AlKmaarsche Courant
De lerugkeer van Klompvoet
FEUILLETON.
Dondcrdag 19 Ma art.
Stadsnieaws.
De voorgenomen omzetting van
Post- en Hulppostkantoren.
VOOR SPOEDICE AFLEVE- E3
RING VAN ALLE HANDELS-
DRUKWERK IS UWADRES
No. m 1925
Honderd Zevsn en Twintigste Jaargang.
Gisteravond vergaderde de Kamer van
Koophandel voor Hollands Noorderkwar
tier. Voor het eerst werd deze bijeenkomst
gehouden in de vergaderzaal van het Land-
bouwhuis, die zich voor dit doel uitstekend
leent, al is het verkeer op het Kerkplein wel
eens hinderlijk.
In verband met de te voeren besprekingen
over de bij de posterijen aanhangige plannen
inzake wijzigingen in de postkantoren enz.
waren ter vergadering aanwezig de heeren
A. P. F. Duijnstee, waamemend hoofdinspec
eur der P. en T., L. Truffino, chef van de ex-
ploitatieafdeeling P. en T., en J. P. Haanscho-
len, afdeelings-inspecteur te Amsterdam.
Afwezig waren de leden J. Dokter en mr.
Offers.
Bij de opening bracht de heer Arntz dank
*an den heer Nobel, voorzitter van het Land-
bouwhuis, voor de geboden gelegenheid om in
dit gebouw te vergaderen. Spr. merkte hierbij
op, dat een voortdurend contact tusschen de
Kamer van Koophandel en den landbouw
- noodzakelijk is. Welkom heette spr. ook de
drie heeren, die de bezuinigingen op het ge-
bied der posterijen nader zouden toelichten en
zette uiteen wat daartoe de aanleiding was.
De Kamer van Koophandel had reeds lang te-
gen de voorgenomen wijzigingen gestreden,
maar steeds zonder succes. Zij wil terug naar
de toestanden van voorheen met lagere tarie-
ven voor pest, telefoon en telegraaf, wat spr.
wel mogelijk achtte.
pe heer Duijnstee dankte voor de uit-
noodiging en de geboden gelegenheid om al
lerlei misvaitingen uit den weg te ruimen.
Spr. wi'.de allereerst duidelijk maken, dat
het juist het streven is der posterijen om de
tarieven op het niveau te brengen van voor
den oorlog, iets wat echter tot dusver nog
niet kon. Wilde men de tarieven zoodanig
verlagen, dat zij nog 50 pet. hooger bleven
dan ze in 1914 waren, dan zou dat reeds 9 a
10 millioen gulden per jaar kosten.
Als'eischen, die aan de post gesteld mogen
worden, noemde spr.een behoorlijk function-
neeren met een redelijk aantal bestellingen en
ruime openstelling der kantoren. De hooge be-
lastingdruk in ons land is oorzaak dat voor
den dienst der posterijen geen gelden uit de
staatskas meer worden beschikbaar gesteld.
Dit dienstvak zal zich dus zelf moeten be-
druipen en daarom is een goedkoopere exploi-
tatie noodzakelijk. De salarissen en arbeids-
voorwaarden der ambtenaren zijn reeds zoo
danig besnoeid, dat van die zijde niets meer is
te halen. Dus zal men het nu moeten zoeken
in den dienst en het publiek zal zich daar-
voor eenige opofferingen moeten getroosten,
gelijP ook in het buitenland is geschied- Spr
merkte hierbij direct op. dat het niet alleen het
platteland is. waar eenige zoogenaamde ver-
slechteringen zullen worden ingevoerd, ook in
de steden is dit het geval. Daar zijn reeds ver-
schi'.lende hulnkantoren opgeheven en het
cental bestellingen is in tal van plaatsen
reeds ingekrompen. In Alkmaar is dit nog
niet het geval. men heeft daar nog de vier
bestellingen. Wel heeft de post-administratie
overwogen of het aantal niet verminderd kon
worden, waarbij men dan meende, dat een op
ruimer schaal genomen bus-redd daaraan kon
tcgemoet komen. Overwogen is ook, de Zon-
dagsbestelling overal in te trekken, omdat de
menschen die belang hebben bij hun krant, de
voor hen bestemde post dien dag ten postkan-
tore gratis kunnen afhalen. Op het oogenblik
wordt immers toch des Zondags al haast niet
anders bezorgd dan de krant. In Limburg be
st aat de Zondagsbeste'.ling al een paar jaar
niet meer en men beklaagt er z;ch niet over
Spr. achtte het leger van bestellers op dien
dag niet noodig en vroeg medewerking voor
de bij de postadministratie bestaande plan
nen, ook waar die Alkmaar en dit district gel
den.
Spr. kwam daarna op de omzetting van
postkantoren in bijkantoren en van hulpkan
toren in poststations, waartegen tal van be-
zwaren worden ingebracht. Men ziet echter in
vele gevallen verkeerd.
Voor de bijkantoren komt geen wijziging in
de openstelling, noch in de bestellingen, de te
lefoou of de telegraaf. De veranderingen be-
treffen al'.een het administratieve gedeelte en
de conrentrade van enkel dmgen.
Door Valentine Williams.
Geautoriseerde vertaling van W. E. Pont.
6)
„Ik keek op en zag dat twee van de gevan-
genen op een meier afstand van mij samen
zaten te praten. Ze spraken Spaansch. Al de
anderen sliepen. De eene, dien ik ontdekie
als Neque, was een jonge kerel van een jaar
of vijf-en-twintig, lang en mager. Zijn makker
was een donkere man met een geel gezicht,
een gebroken neus en een verband ov *r zijn
eene oog. Ik sloot dadelijk mijn oogen weer
tn deed alsof ik in slaap was.
„Zoo'n yerduiveld buitenkansjezei de
jongste, „vijf honderd duizend dollars in goud
en wij beiden zullen er niet bij zijn om mee
te deelen!"
„Caracoantwoordde de dikke, „maar wie
zegt dat het er is?"
„Ezel!" riep Neque uit. „Ik was bij El
Cojo, toen hij de Kanaka uithoorde. Had die
Kanaka niet gevaren op het schip, dat den
vreemdeling en het goud naar Cock Island
bracht? Hij was een van de weinigen, die Ka
naka, die ontkwamen aan de influenza, waar-
door zoovelen op het schip om zeep gin gen
Hij vertelde aan El Cojo ik heb het met
mijn eigen coren gehoord hoe de vreemde
ling alleen met het goud aan wal was gegaau,
hoe hij twee dagen op het eiland was ge-
bleven en hoe de kanaka's, toer. zij naar den
wal geroeid waren om hem te gaan halen,
hem wooden met den dood op het gelaat
De poststations hebben een voordeel boven
de hulpkantorenzij zijn langer open dan
ckzc. Van plaatsen waar de hulpkantoren
zijn vervangen door stations, zijn daarover
nog geenklachten binnengekomen. Spr.
meende, dat in de hulpkantoren veel tijd im-
productief verloren gaat. Nu zou men kunnen
zeggen: „laat de hulpkantoren bestaan en
stel ze net zoo lang open als de stations",
maar dat kan niet, omdat men vast zit aan een
voorgeschreven aantal diensturen.
Wat betreft het vaak naar voren gebrachte
bszwaar, dat in een poststation het telefoon-
gcheim niet verzekerd zou zijn, was spr. van
meening, dat dit onjuist is, omdat de chef van
zoo'n station evengoed beeedigd wordt als de
tegenwoordige kantoorhouder, en ook de huis-
genooten. Alleen heeft men geen telefooncel-
len, omdat die meestal toch niet aan het doel
beantwoorden en waar ze dit wel doen, men
de deur toch gewoonlijk open laat. Ze zijn wel
te maken, maar spr. ried aan ze niet te ei-
schen, omdat zij de kosten van het bedrijf
noodeloos clrukken.
Een voordeel voor de poststations is voorts,
dat verschillende poststukken, die nu van het
hulpkantoor moeten worden afgehaald (poet-
wissels, giro-bewijzen, enz.), in die bestelling
worden opgenomen. Dat die stukken bij
onbestelbaarheid door afwezigheid (doordat
een afgiftebewijs noodig is) daarna van het
hoofdkantoor moeten worden gehaald, kan
vcorkomen worden door aan te vragen ze in
een tweede bestelling weer op te nemen. Het
plan bestaat om te bepalen, dat deze weder-
opneming in de volgende bestelling automa-
tisch zal geschieden.
Een ander voordeel is, dat gelegenheid be
staat om aan den postbode mee te geven wat
r en per post bezorgd wil hebben, iets wat nu
niet kan. Men behceft dus niet meer daarvoor
naar het kantoor te gaan, hoewel men ook
daar stukken aanneemt. Ook voor het meege-
ven van gelden enz. wordt gelegenheid gege-
ven. De openstelling der stations zal korter
zijn dan van de hulpkantoren, maar dat wordt
zoo geregeld, dat handel en industrie daar-
van geen nadeel ondervinden. Voor telefoon
en telegraaf zal daardoor meer tijd vrij ko
men.
De heer G r u n w a 1 d, hoewel dankbaar
voor de uiteenzettingen en vooral voor de me-
dedeeling dat op Zondag de post gratis kan
worden afgehaald, kon zich niet vereenigen
met allc voorgenomen bezuinigingea. Hij
vond zuinigheid wel goed, maar die mag de
wijsheid niet bedriegen Waar alles thans zoo-
veel duurder is dan in 1924, nam spr. aan.
dat de regeering moet bezuinigen, maar zij
doe dit niet op de post. Er zijn wel anderc
dienstvakken (b.v. de Raden van Arbeid) waar
dit beter kan en waarvan niemand schade
z-u ondervinden. Spr. zou willen berusten in
het feit dat in den Helder slechts drie postbe-
stellingen per dag zijn, maar meende, d'at men
te plattenlande niet kan verminderen. Voorts
wilde spr., dat overleg met belanghebbenden
wordt gepleegd alvorens tot wijziging in den
postdienst op een bepaalde plaats wordt
overgegaan, iets wat men op Texel b.v. niet
deed toen daar kantoren werden opgeheven
In de commissie-Noiting, die adviseerde over
omzetting van kantoren, hadden mannen
moeten zitten uit handel, nijverbeid en Indus
trie. In elk gevaf vond spr. het verstandig,
dat nu voorlichting wordt gegeven door mid-
del van de Kamer van Koophandel.
Wat de kweste van het busrecht aangaat,
zei spr., dat men zijn zaken toch steeds zoo
zuinig mogelijk moet beheeren.
Spr. gaf in overweging te trachten zooveel
mogelijk naar de toestanden van vroeger te
rug te keeren, ook te plattenlande.
De heer D u ij n s t e e herinnerde er aan,
dat er in 1913 bij de posterijen werkzram wa
ren circa 15000 vaste ambtenaren, later
25000 en nu na ingevoerde reorganisatie
20000. Het grootere aantal was o. a. noodig
door verkorting van arbeidstijd. Het personee)
verdiende in 1913 ongeveer 15 millioen gul
den, later werd dit 60 en thans is het 45 mil
lioen. Om beter evenwicht te krijgen, is ver-
mindering van personeel noodig.
Dat stations minder in het belang van het
pubiek zouden zijn dan hulppostkantoren,
ontkende spr., omdat zij voor telefoon en tele
graaf veel langer open zijn, zelfs langer dan
menig klein hoofdkantoor, waar die tijd meest
8 uur bedraagt. In Schoorldam was voorheen
het hulpkantoor daarvoor vijf uren per dag
open, het station thans 8 'A uur.
Aangaande de commissie-Noiting zei spr.,
dat die alleen oevestigd heeft de maatregelen
die de administratie al noodig achtte. Alleen
zei ze nog, dat later misschien nog iets verder
gegaan meest worden, maar voorloopig word!
voor het platteland de tweede bestelling ge-
handhaafd.
De heer Grondsma was bevreesd, dat
het op het platteland voor de postambtenaren
den zwartcn dood, die gij cn ik wel meet ge-
zien hebben per Di.s! met? tn de listen met
goud vcruwenen! De vreeafueling gaf hun
een flesch met een papier enn en \'rceg hun
te zweren. dat ze die op zijn grat zouden zet-
ten of zijn geest zou hen xweilen. Toen stierf
hij en de kanaka s beg raw en Hem en toen zc
de flesch op het graf gezet hadden, zooais
hij had gevraagd, viachtten ze van net eiland
naar het achip terug!"
De dikke man spuvvde.
„Wie gelooft er nu wat een Kanaka ver-
telt?" zei hij verachtelijk.
„De vreemdeling was de eenige Hanke on-
der al die inooon-ngen," brweerde Neque
„Ze waren bang voor hem en deden wat bij
vroeg uit arrgst, dat zijn geest hen vervclgen
zou. En het graf op het eiland is toch gezion
na dien tijd
„Nu werd de dikke man gced wakker en
begon belangstelling te krijgen.
„Hoe is het mogeiijk!" riep hij uit in ver-
bazing.
„En toen vertelde Neque hem van een ge-
sprek, dat El Cojo had gehad met een „hatf-
garen matroos", waaruit ik gemakltelijk Dut-
chey herkende, die met een kameraad van een
Hollandsclien schooner aan land was ge-
weest en die het graf had gezien met de
flesch er boven op. De andere man, had de
halve gare gezegd, had een beschreven pa-
piertje uif de flesch genomen.
,jDie andere man," vroeg zijn kameraad,
,;wie was dat?"
„En Engelschman," antwoordde Neque,
„maar de gekke matroos wist zijn naam niet
en had hem met gezien, sinds hij op het eiland
gel and was."
Joen spuwde de dikke man weer.
onveiliger zou worden, als die daar loopen
met groote bedragen, die het publiek hun
underweg meegeeft en ook voor de poststuk
ken zelve.
Verder vroeg 9pr.. of het de bedoeling is om
Alkmaar een bestelling te ontnemen en of de
Zondagsbestelling wordt ingetrokken. Per-
soonlijk kon hem dit laatste niet veel schelen,
als men 's Maendags de eerste bestelling
maar wat vroeger kreeg, want die is nu veel
te laat.
De heer D u ij n s t e e geloofde niet aan
vermeerdering van gevaar op het platteland.
Of men de post nu al of niet in een gesloten
zak vervoert, zal geen verschil maken. Het
gevaar zit alleen in het vervoer van kantoor
tot kantoor langs banen waar geen openbaar
middel van vervoer is en dat gevaar is niet
juist van den laatsten tijd alleen.
Spr. zou het niet erg vinden, als in Alk
maar voortaan slechts drie bestellingen wa
ren, men heeft dit ook in het veel grootere
Heerlen en eveneens in Deventer en vele an
dere steden. Wie er bijzonder veel prijs op
stelt om vaker zijn poststukken te ontvangen,
kans immers busrecht nemen, dat kost slechts
10 per jaar.
Of de eerste bestelling op Maandag kan
worden vervroegd, is te onderzoeken. Het
hangt af van de aankomst der post. Misschien
zou men stukken missen, die men nu bij een
latere bezorging nog wel krijgt.
De heer S m a 11 z zei, dat men in Schagen
vreest voor inkrimping van het aantal bestel
lingen. Men heeft er nu vier en wil die graag
houden, omdat Schagen een centrum is voor
een heele streek en er veel kleinere zaken zijn,
die moeilijk 10 kunnen missen voor bus
recht. Spr. had geen bezwaar tegen opheffing
van de Zondagsbes'.elling, als iedereen dien
dag de post maar mag afhalen en niet alleen
de houders van busrecht.
Verder vroeg spr. of er ook kans is dat
Schagen het veelbegeerde streeknet krijgt.
De heer D u ij n s t e antwoordde, dat er
van allerlei kant aangedrongen wordt op een
streeknet. Voor Schagen zag spr. de noodza-
kelijkheid nog niet zoo in. Om aan de tot dus
ver gedane verzocken tegtmoet te komen,
wordt overwogen cen verlaging van het tele-
foontarief voor in elkaars buurt liggende
plaatsn. Spr was verwonderd te hooren, dat
'Schagen nog vier postbestellingen heeft cn ge
loofde niet dat die te handhaven zouden zijn.
(De heer Truffino deelde deze mee
ning). (Gelach).
Etevoorzitter drong er bij de leden op
a..n, om zich aan de wijzigingen in de poste
rijen in het algemeen te houden en geen plaat-
selijke dingen te bespreken.
De heer Messclaar constateerde, dat de
postadministratie bezuiniging beoogt, maar
als zij doet als in de Rijp (postkamtoor van
15000 verkoopen voor 5000), kan men
toch beter wat wachten.
De heer D u ij n s t e e merkte op, dat be-
doeld postkantoor niet is verkocht. Door een
andere exploitatie van dat gebouw wordt
wel terdege bezuinigd.
De heel K o i s t e r wees er op, dat het
busrecht en het in verband daarmee afhalen
van de post niet alleen geld, maar ook tijd
kost. Spr. vroeg verder een vervroegde post-
bestelling op Maandagochtend.
De heer D u ij n s t e e wilde de mogelijk-
heid daarvan doen onderzoeken en als't kan,
zal die bestelling dan vervroegd worden.
De heer H o o g 1 a n d vreesde geen ver-
slechtering van den dienst als gevolg van de
omzetting der kantoren. Vroeger, toen Broek
op Langendijk een hulpkantoor had, kreeg
men de post niet later dan thans, nu er een
postkantoor is. Spr. kun de plannen der ad
ministratie wel steunen
De heer d e R a a t wilde daar ook wel aan
meewerken, als hij maar zeker wist, dat zij
niet zouden Leiden tot ontwrichting van dien
dienst.
De heer Blaauboer was geschrokken
van de mededeeling, dat voorloopig
nog niet gedacnt wexd aan opheffing van de
tweede postbestelling op het platteland. Spr.
wilde die in elk geval gehandhaafd hebben.
De heer Du ij n s t e e deelde mede, dat tot
die opheffing pas in de allerlaatste plaats
zal worden overgegaan.
De heei Wagenaar was het met den
heer Hoogland eens, maar zou te Broek op
Langendijk toch niet graag den toestand van
vroeger terug zien.
De heer Duijnstee was overtuigd dat
genoemde plaats door een bijkantoor voldoen-
de verzorgd zal worden. De wijziging betreft
alleen een administratieve en dient om meer
productief werk van de ambtenaren te krijgen.
De voorzitter meende dat daar, waar
v6or 1914 reeds een hulpkantoor was, dit
thans toch niet moest worden opgeheven. Men
moest caar niet terecht behoeven te komen bij
den besteller, dien men vaak uit den tuin zou
„Bah!" zei hij, „die tocitos zijn sluw. Er
was natuurlijk geen tngelscliman. De half-
gare matroos heeft dat papiertje, waarop
siaat, waar het goud is, zoo zeker als ik
Zwarte Pablo heet
„Die naam bracht mij onmiddellijk weer
Cock Island voor den geest; het was of 'k
weer Dutchey zag, met ae verwonderde, droe-
vige uitdrukiang op zijn gezicht, die mij een
bandvol beschimmelde sigaren liet zien, de
sigaren.die Jose Garcia geimporteerd voor
Zwarten Pablo. En toen ik naar den kerel
keek met zijn eene oog en zijn ieelijk tcegeta-
kelden neus ken ik met anders dan blij zijn,
dat de man mijn bestaan ill twijfel trok
De strandjutter zweeg en keek mij aan.
Toen stak hij zijn magere hand bmnen in zijn
havelooze jas.
„U heeft nu het verhaal gehoord net zoo
ais het is, miinheer Okewood," zei hij, „en
hier heeft U net bericht van dien gestorven
kerelWees er voorzichtig meeHet kan een
fortuin voor U beteekenen
Hij trok een vusl pakje, dat aan een teuw-
tje om zijn hals hing te voorsehijn Hij deed
het touw los en gat mij het kleine, platte pak
je. Ik wilde het openmaken, maar hij hield
mijn hand tegen.
„Niet hier," zei hij op fluisterenden toon
Toen voegde hij er een treurigen glimlach
bij1
„Ik ben bang, dat het een gevaarlijk cadeau
is, dat ik je daar geef, ouwe jongen
„Waarom zeg je dat?" vroeg ik.
De zieke wenade het hoofd cn keek naar
het venster zonder ruit, dat alleen beschermd
was door een paar ruw-getimmerde houtrn
blinden. In de straat buiten tokkelde iemand
zach op een guitaar. Nu en dan klonk een
moeten halen. De postbegrootlng zal mis
schien door allerlei bezuinigingen sluitend
gemaakt kunnen worden, maar men moet niet
vergeten, dat de poststukken voortaan langer
onderweg zullen zijn. Straks krijgt men mis
schien ook nog minder posttreinen. Spr.
waarschuwde de heeren, die zich reeds wilden
vereenigen met de voorgenomen maatregelen
daar voor, omdat het geen goeden indruk zou
geven. Hij was wel voor bezuinigen, maar de
wijsheid mag ei niet door bedrogen worden.
Spr. legde er den nadruk op, dat men in het
buitenland de porto reeds verlaagde tot bijna
het oude tarief.
De heer D u ij n s t e e was door des voor-
zitters woorden gedesillusionneerd. Deze
vindt de porto te hoog en wil niet de maatre
gelen nemen, die tot verlaging kunnen lei-
den. Men kan niet zoo gemakkelijk tot den
toestand van 1914 terug, omdat er een ande
re arbeidswet is gekomen en de loonen met
verder naar beneden kunnen dan nu reeds
het geval is. De overneming der particuliere
teletoonlijnen heeft ook noodig gemaakt dat
veel personeel in dienst moest worden geno
men.
Spr. kwam er tegen op, dat gedacht wordt,
dat de administratie steeds maai verder zal
gaan in bezuinigingen. De bedoeling is niet
anaers dan de uitkomsten van het-bedrijl in
overeenstemming te brengen met zijne gestes.
Hef.belang van het publiek wordt steeds voor
oogen gehouden, naar spr. met stelligheid be-
tcogde.
De voorzitter bleef er bij, dat wij te
rug moeten naar de toestaadm van 1914, de
post-, telefoon- en telegraaf zijn veel te duur.
Als men die verlaagt, zal er veel meer ge-
bruik van die diensten worden gemaakt en bet
verlies daardoor weer worden gotdgemaakt.
Het voordeelig saldo van de telegraaf over
'25 wordt niet gebruikt voor verlaging van't
tarief en dat keurde spr. af. Een rijksbedrijf
uehoeft geen winst te maken.
De heer D u ij n s t e e ontkende dat ver
laging van de tarieven verhooging der in-
komsien tot gevolg zou hebben. In landen,
waar men de tarieven verhoogde, ontstond
een debacle.
De heer Truffino toonde met veel cij-
fers a*n, dat verlaging van briefport met
slechts een cent reeas 1 millioen per jaar
zou kosien. Er is door de administratie wel
al aangedrongen op verlaging, maar de re
geering eischi allereerst een sluitende begroo-
ting. thans is er 414 millioemover en voor
het vo.gend jaar hoopt men op 8 millioen.
De regeering wil dat geld besteden voor de
tekorten van vorige jaren. Maar toch zal
waarschijnlijk tegen October het porto voor
buiienlandsche brieven enz. verlaagd worden
(brieven op 15 cent, briefkaarten op 10 ct.,
gedrukte stukken op 3 cent), waarvan de
kosten geschat worden op 1H millioen. Als
men het binnenlandsche briefperto zou verla
gen tot een bednag, dat het slechts de helft
uooger is dan in 1914, dan zou daar reeds
9 a 10 millioen mee gemoeid zijn Na zoo'n
verlaging zou er kolossaal veel meer bezorgd
moeten worden om dat verlies te dekken. Ke-
kent men op een toename van slechts 10 pet.,
dan zouden er reeds 30 millioen poststukken
meer moeten komen, welker bezorging weer
meer personeel zou vragen, waardoor weer
een deel van de hoogere opbrengst verloren
zou gaan. Aan de hand van veel cijfefs be-
toogae spr., dat poi tverhooging niet leidde
tot vermindering van opbrengst en dat een
meerdere verzenaing nimmer compensate gaf
voor de verliezen door portverlaging. In
Zweden en Engeland bleek dit ook, naar spr.
met cijfers aantoonde. In laatstgenoemd land
denkt men dan ook lang niet aan wederin-
voering van het penny-port.
De heer D u ij n s t e e concludeerde uit de
gegeven cijfers, dat, hoewel tarief verlaging
noodig is, het daarmee te behalen aecres in
geen verhouding staat tot de kosten Derhal-
ve is goedkoopere exploitatie der posterijen
noodig en die kan alleen bereikt worden door
een redelijke versobering van den dienst.
De voorzitter zag in de cijfers nog
niet, dat verlaging van het tarief geen voor
deel zoq brengen in dezen tijd, nu de handel
weer opleeft. Als voorbeeld haalde spr. eigen
zaak aan. Vroeger kreeg hij de bestellingen
per post vanaf den eersten dag der week. Zij
moesten tegen ZaterdagS worden uitgevoerd
en men had dus alien tijd. Thans komen de
vrachtiijders e. d. des Vrijdags met de bestel
ling en om die nu op tijd uit te voeren, is
overhaasting noodig en stagnatie niet te ver-
mijden. Het bedrijf loopt nu veel moeilijker.
Als het porto werd verlaagd, kreeg men weer
den toestand van vroeger.
Spr. geloofde niet, dat er dan terstond zoo
veel bestellers bij zouden moeten komen. Men
moet er op aansturen het porto vooral van
briefkaarten te verlagen, dan worden die
meer gebruikt en dan is personeeluitbreiding
zacht gelach. Voor het overige was het neger-
dorp in rust. Alles was.stil buiten en de
klagelijke accoorden van de guitaar ktonken
duidelijk in den warmen nacht.
„Een week nadat ik aan boord was gegaan
in San Salvador," zei hij, „vonden zij Dut.
chey's lichaam in het dok met een touw om
zijn nek. Arme, ouwe Dutchey, die nooit ie
mand kwaad deed! Hoor eens!"
De mooie, voile tencrstem, die ik had ge
hoord, toen ik Dona Luisa volgde door de ne-
gerwijk, begon plotse'ing te zingen dicht in
de nabijheid. Het was een treurige, k'agende
m'lodie en ieder woord was duidelijk ver-
staanbaar
„Sc murio, y sobre su cara
„Un panuelitu le heche
„Por que no toque la tierra
„Esa bocca que yo bese!"
De strandjutter hield de hand waarschu-
wend omhoog. toen de melodic in een mineur-
toonaard uifstierf.
,,'t Is tijd, dat je nu weggaat!" fluisterde
hij. „Dcor die deur daar, toenover die, waar
door U binnengekomen is, komt U op de bin-
nenplaats achter het huis. Steek die over,
neem het pad door de plantage, lioud altijd
rechts dan zuilt U op den grooten weg naar
de dokken komen. Maak zoo min mogelijk
leven en treuzel niet onder weg Ah
Weer begon de anger in de laan zijn kla
gelijke melodie. Hii zong hetzelfd? vers nog
eens. Zwak sloeg de zieke man met zijn eene
hand de maat.
„Dat heeft hii nu al den heelen avond ge-
zongen. Okewood". micmDelde hij .Altiid he'-
zelfde i;ed:e Tk prt pnfrp'crh? waorden op
gemaakt. terwijl ik op U lag te wachten.
Hoor maar!"
N.T. BOEK- EN HANDKLS-
DRUKKER1J v h. HERMS.
COSTER EN ZOON, VOOR.
DA31 9, ALKMAAR :s
bij de post niet zoo gauw noodig^ want een
besteller is dan niet zoo gauw ovefbelast
Gevaarlijk zou spr. het vinden voor de Ka
mer om zich direct voor de plannen der ad
ministratie uit te spreken, omdat zij de ge-
gevens mist.
De heer Duijnstee drong daar toch op
aan. Een voorloopige uitspraak bindt toch de
Kamer niet.
De heer Grunwald wilde zich wel er
voor verklaren, mits de Kamer het recht be-
houdt eventueele bezwaren te uiten en als die
bezwaren dan ook onderzocht zullen worden.
De heer Grondsma twijfelde er aan,
of dan wel voldoende waarde aan die bezwa
ren zal worden toegekend.
De heer D u ij n s t e e zei dat het recht al
tijd bleef bestaan om bezwaren te opperen.
Er moest eigenlijk komen vast te staan, dat
de Kamer zich in principe met de plannen
vereenigt.
De vo o r z i 11 e r vroeg of er geen wijzi
gingen zullen worden uitgevoerd zonder
overleg met de K. v. K., zooais bv met de
combinatie van post- en telegraafkantoren
De heer D u ij n s t e e achtte dergelijke
combinatie niet verkeerd. Zij leidt er toe dat
minder ambtenaren noodig zijn voor hetzelf-
de werk.
De heer Nobel meende, dat, dank zij de
gegeven uiteenzettingen door den heer Duijn
stee, de Kamer nu ruimer kan oordeelen Er
behoeft nu geen wantrouwen jegens de post
administratie meer te bestaan, maar het is
toch nog moeilijk om terstond pen oordeel uit
te spreken. Beter is dit uit te stellen tot de
volgende week.
De heer Grondsma was het hiermee
eens. Men moet zich eerst kunnen verstaan
met hen, die ons afvaardigden.
De heer Ringers meende, dat thans wel
al een beslissing kon worden genomen, om
dat men toch nergen6 beter kon worden voor-
gelicht dan nu was geschied.
Na nog eenige besprekingen werd ten slot-
te met 9 tegen 7 stemmen besloten, de beslis
sing uit te stellen.
De heer Blaauboer vroeg nog de per-
tinente verklaring dat de tweede bestelling op
het platteland zal blijven bestaan en tevens
of, wanneer wijziging mocht gewenscht wor
den, vooraf overleg zal worden gepleegd.
De heer Duijnstee zei, dat hij daar in
het algemeen voor was. Op't oogenblik kon
spr. wel zeggen, dat er niet gedacht wordt
aan opheffing der tweede bestelling. Toch
was het hem niet mogelijk die verzekering te
geven voor alle omstandigheden in de toe
komst.
De Voorzitter onderstreepte, dat vele
dingen duidelijker waren geworden en hij
darkte de heeren voor hunne uiteenzettingen.
De heer D u ij n s t e e hoewel dankend
voor de ootvangst, was over het resultaat niet
zoo voldaan. Wat beteekenen nu al deze uit
eenzettingen als geen resultaat wordt be
reikt? De animo gaat er af oifi voort te gaan
op dezen weg van overleg met de K. v. K die
nog in de kinderjaren van hunne tegenwoor
dige organisatie zijn.
De voorzitter protesteerde. Er moet
toch gelegenheid zijn om met de kiezers over-
leg te plegem. Spr geloofde wel dat de uit-
slag den heer Duijnstee zal meevallen.
De heer D u ij n s t ee drong aan om zich
in beginsel te verklaren voor d-e plannen der
administratie. Men geeft zich daardoor toch
niet mir nichts dir nichts over.
Na nog eenige besprekingen werd besloten
de definitieve uitspraak voor of tegen te ver-
dagen tot den volgenden Woensdag.
De heeren van den postdienst vertrokken,
waama de voorzitter voorste'de om met
het oog op het gevorderde uur de verdere be-
hande ing van de agerda uit te stellen, welk
voorstel werd goedgevonden.
En met zachte, beverige stem fluisterde hij
meer dan hij zong:
„S/te died and on her jace
laid a napkin fine
Lest the cold eath should ton
Those lips I pressed to mine
Ahzuchtte hij, toen het gezang weg-
stierf en het weer stil was om ons heen;
„wanncer mijn uur zal slaan, Okewood, dan
zal er niemand zijn, behalve misschien die
goeje, oude Luisa, om een vriendelijke ge-
ciacnte zooais die, in mijn kist te leggen!"
Hij stak de hand uit.
„Ga nu!" drong hij aan. „En moge het
geluk met U zijn!"
Ik nam de toegestoken hand.
„lk kom je nog eens gauw opzoeken,
Adams," zei ik. „lk denk, dat je wel graag
zult willen hooren, wat ik van dat bericht ge
maakt heb!"
Hij keek mij treurig aan.
„N:en, Okewood," zei hij, het hoofd schud-
dend, „ik denk niet, dat wij elkaar nog weer
zullen ontmoeten!" -
Ik dacht hetzelfde; want werkelijk, de man
zag er uit alsof de dcod al achtei hem stond.
De cnzichtbare zanger was een ander lied
begonnen.
,J/lira si siria bella
De beginwoorden drongen duidelijk tot mi-
door, toen ik zachtjes de kamer uitsloop. Bi
de deur draaide ik mij om voor een laatstei
blik op den strandjutter. De kaars was aan
het uitgaan en bij het flikkerende licht zag
ik alleen nog de verwrongen, uitgemergeldf
gelaatstrekken en de sombere, lijciende cogen.
Zijn verdere lichaam was gehuld in duistere
schaduwen Bij het zwakk? schijnsel zag ik
nog hoe de handrn op en neer bewogen op
de maat van het lied
(Wordt vervolgd.)