IS MET U B28E1D 1 ¥oor het hehoud onzer Handelsscholen. KEISARTIKELEN DAT DE NUTSSPAARBANK VOOR DUIZENDEN „DE SPAARBANK" is? gertochter, die man lieber in der Kirche 'he, Ihren Gothe oder Schiller, im Dr. Greve in zijn aangehaald werk, herin- nert, er aan, hoe in 1808, de lectuur van deze beroemde schrijvers, zeer werd gelaakt. Een auteur van 1808, vindt het onbehoorliijk, - dat de hurgerddchter deze boeken thuis heeft. Hij zegt: „Es ist eine nuee Erscheinung, die man mit Unwillen beachtet dass die Bur- sa- Hausflur lieset". Ik herinner mij, hoe ik als schooljongen In ,cen gezelschap vertelde, dat ik Max Have- ^laar gelezen had. Dit wekte ontsteltenis. Dit zelf die werk is thans in elke schoolbibliotheek ite vinden en op eeu nutsavond draagt men de passages voor, die vroeger verboden lectuur waren. Bij de keuze der boeken moet men naar zijn beste weten handelen, maar geen eigendun- kelijke censuur uitoefenen. Een verboden boek trekt aan, gelijk een film niet toegankelijk voor personen beneden de 18 jaar. Ik gevoel zelf wel, dat dit min of meer een ridealistisch standpunt is. Het geheele leeszaal i'wezen is van idealisme doortrokken. De erva- ^ring leert dat een zekere mate van idealisme 'ontontbeerlijk is, onontbeerlijk tot verbetering der samenleving. Hoe het ook zij, in het systeem van alge meen onderwijs, aat wij huldigen ligt opge- sloten, dat wij verder als hulpmiddel het noo- •dige boekenmateriaal verschaffen, tot uitbrei ding en verdegelijking van vakkennis, tot be langstelling in sociaie em toegepaste weten- schappelijke vraagstukken, en tot al wat die- 'nen kan tot gerief bij de dageliiksche be- roepsbezigheden, vakkennis voor den teeh- nisch werkenden arbeider voor den kantoor- klerk, den omderwijzer, onderrichtend werk voor belangstellendien. Thans nu wij een volksuniversiteit rijk zijn, zullen ook die wer- ken moeten aangekocht worden, die de cursis- ten behoeven om van hun studievak meer te weten te komen. De boekerij kan, en zal, naar wij hopen ook worden benuttigd als verzamelplaats van de schoolbibliotheken, zoodat elke school b.v. wekelijks ontvangt een aantal boeken om uit te leenen aan de leerlingen. Immers op deze wijze kan een veel uitgebreider getal boeken voor dit doel beschikbaar komen voor het zelfde geld. Het roman lezen wordt somtijds afgekeurd vooral door hen, die zelf niet veel lezen. Men moet evenwel in het oog houden, dat de ro man in onze samenleving somtijds groote be 'teekenis heeft, als voertuig van nieuwe denk- beelden. De Negerhut van Oom Ton heeft in- dertijd den stoot gegeven tot afschaffing van de slavemij in de Vereenigde Staten. Max Havelaar heeft groote verandcring gebracht in onze denkwijze omtrent het be stuur van Nederlandsch Indig en de erken- ning der rechten van de inlandsche bevolking bevorderd. Deze voorbeelden kan men met tal van an dere vermeerderen. Om dleze reden, wil het mij voorkomen, dat men in de keuze der boeken, niet te angstval lig mag zijn. In tegendeel men moet zich op een vrijzinnig standpunt stellen. Het lezen van romans heeft bovendien dit voordeel, dat men zich met zijn gedacbte in 'n andere sfeer begeeft. Men ond rhoudt de kunst van lezen. Historische romans, wekken belangstelling in geschiedenis. Wij leven in een tijd, waarin buitengewoon veel veranderingen plaats grijpen. Wanneer ik, of een ander, den burgemeester die in dit huis een halve eeuw geleden woon- de, een aantal feiten voorspeld had, die we thans zeer gewoon vinden, dan zou hij mij zeker, voor niet wel bij't hoofd hebben aan- gezien. Wanneer ik hem gezegd had, dat de koorts waardoor toen half Alkmaar ziek lag werd overgebracht door de steek van muggen, dat diligences naar Bergen zonder paarden voort bewogen, niet door de geasfalteerde Lange- straat waardoor men toen ter tijde kon echieten zonder iemand te raken, mochten rijden, omdat dan het verkeer te druk zoude Zijn. Wanneer ik hem gezegd had, dat een Alk- maarder in enkele uren van ScLiphol naar ^Parijs zoude kunnen vliegen, of dat drie groo te zalen vlak bij elkaar alle avonden gelegen held zuoden geven or: photographien te be lien, des Zondags zelfs van twee uur tot half Wf, wanneer ik hem had verteld, dat men in Oe Hoogstraat gratis des avonds muziek kon hooren uit Londen en dat dit zijn huis tot •Openbare Leeszaal zoude worden ingericht en zijn woonkamer tot kinderbibliotheek, ter- ,wijl zelfs de dienstbode een zetel zou krijgen wanneer zij lets wilde lezen, ja wat zou hij hebben geantwoord? Waarschijnlijk niets. "misschien zou hij gezegd hebbengebazel. Dames en heeren, al deze veranderingen '■hebben hsn invloed op onze mentaliteit en zij Wijzigen onze denkbeelden in snel tempo. En aangezien het boek, het voertuig is van nieuwe denkbeelden en nieuwe plannen, zoo echijnt mij censuur niet oirbaar en niet bevor- derlijk tot algemeene ontwikkeling, die wij nastreven. Het is hoogstwaarschijnlljk, dat het Neder- landsche volk vergeleken met naburige nati§n, feeds nu een hoogen sport inneemt, wat alge meene beschaving betreft. Professor Treub heeft bij de Grotius-her- denking de aandacht er op laten vallen, dat de groote mogendheden, Nederland niet meer als klein en onbeteekend land aanzien. Het teft met de kolonien omstreeks 60 millioen in- woners. Het is mttsdien wel noodzakelijk, dat de be volking op geestelijk cebied niet achter blijft en dat de gelegenheid tot verwerving van kennis zeer ruim openot&at. De leeszaal, de Open bare Leeszaal is een bescheiden maar doeltreffende, een doelma- tige poging om dit doel te bereiken. Geacnte vergadering, Ik kan dez« neknopte uiteenzetting van het- geen naar mijn meening, het doel en het nut dpr leeszaal is, niet eindigen, zonder een woord van dank uit te soreken tot de mede- bestuurders onzer vereeniging. Ik ben U zeer dankb„ar, Dames en Heeren, voor de samenwerking, reeds gedurende vele jaren, als voorzitter ondervonden. Wij zijn van geheel verschillenden leeftijd, van ver- schillende staatkundige richting, van ver- schillende kunne en wij hebben een geheel ver- schillende werkkring zonder dat wij onze dierbare beginselen prijs geven, streefden wij er naar om de belangen onzer instelling zoo goed mogelijk te behartigen. Tenslotte, Geachte Bibliothecaresse een enkel woord tot U. In het werk van Professor Dr. Gottlieb Fritz, staat, dat de bibliothecaris der lees zaal de meest belezene man moet zijn uit de geheele omgeving en dat hij minstens een doctorstitel aan de Hoogeschool behaald moet hebben, om zijn taak naar behooren te vervullen. Doch de maatschappelijke waarde van een persoon wordt niet bepaald door de hoeveel- heid kennis, die hij heeft opgegaard, maar door de hoeveelheid die hij practisch ten dienste van zijne omgeving gebruikt. Vandaar dat de toewijding, waarmee iemand zijn taak vervult, zooveel waarde heeft. Aan toewij ding heeft het U nooit ontbroken, zoodat wij de zeer moeilijke taak, om de grootere Lees zaal aan haar doel te doen beantwoorden, met gerustheid aan U toevertrouwen, daarin geholpen door U medewerksters. Mejufirouw Verwaal heeft het leeszaal- wezen in Engeland bestudeerd en daarvan reeds een keurig verslag gegeven. Mejuf- frouw Zaadnoordijk volgde de cursussen te Amsterdam. Wij missen haar ongaarne. Dames en Heeren, moge de Openbare Lees zaal en Boekerij Uw aller gunst deelachtig worden en door Uw bezoek dikwijls worden vereerd. Ik heb gezegd. Vervolgens heeft de heer Dresch als volgt gesproken: Toen de voorzitter van de Ver, Openb. Leeszaal en Boekerij mij eenigen tijd geleden vcrzocht om bij de openingsplechtigheid eeni- ge woorden tot U te spreken, heb ik daaraan gaarne gevolg willen geven. Dit deed ik met temeer genoegen, omd'at eenerzijds het bibliotheekwezen mij na aan't hart ligt, anderzijds omdiat ik mij veel moeite had gegeven^, om een combinatie tusschen Openb. Leeszaal en Boekerij en die Museum- bibliotheek, alsmed'e een betere huisvesting voor het archiefpersoneel mogelijk te maken. Vooral voor dien in het raderwerk der ge- meeniteadministratie geen onbelangrijke plaats innemenden Archiefdienst, waar toch prac- tfseh en economisoh en wetenschappelijk werk in't belang der stad en omgeving wordt vericht en die al jaren zeer slecht behuisd was, waren doelmatiger lokaliteiten zoowel voor pereoneel als publiek geen overbod'igt luxe. Wij mogen zeker Alfcmaar's stadsbestuur dhnkbaar zijn, dat het tijd'ig de hand heeft weten te leggen op het mooie, begin 18dfe eeuwsche gebouw tot de weinige paitri- ciershuizen behoorend, die nog uit vroeger tijd behouden bleven, waarin het Ge- meente-Archief, de Museum-bibliotheek, d!e Prentverzameling, zoometde de Openbare Leeszaal en Boekerij zullen zijn gevestigd. Maar nog meer richten wij een dankwoord tot hen, die hun medewerking hebben ver- leend om dit huis te bestemmen en in te rich- ten voor hetgeen U er heden zult aanschou- wen. Samenwerking tusschen een z.g. stadsbi- bliotheek en een openbare leeszaal en boekerij is niets nieuws. In andere steden van ons land heeft men reeds eerder of door samenwerking 6f door 9amensmelting van soortgelijke instellingen als we in onze stad bezitten, dien weg ge- opend om dbze tot zoo groot mogelijk nut" te doen- strekken voor de gemeenschap. Niet overal is dit zonder strijd geschied. Ik herinner hier aan de samenwerking tus schen de Universiteitsbibliotheek en Openb. Leeszaal te Amsterdam, waartoe de Raad al- daar bslloot, ondanks een vrij sterke opposi- tie buiten het stadSbestuuT. Ik wijs er voorts op, dlat in Rotterdam reeds jaren tevoren de omzetting der stads bibliotheek in een openbare lerszaal en boe kerij plaats vond en dat daarna o. a. Haar lem dit voorbeeld volgde. Men spreekt tegenwoordig veel over effi ciencv" en men kan niet ontkennen, dat vooral op het gebied van het bibliotheekwe zen in ons land zeer veel is te bereiken op dit punt. Als efficiency" in den besten zin des woords heeft men dan ook de samenwerking tusschen beide bibliotheken in deze stad 't oog te vatten. De Alkmaarsche kroniekschrijver van dei Woude schreef in zijn „Kronyck van Alck maer" on het jaar 1594 „De Bibliotheca ofte Librye (die door den turbel geheel vervallen was) op haer oude plaetse (aan t Zuyden van de Kerck boven t portael) weder opgericht; ende met veel heerlycke boecken van ald'erhande materien version; ende alsdoen oock vermeerdert, tor groot geryf van de burgerye ende studenten hoe sy ghesint moghen wesen. Aldaer men sien, ende bequamelyck lesen ende uyt copie- ren mach meer als 360 excel lente fraye ge- bonden boeckenmeest int latijn, al te samen aen kettingen vastgesloten". Inderdaad heeft deze Librye, in de dagen toen hier een zeer bloeiende Latijnsche sdiool was gevestigd, veel bijgedragen tot de ont wikkeling van de ingczetcncn en studeeren- den. Let men op het geringe getal van 360 boeken, hetwelk voorhand'en was, van welk onmetelijk meer nut kunnen dan niet de boekerijen zijn als die welke thans in het nieuwe gebouw zijn gevestigd en wier aantal boeken meerdere duizenden deelen omvat. Men stelt wel eens de vraag: voorziet een openbare leeszaal en bibliotheek wel in een bepaald'e behoefte? :ze vraag kan met de grootste stellig- leid in bevretigenden zin beantwoord wor den. Als een typisch staaltje van de perspectie- ven, die een goed geoutilleerde bibliotheek pent, moge dienen de ontwiildceling der Gem. Openb. Leeszaal en Bibliotheek te Rotter dam. In 1901, toen deze Bibliotheek nog in het Museum Boymans gevestigd en slechts op Woensdag en Zaterdag een paar uren ge- opend was, leende zij slechts 817 boeken uit. In 1909, toen ze on meer da sen en uren ONZE SORTEERING IS DE BESTE HIER TER STEDE. L. FRANKENBERG ALKMAAR. voor het publiek toegankelijk was, 9000, en in 1905 klom het getal tot 40.000! Ee nandere vraag, die men zou kunnen stellen ten aanzien van de combinatie van de Museum-bibliotheek en de Openbare Lees zaal en Boekerij, is deze: zal de Museum- Biblotheek van veel belang kunnen zijn voor de bezoekers der Openbare Leeszaal en Boe kerij? Ook hierop kan het amtwoond niet anders dan bevestigend luidten. De Museum-bibliotheek, die feitelijk een voortzetting is der Librye en ook het boeken- bezit dier boekerij fcevat, is meer als een we- tenschappelijke bibliotheek aan te merkein. Men is dus voor meer emstig wetenschap- peliiike lectuur op die instelling aamgewezen. Van de boekwerken toch, waarin de Mu- seuim-bibliotheek het beste is voorzien, behoo ren bellettrie buiten beschouwimg la tend, daar deze bijna overal 5060 dier ge- vraagde boeken omvat die betreffende Aardrij ks'kunde, Geschiedenis en Kunst tot de meest gezochte. U overigens niet met veel cijfers willende vermoeien, vestig ik er slechts <fe aandacht op, dat in de openb. bibliotheken1 en leeszalen te Rotterdam, Den Haag, Hilversum enz van de buiten bellettrie gevraagd'e boeken die over Aardrijkskunde, Geschiedenis en Kunst rond 12 bedroeg, hetgeen, als men let op het feit, dat er naast deze nog zooveel andere rubrieken in een bibliotheek bestaao, een hoog cijler is. De kroniekschrijver v. d. WoudO, dien ik daar straks reedte citeerde, had de gewoonte, om zijn Kroniek nu en dan met 'n kemachtig ged ichtje te kruiden. Bij -zijn bericht over de Librye in 1594 schreef hiji: ,,Een goe Librye in een stadt Is ddr gemeenten ware schat". Deze woorden zal men ook in onze dagen vol gaarne onderschrij ven. De overheid heeft zich door alle eeuwen heen de zoig van de bibliitheken aamgetrok- ken. Gij behoeft slechts het mooie werk van prof Alfred Hessel „Geschichte der Bibliotheken" te lezen, om u te overtuigee, dat de overheid hier inderdaad een groote taak heeft te ver vullen. In Alkmaar, zijnde het centrum van N H. Noorderkwartier, waar tal van uitnemencfe onderwijsinrichtingen zijn gevestigd, kan een wel voorziene bibliotheek veel nut afwerpen. Ja voor die geheele bevolking van stad en Hand kan zij zeer veel bijdragen tot verhoo- ging van het peiil van kennis en beschaving. Het kan Alkmaar niet anders dian tot voor deel strekken, dat hier een goede wetenschap- pelijke bibliotheek is gevestigd. Tot dusver zijn beide bibliotheken de eenige in N.-H. Noorderkwartier Noch in Hoorn, noch in Erikhuizen, noch in Medemblik, noch in Beverwijk, noch in eenige plaats in Waterland treft mem iets aan wat ook maar eenigszins aan de behoefte van het studeerend en lezend publiek kan vol- doeti1. Aleen In Den Holder, dat trouwens eenigs zins gelsoleerd ligt, bestaat een openbare leeszaal, maar deze is niet zoo omvangrijk als de bibliotheken te Alkmaar. Men is buiten Alkmaar aangewezen of op Amsterdam of op Haarlem, hetgeem ge- zien de groote afstanden onoverkomelijke bezwaren oplevert. Ik spreek dan ook den wensch uit, dat de be:dO Alkmaarsche bibliotheken, thans in 6en gebouw geconcentreerd, in toenemende mate de belangstelling van het publiek tot zich mo gen trekken. Dat voorts niet alleen de overheid in mi me mate beide instellingen zal steuinen, maar dat ook de imgezetenen, in navolging van de schitterende voorbeelden iira binnen- en buiten- land, Jcraehtig zuillen bijdragen. om te maken, dat zij aan haar doel zoo goed mogelijk zul len kunnen beantwoorden, zal zeker mode wel de wersch van ons alien zijn. vrijwel een verbouwing der Cadettenschool, is be grijpelijk. Het is evenwel onjuist, wat het N.-Holl. Dagblad schrijft, dat ik die school aanvankelijk absoluut ongeschikt voor het beoogde doel achtte. Voorts wordt door het N.-Holl. Dagblad als quantity negligeable be- schouwd (waarschijnlijk omdat het aldus in zijn kraain te pas komtl), het belangrijke feit, dat ik bij het bestudeeren van de plattegron- den der school tot het verrasseeride resultaat kwam, dat die plattegrondcn volmaakte zie- kenhuislijnen vertoonden. Toen ben ik verder aan het werk gegaan en heb die lijnen door- getrokken totdat het ziekenhuisproject ont- stond, dat ik ter uitvoering heb aangeboden Ik heb het ook ter uitvoering aanbevo- 1 en ondfer voorwaarde dat het Rijk de school voor een billijken prijs zou afstaan. Naar mijn gevoelen is die prijs ietwat aan den hoogen kant geweest, met betrekking tot een .economischen opzet van een ziekenhui9 Ove rigens geef ik gaarne toe, dat het gebouw en terrain, op zichzelf bezien, een grootere waar de hebben dan de koopsom is geweest, en dat een gemeente van eenige beteekenis bij den bouw van een nieuw ziekenhuis niet uitslui tend economische factoren behoeft in acht te nemen. Behalve de innerlijke hocdJnigheden mag de Cadettenschool bogen op een schitterende ligging en overvloed van vrij terrein. Al kan men daaraan voor ziekenhuisdbel een zekere luxe niet ontzeggen, dan vraaig ik mij toch af: „Mag een stad als Alkmaar zich niet veroorloven het stadsschoon te bevorderen en een monumentale stichting in een fraai kleed tooien?" Dat de goe-gemeente zich toch geen zand in de oogen laat strooien door principieele te- genstanders. Laat zij zich ook niet uit het veld laten slaan, al zouden buitenigemeenten en provincie zich geheel of gedecltelijk afzij- dig houden van Alkmaar's belang bij een prima ziekenhuis. Wanneer dat ziekenhuis ook eens zoo groot wordt als't bestaaride, 't zal voldoende vruchten afwerpen. Nog niet zoo lang geleden heb ik moeten pleiten voor een uitbreiding tot de dubbele grootte van't herstellingsoord Heideheuvel van het Witte Kruis, en betoogd, dat de exploitatie geen zorg behoefde te baren. Welnu, eenige maan- den na de uitbreiding kan het beter geoutil leerde Heideheuvel aan de vele aanvragen niet meer voldoen. Tot de wankelmoedigen in Alkmaar zou ik met een variant op het refrein van een be- kend versje willen zeggen „Mensch, durf te bouwen!" Dr. J. L. C. WORTMAN. Amsterdam, 27 April 1926. Ingozonden stultken (Buiten veranlwoordelijkheid van de Redac- tie. De apname in deze rubriek bewijst geens- zins dat redactie er mede instemt.) DE VERBOUWING VAN DE CADETTENSCHOOL EN DE KATHOLIEKE ACTIE. Dr. J. L. C. Wortman schrijft ons uit Am sterdam d.d. 27 April het volgende: Sedert zij den schoolstrijd gewonncn heb ben, voeren de Katholieken alom in den lande een ziekcnhuisstrijd met een heftigheid, welke niets en niemand ontzief. Zoo hebben zij zich aan mij in dezen strijd ten Uwent reeds ette- lijke malen te buiten gegaan. Tot nu toe heb ik mij onthouden vafi eenig verweer op deze aanvallen. Misschien kan het zijn nut heb ben, als ik het stilzwijgen breek en een ver- klaring geef van de (schijnbare) tegenspraak in mijn adviezen, waarover het N.-Holl. Dag blad zoo vriendelijk was mij een dezer dagen te kapittelen. Te Vlissingen om adVies gevraagd over de verbouwing van een Weeshuis tot ziekenhuis, heb ik geadviseerd op grond van mijn erva- ring van vei"bouwen in het algemeen, om zulks niet te doen Buitendien was het wees huis volmaakt ongeschikt voor ziekenhuis- doeleinden, hetgeen mij in zoo kras moge- lijke termen deed ontraden tot verbouwing over te gaan Onmiddellijk grijpt het N.-Hdll. Dagblad deze uitspraak aan, en laat het ook de groote Katholieke pers uitroepen: „wat heb je nu aan zulk een deskundige? In Alkmaar raadt hij aan de Cadettenschool te verbouwen en elders handelt hij juist andersom." Ik heb het destijds ook in Alkmaar verkon- digd, dat mijn ervaring leerde, dat het ver bouwen van stichtingen e. a. om daaraan een ziekenhuisbestemming te geven, in het alge meen uit den booze is. Dat ik dus aanvanke lijk seeptisch gesfemd was ten opzichte van HET CENTRALE NEUTRALE ZIEKENHUIS. Zuidscharwoude, 27 April 1926. Geachte Redactie. Waar een wil is, is een weg! Ieder, die de actie tegen de tot stand ko- ming van het Neutraal Ziekenhuis heeft ge- volgd en de stemming in het College van Ged. Staen heeft gelezen, na de uiteenzet ting in uw blad van 26 April, moet tot d« conclusie komen, dat nog heel wat tegen- stand, vooroordeel enz. zal moeten worden overwonnen., eer de Cadettenschool het zoo vurig begeerde Neutraal Ziekenhuis is: Als inwoner van een buitengemeente zou ik het volgende voorstel willen doen: Het Alk maarsche Com i te trach t zich in iedere bui tengemeente, die belang heeft bij het bt stand komen van het Ziekenhuis, een drietal personen te assumeeren, die met het Alk maarsche Comite de middelen beramcn om de noodige financien in den vorm van jaar- lijksche bijdragen te verkrijgen, welke, het mindere dan 15000, dat de gemeentebestu- ren hebben gevoteerd. alsmede het eventueele mindere dan 20.000, waarop van Prov. Staten werd gerekend, aanvullen. Ik zou Wel durven verzekeren, dat zelfs voor dit doel de weduwen haar penninkske zouden willen of- feren. overtuigd als iedere vriizinnige er van is, dat nu moet worden aangepakt, onver- wijld, eer het te laat is. De velden zijn nu wit om te oogsten. Met dank voor de plaatsing, DU BURCK. Aan de FIeeren Leesberg, Thomsen, Kusters, Sh is en Bosman, onderteeke- naren van Bijl. 65. Wij middenstanders hebben in het belang van Alkmaar jarenlang belasting betaald voor Uw Gymnasium, gij wilt gaan bezuini- gen, door de Handelsschool op te heffen, dat is, ons middenstanders de school ontnemen die wij noodig hebben om met succes de® strijd voor ons hestaan te kunnen strijden Wanneer worden volgens Uw meening de onderwijsbelangen emstig geschaad? Wanneer Jiet handelsonderwijs door leera- rt en onderwijzers wordt gegeven die daar- geen speciale studie hebben gemaakt, dan dt naar mijn meening dat onderwijs zeer ernstig geschaad en zal Alkmaar in waarde voor onze omgeving, die in hoofdzaak uit middenstanders bestaat, 'zoowel in Handel en Industrie als Land- en Tuinbouw, zeer achteruitgaan. Wat weer van grooten invloed zal zijn op de belastingopbrengst, zoodat pheffing loren da der dan be- naar mijn meening door de o Handelsscholen meer word! ver! spaard. De wijze waarop de leerstof v/ordt verwerkt geeft de waarde aan het onderwijs. Is uw kennis van het onderwijs en van de behoefte van den kleinhandel voldoende om dat te kunnen beoordeelen? In mijn vak wordt volgens het Collectieve Contract voor een Colbert Costuum 30.53 maar ook f 5.27 arbeidsloon betaald en de meerderheid der koopers kan het waarom niet beoordeelen, het zijn toch beide Colberi Costuums. De bewerking van de grondstof geeft d> waarde aan het Costuum voor wie het beoor deelen kan. Zoo is het ook met handelsonderwijs, de leeraren die zich in dat vak gespecialiseerd hebben, verwerken de leerstof zoo, dat wij klein-handelaren en klein-industrieelen direct voordeel hebben wanneer onze kinderen dat onderwijs ontvangen. En ons belang is ook het belang van Alk maar en omgeving. J. CLOECK. Het Bestuur vain de Vereeniging van Directeuren en Leeraren bij het Algemeen Yormend Middelbaar Handelsonderwijs zond aan den Raad een adres inzake de Handels scholen, aan welk adres de volgende inemorie van toelichting was toegevoegd: Met belangstelling nam het Bestuur ken nis van het voorstel van het College van B en W. tot reorganisatie vain de Alkmaarsche Handelsscholen. Het Bestuur achtte deze re- organisatie zeer in het belang van het Han delsonderwijs. Met groote verbazing en te- leurstelling nam het dan ook kennis van het voorstel van de Commissie van Toezicht op het M. O. tot opheffing van de Handels scholen. Als vaststaande meent het Bestuur te mo gen aannemen, dat aanneming van het voor stel aan het Handelsonderwijs in Alkmaar aanmerkelijk nadeel zou berokkenen. Het Be- stuur vindt voor deze overtuiging steun in het rapport van de Commissie van Toezicht waarin zakelijk verklaard wordt, dat het in het algemeen aanbeveling verdient, het Han delsonderwijs in speciale Handelsscholen on- der te brengen. Het zail den Raad niet onbekend zijn, dat, getuige het adres van de Kamer van Koop handel gevestigd te Alkmaar aan den Mi nister van O. K. en W., in de belanghebbende kringen van handel en nijverheid de meening meer en meer veld wint, dat het Handelsoi^ der wijs naast eischen van algemeene vormin^ zijn eigen eischcn heeft, welke aan flit onder wijs een speciaal karakter geven. Onderbren ging van dit onderwijs, deels bij het U. L O., deels bij de Lift. Econ Afd van de H. B S., ziu het brengen in een sfeer, waar aan be- doelde eischen niet of niet ten voile kan wor den voklaan. Aanneming van het voorstel tot opheffing zou het Handelsonderwijs dena- tureeren en aan de toekomstige leerlingen de opleiding onthouden, die met net oog op hun toekomst en in't belang van handel en nij verheid voor hen gewenscht is. Het Bestuur meent dan ook te moeten aan nemen, dat practische overwegingen hebben geleid tot dit voor het Handelsonderwijs noodlottig voorstel. Als practische overwe- ging zou kunnen worden aangemerkt het ge ringe aantal leerlingen. Bekend is, dat in derdaad het aantal leerlingen gedurende eenige jaren 'niet onaanzienlijk is teruggeloo- pen, doch bekend is ook, dat dit aantal weer stijgende is en verwacht mag worden, dat de stijging nog zal toenemen. Een tweede prac tische overweging voor de opheffing is:' de financieele last, die het Handelsonderwijs op de Gemtente legt. Inderdaad mag de beteekenis van dit ar- ument niet worden onderschat. Toch meent et Bestuur den Raad op het 'volgende te mo gen wiizen: le. dat, gezien het grootere bedrag dat op de Rijksbegrooting voor het Handelsonder wijs is uitgetrokken, een gumstiger subsidiere- geling zeer wel tot de rnogelijkheden behoort; 2e. dat bij eventueele opheffing de wacht- gelden voor het onderwijzend personeel op de gemeentelijke financien een druk zullen leggen, welke in de eerstvolgende jaren de van de opheffing der seholen verwachte be- zuiniging tot een betrekkelijk gering bedrag zal reduceeren. Het Bestuur is ten stelligste overtuigd, dat de financieele voordeelen niet opwegen tegen het nadeel dat befokkend wordt aan dezen tak van onderwijs, die in de toekomst onge- twijfeld aani beteekenis zal winnen. Het bovenstaande geeft het Bestuur de vrijheid den Raad met aandrang in overwe ging te geven, het belang van het Handela- ondrwijs niet op te offeren aan 'n betrekke lijk gering financieel voordeel. Namens het Bestuur: W. J WITSE'NBOER, Voorzitter. C. J. FRANSSEN, Secretaris. In de pas verschenen bijlage van de tafn- derheid in het College van Burgemeester en Wethouders, die mede onderteekend is door drie andere Raadsleden, komt de volgende zinsnede voor: „Het principe van de zaak, welke thans aan Uw beslissing wordt onder- worpen, is niet alleen in Alkmaar, maar ook in talrijke andere plaatsen aan de orde. Het isvde strijd tusschen aan de eene zijde de voor- standers van't algemeen vormend onderwijs eiraan de andere zijde de voorstanders van de gespecialiseerde opleiding, waarbij mede een factor is een mogelijke concentratie van het onderwijs, bezuiniging medebrengende, enz. De Commissie van Toezight en met haar de Inspeoteur van het Middelbaar- en zoo- als ondergeteckenden vernamen eveneens die van het Lager Onderwijs, om van talrijke andere autoriteiten op onderwijsgebied en uit het bedrijfsleven in den lande maar niet eens in - N.V.DoUWe (gBCRTS TABAKSfABRICKtN JOUDt - UTDECMT

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1926 | | pagina 2