De vergadering.
yan 80 Mi.
In deze tent wordt voor atwisselende tees-
fcelijkheden gezorgd. Daar t re den de chan-
sonniers Scholten en van Gennep, Jhr. v.
Riemsdijk en Toolen en Van Lier op.
Demanmct.de mysterieuse handen, de
heer Larette zal men dan ook in zijn gochel-
toeren kunnen bewonderen, terwijl men er
mede van de jazz-Band „The Harmony
Four" zal kunnen genieten.
Ook in „Het Gulden Vlies" worden in ver-
band met het jubileum feestelijkheden georga-
niseerd.
De heeren Scholten en Van Gennep treden
daar reeds hedenavond op met een speciaal
„Witte Kruis" repertoir.
Met het oog op de feestelijkheden is de
yroegste sluitingstijd 1 uur.
In de feesttent wordt er hedenavond een
eabaret-dansavond georganiseerd. De heer
Larette treed dan mede op.
Van 3—4 uur en van 5 tot 6 uur zal op het
tentoonstellingsterrein „The Harmony Four"
zich morgen doen hooren. Van 8% tot 1 uur
cabaret dansavond.
/aterdag van 35 uur Jazz-Band in de
feesttent, van B1A tot 10 A de chamshonniers
Scholten en van Gennep, daarna Jazz-Band.
Zondag van 1A uur harddraverij van de
Kennemer Sportclub op het gemeentelijk
sportterrein. Van 3 tot 5 uur Jazz-Band in de
feesttent en optreden van Scholten en Van
iLier. Over de feestelijkheden op de volgende
avonden schrijven wij Zaterdag.
Dat Vrijdagavond Truitje de la Mar en
Margie Marriswik ook zullen laten komen
met Nap de la Mar zal velen wel aangenaam
zijn.
Om even duidelijk te maken, dat het Witte
Kruis er alles opzet om haar sympathiek
werk ingang te doen vinden deelen wij na
ide feestelijke vermelding maar dadelijk mede
dat er buiten de algemeene vergaderingen
ook lezingen worden gehouden en wel Vrij-
idagmiddag een door dr. Doyer, inspecteur
,der volksgezondheid over „het Witte Kruis
len dc strijd tegen de typhus", Maandag een
door prot. Dr. H. H. T. Bekenkamp over
\Hygiene en Vrijdag 25 Sept een door mevr.
IJacoba Franco MendesCalisch over de
.Hygiene in woning en huisgezin.
De stands.
De sociteitszaal is geheel in beslag geno-
men door het hoofdbestuur, die daarin een
110-tal stands heeft ondergebracht, w.o. een
marquctte van het herstellingsoord voor
meisjes en vrouwen „Heideheuvel" te Hilver-
sum, waarin tot nog toe een 50 a 70 patienten
worden verpleegd, maar straks een 100 pa
tienten verpleegd zullen kunnen worden. Van
het werk in de herstellingsoord en van „het
[Witte Kruis" Bosch en Heide" te Laren en
„Vechthoeve" te Maarseveen kan men hier
eveneens kennis nemen, alsmede van dat in
de ontsmettingsovens te Alkmaar, Hilversum
en Haariemmermeer. Ook op het gebied van
de zuigelingenverzorging valt hier veel te
leeren. De opschriften in deze zaal, zeer
smaakvol aangebracht, hebben alien betrek
king op het gebied van het werk van „Het
Witte Kruis"
Met een nieuw ontsmettingsmiddel, ge-
naamd Cyklon, pas een half jaar in gebruik,
kan men hier ook kennis maker.
Een grafische voorstelling doet zien hoe
er na de griepepidemie een daling in het aan-
tal besmettingsgevallen valt waar te nemen.
Dc gezondheidstoestand was in het alge-
meen na de griepepidemie beter dan er voor.
Na 1923 neemt het aantal ontsmettingen
echtcr weer toe.
Met het werk van de vereeniging maakt
men hier. op afdoende wijze kennis. Men
krijgt respect voor deze organisatie.
Het is thans zelfs mogelijk, dat men van
uit de centra Alkmaar. Haarlem, Hilversum
en Amsterdam ten alle tijden, ook des nachts,
ziekenverplegingsartikelen kan requireeren en
autovervoer voor zieken kan bekomen.
Ook het zegenrijke werk van de wijkver-
pleging vindt men Her in beeld gebracht.
Van hoeveel invloed op de daling van de
kindersterfte de moeder-cursussen zijn, kan
men bier ever.eens vernemen.
De stand van de afdeeling Alkmaar.
Deze stand die aesthetisch door den heer
Groen werd verzorgd. is een succes
Dank zij den invloed van Dr. Pameijer, be-
schikt deze afdeeling over een magazijn met'
yerplegingsartikelen, ter waarde van 10.000.
In deze stand kunnen de afdeelingsbesturen
zien, hoe een magazijn behoort te worden
ingericht.
Zeer praktisch is een ziekenlichter. Een
guinmie sponsbed tegen het doorleggen is
voor langdurige zieken een uitkomst. En de
practische drager van dit bed werd volgens
een ontwerp van Dr. Pameijer vervaardigd
De ruststoelen, die hier staan uitgestald,
zijn uit een stuk.
De geschiedenis Van de afdeeling wordt
hier in grafische vdorstellingen in beeld ge
bracht. Hieruit blijkt wel, dat de betere in-
richting van het magazijn en stijging van
het ledental en van het inkomen der veree
niging bevorderdt.
Het werk van den ijverigen secretaris den
heer Frese die volgens een kaartsysteem al
les uitstekend administratief heeft ingericht
draagt er mede in hooge mate toe bij, dat
deze afdeeling bloeit en reeds 17>r pCt. van
bevolking tot haar leden telt.
Deze afdeeling verdient echter een nog
sterkere toename van het ledental
Op'medisch voorschrift kan men al de
vcrplegingsmiddclen gratis bekomen en dit
voor een contribute van 3 per iaar met
een vrijwillige verhooging boven 3000 in
komen.
Het idealistische is dat ook zij die dit lage
bedrag zelfs niet kunnen betalen op medisch
voorschrift deze hulpmiddelen ook gratis
kunnen bekomen.
De firma Vroom en Dreesmann maakte
zich verdienstelijk door de foyer en de be*
stuurskamer gratis in te richten en voor kin-
deren een ballonwedstrijd te organiseeren.
Voor heden volstaan wij met de overige
standhouders te noemen. In onze volgende
nummers komen wij daarop wel nader te-
'"ug.
cfnTc, vergezeld van zijn adjudant Jhr. von
Miihlen per trein te Uitgeest.
Ter begroeting waren daar aanwezig de
heeren J. E. G. C. Dibbits, Secretaris van het.
Hoofdbestuur, Mr. H. A. J. M. Kusters,
Voorzitter van het' Jubileum Comite en Mr.
W. C. Wendelaar, Burgemeester van Alk
maar. In twee auto's werd daarna naar Alk
maar gereden
Om 10.30 ontving de Vice-voorzitter Dr.
H. L. E. v.d. Berg in „Het Gulden Vlies" de
gasten.
Ontvangst algemeene vergadering.
Heden om 10 uur had door de afd. Alk
maar de ontvangst van de algemeene verga
dering plaats.
Dr. Pameijer sprak hierbij een kort wel-
komstwoord.
i. Om 10.44 arriyeerde K. ti. Peas Hea-
w
De voornaamste gasten zijn: Z. Exc. Jhr.
Mr. Dr. A. Roell, Coramissaris der Ko
ningin in de provincie Noord-Holland (deze
arriveerde eerst om pi m. 12 .uur); Mr. L. Lie-
taert Peerbolte, Directeur-Generaal der
Volksgezondheid, als vertegenwoordiger van
Z.Exc. den Minister van Arbeid, Handel en
Nijverheid; Dr. N. M. Josephus Jitta, Voor
zitter van den Gezondheidsraad; Dr. F. C.
Fleischer, Voorzitter van de Algemeene Ne-
derlandsche Vereeniging „Het Groene
Kruis"; Dr J. Th. Terburg, Hoofdinspecteur
der Volksgezondheid; Dr. J. J. Th. Doyer,
Inspecteur der Volksgezondheid in Noord-
Holland; Dr. L. C. Kersbergen, Voorzitter
der Maatschappij tot Bevordering der Ge-
neeskunst; Dr. D. C. C. Ebell, Rijksarchiva-
ris; A. W. Michels, Gedeputeerde van Noord-
Holland; de vertegenwoordigers van de
„Groene Kruis"-vereenigingen in de andere
provincien.
De burgemeesters van de Rijp (P. A. Ro-
mijn) en Span brock (A. Commandeur), in
welke gemeenten de afdeeling van „Het Witte
Kruis" 50. jaar bestaat. (Mr. P. J. Reijmer,
burgemeester van Hilversum, in welke ge
meente de afdeeling eveneens 50 jaar bestaat,
was door een famTliefeest verhinderd tegen-
woordig te zijn).
De burgemeester van Alkmaar, Mr. W. C-
Wendelaar, voorts eere-leden, adviseerende
leden, vertegenwoordigers van de stichtin-
gen, vertegenwoordigers van vereenigingen
die met „Het Wite Kruis" samenwerken; de
wethouders van Alkmaar, de voorzitter van
de afd. Alkmaar van de Maatschappij tot be-
'vordering van de Geneeskunst, enkele be-
stuursleaen van vereenigingen die in Alk
maar hebben medegeholpen cm de jubileum-
feesten te doen slagen, de verschillende ju-
bileuracomite's, enz enz.
De voorzitter, Dr. Stieler, geleidde om 11
uur de gasten in de vergaderzaal. Daar word
Prins Hendrik door het Hoofdbestuur ont-
vangen.
Op het podium namen plaats bij 't Hoofd
bestuur Z K. H. de Prins met diens adju
dant, Z.Exc. Mr Dr. A. Roell, Commissaris
der Koningin, tevens Eere-Voorzitter der
Vereeniging, Mr. Lietaert Peerbolte als ver
tegenwoordiger van den Minister, en Dr. Jo
sephus Jitta,als voorzitter van den Gezond
heidsraad.
Dr. Stieler hield als voorzitter de volgende
rede.
Koninklijke Hoogheid, Dames en Heeren.
Op dezen voor het Witte Kruis zoo ge-
denkwaardigen dag, waarop wij zijn samen-
gekomen om op feestelijke wijze het gouden
jubileum van onze vereeniging te herdenken,
acht ik het een buitengewoon voorrecht U
hier alien het welkom te mogen toeroepen.
Het zij mij, met Uwe toestemming ver-
gund in de allereerste plaats tot U Koninklij
ke Hoogheid een bijzorder woora van wel
kom te mogen richten.
Het is wel een zeer bijzondere en door ons
niet hoog genoeg te waardeeren eer, die Uwe
koninklijke Hoogheid ons heeft willen aan
doen, door te voldoc-n aan onze uitnoodiging
om aan dit, voor het Witte Kruis zou heuge-
lijk feest door Uwe hooge tegenwoordigheid
meerderen luister te willen bijzetten.
Het is niet de eerste maal dat het Witte
Kruis van de zijde van Uwe K H een blijk
van belangstelling en sympathie in onze ver
eeniging mag ontvangen.
Nog slechts enkele jaren geleden, schonk
Uwe K. H. ons, ter gelegenheid van eene
oefening van de Roode Kruis Colonne te Hil
versum, het voorrecht van Uw hoog bezoek
aan het herstellingsoord ,,Heideheuvel" voor
vrouwen en meisjes aldaar, vooraf gegaan
door een bezoek van ons herstellingsoord
„Bosch en Heide" voor mannen en jongens
te Laren. Werden deze bezoeken reeds door
ons op zeer hoogen prijs gesteld hoeveel te
meer is dit thans het geval nu het Uwe K. H.
heeft behaagd, met slechts voor enkele oogen-
blikken hier te vertoeven doeh den ganschen
feestdag in ons midden te willen blijven.
Uwe"l<. H wil mij toestaan namens het
Hoofdbestuur. onze afcleelingen n nare le
den U on-'en hartgrondigen dank te betuigen
vooi dit hernaald bewijs van belangstelling,
dat in de geschiedenis van onze V ereeniging
met gulden letenn zal worden geboekstaafd.
Wanneer wij aan voorteekenen mogen ge-
looven. dan zc-v.den wij dit b ijk van belang
stelling van de zijde van Uwe K. H. willen
beschouwen als een gunstig voorteeken van
het nieuwe tijdperk, dat onze vereeniging,
met dezen dag ingaat.
Moge Uwe K. H. aan het einde van dezen
zoo blij begonnen feestdag de overtuiHng
medenemen, dat de Vereeniging het Witte
Kruis Uwe K. H. dankbaar zal blijven. voor
de hooge eer haar heden door Uwe K. H be
wezen en zich daardoor aangespcord zal bijl-
ven gevoelen cm met verdubbelde krach+ in
het komende tijdperk te arbeiden in het be-
lang yan de volksgezondheid.
Mijnheer de Directeur-Generaal van de
Volksgezondheid. wij achten ons geiukkig
ook U als vertegenwoordiger van de Minis
ter van Arbeid hier heden in ons midden te
zien en U te mogen begroeten.
Koesterden wij de still e hoop Zijne Excel
lence op dezen onzen feestdag persoonlijk
hier te hebben mogen verwelkomen redenen
van overwegenden aard hebben Zijne Excel
lence weerhouden aan zijn aanvankelijk plan
gevolg te geven en doen ons thans het voor
recht van zijne aanwezigheid missen.
Dat Zijne Excellence evenwel er prijs op
heeft gesteld U te verzoeken hem te vertegen-
woordigen, wordt door ons hoogelijk- ge-
waardeerd.
Wij zien daarin een hernieuwd bewijs van
groote belangstelling van de zijde van H. M.
Regeering in onze vereeniging en van waar-
deering van het streven van het Witte Kruis
om als sociaal-hygienisc'ie hulpkracht mede
te werken aan het op steeds hooger peil bren-
gen yan de volksgezondheid in het algemeen
en van die van de prevmcie Noord-Holland
in het biizonder.
Namens het Hoofdbestuur verzoek ik U
vriendelijk aan Zijne Excellence onzen welge-
meenden dank voor dit bewijs van waardee-
ring wel te willen overbrengen.
Mijnheer de vertegenwoordiger van Gede
puteerde Staten, ook U heet ik hier van
harte welkom. U is voor het Witte Kruis
geen vreemde. Reeds meerdere malen moch-
ten wij het voorrecht hebben U in onze alge
meene vergaderingen aanwezig te zien en
waar U als vertegenwoordiger van Gedepu
teerde Staten zitting hebt in twee van onze
werkcommissies daar mogen wij zeker wel
den grooten steun, die wij jaarlij'ks voor
onzen arbeid op het gebied van Wijkverple-
ging en Zuigelingenbescherming van de Pro
vincial Staten ondervinden, voor een zeer
groot deel aan Uwe gewaardeerde medewer-
king toeschrijven. Het verheugde ons daar-
om ten zeerste, dat nu wij den arbeid voor
korten tijd hebben neergelegd U thans als
onze gast aan deze feestviering wilt deei
nemen.
Mijne heeren leden van het Eere-comite
voor ons gouden jubileum. Namens het
hoofdbestuur betuig ik U allereerst onzen
vriendelijken dank voor de bereidwilligheid
in dit comite te hebben willen zitting nemen.
Ook Uwe tegenwoord'gheid alhier stellen
wij op zeer hoogen prijs.
Mijne heeren burgemeesters van Alkmaar,
Rijp en Spanbroek. Het is een verblijdend
de ,w
teeken, dat in den loop der jaren onze afdee-
lingen in steeds toenemende mate den moree-
len en financieelen steun hebben mogen ont
vangen van de gemeenten, waarin zij geves-
tigd zijn. Het behoeft nauwelijks gezegd, dat
wij dit ten zeerste weten te waardeeren. Het
hoofdbestuur heeft er prijs op gesteld, om
aan die waardeering uiting te geven door
van enkele gemeenten de eerste magistraat
uit te noodigen bij de feestherdenking van
ons gouden jubileum onze gasten te willen
zijn.
Ik za! thans niet uitweiden over de rede
die ons genoopt heeft juist Uwe gemeente
den voorrang te moeten geven en meen mij
te mogen beperken tot de verzekering, dat U
ons hier van harte welkom zijt en wij Uwe
tegenwoordigheid op hoogen prijs stellen.
Mijnheer de voorzitter van den Centralen
Gezondheidsraad, mijne heeren hoofdinspec
teur en inspecteurs van de volksgezondheid,
mijnheer de voorzitter van de Maatschappij
tot bevordering der Geneeskunst.
U wilt wel van mij aannemen, dat het geen
gebrek aan deferentie voor een Uwer is wan-
ireer ik niet ieder van U afzonderlijk toe-
spreek. Slechts de beperking die ik mij nood-
zakelijk moet opleggen, met het oog op de
mij toegemeten tijd, doet mij het voorrecht
missen dit te kunnen doen. Ik geef U echter
de verzekering dat Uw tegenwoordigheid op
ons festijn ons van harte verheugd en Gij
voor ons zeer welkome gasten zijt;
Mijnheer de voorzitter van de Alg. Nederl.
Vereeniging „Het Groene Kruis" en Gij
mijne heeren vertegenwoordigers van onze
provinciale zustersvereenigingen. Nog
slechts enkele weken geleden werd het
Groene Kruis met zilver omkranst. Bij die ge
legenheid hadden onze vertegenwoordigers
het voorrecht als Uwe gasten het schitterend
geslaagd jubileumsfeest mede te maken.
Thans zijn de rollen omgekeerd en zijt Gij
onze Gasten en stellen wij het ten zeerste op
prijs thans Uwe gastvrouw te mogen zijn.
Mijne heeren, Uw banier is getooid met
het Groene Kruis, de onze met het Witte.
Voor de oningewijden moge dit verschil uit-
maken, wij zijn van denzelfden bloede, enkele
Uwer voormannen (ik noem slechts Fleischer,
Poolman, Hamaker, en ter Cock) waren
eens de onze en slechts vestigirig buiten onze
provinciale grens deed hen van kleur verwis-
selen.
Bij de feestelijke herdenking van ons gou
den jubileum zouden wij U daar ook niet
gaarne hebben willen missen. Weest ons
van harte we'korn. Moge dit fees tei ijk satnen-
zijn den band die ons verbindt nog nauwer
toehalen en wij als straks het feestgeruisch
weer zal zijn verstomd gemeenschappelijk on
zen arbeid weder hervatten in het belang van
onze medemenschen.
Mijne Heeren Leden van Verdienste Eere-
leden, Adviseerende Leden, afgevaardigden
van onze afdeelingen, vertegenwoordigers
van de Commissien van Beheer van onze
stichtingen, van onze vaste Commissien. Daar
het als gastvrouw onze plicht is er voor te
zorgen, dat de verschillende spijzen van het
uitgebreid menu voor dezen dag, prompt op
tijd aan onze gasten wordt voorgezet, zoo
ben ik er van overtuigd. dat geen Uwer het
mij euvel zal dui den, indien ik ook U niet
ieder afzonderlijk, doch gezamenlijk hartelijk
welkom heet. Toch gevoel ik de behoefte op
onzen feestdag nog enkele woorden tot U te
richten.
Aangekomen bij den tweeden grooten mijl-
paal op onzen weg bergopwaarts hebben
onzen arbeid een wijle willen laten rus-
van U gedurende bijna een halve eeuw de
ziei zijt gewcest, al thans voor een gedeelte,
in ons midden mede te maken. Naar wij dit
nauwelijks hadden durven bopen stellen wij
het voorrecht U hier aanwezig te zien dub-
bel op prijs en achten ons geiukkig U den
eenigst overgeblevene van hen, die in moei-
lijke jaren Het Witte Kruis hebben geleid
tot grooten bloei, hier hartelijk welkom te
mogen heeten. Hei moge U op dit oogenblik
weemoedig aandoen de mannen, die met U
den tocht begonnen, niet meer om U heen te
hebben, het voorrecht, dat U heden bescho-
ren is om Uwe Vereeniging, waaraan Gij ja
ren lang Uwe groote lief de en werkkracht
gegeven hebt thar.s met goud cmkranst te
zien, zal U tot dankbaarheid stemmen.
Het zou mij te ver voeren thans Uwe ver-
diensten voor het Witte Kruis in het licht
te stellen, waarin zij behooren te worden
geplaatst. Zij zijn vele en velerlei en Uwe
benoeming tot Lid van Verdienste destijds
door de Alg. Vergadering is wel het beste
bewijs dat het Witte Kruis deze heeft weten
te waardeeren.
Moge ik dan thans volstaan met U namens
Hoofdbestuur, afdeelingen en leden hulde te
brengen, voor alhetgeen Gij, gedreven door
Uwe groote liefde voor het Witte Kruis, ge
durende deze halve eeuw voor haar hebt wil
len zijn en met U toe te wenschen, dat het
U gegeven moge worden nog geruimen tijd
gefuige te zijn van den bloei van onze Ver
eeniging, waaraan Uw naam onafscheide-
lijk verbonden zal blijven.
Leden van het Witte Kruis. Ons reisboek
noemt ons nog de namen van vele andere
namen, die wij persoonlijk gekend hebben,
mannen die een groot gedeelte van den weg
met ons hebben afgelegd, en eens een sie-
raad waren van onze vereeniging. Wij her
denken hen op dezen d&g met ecrbied.
Of ook wij eenmaal een bescheiden plaats-
je in het reisboek zullen verkriigen, hangt
af van ons zelf. Zijn wij misschien te kort
geschoten in onzen arbeid, dien wij vrijwillig
en belangloos op ons namen, nog zijn wij in
de gelegenheid de schade in te halen. Voor
ons ligt de weg, dien wij nog hebben af te
leggen, hij slingert door en langs uitgestrek-
te terreinen, die op onzen arbeid wachten.
Laat ons dan gesterkt door de rust, die
wij thans genieten, straks opnieuw verder
voorwaarts, trekken om die terreinen te ont-
ginnnen en er even als onze voorgangers
blijvende monumenten stichten tot meerdere
glorie van het Witte Kruis en tot heil van
onze medemenschen.
De feestrede.
Dr. M. Niemeijer, arts, eereTid der Vereeni
ging sprak de volgende rede uit naar aanlei-
ciing van het motto: „Ik heb het geloof be-
houden" (Timotheus II Hoofdstuk IV Vers 6,
aatste regel.)
Het Witte Kruis viert feest, zijn gouden
'eest en bij zoo'n feest behoort eene feestrede
en om die te houden, is een feestredenaar
noodig. Zoo dacht althans het hoofdbestuur
der jubileerende vereeniging toen dit mij bij
monde van den voorzitter uitnoodigde, die
taak op mij te willen nemen Eerst was ik
door die vereerende uitnoodiging wel een
beetje beduusd, ik had1 haar niet verwacht,
maar even nadenkende, verdween het gevoel,
omdat ik reeds op betrekkelijk jeugdligen leef-
tijd de zegeningen van het Witte Kruis op
velerlei manier heb leeren kennen en waar
deeren, zoowel voor mijne patienten als voor
mij zelven en mijne verwanten.
Zeer verheugd ben ik, daarvan heden in
let openbaar te' mogen getuigen iini tegen
woordigheid van Z. K. Hoogheid, den Prins
der Neaerlanden; van den vertegenwoordiger
van Zijne Exc. den Minister van Arbeid,
Mr. Lietaert Peerbol, directeur-generaal
van de Volksgezondheid1; van den Com-
misaris der Koningin in deze provincie,
den eere-voorzitter van deze vereeniging; van
Dr. Josephus Jitta, voorzitter van den Cen-
traleni Gezondheidsraad, van het hoofdbe
stuur, van vele a'gevaardigden van afdeelin
gen, van meerdere genoodigden, van leden
en belangstellenden, alien niet met name te
noemen.
Reeds bijna 40 jaar toch ben ik getuige ge
weest van en heb ik een werkzaam aandee
in den arbeid van Het Witte Kruis Vrij in-
tiem was mijne kennismaking met de jubila
resse; ik" was aanwezig bij de geboorte van
meerdere harer kinderen. Ik hielp een handje
bij de komst van haar eersteling, de goec
opgeroeide Heideheuvelik hield een harer
ontsmettiinigsinrichtingen ten doop en kan
autoriteiten en belangstellenden toonen, dat
zij was welgeschapen ten d'oop en kan aut<>
riteiten en belangstellenden toonen, dat zij
was welgeschapen' en levensfrisch. Ik deec
meer, wat maakt, dat ik op grond van eigen
waarneming en ervaring een oordeel uit
mag spreken over „Htt Witte Kruis" en dit
mag noemen een weldoendg en nuttige ver
eeniging.
Het zij mij vergund van deze plaats het
hoofdbestuur en de leden van harte geluk te
wenschen met dit jubileum, daarbij de hoop
uitsprekende, dat de N. FI. V. „Het Witte
Kruis" tot in lengte van dagen mogen groei-
en en bioeien, velen tot zegen, velen tot heil
Vergunt mij f ans uwe aandachtje vragen
voor eene kleiine schets, der historie getrou
welijk naverteld.
Anno 1886 vestigde zich, pas komende van
de Universiteit, waar men wel heel veel leer-
de, maar weinig of niets vernam yan wat er
omgaat in den dagelijkscheni arbeid van den
g-eneesheer een jeugdig arts in een der
doode steden aan de Zuiderzee in de provin
cie Noord'holland. Daar heerschte typhus in
vrij hevige mate, vkktyphus en buiktyphus
beiden, zooals later bleek. Door de zorg van
het gemeentebestutir waren twee bovemzalen
■van het ouderwetsche waaggebouw ingericht
voor ziekenzalen, waar satnen 8 zieken wer
den verpleegd, 6 mannen en 2 vrouwen. Bij
zijn komst (zijn voorganger was daags te
voren afgereisd naar een andere stand-
plaats) werd hij aani de boot opgewacht door
'het hoofd der gemeente, die er blijkbaar
trotsch op ging, dat alles zoo gocd was in
gericht en die den jongen genccshecr direct
naar het waaggebouw leidde, wijl Zijn Edel
Achtbare dacht, dat daar zijn hulp wel in de
allereerste plaats noodig zou zijn. En te-
recht deze vond daar, als eerste kennis
making met de realiteit van het leven des ge-
neesheers, die aelt zieken op die twee zalen.
Vier er van lagen te ijlen of droomerig voor
te i zich uitstarende aan de dekens te plukken,
ten om na een kort oponthoud weer moedig
vCrder te gaan.
Achter ons ligt een lance weg door ons
afgelegd, voor ons zien wij heel in de verte
den top, die nog bereikt moet worden en ter-
wi;l wij genieten van de rust nemen wij ohs
rr'c>oek, waarin al de wederwaardigheden
zijn aangeteekend, die wij op onze tocht
morbten ondervinden, nog eens ter hand en
vinden daarin allereerst opgeteekend de
namen van hen, die 50 jaar geleden van uit
het dal, dat wij heel in de verte beneden ons
zran liggen, den moeizamen tocht zijn begon
nen. On den weg, dien zij hebben afgelegd
zien wij de blijvende monumenten, die zij
door stoeren arbeid en taaie volharding
hebben weten op te richten. Van onze voor-
trekkers hebben slechts enkelen den vorigen
mijlpaal mogen bereiken' en warmeer wij den
bli'k om ons heen slaan naar hen die met ons
't voorrecht hebben den met goudomkransten
mijlpaal, waarom wij thans rusten hebben
bereikt, dan missen wij van die enkelen alien
op slechts een na. Een stille hulde brengend
aan de nagedachtenis van onze voormannen
die heengingen om niet meer terug te keeren
kuiwnen wij het niet genoeg waardeeren dien
eene thans in ons midden te mogen hebben
en hem bij zijn leven tc mogen huldigen
voor al het geen hij in den loop der jaren
voor onze Vereeniging heeft willen zijn en
geweest is.
Hooggeachte Dr. Barnouw. Ondanks Uw
zeer hoogen leeftiid heeft U aangedurfd van
uw woonplaats Heemstede naar hier te -
komen om de fee. elijke herdenking van het geheel buiten Uewustzijn en bovendten zwem-
50 iarig bestaan van de Vereeniging waar- uteode in afgelyopgn iaecaalmana s en urrne,.
Twee waren koud van neus en 1 edema ten
en den dood1 nabij. Dienzelfden dag stierven
zij dan ook. De zieken lagen in houten krib-
ben, die zeer- laag op pooten stonden en zeer
hooge zijkanten hadden, zoodat het uiterst
mceilijk was deze patienten behoorlijk te jtel-
pen, tc verschoonen en te onderzoeken. Zij la
gen op stroomatrassen, hadden niet al te
schooue lakens en grijsgore dekens. De ver-
pleging was toevcrtrouwd aan twee mannen
en cen vrouw en deze lieden maakten op den
jongen arts, en zoo als later bleek terecht,
inuet den indruk van netheid en betrouwbaar-
leid. Hulpmiddelen voor ziekenverpleging,
voor temperatuur-controk enz. ontbraken
bijna geheel en wat er nog was, was zeer on-
practisch en zeer onhygienisch. Ik zal U de
bijzonderheden daaromtrent sparen. De bur
gemeester was van meaning, dat de gemeente
alles in het werk had gesteld, wat maar met
mogelijkheid kon worden verlangd; en wa
ren twee ziekenzalen, een voor mannen en
een voor de vrouwen, er waren twee oppasr
sers en een oppasseres, er waren ledikanten,
er was beddegoed enz. enz. Hij zelf kwanx
alle dagen in eigen persoon naar den toe-
stand der zieken informeeren. En de jonge
arts?
Hij had in het ziekenhuis den. toestand wel
anders gezien; hij wist dat het bij deze zieken
vooral op goedt verzorging aankwam; hij
deed zijn best om zelf de hiaten aan te vullen,
lielp de patientem reinigen, verbedden enz. en
had de yoldoening, dat meerderen, ook buiten
het waaggebouw in eigen omgeviing ver
pleegd, genazen.
Hij meende zich neer tc moeten leggen bij
den toestand, zooals hij dien vond; de burge
meester suggereerde ook hem dat alles blijk-
raar in orde was; onervaren als hij was in
sociaal economisch werk, meende hij niets
meer te mogen en te kunnen verlangen. Hij
roeide met de riemen, die hij had. De epide
mic verminderde om daarna weer wat toe te
nemen en gedurende die verheffing werd de
medicus zelf aangetast en aan het ziekbed
gekluisterd, direct buiten kennis. Zijne jonge
vrouw had inoeite een plaatsvervanger te
vinden (de N. M. t. b. d. G. had nog geen
bemiddelingsbureau) en lcreeg ten slotte een
semi-arts. Geiukkig was een der leermeesters
van darn patient zoo welwillend geregeld den
lijder te bezoeken; deze hoogleeraar was een
schoonzoon van Mevrouw Salomonson en
Mevrouw Salomonson was directriee van de
afdeeling Ziekenverpleging van de Amster-
dtamsche afdeeling der N. H. V. „Het Witte
Kruis". De hoogleeraar hield niet van halve
maatregelen en nam direct ter verpleging
mede twee verpleegsters van het Witte Kruis,
toentertijd zeer schaarsche en zeer zeldzame
exemplaren. Dank zij al die goede hulp
kwam de patient er door, heen en in het her-
stellingstijdperk vernam hij veel van de toen
10 a 11-jarige vereeniging Het Witte Kruis.
Zoo hoordte hij dat zij in 1875 was opge-
richt, op initiatief van de toenmalige leden
van den geneeskundigen raad voor Noord-
holland. Dr. J. Peurs en Dr. G. N. Allebe
en Bedoeld was als eene vereeniging tot be-
vordtering van de volksgezondheid en het
weren van epidemien.
Ook in het doode stadje hoorde men er
van en men beklaagde zich dit niet eerder te
hebben geweten. Spoedig werd eene afdeeling
opgericht ik meen, dat zij was de elide of
de dertiende en al spraken enkelen van den
put dempen, als het kalf vercTronken is, de
afdeeling kwam, verpleegmateriaal werd
aangekocht en de jonge doctor werd secreta-
ris-penningmeester en als regel afgevaardig-
de naar de algemeene vergadering. Daar
kwam hij in aanraking met mannen als
Barnouw, Bloukers, Perk, Ankersmit, Van
Eldik Thieme, van Balen Blanken, Bree-
baart, Teixeiros de Mattos en anderen en
daar leerde hij veel en werd zijn sociaal-me-
dische ervaring verrijkt.
Ik weet, dat vaini degenen, die de oprich-
tersvergaoering van het Witte Kruis hebben
bijgewoond, Dr. Barnouw dfe eenig acbterge-
blevene is. Dankbaar wil ik hier gedenken het
vele dat door hem in verschillende funcbes
en nog meer door hem als edel denkend men-
schenvriend, voor het Witte Kruis is verricht.
Gaarne had ik hem het voorrecht, hier de
feestrede te mogen houden, gegund, maar
zijn gezondheidstoestand yerhindert hem
zulks te doen. Gaarne breng ik Dr. Barnouw
een eeresaluut!
Ik spreek thans eene feestrede uit en in
eene feestrede moeten juichtonen worden ge-
hoord. Is het geen juichtooun waard, dat die
zelfde medicus, wiens ervaringen en gedach-
ten ik zeer van nabij ken, voor zooverre
iemand zich zelven ooit kent, nog eens in dat
plaatsje een epidemic van viektyphus heeft
zien dieigen, dat toen de heide patienten di
rect konucn worden opgenomen in een doel-
matig ingericht isoleergebouwtje, gesticht
door de afdeeling van het Witte Kruis, dat
de verpleging opgedragen kon worden aan
de direct overgekomen zuster van het Witte
Kruis, dat deze voldoend verpleegmateriaal
en beddegoed en linnen ter harer beschikking
had, dat de beide patienten onder haar trou-
we verzorging genazen en dat dte epidemie
zich niet heeft uitgebreid. De medicus dacht
toen menigmaal aan zijn eerste patienten,
aan zijne intrede in de practijk en aan de
omstandigheden waaronder toen moest wor
den gewerkt. Hij maakte vergelijkingen! en
hoe kan het anders hij zegende die be-
moeiingen van het Witte Kruis.
Dc afdeeling Amsterdam had zich o.m.
op voorstel van de doctoren Barnouw en
Gunning tot taak gesteid de ziekenverzor-
ging te verbeteren. Zij richtte cursussen in
voor vrouwen uit een ontwikkelde omgeving,
maakte dat de aldus theoretisch onderwczencn
zich practisch konden bekwamen in de zieken-
huizer.: zij stelde een examen in, gaf diplo
ma's uit en had zelve een klein aantal in
vasten dienst, om deze tegen klasse-tarief en
zoo noodig ook gratis te laten verplegen in
gezinnen, waar "hulp werd aangevraagd
De afdeeling heeft daarmcde den stoot ge
geven aan de ontwikkeling van het instituut
gcschoolde verpleegsters in ons vaderlaod.
Nu Dr. Barnouw het beleefd heeft, wat
mede door zijn initiatief is tot stand geko-
men en hoe wij thans de geschoolde ver-
pleegster niet meer zouden willen en kunnen
missen, hij zal moeten' toegeven, dat zijne
stoutste verwachtingen zijn overtroffen.
Ziekenverpleging, wijkvcrpleging, kraam-
vrouwen verpleging, school verpleging en fa-
brieksverpleging, al te maal loten van den
zelfden stam! Mogen wij niet juichen bij de
herdenking yan dezen arbeid yan tlfit Witte
wij