ONTHULLING MONUMENT PROF. DR. J. VAN LEEUWEN JR. Gister heeft op het altijd groene kerkhof te Doom de or.thulling plaas gehad van het monument, aldaar opgericht door leerlingen, vrienden en vereerders van den Leidschen hoogleeraar dr. J. van Leeuwen Jr. Van de meeste bijzondere Gymnasia en Lycea, van zeer vele discipuli, amici, admi- ratores, van alle Universiteiten en. van alle openbare gymnasia zonder een enkele uitzon- dering kwamen desitijds voor dit monument betuigingen van ins+emming en grootere of kleinere geldelijke bijdragen in. BOND VOOR „DAADWERKELIJKE" DIERENBESCHERMING. Deze bond heeft onder leiding van den Keer F. Douzy, vice-voorzitter, zijn zesde jaarlijksche vergadering gehouden. Het jaar- verslag van den secretaris vermeldde, dat het aantal leden 2005 bedraagt. Het kassaldo is f 2368. Het Blauwe Kruis telt 337 leden met 500 verzekerde dieren. Er werden 850 consulten gehouden, en 923 maal is volledige hulp verleend. De verkiezing van een voorzitter en een secretaris, in de plaats van de heeren J. F. Faber en W. de Jongh, die ontslag hebben genomen, werd uitgesteld tot de vergadering van November. VEREENIGING VOOR GESCHIEDENIS DER GENEES-, NATUUR- EN WISKUNDE. Na dr. M. A. van Andel hield dr. D. B. G. Veraart, mijnarts te Kerkrade, een lezing 1 over Het tijdschrift Het Nederlandshc Lancet in verband met de toenmalige chirurgie. Het Nederlandshc Lanetc is het algemeen- Igeneeskundig tijdschrift, dat bestaan heeft van 18381856. Op grond van de artikelen erin gaf hij een overzicht van den stand der jgeneeskunde in dien tijd. Zondagochtend had te Gorinchem de jaar- ,vergadering plaats, waarin de jaarverslagen van secretaris, penningmeester en bibliothe- caris werden vastgesteld en de commissie in zake het plan dr. Schierbeek tot uitgave der ;brieven van Van Leeuwenhoek verslag uit- bracht. Na de jaarvergadering werd de we- ifenschappelijke vergadering gehouden, waar- lin dr. A. C. A. Hoffman te Gouda een lezing fhield over de Heksenwaag te Oudewater, Daarna hield de heer A. J. Lamers, arts te's Hertogenbosch, een lezing over: Een Ne- derlandsche spijkerboom te Yde. Na een gemeenschappelijk noemmaal in hotel Metropole werd de vergadering des rtiid- dags voortgezet. Dr. H. J. Lulofs te Gorin chem hield nu een lezing over het begrip „na- tuur" bij Hippocrates, een lezing die te tech- nisch is voor een samenvatting. In Hippocrates is, zeide spr. ten slotte, geen uitbundigheid, wel een verbijstering als bij de oude natuurphilosofen over de talloo- ze wonderlijke functies. Vervolgens hield dr. J. G. de Lint, pri- vaatdocent aan de universiteit te Leiden, een lezing over: Afbeeldingen uit de handschrif- ten van Guy de Chauliac." NEDERLANDSCHE DAME TE ANTWERPEN BESTOLEN. Naar aan de „Maasbode" uit Antwerpen gemeld wordt, is een Nederlandsche dame het slachtoffer geworden van een treindief- stal. Toen namelijk mej. De Visch uit Bloe- mendaal in den expresstrein Parijs-Amster- dam, na in den restauratiewagen het middag- maal gebruikt te hebben, te Brussel in haar compartiment terugkeerde, constateerde zij tot haar grooten schrik, dat haar koffer, die voor een groote som juweelen en geld bevat- te, verdwenen was. Onmiddellijk werd de politie van het Brus- selsche station op de hoogte gesteld, die een uitgebrcid onderzoek begon. Het leverde niets op. HET WETBOEK VAN STRAF- VORDERING. Het Wkbl. v. h. Recht schrijft: In verband met onze opmerkingen in het nummer van Woensdag jl. kunnen wij thans berichten, dat, naar ons van zeer geachte zij- de werd medegedeeld, de minister van jus tide dezer dagen aan de procureurs-generaal bij de gerechtshoven eene aanschrijving heeft doen toekomen ongeveer van den volgenden inhoud. Onvoorziene omstandigheden voor- behouden mag worden verwacht, dat het nieu- we wetboek van strafvordering, behalve de in art. 1 der Invoeringswet vermelde artike len, met ingang van 1 Januari a s. in wer- king zal treden. Een Koninklijk besluit in dien zin kan eerst worden bevorderd nadat de algemeene maatregelen van bestuur, die ter uitvoering van enkele fcepalingen van het nieuwe wetboek alsnog worden vereischt, zul- len zijn tot stand gekomen. Doch het laat zich aanzien, dat die maatregelen zoo tijdig zullen afkomen, dat de inwerkingtreding van het Wetboek met ngang van 1 Januari a-s. zal kunnen volgen. Wij zijn voor die mededeeling en haren inhoud zeer dankbaar. Geheel voldaan zijn wij echter niet Er blijft eenige onzekerheid bestaan, zoolang het vereischte K. B. er niet is. Wij veroorloven ons daarom met alle be- scheidenheid op den meest mogelijken spoed aan te dringen bij het Departement van Justi- tie. Over den tijd en de arbeidskracht van an- deren kan men moeilijk beschikken. doch wij houden ons overtuigd, dat de betrokken amb- tenaren met ons van meening zijn, dat ze- kerheid omtrent de invoering van het wetboek boek zeer gewenscht is en dus het mogelijke zullen willen doen om die zekerheid te bevor- deren. PLOTSELINGE GENEZING IN EEN R. K. KERK. Uit Heerlen wordt aan de Crt. gemeld: Bij het doen van de H. Communie in de Paterskerk te Wittem heeft de 32-jarige Ma ria Schwaan uit Mechelen, die voor 13 jaar haar spraak verloor, deze plotseling terugge- kregen. Zij bad hare gebeden eensklaps hard- op met duidelijke stem. De consternatie in de kerk was groot. Een en ander wekte groote beroering in de omgeving en heden zijn hon- derden menschen naar Mechelen gekomen om haar te bezoeken. Ook de kerk te Wittem was voortdurend propvol. HOOFDEN VAN SCHOLEN. In hotel „de l'Europe" te Utrecht werd gister een vergadering van Schoolhoofden ge houden, die vrij druk bezocht was. Door d«o heer R. van Gaasbeek. uit Utrecht, werd een inleiding gehouden over de vraag: „Hoe is verband te brengen en te houden tussdhen de hoofden van sdholen, die een democratische schoolorganisatie voor- staan; in het belang van den strijd voor de openbare school en van hen zelf Op deze inleiding volgde een uitvoerige gedachtenwisseling, waarin hoofdzakelijk te- genover elkaar verdedigd werd, het toetreden tot het N.O.G. en de oprichting van een nieu we organisabe, uitsluitend voor schoolhoof den en staande op het standpunt van den modernen klassenstrijd. Met overgroote meerderheid van stemmen werd besloten om over te gaan tot de oprich ting van een nieuwe organisatie. Het voorma- lig bestuur van den in 1924 opgeheven Bond van Nederlandsche Schoolhoofden werd aan- gewezen als commissie ter voorbereiding voor de noodzakelijk te treffen maatregelen Deze commissie bestaat uit de heeren: J. van Buren te Den Haag, R. van Gaasbeek te Utrecht, J. G. Groothoff te Leeuwarden, W. Lodeizen te Amsterdam en J. Meertens te Klazinaveen. DE WONING VAN EEN VISSCHER VERB RAND. Uit Weesperkarspel wordt aan de Crt. ge meld: Zaterdagavond tegen 12 uur wilde de reeds bejaarde H. K., van beroep visscher en jager, wonende in den Hoogen Bijlmer, nabij den tol, zich ter ruste begeven, toen plotse ling een hevige windstoot den schoorsteen vernielde, die gedeeltelijk in het woonvertrek terechtkwam en wel op een brandende lamp, waardoor brand veroorzaakt werd. De vlam- men vonden gretig soedsel in een grooten voorraad vischwant. De bewoner had n.l niet minder dan 290 vischfuiken in gereedheid ge- bracht, welke de volgende week zouden wor den uitgezet. Alle netten werden echter een prooi der vlatomen en ook de woning, die ge heel van hout was opgetrokken, werd totaal vernield. Van alarmeering der brandweer was afgezien, omdat, voor deze het afgele- gen punt, waar de brand was uitgebroken, be- reiktkon hebben, de vlammen toch reeds hun vernielend werk zouden hebben volbracht. De bewoner wist zich met moeite uit het bran dende perceel te redden. Een kistje, waarin 1600.aan bankpapier werd bewaard, werd later tusschen de puinhoopen terugge- vonden; de inhoud was echter geheel ver- koold. De waarde van het verbrande visch want wordt op 5000.geschat. De gele- den schade wordt door verzekering niet ten voile gedekt. Een zich >n de nabijheid bevin- dend cafe kon,-door kordaat optreden van de omwonenden, gespaard blijven. Daar in Diemerbrug vermoed werd, dat de brand op Diemer grondgebied woedde, be- gaf de waarnemend burgemeester, vergezeld van politie en marechaussee zich per auto naar den Hoogen Bijlmer. DE RADIO-BEWEGING. Was het woord „Radio" sedert enkele ja- ren in steeds versnetde mate bezig beslag te leggen op de belangstelling van al meer kringen der beschaafde samenleving, nu de vorige week ook hier te lande de rijkscommis- sie voor dten Nationale-Radio-Omroep door den minister van Waterstaat is ge'fnstalleerd, zal zeker niemand meer het algemeene be lang der radio-beweging voor ons geheele volk ontkennen. En vooral nu die gelegen'heid1 tot kenoisna- me van al de uitzendingen van d'en meest on- derscheiden aard die dagelijks het grootste gedcelte van middag en avond plaats heb ben, niet meer tot de particuliere bezitters van ontvangtoestelien beperkt is, maar in de steeds zich vermenigvu 1 digen.de „Radio" hui- zen in de meeste steden en odrpen en bij al- lenlei gelegenheden als tentoonstellingen, ba zars en demonstrates en verdere bijeenkom- sten voortdurend toenemen, daar moge waar- lijk ook in alle persorgaan een geregelde ver melding van de wetenswaardigheden op dit gebied wel een vast plaatsje worden inge- ruimd. Omdat in wat hier in immer toenemende mate over ons huidig geslacht wordt uitge- stort, aan invloed toescheen weldra door geen ander orgaan zal kunnen worden ge- venaard. Vandaar dan ook, dat natuurlijk dadelijk de Roomsch Katholieke Kerk het vraagstuk in ernstige studie nam en in hare pers-orga- nen aan de ver chillende uitzendingen gere- geld alle aandacht wijdde en zorgde daar- over steeds haar oordeel onomwonden uit te spreken, Maar ook de Gereformeerde Kerken talm- den niet er onmiddellijk voor hare propa ganda beslag op te leggen, zoodat niet ai- leen naast de neutrale Hilversumsche een eigenzender te Bloemendaal werd opgericht waar ook het Nederl. Christelijk Radiotijd- schrift dadelijk in zijn eerste jaargang al van maand- tot weekblad veranderde, waarin nu wekelijs op de oprichting van piaatseliike Christelijke Radio-Comite's wordt aangedron- gen. Voor alle belangstellenden, zal het dan ook zeker een zaak van bijzondere interesse zijn met welke voorste'len de pasbenoemde rijkscommissie strask bij de regeering zal aankomen. Want waarschijnlijk zullen in geen enkel ander land zich probkmen voor- doen als onder ons godsdienstig en politiek zoo zeer gemaskeerd volkie zijn te wachten waarbij intusschen ook weer met bijzondere erkentelijkheid mag worden vernomen uit de organen der verschil'ende grcepen, hoe men overal met de beste voorneniens tot vruchtba- re samenwerking dezen arbeid heeft aan- vaard, waarmee inderdaad de grootste volks- belangen gemoeid zijn! KONINKLHK BEZOEK AAN LIMBURG. (Ecrste dag) Te 1 uur hedenmiddag is de Kcninkliikr Famille met een extra-trein uit het Leo aan de halte Linne aangekomen tot het brongen van een driedaagsch bczcek aan een gedcelte der provincie Limburg. Aan de halte Linne werd de Kcmink'.iike Familie begroet doer den Comm'ssaris dor Koningin de provincie Limburg. Mr. E. O j M. Baron van Hovell tot Westerflier. Onmiddellijk werd met de auto's naar den stuw in de Maas ger dm voor d^ onthulbng van den gedenksteen ter hernnering aan hef -rereed komen van den eersten stow voor de Maaskanalisatie. In ongeveer tien minuten werd de Maas bereikt. Bii den stuw werd H. M. begroet door den Minister van Waterstaat, Ir. M. C. E Bon- gaerts. Verder waren aanwezig ingenieurs, werkzaam aan de Maaskanalisatie, de burge meester van Linne, de heer J. M. van Geldrop en andere plaatselijke autoriteiten. Schoolkinderen stonden opgesteld en be- groetten de Hooge Gasten met het zingen van een speciaal voor deze gelegenheid ver- vaardigd lied, terwijl het Harmcmiecorps uit Linne muziek ten gehoore bracht Twee meisjes, leerlingen van de openbare en bijzondere school, boden H. M. bloemcn aan. De Minister van Waterstaat, Ir. Bongaerts, verzocht daarop H. M. de Koningin den ge denksteen, aangebracht ter herinnering aan het gereed komen van den eersten stuw voor de Maaskanalisatie, te onthullen. Hij hield daarbij een uitvoerige rede. H. M. de Koningin beantwoordde de rede van den Minister. De steen, die door H. M de Koningin werd onthuld, dxaagt als opschrift: DEZE STUW IS DOOR HARE MAJESTEIT KONINGIN WILHELMINA DER NEDERLANDEN IN DIENST GESTELD IN DE MAAND OCTOBER 1925. Te kwart voor twee vertrok de Koriinklijke Familie met gevolg. waarbij de Commissaris der Koningin, Mr. Baron van Hovell tot Wes terflier zich had aangesloten, van den stuw. Onder groote belangstelling van de zijde der bewoners werd door het versierde dorp Linne gereden en den weg naar Roermond in- geslagen. Te Roermond Ongeveer twee uur kwamen de Koninkhjke bezoekers aan de Kapellerpoort te Roermond aan, begroet door sahiutschoten en klokge- lui. Langs den kortsten weg werd door de feestelijk versierde stad naar de Markt gere den. Daar stond een groot aantal vereenigingen uit de stad en omgeving opgesteld De geheele weg naar de Markt en van daar naar het Station, welke H. M. bij Haar be- zoek passeerde, was versierd met eerepoor- ten, groenversiering, guirlandes en wimpeis. De Markt zelf had een schitterende koepel- versiering over de geheele oppervlakte. Meer dan 2500 lampions waren aangebracht, die vanavond zullen worden ontstoken. Het Stadhuis was geheel met groen, bloe- men cn vlaggen versierd. Toen de auto's de Markt opreden, liet de Koninklijke Harmonic van Roermond het „Wilhelmus" hooren, dat door de op het plein aanwezige personen werd med^ezon- gen. Voor het Stadhuis hidden de auto's stil en werd H. M. de Koningin begroet door den burgemeester van Roermond, den heer J. L Th. Sanders. Namens de gemeente werden bloemen aan- geboden aan H. M. de Koningin en H. K. H. Prinses Juliana. Daarop begaven alien zich naar de boven zaal van het Stadhuis Hier werden verschil- lcnde personen aan H. M. de Koningin voor- gesteld. De burgemeester van Roermond, de heer J. L. Th- Sanders, sprak daarop een rede uit. H. M. de Koningin beantwoordde de rede van den burgemeester Het gezelschap begaf zich vervolgens naar het bordes ter bijwoning van de uitvoering „Pyramide Oranje Boven!" door de Scherm- en Gymnastiekvereeniging „Kracht en Vriendschap" te Roermond. Daarop volgde een zanghulde vah de Ko ninklijke Zangvereeniging Roermonds Man- nenkoor: „Salvam fac reginam nostram", met begeleiding. De Koninklijke Harmonie, de Konmklijke Zangvereeniging Roermond's Mannenkoor en de Heeren Putmeesters der Stad Roermond brachten de Vorstelijke bezoekers vervolgens een bloemenhulde. Ten slotte defileerden de op de Markt opgestelde vereenigingen. De vaandeldragers verlieten tijdens het de file hun plaatsen in den stoet en ste'.den zich na gebrachten groet ter zijde van het bordes op. Een gezamenlijke vaandelhulde, tijdens welke de Koninklijke Familie het vierde cou plet van „Limburg mijn Vaderland!" werd toegezengen, onder begeleiding van de Ko ninklijke Harmonie, besloot de grootsche hul- de betooging der burgerij. Ten kwart over drie vertrokken de Hooge bezoekers van het Stadhuis. Langs den kort sten weg werd door de arbeiderswijk naar het Station gereden. Op het Stations- plein stonden ongeveer 1500 schoolkinderen opgesteld. Toen H M. uit dte auto was ge- stapt, zongen de kinderen een couplet van het lied, „Blijdschap heerscht nu allerwegen" Namens de gezamenlijke schooljeugd wer den aan H. M. de Konigin en H- K. H. Prin ses Juliana bloemen aangeboden. De Hooge Gasten namen daarop afscheid van de stcdelijke autoriteiten en te half vier vertrok de Koninklijke trein naar Maastricht. De feestelijkheden te Roermond waren hier- mede echter niet geeindigd. Te vier uur wer den, als inleiding van de avondfeestelijkheden, op verschillende plaatsen der stad reclame- bommen afgeschoten. Te 7 uur vangt een groot vuurwerk op de Stadswcide aan, terwijl van 8 tot 11 elf uur de Munsterkerk door tien schijnwerpers wordt verlicht. Duizenden 1 amnions en elec- (rische larnpen zullen vanavond Roermond il- lumineercn Om negen uur wordt een „muzi- kale wandeling" door de stad gehouden. Te Maastricht. Te 4.11 uur arriveerde de Koninklijke trein te Maastricht. Toen de trein binnenreed, be- onnen alle klokkcn der stad, als een welkom aan de Koninklijke Familie, te luiden, terwiji tegelijkeriijd het eerste van de 101 kanon- schoten op den Maasmolendi.ik werd gelost. Op het perron stond de Koninklijke Har monie en toen de Hooge bezoekers den trein hadden verlaten, liet deze het „Wilhelmus van Nassauwe'' hooren. De burgemeester, Mr. L. B. J van Oppen, en andere autoritei ten waren ter begroeting aanwezig. Nadat eenige heeren aan H. M. waren voor- mste'd. inspecteerde H. M. de Koningin de cveneens on het perron oogestelde eerewacht. Bij het binnentreden der hal van het Sta tion zong de Maastrichtsche Staer een strophe van het ..Wilhelmus" en van „Limburg mijn Vaderland!" t Toen H. M de Koningin het Station verliet en de stad binnentrad, welke zij sinus 1903 met meer officieel bezocht, klonk bazuinge- schal ter aankondiging van de heugeiijke ge- beurtenis. Op het feestelijk versierde Stationsplein stond recht tegenover dm uitgang het mu- ziekcorps „Kunst door Oefening" opgesteld Zoodra de bazuinblazers den volke kond hadden gedaan van de aankomst van de Vor stin, speelde het muziekcorps het „Wien Neerlands Bloed". Toen begon de feestelijke intocht de. Ko ninklijke Familie in de hoofdstad van Lim burg. Onder luide toejuichingen van het in grooten getale opgekomen pubtiek, ging de stoet naar het Gouvernementsgebouw. Op verschillende plaatsen stonden muziek- corpsen opgesteld, die bij het passeeren van den stoet vaderlandsche liederen lieten hoo- rdn. De geheele intochtsweg wasrijk met vlag gen en groen versierd. Op het middenvak der Stationsstraat waren delegaties van Maastrichtsche vereenigingen met vaandels opgesteld. Gedurende den tocht werd eenige malen halt gehouden om H. M de Koningin en Prinses Juliana bloemen te doen aaobieden. Langs den geheelen weg naar het Gouver nementsgebouw stonden in grooten getale inwoners van Maastricht en omliggende plaatsen om hun Landsvorstinne te begroe- ten. Bij het Gouvernementsgebouw stond de Zangvereeniging „de Lauwerkans" opgesteld, die bij aankomst van den stoet eenige liederen ten gehoore bracht. De wacht van het Gou vernementsgebouw wordt betrokken door de Militaire Politie. Te 7 uur hedenavond heeft ten Gouverne- mentshuize een feestdisch plaats, terwijl in hotel du Levrier een Maarschalkstafel wordt aangericht. Profete» door TINE BRINKGREVE—WICHERINK. In de buurt van het groote hoofdstation, waarvan, boven den ingang, de met leien gedekte glazen koepel in de zon schitterde, was de boulevard met de winkelgalerij. Daar reien zich de meest verlokkende uitstallingen naast elkaar; patissiers stelden voor de glin- sterende Spiegelruiten hun exquise lekkernij- en ten toon, bij de fruithandelaars vond men een keur van sappige vruchten, die tot koo- pen lokten. In den kunsthandel raakte men verward in de keuze van luxe-voorwerpen, die meteen een souvenir aan de stad inhiel- den: vazen, tegels, schilderijtjes, aschbakjes, bekers, kop en schotels: alle versierd met een stadsgezicht of een mooi plekje uit de omge ving. Een winkel met speelgoed deed alle kleine en groote kinderen, die passeerden, met een kreet van verrukking stilstaan, en menig toegevend geleider of geleidster werd mede naar binnen getroond, om een enkel stuk, uit al die schatten in de grage handjes te doen overgaan. Boven de winkelverdiepingen verhieven zich de drie of vier etage-woningen. Tusschen een patissier en een comestibles- zaak woonde Madama Violette Legros. Ach- ter het venster was een sorteering geillu- streerde kaarten uitgestald, zooals men ner- gens uitgebreider kon aantreffen. 't Was dan ook bijna het eenige, waaruit haar handel be- stond en de manier waarop de tallooze prent- kaarten geetaleerd waren, het overzicht dat men in een enkelen oogopslag had van de verscheidenheid en soorten, gaven tegelijker- tijd een kijk op den artistieken smaak der ver- koopster. Geen plekje in de groote stad, geen bezienswaardig gebouw, of het was er verte- genwoordigd, evenals de beeltenissen van kunstenaars, van actrices, van filmsterren, van allerlei beroemde en bekende personen. Maar tusschen al deze doffe en vroolijk ge- kleurde landschappen, ernstige en glimlac- hende gezichten, peinzers en mondaine vrou- wen dook telkens een afbeelding op van de oude Gothische kerk, met zijn grijze verweer- de muren, die aan de overzijde stond, waarop men voor Violette's winkelraam staande, juist het uitzicht had. Hij stond daar met zijn hoogen toren als een ernstige, zwijgende wachter, toegevend en vriendelijk als de zon lichtte langs de hooge boogramen, met een dreiging in zijn grauwe steenmassa als woeste wolken over de stad dreven, de regen neersiepelde. Maar mooi was hij altijd, mooi en indrukwekkend Madame Violette was nog een jonge vrouw, even dertig jaar; ze had een sierlijk, rank figuurtje, was altijd stemmig gekleed. Ze ging kalm en rustig haar gang, bemoeide zich weinig met anderen, ofschoon ze nooit onvriendelijk was. Sedert de enkele jaren, dat ze er woonde, wist men niet veel anders van haar dan dat ze weduwe was, haar man was in de eerste oorlogsjaren gesneuveld. Vanuit de provincie was ze toen hierheen gekomen om in haar eigen onderhoud te kunnen voor- zien. Den geheelen dag stond ze achter de toon- bank, of beredderde haar eenvoudige huis- houding, en alleen's avonds sloot ze de deur, ging een luchtje scheppen. Maar altijd zag men haar weer spoedig terugkomen, steeds alleen. Er was niets opvallends aan haar, althans wanneer ze de oogen neergeslagen hield. Maar wanneer ze cfeze opsloeg, iemand aan- keek, blikte men in een paar groote wondere grijs-groene oogen, oogen, waarin vreugde en leed verborgen lag, die lokten en afweer- den, die tegelijkertijd heil beloofden en om ontferming smeekten. Er kwamen wel eens mannen in haar win kel, heeren, die probeerden haar het hof te maken. Maar als iemand rich een vrijpostig- heid veroorloofde, was het ook slechts door een woord of een blik. kon ze met een niet te miskennen handbeweging naar de deur wij- zen: „Ik geloof, dat het tijd wordt, dat U den winkel verlaat, monsieur". En de blik, die dan uit haar oogen straalde, deed zelfs de meest brutale afdruipen, soms met een ver- ontschuldiging op de lippen. Temidden van het geroes en lawaai, dat haar deur dagelijks voorbij ging, leefde ze eenzaam en termrgetrokken. Totdat h ij kwam. Hij was een lange, donkere man, een en kelen keer had hij eens iets gekocht, was dan een oogenblik blijven praten: over het weer, over onverschillige onderwerpen. Maar al- lengs rekte hij zijn bezoeken wat langer, ver- teldc haar een en ander van zichzelf, hoe hij teekenaar was aan een fabriek in de provin- ciestad in de buurt, en steeds Vrijdags in de stad moest zijn. Nu wist ze dus, datze hem alleen Vrijdags kon verwachten, en langza- merhand betrapte ze er zich op, dat ze naar hem begon uit te zien, dat het haar een te- leurstelling was, als hij een enkelen keer niet gekomen was, overgeslagen had met een be- seheiden inkoop te doen; een paar kaarten, een map postpapier. Na een half jaar kusten ze elkaar voor het eerst, rustte ze een oogenblik in zijn ar- men in de schemerige kleine kamer, die aan den winkel grensde. Toen wisten ze, dat ze voor elkaar bestemd waren, bij elkaar be- hoorden. Ach, welk eer tijd van zaligheid brak er nu voor haar aan: hoe reikhalsde ze iederen dag, ieder uur, naar den Zondag. Dan vroeg in den morgen, stapte ze naar het station, en dan voerde de trein haar naar een klein lommerrijk dorp, gelegen tusschen de groote stad en zijn woonpiaats. Dan wachtte hij haar al op aan het stationnetje, en trokken ze, bij mooi weer, de bosschen in, gebruikten een eenvoudig landeiijk maal in een klein logement. En was het koud, regenachtig, dan ging ze met hem mee naar de kamer, die hij gehuurd had in de afgelegen woning bij een paar oude zwijgzame lieden, en als hij dan den arm om haar heen geslagen hield, haar wang tegen de zijne rustte, verzonk het ver- leden met al zijn wee en ellende, voor haar in het niet. Opgebiecht had ze hem, alles, wat dat verleden inhield: ze was geen weduwe he- laas! Haar man leefde nog, ginds, in de provincie. Ze was jong en onervaren ge- - weest toen ze trouwde; haar moeder had het huvvelijk gewild, doorgezet. Na een roes van enkele weken waren jaren gevolgd van el lende, van smaad. Toen had ze hem verla ten. Ze vertrouwde geen enkelen man meer alleen hem! „En toch" haar groote grijs-groene oogen staarden plotseling in de verte, alsof ze daar iets zagen opdoemen: „toch zul je me verlaten, eenmaal, nog voordat ik oud en verwelkt ben. Ik heb het eens gezien, in een visioen: mijzelf, eenzaam, alleen.. En mijn haar was nog danker, mijn gelaat zonder rimnels. Eens zul je me verlaten." Hij drukte haar vaster tegen zich aan, kuste haar. ..Uoe zou ik je nog ooit kunnen missen, ik, die zelf een eenzame ben! O, het liefst zou ik je meenemen, naar m'n huis, maar het zou mij m'n betrekkinj kosten, alles is er zoo kleinsteedSch, zoo bekrompen. Maar mis- schien sterft eenmaal je man, of laat hij je vrij. Dan scheiden we nooit meer, kom je voor eeuwig bij me." Als in een droom gingen de dagen der week voorbij, des Zondags leefde ze Totdat ze bemerkte, gevoelde, dat er een verandering bij hem plaats greep, eerst on- gemerkt bijna, toen duidelijker, ook al lach- te hij steeds haar angstig vorschen en vraeren weg. Den eersten keer, dat hij haar schrecf, Zondags verhinderd te zijn in het dorp te komen, kromp haar hart ineen. Ze voelde, dat was het begin van het einde, ondanks de vurige woorden van liefde, die het briefje verder behelsde. Voor het eerst, dien Vrijdag, bracht hij haar ook het geregeld bezoekje niet, op weg naar den trein, een bezoekje, zoo kort, dat niemand der buren er ooit eenig argwaan door had gekregen. Sedert lange tijden zat ze dien Zondag voor het eerst weer alleen in haar kleine ka mer, in een doffe verslagenheid, terwijl de minuten, de uren, voortkropen, haar een eeuwigheid toeschenen. Den volgenden Vrijdag kwam hij. Ze zag het aarzelende in» zijn houding, zijn oogen, die de hare ontweken. Ze sloot de winkeldeur, wenkte hem, om binnen te komen. Toen sprak haar klanklooze stem: „Zeg het!" En toen hij wilde protesteeren, herhaalde ze, thans gebiedend: „Zeg het!" Ach, nu ja, je wist het wel, en zou het begrijpen! Aan trouwen konden ze immers nooit denken, ze was niet vrij! En hij had haar wel eens verteld dat de docbter van fabrikant een oogie op hem had! Haar vader had met hem gesproken, hij kon deelgenoof worden, mede-directeur! Maar haar bleef hij liefhebben, altijd, dat wist ze immers Ze stond vlak voor hem. H „Dus je hebt je verkocht!" En, niet lettend op zijn toornigen uitroep, zei ze nogmaals: „Je hebt je verkocht! Maar je zult gestraft worden, gestrafi, in datgene, waarmee je belogen en bedrogen hebt. In je oogen waar mee je mij hebt aangezien, hartstochtelijk en feeder, in je mond, die mij gekust heeft, die eeden van trouw heeft gestameld, terwijl je misschien reeds aan die andere dacht. Je zult gestraft warden, ik zie het! Ah!..." Als een profetes stond ze voor hem, de armen uitgespreid, de groote grijs-groene oogen wijd geopend als zagen ze een visioen opdoemen, onafwendbaar. Toen klonk ze me) een kreet bij tafel neer, verborg het gelaat in de handen. Even was het stil, daarop klonk een spoitend lachje, het geknars van een sleutel, het overgaan der winkelbel. Ze wist, dat hij nu was heengegaan, weg, voorgoed Des morgens, toen ze pas de deur ontsl<v ten had, wierp de krantenjongen het ocIf tendblad voor haar op de toonbank. „Weer een spoorwegongelnk. Madame, gisteravond, de trein naar het Zuiden. Ze werd aschgrauw. „Dooden?" vermocht ze slechts te vragen, „Neen, alleen gewonden. Leest U zei! maar." Weg was hij, hij had altijd haast. Met trillende vingers ontvouwde ze het blad. Ja, daar stond het, in dikke letters: de trein van 9 u. 13 ontspoord, een zeventa! lichtgewond, een zwaar: een jonge man, die tegen het portier geslingerd was, de glas- splinters in de oogen had gekregen, zoodat hij het gezicht zou moeten missen. Daarbij de kaak ingedeukt. Men hoopte hem in het leven te kunnen behouden, maar het gelaat was afscbuwelijk verminkt, blind en verminkt. Doodstil bleef ze zitfen, de courant vddr zich. Toen fluisterden haar kleurlooze lip- pen: „Ik wist hetik heb het gezien En rillend sloot ze een oogenblik de oo gen, tot de eerste klant biunentrad.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1925 | | pagina 8