Alkmaarsche Oourant I Brieveii nit Berlin. 1 i I Maandag 9 Maart. FEUILLETON. I 1 E E 57 1925 Honaerd Zeven en Twintigste Jaargang, De dood van den Rijkspresident. (Van onzen Berlijnschen correspondent). Ber'iijn, 28 Febr. '25. Geheel onverwacht is in enkele dagen het levenslot van den eersten president van de Duitsche republiek beslist. Midden uit de nauwgezette vervulling van zijn verantwoor- delijke beroepsplichten, van de hoogten van het leven is Fritz Ebert weggeroepen van de aarde. Sinds het jaar 1888 heeft Berlijn het niet beleefd, dat het Duitsche staatshoofd binnen zijn muren overleed. Wei heeft de treurige ge- beurtenis van nu cen ander karakter dan de beide sterfgevallen 37 jaar geleden, toen kort achter elkaar twee door roem en succes ge- dragen leden van le Hohenzollern-dynastie, de oude keizer, de grondvester van het Rijk en zijn zoon, van wien zooveel verwacht werd, ten grave daalden. Maar ook thans heeft eea oprechte rouwstemming zich van de stad meester gemaakt. Men hoopte na de gunsti- ger berichten, die gisteren gepubliceerd wer den, stellig, dat de president de gevolgen van de operatie te boven zou komen. Een algemee- ne neerslachtigheid was dan ook op de gezich- ten der Berlijners te lezen, toen spoedig na 10 uur 's morgens de zwart-rood-gouden vlag- gen op de openbare gebouwen halfstok gehe- achen werden. Vraagt men zich af, welken invloed Ebert's plotselinge dood op zijn naam, zijn bekend- heid en nagedachtenis zal hebben, dan komt men tot de conclusie: in den zin van de antie- ken moet hij gelukkig geprezen worden. Ware het hem beschoren geweest, van het ziekbed op te staan, dan stond hem zeer spoedig een zwaren, hoogst onverkwikkelijken strijd te wachten. In Juni van dit jaar zou in ieder ge- val de nieuwe verkiezing van den rijkspresi dent plaats hebben; de persoon van Ebert zou het middelpunt van een niets ontzienden par- tij-twist geworden zijn. Men zou, daarvan kan men zeker zijn, een anderen president ge- kozen hebben; want ook de millioenen, die het diepste vertrouwen in Ebert hadden, zouden juist uit een democratisch en republikeinsch oogpunt en republikeinsch oogpunt een wisse- ling van de persoqn van den hoogsten verte- genwoordiger des rijks noodzakelijk achten. In een vrijstaat zal men steeds de schijn ver- mijden willen, dat een enkeling een blijvende positie bekleedt, die ook maar uit de verte aan monarchistische gewoonien kan doen denken. Dan zou de nu overledene hebben moeten af- treden. Hij zou een partijleider van de so- ciaal-democraten geworden zijn, zooals hij dat vroeger was, maar onder geheel andere omstandighden, vijandig staande tegenover verschillende kringen van zijn eigen partijge- nooten, heftig bestreaen door den radicalen linkervleugel. Op zijn hoogst zou hem, indden de verhoudingen in de Duitsche politiek zich weer naar links verschaven hadden, later nog eens het ambt van rijkskanselier kunnen wor den opgedragen, waardoor hij weer in den maalstroom van partijstrijd geraakt zou zijn Dat waren stellig geen vooruitzichten, die een man zouden kunnen bekoren, die zoo lang en met een zoo voorbeeldige bekwaamheid de hoogste functie in het staat had bekleed. Zoo als de hemel het wilde, is Fritz EbeTt „in de touwen"*gestorven, zooals een Duitsche uit- drukking luidt. Hij blijft in de herinnering van zijn volk leven als de eerste president van de republiek, en hij laat de zijnen achter als de familie van den man. die voor alle tijden onder dezen titel en slechts daaronder de ge- schiedenis toebehoort. Anders staat het. als we de vraag opwer- pen, welken invloed Ebert's plotselinge dood op het land, op de politieke toekomst van het Duitsche rijk, zal hebben. Nu eerst zullen de tegenstanders van rechts en links, die den dooae met zoo grenzeloos fanatisme bestreden hebben, erkennen wat zij in Ebert bezeten hebben en nu verloren hebben. Duitschland heeft de laatste jaren geen groot aantal beteekenisvolle personen gekend. Maar Ebert was een van de groote figuren. Dat men dat naar buiten meermalen niet zoo ervaren heeft als Ebert feitelijk ver- diend zou hebben, was een van de qualiteiten van zijn persoon. Hij wilde niet op den voor- grond komen, hij wilde veeleer op den achter- grond blijven om voor geen geld ter were id ook maar den schijn op zich te laden, dat hij zich zelf op den voorgrond zette. Maar in stilte heeft deze mensch sedert den dag, waar- op de ineenstorting van Duitschland aan de geheele wereld bekend werd, buitengewcne dingen gedaan. Aan zijn rustig overwegen 1 en geest, zijn practischen zin, zijn echte vader- landsliefde en zijn aangeboren taktgevoel heeft Duitschland zeer veel te danken. Tot dien dag in November 1918 waarop het bericht kwam, dat Max von Baden, de laatste rijkskanselier van het Duitsche Kei- zerrijk zijn ambt aan den „afgevaardigde van kojcu louis Stevenson, geautonseerde vertaling V2n J. C. L. B. Pet. 58) „Dat heb je heel goed bedacht," zei hij „en ik geloof dat ge geen beter man had kunnen vinden om het zaakje op te knappen dan Alan Brech. Het is niet iets, dat iedcreen kan doen, onthoud dat, maar er is een scherpzinnig man voor noodig. Maar ik bedenk daar, dat die advocaat van jou me never niet zal zien," zu Alan. Daarop riep en wuifde ik tot mr. Ranheil- lor, die alleen naar voren kwam en werd voor- gesteld aan mijn vriend mr. Thomson. „Mr. Thomson" aangenaam kennis te ma- ken zei hij, „maar ik heb mijn bril vergeten, en onze vriend hier, mr. David (hij klopte hierbij op mijn schouder) kan u vertellen, dat ik bijna blind ben, zoodat u niet verwonderd moet zijn, als ik u morgen voorbij loop." Hij zei dit, omdat hij Alan er een gemoegen mee dacht te doen, maar de ijdelheid van den Hoogl ander werd wel door kleinere dingen gekwetst. „Wel mijnheer," zei hij stijf, „ik geloof, dat Ebert", den voorzitfer van de sociaal-demo- cratische rijksdagfractie had overgedragen, was zijn naam alleen aan ingewijden bekend. Zij wisten dat sedert langen tijd, zoodra er in de sociaal-democratische partij moeilijkhedeu waren, gevraagd werd: waar is Ebert. En al- tijd weer gelukte het hem een uitweg uit de moeilijkheden te vinden En toen in het uur der vertwijfeling aan den leider der arbeiders- partij de ongelooflijk moeilijke taak toeviel de teugels van het bewind in handen te nemen, toonde hij in nog veel sterker mate zijn onge- wcne ialenten. Rijkskanselier was Ebert maar twee dagen. De revolutie kwam en die wierp het heele staatsgebouw omver. En toen in die dagen uit de kleine schare van volksgevol- machtigden zij naar voren kwamen, die uit den dreigenden chaos orde en kalmte moesten scheppen, was het wederom Ebert die ahe -draden in zijn hand nam. En toen in den vol- genden zomer, toen de in Weimar bijeengeko- men nationale vergadering zich voor de taak gesteld zag de door de grcndwet gegrondves- te nieuwe republiek een hoofd te geven, was er geen twijfel mogelijk, wie voor de plaats gekozen zou worden. Van dien dag af heeft Ebert het bestuur ge- voerd. Dat kan men zeggen, ofschoon volgens de bepalingen van de grondwet een bepaalde actieve politieke rol niet aan den president is toebedeeld. Maar als men van den Engel- schen koning zegt, dat hij niet de macht heeft wat verkeerds te doen, maar wel de macht iets goeds te verrichten, dan geldt dat ook voor den president van het Duitsche rijk, en Ebert heeft bewezen in hoe groote mate de waarheid van kracht kan wezen. Het wordt algemeeri erkend, dat Ebert als president van de Duit sche republiek, in deze zes jaren geen fout ge maakt heett, geen onvoorzichtige uitlatingen gedaan heeft, geen enkele handeling verricht en geen woord gesproken heeft, dat niet volko- nen in harmonie met de neutraliteit en de objectiviteit van zijn positie. Het is ook waar, dat hij zich in geen enkel geval de allure van „regent" of „heerscher" heeft aangematigd, noch in politieken, noch in maatschappelijken zin. Men heeft in Duitschland voor den oor- log genoeg ervaren, hoe gemakkelijk iemand, die aan het hoofd van bet rijk staat, door een cnomzichtige redevoering of een eigen mach- tig ingrijpen onberekenbare schade heeft be- rokkend, om het optreden van Ebert in dit op- zich niet naar waarde te kunnen schatten. Deze tact, deze natuurlijke waardigheid, hebben in den loop der jaren steeds grootere kringen in Duitschland leeren waardeeren. Hoe verstandig en correct wist deze vroege- re zadelmaker zich in elke positie, in elk ge val te gedragen. Ik heb meermalen gelegen- heid gehad hem op de avonden, die hij in het presidentspaleis gaf voor de vertegenwoordi- gers van kunst en wetenschap, hem in ge- sprek met beroemdheden uit het rijk der litte- ratuur, der muziek of der schilderkunst gade te slaan, en telkens opnieuw heb ik weer be- wonderd hoe hij de kunst verstond te luiste- ren een kunst, die weinig kon'.ngen ver- staan hoe hij zich liet wegwijs maken en door zijn vragen bewees, dat in hem leefde den gezonden en normalen zin van een een- voudig mensch, die wilde meeleven in alles wat de natie raakte. Verleden winter had in Berlijn een verga dering plaats van de vereeniging van Duit sche leeraren. Men weet, dat in dezen kring het Duitsch-nationale element, de tegenstand tegen de republiek en de wensch naar herstel van het keizerschap levendig is. Talrijke deel- nemers van het congres hebben met zeer ge- mengde gevoelens en een ietwat spottende uitdrukking de uitnoodiging aangenomen, die de president tot het congres richtte om een avond zijn gasten te zijn. Maar ik heb met eigen oogen gezien en eigen ooren gehoord, hoe de vriendelijkheid en eenvoud van Ebert al dien twijfel en die spotlust hebben over- wonnen, hoe zij het paleis van den president met heel andere gevoelens verlieten dan zij er gekomen waren. Max Lieberman, de zeer vereerde president van de -Berlijnsche Kunste- naarsvereenig'ng en president van de Acade- mie der Kunsten, heeft ronduit gegezgd: „Ebert is een van de verstandigste en taktvol- ste menschen, die ik ooit ontmoet heb". Men moet zich schamen, wanneer men be- denkt hoe deze man door de conservatieven is beschimpt, cm niet te zeggen bespuwd. De aanhangers van het oude regime met zijn kastehuishouding maakten er zich vroolijk over, dat de rijkspresident eenmaal zadelma- ker was geweest. Alsof het feit, dat deze za- delmaker president van de republiek weri, niet juist zijn hoogsten roem beteekende. Hce- veel moeite hebben zich de Duitsch-nationale politici in de commissies van onderzoek uit Rijksdag en Landdag niet gegeven om bij de kwesties van de financieele schandalen iets te vinden, dat Ebert compromitteeren kon; alle pogingen in die richting zijn ten eenenmale vergeefs geweest. De pijnlijke nauwgezetheid van dezen oprechten vaderlander, van dezen nooit op zijn eigen voordeel belusten man, hebben alle intriges te schande gemaakt En met ontzetting denkt men terug aan het Maagdenburger proces, het proces, waarin men den president heeft durven verwijten, dat hij zich schuldig had gemaakt aan landver- raad, omdat hij tijdens den oorlog bij een het er weinig toe ctoet, omdat we lii-rr toeval- lig samenkcmen, ierwille van mr. Balfour en voor zcover kan zien, weinig anders gemeen hebben. Maar ik neem uw verontschuldiging aan, die hier wel gepast was." „En dat is meer dan ik kon verwachten mr. Thocnson", zie Ranheillor hartelijk, „en daar wij nu de hoofdpersooen zijn in deze onderne- ming, stel ik voor alles eens goed af te spre- ken, waartoe ik u vcorstel mij uw arm te ge ven, want door de duisternis en het gemis van mijn bril kan ik het pad niet goed zien, en wat jou betreft, mr. David, je zult Tor rance een aangenaam iemand vinden om mee te praten. Alleen, laat mij je eraan herinne- ren, dat het geheel overbodig is, dat hij meer hoort van je avonturen met ahem mr. Thomson." Dienovereenkomstig gingen deze twee voor- uit in druk gesprek, terwijl Torrance en ik de achterhoede vormden. De nacht was gevallen, toen we in het gezicht van de Shaws kwamen Het was even na tienen, het was donker en zacht, met een prettigen ritselenden zuid wes- tenwind, die het geluid van onze nadering overstemde, en toen we dichtbij kwamen, za- gen we nergens in het huis een glimoje licht Het srheen. dat mijn oom al naar bed was, wat dan ook het best uitkwam voor onze toe- staking van munitie-arbeiders de staking als zoodanig niet absoluut veroordeeld had, ter wijl hij de man is geweest, die op het verloop van de staking een zeer kalmeerenden invloed heeft uitgeoefend. Dat de betere ervaringn van zoo beleedigende aantijgingen den uitne- menden man niet bespaard zijn gebleven, maar de laatsten tijd zijn leven zeer versom- berd hebben, voelt men nu nog sterker als een duivelsche steek van verblinde partijhaat. Maar Ebert liet zich daardoor niet bei'n- vloeden. Tot op den dag, dat zijn plotseling ernstige ziekte opname in de kliniek noodig maakte, heeft hij met onverminderde zelfbe- heersching zijn taak vervuld. En nu hij is heengegaan, zullen de golven van de partijhaat eerst met recht hoog gaan. Zoo spoedig mogelijk, bepaalt de grond wet, moet na den dood van een president zijn opvolger gekozen worden. Bij de tegenwoo'r- dig in Duitschland heerschende oneenigheid en de grenzelooze verbittering op politiek ge- bied moet men zich daarbij op afstootende gebeurtenissen voorbereiden. Maar Ebert is nu aan die gebeurtenissen onttrokken. Nie- mand heeft thans aanleiding en niemand zal het ook wagen in den nu komende verkiezings- strijd zijn naam te betrekken. Hij blijft in de herinnering van het volk leven als een model van oprechtheid, van een nobel verantwoor- delijkheidsgevoel, van een vasten wil en zeld- zame gevotheid, als een van de beste men schen die Duitschland in deze zeer moeilijke tijden heeft gekend. Om zijn eigenschappen zal de herinnering aan hem ons heilig blijven. Dr. MAX OSBORN Stadsnienws. DE VRIJWILLIGE VERKEERSPOLITIE. Zaterdagmiddag vergaderde in „De Unie" de Vrijwillige Verkeerspolitie (V. V. P.) voor Noord-Hollaod boven het I J, onder voorzit terschap van den heer Walraven, commissaris van politie. De opkomst was zeer gering, de aanwezige verslaggevers meegerekend, waren slechts tien personen tegenwoordig. De voorzitter was blij, dat er tenminste nog enkele leden waren opgekomen en heette hen welkom. Het jaarverslag, gelezen door den heer J. H Scholten, secretaris, werd goedgekeurd. Wij stippen er uit aan, dat de V. V. P., op 13 Maart 1924 officieel opgericht met ruim 100 leden, thans nog 88 leden heeft. Controle-toch- ten waren gehouden vanuit Alkmaar en Zaan- dam, waarbij vele verkeersfouten waren op- gemerkt In de Zaanstreek is het thans heel wat beter gesteld dan voptheen. Het verslag betreurt, dat zoo weinig leden actief deelne- men aan het werk der V. V. P. Den heer hoi ten werd door den voorzit ter dank gebracht voor het vele dat hij sinds de oprichting der V. V. P. in het belang van het verkeer deed. Spr. betreurde het, dat de heer Dozy niet aanwezig was, die zeer zeker veel in het belang der V. V. P. naar voren zou hebben gebracht. De heer Lisser (Amsterdam) meende, dat de propaganda vanwege de V. V. P. niet vol- doende was en was van oordeel, dat verschil lende groote firma's, die dagelijks gebruik ma ken van den weg en dus veel belang hebben bij veilig verkeer, de zaak wel willen steunen. Spr. stelde voor om financieelen steun te ver- zoeken, een bedrag van een vijf-en-twintig gulden voor de V. V. P. zai bedrijven als die van Vroom en Dreesmann, Bijenkorf e. a. niet deren. Dit voorstel werd aangeoomen- Zeer lang werd gesproken over het werk- plan voor 1925: het weder houden van con- trole-tochten. E>e secretaris bra cht hierbij dank aan den heer Overbeeke uit Zaandam, oen eenigen commissarisf die nog is aange- bleven. In elke plaats moesten eigenlijk werkzamc commissc rissen zijn, voorai tus- schen Hoorn en Enkhuizen, waar heel veel ge- zondigd wordt tegen de verkeersregelen. De heer Overbeeke geloofde dat het succes van de V. V. P. uitsluitend ligt aan haar op treden en deelde verschillende staaltjes mede, waaruit bleek, dat de politie in Zaandam flink meewerkt om een veilig verkeer te krij- gen. Hieraan is voor een groot dcel mee te dankeri dat er van de Zaanstreek nti lang zoo veel klachten niet meer komen. Met waar- schuwingen en wenken had spr. al veel succes gehad, meer dan met een proces-verbaal is te bereiken, want daar geven de menschen niet veel om. De voorzitter maakte, aan de hand van wat de justitie denkt over de V. V. P., duide- lijk, dat haar eenige streven moet zijn de buitenwegen per auto of motor controleeren en de overtreders van de verkeersregelen te waarschuwen. De geconstateerde overtredin- gen moeten worden genoteerd op „klachten- kaarten", die aan de autoriteiten worden op- gezonden, waarna de overtreders door de of- ficieele politie ernstig worden nagegaan. Spr. waarschuwde tegen verkeerd optreden van de zijde der V. V. P. De heer Lisser wees op de kracht van waarschuwingen door te vertellen hoe hij een autobus naar IJmuiden voor overbelasting had gevrijwaard door alledn maar te wijzen op het bestaan van de V. V. P. De heer Overbeeke noemde Castricum en omgeving een streek waar veel ovc-rtredingen bereidselen. Op vijftig ellen afstand maakten we fluisterend onze laatste afspraken en daar- na slopen de advocaat en Torrance en ik zachtjes weg en hurkten neer cm den hoek van het huis en toen we onze plaatsen had den iugejiomen liep Alan zonder een poging cm zich te verbergen naar de deur en begon te kloppen. HOOFDSTUK XXIX. Ik kern in mijn keninkrijk. Eenigen tijd beukte Alan op de deur, en zijn slagen wekten alleen de echos uit het huis en den omtrek. Ten laatsie hoorde ik echter het geluid van een venster, dat zachtjes werd ©pgeschoven, en wist, dat mijn oom op zijn uitkijkplaats was. Bij het beetje liclit, dat er was, moest hij Alan kunnen zien staan, als een zwarte schaduw op de stoep, de drie ge- tuigen waren buiten zijn gezicht, zoodat er niets was, dat een eerlijk man in zijn eigen huis bang ken maken. Ondanks dat alles be- spiedde hij zijn bezotker een poosje in stilte, en toen hij sprak, trilde ziin stem van angst. „Wat beteekent dat?" zei hij „Dit is geen tijd van den nacht vocr een fatsoenliik mensch en met nachtvogels heb ik niets te maken. Wat van de regels van den weg zijn te constatee-' ren. De heer Velthuis deelde een staaltje mee, waaruit bleek, dat men soms lang voor het pont moet wachten tengevoh van het over- treden van de verkeersregels door anderen. De voorzitter: Vraag de betreffende autori teiten om een agent, die daar dan regelend kan optreden. Voorts sprak de heer V. over het verkeer in Amsterdam en over de fout dat de trams daar geen richting aangeven zooals bij auto's is voorgeschreven. Ongelukken kunnen daarvan het gevolg zijn. De voorzitter achtte een en ander te liggen op den weg van de Amsterdamsche politie. De V. V. P. moet zich uitsluitend bemoeien met het verkeer op de buitenwegen. De uitgifte van propagandaboekjes met de regels van den weg kan een goed middel zijn om verbetering te brengen. De heer Velthuis vroeg vervolgens of er niets tegen te doen is, dat auto's carbid- lampen hebben, waarop de voorzitter ant- woordde, dat de voertuigen worden gekeurd en daarmee ook de lampen. Het werkplan voor 1925 werd ten slotte goedgekeurd- Na lange besprekingen werd bepaald, dat del eden zich minstens drie dagen voor een controle-tocht beschikbaar moeten stellen- Afgekeurcl werd de nalatigheid van verschillende leden in het afgeloopen jaar. Dergelijke personen moesten er maar uit. Goedgevonden werd ook den werkkring van de V. V P. uit te breiden over de heele pro- vincie. Contact zal worden gezocht met an dere bonden van V. V. P. ter bevordering van hare populariteit en van het veilig verkeer. De voorzitter deed op verzoek van den heer Overbeeke eenige mededeelingen over het cnderricht van de Alkmaarsche politie in het motorvak. Tot voorzitter werd hienw benoemd de heer A. Conijn te Alkmaar, in de plaats van den heer A. J. Stikkel, die had bedankt. De heer Walraven had als commissaris van politie bezwaar tegen het blijven vervullen van de functie van voorzitter. Na eenig weifelen nam de heer Conijn de benoeming aan. De heer Scholten, die wegens het verplaat- sen zijner werkzaamheden naar Amsterdam als secretaris bedankte, zegde jia eenigen aan- drang toe in functie te blijven totdat de uit- breiding van den werkkring van de V. V. P. tot stand is gekomen. Hierna las de heer Scholten de rekeniug 1924 voor, die sloot met een nadeelig saldo van 25; de begrooting 1925 is heel wat gun- siiger, doordat daarop natuurlijk geten oprich- tingskosten voorkoinen (zij is geraamd met een batig saldo van f 125, wat wel zal ver- dwijnen als het idee van den heer Lisser inzake propaganda wordt uitgevoerd.) Nadat nog eenigen tijd was gesproken over het al of niet aanvragen van de koninldijke goedkeuring, zonder dat een beslissing werd genomen, sloot de voorzitter de vergadering met een woord van dank voor de opkomst en speciaal aan het ad res der pers, die in 1924 de zaak der V. V. P. zoo goed had gesteund en op wier onmisbaren steun ook voor 1925 werd gerekend. ProYinciaal Nieuws J v V N VA, v N N x X WIJ DRUKKEN UW BEZOEKAANKONDIGINGSKAARTEN VLUG EN NET. i I N.V. BOEK- EN HANDELSDRUK- I KERIJ v.h. HERMS. COSTER EN ZOON, VOORDAM C 9, ALKMAAR UIT HOORN. Alhier is opgericht een floraliavereeniging. Het bestuur bestaat uit de dames Van A!- bada, Kaat, Fock en Brandenburg en de hee- ren Verell, Jans en Hoek. De wenschelijkheid werd besproken van een gecombineerde tentoonstelling van de nieuw gestichte vereeniging en de bestaande Tuin- bouwvereeniging. De vereeniging „Debutade" alhier heeft in het gebouw aan de Wisselstraat een goed geslaagde tentoonstelling gehouden van wer- ken van de bekende vereeniging „St. Lucas" te Amsterdam. Verder waren ingezonden ver schillende krijtteekeningen van den heer J. C. Kerkmeijer alhier. UIT ZUIDSCHARWOUDE. De Cooperatieve Boerenleenbank II verga derde in het lokaal van den heer Stoffers. Door ongesteldheid van den voorzitter leidde de heer Jb. Verkroost de vergadering. Statutenwijziging was noozakelijk gewor den door aansluiting bij de Centrale te Eindhoven. Hiervoor word vereischt dat drie vierde van de leden aanwezig moest zijn. Spr. deelde mede dat de vergadering kon door- gaan en riep alien nog een hartelijk welkom toe, in net bijzonder den HoofdinSpec- teur van de Centrale te Eindhoven. Het jaarverslag meldde het volgende: Het ledenaantal is 86, het aantal spaarders 127. Er zijn 55 voorschotnemers en 26 rekening- courant-hcuders. In het dagboek zijn 740 posten ingeschreven met een eindcijter van 486772.50. De winst /bedraagt f 733.04 Hierna verkreeg de H'oofd-lhspecteur het woord, die op duidelijke wijze uiteenzette het doel der Boerenleenbanken. Door spr. werden de statuten voorgelezen van de Centrale, waarna de vergadering zich na eenige dis- cussie met algemeene stemmen uitsprak voor de statutenwijziging. Den heer v. Ecten werd dank gezegd voor zijn bemoeiingen. De rekening en de balans zijn nagezien dcor de heeren Borst en Twisker en in orde kom je hier doen Ik heb een donderbus." „Bent u daar zelf, nir. Balfour?" antwoord- de Alan, die terugstapte en in de duisternis omhoog keek. „Denk een beetje om die don derbus. want dat zijn gemeene dingen, als ze afgaan." „Wat kom je hier doen Pen wie ben je?" vrceg mijn oom boos. „Ik ben hoegenaamd niet van plan mijn naam in het rond te schreeuwen," zei Alan, „maar waarvoor ik kom is een andere zaak, en meer de jouwe dan de mijne, om als je het "wilt weten, zal ik het op muziek zetten en je voorzingen." „En wat is dat d'an?" vroeg mijn oom. „David zei Alan. „Wat is dat?" riep mijn oom met erg ver- anderde stem. „Zal ik de rest van mijn naam ook nce- meq zei Alan. Er was een pauze, en toen zei mijn oom onzeker Ik geloof, dat het beter is, dat ik je binnen laat." „Dat geloof ik cok", zei Alan, „maar de vraag is: zal ik het doen? Nu zal ik je zeg gen. wat ik er van denk. Ik denk, dat we hier on de stoen moeten praten. en hpt zal hier'of nergens zijn; want ik wou, dat je begreep. bevonden. Tot bestuurslid en li dvan den raad van toezicht werden respectievelijk weder herko- zen, de heeren Jb. Verkroost en P. Berkhou- wer. Daar de statuten van Eindhoven een on- even getal leden voor den raad van toezicht voorschrijven, werd nog als lid van den raad van toezicht gekozen de heer Jb. Kroon. Op voorstel van den kassier werd goedgevonden het salaris van dezen dit jaar nog op /200 te laten. Door den voorzitter werd nog medeocdeeld, dat inplaats van Vrijdags van 7 tot 8 uur, door den kassier vanaf heden Woensdag op hetzelfde uur zitting gehouden wordt. Bij de rondvraag maakte een lid de opmer- king of het Bestuur niet wat erg laks staat tegenover berichten en verslagen, die in ver schillende kleine en groote dagbladen zoo af en toe gepubliceerd zijn, en de Bank wellicht schade kunnen doen. Meerdere leden ergev- den zich ook over deze oniuiste publicaties. De voorzitter antwoordde dat ook het be stuur die afkeurde, maar zich troostte met de gedachte dat de bank nog het voile vertrou wen geniet, gezien de vele spaarders en de uit- komsten van haar bedrijf. Daar de bank door de aansluiting bij Eindhoven de benoodigde gelden voor 4pet. zal krijgen en toch nog een winst van ruim 700.gemaakt is en het verder waarschijnlijk is, dat de bank bij het eindigen der likwidatie van Alkmaar /2000 zal ontvangen, waardoor in betrekkelijk kor- ten tijd de schuld gedelgd kan zijn en de bank bij Eindhoven goed aangeschreven staat, meende het bestuur dat het verstandiger is op dergelijke berichten niet in te gaan." UIT DIRKSHORN. Zaterdag hield de Afd. Harenkarspel van den Bond van Staatspensionneering n Pro- -avond ten huize van den heer D. srum. Als s^reekster trad op mej. Veer de Vero, die in een niet te best verstaanbare improvi- satie een lans brak voor premievrij staatspen- sioen en betoogde, dat de ouden van dagen daar recht op hebben. De kiezers hebben de uitvoering daarvan in de hand, door naar de Kamer te zenden mannen, die hiervoor voe- len. Het Engelsche systeem van pensionneeriiig werd door de spr." aanbevolen als praktisch en uitvoerbaar. Ter afwisseling werden verschillende voor- drachten, muziek- en zangnummers gegeven door eenige bereidwillige personen van de plaats, die daarbij toonden, dat hun prestatie niet gering is te noemen. Mevr. Meinema-Jonker, mevr. Bregman- Wardenaar, mej. B. de Vries, mej. T. IJff en de heeren S. v. d. Oord en Mej IJff, hebben getoond, dat zij te zamen best een „avond vol kunstgenot" kunnen organiseeren. Onmisbaar is daarbij de medewerking van de pianiste mej. Marie Dam. De afdeeling won verscheidene nieuwe leden. UIT SCHAGEN. De heer W F. Gorter (V. D.) is in de ver gadering van den gemeenteraad van 6 Maart tot wcthouder dezcr gemeente gekozen. UIT BROEK OP LANGENDIJK- Woensdagavond had een feestelijke bijeen- kcinst plaais van de leden der Ned. Herv. kerk, in het kerkgebouw, ter gelegenheid dat haar leeraar. Ds Jukema, 25 jaar het ambt als predikant had bekleed. Een groote scharc vulde het kerkgebouw, waarin wij o.a. ook opmcrkten verschillende afgevaardigden van. andere kerken, alsmede der schoolcomnxissie, de burgemeester en secretaris der gemeente, en ook verschillende personen uit zijne vorige gemeente, Rinsumageest. De heer B. IJtsma, die als voorzitter van de regelingscommissie een inleidend woord zou spreken, deelde vooraf mede, dat na afloop der feestvergadering de gelegenheid bestond Ds. Jukema met zijn echtgcnoote persoonlijk te fe- diciteeren in de consistcriekamer. Nadat eene deputatie den jubilaris met zijn echtgenoote van de pastorie afgehaald en de kerk ingeleid had, stonden alien van. hunne zitplaatsem op en zong men den leeraar toe het eerste vers van Psalm 103 diat i'k even stijfkoppig ben als je zelf, en van heel wat beter familie." Die verandering van toon bracht Ebenezer van streek, hij had een poosje noodig-om op zijn verhaal te komen en zei toen: „Wel wel, als het dan moet, dan meet het maar", en sloot het venster. Maar hij had lang work- cm de trap af te komen en nog langer om de sluitingen fos te maken, terwijl ik geloof, dat hij spijt had en een hank lopping van angst, bij iedere nieuwe trede, en iederen bout en grendel. Eindelijk echter hoorden we het kra- ken van de hengsels, en hot scheen, dat mijn oom voorzichtig naar buiten kwam, en, ziende dat Alan een paar passen achteruit had gezet, hem verzocht op de stoep plaats te nemen, terwijl hij de donderbus gereed hield in zijn hand. „En nu", zei hij, „cnthoud, dat ik mijn don derbus heb, en dat je zoo goed als dood bent, als je dichterbij komt." „Een heel beleefde opmerking,", zei Alan, „dat is zeker." „Neen", zei mijn oom, „maar het is een vcorzichtige manier van doen, en ik moet op aPes voorbereid zijn. En nu wt elkaar ver- staan kun je zeggen, waarvoor je komt. (Wordt vervolgd.) 'fy: A -N A N S N A N v S N s A f 'y> A V V s V v A s V\ x v

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1925 | | pagina 5