Alkmaarsche Oourant
I
Brieveii nit Berlin.
1 i
I
Maandag 9 Maart.
FEUILLETON.
I 1
E E
57
1925
Honaerd Zeven en Twintigste Jaargang,
De dood van den Rijkspresident.
(Van onzen Berlijnschen correspondent).
Ber'iijn, 28 Febr. '25.
Geheel onverwacht is in enkele dagen het
levenslot van den eersten president van de
Duitsche republiek beslist. Midden uit de
nauwgezette vervulling van zijn verantwoor-
delijke beroepsplichten, van de hoogten van
het leven is Fritz Ebert weggeroepen van de
aarde.
Sinds het jaar 1888 heeft Berlijn het niet
beleefd, dat het Duitsche staatshoofd binnen
zijn muren overleed. Wei heeft de treurige ge-
beurtenis van nu cen ander karakter dan de
beide sterfgevallen 37 jaar geleden, toen kort
achter elkaar twee door roem en succes ge-
dragen leden van le Hohenzollern-dynastie,
de oude keizer, de grondvester van het Rijk en
zijn zoon, van wien zooveel verwacht werd,
ten grave daalden. Maar ook thans heeft eea
oprechte rouwstemming zich van de stad
meester gemaakt. Men hoopte na de gunsti-
ger berichten, die gisteren gepubliceerd wer
den, stellig, dat de president de gevolgen van
de operatie te boven zou komen. Een algemee-
ne neerslachtigheid was dan ook op de gezich-
ten der Berlijners te lezen, toen spoedig na 10
uur 's morgens de zwart-rood-gouden vlag-
gen op de openbare gebouwen halfstok gehe-
achen werden.
Vraagt men zich af, welken invloed Ebert's
plotselinge dood op zijn naam, zijn bekend-
heid en nagedachtenis zal hebben, dan komt
men tot de conclusie: in den zin van de antie-
ken moet hij gelukkig geprezen worden. Ware
het hem beschoren geweest, van het ziekbed
op te staan, dan stond hem zeer spoedig een
zwaren, hoogst onverkwikkelijken strijd te
wachten. In Juni van dit jaar zou in ieder ge-
val de nieuwe verkiezing van den rijkspresi
dent plaats hebben; de persoon van Ebert zou
het middelpunt van een niets ontzienden par-
tij-twist geworden zijn. Men zou, daarvan
kan men zeker zijn, een anderen president ge-
kozen hebben; want ook de millioenen, die het
diepste vertrouwen in Ebert hadden, zouden
juist uit een democratisch en republikeinsch
oogpunt en republikeinsch oogpunt een wisse-
ling van de persoqn van den hoogsten verte-
genwoordiger des rijks noodzakelijk achten.
In een vrijstaat zal men steeds de schijn ver-
mijden willen, dat een enkeling een blijvende
positie bekleedt, die ook maar uit de verte aan
monarchistische gewoonien kan doen denken.
Dan zou de nu overledene hebben moeten af-
treden. Hij zou een partijleider van de so-
ciaal-democraten geworden zijn, zooals hij
dat vroeger was, maar onder geheel andere
omstandighden, vijandig staande tegenover
verschillende kringen van zijn eigen partijge-
nooten, heftig bestreaen door den radicalen
linkervleugel. Op zijn hoogst zou hem, indden
de verhoudingen in de Duitsche politiek zich
weer naar links verschaven hadden, later nog
eens het ambt van rijkskanselier kunnen wor
den opgedragen, waardoor hij weer in den
maalstroom van partijstrijd geraakt zou zijn
Dat waren stellig geen vooruitzichten, die een
man zouden kunnen bekoren, die zoo lang en
met een zoo voorbeeldige bekwaamheid de
hoogste functie in het staat had bekleed. Zoo
als de hemel het wilde, is Fritz EbeTt „in de
touwen"*gestorven, zooals een Duitsche uit-
drukking luidt. Hij blijft in de herinnering
van zijn volk leven als de eerste president van
de republiek, en hij laat de zijnen achter als
de familie van den man. die voor alle tijden
onder dezen titel en slechts daaronder de ge-
schiedenis toebehoort.
Anders staat het. als we de vraag opwer-
pen, welken invloed Ebert's plotselinge dood
op het land, op de politieke toekomst van het
Duitsche rijk, zal hebben.
Nu eerst zullen de tegenstanders van rechts
en links, die den dooae met zoo grenzeloos
fanatisme bestreden hebben, erkennen wat
zij in Ebert bezeten hebben en nu verloren
hebben. Duitschland heeft de laatste jaren
geen groot aantal beteekenisvolle personen
gekend. Maar Ebert was een van de groote
figuren. Dat men dat naar buiten meermalen
niet zoo ervaren heeft als Ebert feitelijk ver-
diend zou hebben, was een van de qualiteiten
van zijn persoon. Hij wilde niet op den voor-
grond komen, hij wilde veeleer op den achter-
grond blijven om voor geen geld ter were id
ook maar den schijn op zich te laden, dat hij
zich zelf op den voorgrond zette. Maar in
stilte heeft deze mensch sedert den dag, waar-
op de ineenstorting van Duitschland aan de
geheele wereld bekend werd, buitengewcne
dingen gedaan. Aan zijn rustig overwegen 1 en
geest, zijn practischen zin, zijn echte vader-
landsliefde en zijn aangeboren taktgevoel
heeft Duitschland zeer veel te danken.
Tot dien dag in November 1918 waarop
het bericht kwam, dat Max von Baden, de
laatste rijkskanselier van het Duitsche Kei-
zerrijk zijn ambt aan den „afgevaardigde
van kojcu louis Stevenson, geautonseerde
vertaling V2n J. C. L. B. Pet.
58)
„Dat heb je heel goed bedacht," zei hij „en
ik geloof dat ge geen beter man had kunnen
vinden om het zaakje op te knappen dan Alan
Brech. Het is niet iets, dat iedcreen kan doen,
onthoud dat, maar er is een scherpzinnig man
voor noodig. Maar ik bedenk daar, dat die
advocaat van jou me never niet zal zien," zu
Alan.
Daarop riep en wuifde ik tot mr. Ranheil-
lor, die alleen naar voren kwam en werd voor-
gesteld aan mijn vriend mr. Thomson.
„Mr. Thomson" aangenaam kennis te ma-
ken zei hij, „maar ik heb mijn bril vergeten,
en onze vriend hier, mr. David (hij klopte
hierbij op mijn schouder) kan u vertellen, dat
ik bijna blind ben, zoodat u niet verwonderd
moet zijn, als ik u morgen voorbij loop."
Hij zei dit, omdat hij Alan er een gemoegen
mee dacht te doen, maar de ijdelheid van den
Hoogl ander werd wel door kleinere dingen
gekwetst.
„Wel mijnheer," zei hij stijf, „ik geloof, dat
Ebert", den voorzitfer van de sociaal-demo-
cratische rijksdagfractie had overgedragen,
was zijn naam alleen aan ingewijden bekend.
Zij wisten dat sedert langen tijd, zoodra er in
de sociaal-democratische partij moeilijkhedeu
waren, gevraagd werd: waar is Ebert. En al-
tijd weer gelukte het hem een uitweg uit de
moeilijkheden te vinden En toen in het uur
der vertwijfeling aan den leider der arbeiders-
partij de ongelooflijk moeilijke taak toeviel de
teugels van het bewind in handen te nemen,
toonde hij in nog veel sterker mate zijn onge-
wcne ialenten. Rijkskanselier was Ebert maar
twee dagen. De revolutie kwam en die wierp
het heele staatsgebouw omver. En toen in die
dagen uit de kleine schare van volksgevol-
machtigden zij naar voren kwamen, die uit
den dreigenden chaos orde en kalmte moesten
scheppen, was het wederom Ebert die ahe
-draden in zijn hand nam. En toen in den vol-
genden zomer, toen de in Weimar bijeengeko-
men nationale vergadering zich voor de taak
gesteld zag de door de grcndwet gegrondves-
te nieuwe republiek een hoofd te geven, was
er geen twijfel mogelijk, wie voor de plaats
gekozen zou worden.
Van dien dag af heeft Ebert het bestuur ge-
voerd. Dat kan men zeggen, ofschoon volgens
de bepalingen van de grondwet een bepaalde
actieve politieke rol niet aan den president is
toebedeeld. Maar als men van den Engel-
schen koning zegt, dat hij niet de macht heeft
wat verkeerds te doen, maar wel de macht iets
goeds te verrichten, dan geldt dat ook voor
den president van het Duitsche rijk, en Ebert
heeft bewezen in hoe groote mate de waarheid
van kracht kan wezen. Het wordt algemeeri
erkend, dat Ebert als president van de Duit
sche republiek, in deze zes jaren geen fout ge
maakt heett, geen onvoorzichtige uitlatingen
gedaan heeft, geen enkele handeling verricht
en geen woord gesproken heeft, dat niet volko-
nen in harmonie met de neutraliteit en de
objectiviteit van zijn positie. Het is ook waar,
dat hij zich in geen enkel geval de allure van
„regent" of „heerscher" heeft aangematigd,
noch in politieken, noch in maatschappelijken
zin. Men heeft in Duitschland voor den oor-
log genoeg ervaren, hoe gemakkelijk iemand,
die aan het hoofd van bet rijk staat, door een
cnomzichtige redevoering of een eigen mach-
tig ingrijpen onberekenbare schade heeft be-
rokkend, om het optreden van Ebert in dit op-
zich niet naar waarde te kunnen schatten.
Deze tact, deze natuurlijke waardigheid,
hebben in den loop der jaren steeds grootere
kringen in Duitschland leeren waardeeren.
Hoe verstandig en correct wist deze vroege-
re zadelmaker zich in elke positie, in elk ge
val te gedragen. Ik heb meermalen gelegen-
heid gehad hem op de avonden, die hij in het
presidentspaleis gaf voor de vertegenwoordi-
gers van kunst en wetenschap, hem in ge-
sprek met beroemdheden uit het rijk der litte-
ratuur, der muziek of der schilderkunst gade
te slaan, en telkens opnieuw heb ik weer be-
wonderd hoe hij de kunst verstond te luiste-
ren een kunst, die weinig kon'.ngen ver-
staan hoe hij zich liet wegwijs maken en
door zijn vragen bewees, dat in hem leefde
den gezonden en normalen zin van een een-
voudig mensch, die wilde meeleven in alles
wat de natie raakte.
Verleden winter had in Berlijn een verga
dering plaats van de vereeniging van Duit
sche leeraren. Men weet, dat in dezen kring
het Duitsch-nationale element, de tegenstand
tegen de republiek en de wensch naar herstel
van het keizerschap levendig is. Talrijke deel-
nemers van het congres hebben met zeer ge-
mengde gevoelens en een ietwat spottende
uitdrukking de uitnoodiging aangenomen, die
de president tot het congres richtte om een
avond zijn gasten te zijn. Maar ik heb met
eigen oogen gezien en eigen ooren gehoord,
hoe de vriendelijkheid en eenvoud van Ebert
al dien twijfel en die spotlust hebben over-
wonnen, hoe zij het paleis van den president
met heel andere gevoelens verlieten dan zij
er gekomen waren. Max Lieberman, de zeer
vereerde president van de -Berlijnsche Kunste-
naarsvereenig'ng en president van de Acade-
mie der Kunsten, heeft ronduit gegezgd:
„Ebert is een van de verstandigste en taktvol-
ste menschen, die ik ooit ontmoet heb".
Men moet zich schamen, wanneer men be-
denkt hoe deze man door de conservatieven
is beschimpt, cm niet te zeggen bespuwd. De
aanhangers van het oude regime met zijn
kastehuishouding maakten er zich vroolijk
over, dat de rijkspresident eenmaal zadelma-
ker was geweest. Alsof het feit, dat deze za-
delmaker president van de republiek weri,
niet juist zijn hoogsten roem beteekende. Hce-
veel moeite hebben zich de Duitsch-nationale
politici in de commissies van onderzoek uit
Rijksdag en Landdag niet gegeven om bij de
kwesties van de financieele schandalen iets te
vinden, dat Ebert compromitteeren kon; alle
pogingen in die richting zijn ten eenenmale
vergeefs geweest. De pijnlijke nauwgezetheid
van dezen oprechten vaderlander, van dezen
nooit op zijn eigen voordeel belusten man,
hebben alle intriges te schande gemaakt En
met ontzetting denkt men terug aan het
Maagdenburger proces, het proces, waarin
men den president heeft durven verwijten, dat
hij zich schuldig had gemaakt aan landver-
raad, omdat hij tijdens den oorlog bij een
het er weinig toe ctoet, omdat we lii-rr toeval-
lig samenkcmen, ierwille van mr. Balfour en
voor zcover kan zien, weinig anders gemeen
hebben. Maar ik neem uw verontschuldiging
aan, die hier wel gepast was."
„En dat is meer dan ik kon verwachten mr.
Thocnson", zie Ranheillor hartelijk, „en daar
wij nu de hoofdpersooen zijn in deze onderne-
ming, stel ik voor alles eens goed af te spre-
ken, waartoe ik u vcorstel mij uw arm te ge
ven, want door de duisternis en het gemis
van mijn bril kan ik het pad niet goed zien,
en wat jou betreft, mr. David, je zult Tor
rance een aangenaam iemand vinden om mee
te praten. Alleen, laat mij je eraan herinne-
ren, dat het geheel overbodig is, dat hij meer
hoort van je avonturen met ahem mr.
Thomson."
Dienovereenkomstig gingen deze twee voor-
uit in druk gesprek, terwijl Torrance en ik de
achterhoede vormden. De nacht was gevallen,
toen we in het gezicht van de Shaws kwamen
Het was even na tienen, het was donker en
zacht, met een prettigen ritselenden zuid wes-
tenwind, die het geluid van onze nadering
overstemde, en toen we dichtbij kwamen, za-
gen we nergens in het huis een glimoje licht
Het srheen. dat mijn oom al naar bed was,
wat dan ook het best uitkwam voor onze toe-
staking van munitie-arbeiders de staking als
zoodanig niet absoluut veroordeeld had, ter
wijl hij de man is geweest, die op het verloop
van de staking een zeer kalmeerenden invloed
heeft uitgeoefend. Dat de betere ervaringn
van zoo beleedigende aantijgingen den uitne-
menden man niet bespaard zijn gebleven,
maar de laatsten tijd zijn leven zeer versom-
berd hebben, voelt men nu nog sterker als een
duivelsche steek van verblinde partijhaat.
Maar Ebert liet zich daardoor niet bei'n-
vloeden. Tot op den dag, dat zijn plotseling
ernstige ziekte opname in de kliniek noodig
maakte, heeft hij met onverminderde zelfbe-
heersching zijn taak vervuld.
En nu hij is heengegaan, zullen de golven
van de partijhaat eerst met recht hoog gaan.
Zoo spoedig mogelijk, bepaalt de grond
wet, moet na den dood van een president zijn
opvolger gekozen worden. Bij de tegenwoo'r-
dig in Duitschland heerschende oneenigheid
en de grenzelooze verbittering op politiek ge-
bied moet men zich daarbij op afstootende
gebeurtenissen voorbereiden. Maar Ebert is
nu aan die gebeurtenissen onttrokken. Nie-
mand heeft thans aanleiding en niemand zal
het ook wagen in den nu komende verkiezings-
strijd zijn naam te betrekken. Hij blijft in de
herinnering van het volk leven als een model
van oprechtheid, van een nobel verantwoor-
delijkheidsgevoel, van een vasten wil en zeld-
zame gevotheid, als een van de beste men
schen die Duitschland in deze zeer moeilijke
tijden heeft gekend. Om zijn eigenschappen
zal de herinnering aan hem ons heilig blijven.
Dr. MAX OSBORN
Stadsnienws.
DE VRIJWILLIGE VERKEERSPOLITIE.
Zaterdagmiddag vergaderde in „De Unie"
de Vrijwillige Verkeerspolitie (V. V. P.) voor
Noord-Hollaod boven het I J, onder voorzit
terschap van den heer Walraven, commissaris
van politie. De opkomst was zeer gering, de
aanwezige verslaggevers meegerekend, waren
slechts tien personen tegenwoordig.
De voorzitter was blij, dat er tenminste
nog enkele leden waren opgekomen en heette
hen welkom.
Het jaarverslag, gelezen door den heer J. H
Scholten, secretaris, werd goedgekeurd. Wij
stippen er uit aan, dat de V. V. P., op 13
Maart 1924 officieel opgericht met ruim 100
leden, thans nog 88 leden heeft. Controle-toch-
ten waren gehouden vanuit Alkmaar en Zaan-
dam, waarbij vele verkeersfouten waren op-
gemerkt In de Zaanstreek is het thans heel
wat beter gesteld dan voptheen. Het verslag
betreurt, dat zoo weinig leden actief deelne-
men aan het werk der V. V. P.
Den heer hoi ten werd door den voorzit
ter dank gebracht voor het vele dat hij sinds
de oprichting der V. V. P. in het belang van
het verkeer deed. Spr. betreurde het, dat de
heer Dozy niet aanwezig was, die zeer zeker
veel in het belang der V. V. P. naar voren
zou hebben gebracht.
De heer Lisser (Amsterdam) meende, dat
de propaganda vanwege de V. V. P. niet vol-
doende was en was van oordeel, dat verschil
lende groote firma's, die dagelijks gebruik ma
ken van den weg en dus veel belang hebben
bij veilig verkeer, de zaak wel willen steunen.
Spr. stelde voor om financieelen steun te ver-
zoeken, een bedrag van een vijf-en-twintig
gulden voor de V. V. P. zai bedrijven als die
van Vroom en Dreesmann, Bijenkorf e. a. niet
deren.
Dit voorstel werd aangeoomen-
Zeer lang werd gesproken over het werk-
plan voor 1925: het weder houden van con-
trole-tochten. E>e secretaris bra cht hierbij
dank aan den heer Overbeeke uit Zaandam,
oen eenigen commissarisf die nog is aange-
bleven. In elke plaats moesten eigenlijk
werkzamc commissc rissen zijn, voorai tus-
schen Hoorn en Enkhuizen, waar heel veel ge-
zondigd wordt tegen de verkeersregelen.
De heer Overbeeke geloofde dat het succes
van de V. V. P. uitsluitend ligt aan haar op
treden en deelde verschillende staaltjes mede,
waaruit bleek, dat de politie in Zaandam
flink meewerkt om een veilig verkeer te krij-
gen. Hieraan is voor een groot dcel mee te
dankeri dat er van de Zaanstreek nti lang zoo
veel klachten niet meer komen. Met waar-
schuwingen en wenken had spr. al veel succes
gehad, meer dan met een proces-verbaal is te
bereiken, want daar geven de menschen niet
veel om.
De voorzitter maakte, aan de hand van
wat de justitie denkt over de V. V. P., duide-
lijk, dat haar eenige streven moet zijn de
buitenwegen per auto of motor controleeren
en de overtreders van de verkeersregelen te
waarschuwen. De geconstateerde overtredin-
gen moeten worden genoteerd op „klachten-
kaarten", die aan de autoriteiten worden op-
gezonden, waarna de overtreders door de of-
ficieele politie ernstig worden nagegaan. Spr.
waarschuwde tegen verkeerd optreden van de
zijde der V. V. P.
De heer Lisser wees op de kracht van
waarschuwingen door te vertellen hoe hij een
autobus naar IJmuiden voor overbelasting
had gevrijwaard door alledn maar te wijzen
op het bestaan van de V. V. P.
De heer Overbeeke noemde Castricum en
omgeving een streek waar veel ovc-rtredingen
bereidselen. Op vijftig ellen afstand maakten
we fluisterend onze laatste afspraken en daar-
na slopen de advocaat en Torrance en ik
zachtjes weg en hurkten neer cm den hoek
van het huis en toen we onze plaatsen had
den iugejiomen liep Alan zonder een poging
cm zich te verbergen naar de deur en begon
te kloppen.
HOOFDSTUK XXIX.
Ik kern in mijn keninkrijk.
Eenigen tijd beukte Alan op de deur, en
zijn slagen wekten alleen de echos uit het huis
en den omtrek. Ten laatsie hoorde ik echter
het geluid van een venster, dat zachtjes werd
©pgeschoven, en wist, dat mijn oom op zijn
uitkijkplaats was. Bij het beetje liclit, dat er
was, moest hij Alan kunnen zien staan, als
een zwarte schaduw op de stoep, de drie ge-
tuigen waren buiten zijn gezicht, zoodat er
niets was, dat een eerlijk man in zijn eigen
huis bang ken maken. Ondanks dat alles be-
spiedde hij zijn bezotker een poosje in stilte,
en toen hij sprak, trilde ziin stem van angst.
„Wat beteekent dat?" zei hij „Dit is geen
tijd van den nacht vocr een fatsoenliik mensch
en met nachtvogels heb ik niets te maken. Wat
van de regels van den weg zijn te constatee-'
ren.
De heer Velthuis deelde een staaltje mee,
waaruit bleek, dat men soms lang voor het
pont moet wachten tengevoh van het over-
treden van de verkeersregels door anderen.
De voorzitter: Vraag de betreffende autori
teiten om een agent, die daar dan regelend
kan optreden.
Voorts sprak de heer V. over het verkeer in
Amsterdam en over de fout dat de trams daar
geen richting aangeven zooals bij auto's is
voorgeschreven. Ongelukken kunnen daarvan
het gevolg zijn.
De voorzitter achtte een en ander te liggen
op den weg van de Amsterdamsche politie. De
V. V. P. moet zich uitsluitend bemoeien met
het verkeer op de buitenwegen. De uitgifte
van propagandaboekjes met de regels van den
weg kan een goed middel zijn om verbetering
te brengen.
De heer Velthuis vroeg vervolgens of er
niets tegen te doen is, dat auto's carbid-
lampen hebben, waarop de voorzitter ant-
woordde, dat de voertuigen worden gekeurd
en daarmee ook de lampen.
Het werkplan voor 1925 werd ten slotte
goedgekeurd- Na lange besprekingen werd
bepaald, dat del eden zich minstens drie dagen
voor een controle-tocht beschikbaar moeten
stellen- Afgekeurcl werd de nalatigheid van
verschillende leden in het afgeloopen jaar.
Dergelijke personen moesten er maar uit.
Goedgevonden werd ook den werkkring van
de V. V P. uit te breiden over de heele pro-
vincie. Contact zal worden gezocht met an
dere bonden van V. V. P. ter bevordering van
hare populariteit en van het veilig verkeer.
De voorzitter deed op verzoek van den heer
Overbeeke eenige mededeelingen over het
cnderricht van de Alkmaarsche politie in het
motorvak.
Tot voorzitter werd hienw benoemd de heer
A. Conijn te Alkmaar, in de plaats van den
heer A. J. Stikkel, die had bedankt. De heer
Walraven had als commissaris van politie
bezwaar tegen het blijven vervullen van de
functie van voorzitter. Na eenig weifelen
nam de heer Conijn de benoeming aan.
De heer Scholten, die wegens het verplaat-
sen zijner werkzaamheden naar Amsterdam
als secretaris bedankte, zegde jia eenigen aan-
drang toe in functie te blijven totdat de uit-
breiding van den werkkring van de V. V. P.
tot stand is gekomen.
Hierna las de heer Scholten de rekeniug
1924 voor, die sloot met een nadeelig saldo
van 25; de begrooting 1925 is heel wat gun-
siiger, doordat daarop natuurlijk geten oprich-
tingskosten voorkoinen (zij is geraamd met
een batig saldo van f 125, wat wel zal ver-
dwijnen als het idee van den heer Lisser
inzake propaganda wordt uitgevoerd.)
Nadat nog eenigen tijd was gesproken over
het al of niet aanvragen van de koninldijke
goedkeuring, zonder dat een beslissing werd
genomen, sloot de voorzitter de vergadering
met een woord van dank voor de opkomst en
speciaal aan het ad res der pers, die in 1924
de zaak der V. V. P. zoo goed had gesteund
en op wier onmisbaren steun ook voor 1925
werd gerekend.
ProYinciaal Nieuws
J v V N VA, v N N x X
WIJ DRUKKEN UW
BEZOEKAANKONDIGINGSKAARTEN
VLUG EN NET.
i I
N.V. BOEK- EN HANDELSDRUK-
I KERIJ v.h. HERMS. COSTER EN
ZOON, VOORDAM C 9, ALKMAAR
UIT HOORN.
Alhier is opgericht een floraliavereeniging.
Het bestuur bestaat uit de dames Van A!-
bada, Kaat, Fock en Brandenburg en de hee-
ren Verell, Jans en Hoek.
De wenschelijkheid werd besproken van een
gecombineerde tentoonstelling van de nieuw
gestichte vereeniging en de bestaande Tuin-
bouwvereeniging.
De vereeniging „Debutade" alhier heeft
in het gebouw aan de Wisselstraat een goed
geslaagde tentoonstelling gehouden van wer-
ken van de bekende vereeniging „St. Lucas"
te Amsterdam. Verder waren ingezonden ver
schillende krijtteekeningen van den heer J. C.
Kerkmeijer alhier.
UIT ZUIDSCHARWOUDE.
De Cooperatieve Boerenleenbank II verga
derde in het lokaal van den heer Stoffers.
Door ongesteldheid van den voorzitter leidde
de heer Jb. Verkroost de vergadering.
Statutenwijziging was noozakelijk gewor
den door aansluiting bij de Centrale te
Eindhoven. Hiervoor word vereischt dat drie
vierde van de leden aanwezig moest zijn. Spr.
deelde mede dat de vergadering kon door-
gaan en riep alien nog een hartelijk welkom
toe, in net bijzonder den HoofdinSpec-
teur van de Centrale te Eindhoven.
Het jaarverslag meldde het volgende: Het
ledenaantal is 86, het aantal spaarders 127.
Er zijn 55 voorschotnemers en 26 rekening-
courant-hcuders. In het dagboek zijn 740
posten ingeschreven met een eindcijter van
486772.50. De winst /bedraagt f 733.04
Hierna verkreeg de H'oofd-lhspecteur het
woord, die op duidelijke wijze uiteenzette het
doel der Boerenleenbanken. Door spr. werden
de statuten voorgelezen van de Centrale,
waarna de vergadering zich na eenige dis-
cussie met algemeene stemmen uitsprak voor
de statutenwijziging. Den heer v. Ecten werd
dank gezegd voor zijn bemoeiingen.
De rekening en de balans zijn nagezien
dcor de heeren Borst en Twisker en in orde
kom je hier doen Ik heb een donderbus."
„Bent u daar zelf, nir. Balfour?" antwoord-
de Alan, die terugstapte en in de duisternis
omhoog keek. „Denk een beetje om die don
derbus. want dat zijn gemeene dingen, als ze
afgaan."
„Wat kom je hier doen Pen wie ben je?"
vrceg mijn oom boos.
„Ik ben hoegenaamd niet van plan mijn
naam in het rond te schreeuwen," zei Alan,
„maar waarvoor ik kom is een andere zaak,
en meer de jouwe dan de mijne, om als je het
"wilt weten, zal ik het op muziek zetten en je
voorzingen."
„En wat is dat d'an?" vroeg mijn oom.
„David zei Alan.
„Wat is dat?" riep mijn oom met erg ver-
anderde stem.
„Zal ik de rest van mijn naam ook nce-
meq zei Alan.
Er was een pauze, en toen zei mijn oom
onzeker
Ik geloof, dat het beter is, dat ik je binnen
laat."
„Dat geloof ik cok", zei Alan, „maar de
vraag is: zal ik het doen? Nu zal ik je zeg
gen. wat ik er van denk. Ik denk, dat we hier
on de stoen moeten praten. en hpt zal hier'of
nergens zijn; want ik wou, dat je begreep.
bevonden.
Tot bestuurslid en li dvan den raad van
toezicht werden respectievelijk weder herko-
zen, de heeren Jb. Verkroost en P. Berkhou-
wer.
Daar de statuten van Eindhoven een on-
even getal leden voor den raad van toezicht
voorschrijven, werd nog als lid van den raad
van toezicht gekozen de heer Jb. Kroon. Op
voorstel van den kassier werd goedgevonden
het salaris van dezen dit jaar nog op /200
te laten.
Door den voorzitter werd nog medeocdeeld,
dat inplaats van Vrijdags van 7 tot 8 uur,
door den kassier vanaf heden Woensdag op
hetzelfde uur zitting gehouden wordt.
Bij de rondvraag maakte een lid de opmer-
king of het Bestuur niet wat erg laks staat
tegenover berichten en verslagen, die in ver
schillende kleine en groote dagbladen zoo af
en toe gepubliceerd zijn, en de Bank wellicht
schade kunnen doen. Meerdere leden ergev-
den zich ook over deze oniuiste publicaties.
De voorzitter antwoordde dat ook het be
stuur die afkeurde, maar zich troostte met de
gedachte dat de bank nog het voile vertrou
wen geniet, gezien de vele spaarders en de uit-
komsten van haar bedrijf. Daar de bank door
de aansluiting bij Eindhoven de benoodigde
gelden voor 4pet. zal krijgen en toch nog
een winst van ruim 700.gemaakt is en het
verder waarschijnlijk is, dat de bank bij het
eindigen der likwidatie van Alkmaar /2000
zal ontvangen, waardoor in betrekkelijk kor-
ten tijd de schuld gedelgd kan zijn en de bank
bij Eindhoven goed aangeschreven staat,
meende het bestuur dat het verstandiger is op
dergelijke berichten niet in te gaan."
UIT DIRKSHORN.
Zaterdag hield de Afd. Harenkarspel van
den Bond van Staatspensionneering n Pro-
-avond ten huize van den heer D.
srum.
Als s^reekster trad op mej. Veer de Vero,
die in een niet te best verstaanbare improvi-
satie een lans brak voor premievrij staatspen-
sioen en betoogde, dat de ouden van dagen
daar recht op hebben. De kiezers hebben de
uitvoering daarvan in de hand, door naar de
Kamer te zenden mannen, die hiervoor voe-
len.
Het Engelsche systeem van pensionneeriiig
werd door de spr." aanbevolen als praktisch
en uitvoerbaar.
Ter afwisseling werden verschillende voor-
drachten, muziek- en zangnummers gegeven
door eenige bereidwillige personen van de
plaats, die daarbij toonden, dat hun prestatie
niet gering is te noemen.
Mevr. Meinema-Jonker, mevr. Bregman-
Wardenaar, mej. B. de Vries, mej. T. IJff en
de heeren S. v. d. Oord en Mej IJff, hebben
getoond, dat zij te zamen best een „avond
vol kunstgenot" kunnen organiseeren.
Onmisbaar is daarbij de medewerking van
de pianiste mej. Marie Dam.
De afdeeling won verscheidene nieuwe
leden.
UIT SCHAGEN.
De heer W F. Gorter (V. D.) is in de ver
gadering van den gemeenteraad van 6 Maart
tot wcthouder dezcr gemeente gekozen.
UIT BROEK OP LANGENDIJK-
Woensdagavond had een feestelijke bijeen-
kcinst plaais van de leden der Ned. Herv.
kerk, in het kerkgebouw, ter gelegenheid dat
haar leeraar. Ds Jukema, 25 jaar het ambt
als predikant had bekleed. Een groote scharc
vulde het kerkgebouw, waarin wij o.a. ook
opmcrkten verschillende afgevaardigden van.
andere kerken, alsmede der schoolcomnxissie,
de burgemeester en secretaris der gemeente,
en ook verschillende personen uit zijne vorige
gemeente, Rinsumageest.
De heer B. IJtsma, die als voorzitter van de
regelingscommissie een inleidend woord zou
spreken, deelde vooraf mede, dat na afloop der
feestvergadering de gelegenheid bestond Ds.
Jukema met zijn echtgcnoote persoonlijk te fe-
diciteeren in de consistcriekamer.
Nadat eene deputatie den jubilaris met zijn
echtgenoote van de pastorie afgehaald en de
kerk ingeleid had, stonden alien van. hunne
zitplaatsem op en zong men den leeraar toe
het eerste vers van Psalm 103
diat i'k even stijfkoppig ben als je zelf, en van
heel wat beter familie."
Die verandering van toon bracht Ebenezer
van streek, hij had een poosje noodig-om op
zijn verhaal te komen en zei toen: „Wel wel,
als het dan moet, dan meet het maar", en
sloot het venster. Maar hij had lang work-
cm de trap af te komen en nog langer om de
sluitingen fos te maken, terwijl ik geloof, dat
hij spijt had en een hank lopping van angst,
bij iedere nieuwe trede, en iederen bout en
grendel. Eindelijk echter hoorden we het kra-
ken van de hengsels, en hot scheen, dat mijn
oom voorzichtig naar buiten kwam, en, ziende
dat Alan een paar passen achteruit had gezet,
hem verzocht op de stoep plaats te nemen,
terwijl hij de donderbus gereed hield in zijn
hand.
„En nu", zei hij, „cnthoud, dat ik mijn don
derbus heb, en dat je zoo goed als dood
bent, als je dichterbij komt."
„Een heel beleefde opmerking,", zei Alan,
„dat is zeker."
„Neen", zei mijn oom, „maar het is een
vcorzichtige manier van doen, en ik moet op
aPes voorbereid zijn. En nu wt elkaar ver-
staan kun je zeggen, waarvoor je komt.
(Wordt vervolgd.)
'fy: A -N A N S N A N v S N s A f
'y> A V V s V v A s V\ x v