De vergadering. yan 80 Mi. In deze tent wordt voor atwisselende tees- fcelijkheden gezorgd. Daar t re den de chan- sonniers Scholten en van Gennep, Jhr. v. Riemsdijk en Toolen en Van Lier op. Demanmct.de mysterieuse handen, de heer Larette zal men dan ook in zijn gochel- toeren kunnen bewonderen, terwijl men er mede van de jazz-Band „The Harmony Four" zal kunnen genieten. Ook in „Het Gulden Vlies" worden in ver- band met het jubileum feestelijkheden georga- niseerd. De heeren Scholten en Van Gennep treden daar reeds hedenavond op met een speciaal „Witte Kruis" repertoir. Met het oog op de feestelijkheden is de yroegste sluitingstijd 1 uur. In de feesttent wordt er hedenavond een eabaret-dansavond georganiseerd. De heer Larette treed dan mede op. Van 3—4 uur en van 5 tot 6 uur zal op het tentoonstellingsterrein „The Harmony Four" zich morgen doen hooren. Van 8% tot 1 uur cabaret dansavond. /aterdag van 35 uur Jazz-Band in de feesttent, van B1A tot 10 A de chamshonniers Scholten en van Gennep, daarna Jazz-Band. Zondag van 1A uur harddraverij van de Kennemer Sportclub op het gemeentelijk sportterrein. Van 3 tot 5 uur Jazz-Band in de feesttent en optreden van Scholten en Van iLier. Over de feestelijkheden op de volgende avonden schrijven wij Zaterdag. Dat Vrijdagavond Truitje de la Mar en Margie Marriswik ook zullen laten komen met Nap de la Mar zal velen wel aangenaam zijn. Om even duidelijk te maken, dat het Witte Kruis er alles opzet om haar sympathiek werk ingang te doen vinden deelen wij na ide feestelijke vermelding maar dadelijk mede dat er buiten de algemeene vergaderingen ook lezingen worden gehouden en wel Vrij- idagmiddag een door dr. Doyer, inspecteur ,der volksgezondheid over „het Witte Kruis len dc strijd tegen de typhus", Maandag een door prot. Dr. H. H. T. Bekenkamp over \Hygiene en Vrijdag 25 Sept een door mevr. IJacoba Franco MendesCalisch over de .Hygiene in woning en huisgezin. De stands. De sociteitszaal is geheel in beslag geno- men door het hoofdbestuur, die daarin een 110-tal stands heeft ondergebracht, w.o. een marquctte van het herstellingsoord voor meisjes en vrouwen „Heideheuvel" te Hilver- sum, waarin tot nog toe een 50 a 70 patienten worden verpleegd, maar straks een 100 pa tienten verpleegd zullen kunnen worden. Van het werk in de herstellingsoord en van „het [Witte Kruis" Bosch en Heide" te Laren en „Vechthoeve" te Maarseveen kan men hier eveneens kennis nemen, alsmede van dat in de ontsmettingsovens te Alkmaar, Hilversum en Haariemmermeer. Ook op het gebied van de zuigelingenverzorging valt hier veel te leeren. De opschriften in deze zaal, zeer smaakvol aangebracht, hebben alien betrek king op het gebied van het werk van „Het Witte Kruis" Met een nieuw ontsmettingsmiddel, ge- naamd Cyklon, pas een half jaar in gebruik, kan men hier ook kennis maker. Een grafische voorstelling doet zien hoe er na de griepepidemie een daling in het aan- tal besmettingsgevallen valt waar te nemen. Dc gezondheidstoestand was in het alge- meen na de griepepidemie beter dan er voor. Na 1923 neemt het aantal ontsmettingen echtcr weer toe. Met het werk van de vereeniging maakt men hier. op afdoende wijze kennis. Men krijgt respect voor deze organisatie. Het is thans zelfs mogelijk, dat men van uit de centra Alkmaar. Haarlem, Hilversum en Amsterdam ten alle tijden, ook des nachts, ziekenverplegingsartikelen kan requireeren en autovervoer voor zieken kan bekomen. Ook het zegenrijke werk van de wijkver- pleging vindt men Her in beeld gebracht. Van hoeveel invloed op de daling van de kindersterfte de moeder-cursussen zijn, kan men bier ever.eens vernemen. De stand van de afdeeling Alkmaar. Deze stand die aesthetisch door den heer Groen werd verzorgd. is een succes Dank zij den invloed van Dr. Pameijer, be- schikt deze afdeeling over een magazijn met' yerplegingsartikelen, ter waarde van 10.000. In deze stand kunnen de afdeelingsbesturen zien, hoe een magazijn behoort te worden ingericht. Zeer praktisch is een ziekenlichter. Een guinmie sponsbed tegen het doorleggen is voor langdurige zieken een uitkomst. En de practische drager van dit bed werd volgens een ontwerp van Dr. Pameijer vervaardigd De ruststoelen, die hier staan uitgestald, zijn uit een stuk. De geschiedenis Van de afdeeling wordt hier in grafische vdorstellingen in beeld ge bracht. Hieruit blijkt wel, dat de betere in- richting van het magazijn en stijging van het ledental en van het inkomen der veree niging bevorderdt. Het werk van den ijverigen secretaris den heer Frese die volgens een kaartsysteem al les uitstekend administratief heeft ingericht draagt er mede in hooge mate toe bij, dat deze afdeeling bloeit en reeds 17>r pCt. van bevolking tot haar leden telt. Deze afdeeling verdient echter een nog sterkere toename van het ledental Op'medisch voorschrift kan men al de vcrplegingsmiddclen gratis bekomen en dit voor een contribute van 3 per iaar met een vrijwillige verhooging boven 3000 in komen. Het idealistische is dat ook zij die dit lage bedrag zelfs niet kunnen betalen op medisch voorschrift deze hulpmiddelen ook gratis kunnen bekomen. De firma Vroom en Dreesmann maakte zich verdienstelijk door de foyer en de be* stuurskamer gratis in te richten en voor kin- deren een ballonwedstrijd te organiseeren. Voor heden volstaan wij met de overige standhouders te noemen. In onze volgende nummers komen wij daarop wel nader te- '"ug. cfnTc, vergezeld van zijn adjudant Jhr. von Miihlen per trein te Uitgeest. Ter begroeting waren daar aanwezig de heeren J. E. G. C. Dibbits, Secretaris van het. Hoofdbestuur, Mr. H. A. J. M. Kusters, Voorzitter van het' Jubileum Comite en Mr. W. C. Wendelaar, Burgemeester van Alk maar. In twee auto's werd daarna naar Alk maar gereden Om 10.30 ontving de Vice-voorzitter Dr. H. L. E. v.d. Berg in „Het Gulden Vlies" de gasten. Ontvangst algemeene vergadering. Heden om 10 uur had door de afd. Alk maar de ontvangst van de algemeene verga dering plaats. Dr. Pameijer sprak hierbij een kort wel- komstwoord. i. Om 10.44 arriyeerde K. ti. Peas Hea- w De voornaamste gasten zijn: Z. Exc. Jhr. Mr. Dr. A. Roell, Coramissaris der Ko ningin in de provincie Noord-Holland (deze arriveerde eerst om pi m. 12 .uur); Mr. L. Lie- taert Peerbolte, Directeur-Generaal der Volksgezondheid, als vertegenwoordiger van Z.Exc. den Minister van Arbeid, Handel en Nijverheid; Dr. N. M. Josephus Jitta, Voor zitter van den Gezondheidsraad; Dr. F. C. Fleischer, Voorzitter van de Algemeene Ne- derlandsche Vereeniging „Het Groene Kruis"; Dr J. Th. Terburg, Hoofdinspecteur der Volksgezondheid; Dr. J. J. Th. Doyer, Inspecteur der Volksgezondheid in Noord- Holland; Dr. L. C. Kersbergen, Voorzitter der Maatschappij tot Bevordering der Ge- neeskunst; Dr. D. C. C. Ebell, Rijksarchiva- ris; A. W. Michels, Gedeputeerde van Noord- Holland; de vertegenwoordigers van de „Groene Kruis"-vereenigingen in de andere provincien. De burgemeesters van de Rijp (P. A. Ro- mijn) en Span brock (A. Commandeur), in welke gemeenten de afdeeling van „Het Witte Kruis" 50. jaar bestaat. (Mr. P. J. Reijmer, burgemeester van Hilversum, in welke ge meente de afdeeling eveneens 50 jaar bestaat, was door een famTliefeest verhinderd tegen- woordig te zijn). De burgemeester van Alkmaar, Mr. W. C- Wendelaar, voorts eere-leden, adviseerende leden, vertegenwoordigers van de stichtin- gen, vertegenwoordigers van vereenigingen die met „Het Wite Kruis" samenwerken; de wethouders van Alkmaar, de voorzitter van de afd. Alkmaar van de Maatschappij tot be- 'vordering van de Geneeskunst, enkele be- stuursleaen van vereenigingen die in Alk maar hebben medegeholpen cm de jubileum- feesten te doen slagen, de verschillende ju- bileuracomite's, enz enz. De voorzitter, Dr. Stieler, geleidde om 11 uur de gasten in de vergaderzaal. Daar word Prins Hendrik door het Hoofdbestuur ont- vangen. Op het podium namen plaats bij 't Hoofd bestuur Z K. H. de Prins met diens adju dant, Z.Exc. Mr Dr. A. Roell, Commissaris der Koningin, tevens Eere-Voorzitter der Vereeniging, Mr. Lietaert Peerbolte als ver tegenwoordiger van den Minister, en Dr. Jo sephus Jitta,als voorzitter van den Gezond heidsraad. Dr. Stieler hield als voorzitter de volgende rede. Koninklijke Hoogheid, Dames en Heeren. Op dezen voor het Witte Kruis zoo ge- denkwaardigen dag, waarop wij zijn samen- gekomen om op feestelijke wijze het gouden jubileum van onze vereeniging te herdenken, acht ik het een buitengewoon voorrecht U hier alien het welkom te mogen toeroepen. Het zij mij, met Uwe toestemming ver- gund in de allereerste plaats tot U Koninklij ke Hoogheid een bijzorder woora van wel kom te mogen richten. Het is wel een zeer bijzondere en door ons niet hoog genoeg te waardeeren eer, die Uwe koninklijke Hoogheid ons heeft willen aan doen, door te voldoc-n aan onze uitnoodiging om aan dit, voor het Witte Kruis zou heuge- lijk feest door Uwe hooge tegenwoordigheid meerderen luister te willen bijzetten. Het is niet de eerste maal dat het Witte Kruis van de zijde van Uwe K H een blijk van belangstelling en sympathie in onze ver eeniging mag ontvangen. Nog slechts enkele jaren geleden, schonk Uwe K. H. ons, ter gelegenheid van eene oefening van de Roode Kruis Colonne te Hil versum, het voorrecht van Uw hoog bezoek aan het herstellingsoord ,,Heideheuvel" voor vrouwen en meisjes aldaar, vooraf gegaan door een bezoek van ons herstellingsoord „Bosch en Heide" voor mannen en jongens te Laren. Werden deze bezoeken reeds door ons op zeer hoogen prijs gesteld hoeveel te meer is dit thans het geval nu het Uwe K. H. heeft behaagd, met slechts voor enkele oogen- blikken hier te vertoeven doeh den ganschen feestdag in ons midden te willen blijven. Uwe"l<. H wil mij toestaan namens het Hoofdbestuur. onze afcleelingen n nare le den U on-'en hartgrondigen dank te betuigen vooi dit hernaald bewijs van belangstelling, dat in de geschiedenis van onze V ereeniging met gulden letenn zal worden geboekstaafd. Wanneer wij aan voorteekenen mogen ge- looven. dan zc-v.den wij dit b ijk van belang stelling van de zijde van Uwe K. H. willen beschouwen als een gunstig voorteeken van het nieuwe tijdperk, dat onze vereeniging, met dezen dag ingaat. Moge Uwe K. H. aan het einde van dezen zoo blij begonnen feestdag de overtuiHng medenemen, dat de Vereeniging het Witte Kruis Uwe K. H. dankbaar zal blijven. voor de hooge eer haar heden door Uwe K. H be wezen en zich daardoor aangespcord zal bijl- ven gevoelen cm met verdubbelde krach+ in het komende tijdperk te arbeiden in het be- lang yan de volksgezondheid. Mijnheer de Directeur-Generaal van de Volksgezondheid. wij achten ons geiukkig ook U als vertegenwoordiger van de Minis ter van Arbeid hier heden in ons midden te zien en U te mogen begroeten. Koesterden wij de still e hoop Zijne Excel lence op dezen onzen feestdag persoonlijk hier te hebben mogen verwelkomen redenen van overwegenden aard hebben Zijne Excel lence weerhouden aan zijn aanvankelijk plan gevolg te geven en doen ons thans het voor recht van zijne aanwezigheid missen. Dat Zijne Excellence evenwel er prijs op heeft gesteld U te verzoeken hem te vertegen- woordigen, wordt door ons hoogelijk- ge- waardeerd. Wij zien daarin een hernieuwd bewijs van groote belangstelling van de zijde van H. M. Regeering in onze vereeniging en van waar- deering van het streven van het Witte Kruis om als sociaal-hygienisc'ie hulpkracht mede te werken aan het op steeds hooger peil bren- gen yan de volksgezondheid in het algemeen en van die van de prevmcie Noord-Holland in het biizonder. Namens het Hoofdbestuur verzoek ik U vriendelijk aan Zijne Excellence onzen welge- meenden dank voor dit bewijs van waardee- ring wel te willen overbrengen. Mijnheer de vertegenwoordiger van Gede puteerde Staten, ook U heet ik hier van harte welkom. U is voor het Witte Kruis geen vreemde. Reeds meerdere malen moch- ten wij het voorrecht hebben U in onze alge meene vergaderingen aanwezig te zien en waar U als vertegenwoordiger van Gedepu teerde Staten zitting hebt in twee van onze werkcommissies daar mogen wij zeker wel den grooten steun, die wij jaarlij'ks voor onzen arbeid op het gebied van Wijkverple- ging en Zuigelingenbescherming van de Pro vincial Staten ondervinden, voor een zeer groot deel aan Uwe gewaardeerde medewer- king toeschrijven. Het verheugde ons daar- om ten zeerste, dat nu wij den arbeid voor korten tijd hebben neergelegd U thans als onze gast aan deze feestviering wilt deei nemen. Mijne heeren leden van het Eere-comite voor ons gouden jubileum. Namens het hoofdbestuur betuig ik U allereerst onzen vriendelijken dank voor de bereidwilligheid in dit comite te hebben willen zitting nemen. Ook Uwe tegenwoord'gheid alhier stellen wij op zeer hoogen prijs. Mijne heeren burgemeesters van Alkmaar, Rijp en Spanbroek. Het is een verblijdend de ,w teeken, dat in den loop der jaren onze afdee- lingen in steeds toenemende mate den moree- len en financieelen steun hebben mogen ont vangen van de gemeenten, waarin zij geves- tigd zijn. Het behoeft nauwelijks gezegd, dat wij dit ten zeerste weten te waardeeren. Het hoofdbestuur heeft er prijs op gesteld, om aan die waardeering uiting te geven door van enkele gemeenten de eerste magistraat uit te noodigen bij de feestherdenking van ons gouden jubileum onze gasten te willen zijn. Ik za! thans niet uitweiden over de rede die ons genoopt heeft juist Uwe gemeente den voorrang te moeten geven en meen mij te mogen beperken tot de verzekering, dat U ons hier van harte welkom zijt en wij Uwe tegenwoordigheid op hoogen prijs stellen. Mijnheer de voorzitter van den Centralen Gezondheidsraad, mijne heeren hoofdinspec teur en inspecteurs van de volksgezondheid, mijnheer de voorzitter van de Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst. U wilt wel van mij aannemen, dat het geen gebrek aan deferentie voor een Uwer is wan- ireer ik niet ieder van U afzonderlijk toe- spreek. Slechts de beperking die ik mij nood- zakelijk moet opleggen, met het oog op de mij toegemeten tijd, doet mij het voorrecht missen dit te kunnen doen. Ik geef U echter de verzekering dat Uw tegenwoordigheid op ons festijn ons van harte verheugd en Gij voor ons zeer welkome gasten zijt; Mijnheer de voorzitter van de Alg. Nederl. Vereeniging „Het Groene Kruis" en Gij mijne heeren vertegenwoordigers van onze provinciale zustersvereenigingen. Nog slechts enkele weken geleden werd het Groene Kruis met zilver omkranst. Bij die ge legenheid hadden onze vertegenwoordigers het voorrecht als Uwe gasten het schitterend geslaagd jubileumsfeest mede te maken. Thans zijn de rollen omgekeerd en zijt Gij onze Gasten en stellen wij het ten zeerste op prijs thans Uwe gastvrouw te mogen zijn. Mijne heeren, Uw banier is getooid met het Groene Kruis, de onze met het Witte. Voor de oningewijden moge dit verschil uit- maken, wij zijn van denzelfden bloede, enkele Uwer voormannen (ik noem slechts Fleischer, Poolman, Hamaker, en ter Cock) waren eens de onze en slechts vestigirig buiten onze provinciale grens deed hen van kleur verwis- selen. Bij de feestelijke herdenking van ons gou den jubileum zouden wij U daar ook niet gaarne hebben willen missen. Weest ons van harte we'korn. Moge dit fees tei ijk satnen- zijn den band die ons verbindt nog nauwer toehalen en wij als straks het feestgeruisch weer zal zijn verstomd gemeenschappelijk on zen arbeid weder hervatten in het belang van onze medemenschen. Mijne Heeren Leden van Verdienste Eere- leden, Adviseerende Leden, afgevaardigden van onze afdeelingen, vertegenwoordigers van de Commissien van Beheer van onze stichtingen, van onze vaste Commissien. Daar het als gastvrouw onze plicht is er voor te zorgen, dat de verschillende spijzen van het uitgebreid menu voor dezen dag, prompt op tijd aan onze gasten wordt voorgezet, zoo ben ik er van overtuigd. dat geen Uwer het mij euvel zal dui den, indien ik ook U niet ieder afzonderlijk, doch gezamenlijk hartelijk welkom heet. Toch gevoel ik de behoefte op onzen feestdag nog enkele woorden tot U te richten. Aangekomen bij den tweeden grooten mijl- paal op onzen weg bergopwaarts hebben onzen arbeid een wijle willen laten rus- van U gedurende bijna een halve eeuw de ziei zijt gewcest, al thans voor een gedeelte, in ons midden mede te maken. Naar wij dit nauwelijks hadden durven bopen stellen wij het voorrecht U hier aanwezig te zien dub- bel op prijs en achten ons geiukkig U den eenigst overgeblevene van hen, die in moei- lijke jaren Het Witte Kruis hebben geleid tot grooten bloei, hier hartelijk welkom te mogen heeten. Hei moge U op dit oogenblik weemoedig aandoen de mannen, die met U den tocht begonnen, niet meer om U heen te hebben, het voorrecht, dat U heden bescho- ren is om Uwe Vereeniging, waaraan Gij ja ren lang Uwe groote lief de en werkkracht gegeven hebt thar.s met goud cmkranst te zien, zal U tot dankbaarheid stemmen. Het zou mij te ver voeren thans Uwe ver- diensten voor het Witte Kruis in het licht te stellen, waarin zij behooren te worden geplaatst. Zij zijn vele en velerlei en Uwe benoeming tot Lid van Verdienste destijds door de Alg. Vergadering is wel het beste bewijs dat het Witte Kruis deze heeft weten te waardeeren. Moge ik dan thans volstaan met U namens Hoofdbestuur, afdeelingen en leden hulde te brengen, voor alhetgeen Gij, gedreven door Uwe groote liefde voor het Witte Kruis, ge durende deze halve eeuw voor haar hebt wil len zijn en met U toe te wenschen, dat het U gegeven moge worden nog geruimen tijd gefuige te zijn van den bloei van onze Ver eeniging, waaraan Uw naam onafscheide- lijk verbonden zal blijven. Leden van het Witte Kruis. Ons reisboek noemt ons nog de namen van vele andere namen, die wij persoonlijk gekend hebben, mannen die een groot gedeelte van den weg met ons hebben afgelegd, en eens een sie- raad waren van onze vereeniging. Wij her denken hen op dezen d&g met ecrbied. Of ook wij eenmaal een bescheiden plaats- je in het reisboek zullen verkriigen, hangt af van ons zelf. Zijn wij misschien te kort geschoten in onzen arbeid, dien wij vrijwillig en belangloos op ons namen, nog zijn wij in de gelegenheid de schade in te halen. Voor ons ligt de weg, dien wij nog hebben af te leggen, hij slingert door en langs uitgestrek- te terreinen, die op onzen arbeid wachten. Laat ons dan gesterkt door de rust, die wij thans genieten, straks opnieuw verder voorwaarts, trekken om die terreinen te ont- ginnnen en er even als onze voorgangers blijvende monumenten stichten tot meerdere glorie van het Witte Kruis en tot heil van onze medemenschen. De feestrede. Dr. M. Niemeijer, arts, eereTid der Vereeni ging sprak de volgende rede uit naar aanlei- ciing van het motto: „Ik heb het geloof be- houden" (Timotheus II Hoofdstuk IV Vers 6, aatste regel.) Het Witte Kruis viert feest, zijn gouden 'eest en bij zoo'n feest behoort eene feestrede en om die te houden, is een feestredenaar noodig. Zoo dacht althans het hoofdbestuur der jubileerende vereeniging toen dit mij bij monde van den voorzitter uitnoodigde, die taak op mij te willen nemen Eerst was ik door die vereerende uitnoodiging wel een beetje beduusd, ik had1 haar niet verwacht, maar even nadenkende, verdween het gevoel, omdat ik reeds op betrekkelijk jeugdligen leef- tijd de zegeningen van het Witte Kruis op velerlei manier heb leeren kennen en waar deeren, zoowel voor mijne patienten als voor mij zelven en mijne verwanten. Zeer verheugd ben ik, daarvan heden in let openbaar te' mogen getuigen iini tegen woordigheid van Z. K. Hoogheid, den Prins der Neaerlanden; van den vertegenwoordiger van Zijne Exc. den Minister van Arbeid, Mr. Lietaert Peerbol, directeur-generaal van de Volksgezondheid1; van den Com- misaris der Koningin in deze provincie, den eere-voorzitter van deze vereeniging; van Dr. Josephus Jitta, voorzitter van den Cen- traleni Gezondheidsraad, van het hoofdbe stuur, van vele a'gevaardigden van afdeelin gen, van meerdere genoodigden, van leden en belangstellenden, alien niet met name te noemen. Reeds bijna 40 jaar toch ben ik getuige ge weest van en heb ik een werkzaam aandee in den arbeid van Het Witte Kruis Vrij in- tiem was mijne kennismaking met de jubila resse; ik" was aanwezig bij de geboorte van meerdere harer kinderen. Ik hielp een handje bij de komst van haar eersteling, de goec opgeroeide Heideheuvelik hield een harer ontsmettiinigsinrichtingen ten doop en kan autoriteiten en belangstellenden toonen, dat zij was welgeschapen ten d'oop en kan aut<> riteiten en belangstellenden toonen, dat zij was welgeschapen' en levensfrisch. Ik deec meer, wat maakt, dat ik op grond van eigen waarneming en ervaring een oordeel uit mag spreken over „Htt Witte Kruis" en dit mag noemen een weldoendg en nuttige ver eeniging. Het zij mij vergund van deze plaats het hoofdbestuur en de leden van harte geluk te wenschen met dit jubileum, daarbij de hoop uitsprekende, dat de N. FI. V. „Het Witte Kruis" tot in lengte van dagen mogen groei- en en bioeien, velen tot zegen, velen tot heil Vergunt mij f ans uwe aandachtje vragen voor eene kleiine schets, der historie getrou welijk naverteld. Anno 1886 vestigde zich, pas komende van de Universiteit, waar men wel heel veel leer- de, maar weinig of niets vernam yan wat er omgaat in den dagelijkscheni arbeid van den g-eneesheer een jeugdig arts in een der doode steden aan de Zuiderzee in de provin cie Noord'holland. Daar heerschte typhus in vrij hevige mate, vkktyphus en buiktyphus beiden, zooals later bleek. Door de zorg van het gemeentebestutir waren twee bovemzalen ■van het ouderwetsche waaggebouw ingericht voor ziekenzalen, waar satnen 8 zieken wer den verpleegd, 6 mannen en 2 vrouwen. Bij zijn komst (zijn voorganger was daags te voren afgereisd naar een andere stand- plaats) werd hij aani de boot opgewacht door 'het hoofd der gemeente, die er blijkbaar trotsch op ging, dat alles zoo gocd was in gericht en die den jongen genccshecr direct naar het waaggebouw leidde, wijl Zijn Edel Achtbare dacht, dat daar zijn hulp wel in de allereerste plaats noodig zou zijn. En te- recht deze vond daar, als eerste kennis making met de realiteit van het leven des ge- neesheers, die aelt zieken op die twee zalen. Vier er van lagen te ijlen of droomerig voor te i zich uitstarende aan de dekens te plukken, ten om na een kort oponthoud weer moedig vCrder te gaan. Achter ons ligt een lance weg door ons afgelegd, voor ons zien wij heel in de verte den top, die nog bereikt moet worden en ter- wi;l wij genieten van de rust nemen wij ohs rr'c>oek, waarin al de wederwaardigheden zijn aangeteekend, die wij op onze tocht morbten ondervinden, nog eens ter hand en vinden daarin allereerst opgeteekend de namen van hen, die 50 jaar geleden van uit het dal, dat wij heel in de verte beneden ons zran liggen, den moeizamen tocht zijn begon nen. On den weg, dien zij hebben afgelegd zien wij de blijvende monumenten, die zij door stoeren arbeid en taaie volharding hebben weten op te richten. Van onze voor- trekkers hebben slechts enkelen den vorigen mijlpaal mogen bereiken' en warmeer wij den bli'k om ons heen slaan naar hen die met ons 't voorrecht hebben den met goudomkransten mijlpaal, waarom wij thans rusten hebben bereikt, dan missen wij van die enkelen alien op slechts een na. Een stille hulde brengend aan de nagedachtenis van onze voormannen die heengingen om niet meer terug te keeren kuiwnen wij het niet genoeg waardeeren dien eene thans in ons midden te mogen hebben en hem bij zijn leven tc mogen huldigen voor al het geen hij in den loop der jaren voor onze Vereeniging heeft willen zijn en geweest is. Hooggeachte Dr. Barnouw. Ondanks Uw zeer hoogen leeftiid heeft U aangedurfd van uw woonplaats Heemstede naar hier te - komen om de fee. elijke herdenking van het geheel buiten Uewustzijn en bovendten zwem- 50 iarig bestaan van de Vereeniging waar- uteode in afgelyopgn iaecaalmana s en urrne,. Twee waren koud van neus en 1 edema ten en den dood1 nabij. Dienzelfden dag stierven zij dan ook. De zieken lagen in houten krib- ben, die zeer- laag op pooten stonden en zeer hooge zijkanten hadden, zoodat het uiterst mceilijk was deze patienten behoorlijk te jtel- pen, tc verschoonen en te onderzoeken. Zij la gen op stroomatrassen, hadden niet al te schooue lakens en grijsgore dekens. De ver- pleging was toevcrtrouwd aan twee mannen en cen vrouw en deze lieden maakten op den jongen arts, en zoo als later bleek terecht, inuet den indruk van netheid en betrouwbaar- leid. Hulpmiddelen voor ziekenverpleging, voor temperatuur-controk enz. ontbraken bijna geheel en wat er nog was, was zeer on- practisch en zeer onhygienisch. Ik zal U de bijzonderheden daaromtrent sparen. De bur gemeester was van meaning, dat de gemeente alles in het werk had gesteld, wat maar met mogelijkheid kon worden verlangd; en wa ren twee ziekenzalen, een voor mannen en een voor de vrouwen, er waren twee oppasr sers en een oppasseres, er waren ledikanten, er was beddegoed enz. enz. Hij zelf kwanx alle dagen in eigen persoon naar den toe- stand der zieken informeeren. En de jonge arts? Hij had in het ziekenhuis den. toestand wel anders gezien; hij wist dat het bij deze zieken vooral op goedt verzorging aankwam; hij deed zijn best om zelf de hiaten aan te vullen, lielp de patientem reinigen, verbedden enz. en had de yoldoening, dat meerderen, ook buiten het waaggebouw in eigen omgeviing ver pleegd, genazen. Hij meende zich neer tc moeten leggen bij den toestand, zooals hij dien vond; de burge meester suggereerde ook hem dat alles blijk- raar in orde was; onervaren als hij was in sociaal economisch werk, meende hij niets meer te mogen en te kunnen verlangen. Hij roeide met de riemen, die hij had. De epide mic verminderde om daarna weer wat toe te nemen en gedurende die verheffing werd de medicus zelf aangetast en aan het ziekbed gekluisterd, direct buiten kennis. Zijne jonge vrouw had inoeite een plaatsvervanger te vinden (de N. M. t. b. d. G. had nog geen bemiddelingsbureau) en lcreeg ten slotte een semi-arts. Geiukkig was een der leermeesters van darn patient zoo welwillend geregeld den lijder te bezoeken; deze hoogleeraar was een schoonzoon van Mevrouw Salomonson en Mevrouw Salomonson was directriee van de afdeeling Ziekenverpleging van de Amster- dtamsche afdeeling der N. H. V. „Het Witte Kruis". De hoogleeraar hield niet van halve maatregelen en nam direct ter verpleging mede twee verpleegsters van het Witte Kruis, toentertijd zeer schaarsche en zeer zeldzame exemplaren. Dank zij al die goede hulp kwam de patient er door, heen en in het her- stellingstijdperk vernam hij veel van de toen 10 a 11-jarige vereeniging Het Witte Kruis. Zoo hoordte hij dat zij in 1875 was opge- richt, op initiatief van de toenmalige leden van den geneeskundigen raad voor Noord- holland. Dr. J. Peurs en Dr. G. N. Allebe en Bedoeld was als eene vereeniging tot be- vordtering van de volksgezondheid en het weren van epidemien. Ook in het doode stadje hoorde men er van en men beklaagde zich dit niet eerder te hebben geweten. Spoedig werd eene afdeeling opgericht ik meen, dat zij was de elide of de dertiende en al spraken enkelen van den put dempen, als het kalf vercTronken is, de afdeeling kwam, verpleegmateriaal werd aangekocht en de jonge doctor werd secreta- ris-penningmeester en als regel afgevaardig- de naar de algemeene vergadering. Daar kwam hij in aanraking met mannen als Barnouw, Bloukers, Perk, Ankersmit, Van Eldik Thieme, van Balen Blanken, Bree- baart, Teixeiros de Mattos en anderen en daar leerde hij veel en werd zijn sociaal-me- dische ervaring verrijkt. Ik weet, dat vaini degenen, die de oprich- tersvergaoering van het Witte Kruis hebben bijgewoond, Dr. Barnouw dfe eenig acbterge- blevene is. Dankbaar wil ik hier gedenken het vele dat door hem in verschillende funcbes en nog meer door hem als edel denkend men- schenvriend, voor het Witte Kruis is verricht. Gaarne had ik hem het voorrecht, hier de feestrede te mogen houden, gegund, maar zijn gezondheidstoestand yerhindert hem zulks te doen. Gaarne breng ik Dr. Barnouw een eeresaluut! Ik spreek thans eene feestrede uit en in eene feestrede moeten juichtonen worden ge- hoord. Is het geen juichtooun waard, dat die zelfde medicus, wiens ervaringen en gedach- ten ik zeer van nabij ken, voor zooverre iemand zich zelven ooit kent, nog eens in dat plaatsje een epidemic van viektyphus heeft zien dieigen, dat toen de heide patienten di rect konucn worden opgenomen in een doel- matig ingericht isoleergebouwtje, gesticht door de afdeeling van het Witte Kruis, dat de verpleging opgedragen kon worden aan de direct overgekomen zuster van het Witte Kruis, dat deze voldoend verpleegmateriaal en beddegoed en linnen ter harer beschikking had, dat de beide patienten onder haar trou- we verzorging genazen en dat dte epidemie zich niet heeft uitgebreid. De medicus dacht toen menigmaal aan zijn eerste patienten, aan zijne intrede in de practijk en aan de omstandigheden waaronder toen moest wor den gewerkt. Hij maakte vergelijkingen! en hoe kan het anders hij zegende die be- moeiingen van het Witte Kruis. Dc afdeeling Amsterdam had zich o.m. op voorstel van de doctoren Barnouw en Gunning tot taak gesteid de ziekenverzor- ging te verbeteren. Zij richtte cursussen in voor vrouwen uit een ontwikkelde omgeving, maakte dat de aldus theoretisch onderwczencn zich practisch konden bekwamen in de zieken- huizer.: zij stelde een examen in, gaf diplo ma's uit en had zelve een klein aantal in vasten dienst, om deze tegen klasse-tarief en zoo noodig ook gratis te laten verplegen in gezinnen, waar "hulp werd aangevraagd De afdeeling heeft daarmcde den stoot ge geven aan de ontwikkeling van het instituut gcschoolde verpleegsters in ons vaderlaod. Nu Dr. Barnouw het beleefd heeft, wat mede door zijn initiatief is tot stand geko- men en hoe wij thans de geschoolde ver- pleegster niet meer zouden willen en kunnen missen, hij zal moeten' toegeven, dat zijne stoutste verwachtingen zijn overtroffen. Ziekenverpleging, wijkvcrpleging, kraam- vrouwen verpleging, school verpleging en fa- brieksverpleging, al te maal loten van den zelfden stam! Mogen wij niet juichen bij de herdenking yan dezen arbeid yan tlfit Witte wij

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1925 | | pagina 6