesteld
worden. Spr. verwachtte voor dezen winter
niet veel werkloosheid.
Wethouder De Geus meende, dat er bij
steun wegens werklcosheid geen rekening
mee wordt1 gehouden als een arbeider een
paar dagen in een week heeft gewerkt. Spr.
witde liever niet dat de ondersteuning ging
via den pehningmeesfcer der organisatie, om
dat die zoo licht geneigd' is dergelijke dingen
over't hcofd te zien. De nu aangeboden re-
geling geeft den grootsten waarborg voor 'a
voorzichtig beheer der werkl oozenkas. Dat de
eerste zes dagen werkloosheid niet worden be-
taald, is een voorschrift van den minister.
Men mag niet zooveel uitkeeren, dat bij werk
loosheid de uitkeering even groot is als de
verdienste bij het verrichten van arbeid.
De heer At u 1 c! e r kon aich er niet mee
vereenigen de mfkeerkig In Traflden fe stel
len van het B. A. Spr. zette uiteen, dat bij
werkloosheid een gezin met vijf kinderen nog
slechts 12.80 kan krijgen, wat toch zeker
niet te veel is.
De heer Hart memoreerde, dat de admi-
nistrateur van het B. A. had gezegd, dat
juist als de uitkeering ging via den penning-
meester der organisatie, de controlc het beste
was uit te voeren. Fraude is niet mogelijk, om
dat de kaarten alles uihvijzen, gelijk spr.
uiteen zette. Mocht een georganiseerd arbei
der er in slagen onrechtmatig een uitkeering
te verkrijgen, dan moet de organisatie dit
terug geven. Bij een ongeorganiseerd arbei
der is het terug krijgen niet mogelijk.
Spr. zei nog, dat uitkeering slechts ver-
kregen wordt als iem>r.d minstens drie da
gen in een week werkioos is en dsn gaat de
uitkeering nog per dag, dus als iemand twee
dagen wcrkt in een week, krijgt hij slechts
ondersteuning voor vier dagen.
De heer De Geus achtte voeling tus-
schen de organisatie en het B. A. uitstekend,
maar wilde toch de uitkeering doen geschie
den door het Armbestuur, omdat men eerbied
moet hebben voor hen, die zoo weinig moge
lijk bij liet Armies uur komcn Het geld, dat
door den penningmeester der organisatie
wordt uitgekeerd, is toch ook het geld van
het B. A.
De heer Hart betoogde, diat het demora-
liseerend is, als een man, die jaren lang al-
lijd voor zich zelf heeft kunnen zorgen, ten-
gevolge van de crisis naar het B. A. moet
gaan. Die gang is zeer zwaar en dnarorn
wilde spreker het siempel der armbedeeling
van de werklooshei dsui tkeering wegnemen en
die uitkeering doen plaats hebben door de
organisatie.
"De heer Van der Woude geloofde dat
er wel arbeiders zijn, die over de kwestie den-
ken zcoals de heer Hart, maar toch was spr.
tegen de werkloosheidsuitkeering. Spr. noemde
een geval van een man, die in den afgeloopen
zemer niet meer dan vier dagen per week wou
werken en nu om werkloosheidsuitkeering
vraagt.
Do heer Hart keurde dit af, maar betoog
de, dat men van zulke gevallen de goedwil-
lenden toch niet de dupe mag doen zijn. Een
man als door den heer Van der Woude be-
doeld, zal toch aankhppen bij het B. A.
De heer O u d noemde een geval, waarbij
eenige arbeiders fraude hadden gepieegd*
De heeren M u 1 d e r en Hart deeiden
mede, dat die menschen terdege zijn ge-
straft, en dooi" het armbestuur en door de or
ganisatie.
De heer Hart betoogde tegenover weth.
de Geus, dat voeling tusschen den penning-
i meester der organisatie en het B. A. niet
ncodig is, als dit laatste college de uitkeering
regelt.
De heer D^e Geus wilde, dat de pen
ningmeester eike week zijn lijsten ter inzage
geeft aan het B. A.
De heer Hart zette uiteen, dat de lijsten
dfer organisatie alleen aangeven den stand der
werkloosheid. Aides is secuur geregeld, de af-
deelingskas is er voor verantwoordelijk. Spr.
verzettc zich er tegen de werkloosheidsuit
keering te verlagen tot armenzorg.
De heer Van der Woude was het met
den heer de Geus eens, dat de uitkeeringen
moeten gaan via het Burgerlijk Armbestuur
en dat elk geval afzor.derlijk moet worden be-
oordeeld. zulks met het oog op het door hem
genoemde geval.
Nadat nog de heeren O u d en Hart had
den gesproken, stelde de heer Van d e r
Woude voor alleen steun en toeslag te
geven aan arbeiders boven 60 jaar.
Wethouder Visser wilde het adres be-
handelen, zooals het is ingekomen en dus be-
slissen of de uitkeering al dan niet zal wor
den geregeld zooals verleden jaar.
De heer Hart betoogde, dat er niet over ge-
stemd behoeft te worden, want Ged. Staten
zullen het niet goedkeuren. Men kan echter
het adi*es stellen in handen der commissie uit
dsn Raad, B. A. en organisatie.
De heer M u 1 d e r zou niet meedoen aan
het afzcnderlijk behandelen van elk geval.
Weth. Visser vroeg den heer Hart,
waarom hij ais voorzitter der organisatie
eigenlijk'het adres had gezonden, als hij wist,
dat de Raad het meet afwijzen.
De voorzitter wilde het voorstel van
B. en W. in stemming brengen.
De heer Hart diende een voorstel in van
dezelfde strekking als het adres: regeiing
als verleden jaar.
De heer Van der Woude haildhaafde
zijn voorstel.
Wetli. D e Geus betoogde, dat verle
den jaar toch ook al elk geval op zichzelf
werd behandeld en dat het fout is dat de
penningmeester der organisatie de grootte der
uitkeeringen bepaalt.
De heer H a r t zei, dat het B. A. toch
steeds de uitkeering b paaH, gezien het recht
om af te wijken van het advies van den pen
ningmeester der organisatie.
De heeren Mulder en Oud verzetten
zich er tegen, dat de arbeiders persoonlijk
hun ondersteuning van het B. A. moeten ha-
len.
hij hier?"
„Van wie is het?" vroeg de man met de
donderbus.
„Dat is geen antwoord", zei ik, want ik
begon woedend te worden.
„Wel", was het antwoord, „je kunt hem
neerleggen op de stoep, en maken, dat je weg-
komt."
„Ik denk er niet aan", riep ik, „ik zal hem
afgeven aan mr. Balfour in perscon, zooals
de bedoeling was. Het is een introductie-
brief".
„Een wat?" vroeg de stem, scherp.
Ik herhaalde, wat ik had gezegd.
„Wie ben je zelf?" was de vclgende
vraag, na een lange pauze.
„lk schaam me niet, mijn naam te noe-
men", zei ik, „ik heet David Balfour."
Ik was er van overtuigd, dat de man op-
schrok, want ik hoorde de donderbus klette-
ren op het veusterkozijn, en pas na een heel
lange pauze volgde, met een wonderlijke ver-
anderde stem, de volgende vraag: -c
„Is je vader dcod?"
Ik was hierdoor zoo verrasf, dat ik geen
antwoord kon vinden, maar ornhoog bleef
staren.
„Zoo", vervolgde de man, „hij zal zeker
dood zijn en daarom kom je aan mijn deur
rammelen".
Een nieuwe stilte en toen klouk het ujt-
dagend
„Wel man, ik zal je binnen laten", en hij
verdween van het venster.
HOOFDSTUK III.
Ik maak kennis met mijn oom.
Even daarna een luid gerammel van ket-
tingen en bouten, en de deur werd voorzich
tig geopend, om weer te worden gesloten
zoodra ik binnen was.
„Ga naar de keuken en blijf overal af", zei
de stem, en terwijl de bewoner van het huis
zich bezig hield met de deursluitingen weer
op hun plaats te brengen, ging ik tastend
vooruit en trad de keuken binnen. Het vuur
was tamelijk heider opgebrand en verlichtte
de kaaiste learner, waarop ooit mijn oogen
hadden gerust. Een half dozijn borden stond
op de planken, de tafel was gedekt voor het
avondeten met een kom pap, een hoornen le-
pel en een glas licht bier. Behalve wat ik
heb genoemd was er niets in die groote leege
kamer, met haar steenen gev\eif, dan geslo
ten kisten, op een rij langs den muur, en een
hoekkast met een hangalot.
Toen de laatste ketting was vastgemaakt,
kwam de man bij mij. Hij was een armelijk,
g-ebogen smal kereltje met een ieemkleurig
gezichtzijn leeftijd kon alles zijn tusschen
vijftig en zeventig. Zijn slaapmuts was van
Refvoorstel-v. d. Woude weal niet gesteund
en verviel dus.
Het voorstel-B. en W. werd hierop aange-
nonien met 4 tegen 3 stemmen. Voor de hee
ren Van der Woude, c.e Geus, Visser en Kra
mer.
Punt 5. 'Adres van de Woningbcuwvereeni-
ging „Goed Wonen" om een bedrag van
540 en 90 voor aanleg waterleiding, be-
nevens 162.24 en 24.12 subsidie voor wa-
terleiding. Adressant zette uiteen, dat bij den
bouw geen rekening kon worden gehouden
met deze bedragen, die de exploitaiierekening
bezwaren en dat huurverhooging mdmenteel
enmogelijk moet worden geacht
De voorzitter zei dat het adres B. en
W. verhaasde, omdat de aanleg. der water-
leiding reeds is geschied. De inkomens van
eenige der bewoners van genoemde woningen
zijn liooger dan adressanten aangeven. B.
en \V. adviseerden afwijzend le beschikken op
het verzoek, omdat het van te verre strekking
is.
De heer Van der Woude was het eens
met B. en W., omdat het tegenover de andere
gemeentenaren niet aangaat bedoelde bewo
ners vrij water te geven. Als het verzoek
wordt ingewilligd, zal men ook voor andere
ingezetenen de waterleiding moeten betalen.
De heer Hart betoogde, dat bij den wo-
ningbouw gebleken was, dat men toch in elk
geval moest aansluiten op de waterleiding,
omdat men geen goed water in voldoendc
hoeveelheid kon krijgen, en daarom werd zij
direct aangelegd. Door de waterleiding echier
moet de huur verhoogd worden en dat wil
men zien te voorkomen. En waar de zooveel
duurdere aanleg in het huis van den dokter
b.v. door de gemeente betaald is, wordt ge-
poogd ook die in bedoelde huizen vanwege de
gemeente te doen 1 geschieden. Huurverhoo-
ging is toch niet mogelijk.
De Voorzitter maakte duidelijk, dat
voor den aanleg in de huizen van den dokter
en den b urge, ice e'er toch eerst de Raad is ge-
vraagd, terwijl de Bouwvereeniging eerst den
aanleg tot stand bracht. Voorafgaande _be-
sprekingen hadden veel kunnen opnelderen en
dan was er misschien een weg gevonden.
De heer V a n der Wo u d e vend het
motief van huurverhooging een „motief van
niks". Men had geen waterleiding moeten
aanleggen in die huizen. Nu men voelt, dat
het voor de vereeniging bezwaarlijk wordt,
wil men de waterleiding door anderen laten
betalen, die het echter evenmin kunnen.
Weth. d e Geus ontkende, dat de huur
van bedoelde huizen te hoog zou zijn. Wat
betreft liet aan huur betaalde percentage van
het inkomen, meende spr., dat het adres fou-
ten bevat.
De heer Hart hield vol, dat er menschen
zijn, die 22 pCt. van hun inkomen betalen,
en dat is toch te veel.
De heer d e Geus meende, dat het Fran-
sche woord in den aanhef van het adres er
op wijst, dat het niet is opgesteld door man-
netjes van hier.
De heer Visser: De heer Westerhof.
De heer Hart ontkende dit. De vereeni
ging heeft contact met een groote vereeniging
en daar kan het toch ook van zijn.
De heer d e G e u s: Men kan het abonne-
ment der waterleiding toch apart innen.
De heer Hart: Is dat dan geen huurver
hooging?
De heer d e Geus legde uit, dat de aan
leg der waterleiding toch door de gemeente
moet worden betaald, als de vereeniging het
niet kan, maar om ook nog het water-abonne-
ment voor rekening der gemeente te nemen,
gaat toch te ver.
De heer Visser vond ook dat het niet
aangaat, dat de gemeente het abonnement
betaalt.
De heer Oud kon volkomen met het voor
stel van B. en W. meegaan, omdat anderen
toch ook zelf moeten betalen.
De heer Hart vroeg of het niet wensche-
lijk is, dat B. en W. nog eens een onderzoek
instellen bij 't bestuur der Woningbouwver-
eeniging en dan in de volgende vergadering
met een voorstel komen.
De heer Van der Woude vond geen
motieven hierop in te gaan.
Pe heer Mulder waarschuwde voor
overhaastiiig. De minister gevoelt wel voor
huurveiiaging van huizen van vvoningbouw-
vereenigingen, en als er nu eerst nog eens
een conferentie komt, kan dat misschien klaar
komen. Spr. was er in elk geval tegen dat de
gemeenschap het abonnement der waterlei
ding betaalt.
De heer Hart vroeg of men het niet te
hoog vindt, als men 22 pCt. van zijn loon
aan huur moet betalen.
De Raad zei volmondig „ja", maar voegde
er bij monde van weth. d e Geus aan toe,
dat die huizen daarom nog niet te duur zijn,
maar wel ijn ze dat voor de tegenwoordige
bewoners.
Weth. Visser: Als de minister de buren
verlaagt, is dit een reden te meer om de wa
terleiding door de menschen zelf ie laten
betalen.
De heer d e Geus zou geen bezwaar te
gen uitstel hebben, als de bouwvereeniging
maar niet reeds voor de bewoners betaald
flanel en ook het slaapjasje, dat hij inplaats
van jas en vest droeg over zijn gerafeld iiemd,
was van flanel.
Hij had zich in lang niet geschoren, maar
wat mij het onaangenaamst aandeed en mij
zeifs bang maakte was, dat hij geen oogen
blik de oogen van mij afhiekl en toch mij
niet recht in het gezicht keek. Wat hij was,
van beroep of van geboorte, was meer dan ik
ken gissen. Maar hij leelc het mees: op een
oud, aftandsch bediende, die waarschijnlijk het
tceziclit had over dit groote huis.
„Heb je honger?" vroeg hij, terwijl zijn
biik op mij rustle, ongeveer ter hoogte van
mijn knie. „Je kunt dat beetje pap dpeten."
Ik antwoordde, dat ik vreesde zijn souper
op te eten.
„0", zei hij, „ik kan er best buiten. Maar
ik zal het bier nemen, om mijn keel vochtig
te houden voor den hoest". Hij drenk het half
leeg, nog altijd zijn oogen op mij gevestigd
houden en stak toen plofseling de hand uit.
„Laat dr ef eens zien", zei hij.
ik ver: hem, dat de brief voor mr. Bal
four was niet voor hem.
„En wie denk je can dat ik ben'" vroe"
hij, ,.geef me Alexanders brief."
„Ken je den naam van mijn vader'"
Het zou wel vreemd zijn, als ik dien niet
kende,antwoorode !iij. ,Tiij was mijn cinen
broei, even zeker als jou mijn hi us en mijn
N. V. Beek- en Handelsdrukkerii
V.h. HERMS, COSTER ZOON, j
Voordam G 9, Alkmaar,
is HET ADRES voor
I
mmt
had, Stellen we uit en blijft de vereeni.e be
talen, dan wordt liet later te veel en ie movi-
lijk voor de menschen om terug te beie-ieu.
De heer vand'erWoude: Met vcrgelijk
van den heer Hart met de woningen van den
dokter en den burgemeester met die der
bouwvereeniging gaat niet op. De eerstge-
noemde zijn gemeentewoningen en de andere
niet.
Het voorstel van B. en W. om het verzoek
af te wijzen werd aangenomen met d stem
van den heer Hart tegen.
Punt 6. Geidleening van boogstens
20.000, aflcsbaar 1 Nov. 1925, aan te
gaan bij de Coop. Boerenleenbank.
Goedgekeurd.
Punt 7. In verband met de go&dgekeurde
wijzigingen van het reglement voor het B.
A. boden B. en W. een voordrachi aan voor
een vierde lid van dat college, waarop oor-
kwamen de heeren van der Woude en A. j.
Verduin.
Met 5 stemmen werd de heer Van der
Woude gekozen. Hij nam de fceno aan.
Punt 8. Suppletoire begrooting tot een
bedrag van 8393.69. Vastgesfeld
De Voorzitter sloot iiierna de verga
dering, den Raad dankende voor de wijze
waarop de zeer belangrijke pur.ten dc1 agen
da waren behandeld. Spr. was ov n •{d dat
men hierbij de personen van de zaken had
gesclieiden op die goede wijze, die in dezen
Raad gebruikelijk is.
UIT HEEKHUGQWAARD.
(Vervcig raadszi iling)
Door ten aanial ingczeieaen is een ecvek
tot den Raac, gericht tot invoeririg van tai
iiondenbelasting. Uit.de besprelciagai bkek,
dat men in sommige buurten. zeer v:cl las:
van ioslaopende houden hcefc en soms zeits
schade.
Uitvoerig werd over deze zaak gcuisctissi-
eeixt, waarbij stemmen opgingen oni trek- ;t
waakhonden niet of zeer Mcht te belasien en
het dragcti eener penning verpiie...en. te
stellen; sommige raadsleuen waren van eor-
deel, dat het euvel er niet sterk door hc-str: en
zal worden, anderen achtten dit wel hex ge-
val. Besloten werd hondenbelasting in te voc.
ren, vvaarna B. en W. werd epgclragva kk- r.
omtrent een verordening te on:v. i, e
in de volgende vergadering dan beluu cte c k -i
worden.
Hieraa deelde de voorziiter mede. <h bij
den gemcente-ontvanger door B. en W. kas-
verificatie is gehouden; wat de gcn>. a. be^
treft liep dit over 65709.29, voor -
trisch bedrijf f 3642,62%. Werd voor kuanis-
geving aangenomen.
Aangezien de gemeente-onlvanger voor een
jaar is benoemd, moet opnieuw herb, aoeming
van dezen ambtenaar plaats hebben. De s mi
ming, hiervoor gehouden, wees uit. dtu
licer Hoogland met algemeene stemmen ais
zoodanig werd herbenoemd.
Naar aanleiding van een verzoek tot elec
trificatie van den Rustenburgerweg is ccn on
derzoek ingesteld, waar.van liec resuUaar is,
dat tengevolge dier weinige aansiudingai,
deze eon verlies van ongeveer 20- per jaar
met zich zou brengen, terwijl dan nog niets is
berekend v#or onderhoud van het nek. Beslo
ten werd, eerst af te wachten oi dcclname
aldanr meer algemeen is verzekerb, terwijl nu
nog .aaar enkcien zich voor aan&luiting heb
ben verklaard1.
Ioigevolge het ontslag aan den heer EI. Retj-
ne moest een lid worden benoemd voor de
commissie tot wering van school cizuirn.
Door B. en W. werden aanbevolen de heeren
P. Blauw en J. D. van de Busse. Eersige-
noemde verkreeg 10 van de 11 stemwen.
De leden der commissie van bijstand voor
het electriciteitsbedrijf moieten teiken jare af-
treden, zoodat verkiezing voor het jaar 1925
moest plaats hebben. De heeren jb. Blotu,
C. Poland en P. Tromp werden respectievelijk
met 9, 9 en 10 stemmen herkozen en ver-
klaarden die benoeming weer aan te nemen.
De voorzitter beval opnieuw de belangetn
van het bedrijf bij deze heeren aari.
Uit het college van B. en W. heeft getfu-
rende 1924 de heer Wijnker gefungecrd is
voor 1925 de beurt aan dien burgemeester om
ais voorzitter op te treden.
Tot lid van het Burgerlijk Armbestuur
persoon en mijn goede pap niet aanstaan. Ik
hen je eigen oom, mijn waarde David en jij
mijn bloedeigen neef. Geef me dtis den brief
en ga zitten en vul je maag."
Wanneer ik een paar jaren longer was
geweest, zou ik gelcof ik zijn uilgebarsten in
tranen van schaamte, vermoeidheid en teleur-
stelling. Maar nu kon ik geen woorden vin
den en overhandigde hem den brief en begon
aan de pap, met minder eetlust dan ooit "een
jongen van mijn leeftijd had getoond.
Ondertusschen sloeg mijn oom, gebogen
over het vuur de blaadjes .van den brief om.
„Weet je, wat er in sfaat?" vroeg hij plot-
seling.
„U zief zelf, mijnheer", antwoordde ik, „dat
het zegel niet verbroken is."
„Ja", zei hij, ,maar waarom bom je dan
hier
„Om den brief af te geven". antwoordde
ik.
„Nu ja", zei hij sluw, ,,maar je hoopte toch
wel lets meer, is het niet?"
,,'Ik geef toe, mijnheer", zei ik, „dat ik,
toen ik hoorde, familie en vrienclen in goe-
den doen te hebben, de hoop kcesterde, dat
ze me zouden. helpen in mijn ieven. Maar 11;
ben geen bedelaar; en ik ben niet gekomen
om uw gunsten, en ik heb er geen noodig, die
niet vrijwillig worden gegeven. Want, zoo
arm als ik schijn, ik heb zelf vrienden, die
Wij zullen zijn, mij r- iie'.pen."
(Wordt vervolgd.)