Alkmaarsche Gouran De Reisgenoote. Woensdag 26 Augustus. FEIJILLETON. S0. 206 1955 Honderd Zeven en Twinfigsfe Jaargang, A AN VUL LINGS-AGENDA voor de raadsvergadering op Donderdag 27 Augustus 1925, nam. 1 uu>r. 6a. Benoeming van eene onderwijzeres aan de U. L. School voor meisjes (bijlage No. 112.) 19. Beha adding bezwaarsdirift itazak'e ver giumplngsrecht (bijit. V). Stadnieuws HANDENARBEID OP DE U. L. SCHOOL VOOR JONGENS EN MEISJES. B. en W. schrijven in bijlage No. 120: In het ingediehde ontwerp-leerplan voor dte U. L. School voor jongens en meisjes al hier stelt het hoofd dier school voor, over te gaan tot invoering van het vak r (handenar beid), bedoeld in art. 2 der Lager-Onder- wijswet 1920, aan de jongens die zijn school bezoeken, en wel bij wijze van proef voorloo pig alleen voor de eerste klassen. De Inspec teur van het lager onderwijs in de inspectie Alkmaar juicht de invoering van dit vak zeer toe indien bedachtzaam aangevangen wordt Ook ons College kan zich met de invoering vereenigen. Aan de U. L. School voor jongens en meisjes in een bevoegde leerkracht voor dit vak werkzaam, zoodat de kosten van het onderwijs zeer gering zijn; het hoofd der school raamt de kosten van het onderwijs voor de eeste klassen op ongeveer 80.per jaar, voor eerste aanschaffingskosten van ge reedschap zal echter voor eenmaal een groo tere som noodig zijn. Wij wenschen den uit- slag van deze proef af te wachten om daar naar te beoordeelen of invoering van dit vak ook op de andere scholen mogelijk en ge- wenscht is. Uiteraard hangt deze mogelijkheid ook af van het aantal onde'wijzers(essen) dat de diploma's handenarbeid bezit. Wij achten het gewenscht U hier mede te deelen, dat het nieuwe leerplan ook het vak lichamelijke oefening vermeldt. Wij stellen ons voor, voor de invoering van dat vak op de U. L. scholen binnenkort Uwe machtiging te vragen. Wij geven U in overweging thans te nemen het volgende besluit: I. te bepalen, dat het vak „handenarbeid" bij wijze van proef voor den duur van den cursus 1925/1926 zal -.vorien onder- wezen aan de U. L. School voor jongens en meisjes; II. de uit dit besluit voortvloeiende uitga- ven te regelen bij suppletoire begrooting. VERHAAL WE GENS INKOOP VAN DIENSTTIJD INGEVOLGE DE PENSIOENWET 1922. B. en W. schrijven in bijlage No. 117: De wet van den 2Ssten Mei 1925 (Stbl. 216) heeft wijziging gebracht in de regeling van het verhaail op de ambtenaren van de bijdragen, welke de gemeente ingevolge arti- kel 135 der Piensioenwet 1922 (Stbl. 240) voor inkoop van diensttijd is verschuldigd. Waren de gemeenten voor 1 Juli 1925 be- voegd een vierde gedeelte van de iokoopscm op de ambtenaren te verhalen, thans is de mogelijkheid geopend dit verhaal tot de helft op te voeren, indien zij daartoe voor 1 Sep tember 1925 het besluit nemen. Aan de Commissies van georganiseerd overleg voor de ambtenaren en werklieden hebben wij gevraagd of er naar hare mee- ning redenen aanwezig zijn het bij Raads- besluit van den 20s>ten December 1923 nr. 8 (Gemeenteblad nir. 880) vastgestelde ver haal van een vierde gedeelte van de inkoop som op het bij de wet gestelde maximum te bepalen. Zooals U uit het bij de overige stuk- ken tea- inzage gelegde advies van de Corn- missies zal blijken, hebben zij met algemeene stemmen besloten, in overweging te geven, geen verfiooging van het verhaal voor te stellen. De /neerderheid van ons College is ccht-.r de meening toegedaan, dat het in de lijn ligt van Uw bovenaangehaald besluit, indien de gemeente gebruik maakt van ha>re bevoegu- heid de helft van de door haair versdiuldigde bedtragen op de ambtenaren te verha'ien, omdat de voordeelem van den inkoop van diensttijd! geheel en uiitsluitend de betr.okken ambtenaren ten. goede komen en de wijzi- gingswet uitdrukkeMjk op het oog heeft, ver- Ichting der zware lasten, welke de wet op de openbare lkhamen heeft gdegcf, mogelijk te maken, Wanneer men dan nog in aanmerking ®®emt, dat het aantal termijnen binnen wel ke het verschuldiigde bed!rag word't ingehou- dien, van tien op vijftien is gebracht, waar- Roman. (Git het Fransch van Guy Chantepleure). Geautoriseerde vertaling van W. H. C. 8! 't Zou het begin van een roihan kun- nen zijn. Ja, maar dan zouden yliegeiiier en jong meisje elkaar weer ontmoe't moeten hebben. Zou je zoo'n alledaagschesamenloop van omstandigheden niet minder eigenaardig heb- aen gevonden dan die ontmoeting van twee wezens, die door eenzelfde noodlot, eenzelfde gevaar gedurende korten tijd verbonden zul- xn zgn, op zoo'n bijzondere wijze afgezon- derd van de wereld, in het onbekende en met het ooeindige voor zich en die toen heel gewoon afscheid van elkaar namen, om ieder buns weegs te gaan? „Ieder huns weegs" droevig, vindt je niet? 'dbttf "de betaling is vergcmaftkeTijkf en dat indien de ambtenaren hiertoe voor 1 Juli 1926 het verlangen te kennen geven, de in koop (zoo die door het hoogere verhaal te bezwarcnd zou zijln) ate ongedaan kan wocr- den gemaakt, zal men, naar de meerderheid meent, moeten toegeven, dat de gemeente zkh niet behoeft te iHateo weerhouden van toepas- siing van het hoogere verhaal, zclfs, met het oog op den toestand harer financien dien plicht heeft, dit haar dpor de wet geboden mitfdel tot verlichting harer lasten niet onbe- •nut te lafen. Het hoogere verhaal kan niet worden toe- gepast op hen, die qp 1 Juli 1925 waren ge- pensionneerd. Bij ons voorstefl d.d. 11 December 1923 (bijlage nr. 213) om het verhaal1 op een vier de gedeelte van de inkoopsom te bepalen (todnmadls eveneens het wettelijk 'maximum) braehiten w ij reedls naar voren, dat het hier noodzakelij'k betreft degenen, die tot 1 Juli 1922 geenerlei uifzic'ht hadden op pensioen. Van de overige ambtenaren valTen buiten d'es ze regeling, zij die op 1 Mei 1913 in dienst dezer gemeente ware® (zie de artt. 1 en 2 van de verordening, regelende het verhaal van bijdtagen voor pensioen van gemeente- ambtenaren, (Gem. bilad nr. 520) en zij op wie artikel 176 der Pensioenwet 1922 (Stbl. 240) van toepassing is, d. ,w. z. degenen, die reeds voor de wijzigingswet van 1922 bezig waren1 bijdragen te stcwten voor in'koop van tijdelijken dienst. De hier bedoelde inkoop krachtens Pensioenwet 1922 heeft geheel nieuwe aanspraken doen ontefaan, welke de gemeente het recht geven, geheel afgeschei- den van vroegere beslissingen haar stand- punt te bepalen. Daar in verhouding het tegenwoordige verhaal van een vierde gedeelte van het door de gemeente versdiuldigde in vergelijiking met het verhaal, dat voor 1 Juli 1922 werd toegepast, n.l. 2 van> d'e verschuldigde in koopsom (de gemeente was toen 7 van de in totaal gedurende de tijdelijke diensteni genoten wedde verschuldigd) minder* be- draagt, vindt de meerderheid van het College alle aanleiding deze gelegenheid be baat te nemen om het verhaal op het thans bij de wet gestelde maximum te bepalen. De meer derheid wijst er verder op, dat het hoogere verhaal voor-de betrokkenen practisch hier- op zal neerkomen, dat zij in plaats van 1/40 van- de inkoopsom, zooals thans, zullen heb ben te betalen 1/30 van die som, derhalve slechts een verschil van 1/120 van die som per jaar, helgeen van weioig beteekenis kan worden genoemd voor iederen ambtenaar af- zonderlij'k. Bovendien vergroot de verienging van den verhaalstermijn voor de gemeente het rieico, dat zij een bepaald be'di-ag niet zal kunnen invorderen b.v. bij over'lijden van den ambtenaar). De minderheid van het College kan1 er zich niet mede vereenigen, dat de gemeente thans de eenmaal door haar aan de ambtenaren in 1922 gegeven gelegenheid om diensten voor pensioen geldig te maken tegen betaling van een vierde gedteelte van' de door haar ver schuldigde inkoopsom aan zwaardere voor- waarden bindt, ook at geeft do wet haar bier- toe de macht. Bovendien zijn voor een groot deel der betrokkenen de lasten zwaar, vooral voor hen die binnen afzienbaren tijd met pensioen gaan. Zij toch blijven- bezwaard met het verhaal en wordt dit thans op de helft gesteid, .dan zal er in wrband met artikel 147 der Pensioenwet, volgens hetwellk de in- validiteitsrente welke krachtens artikel 369 of artikel 370 der Invaliditeitswet en de uit- keering, welke krachtens artikel 28 der Ouderdomswet 1919, wordt genoten, van het pensioen wordt afgetrokken, in bepaaide gevallen van het pensioen een aanzienlijk deel worden ingehouden. Daar, zooals uit de hieronder yermelde gegevens bliikt, de oa ten welke de gemeente verkrijgt, in verhou ding tot de geheele kosten, vrij gering zijn te rioemen, terwijl deze zooals hiervoor is ge- zegd, op vele ambtenaren, vooral de oudfere, reeds thans zwaar drukken, is er naar de meening der minderheid alle reden het ecn- stemminge advies van de commissies voor georganiseerd overleg te volgen. Voor zoover bekend (nadere gegevens hieromtrent zullen wij U nog verstrekfen) hebben naar de minderheid opmerkt, slechts enkele gemeenten van de haar gegeven be- voegdheid gebruik gemaakt. Het totaal bedrag dat de gemeente voor inkoop wegens diensttijd zal zijn verschul digd, is, zooals d'at in bijlage 213 van 1923 is aangegeven, gescha-t op 180.00!). Thans, nu dit bedrag in plaats van in 10 jaar in 15 jaar moet worden voldaan kan cle jaarlijksche annui'teit van 20.000 worden teruggebracht tot op 16200. Verbaalt de gemeente hierop de helft, dan zullen de baten, met inachtnemihg van het bepaaide, dat op de op 1 Juli '25 gepension- neerden geen hooger verhaal mag word'en toegepabt, bedragen 7583. Ooder de gegeven oinsfandigheden bedra gen de ontvangsten een vierde gedeelte van f 16200.of 4050, zoodat gemeente jaarltjks rneer zal ontvangen 'f 3533. Iiier- van kom-t 675 ten bate van de 'lichtbedrij- ven en het slachthuis, zoodat jaarlijks 2858 ten bate der begrooting komt. Over 1925 is dit derhalve 1429. De meerderheid van het College geeft den Riaad in overweging de Verordening, tot wij. ziging van de verordening regelende het ver haal voor inkoop van diensttijd, ingevolge de Pensioenwet 1922 (Stbl 240) Gemeenteblad Nr. 880 op de door haar aangegeven wijze te veranderen. G'E MEENSCHA PRE LIJKE REGE LING OMTR'ENT DE TOE EATING VAN LEERLINGEN UIT BUITENGE ME EN- TEN TOT DE OPENBARELAGERE SCHOLEN. De gemeente Purmerend heeft den wensch te kennen gegeven een gemeenschappelij'ke regeling aan te gaan omtrent de toelating van' leerlingen uit die gemeente tot de open- wat klinkt dat )at hangt er van af, heusch, dat hangt er van at. nep Kerjean glimlachend uit en met vrij van een beetje ironie. Het orkest speelde met uu een onrustige en vreemde rhapsodie. Kerjean, zei Phyllis, wees eens lief en ga aan mijn pleegmoeder zeggen daar ?e weet wei - - dat ik dadelijk in bet hotel Ik oen erg moe en juffrouw Ribes MJ een paar muzieknummers wel voor mij willen opofferen Toen Kerjean, zich met de boodschap be- lastende, van haar afscheid nam, voegde zij er aan toe: - Dejeuneer je morgen met ons? Als je wilt, kun je mij om tien uur in het park van het Hospitaal aantreffenWe zullen juffrouw Ribes haar courant laten lezen, gaan dan een eindje wandelen en tegelijk nkoopen doen voor mijn vertrek. F rettig, lie? Afgesproken, Phylleke, tot morgen. Kerjean liield een oogenblik haar'soepele hand in de zijne. Laat je sombere gedachten nu maar in t „bosch en slaap rtistig, voegde hij er aan foe. Zich een beetje vooroverbuigend, zocht hij de oog en, die nooit de zijne hadden ontweken, en dadelijk vond hij ze, kuisch en glimlachend, maar het was de eerste maal, dat hij den vreemden indruk kreeg, niet het diepste te hebben gezien van dien blik, zoo helder en on- peilbaar, als water in een afgrond. En terwijl hij zich verwijderde en een beet je van de wijs was gebracht, een beetje meuwsgierig en ietwat droonierig en, wie weet? misschien ook wat verward in het ge- heim van zijn eigen wezen, herinnerde hij z'ich een zin, die, te mjdden van de dwalende kian- ken en ijle getmen van het harmonieuze duis- ter, droevig en bijna mysterieus door dat meisje tot hern gesproken was, dat drie dwa- zen zich al in het hoofd hadden gezet om iief te hebben als een vrouw: „Misschien be- staat er een Phylleke, dat je niet kent, Ker jean." bare lagere scholen alhier. De gemeente Purmerendi heeft de vereisdhte machtiging van Gedeputeerde Staetn bea*eids verkregen. B. en W. stellen die® Raad voor am voor Purmerenid een regeling te fcreffem zooals die ook voor andere gemeenten is getroffen HANDELSAVONDSCHOOL. BENOE- MING DIRECTEU'R. Ter vO'Orizieming in de vacature van' direc- teua- der Hande'lsavondschool alhier, ont- staan door het overlijdlen van de® beer J. H. Voort biedfen B. en W. de® Raad! de volgende aanbeveliog aan, in alphabeiisehe volgorda J. H. DE GROOT, G. LOUWAARS, beide leeraren aan de Handelsavondschool en de Handfelsscholen B. en W. steltee voor, behoudens goedkeu- rihg van den Minister van Otodlerwijs, tot de benoeming over te gaan en den datum van imfunetietreding aan hum college over te late®. CURSUS OPENBAAR VERVOLG- ONDERWIJS. In bijlage No. 119 schrijven B. en W. Bij Uw besluit van 25 September 1924 werd de „Verordening tot regeling van het openbaar Vervolgonderwijs in de gemeente Alkmaar" (Gemeenteblad nr. 935) vastge- steld. Artikel 2 dezer verordening bepaalt den duur van den cursus op acht maanden (1 September tot en met 30 April). Wij ach ten het echter bij nader inzien gewenscht Uwe Vergadering voor te stellen den duur van den cursus op zeven maanden te stellen en wel van 15 September tot en met 14 April, o.a. met het oog op de Paaschvacantie, die zoo de cursus tot 1 Mei duurt, toch steeds op een groot dee] van de laatste maand be- slag legt. Bij Uw besluit van 29 November 1923 stelde Uwe Vergadering vast de „Verorde- ning, regelende de belooningen van het on- derwijzend personeel aan den cursus voor openbaar Vervolgonderwijs te Alkmaar". (Gemeenteblad nr. 862). Artikel 1 dezer verordening bepaalt de be- looning voor het onderwijzend personeel aan dien cursus op 50.per wekelijksch lesuur per jaarcursus. Ten tijde dat deze verordening werd vastgesteld had de cursus voor vervolg onderwijs evenwel slechts een duur van zes maanden. Het komt ons billijk voor deze be- looning naar evenredigheid. te verhoogen en te brengen van 50.— op j 58.— per weke lijksch lesuur per jaar. Indien Uwe Vergadering zich met het vo- renstaande kan vereenigen geven wij U in overweging vast te stellen een gewijzigde Verordening tot wijziging van de Verorde ning tot regeling van het openbaar vervolg onderwijs in de gemeente Alkmaar (gemeen teblad nr. 935). Alsmede een gewijzigde verordening tot 'ijziging der Verordening regelende de be- looning van het onderwijzend personeel aan den cursus voor openbaar vervolgonderwijs te Alkmaar (gemeenteblad nr. 862). Gemengd Nieuws. GEORGAN1SEERDE HULPVER- LEENING. (Vervolg.) Wij verleenen, zegt het Hbl. aan deze on- merkingen gaarne plaats. omdat wij aan de bewijzen daarvcor ontbreekt het waarlijk met! gaarne alles willen doen, wat in oris vermogen is, cm de giften voor alle slachtof- fers van de ramp ruim te doen vloeien. Daar- bij is meenen wij het maken van c!k onder- scheid naar woonplaats of gezinclte der slachtofffers uit den booze! Met, R. K. Huisvestingscomite meent, dat dit onclerschcid wel wordt gemaakt een R.K. Brabantsch blacl klaagt daarover zelfs in zeer bittere ternfen. Ten onrechte meenen De ramp van Borculo was eenvoudig eer- der bekend dan die van Oost Noord-Brabanf en maakt door z^n veel grooteren omvang een meer dramatischen indruk. E)e schade, die daar moet worden hersteld is ook vee! grooter dan in Noord-Brabant nog en dat verklaart geheel, dat Borculo enz vaker wor den genoemd dan Langenboom enz. Daarin opzettelijke achterstelling van Noord-Brabant of van een bepaaide gezindheid te zien is naar onze meening een misvatting. Meer wil len wij er niet van zeggen, omdat' het ons niet gewenscht lijkt naar aanleiding van deze nationale ramp te gaan polemiseeren Wij weten niet, waar de Noord-Brabant- sche bevolking het verlangen uitsprak, dat haar gaven voor provinciegenooten zouden worden bestemd. Wij hebben daarvan niets bespeurd. Wat wij betoogden in het hierbo- ven bestreden stuk was enkel de ongewenscht- heid, dat bij de steunverleening na deze na tionale ramp eenig onderscheid, welke dan ook, zou worden gemaakt. Het R. K. Huis- De commissie is van oordeel, dat wanneer: a. de verbetering van den vaarweg over het Alkmaardermeer. b. de door haar aanbevolen plannen van de Commissie-Van Aalst met de acuigegfeven aanwijzingen en aanvullingen en c. de door de Zuiderzeewerken ontworpen plannen zullen zijn tot stand gekomen. Noord-Holland benoorden het IJ zal beschik- ken over een stelsel van hoofdwaterwegen, dat tot in de verre toekomst voldoende "'zal' blijken. immers zullen er dan zijn in de richtin" Zuid-Noord: 1. een waterweg, geschikt vocr binnensche- pen tot 2000 ton, van Amsterdam beoosten het tegenwoordige Noorderkwartier tot Fiel der en Tessel. van waar uit Enkhuizen, Mc- demblik en den Oever bereikbaar zullen zijn, evenals Edam en Hoorn, zij het dan wat beide laatstgenoemde plaatsen betreft,' we!- licht slechts voor schepen van 600 ton'; 2. cen waterweg, aanvankelijk reeds ge- III. Het was nog geen tien uurDicht bij het bronnengebouw, was het aan de overzijde van het park, tegenover den hoek van de straat, waar elken zonnigen morgen, tallooze rozen werden verkocht, pas uit de tuinen ge komen, nog dronken van heerlijke warmte en nog rickende naar aarde en vochtigheid van bladeren als de zon opgaat. Gebogen ove; den grooten, ronden trom mel, die een klein koopmannetje in lekkernij- tjes haar voorhield, liet Phyllis het knarsen- de draaibord wenteien, terwijl drie andere gelijksoortige koopmannetjes, jongetjes ui;t het Zuiden, met zwarte oogen, witte tanden en die een zanger.g dialect spraken en niet veel grooter waren dan hun trommels, om haar heen stonden. Ze kenden 't juffertje best, dat elken mor gen door middel van hun kinderlijk verzon- nen draaibord haar ochtendsnoeperijtje won, zooals ze 't noemde en dat, als 't beenginv, niet graag. een ontevredene zou hebben\ach- tergelaten. Vier achttwee Ik, juffrouw, ik nu niet veei geluk vandaag. juffrouw Wilt u „opgevouwtjes" of „hoorntjes"? De „opgevouwtjes" zagen er uit als heel glad gestreken zakdoekjes; zij golden ieder voor twee „hoorntjes"'t'Was kostbare waarEn toch hield Phyyllis meer van hoorntjes, die ze liichtiger vond. Ze wist hun verlokkende fijnheid, hun smakelijke kleur en die vierkaritjes als bij een wafel, 'te waa1*- deeren. vestingscomite maakt dit onderscheid voor schikt voor schepen van 1000 ton doch 're de giften in Noord-Brabant ingezameld, die makelijk verruimbaar tot een 2000 tons-wer voor de slachtoffers in dezelfde provincie A~1 worden bestemd, tenzij de gevers uitdrukkelijk den wensch, dat ze voor een ander deel der slachtoffers zullen worden bestemd te kennen geven. Dat betreuren wij en betreuren wij nog, zooals wij het zouden betreuren, indien men in Gelderland een dergelijke houding had aangenomen ten aanzien van de slachtoffers in den Achterhoek. Wij staan in dat opzicht met alleen. In de „Bredasche Courant" van 18 Aug. bijv. lezen wij: Maandagavond vergaderde het voorloopig Comite voor Breda, onder presidium van No- taris Verschraage in Cafe „Moderne" Algemeen werd betreurd dat de Commis- sans der Koningin in Noord-Brabant, in ziju kwaliteit als voorzitter van het Provinciaal Comite tot Leninging van Rampen, aan het R. K. Huisvestingscomite verzocht had een steunactie te organiseeren ten behoeve van cle geteisterde plaatsen in Noord-Brabant. De voorzitter van den kring Breda van het R. K. Huisvestingscomite, die zoo vriendelijk was geweest de vergadering bij te willen wo- nen tot het verstrekken van alle gewenschte inlichtingen, had ook direct het bezwaar ge- voeld van een actie, alleen ten dienste van de plaatsen in Noord-Brabant. Hij had dit be zwaar trachten te ondervangen door op de lijsten, waarmede gecollecteerd zal worden, een tweede kolom te plaatsen met het hoofd „Achterhoek", waarop dan geteekend kan worden voor de andere geteisterde streken, Borculo, enz. Door een en ander was evenwel practisch onmogelijk geworden met succes nog gelden in te zamelen voor't Nationaal Steuncomite, het eenige officieele lichaam, hetwelk van Regeeringswege is samengesteld om de slachtoffers van de stormramp te helpen. Om de hierboyen aangeduide redenen wil len wij ons tot deze vermelding zonder verder ccmmentaar bepalen. Het R. K. Huisvestings comite heeft nu gelegenheid gehad onzen 1> zers zijn standpunt te doen kennen. Ons heeft het niet overtuigd. Laat ons hopen dat deze houding van het comite, die ons met het be- lang der zaak, evenzeer als met de bevorde- ring van het nationale samenhoorigheidsge- voel in strijd lijkt, de zaak niet te ernstig schade. Onzerzijds de raad: men blijve ruim, en zonder eenig onderscheid tusschen de slacht offers te maken, geven, bestemme de gaven niet voor een bepaaide categorie der getroffe- nen, maar late de aanwijzing der bestemming en de verdeeling der gelden geheel over aan de eenige nationale organisatie, die voor dit doel bestaat. za^ ongetwijfeld zich uitsluitend door billijkheidsoverwegingen laten leiden, bij de ten uitvoerlegging van haar taak. WATERWEGEN IN NOORD-HOLLAND Verschenen is het verslag van de door Ged. Staten van Noord-Holland bij besluit van 2 Juni 1920 onder voorzitterschap van den commissaris der Koningin ingestelde com- missie, welke tot taak had advies uit te bren gen omtrent de vraag „welke werk.en zullen moeten worden uitgevoerd en welke regelin- gen van waterstaatkundigen, administratieven en financieelen aard zullen moeten worden getroffen teneinde te geraken tot een stelsel an goede waterwegen qp het vasteland van het Noordelijk deel van Noord-Holland, voor- namelijk in West-Friesland?" In haar zeer uitvoerig rapport stelt de commissie ten slotte de volgende nieuwe ka nalen voor: OmvalHuigendijkAvenhorn G algenbo ch t— H 001*11H 0 orn—Hoorn h uis Zwaagdijk— MedemblikZwaagdijk— Enk huizen; Huigendijk—Oudkarspel; Alkmaar —Huigendijk; Oudkarspel—Kolhorn; Stoi- pen—Schagen; Schagen—de Kreil—Ko!- liorn; Rustenburg—Obdam; Oudkarspel— Dirkshorh; GrootebroekAndijk; Avenho-rn Spijkerboor, Avenhorn—Purmerend. Ze werden in elkaar gesclioven en vormden dan een hoogen toren wankel als een kaarten- huis. Zoo nam ze ze mee en knabbelde ze ondcrweg een voor een op. Tusschen haar snoeplustige landjes kraakte het luchtige bak- sel met een geluid van iets smakelijks, waar- van de kruimels 0 haar jurk vielen. De droge, gevanilleerde smaak herinnerde het jonge meisje aan prettige cogenblikken van vroeger, die haar geheugen niet scherp meer kon omschrijven. Ze was niet op den leejftijd, waarop men als gevolg van een onbe- duidende herinnering, 't prettig vindt zich weer „kind" te gevoeleri; ze was den leeftijd nog niet ontwassen, waarop men soms plot- seling merkt nog een klein meisje te zijn, dat gelukkig is met de minste kleinigheid. Hoe ook, ze hield veel van't smakelijkeribroze gebak met den grappigen naam, dat zoo gauw, met kleine.knappende stukjes kon wor den opgegeten. "Kerjean, die couranten aan een kiosk kocht, zag Phyllis dadelijk en ging naar haar toe, terwijl de nu tevreden gestelde koopmanne tjes al klepperend weg gingen, met de zwa re trommel op hun rug. Kijk, nu ontmoeten we elkaar niet in het park van't Hospitaal. Goeden dag, oude vriend. Zijn die hoorntjes lekker? Een tractatie! Proef eens Neen, dank je, ik durf niet.. Ik zou bang zijn die tractatie niet zoo veel eer aan te doen als jij. Het scheen dat dc sombere bui van het jonge meisje voorbij was; ze was geheel in van Amsterdam over de Zaan en het Alk maardermeer naar Alkmaar en Helder; 3. een waterweg voor 600 tons schepen van Amsterdam langs het Noord-Hollandsch Ka- naal tot Purmerend en verder in verbinding staande met den sub 2o genoemden vaarweg, aan welke waterwegen zich aansluiten: a. de waterwegen van het Westfiiesclie ka- nalennet, gedeeltelijk geschikt voor schepen van 150 ton, en wat de hoofdwegen betreft verruimbaar tot 600 tons schepen van de meuw gebouwde schutsluis aan de Kooi naar het Boezemmeer bezuiden den afsluitdijk door het Amsteldiep en Kolhorn. De commissie is van oordeel, dat het boe- zembeheer aan een, het geheel omvattend, boezembeheerend waterschap moet worden op- gedragen. Dit kan worden bereikt door uit- breiding van het gebied en dc taak van het Hoogheemraadschap der Uitwaterende Slui- zen en opheffing van het Ambacht Geestmer- ambaeht alsmede van het Heemraadschap der Strijkmolens van de Nicdorperkogge. Bovendien zal deze oplossing, naar de com missie meent, belangrijk goedkooper zijn dan die, welke door de oprichting van een nieuw hoogheemraadschap zou worden verkregen. Het eindcijfer der begrooting bedraagt 13 650.000, benevens 80.000 voor verbe tering vaarweg Alkmaardermeer. Waar niet te verwachten is, dat het rijk de uitvoering van de kanalen op zich zal nemen, ligt het naar het oordeel der commissie voor de hand, dat de provincie dit zal doen. Naar haar meening kan uit het in het le- ven roepen van de provinciale commissie worden afgeleid, dat zoowel Gedco. State® door hun initiatief, als de Staten door het toestaan van de voor die commissie benoodig- de credieten, reeds in deze richting hebben gedacht. Waar de kanalen voor scheepvaartdoelein- den worden aangelegd, zullen, naar de com missie meent, het onderhoud, alsook het be- heer, van alle door haar ter uitvoering of ter verbetering voorgestelde vaarwegen met hun kunstwerken en oevers, in het algemeen ge sproken, bij de provincie moeten worden ge bracht. Bij het bovenstaande is aangenomen, dat de financieele lasten van het beheer en onder houd, met inachtaeming van het bepaaide bij art. 2 van de wet van 10 November 1900. Staatsblad no. 176, volledig voor rekening van de provincie zullen komen en dat deze onder de thans geldende vc-rhoudingen niet zal overgaan tot het treffen van schccnvaart- rechten. Nu de Wilhelminasluis te Zaandam een maal bestaat en onder beheer is van het hoog heemraadschap voor de uitwaterende sluizer. in Kennemerland en West-Friesland zou het overbrengen van het beheer der sluis bij den beheerder van de kanalen beteekenen, dat het hoogheemraadschap de zorg over een van zijn belangrijke uitwateringsmiddelen zoi verliezen. De commissie was van oordeel dat voor zoodanigen maatregel voorshands geen voidcende termijn aanwezig zijn. Voor den vaarweg over het Alkmaarder meer stelt de commissie dc volgende kosten- verdeeling voor: het rijk en de provincie ieder 1/3, de Zaanlandsche gemeenten te zamen 1/6 en de gemeente Alkmaar 1/6. HET 300-JARIG BESTAAN VAN HOOGEVEEN. De drieclaagsche feesfen ter herdenking van het 300-jarig bestaan van Hoogeveen zijn, zooals wij reeds in het kort meld den, begonmen. „Hoogeveen herdenkt z'n 300-jarig be staan. Wanneer wij dit tijdvak aan onzen geest laten voorbij gaan," schrijft de voorzft- ter der Hoogeveensche feestcommissie, tie heenW, Koelman, in het officieel program- ma van de feestelij'kheden, „kunnen wij on zen indruk onder deze woorden samenvat- ten: „Arbeid onder moeilijke omstand'ighe- den." Inderdaad de Hoogeveeners werden nooit vemend. Eerst moest het veen ontgraven worden. Daarna kwam het iK>sChbedtrijfTen 't rose gekleed. Coquet had ze op haar luch- tigen kanten hoed een bouquetje echte „la- France'-rozen en freesias bevestigd. Dezelfde bloemen had ze op het revers van het jacqut gespeld. Ook haar teint was rose; haar blonde haar glansde in het zonlicht en haar oogen lachten schitteren- der vroolijker en inniger dan gisteren avond. En't was of de frissche onschuldige gulzige lippen niet alleen de luchtige koekjes maar ook in de heerlijke warme lucht en te midden van de geuren der boomen, den machtigen en opwekkencien kus des levens zochten. Phylleke was gehoorzaam aan Kerjean ge weest ze had gedurende den nacht afscheid genomen van de booze geesten van haar me lancholic. Wat hebben ze je in de bloemen gezet! riep Kerjean uit. Waar komen die wonder- mooig rozen vaudaan, Phylleke? Uit het zelf- de land van je glimlach van van ochtend? Als „waar komen die bloemen van daan?" beteekent: „van wien heb je die?'" dan kan ik je daarop nauwelijks antwoorden er was geen kaartje van den gever bij. Dit bewijst niets. Plaag me niet, Reuzen-Bizuth! De woorden waren dezelfde als gisteren avond, maar hoe versehillend was de toon! Het was werkelijk of Pryllis Boisjo-li van daag „geplaagd" wilde worden (Wordt. vejryo.^d). .0 Wlj.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1925 | | pagina 7