Alkmaarsche Gourant
De hand met het litteeken.
FEU1LLET0N.
1 i
11
Honderu Zeven en Twintigste_iaargang.
Vrijdag 7 Augustus.
Uit de Pers
HET AFGETREDEN MINISTERIE
De Nederlander brengt aan de aftredende
ministers een woord van hulde voor het vele,
door hen onder zeer moeilijke omstandighe-
den tot stand gebracht.
Toen het ministerie-Ruys in September
1918 optrad, nadat de Kabinetsformatie met
groote moeilijtoheid was volbracht, werd het
Kabinet met gematigde sympathie ontvangen
het zag zich intern ationaal gesteld voor
een berg van zorgen, het vond het nationaal
economisch leven totaal ontwricht door oor-
logsmoeilijkheden en oorlogmaatregelen, en t
stond weldra voor een niet ongevaarlijke reva-
lutionaire bedrdging. Bovendien riepen enke-
le wettelijke regelingen dringend om verbete
ring moest de afgeforoken sociale wetgeving
worden hervat en moest voor het volksonder-
wijs nieuwe wettelijke regeling worden vast-
^Zeven voile jaren is het Kabinet-Ruys aan
het bewind geweest. Vijf van de belangrijkste
portefeuilles: Buitenlandsche Zaken, Justitie,
Binnelandsche Zaken, Onderwijs en Arbeid
werden gedurende dat lange tijdvak door de-
zelfde ministers beheerd. De portefeuille van
Kolonien was gedurende zes jaren aan den-
zelfden bewindsman toevertrouwd.
En hoe is nu de toestand, na zeven jaren?
yraagt het christelijk-historisch orgaan.
Internationaal staat Nederland in 1925
zonder twijfel sterker dan in 1918. Een ont-
werp-tractaat, dat in 1919 wellicht met blijd-
schap zou zijn aanvaard, kan thans ternau-
wernood een goed woord ter beoordeeling vin-
den.
Bij het Staatsbudget is de evenaar in het
huisje gebracht; en het bedrijfsleven ontwik-
kelt zich in Nederland vrijer eh gelukkiger
dan in de meeste andere Rijken.
De inwendige vrede is niet slechts bewaard
maar in sommig opzicht is de verhouding
tusschen sterk-uiteengaande politieke partijen
zelfs verbeterd.
Niettegenstaande den financieel-gedrukten
toestand werden ten opzichte der sociale wet
geving toch enkele niet-onbelangrijke schre-
den vooruit gezet: de Invaliditeitswet werd
ingevoerd, de ongevallenverzekering werd
verbeterd en uitgebreid
Aan Justitie kwam menige wetsherziening
tot stand, waarnaar vele jaren hunkerend was
uitgezien; en op onderwijsgebied werd vol
bracht de bevredigende wetgeving, die voor
verre toekomst basis zal blijven der regeling
van ons volksonderwijs.
Als wij, zegt het blad ten slotte, samen-
vatten de vergelijking van den toestand in
1925, dan zal de scherpste criticus, die over
veel het hoofd blijft schudden, moeten erken-
nen, dat er groote reden is tot dankbaarheid
aan de mannen, die gedurende die zeven
jaren de moeilijkste posten in den Nederland-
schen Staat bezetten.
De Residentiebode meent, Ru'ys en de zijnen
niet te mogen laten heentrekken zonder eerst
even te herinneren aan het vele, dat zij voor
het land verricht hebben.
De zeven jaren regeeren hebben natuurlijk
we hebben er in de 'laatste weken meerma-
len aan herinnerd de noodige vijanden ge-
maakt. Dat doet elke minister en hoe langer
hij regeert, hoe talrijker de vijanden worden
Daarbij zijn er, wat ook natuurlijk is, fouten
begaan. Elk mensch, die werkt, maakt fouten.
Het is derhalve geen kunst, na zeven jaren
harden arbeid, gebreken van het afgetreden
ministerie aan te wijzen.
Evenwel, op't moment mogen sommigen
die gebreken herdenken, de kleinere feiten
zullen spoedig vergeten zijn. Terwijl de groo
te dingen blijven. Wat er ook vergeten zal
worden van al de ministeries, die Nederland
sinds 1815 had, met gulden letters zal in de
bistorie beschreven blijven het werk van het
ininisterie-Ruys, dat culmineerde in de twee
groote daden: onderdrukking der revolutie in
1918 en veiligstelling van den gulden in
1924. Dat zijn feiten die epoche maken en nog
na eeuwen in de geschiedenis zullen vermeld
blijven Had het Kabinet niets anders ge-
daan, het had ruimschoots den dank der na-
tie verdiend. v
Daarom kan het, naar de meening van het
blad, heengaan in de overtuiging, dat het
meer dan zijn plicht deed en dat het volk van
Nederland in lengte van jaren zal terugzien
op zijn zegenrijken arbeid.
Aaiberse's zevenjarig bewind.
Onder dit opschrift wijdt (de heer C. J.)
I<(uiper) een beschouwing in De Volkskrant,
waarin hij erop wijst, dat de heer Aalberse,
special in 3e periode 1918—1922, inzake de
sociale verzekeringswetgeving, arbeidersbe-
vscherming, volkshuisvesting, volksgezondheid
enz. zich een staat van dienst heeft verwor-
ven, waarop hij geheel zijn verdere leven met
voldoening zal kunnen terugzien.
Niets, zoomin de social istische hetze als de
inzinking der economische en financieele
draagkracht van ons land in de laatste jaren,
kan iets afdoen aan de groote verdienste van
den eersten Nederlandschen arbeidsminister,
met betrekking tot den omvangrijken en waar-
devollen wettelijken steun, den arbeiders ge-
boden in hun streven naar cultureele en mate-
rieele verheffing.
De eerste vier jaren van Aaiberse's bewind
vormen een buitengewoon vruchtbare periode
in den socialen ontwikkelingsgang van ons
volk, niet alleen door de gunstige omstan-
digheden verwekt, maar ook in belangrijke
mate bevrucht door de groote werkkracht en
den sterk ontwikkelden zin voor sociale ge-
rechtigheid, die zijn gansche levenswerk ken-
merkt.
De heer Aalberse kan zich verzekerd hou-
den van veel oprechte waardeering en dank
baarheid onder ons katholieke arbeidende
volk, dat zijn toewijding aan de emancipate
van den arbeidersstand nimmer zal vergeten.
Op de vier vruchtbare jaren zijn de drie
improductieve magere jaren gevolgd, maar,
constateerd de schrijver, „in onzen kring is
het niet aan de aandacht ontsnapt, van hoe
groote waarde het is geweest, dat de heer
Aalberse niettemin op zijn post bleef om zijn
werk te blijven beschermen tegen de vernie-
lende tendenzen, waardoor het in hooge mate
werd bedreigd.
Het nieuwe Kabinet
De heer Joh. J B.(elinfante) schrijft in
„De Vrijheid" over het nieuwe Kabinet. Het
valt volgens hem niet te ontkennen, dat in het
Kabinet-Colijn hetwelk voor een Neder-
landsch Kabinet inderdaad buitengewoon
vlug geformeerd is! mannen van erkende
bekwaamheid en van gezag op parlementair
gebied zitting hebben. En na een bespreking
der titularissen, concludeert hij:
Alles bijeengenomen is er vooralsnog voor
ons geen reden om dit Kabinet onwelwillend
tegemoet te treden. Wanneer het geen agres-
sieve partijpolitiek voert en niet neigt naar
staatssocialisme, wanneer het blijft beseffen,
da de financieele en economische toestand van
ons land nog geenszins normaal is en dat het
er de tijd waarlijk niet naar is, met het geld
van den Staat weder te gaan gooien gelijk in
de jaren 19141920 is geschied, dan zal het
op onzen steun kunnen rekenen. Maar het
blijve ons van het lijf met ZondagsheiHging,
verbod van lijkverbranding, afschaffing der
Staatsloterij. bioscoopcensuur voor volwasse-
nen en andere dergelijke z.g. Christelijke vrij-
heidsbeperkenae maatregelen; het kome niet
met plaatselijke keuze (het stokpaardje van
den heer Rutgers,) waarvan gelukkig mr.
Koolen niets moet hebbenhet ga niet verder
op het onheilvolle pad van dc protectie; het
verzware de belastingen niet nog meer, maar
streve naar verlichting; het dringe de vrouw
niet nog verder terug van 't terrein van het
publieke leven. Waar het kabinet mocht optre-
den in strijd met onze beginselen, zullen wij
ons daartegen krachtig te weer stellen; maar
voor opposition quand-meme tegen het Kabi
net bestaat voor ons geen reden; integendeel,
niets zal ons liever zijn dan wanneer de
maatregelen, welke het voorstelt, onze instem-
ming zullen kunnen wegdragen. Moge het
Kabinet het vertrouwen, dat wij in zijn daden
stellen, niet beschamen!
ProYinciaal nienws
UIT SCHOORL.
(Vervolg gemeeniteraad).
Punt 4. Voordracht burg- en weth. tot
vaststelling eener suppletoire begi'ooting
aangaandc de financieele' afwikkeling „Slot-
laan", in ontvangst en uitgaaf f 2900,
dienstjaar 1925.
De voorzitter stelde voor, dit bedjrag
met 750 te verhoogen voor een kasgeldlee-
ning ten behoeve van den vleeschkeurings-
dienst. Het geld komt terug aan keurloonen,
zei spr., bet is dus alleen een administratieve
maatregel, evenals de suppl. begi'ooting over
genoemdc 2900, wijl dit het bedrag is, dat
de heer Gouverne voor den weg aanbood.
De aldus uitgebreide voordracht van. B.
en W. werd zonder hoofdelijke stemming
goedgekeurd.
Mevr. H e r i n g a vroeg wie het onder-
houd heeft van de Slotlaan. De gemeente?
Het onderhoud eischt voorziening vooral bij
den Gortersweg.
De voorzitter antwoordde, dat de
weg door den aanleg van de waterleiding
heeft geleden. Bij den tweeden opleverings-
termijn zal wel weer op den staat van onder
houd worden gelet- Op het oogenblik is geen
personeel voor herstel disponibel.
Punt 5. Voordracht van B. en W. om hen
Uit het Engelsch van Baronesse Orczy.
(Geautoriseerde vertaling van A. T.)
64)
„TIet schijnt, dat de Rondkoppen als be-
zetenen vluchten, en dat het hun nan levens-
middelen ontbreekt. Zij komen naar dezen
kant van het land als een troep sprinkhanen,
zoekend wat zij kunnen verslinden, en stelen
en plunderen. Wij voelen ons geen van alien
veilig in onze huizen, en de jongens hebben
zich hier verzameld, omdat zij plan hebben
de bescherming van het garnizoen op het
kasteel voor zich zelf en hun gezinnen te
yragen."
Tubal Longshankes was stil blijven staan.
Hij ging de herberg niet binnen; op zijn don-
kerkleurig gelaat weerspiegelden zich de vele
verwarde gedachten, die door zijn brein joe-
gen. Geruchten! En nog wel zulke geruchten!
Nu die waren drie jaren lang de hoofdbron-
nen van zijn rijkdommen geweest. Inlichtin-
gen hier ingewonnen en daar oververteld,
beteekenden iederen keer ten minste twintig
pond voor hem.
„Wat raadt ge ons te doen, Heer Longs
hankes? vroeg Dearlove, nog buigend voor
den rijken pachter.
Longshankes stond er bij, blijkbaar in ge
dachten verdiept. Hij zag de opgewonden
geziehten om hem heeri, sommigen even on-
derdanig als dat van Dearlove, sommigen
toonden hoop, anderen vrees, alien wachtten
met onrust zijn raad af. Zijn grenzenlooze
hebzucht werd dadelijk levendig. Hier had
hij een prachtige gelegenh'eid voor een van
clie onderhandelingen, die zijn zakken vulden
en zijn zorgvuldig verborgen schat vermeer-
derden; voordeel groot voordeel kon
gehaald worden uit zooveel verwachting en
vrees, want beide zijn geneigd tot edelmoedig-
heid. Longshankes behield zijn pcinzende ge-
zichtsuitdrukking, en fronste het voorhoofd
als in diep nadenken. Een paar slimme ma
noeuvres, en hij zou geen onnoozele twintig
pond voor zijn moeite krijgen, maar waar-
schijnlijk honderd, of nog wel meer.
Zijn eerste zorg was, geloof te toonen in
de geruchten, een geloof, dat hij niet had.
Eenvoudig nadenken had hem reeds gezegd,
dat de beide legers onmogelijk nu onlangs
met elkander in aanraking konden geweest
zijn; de Koning trok naar Hereford en Fair
fax naar het Zuiden. De drie ruiters, die zoo
snel gekomen en weer weggegaan waren, wa
ren of grappenmakers, die zich ten koste
van de anderen vermaken wilden, of z;ij had-
den een verder doel op het oog, vermoedelijk
v'an dezelfde soort, als datgene, wat Long
shankes eigen handelingen op dit oogenblik
bestuurde. Maar vrees te voeden en verwach-
tingen den bodeni in te slaan was de hoofd-
zaak van het spel, dat hij de laatste twee ja
ren zoo gelukkig gespeeld had; het wat dus
met een voorkomen van ernstige zorg, dat
hij zich tot Dearlove wendde en met vrien-
dclijke neerbuigendheid zeide:
„Het is beter, dat ik deze ernstige zaken
vertrouwelijk met v Hpsoreek, heer waard.
1 machfigmg te verleenen tot het aamgaaa,
zoo noodig, eener kasgeldleening van
4000, dienstjaar 1925.
Zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd.
Punt 6. Voordracht van B. en W. om hen
machtiging te verleenen tot verpachting van
het jachtrecht over de gemeente-landerijen
op de bestaande voorwaarden. Deze voor-
waarden zeggen, dat -de verpachting ge-
schiedt onder de ingezetenen der gemeente,
voor den tijd van vier jaren. B. en W.
wenschten deze voorwaarden nog uit- te brei-
den met de bepaling. dat van de verpachting
zijn uitgesloten de Peecklaan en omgeving
(de h«ele Nollen dus), zulks om ongelukken
te voorkomen met het oog op het verkeer al-
daar.
De heer D u i n dacht dat het jagen be-
doelde wegen niet onveiliger maakte dan de
andere wegen in de gemeente. Overal is op-
letten en uitkijken noodzakelijk. Bovendien
is tegen het begin van den jachttijdi het ver
keer niet meer zoo druk. De jagers zijn ook
altijd wel voorzichtig en hebben steeds alles
gedaan om ongelukken te voorkomen.
Mevr. H e r i n g a bracht hiertegen in, dat
in bedoeld deel der gemeente het uitkijken
moeilijker is.
Uit de verdere besprekingen bleek, dat men
het bezwaarlijk achtte om de Nollen van den
jechtgrond uit te sluiten, _zoodat besloten
werd de verpachting weei' te doen plaats
hebben onder de bestaande voorwaarden.
Punt 7. Voorstel van B. en W. om hen
machtiging te verleenen voor vernieuwings-
werken aan. het torenuurwerk te Schoorl,
naar een bedrag van 200.
De voorzitter lichtte tpc, dat "verschil-
lendep ersonen de klok reeds onderzochten,
maar dat nog geen afdoende verbetering is
bereikt. Thans biedt de heer Dekker te Be-
verwijk aan het uurwerk geheel in orde te
maken voor 140, misschien verhoogd' met
een bedrag voor steigerwerk. Hij garandeert
vijf jaar goed loopen.
Het gevraagde bedrag van 200 werd zon
der hoofdelijke stemming toegestaan.
De heer Schermer vroeg of nu meteen
de toren niet geverfd moest worden, waarop
de voorzitter antwoordde, dat dit al is
begrepen in onlangs aanbestede onderhouds-
werken.
Punt 8. Voorstel van Burg, en Weth. om
hen machtiging te verleenen tot toekenning
eener subsidie van 25 aan de plaatselijke
pensionhoudersvereeniging.
De voorzitter zei, dat het wel wen-
schelijk is, dat deze vereeniging en V. V. V.
zich met elkaar verstaan, maar waar laatst-
genoemde organisatie gesubsidieerd wordt,
is het billijk dat ook de pensionhoudersver
eeniging een subsidie ontvangt.
De heer K a a g zag in de vereeniging niets
dan een vakbelang en zou daarvoor geen
subsidie widen toestaan. Land- en tuinbouw
zijn voor de gemeente ook belangrijk en ont
vangen toch ook geen subsidie.
De voorzitter merkte op, dat subsidie
wordt gegeven voor de cursussen.
De heer Kaag Dat is wat anders, dat
is voor onderwijs, maar hier geldt het een
vakbelang.
De voorzitter gaf toe, dat men op
gevaarlijk terrein komt met deze subsidie-
aanvrage, maar desoadanks vond hij de uit-
gave wenschelijk.
De heei' D u i n drong aan op samenwer-
king tusschen beide vereenigingen.
De heer Schermer gel oof de, dat die
samenwerking wel zal komen, Als er veran-
dering komt in de besturen, komt het wel in
orde. Tegen het volgende jaar moet de pen
sionhoudersvereeniging een onderdeel zien te
worden van de V. V. V.
De heer B ij 1 zei, dat dit principe ook be-
sproken was in de vergadering van B. ea W.
Het volgende jaar zal het subsidie niet wor
den toegekend.
Zonder hoofdelijke stemming werd. het
voorstel goedgekeurd.
Punt 9. Voorstel van B. en W. tot goed-
keuring van een crediet van 175 voor door-
trekking van de straatverlichting van pension
,Rusthof" tot aan de Berger grensseheiding,
te Aagtdorp.
Devoorzitter hoopte, dat de gemeente
Bergen ook eenige lichtpunten zal aanbren-
gen tot aan de grensafscheiding.
Het voorstel werd zonder hoofdelijke stem
ming goedgekeurd.
De heer Schermer vroeg ook twee lan-
taarn® te Kamperduin en een bij de R.K. kerk,
-wat de voorzitter toezegde.
Mevr. H e r i n g a bepleifte het plaatsen
van lantaams aan de Burgemeester Peeck
laan vanaf het station ten dienste van de vele
wandelaars.
De voorzitter wilde dit aan de elec-
triciteitscommissie overlaten.
De heer Kaag was tegen het verlichten
van onbeharde wegen.
De Burgemeester Peecklaan heet behard,
En voegde hij er bij, zich tot de menigte
richtend, als ge dat wenscht, zend dan een
of twee van de ouderen om u te vertegenwoor-
digen en met ons te spreken over de beste
middelen, die gebruikt worden voor het al-
gemeen welzijn van deze streek."
Een goedkeurend gemompel begroette de
ze uitnoodiging, en' drie grijsaards werden
dadelijk uitgekozen, om Heer Longshankes
in de gelagkamer te volgen, terwijl de jongere
buiten bleven, en trachten moesten hun op-
winding te beteugelen, totdat zij zouden
hooren, wat de ouderen besloten hadden te
doen. In de kamer had Dearlove het gezel-
scliap reeds van zijn beste ale voorgezef, en
na1 een paar inleidingen en geschraap van
kelen, nam de bespreking een ernstig karak-
ter aan.
Heer Longshankes was de eerste om het
dreigende gevaar te erkennen.
„Een vluchtend leger", zei hij ernstig,
„kent geen andere wet, dan die van zijn eigen,
onmiddellijke behoeften. Een man met een le-
dige maag wordt als een wild dier. Hij kent
eerbied noch medelijdenj Hij moet voedsel en
huisvesting hebben, zelfs ten koste van plun-
deringen en moofd, en als hij door schrik
wordt voortgedreven, kent zijn woestheid geen
grenzen."
Luid gekreun volgde op deze ernstige waar-
schuwing. En onmiddellijk werd het voorstel
weder gedaan, om bescherming te vragen van
het garnizoen van het kasteel Broughton.
„Er zijn daar maar vijf en twintig man",
zeide Longskankes, „en twee officieren." Ik
twijfel er aan, of kolonel Scrape
„Onze jonoens zouden hem van dienst
merkte mevr. Heringa op.
De heer B ij 1 meende, dat de meeste men-
schen met de autobus gaan en de tram niet
veel meer beteekent en er dus's avonds aan
bedoelden weg niet veel wandelaars meer
zijn.
De heer Schermer oordeelde, dat lan-
taarns worden geplaatst niet om de wegen te
verlichten, maar om het verkeer te bevorde-
ren- 's Avonds zijn er geen bussen.
De heer van Lienen meende, dat de
menschen, die om half elf met de tram ko
men, best langs den Laanweg kunnen loo
pen.
De voorzitter wenschte het standpunt
van den heer Kaag, om geen onbeharde we
gen te verlichten, voor later nader te be-
schouwen.
Punt 10. Voorstel van B. en W. tot vast
stelling eener verordening op woonwagens
en woonschepen in de gemeente Schoorl, als-
mede de verordeningen op de heffing en in-
vord'ering van gelden voor een stamdplaats
of ligplaats.
De voorzitter memoreerdle de vele
klachten over den overlast, dien men soms
ondervindt van de bewoners van woonwa
gens en woonschepen. Tot dusver heeft men
voor die menschen ook geen geschikte plaats
aangewezen. B. en W. stelden nu voor, om
den woonwagens als standplaats een terrein
aan te wijzen bij het Noord-Hollandsch Ka-
naal, op de grens met de gemeente Bergen,
terwijl zij voor woonschepen een geschikte
ligplaats achtten- de Nieuwe Vaart bij Har-
gen en de Damsloot, een en ander in te gaan
op 1 October a.s. Spr. geloofde, dat uit de
zen maatregel aanvankciijk wel moeite zal
voortvloeien voor de politic en dat zoo nu en
clan wel extra* toezicht noodig zal zijn. Op
overt reding van dc verordening wenschen B.
en W. een straf gesteld te zien van 6 dagen
hechtenis of 25 boete.
De heer Schermer vroeg of de woon-
wagen- en woonschepenbewoners muziek
mogen maken langs de straat.
De voorzitter: Alleen met toestem-
ming, 't is een kwestie van toezicht.
De heer Kaag wilde het gras van een bij
het aangegeven wagenkamp gelegen stuk
grond niet verpachten, maar den wagenbe-
woners toestemming geven' het te maaien
voor hunne paarden.
De heer B ij 1 meende, dat het terrein van
circa 60 M. groot genoeg was.
De voorzitter achtte het plan nadere
overweging waard. Thans is het gras ver-
pacht. Het aangewezen terrein zal over een
lengte van 20 a 30 M. van sintels voorzien
worden, dan blijft er nog voldoende over om
te maaien. Met het nu gedane voorstel gaat
men nog verder dan de wet op de woonwa
gens voorschrijft, immers het artikel waarbij
vaste standplaatsen moeten worden aange
wezen, is nog niet in werking.
Het voorstel werd zonder hoofdelijke stem
ming goedgekeurd.
Evenzoo het voorstel om bij langer verblijf
in de gemeente een bedrag van 50 cent per
dag te heffen.
Mevr. Heringa vroeg nog of de woon
wagens van de kermis ook op de aangewe
zen plaats moeten staan.
De voorzitter antwoordde hierop, dat
dit giet het gevat is. Die wagens behooren bij
de kramen e. d. Het is slechts de bedoeling
om de bedelarij met apen, draaiorgels e. d. te
weren. Den laatsten tijd in Schoorl een cen
trum voor de beoefenaren van dergelijke
bedelarij".
Punt 11. Voorstel van B. en W. tot bena-
ming van diverse wegen en voetpaden.
E>e voorzitter stelde voor, om den
weg van v. Dijk tot de fam. Peeck te noemen
Binnenweg. Goedgekeurd.
De weg tegenover wethouder van Lienen
zou worden,Schutweg.
Dc heer D u i n stelde voor den weg' van
Lienensweg te noemen, welk voorstel, met
instemming begroet, werd goedgekeurd.
Goedgekeurd werd eveneens om den weg
bij Kossen Hooge Nolweg te noemen en den
weg, die bij den molen den polder ingaat,
Molenpad, hoewel dc heer Kaag meende, dat
dit geen openbare weg is.
Voorgesteld werd verder om den weg bij
wed. Louter Brigittaweg te noemen, maar
toen de heer Schermer zei, dat deze reeds
jaren Koningsweg heet, werd die naam offi-
cieel vastgesteld-
B. en W. wilden den weg van de Roode
Leeuw naar het Klimduin Duinweg noemen,
maar daar kwam de heer Schermer tegen
op, omdat dc hoofdweg door het dorp, offi-
cieel Heerenweg, steeds Duinweg wordt ge-
noemd. Na vrij uitvoerigc besprekingen stel
de de voorzitter naar aanleiding der
discussies voor om bij stemming uit te ma
ken of het deel van den Heerenweg van de
grens van Bergen tot Klimduin voortaan
Duinweg zal heeten of dat men den officiee-
len naam zal behouden. Drie leden (mevr.
kunnen zijn", beweerde Dearlove, die zich
tot den spreker van het troepje had opgewor-
pen, „in geval de vluchtelingen het kasteel
zouden bestormen. Zij kunnen alien spiesen
en knuppels zwaaien".
„Dat is zoo! Dat is zoo!" stemde Long
shankes twijfelend toe: „maar de heele zaak
is moeilijk. Daar is de kwestie van de voor-
raden".
„Dc gezinnen konden die van hen zelf
mede brengen."
„Hoe vele zouden er dan wel willen ko
men?"
„Met vrouwen en kinderen, zouden er wel
een tweehondercl zijn."
„Tweehonderd!" riep Longshankes met
goed gespeelden schrik uit, „en ge vraagt
mij om
„Oud em jong vertrouwt U, Heer Long
shankes. Mannen en jongens hebben u ge-
kend sedert ge in uw wieg laagt".
„Dat weet ik dat weet ik maar ik
heb niet de middelen om zooveel voor u te
doen."
„De middelen?" Een vau de oudere man
nen deed de vraag, en de anderen vroegen
alien, fronsend: „De middelen?"
„Ja zeker", antwoordde Longshankes. „Ge
weet, hoe de koningsgezinden zijn. Het is
geld bij hen, altijd geld. Hun geldkisten zijn
ledig; zij weten niet, hoe zij aap geld moeten
komen, om hun legers te betalen. Nu deze
kolonel Scrape..."
„Hij is een hard man!"
„Dat is hij en laat-ik u zeggen, dat hij
niets voor niets zal doen en heel weinig voor
een beetie, Ik geloof, dat ik hem zal kunnen
w/tn
N.V, Boek- en Handelsdrukkerij-
v,h. HERMS. COSTER ZOON,
Voordam C 9, Alkmaar,
Abonnementen
op Tpdschriften,
zoowe! Binnen- als Buitenlandsche
Heringa en de heeren van Lienen en Duia)
wilden dezen naam behouden, de anderen
wilden dien veranderen in Duinweg. De
stemmen staakten dus, zoodat in de volgen
de vergadering weder over dit punt gestemd
zal moeten worden.
E>e la an naar de woniug van den heer
Zuurbier zal voortaan Groenelaantje heeten
en de weg langs de dokterswoning kreeg den
naam van Dokterslaantje.
Alsnog was ingekomen een brief van het
rijksarchicf in Noord-Holland met verzoek
om vergoeding voor den klerk, die eenige da
gen in Schoorl heeft vertoefd om het archief
dezer gemeente te ordenen. Naar aanleiding
hiervan vroegen B. en W. cen crediet van
200, waarbij dan zijn inbegrepen de kostai
om bedoelden klerk nog een paar dagen te la-
ten komen om het oude en het nieuwe archief
(van 1825 af) op streek te brengen, zoodat't
secretariepersonecl verder alles kan bijiiou-
den.
De heer D u i n vroeg of dat allemaal voor
dien ouden rommel noodig was.
Devoorzitter kwam op tegen de beti-
teling met „oude rommel", omdat er zooveel
dingen van historische waarde bij zijn. Het-
geen voorgesteld werd, achtte spr. zeer ze
ker noodig, opdat het nageslacht ons niet
zal verwijten dat wij de zaak hebben ver-
waarloosd, gelijk ons voorgeslacht heeft ge
daan. Op de secretarie heeft men geen tijd
om het archief volledig te ordenen, wel kan.
men het in orde houden, als het eenmaal
goed op streek is.
Dc heer Schermer bepleitte ook het in
orde brengen van het archief, vanwege de
groote waarde van verschillendc stukken.
Spr. wilde ook pogingen zien gedaan om de
in andere plaatsen berustende stukken, die
op Schoorl betrekking hebben (het Bisschop-
pelijk museum, Alkmaar en Haarlem) naar
hier over te brengen. Tegen inruiling me:
andere stukken is althans Alkmaar daartoe
wel genegen, verzekerde spr.
Rondvraag. Mevr. Heringa noemde
aanleg van waterleiding langs de Harger
vaart een noodzakelijkheid en vroeg mede-
werking van den Raad om tot dien aanleg te
komen.
De heer van Lienen zei, dat wijlen
burgemeester Peeck al vaak pogingen had
aangewend, maar steeds vruchteloos.
De heer D u i n vond waterleiding voor de
menschen aan de Harger vaart wel noodig,
maar't gaat toch niet aan, dat de gemeente
die betaalt, Spr. keurde het af, dat liet Prov.
Waterleidingbedrijf de leiding niet wil leg-
gen, als het niet zeker is van winst. Het
stelt zich z. i. te veel op het koopmans
standpunt.
De voorzitter meende ook, dat men
mocht. aannemen, dat de provincie, om de ge-
zondheid te bevorderen, overal water brengt,
maar stelde daartegenover, dat de lasten
daarvan dan door de gemeenschap moesten
worden betaald en dat zou toch te veel wor
den. Daarom moet men zich wel op koop-
mansstandpunt stellen.
De heer D u i n vond het vreemd, dat de
provincie voor pcrsonen binnen 40 M. van
den weg aansluiting eischt, terwijl zij die
van anderen alien goedkeurt, als er winst
van komt.
Uit de verdere besprekingen bleek, dat de
bewoners geen zeker vcrbruik willen garan-
deeren en dat de gemeente dit ook niet voor
hen wil doen. Ten slotte stelde de voorzitter
voor, nog eens weer op den aanleg aao te
dringen Het P. W. B. is den laatsten tijd
wat vlotter in zulke zaken, misschien he^ft
men nu meer kans op inwilliging.
De heer Schermer wilde steeds weer
aandringen, ook voor Kamperduin, men za!
dan zeker slagen, gelijk dit ook voor den
Omloop is geschied.
De heer Kaag was dankbaar voor de ver
betering inzake naleving van de Zondagswct.
Inzake het tekort op den woningbouw
vroeg spr. of geen verbetering is te krijgen
door progresie te brengen in de huurprijzen.
De voorzitter zou dit wel eens onder
overhalen, maar het zal geld kosten. En, e*p
lijk gezegd, heb ik niet genoeg, om hem te
verlakken".
„Maar, Heer!" riep Dearlove vroolijk uit,
„waarom in s Hemelsnaam, hebt ge dit niet
eerder gezegd? Als net een zaak is om de ko
lonel de hand te smeren
„Met tenmhiste een pond per hoofd", zei
Loogshankes voorzichtig. Inderdaad had
Dearlove's vroolijkheid een wonderlijk ver-
schiet van gouden souverei'nen voor hem ge-
jooa pin pt[ puoio}[ op }i?p 'SOO.TA rji" -pnodc
minder doen zal".
De oudere mannen plukten peinzend aan
hun baard. „Wij zouden geen tweenonderd
pond kunnen betalen", zei een van hen met
treurige beslistheid. En zij schudden hei
hoofd en zuchtten.
„Nu", vroeg Longhankes overredend
„wat zoudt ge kunnen betalen?"
Dearlove krafcde zich het hoofd en keek de
anderen vragend aan.
„Wij zouden een honderd pond bijeen kun
nen brengen", zei hij eindelijk.
Longshankes haalde de schouders op. Dit
was een teleurstelling.... vooral als de boeren
niet geneigd tot onderhandelen waren.
„Zal ik honderd vijftig aanbiedep", zei
hij, ,,en de andere vijftig uit mijn eigen zak
er bij doen?"
„Ge zijt eddmoedig Heer", zei een der
oude mannen, en hij schudde ernstig het
hoofd; „maar wij kunnen dat bedrag niet be
talen. Wij moeten ook de levensmiddelen op-
doen, en die kosten wat. Honderd pond kun
nen en willen wij cpbrengen. Wilt ge niet
zien, wat ge doen kunt, Heer Longshankes^"
Wordt vervolgd). .jj.
Jffo. 18* 1925
is HET ADRES voor