Aikmaarsche Courant ■s 3 E Tijd, werk, verwarming li E Zaterdag 7 Febrnari. - min o, IKST Lontiensch Aanteekenboek. FEU1LLET0N. No. 38 1985 Honderd Zeven en Twintigsfe Jaargang, de het algemeen belang minder dient, dan erfiater heeft bedoeld en gewenscht. Dergelijke overwegingen hebben de Re geering er toe gebracht om een wetsontw»rp in te dienen onder den titel: „Herziening in het algemeen belang van bii erfstelling of legaat gemaakte bedingen Uit enze Staatsmacliine. geven. Hodges nam de hooge betreklnng met decorum waar en de geillustreerde bladen kunnen getuiget,,dat hij bij plechtige en za- kelij-ke functies. aan het ambt verbonden, in zijn uiterlijke verschijning geenszins onder- deed voor de mannen van hoogere geboorte, is If zeggen. 74 war neod-n^ *o*r Hodges; sich den weg van alle potten is o-egaan hij verloor zijn ambt door de nederlaag van i,„^ _i.„ sffie van den linker- of rechterhandschoen, wanneer de rechter of linker verloren was geraakt. Maar indien ge ooit nog eens een pot mocht hebben, een pot met plaatjes er op, of met piaatjes op hei deksei, een pot van een kunstzinnige margarine-, pomade-, poe- REGEEREN NA DEN DOOD. De titel klinkt wellicht wat vreemd in ver' band met den algemeenen titel van deze ru- briek. 't Is al erg genoeg, dat wij soms wat te hardhandig women geregeerd en de veron- derstelling, dat die strenge regeerders nog zouden naspoken na hun aftreden of zelfs na hun dood, zou sommigen den schrik om het hart doen slaan. Van zoo lets is hier geen sprake. Ieder, die een testament maakt of legatee „beschrijft" regeert na zijn dood: immers hij is het, die de verdeeling van zijn nalatenschap ter hand neemt. Veel kwaad is daar niet bij, vooral met, omdat hij bij zijn verdeeling gebonden is aan zekere algemeene regelen. Maar an- ders wordt het als de erfiater „in spe" be palingen maakt, die nog lange jaren, wel- licht ten eeuwigen dage moeten worden na- geleefd, terwijl de brave evenmin als ieaer ander in de toekomst heeft kunnen zien en kon weten, of na verloop van ettelijke jaren en eeuwen wat hij zich voorstelde nog wel uitvoerbaar zou zijn of doelmatig zou blijken. En nog bezwaar.ijker wordt de zaak, wan- neer niet aan personen of hun nakomelingen een last wordt opgelegd door de erflatmg, maar wanneer een openbaar lichaam staat voor de keuze: weigering van oe sehenking of gebondenheid tot in lengte van dagen aan den wil van den reeds sedert tientallen van jaen ot zelfs eeuwen overleden schenker. De tijden veranderen en de zeden en gebruiken evenzeer; daardoor komt soms „de laatste wil" van den erfiater in botsing met de maat- schappij en het maatschappelijk belang Met het bovenstaande is geen afk?urend oordeel uitgesproken over vroegere schenkin- gen en beschikkmgen en over degenen, die ze maakten; ten hoogste zou men den laat- sten kunnen verwijten, dat zij te kortzichtig zijn geweest om te beaenken, dat de weield verandert, of wel, dat zij te zeer overtuigd zijn geweest van hun goedhuc om te over- wegen dat zij door het voorschrijven van allerlei kleinigheden de waarde van hun sehenking twijfelachtig maakten. ouden datum en Friesland b.v. is rijk aan zoogenaamde „leenen" instellingen, waaruit iongelui een som trekken om hen in de gele- genheid te stelien te studeeren. Maar er zijn er onder, die ingesteld zijn voordat er uni- versiteiten waren, waardoor het oncluidelijk is wat er onder „studie" bedoeld wordt. Ook komt het.voor, dat aan een der bege- nadigden een jaarlijksche som wordt toege- kend, die in den tijd van de stichting voldoen- de kon geacht worden om er van te studee ren, maar die nu een „aardige bijdrage" is. De bekende Bumabeurzen in Friesland zijn ingesteld, toen het Gymnasium nog een 5- jarigen cursus had en degene, die nu een beurs heeft, komt een jaar tekort; de acade- mische beurzen worden ook maar voor 5 ja ren verleend, al eisch* het gekozen vak een langeren stud.etijd Bovendien is de jaarlijk sche uitkeering afhankelijk van de huursom van zekere boerenplaatsen, maar die huur is in den loop der jaren zeer afwisselend ge weest er waren jaren dat de bevoordeelden f 121500 per jaar ontvingen, maar het dubbele is ook mogelijk gebleken; zoodat het een zegen zou geweest zijn als de beheer- ders vrijheid hadden gehad in die vette ja ren de opbrengst over meer gegadigden te kunnen verdeelen. Daar bovendien 'niet is voorgeschreven, dat een fonds gevormd wordt, loopt deze of gene gevaar, dat in een van zijn trekjaren een belangrijke herstelling aan de boerenplaats moet geschieden, wat dan door hem bekostigd wordt. Aan al dergelijke bepalingen mag niet ge- tornd worden. Wat zoo met gelden gebeurt, geschiedt ook met verzamelingen van wetenschappe'.ijke- en kunstwerken en antiquiteiten en rariteiten. Zij worden aan bibliotheken en mosea ver- maakt onder strer>- voorwaarden, die later blijken niet of moeilijk uitvoerbaar te zijn of wel tot gevolg hebben, dat de verzameling niet voldoende kan worden geraadpleegd of meer de wenschelijkheid gemotiveerd om ge- stelde voorwaarden te wijzigen in het alge meen belang, de Minister .van O., K en W. en van Justitie halen concrete voorbeelden aan van dergelijke lastige testamentaire be palingen. Met Museum Meermanno-Westreenianum, een verzameling van zeldzaamh°den op vsr- schillend gebied en schilderijen mag op grond van dergelijke bepalingen slechts be- zocht worden op den eersten en derden Don- derdag van elke maand des voormiddags en des namiddags voor etenstijd door personen, die een biljet van toegang hebben van den tijdelijken Sibliofhecaris van de Koninklijke Boekerij te 's-Gravenhage. De verzamelde voorwerpen mogen niet worden uitgeleend en kunnen aileen geraadpleegd worden in te- genwoordigheid van een beambte. Zoodoende doet deze kostbare verzameling weinig nut. Te Amsterdam bestaat de Sophia-Augusta- Stichting, een verzameling aan de stad na- gelaten door Sophia Adriana de Bruyn, we- duwe van jhr. A. P. Lopez Suasso. De erf- laatster bepaalde, dat de verzameling zou te zien zijn tegen betaling van era gulden per persoon. Gevolg: er komt bijna niemand, omdat er te Amsterdam voor geen of weinig geld genoeg te zien is. De stichter van de reeds genoemde Buma beurzen, Liewe Annes Buma, overleden 2 Mei 1876, vermaakte aan de provincie Fries land een kapitaal van 100.000 met de be paling, dat jaarlijks 2000 moest worden cesteed voor een volledig overzicht in de La- tijnsche en Nederlandsche taal van de boek- werken, tijdschriften, opstellen en wat verder over de heele wereld uifgegeven was over Grieksche en Romeinsche taal- en letterkun- de. Zulk een overzicht is nog nooit geleverd en elk jaar komt er 1000 bij het fonds, waarvoor geen bestemming is aangegeven. Uit de gegeven voorbeelden zal wel blij ken, dat het wenschelijk is, dat er meer vrij heid bestaat om ten behoeve van het alge meen belang verandering te brengen in de bepalingen van het testament. Maar het zou onbillijk zijn en van weinig pieteit getuigen, als maar terstond de wil van den erfiater werd geschonden. Er wordt daarom voorge- steld, dat eerst 40 jaar na het overlijden van den erfiater verandering of herziening mag plaats hebben en dat de nieuwe bepaling moet aansluiten aan de bepaling van den erf later Zoo zou b.v. de f 1000 van wijlen den heer Buma niet anders mogen worden ge- bruikt dan voor wetenschappelijke doelein- den. De beslissing, of herziening noodig of wenschelijk is, wordt aan den Hoogen Raad toegekend. Een nadere herziening mag eerst 10 jaar na de eerste herzeining geschieden. Voordat de Hooge Raad beslist hoort hij de(n) echtgenoot en de wettige nakomelin gen, voorzoover zij aan een oproeping daar toe gehoor geven. De werklooze minister. Shaw in het variete-theater. De alge meene en de bijzondere rage Be- waart uw potdeksels! Frank Hodges, een goede dertiger, eens mijnwerker, later leider van miji.werk.rs, nog later burgerlijk minister van Marine (Civii Lord of the Admiralty), zal sterker dan ve len aan den lijve hebben gevoj'.d h„e grillig het lot met ons schepselen kan cmspringen brank Hodges liet voor het srst blijken wat hij in zijn mars had toen hij in 1920, ten tij- de van de groote mijnwerkersstaking, met Lloyd George toen hoofd van d- >.oalitie regeering onderhandelde over de eischen der mijnwerkers en over de middelen om aan den ondiageiijken toestand, ten gevolge van de staking ontstaan, een einde te maken. Die staking bracht den mijnwerkers op den duur geen voordeel. En dat feit heeft misschien wel invloed gehad op den loop der dingen, die dezen mijnwerkersleider, toen de Labour- zijn regeering en hij verloor zijn zefel in het parlement (die 400 pond per jaar en vrij rei- zen geeft) bij de sfembus Men hoorde ver- klaren, dat hij ernstig voornemens was weer de mijnen in te gaanin de eerste plaats om dat er mets anders op scheen te ziften, in de tweede plaats omdat hij meende zijn popu- lariteit bij de mijnwerkers, die naar men aan- ■nam had geleden, op deze wijze terug te kun nen winnen. Maar nu schijnt hij op andere en voor zijn talenten betere wijze te zijn gered. De Britsche mijnwerkers hebben voorgesteld, dat hij secretaris zal worden van de interna tional mijnwerkersfederatie, een post, die hem 500 pond geeft en vrije woning, licht en warmte. En aangezien de Britten door hun groot aantal bij de stemming in dat lichaam het overwicht hebben, zal hij het baantje wel krijgen. Iedereen kan nu tevreden zijn; de wereld in het algemeen ook, omdat Hodges hoe jong hij ook is een gematigd en praktisch en nuchter man is, die revolution- naire avonturen en geminnekoos met Moskou wel zal tegen gaan. Het tooneelwerk van George Bernard Shaw valt steeds meer binnen het bereik van de ge- wone menschen. Nog niet zoo lang geleden overheerschte de gedachte, dat deze tooneel- stukken niet voor zoogenaamde populaire consumptie geschikt waren, hoewel ze toch zeker wel waren gesenreven voor het groote publiek. Het was werk, zeide men, voor de „high brows" (kieskeurige intellectueelen) en die gedachte bleef de regisseurs en leiders van tooneelgroepen beheerschen. „Saint Joan", Bernard Shaw's laatste meesterwerk, is op het Londensch tooneel een groot succes gebleken. Maandenlang is het In een duur theater in het West End voor voile zalen ver- toond. Dat feit moest de gedachte, dat Shaw niet voor „populaire consumptie" geschikt was, op de vlucht jagen Dat is dan nu ook gebeurd. Hetzelfde stuk, dat uit het theater in het West End moest worden weggenomen, omdat de nachttermijn van het gebouw voor- bij was, wordt nu in een schouwburg in Noord-Londen vertoond tegen aanzielijk la- gere prijzen. En de eenvoudige man of de eenvoudigste vrouw, die veel meer begrip van en zin voor goed tooneelwerk heeft dan men denkt, vult er den schouwburg elken avond en er is geen reden waarom ait heugelijke verschijnsel niet nog maanden lang zal aan- houden. Nu gaat men nog verder. De cinema en de tingeltangel krijgen de concurrence van Shaw te verduren. ten theater in Chelsea, dat tot nu toe aileen revues en variete-voor- stellingen heeft gegeven, is een maand lang beschikbaar geworden voor het voeren van twaalf tooneelstukken van dezen grooten Ier. Zoo keert de meest artistieke en meest oor- spronkelijke vorm van „openbare vermake- lijkheid" terug en wordt een „music hall" de tempel van de schoonste muze van de plan- ken. Voor een shilling kan men op de galerij van dit theater „Pygnu.lion" bewonderen en men zal er kunnen vergefen dat het podium eerst was overgeleverd aan potsenmakers met roode neuzen, acrobaten en goochelaars De groote beteekenis van deze populariteit van Shaw is, dat ze het einde inluidt van dat tijd- perk, waarin werd geloofd dat aileen de „high brouws" intellectueel tooneel kon den waardeeren. Het is een heugelijk ding in een tijd, die de besdiuldiging van grofheid en glatheid in veel van zijn verschijnsel en niet kan ontgaan, dat waardeering en kennis van het beste in kunst en literatuur in breede la- gen der Britsche bevolking voorkomen. Londen kan het niet zonder rages stelien. Diabolo, Mah Jong, de kruiswoord-puzzle.... ze zijn of zijn geweest ieder op zijn tijd voor den geest van den Londenaar wat het brood is voor zijn lichaam. Maar er is adtijd een groep in de bevolking, die voor rages, „crazes" en manies d'en neus optrekt. In een met weg. Geef het niet aan den vuilnisman mee, laat er de kinderen niet mee spelen. Een Engelschman met verzamelwoed^, een pot- deksel-collectioneur, een pjtdeksel-kenner geeft er misschien geld, veel'geld op. Ik heb gehoord al kan ik voor de waarheid niet volstrekt instaan - dat een aardig ouu pot- deksej met figuurtjes er op aonlangs vijf en twintig pond sterling heeft opgebraGit, dat andere van tien tot twintig pond hebben op- gebracht en dat de gemiddelde koers twee pond is. Er is op het oogenblik veel vraag naar ge- wone ronde potdeksels, die in hun commer- cieele en utiliteitsdagen toen ze cog een en ondeelbaar waren met aen pot voor- kwamen dat de lucht haar bedervenden in vloed liet gelden op inguuaakt- garnalen en kreeften en zalmen, room of pastei Maar be- halve dat die pottendeksels den naam droe- gen van den fabrikant hebben ze ook aardige, fijn gedrukte landschapjes of figuurtjes van fijne, kleine vrouwtjes. Die figuurtjes werden in de keukens van een twintig dertig jaar of langer geleden schromelijk veronachtzaamd. De asebman kreeg ze, of het kroost of ze vyerden argeloos weggeworpen. Die dingen zijn nu tropheeen geworden, waarvan het be- zit diepe vervoering brengt in het hart van de meest moderne verzamelaars van Enge- land. De vervalschers zijn al aan den gang. Bij zooveel vraag en zoo weinig aanbod kon men niet anders verwachten. Vele koperplaten, waarop de voorstellingen der oude potdeksels werden gegraveerd, zijn nog aanwezig. En de industrie in duplicaten bloeit. Maar deze verzamelaars zijn niet voor de poes. Het zijn kieskeurige en artistieke menschen, die men niet licht knollen voor citroenen of duplicaat- deksels voor oorspronkelijke kan verkoopen. Die kleine, fijne barstjes in het glazuur ver- tellen of het deksei echt en oud, dan wel on- echt en nieuw is. Wel zijn de vervalschers handig in het namaken van die oude barst jes; maar het oog van den deskundige zal weten te vertellen of de barstjes natuurlijk of kunstmatig zijn. Het vasteland heeft van de potdeksels-manie vernomen. Czecho-Slowakije en Oostenrijk zenden moderne copieen naar de Londensche antiquitertenmarktmaar ze gaan er niet in. De meest gezochte dek- sels zijn van Engelschen oorsprong en kwa men omstreeks 1845 uit. Ze werden gemaakt voor rekening van fabrieken voor verduur- zaamde levensmiddelen door een pottenbak- ker in Staffordshire en de kopergravures wa ren van de hand van Jesse Austin, een zeer begaafd kunstenaar. Men kan hieruit leeren, dat artistieke reclame geenszins van dezen tijd aileen is. Maar dit is dan de rage van de kieskeurige groep, die de rage van het kruiswoordraadsel beneden zich acht. Londen, 28 Januari 1925 N,V, BOEK- EN HANOELSORUKKERiJ voorh. HERMS. COSTER EN ZOON. ZIET UWE DRUKWERKEN NA ONZE ZETMACHfNES STEL- LEN ONS IN STAAT U VLUG TE BEDIENEN VOORDAM C 9. ALKMAAR Provinciaal nieuws UIT KENNEMERLAND. De vorige week is ons overzicht achterwege gebleven omdat er weinig nieuws was. 't Is anders geworden dan we dit gewoon zijn. De zachte winter is allerminst gewenscht voor het bewaren en verzenden van diverse groenten en vooral geldt dit voor kool welke en tot rotting en gewichtsverlies overgaat en veel werk bezorgt, wat helaas de laatste twee weken niet betaald wordt. Boerekool is niet duur, doch woi'dt gere- geld afgenomen door de fabrieken. Spruitkool is niet bepaald mooi, doch de prijs valt mee, althans lste kwaliteit is duur. Het Witlof is het slecht gesteld. Het onnatuurlijke winter- weer met veel regen is nadeelig, ook is't lof niet mooi en de prijs van middelmatig tot slecht; aileen de sporadisch voorkomende partijtjes lste soort worden goed betaald. Bosgroente is ook niet meer zoo hoog in prijs, uitgezonderd prei en rabarber, voor regeering aftrad, in zulk een precaire positie vorige paragraaf had ik het over de „high zoover het lste soort is worden gespaard door te verven zonder koken met KOUDWATERVERF, merk „Vossekop in Ster". Waschgoed, schorten, blouses, kousen, handschoenen, enz., van zijde, halfzijde, wol, katoen en linnen wor den gemakkelijk in enkele minuten prachtig geverfd. KOUDWATERVERF merk „Y0S- SEKOP IN STER" spaart den verver. Te verkrijgen bij de Firma's W. Hartog, Spoorstraat 41, F. Berg, Hofplein 53. van Rooert Louis Stevenson, geautoriseerde vertaling van J. C. L. B. Pet. 37) HOOFDSTUK XX. De vlucht door de heide, de rotsen. Soms wandelden wij, soms renden wij, en naarmate de nacht vorderde, wandelden wij minder en renden meer. Ofschoon het land, oppervlakkig bekeken een woestenij leek, wa ren er toch hutten en huizen van menschen, waarvan we meer dan twintig passeerden, verborgen in beschutte plaatsen van de heu- vels. Wanneer we er een voorbij kwamen, liet Alan mij aileen, klopte op den wand van het huis en sprak een oogenblik aan het venster met den slapende, die was wakker gemaakt. Dit diende om het nieuws over te brengen, wat zoo'n eerste plicht was in dat land, dat Alan zelfs moest wachten, om ejaan te voldoen, ter wijl hij vluchtte voor zijn leven en zoo goed uitgevoerd door de anderen, dit in meer dan de helft van de huizen, waar we klopten, zij al hadden gehoord van den moord. In de anderen werd het nieuws met meer ontstel- plaatste. Maar van dien tijd af ook is hij be- kend gebleven als een begaafd en schrander man. Bij de jongste verkiezingen werd hij in zijn kiesdistrict door een conservatief versla- gen, zooals het geval was met verscheidene andere arbeidersleiders. Maar die anderen keerden weer in hun functies in besturen van vakvereenigingen terug. Aileen de vakver- eeniging der mijnwerkers, waarvan Hodges voordat hij in de politiek ging, secretaris was, kon hem volgens haar statuten niet meer terug nemen. De vakvereeniging had inmiddels een anderen secretaris gekregen, den rooden A. J. Cook, die tegenwoordig met zijn revoluttonnaire uitlatingen de gemeen- schap tracht te verontrusten. Mac Donald had Hodges bij de kabinetsvorming den post van Burg-rlijk Lord van de Admiraliteit ge- tenis dan verrassing ontvangen, voor zoo ver ik kon uitmaken uit de vrteemde taal en op den afstand, waarop tk mij bevond. Ondanks al onze haast began de dag te komen, teen wij nog ver van eenige schuil- plaats af waren. Wij bevonden ons in een woeste vallei, bezaaid met rotsen, waardoor een schuimende rivier stroomde. Wilde ber- gen stooden er omheen, er groeiden geen gras en geen boomen, en later heb ik soms gedacht, brows", de kieskeurige intellecteuelen met de hooge voorhoofden (daar is de term „high brow" waarschijnlijk van afkomstig). Dit slag menschen heeft nooit met de diabolo ge- speeld, heeft nimmer „Bridge" voor Mah Jong prijsgegeven en zou zich gesnapt voe- len, indien men hen over een kruiswoorden- raadsel gebogen zag. Maar zij behoeven niet zoo hoog te doen; want ook zij hebben hun rages, die zij misschien als kieskeurig geken- schetst willen zien maar die toch geestelijk niet verschillen van de populaire rages. Die menschen zijn op het oogenblik bezig deksels van potjes en potten te verzamelen. Gij hebt altijd gemeend, lezer, dat het deksei van een pot of een pul, die was gebroken, geen waar de, geen nut en geen reden van bestaan meer had; het ding verkeerde min of meer in de po- druppels. Alan zag links nog rechts, maar sprong op de middelste rots en viel daar op handen en knien om zich tegen te houden, want de rots was smal en hij zou voorover zijn geval len naar den anderen kant. Ik had nauwelijks tijd den afstand fce schahen of over het gevaar te clenken, toen ik hem was ge- volgd en hij mij opving. Zoo stonden we daar naast elkaar op een kleine rots, die glibberig was van het water, De vruchtenaanvoer begint sterk te vermin- deren, de handel hierin is echter goed; mooie appelen en vooral peien worden best betaald. De eerste spinazie is wederom aangevoerd en als het weer zoo zacht blijft, zal spoedig ander groente volgen. De veilingen van bloemen en bollen, welke hier worden gehouden, wijzan er op, dat Ken- r.emerland als zijtak van de bloefnen- en bal lencultuur al meer van beteekenis wordt er dat achten wij een gelukkig verschijnsel. Voor aardbeien, doperwten en boonen zijn de vooruitziclifcn gunstig, bloeinbollen zijn duur en gewild en de veilingen bewijzen dat de tuinders bijna alles optcoopen wat niet le- ve'baar (plantgoed) is aan bollen. De resultaten met het witlof welke de laat ste j'aren toch al van matig tot slecht is, geeft dat het de vallei Glencve was, waar de slach- met een veel grooteren sprong voor ons en de ting was in den tijd van koning William, razende rivier aan alle kamten. Toen ik zag, Maar de details van onze route ben ik kwijt, waar ik was, kwam een ellendig gevoel van daar onze weg nu eens bochten afsneed, dan gevaar over mij en ik bracht mijn nand voor veilig terecht. Ik was nu aileen op de rots, waardoor ik meer ruimte had, de brandewijn suisde in mijn ooren, ik had dit goede voorbeeld frisch voor mij en juist begrip genoeg, om te bessef- fen, dat, als ik niet dadelijk sprong, ik nooit zou springen, en wierp me vooruit met die soort booze wanhoop, die mij soms overvalt in plaats van moed. Zeker, het waren aileen mijn handen, die den leant bereikten, zij gle- den weg, grepen weer vast, gleden weer, en ik viel weer terug in de stroromversnelling, toen Alan bij beet had, eerst bij de haren, toen bij mijn boord en met veel inspanning mij op den weer groote om,wegen maakte, ons tempo zoo de oogen. Alan greep mij en schudde mij, ik kanit trok. Hij sprak geen wooixf, maar liep haastig was, en onze reis meestal 's nachts werd voortgezet en de namcn van de plaatsen. waarnaar ik vroeg en die ik hoorde meestal Keltisch waren en gauw door mij werden ver- geten. Het eerste licht van den morgen verlichtte voor ons deze troostelooze plek en ik zag, dat Alan zijn voorhoofd fronste. „Deze plaats is niet geschikt voor jou en mij," zei hij, ,Jiier komen ze zeker kijken". Daarop liep hij harder dan ooit naar den waterkant, op een plek, waar de rivier in tweeen was gedeeld tusschen drie rotsen. Het water ging er tusschendoor met een gedon- der, dat mijn maag deed trillen en over de zag dat hij sprak, maar het buldieren van den waterval en de verdooving van mijn geest be- letten mij hem te verstaan, aileen zag ik, dat hij rood was van woede en met zijn voet stampte op de rots. Met den zelfden blifc zag ik het razende water vlakbij en den mist, die om ons hing, en weer sloot ik mijn oogen en sidderde. Het volgende oogenblik had Alan de brao- dewijnflesch aan mijn Iippen gezet en mij gedwongen wel een kwart pint op te drinken. wat het bloed weer naar mijn hoofd deed stroomen. Toen zette hij zijn handen aan zijn mond, en brulde in mijn oor: „Hangen of ver- drinken!" draaide mij zijn rug toe, sprong weer voor zijn leven, en ik moest overeind wankelen en hem achtema rennen. Tevoren was ik moe geweest, maar nu was ik ziek en gekneusd, en half dronken van den brandie- wijn, ik struikelde telkens en had een steek in mijn zij, die me bijna te machtig werd en toen Alan tenslotte stdlhield onder een groote rots, die daar tuschen vele andere stond, was het op het nippertje van David Balfour. Een groote rots zei ik, maar eigenlijk waren het twee rotsen, die van boven elkaar raakten, beide ongeveer twintig voet hoog en op het eerste gezicbt onbestijgbaar. Zelfs Alan, of schoon hij klom, alsof hij vier handen had. slaagde er de twee eerste malen niet in, naar stroomversndling hing een lichte misrt van I over den tweeden tak van den stroom en kwam 1 boven tc komen. eerst de derdc maal, toen hij reden om de bakens te verzetten nu het getij verloopt UIT EGMOND AAN ZEE- Men deelt ons mede: In deze gemeente zijn eenige gevaillen ge- constateerd van eigenaardige toepassing der Leerplichtwet bij het Bijz. Chr. Onderwijs. Het betreft twee jongens, die daar als leer- ling zijn afgeschreven, terwijl leerlingen der openbare lagere school in soortgelijke ge- vallcn nog leerphchtig zijn. Waar luer dus sprake is van een cmgelijkc toepassing der wet, heeft de plaatselijkc afdee- ling van den Bond van Nederlandsche Onder- wijzers zich gewend tot dc Commissie tot wc- ring van Schoolverzuim, die deze zaak thans in onderzoek heeft. Nu de voetbalvefeeniging „Zeevogels" over een aardig terrein beschikt, tracht zij de attractie daarvan te verhoogen door een ont- moeting te bewerkstelligen tusschen twee flinke clubs. „Alcmaria I" heeft zich daartoc bereid verklaard, doch natuurlijk moet nog een geschikte tegenpartij gevonden worden. Zondag heeft er en ontmoeting plaats tus schen „Zeevogels I" en „Holland I". De gemeentei'aad kwam Donderdagavond wederom in spoedvergadering bijeen. Afwezig de heer Prins. Voorzittei" de heer C J. Eijma. Ingekomen was een adres van de organ isa- tie tegen alcoholmisbruik, waarin onder her- innering, dat in 1925 gelegenheid daartoe be staat, aangedrongen werd op beperking van het aantal gelegenheden tot verkoop van stcr- ken drank. Op voorstel van B. en W aan gen omen voor kennisgeving. Geheime besprekingen De vooi"zitter steldc voor daartoe over te gaan in comite-generaal. Aangezien de vergadering zich hiermede ver- eenigde, werden de deuren cresloten. UIT HEILOO. De Gemengde Zangvereeniging „Harmo- nie", beschermvrouwe Mevr. Maas Geestera- nus—de Lange, Directeur Joh. Brands, Alkmaar, gaf Donderdagavond haar eerste concert in „De Rustende Jager" voor een reeds te voren uitverkochte zaal. Hiervoor was medewerking verkregen van Mej. Maas Geesteranus, sopraan; mevr. Jongejan—de Jager, Alt; A. Onclin, tenor; Joh. Rotgans ,bariton (Schagen); Mr. A. D. van Regteren Altena, viool; mevr. Vrijer Eecen, piano; benevens een strijkorkest van eenige dames en heeren uit Alkmaar en hier. Door het koor, bestaande uit pl.m. 80 per sonen, werd allereerst „Serenade van een Landsknecht" van Orando di Lasso gezon- gen en met het eerste nummer was het bewijs geleverd dat de avond zou slagen. „Eece Quomedo Moritur", van 'Jacob Handel werd gevoelvol weergegeven. Mej. Maas Geesteranus zong d.,arna „Lied" van Bern. Zweers en „Zomermiddag" van Ulfert Schults. Daarna werden We vergast op een sonate v. Mozart met Mej. Maas Geesteranus (H u no) en de heer Regteren Altena (viool), \vt*3 ke onder de diepste stilte werd aangJioord. Het koor zong daarna „Wiegeliedje" van Roeske en „Kerstlied" van Bern. Diamant, van welken zang een zeldzame bekoring uit- ging. Daarna werd gepauzeerd. Dadelijk na de korte pauze werd gegeven „Het lied van de Klok", getoonzet door Andr. Romberg, 'tis een machtig werk, een uitbeelding in zang te geven en van Mej. Maas Geesteranus (sopraan) en Joh. Rot gans (bartion) werd niet weinig gevergd. Mej. Maas Geesteranus, wier zang ons in „Lied en zomermiddag" wat zwak van omvang toeleek, zong hierin zeer verdienste- lijk en hare mooie stem kwam goed uit. De heer Rotgans zingt buitengewoon ge makkelijk en zijn medewerking zal wel bij- zonder op prijs zijn gesteld. Een deel van het succes heeft hij zeker voor zijn rekening. De belanglooze medewerking van mevr. VrijerEecen, Mevr. Jongejande Jager en de heer Onclin wordt op niet minder lioo'- gen prijs gesteld: En wat te zeggen van het strijkorkest en van het koor? Zonder strijk orkest was zeker het mooie melodieuze niet zoo goed tot uiting gekomen. op mijn schouders stond. en met zulk een kracht opsprong, dat ik dacht, dat mijn slen- te.been was gebroken, kreeg hij vasten voet. Toen hij boven was, liet hij zijn leeren gordel zakken en met behulp daarvan en van een paar ondiepe holten in de rots, krabbelde ik naar boven, naast hem. Toen zag ik waarom wij dlaar gekomen wa ren, want de twee rotsen, waren 'beide wat uitgehold van boven en daar ze naar elkaar overhelden, vormden ze een soort trog of schotel, waarin drie of vier mannen konden liggen. Al dien tijd had Alan geen woord gespro- ken en had geloopen en geklommen, met zulk een wilde, zwijgende razende haast, dat ik wist, dat hij doodsbang was voor een* mishik- king. Zelfs nu we op de rots waren, zeide hij niets en ook verdween de frons niet van zijn gelaat, maar hij viel languit ueer en spreidde met een oog boven den rand van ooze schufl- plaats den ganschen omtrek af. Het was fiel der dag geworden, we konden de rotsachtige canten van de valid zien, en onderin, waar de groote rotsen gezaaid lagen, de rivier, de van den eenen kant naar den anderen kroo- kelde en wel witte watervallen vormde, maar nergens de rook van een huis en geen levend wezen dan een enkelen adelaar, die krijschenr om een ldio vlcxxc (Wqrdt .VttybTgfr -j nlaatcbp Maar wan rlton oj Anlr <A fill La I KrAnto" /Ja rAi.cin-n ImIaII^aI.1i i I TTp imirlifonoo*n7y\A«» ll i or whiC nn -7C± rv>i<5 mAfiefa 1 naoliJe I -r orr A oi Uii AnrAh U..1 J„.ai

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1925 | | pagina 10