Alkmaarsche Gourant
h i: 11.Lin on.
Be Eetsqenoote.
rgniimmisiiyiamgiigimisirgiiiriig
De papiermandjf
Maandag- 19 October.
XJZ& China*.
Ifo. 246
1985
Honderd Zeven en Twintigste Jaargang,
(Nadruk verboden).
Yangtse.
Wie een tocht de Yangtse-rivier op maakt,
al is het maar tot Hankow, behoeft z'ch geen
illusies te maken dat daar slechts een paar
dagen mee gemoeid zijn, nog minder dat hij
ook maar bij benadering kan te weten komen
wanneer hij zijn plaats van bestemming zal
bereiken. Rivier en volk werkcn niet mee. De
stroom op de Yangtse is geen sinecure; die
maakte dat wij in de zonderlingste bochten
van den eenen oever naar den anderen la-
veeren moestenof we nooit verder kwa-
men! En dan de verloopende ondiepten en
zandbanken, die ontweken moesten worden'.
Terwijl buiten. de eentonige galmstem van-
den peilenden matroos de diepte afroept, ver-
telt de kapitein aan tafel „Ja, dan kan het je
weloverkomen dat ze het eene oogenbiik 29
roepen, en vlak daarna 9". „En wat doet u
dan? Stoppen?", vragen we onnoozel. „Dan
is het schip vanzelf al wel gestopt", lacht
hij terug. Maar verder di aait het tafelgesprek
in de kapiteins-hoek tot in den treure op een
vraag: wanneer zijn wii inKiukiang; wan
neer zijn wij in Hankow? En eenige dagen
met groote vindingrijkheid antwoorden te
hebben verzonnen, die nu geen van alle meer
steek houden, verklaart de kapitein met een
gromdat hij zich over die kwestie niet meer
wenscht nit te laten. 't Is op geen stukken na
te bepalen.
Dat hangt af van net aantal balen rijst
en suiker, die wij te laden krijgen, dat hangt
nog meer af van de kcelies, die misschien
geen zin in laden hebben, wat ze vooral nooit
hebben als er terzelfdertijd een boot van
de concurreerende Europeesche maatschappij
ligt, want die betaalt beter dan de Chinee-
sche. Dit is iets waar wij niet over verwonde-
ren. Chineesche fabrieken en maatschappijen
betalen hun werklui altijd slechter dan de
vreemdelingendaarom heeft de anti-vreem-
delingen-staking ook niets met werkloonen te
maken, akscheen menig kortzichtig Europa-
bewoner daar maar niet aan te willen
En zoo lagen wij daar dan soins langer
dan de klok rond vooi steden in het achter-
lanc als WuH en Auking, op tartend-lang-
zame wijze duizenden balen rijts verladend.
Maar de booten van de China Marchar.ts
zijn gemoedeiijk en ruim, en sinds het drama
van de bedorven eieren en de vliegenplaag in
Nanking was er een algemeene verbroede-
ring aan boord en een ongeforceerde gezel-
Iigheid tusschen al die vertegenwoordigers
van verschillende nationaliteiten, alles on-
der leiding van den Engelschen kapitein, die
maar steeds zonder veel woorden met een
laconiek gromgezicht rondliep.
Voor Wuhu kwamen wij midden in den
nacht, en zaten toen in groepjes aan dek. Som-
migen hadden wat gedommeld in de hang-
matten buiten anderen kwamen na bridge- en
mahjong-partijtjes uit de eetzaal. Een jeugdig
employe ui, Hankow had mahjong gespeeld
met dne Chineezen en i.nompelde maar voor
zich uit, dat hij verloren had, 10 dollar. Waar-
op de kapitein, in zijn blauw-gebioemde
kimonc nog gemoedelijker dan anders
hem als vaderlijke vermaning toebromde:
„Hhat is a mistake, playing with Chinese".
De ander beweerde, dat hij dat juist deed om
van te leeren, maar de kapitein bleef nog
urenlang ziin hoofd schudden over zulk ee'n
dwaasheid, vooral toen de jongen met een
neerslachtig gezicht eraan toevoegde: ;,ik
verstond ze ook telkens niet!"
Een paar stoelen verder betoogde een Ame-
rikaansche missionaris-dochter naar aanlei-
ding daarvan tegen een Frangaisetje uit
Shanghai, dat mahjong-spelen „gambling"
was, en zij daar niet aan mee mocht doen;
waarop die zich verdedigae dat zij nooit om
geld speelde; en een Zweed, die er langs ijs
beerde, als een bom de opmerking ertusschen
gooide, dat hij zelf een vreeselijke „gambler"
was.
En ondertu schen keken we eens over de
railing hoe op het dek beneden ons de Chi
neezen als katten aan boord klauterden on-
der veel geschreeuw. Er is maar een smal
loopplankje, waar niemand elkaar passeeren
kan, en dus wachter zij daar maar liever hun
beurt niet af Wie het laatst aan boord komt,
krijgt de slechtste plaatsen, en in zoo'n volt"
is dat een groot bezwaar Op de plek, die zij
dan veroveren, leggen zij hun slaapmat neer,
en gaan daar met hun heele hebben en hou
den op zitten. En zoo is dat heele benedendek
Roman.
(Uit het Fransch van Guy Chantepleure).
Geautoriseerde veHaling van W. H. C
53)
Willem, als ik ooit eens zou kunnen
denken dat jij iets slechts hadt gedaan
of zelfs iets, dat niet heelemaal goed is
dan zou ik aan niets ter wereld meer kunnen
geloovent
Hij schudde zijn hoofd.
't Is angstwekkend, wat je daar zegt,
Phyleke. Ik ben geen erigel, hoordaar
mankeert heel wat aan!
Neenje bent een mensch; dat is
veel mooier Bovendien geloof ik zeker dat
je als engel erg vervelend zou zijn en ik zou
mannefje aan manndje volgepakfmet Chinee-
zen. Af en toe komt er onder de reis eens een
koopman bij hen rond, en herhaaldelijk een
die voor een paar cent kommetjes rijst en an
der eten verkoopen, maar zelf houden zij hun
plaatsje bezet. Alleen bij aanlegplaatsen is
het dringen en verhuizen aan de orde.
Op den nacht voor Wuhu volgde de dag
voor Wuhu de balen rijst bleken onuit-
puttelijk; en de kapitein beklaagde ons maar
dat wij geen van alien artistiek genoeg ble
ken om een teekening te maken van de groot-
sche pagoda-ruine aan den waterkant. Op
een vorige reis had iemand daar den heelen
wachttijd voor Wuhu mee doorgebracht.
De Hankowsche employe was intusschen
de depressie na zijn verlies van den vorigen
avond te boven, en deed verhaal na verhaal
over Ningpo, waar hij een paar maanden ge-
leden was tijdens de troebelen. Wat de Chi
neezen onder aanvoering der studenten daar
direct gingen plunderen, toen de relletjes be-
gonnen? Geen huizen van vreemdelingen,
maa een Chineeschen kruidenierswinkel,
die aan vreemdelingen had geleverd! Zij na-
rnen alle blikjes uit den winkel mee, en mikten
die in de rivier, wie het verste gooien kon!
Een hooggeplaatst Europeaan was in een
roeiboot gestapt toen de herrie begon en zat
toen een tijd lang midden op de rivier te
wachten. Telkens als hij weer een eindje
naar land toe roeide, bleken de Chineezen op
de kade er zoo dreigend uit te zien, dat hij
maar weer omkeerde!
Een Japanner kroop bij zijn huis in een re-
genton, waar hij tot aan zijn kin in het wa
ter stond, bibberend van angst, toen intus-
scehrfzijn huis geplunderd werd, en hij maar
steeds stemmen en voetstappen langs zijn ton
hoorde. Hij vluchtte daarop naar Shanghai,
waar hij 14 dagen in een ziekenhuis lag, om
te bekomen van den schrik.
Dat is het merkwaardige bij die anti-vreem-
delingen-beweging geweest, dat wie maar
kon naar Shanghai vluchtte, omdat men wist
daar veilig te zijn in het internationale settle
ment; terwijl ook juist Shanghai het centrum
was van de eppcsitie.
Zoo kregen wij toch *den wachttijd voor
Wuhu om, al teekenden wij geen pagoda-
ruines. Hier in China zit het niets-doen dan
ook zoo in de ludit, dat ieder die dat van
huis uit niet kan, toch heel gauw acclimati-
seert.
Kechtsza lien
De raoord op den Overtoom
Zaterdag heeft de rechtbank te Amsterdam
de behandeling van de zaak betreffende den
moord op den makelaar Busch hervat.
Getuige van Houten, meubelhandelaar, ver
klaart opnieuw aan beklaagde goederen in
consignatie te hebben geleverd in 1915 en
1916. Hij legt een staat-over van de betalin-
gen, die bekl. heeft gedaan, en daaruit blijkt,
dat getuige in Maart 1915 voor de eerste
ihaal goederen in consignatie heeft gegeven.
Hij heeft dit gedaan omdat M. zeide geen geld
ie hebben voor betaling bij levering.
De heer A. de Jong, eveneens meubelmake-
laar, heeft bekl. ook meubelen geleverd, eerst
tegen contante betaling; later heeft hij goede
ren in consignatie gegeven.
Op een vraag van den verdediger ant-
woordt de eerste getuige dat hij eenigszins
met bek.l's zaken op de hoogte was. Deze
was bezig aan de uitvoering van het gebouw
aan den Overtoom, toen hij On financieele
moeilijkheden kwam. Hij-tekende op het krij
gen van geld onder hypothecate verband,
maar toen de oorlog uitbrak kwam van al
die toezeggingen niets en zoo is bekl. in moei
lijkheden geraakt.
Vervolgens hoort de rechtbank den heer
Moussault, die in 1917 met bekl. in kennis
was gekcmen in verband met plannen om te
Zandvoort een sporttentoon«telling te hou
den. Get. is toen ook eenige malen in den far
miliekring van bekl. geweest en heeft toen den
indruk gekregen, dat bek«. een goedhartig
man was, die goed voor vrouw en kinderen
zorgde. Wel kon hij zeer opvliegend zijn.
Verleden jaar heeft get. bekl. weer gezien; ge
tuige was toen chef van de advertentie-afdee-
ling van een groot dagblad en bekl. kwam
een advertentie plaatsen, waarin hij om werk
vroeg.
De verdediger verzoekt daarna opnieuw te
hooren den inspecteur van politie van Slobbe.
Deze heeft verklaard dat de weduwe Busch
eenige jaren geleden van een vrouw te Breda-
een brief heeft ontvangen, waarin stond dat
ze f 20,000 kreeg als ze een stukje t'eekende.
Van wie heeft getuige dit gehoord? zoo
vraagt mr. Levy.
Getuige van Slobbe: Van de weduwe
Busch zelve.
Mr. Levy verzoekt dat de heer van Slobbe
dezen brief, die niet bij de stukken is, aan den
officier zal doen toekomen. Aan dit verzoek
je nooit meer een sigaret durven vragen
Toe, wil je me er een geven?
Die lekkere lucht van blonde, Turksche si-
garettentabak, die Willem rookt, en waar-
mee zijn kamer als het ware is doortrokken,
die bijzondere geur, welke hem omgeeft, is
iets typisch, dat hij hem behoortik houd
er zoo van. Ze doet me altijd denken aan
lang vervlogen jaren van onze vriendschap;
ze behoort zoo tot allerlei kleinigheden, tot
onze dagelijksche gewoonten, die ons leven
en onze intrmiteit van thans voi'men.
22 Januari.
Het volgende jaar, als mijn rouwtijd ver-
streken is, moet ik veel visites maken, om
dat 't, zooals iedereen zegt, nuttig is relaties
zal gevolg gegeven worden.
Verder zegt de verdediger dat in het ver
haal van den heer van Slobbe ook staat, dat
hij mr. Levy, de advoeaat was van Busch.
Hoe is getuige hieraan gekomen?
Getuige van Slobbe: Dat heb ik gehoord
van mr. Rassers te Breda, die in een civiele
zaak mr. Levy als tegen-pleiter heeft gehad en
wel als advoeaat van de combinatie Busch
Lichtle.
Mr. Levy ontkent dit. De combinatie had
geen bepaalden advoeaat. Hij heeft zelf wel
eens geprocedeerd tegen de combinatie. Hoe
is deze getuige, aldus de verdediger, ertoe ge
komen om te verklaren dat ik geweigerd zou
hebben aan getuige inlichtingen te verschaf-
fen omtrent door mij voor Busch gevoerde
processen? Gesteld dat zulks juist geweest
ware, dan gold toch, aldus mr. Levy, een be-
roep op mijn ambtsgeheim. Getuige vertelt
praatjes.
Getuige van Slobbe protesteert.
Verdediger: Dergelijke verklaringen wer-
ken de zonderlingste praatjes in de hand. Ik
heb vanmorgen een brief gezien van een
hoofdredacteur van een blad aan den verslag-
gever daarvan, die de terechtzittingen voor
dat blad volgt, waarin aan dezen wordt ver-
zocht, de zaak zoo sensationeel mogelijk te
behandelen en te doen uitkomen dat mr. Levy
van den beginne af van de heele zaak meer
geweten hedt.
De president: Wij behandelen hier toch de
zaak van bekl. De rechtbank kan zich hier
toch niet in mengen!
De president vraagt daarna aan mr. Levy
hoeveel getuigen deze nog wil voorbrengen.
Ay*. Levy: Negenentwintig.
President: Dat beteekent eigenlijk een her-
ziening van het onderzoek op punten, welke
thans voor de rechtbank afgedaan zijn. Er
komt toch eens een tijd, dat de rechtbank geen
getuigen meer wenscht. Zij heeft aan den ver
dediger alle mogelijke faciliteiten verleend,
zelfs inzage van de processen-verbaal der zit-
ting nog voordat deze definitief zijn vastge-
steld. Hiervan moet de verdediger nu toch
geen gebruik maken om het onderzoek nog
langer te rekken of om deze processen-ver
baal, die nog slechts concepten zijn, aan te
vechten.
Mr. Levy: Ik meen slechts dat op sommige
punten nog niet voldoende licht op de zaak is
gevallen. Ik wil gaame de rechtbank inlichten
op welke punten ik deze getuigen nog ge
hoord wenscht te zien, maar liever niet in
op'enbare zitting.
De president zegt dat de rechtbank geen
reeds gehoorde getuigen meer wenscht te
hooren, waarop de vei'dediger zegt dat het
meerendeels nieuwe getuigen zijn. Wanneer
hij anders bij pleidooi heropening van de in-
structie zou moeten vragen zou de rechtbank
terecht van oordeel kunnen zijn, dat zij de
gronden daarvoor tijdens de getuigenverhoo-
ren had moeten vernemen.
De president: Heropening van de instructie
kunt u altijd bij pleidooi vragen.
Tenslotte neemt de rechtbank er genoegen
mee dat mr. Levy haar schriftelijk zal inlich
ten, welke nieuwe getuigen hij nog wenscht
voor te brengen en op welke punten hij dezen
gehoord wenscht te zien
De zitting is daarna verdaagd.
EEN OCR AFGEBETEN.
Voor de rechtbank te Middelburg heeft
Vrijdagmiddag terecht gestaan de 28-jarige
la.ndbouwersknecht D. j. S. uit Graauw, die'
tijdens en twist met P. Gogaert op 13 Sep
tember dezen een oor heeft afgebeten.
Beklaagde bekende onder tranen, dat hij na
een twist met getuige in een herberg met hem
naar buiten is gegaan, daar is men weer aan
het vechten geraakt en toen heeft hij in zijn
drift gebeten, hij wist eerst niet waarin. Be
klaagde heeft zeer veel spijt van het gebeurde.
De officier van justitie eischte, wegens het
opzettelijk toebrengen van zwaar lichamelijk
Ictsel, 8 maanden gevangenisstraf.
De verdediger, mr. j Adriaanse, drong
cp clementie aan.
GEEN HULP TOT REDDING GE-
BODEN.
De rechtbank te Middelburg heeft Vrijdag
middag uitspraak gedaan in de zaak tegen
den roeier van het Nederlandsch Loodswe-
zen te.Vlissingen P. J. v. d. V., die in appel
was gekomen van een vonnis van den kanton-
rechter te Middelburg, waarbij hij wegens
het niet verleenen van hulp toen een jongen
bij het zwemmen in nooa verkeerde, die la
ter dan ook verdronken is, Ofschoon hij met
zijn roeiboot in de buurt aan het visschen
was, veroordeeld werd tot 3 maanden hechte-
nis.
Overenekomstig den eisch van den cfficier
van justitie, vemietigde de rechtbank het
vonnis van den kantonrechter, maar veroor-
deelde beklaagde opnieuw rechtdoende weer
tot 3 maanden hechtenis.
Waar de verdedigej had aangevoerd dat
beklaagde geen ooggetuige was, doch door
anderen gewaarschuwd werd, meende de
rechtbank, dat het er niets toe doet door mid-
del van welk orgaan men het in levensgevaar
verkeeren van een ander in kennis wordt ge
steld.
Gemengd Nienws
te hebben en omdat een vrouw aan de carrie-
re van haar man verschuldigd1 is een zekere
positie in de maatschappij in te nemen
Dezen winter wil ik nog zoo'n beetje als een
wilde leven; als ik uitga, wandel ik of koop
dingen voor ons huis. Toch heb ik me reeds
bij de Mauriceaus vertoondmaar den
„ontvangdag" van mevrouw heb ik vermeden,
omdat ik voor geen geld ter wereld de men-
schen wil ontmoe'en, die er geregeld komen
en voor geen geld ter wereld wil denken aan
Fabrice de Mauve
Eveneens heb ik mijn beleefdheidsplicht
vervuld ten opzichte van juffrouw Arguin,
die geen ontvangdag heeft en die ik niet
thuis vond; ook ben ik bij mevrouw George
Patain geweest, die wel twintig menschen
om zich heen had en met wie ik geen tien
woorden heb gepraat; voorts bij mevrouw
Saugeret, die alleen zat, naast haar theeta-
fel en 'wjer opgewekte ontvangst me niet den
minsten twijfel liet omtrent het genoegen, dat
mijn komst haar deed.
Mevrouw Saugeret, de vrouw van een der
ingenieurs van het huis-Patain, is bijna even
jong als ik en ik vind haar zeer sympathiek
en lief, maar toch een beetje onnoozel. Haar
conversatie biedt geen groote afwisseling; 't
goede vrouwtje spreekt niet anders dan over
haar kinderen en haar man vooral over
haar „man". Ik heb me zoo goed mogelijk ge-
kweten van mijn partij in ons duo, maar ik
kon met den besten wil van de wereld met
over mijn eigen kinderen praten, dus sprak
des te meer over de hare, twee schattige kin-
dertjesMaar ik heb haar wel over mijn
„man" gesproken.
Het uitspreken van die twee woorden „miju
DE NEDERLANDSCHE JOURNALIS-
TENKRING.
Evenals de oud-minister dr. De Visser, ge-
lijk dezer dagen bericht werd, is thans ook
de oud-minister van Arbeid, prof. mr. P. J
M. Aalberse, de nieuwbenoemde hoofdredac
teur van het „Centrum", toegetreden als lid
van den Nederlandschen Joumalistenkring.
DE OVEREENKOMST MET DE
PAKETVAART MIJ.
Ingediend is 'n wetsontwerp in zake mach-
tiging tot het aangaan van een overeenkomst
met de N.V. Kon Paketvaart Mij., gevestigd
te Amsterdam, betreffende het onderhouden
van scheepvaartverbindingen in Neder
landsch-Indie, gedurende de jaren 1926 tot
en met 1930.
NATIONAAJ- PERSINSTITUUT.
Naar de N. R. Crt. verneemt, is opgericht
het Nationaal Persinstituut, gevestigd te 's
Gravenhage, ten doel hebbende de bevorde-
ring van de nationale gedachte in de volks-
ontwikkeling. Het stelt, bijgestaan door een
groot aantal vrijwillige medewerkers, tot dit
doel aantrekkelijke en opvoedende artikelen
beschikbaar, waarin de zedelijke belangen
der nationale en internationale gemeenschap
naar voren worden gebracht en aandacht
wordt gevestigd op allerlei vraagstukken van
maatschappelijken, socialen en politieken
aard. Als leider treedt op de heer W j.
Bastiaan, terwijl van den Raad van Toezicht,
welke nog met eenige leden zal worden uit-
gebreid, deel uitmaken de heeren jhr. mr. dr.
E. A. van Beresteyn, mr. A. J. A. Bik, prof.
mK. dr. H. W. C. Bordewijk, mr. J. Gerrit-
zen, P. J. de Kanter, dr. C. Lely, dr. W. W.
van der Meulen, dr. F. E. Posthuma en jhr.
mr. H. Smissaert.
DE BREEDIIK AAN DEN GROND
"GELOOPEN.
Uit Hoek van Holland wordt gemeld:
Het stoomschip Breedijk, van de Holland-
Amerikalijn, van Baltimore naar Rotterdam,
is Vrijdagnacht tijdens dikken mist bij wit 21
aan den grond gevaren. Sleepbooten zouden
's middags met hoog water trachten het schip
vlot te sleepen.
Nader wordt gemeld
De sleepbooten Zwarte Zee, Rozenburg en
Columbus hebben Zaterdagmiddag tever-
geefs getracht het ter hoogte van Wit 17 om-
hoog zittende stoomschip Breedijk vlot te
sleepen. Met het nachtgetijde zouden meer
sleepbocten assistentie verleenen en voorts
zou een anker worden uitgebracht om hoo-
gerop gaan te voorkomen.
AANVARING.
De onderzeeboot K 13 van de Kon. Neder-
landsche marine lag Zaterdagmorgen om 8
uur, gekomen van de werf van de maatschap
pij voor scheeps- en werktuigbouw Fijenoord,
op de rivier te Rotterdam vocr anker te wach
ten om door de Koningshaven te varen. Het
klipperschip Onderneming, -chipper J. Steur
uit Heemstede, dat op dezelfde hoogte voor
anker wilde komen, werd door wind "en
stroom tegen de onderzeeer opgedrongen en
kwam met den scherpen boeg van de K 13 in
aanraking, met het gevolg dat de Onderne
ming een gat aan stuurboordzijde opliep en
water maakte.
Het klipperschip is door een sleepboot van
de firma van der Graaf naar de Oude Plan-
tage gesleept en daar op het drooge gezet.
Daarna is men begonnen met het leegpom
pen van het schip.
DE MARINE.
De vorige minister van marine, de heer E
P. Westerveld, schrijft in het Tijdschrift van
de Ned Mij. voor Nijverheid en Handel over
cie belangen van handel en nijverheid bij een
splitsing van onze marine in twee deelen, elk-
met een eigen personeel en materiaal, naar
aanleiding van een hem daartoe gedaan ver
zoek der redactie van het tijdschrift. Hij be
sluit zijn artikel aldus:
Zouden de belangen van alles wat bij de
instandhouding van een vloot betrokken is
niet beter zijn gediend, wanneer men, zonder
tot eene splitsing der Marine over te gaan,
zocht naar eene zoodanige organisatie van
personeel en materiaal, dat eene zoowel voor
het moederland als voor Ned. O.-Indie aan-
vaardbare verdeeling van kosten wordt ver-
kregen? Is het goedkooper zijn van den
verbroken band voor de Nederlandsche schat-
kist het eenige criterium, dat het moederland
man" lijkt me erg koddigIk spreek Wil
lem nooit aan met „man" en in gedachten
noem ik hem evenmin „mijn man".
Maar als mevrouw Saugeret over mijnheer
Saugeret spreekt, dan is het „mijn man" en
over Willem „uw man"; ik zal nu zeker
ook „man" moeten zeggen
Dat vind ik grappig. Ik denk aan het ver-
liefde paartje in Brugge en ik ben steeds be
zig op zoo veel mogelijk gepaste wijze mijn
rol van gelukkige jonggetrouwde vrouw te
spelen, echter op gevaar af van al te dtoor-
zichtige proeven van verbeeldingskracht af te
leggen om den uiterlijken schijn te bewaren.
Verder moet ik nog noteeren dat mijn man
en ik heel weinig uitgaan, dat ons, voor mij
zoo nieuwe en voor hem verjongde oude hu:s
ons toeschijnt het liefelijkste ter wereld te
zijn, dat we heel opgewekt zijn en dat ik een
beetje dol-vroolijk ben, maar dat hij het toch
wel prettig vindt als ik lach, dat ik veel lees
en uitsluitend de boeken, die hij voor me kiest,
dat hij, 's morgens of's middags van zijn
werk komende, Mij is me thuis te vinden en
dat het theeuurtje een soort feestje voor ons
is. Ook moet ik nog een wan deling vermel-
den, die we op een Zondag maakten en een
tentoonstelling van oudfe kleederdrachien,
waar we zijn "geweest; voorts z eg ik, naar het
voorbeeld van mevrouw Saugeret maar
veel meer te recht, want die brave mijnheer
Saugeret is maar een heel gewoon mensch
„mijn man is zoo goedmijn man is zoo
intelligentmijn man weet zoo ontzaglijk
veelmijn man denkt voortdurend aan me.
En plotseling moet ik nu constateeren dat
het nu niet meer mijn verbeeldingskracht is.
die me dit in de pen heeft gegeven, maar de
waarheiden dat vriendschap een be-
paalde soort vriendschap toch iets heel
moois is, omdat ze, zooals de onze, onbewust
dezelfde taal weet te spreken als de liefde.
VI.
Willem wilde mee meenemen naar Issy les
Moulineaux om met hem samen een vertrek
van vliegtuigen bij te wonen. Ik heb het niet
willen doen.
Sinds ik mevrouw Kerjean ben wil ik
als ik een courant lees, systematisch niets
meer weten van artikelen over vliegtuigen
of vliegeniers, Willemen, al zou ik er een
keizerrijk mee kunnen verdienen, ik zou een
vliegweek, als die te Vichy, niet meer willen
bijwonen,dus nog minder een vertrek
voor een wedvlucht.. Groote God! Ik zou
van angsit sterven!
Willem scheen er niets van te begrijpen.
Maar waarom niet? Als ik je over zul-
ke zaken spreek
Als je er me over spreekt, dan is't heel
wat anders dan keer ik weer terug tot
de tijden van den Reuzen-Bizuth en de ver-
haaltjesdaarin is alles mogelijk en ge-
makkelijkMaar als ik er courantenverha-
len over zou lezen of heusche vliegtuigen
zien, dan zou ik de zaak iastbaarder en dus
de gevaren, waaraan jij je ieder oogenbiik
blootstelt, veel vreeselijker voor me zien
en ik zou geen leven meer hebben.
Phyleke, ik ben overtuigd dat een op-
stijging als die op morgen, je in tegendeel een
indruk van vertrouwen en zekerheid zou
schenken Vele vrouwen van vliegeniers
zullen er bij tegenwoordig zijn en onder hen
zullen er zeker zijn. die -
N.V. vh. Herms.Coster&Zn.
Voordam C 9 Aikmaar.
moet laten gelden? Of zoude met het oog op
de grootere belangen, die hier op het spel
staan, door het zoeken naar den gulden mid-
denweg die grootere belangen beter zijn ge
diend?
Ik aarzel niet om de laatste vraag, ook wat
betreft de maritiem-technische zijde van het
vraagstuk bevestigend te beantwoorden.
VRIJWILLIGE LANDSTORM.
In een dezer dagen te verschijnen legeror-
der wordt met betrekking tot den vrijwilligen
landstorm o.m. bepaald:
De vrijwilliger, behoorende tot het voor-
oefeningsinstituut, die dient in een militairen
rang en bij beeindiging van zijn verbintenis
gewoon dienstplichtige der landmacht is of
wordt, komt te behooren tot het wapen of wa-
pengedeelte, waarvoor hij is opgeleid.
De vrijwilliger, bedoeld in het eerste lid,
vervult'zijn werkelijken dienst in den verkre-
gen rang, indien de opkomst voor eerste oefe-
ning.onmiddellijk aansluit aan het beeindigen
van de verbintenis.
De minister bepaalt, in hoeverre de vrijwil
liger, die bij een der landstormkorpsen in een
militairen rang is aangesteld en bij beeindi
ging van zijn verbintenis gewoon dienstplich
tige der landmacht is of wordt, alsdan den bij
den vrijwilligen landstorm verkregen rang
behoudt.
Voorts is bepaald
De kaderopleiding bij het vooroefeningsin-
stituut wordt bij afzonderlijke beschikking ge
regeld.
De vrijwilliger die behoort tot een der land
stormkorpsen en aan de daarvoor gestelde
eischen voldoet, kan tot de verschillende ran-
gen beneden dien van officier (uitgezonderd
dien van vaandrig) worden aangesteld.
Bij de landstormkorpsen kunnen tot de in
hef tweede lid bedoelde rangen worden aan
gesteld degenen, die op grond van hun werk-
kring en positie in de burgermaatschappij,
hun algemeene ontwikkeling en c.q. hun op-
treden bij oefeningen, door den er bij betrok
ken korpscommandant geschikt worden ge-
acht voor de door hen te vervullen betrekkin-
gen bij het korps.
De vrijwilliger, bedoeld in het tweede lid,
wordt als regel niet aangesteld tot korporaal
en sergeant, alvorens hij onderscheidenlijk
den 17- en 18-jarigen leeftijd heeft bereikt.
De vrijwilliger, die bij een der landstorm
korpsen in een rang is aangesteld en bij be
eindiging van zijn verbintenis gewoon dienst
plichtige der landmacht is, wordt bij het on-
derdeel van het leger, waarvan hij afkomstig
is, teruggeplaatst in den rang dien hij be-
kleedde op het tijdstip waarop hij zijn verbin
tenis sloot.
Deze regeling treedt in werking met in-
gang van 1 November.
Een dezer dagen te verschijnen legerorder
bepaalt, dat gewone dienstplichtigen, die bij
de luchtvaartafdeeling werkzaam zijn op bur-
gerrechtelijke arbeidsovereenkomst, als mobi-
lisatiebestemming krijgen luchtvaartafdeeling
Soesterberg.
Bedoelde gewone dienstplichtigen worden
vrijgesteld van herhalingsoefeningen, zoo-
lang hun mobilisatiebestemming luchtvaart
afdeeling Soesterberg is.
Hij hield op.
Die wat? vroeg ik.
Wel, die nog meer aan hun man ge-
hecht zijn dan jijaan mij.
Gedreven door een onweerstaanbare op-
welling, riep ik uit.
Maar Willem, ik ben aan jou meer ge-
hecht dan aan alles ter wereld!
Ik had me in zijn armen geworpen, alsof
ze een toevluchtsoord warenHij keek me
aan en glimlachte een beetje, heel weinig
en trok zoo'n eigenaardig gezicht, alsof hij
ontroerd was en dit toch niet wilde toonen.
't Is waar, fluisterde hij, je hebt nie
mand anders dan mij, arm Phyleke!
Als je eens wist, hemam ik telkens
als je wat te laat thuis komt, zie ik die heele
Hist voor me, met alle namen van hen, die
O, ik heb het je nooit willen zeggen, omdat
ik vind dat de vrouw van een vliegc-nier de
ziel moest hebben van de vrouw van een sol-
daat
De ziel der vrouw van een soldaat!
Juist, Phyleke, die moest je hebben! Onthoud
dat driekwart van de ernstige ongelukken of
rampen, die we moeten betreuren, te wijten
zijn aan een onvoorzichtigheid of een fout,
die voorkomen had kunnen worden
En die fout, die onvoorzichtigheid, ben
je er zoo zeker van dat jij die nooit zult be-
gaan?
Zoo zeker, als een feilbaar mensch van
vleesch en bioed maar kan zijnvoldoende
zeker om, als ik in mijn vliegtuig plaats
neem, nooit het geringste gevoel van vrees
te hebbenOverigens vertrouw ik op
mijn gelukkig gesternte.
(Wordt vervolgd
ts meestal een niet {15"
bcdoelde bergplaats gg
voor drukwerlc. dat
men aan z'n klanten
doet toekomen.
Goed uitgevoerd zal
het niet zoo gauw
weggedaan worden,
als drukwerk. dat
een slecht verzorg«
den, 6lordigen in*
druk maakt.
Over de resnltaten
vaa uw aankondi-
gingen, prospectj,
en a) uw overige
drukwerken, zult ge
tevreden zijn, wan«
neer gij re laat ge*
reed maken bij de: