Alkmaarsche Courant in 11 11 11 s I I f f 1 1 1 1 De dochter van Alva. D Een zwaluw maakt nog geen zomer! Een advertentie geeft nog geen succes! Adverteert in de Alkmaarsche Courant! FElllLLETON. No 103 1926 Handerd Acht en Twintigste Jaargang. Maandag 3 Mei. Stadsaieiiws. De beer Geels en bet tractor- voorstel. Het Noord-Holl." Dagblad, dat geen be- wonderaar van de tractor is en zich daarom met de actie van den heer Geels tot behoud der tram niet heeft kunnen vereenigen, doet in zijn raadsoverzicht o.m. de volgende op- merkelijke mededeeling: „Wij hebben reeds in het licht gesteld, hoe de heer Geels zich te onzaliger ure daar voor gespannen heeft en hoe diens eerste politieke daad een ernstige misgreep is geweest. Nu is de vraag gerezen: heeft de heer Geels dit uit zichzelf ge- dfaan? Practisch maakt het natuurlijk geen ver- schil, doch ter beoordeeling van de sfeer, waarin dit stuk speelt, is het toch van be- lang, te weten, uit welken hoek de wind is komen waaien. Te oordeelen naar de verontwaardiging van de heeren Bosnian en Kusters, die achtereenvolgens kwamen verklaren, dat zij den heer Geels heusch niet opgestookt had den, schijn' men er geen eer in te stellen, den heer Geels min of meer behulpzaam geweest te zijn. Dat is begrijpelijk. De verklaring van Mr. Bosnian schijnt ons intusschen slechts een halve waarheid een raadslid onwaardig toe het moge waar zijn, dat hij sinds de vo rige raadsvergadering met den heer Geels niet gesproken heeit over de kwestie, een feit is het toch, dat hij in den ochtend voor de vorige vergadering in een langdurig on- derhoud den heer Geels „inlichtingen" ver- schaft heeft. Een feit is het ook, dat niet Mr. Bos- man eu niet Mr. Kusters, maar wel Mr. Leesberg den heer Geels de behulpzame hand geboden heeft bij de vorming van het nieuwe voorstel. Mr. Leesberg heeft zich ter vergadering dan ook niet bij de refuteerende verklarin gen van de heeren Bosnian en Kusters aan- gesloten. Stellen wij hier nu tegenover, dat de heer Geels er geen prijs op gesteld heeft, inlichtingen van tegenover gestelde zijde te ontvangen, dan is het duidelijk, dat men eenzijdig heeft willen zijn, dat men riick- sichtlos zijn zin heeft willen doordrijven" Dit is een verklaring van meer dan gewone beteekenis. Niet om het feit, dat de heer Geels, al- vorens met zijn voorstellen in den Raad te komen, daarover met anderen geconfereerd heeft. Het zal wel regel zijn, dat geen enkel raadslid met een belangrijk voorstel komt zonder daarover eerst met een of meer zijner fractiegenooten of anderen te hebben ge sproken. Maar de kwestie heeft hier een bijzondere beteekenis in verband met het opmerkelijke verschijnsel dat de voorstanders van de trac tor in den Raad nog maar een stem te kort kwamen en dat men iemand heeft willen vin- den die bereid was bij een nieuwe bebanJ:- ling in den Raad zijn stem vo6r de tractor te geven. Zelfs is, zooals het N. Holl. Dagbl. meldde, den schijn gewekt, alsof bij de kwestie der handelsschool en die der tractor een railing van stemmen heeft plaats gevonden. Wij hebben in ons raadsoverzicht reeds op- gemerkt, dat dit niet beweerd mag worden omdat men het niet zal kunnen bewijzen. Maar de schijn is gewekt en dat alleen moet voor soramige raadsleden al bijzonder on- aangenaam zijn. Vandaar dan ook, dat zoowel mr. J. P. Bosman als mr. Kusters nadrukkelijk zijn komen verklaren. dat zij aan het voorstel- Geels totaal onschuldig zijn en er niet den minsten invloed op hebben uitgeoefend. Zij wilden met die pertinente verklaringen den schijn weg nemen, dat er iets bijzonders gebeurd zou zijn en wij hebben dadelijk in ons raadsoverzicht laten uitkomen, dat wij aan de spontane verklaringen van de heeren Bosman en Kusters natuurlijk onvoorwaarde- lijk geloof hediten. Evenwel, na bovenstaande publicatie van het N Holl. Dagblad vraagt men zich toch wel eens even af, op welke duistere zijpaden der politiek men in den Raad reeds ver- dwaald is. Wat heeft de verklaring van mr. Kusters nog voor beteekenis als blijkt, dat niet hij maar dt heer Leesberg met den heer Geels geconfereerd heeft? Dit heeft deze gesohiedenis al. weer ge- leerd, dat zoolang niet al zijn fractiegenooten een zelfde uitspraak doen wij met derge- lijke plechtige verklaringen van Mr. Kusters voortaan hoogst voorzichtig zullen moeten wezen. 1 Mel-Tiering. Rev. Meicomite. Het revolutionnair Mei-comite had dezen keer een Meiviering in de groote zaal van de Harmonie, die vrij goed bezet was. Als spreker trad op de heer A. L. Constandse, uit den Haag. De heer van Dartel oponde de verga dering met een welkom en een herinnenng aan het feit, dat vier jaar geledeo het rev. Meicomite voor het laatst zijn Meifeest vier- de in deze zaal. Op zich zelf was dit nu niet zoo iets bij zonders, maar wei achtte spr dit het geval ir.n te constateeren was, dat de zaal werd ont- futseld aan de revolutionnairen. Daaxna werd verleden jaar de Muziektuiin voor hen geslo- ten op advies van „zekere duisterlingen", naar spr. hen roemde. Thans hebben de soc.- dem. wel den Muziektuin kunnen krijgen en dat bewijst voldoende waar zij zijn beland. Zij lu l l en trouwens den 1 Mei-dag zijn ka- o .nomen door er een feestdag van te i.cn met speiletjes, enz Spr wilde over -en en ander niet verder uitweiden, omd'at de lijd ontbrak. Hij gaf daarom den heer J. S c h o e n uit Zaandam gclegenheid het feest te openen met een lied. Deze zong „Daar moet je een moeder voor zijn." Waar de kwa- liteiten van deirn heer S. als zanger hier reeds voldoende bekend zijn, ,s begrijipelijk dat hij een dankbaar applaus oogstte. Hierna was het woord aan den heer Constandse, die voorop stelde, dat de revolutioni..airen van den 1 Meidag geen feest kunnen maken, niet alleen omdat nog zoo weinig van hunne idealen is verwezenlijkt, maar vooral niet daarom omdat de toestand voor het sociafisme er rog nooit zoo slecht voor stond als thans. Het kapitalistisch pro- ductiesysteem blijkt aan alien kant onvol- doende en de revolutionnairen zijn nog niet in staat dat systeem omver te werpen. De revoluties worden niet gemaakt, maar zijn een gevolg van den wil der massa. Na een oorlog of in tijden van groote wcrkloos- heid ontstaan zij gewoonlijk, maar de revolu ties die van 1917 ot 1919 de were Id bewogen, werden terstond gesmoord in bloed. Wel ont- staat er weer beweging, maar deze is nog onmachtig, en daarom kunnen wij nog geen feest vieren. Wijzend op de uitlating van Stenhuis op het Paaschcongres van de S. D. A. P., con- statearde spr. dat het wel hard moet zijn met het proletariaat, als de leider van het N. V. V. zijn toestand waohopig noemt. Spr. memoreerde hoe de laatste paar jaren in alle landen de bewapening wordt ver- sterkt, zoodat die thans zwaarder is dan in 1919. Men bereidt zich overal voor op nieu we ooonlogen en onder het' mom van Locarno zoekt men bondgenooten. Van den grooten oorlog is niets geleerd dan hoe men den strijd hef tiger en vemietigenden kan voeren en hoe men de wereld nog meer kan bedrle- gen dan iini 1914. Toen leidde men de volken in den oorlog en thans bereidt men den oor log voor onder voortdurend spreken over vrede. Die nieuwe oorlog zal niet alleen Europa, maar ook Azie in vuur en vlam zet- ten. Nog nooit is de strijd om olie en steen- kool en markten zo: hevig geweest als thans. De zoogenaamde burgeroorlog in China is niet anders dan een strijd tusschen Japan en Engdand over markten en producten. De oorlog in Marokko heeft eenzelfden oor- sprong. En als het niet aan het kapitalisme gelukt om desnoods door middel van oorlog de markten te veroveren, gaat men de productie beperken om zoodoende toch te winmen, wijl de prijzen immers stijgen bij geringe voorra- den. Vandaar dat in rubber, suiker, enz. steeds minder geproduceerd wordt. Deze productiebeperking doet meer werk- loosheid ontstaan met voortdurend stijgende ellende onder het proletariaat tengevolge van geregeld dalende loonen. Daarom, hoe men het ook beschouwt, zoo lang het kapitalisme bestaat is er voor het proietoriaat niets te hopen of te verwachten. De door de politiek naar boven gekomen soc.-dem. leiders willen dit niet erkennen en hemelen hoog op wat er verkregen is. En wat is dit eigenlijk? Niets De rijke wordt steeds rijker en de arme steeds armer, uit Indie Een verhaal uit den Tachtigjarigen Oorlog. Door Archibald Clavering Gunter. Vertaald door Mr. G. Keller. 12) „0 zoo!" antwoordt Guy, „dat is dus de reden waarom ze mij zoo aanmatigend beje- gende, toen ik gisteravond naar je adres infor- meerde." „Wiarda? Ja, dat ellendige omgekochte nest! Maar we moeten eens even denken, we moeten handelen, en wel vlug," herneemt de schilder, die zijn kalmte eenigszins herwonnen schijnt te hebben, nu hij weet wie achter zijn geheim is gekomen. Vasco moet wel vermoe- den, welke waarde die brieven hebben, want hij moet al wel weken aan het speuren ge weest zijn omtrent mij. Hij zal beginnen met te probeeren zelf de b"ieven te ontcijferen. Het zal hem wel niet aanlachen om anderen mede deeling te doen van zijn ontdekking, daar die dan misschien zouden gaan strijken met de uitgeloofde belooning. Vandaag zal hij moei- lijk iets kunnen uitrichten. Hij heeft ze onge- twijfeld in zijn zak gehouden." „Dan is het maar het beste hem onmiddel- Jijk van kant te maken," verklaart Guy. „Dat is werkelijk het beste wat we kunnen doen. We moeten hem ter wille van onze eigen vei'ig- held uit den weg ruimen. In ieder geval moe ten we beginnen met in het bezit van de stuk- ken te komen. Bestel hem hier, laat hem hier komen en ik zal hem met een dolk zijn be- komst geven. Dan kunnen we hem best in de rivier deponeeren. Hij drijft dan wel af naar de zee. Er drijven op het oogenblik nog heel wat lijken in de rivier, zoodat het niet zal op- vallen." „Neen," zegt de schilder, „dat zou ons toch licht in verdenking kunnen brengen. Mis schien weet ik er een beteren weg op," en hij gaat zitten peinzen en peinigt zijn hersens zooals hij ze nog nooit gepeinigd heeft. Na tien seconden roept hij uit, terwijl er hoop, uit zijn stem en vreugde uit zijn oogen spre ken: „Bij den drinkwedstrijd is Floris zeker van de overwinning. Floris drinkt vast en zeker ieder der Brusselsche drinkebroers onder ta- fel, waar ze bewusteloos als lijken zullen blij- ven liggen. In de daardoor ontstane verwar- ring kunnen we den bewusteloozen Vasco, zoogenaamd om hem te helpen, van onder de tafel vandaan halen en hem in een aangren- zende kamer dragen, om hem weer op zijn verhaal te( brengen, en intusschen stelen we de brieven van hem, die hij mij ontstolen heeft." „Maar als Vasco eens won?" ,,Uitgesloten! Ik heb Floris meer wijn zien drinken in een enkele zitting dan eenig ander menschelijk ondier op aarde zou kunnen naar binnen werken zonder het te besterven." „Maar we moeten er op voorbereid zijn, dat dit eens niet het geval ware," zegt de En- gelschman; daarop laat hij er met nadruk op volgen: „misschien kan ik je helpen; ik heb hier iets," gaat hij voort, terwijl hij uit een vloeien de milliooien voortdurend toe en hi.-r te laude warden de loonen steeds meer ge- drukt. Bewaarheid is de voorspelling van de re volutionnairen, dat er in het kapitalisme voor de proletariaren niets te bereiken is. De vrijheidslievende' Russische communist Kropatkin zei reeds: „Waar de staat macht heeft, moet het proletariaat alle macht prijs geven. Alleen wanneer wij den staat kunnen ondermijmen, kan een revolutie slagen." De staat onteigenf het proletariaat door verbon- den met kapitalisten, zei Kropatkin en nooit is dat meer juist gebleken dan in dezen tijd, meende spr. De arbeider brengt steedls meer voort ten bate van de bourgeoisie en zijn aarn- deel in de voortbrenging wordt steeds kleiner. Thans nog trekt de kapitalist rente uit den afgeloopen oorlog. De staten betalen geza- menlijk nog 35000 millioen rente, in Frank- rijk is het zelfs zoo erg, dat vain elken gulden, dien de staat invordert, 58 cent betaald moet worden aan rente van oorlogsschuld, terwijl voor zekerheidstelling van de kapitalisten direct al weer 17 cent van elken gulden wordt uitgegeven voor het .nilitairisme. De staat is alzoo geworden een roofiinstituut. Misleidend noemde spr het opt reden van socialistische leiders in democratisch bestuur- de landen en steden, als zij, zooals Wibaut iim Amsterdam en Van der Velde in Belgie, loo nen verlagen om tegemoet te komen aan eischen van het gelden voorschietende kapi talisme. De soc.-dem. vieren op 1 Mei feest over hetgeen bereikt is, en wat is het? In Duitsch- land, waar de soc.-dem. eenige jaren hebben geregeerd, is thans na Ebert en Noske de toestand slechter dan ooit; in Belgie heeft men zich geheel moeten schikken raar de kapitalisten en in het socialistische Denemar- ken heeft men de loonen met 10 pet. ver- laagd. Alom viert men feest voor de overwin- ningem van het kapitalisme met hulp van de soc.-dem. Heeft Kropatkin gelijk gehad met zijn aan- duiding van het socialisme? Zeer zeker! De laatste jaren hebben dit duidelijker dan ooit bevestigd. Ten aanziem vail de vooruitzichten van het proletariaat wees spr. nog op het veelvuldig gepraat over vrede in alle landen. Maar we constateeren desondanks, dat het volk nooit meer slaafsch d&n thans den militairen dienst aanvaardt. Om werkelijk vrede te krijgen en ontwape- ning moet men den militairen dienst weige- reo, want een regeering die den eigendom moet beschermen kan niet ontwapenen, daar zij slechts bestaat door bewapening. De staten fcewapenen zich voor den oorlog om markten en producten en naar binnen voeren zij oorlog tegem het proletariaat. Dat is fascisgne. Men meene niet dat dit alleen heerscht in Italie of Spanje. Daar regeert hft open! ijik, maar in alle andere lamden, Neder- land niet uitgezonderd, regeert het evenzeer. Dit fascisme toont sterk, hoe elke staat elk verzet van het proletariaat reeds bij voorbaat den kop wil indlrukken. En toch, zei spr., is het fascisme niet an ders dan een dictatuur van een minderheid'. In Nederland b.v. regeert het Verbond van Werkgevers met zijn 1500 leden over 300.000 arbeiders. Spr. concludeerde, dat het kapitalisme leid't tot lagere loonen en werkloosheid en verhoogde ellendie voor het proletariaat en daarvoor zoekt het zijn steuim in het Inter nationale fascisme met zijn militairisme. Kapitalisme en fascisme zijn in den grond der zaak onwettelijk, zei spreker, en als wij werkelijk iets willen voor het proletariaat, moeten wij tegem die macbten strijden. Daar om propageeren wij den strijd voor de econo- mische macht. De revolutiooairen moeten strijden voor onteigening der bedrijven, om die zelve ter hand te memen, ter voorkoming van verdere uitbuiting. Daarmee worden te- vens de staten aangetast. Het sterkste wapen in dezen is de dienstweigering, want van de jongeren moet de sterkste steun komen. Door dienstweigering toonen de jongelieden tnoed om op te staan tegen zedeloos barbarisme. De strijd van het proletariaat moet een strijd voor cultuur worden, waar wij tfians nog leven in een tijdiperk van beestachtige gezindlheid en voormensdtelijke cultuur. De maatsdhappij is verkeerd, daarom moe ten wij daartegen te keer gaan, om de samen- leving te doen worden zooals zij behoort. Wanneer een dag als deze iets zal uitwer- ken, zij het dat er eenheid kome in den haat tegen het kapitalisme en zijn aanhang. Wel- bewust moet ieder worden van de verdruk- king vain het proletariaat. Daarom is het on ze taak ootevredenheid te wekken bij de ar beiders, opdlat zij eens hun menschelijk aan- gezicht zullen kunnen opheffen uit den mod- der waarin zij thans leven, om te komen in een socialistische samenleving, waarin de be- schaving een feit zal zijn geworden. (Ap- zijner borstzakken een fleschje van Veneti- aansch glas te voorsdiijn haalt, dat door gou- den filigrainwerk tegen breken beschermd wordt, terwijl de stop er op zoigvuldig dicht- gezegeld is. De inhoud er van is -en neldere, kleurlooze vloeistof. „Wat is dat? Vergif?" vraagt de schilder, „het vergift der Borgia's?" „Neen, het vergi" der Antillen. Het is het sap van den Manzanillaboom, volgens een geheim recept toebereid door de Indianen der Caraibische eilanden. Je hebt wpl eens ge- hoord van de gevaariijke eigenschappen van den boom: wie er een nacht slapende onder doorbrengt, wordt niet meer wakker. Het is een bijzonder vluchtig gif en daarom is de stop er op dichtgezegeld. Ik heb dit vergif steeds bij me voor het geval ik gevangen ge- nomen mocht worden en op de pijnbank ge- legd. Dan voorkomt het, dat ik door de marte- ling er toe zou gebracht worden geheimen van mijn koningin te verklappen. Mocht nu de schilder er niet in slagen Vasco de Guerra bewusteloos onder tafel te drinken, dan zul len enkele druppels van dezen drank vol doende zijn om den Spaanschen schavuit den eeuwigen slaap in te doen gaan." „Dus als Frans Floris niet overwint, is de beurt aan het gif der Antillen," bromt de schilder. „Het gaat hier om ons leven of het zijne." Na een oogenblik peinzens gaat hij voort: „Ik moet in ieder geval mijn vijand Vasco naar de andere wereld helpen. Want al werd hij enkel suf gevoerd en werd ik aldus in het bezit gesteld van mijn brieven, dan zou hij me toch steeds verdenken. Op een of ande ren dag zou hij wat anders tegen mij uitbroe- plaas.) Na de pauze werd1 het tooneelstukje „Hun eenigst kind" opgevoerd, een drama in vier bedrijven, door Nic. Groot, een stuk met zeer propagandistischen inhoud voor anti-militai- risme en drankbestrijding. Vrij goed ge- speeld, behalve het eerste bedrijf, dat niet vlot genoeg ging. Met diepe overtuiging werden de meenmgen over beide genoemde vraagstukken ten beste gegevein, zoodat men voelde, dat dit niet spel, maar werkelijkheid was. In de pauze na het derde bedrijf zong de heer B. Velleman, vain hier, eenige liedjes. Deze staat als cabarettier hier goed bekend en wist ook nu weer de zaal te pakken met een drietal liedjes waarvan vooral een en twee op een avord als deze insloegen. In zijn sluitingswoord constateerde de heer van Dartel, dat het rev Meicomite te- vreden kan zijn, maar toch niet geheel vol- daan. De reden daarvam was, dat de zaal niet geheel bezet was. Spr. vond hierin aan- leid-ing om op te wekken tot lidmaatschap van het rev. Meicomite als protest tegen het kapitalisme en militairisme. Met een woord van dank aan alle medewerkers sloot hij daama de bijeenkomst. S. D. A. P. en A. B. B. De arbeiders-organisaties van Alkmaar hebben Zaterdag haar gebruikelijke 1-Mei- viering gehouden. Het weer leende er zich in tegenstelling met verleden jaar zeer goed voor. Wel stond er een tamelijk sterke wind, die het loopen met vaandels en doeken niet gemakke- lijk maakte, doch in elk geval het was droog en dit werkt altijd veel bij tot het slagen van een en ander. Des morgens werd het traditioneele be- zoek aan de algemeene begraafplaats ge bracht, waar de heer Westerhof getuigde, dat de waardeering voor de gestorven mak- kers, steeds levendig blijft voortleven. De optocht. Evenals vorige jaren sfond ook een op tocht op het programma van A. B. B. en S. D. A. P. Deze is uitstekend geslaagd. Niet alleen, dat er groote deelname was, doch ook het uiterlijk van den stoet was buitengewoon goed verzorgd, door Let vele werk, dat men er ditmaal van gemaakt heeft. Weken aan een was men reeds onder de deskundige leiding van den heer E. Smal- hout, alhier bezig geweest om doeken te beschilderen met allerlei propaganda- spreuken. Wij troffen de volgende opschriften aan: Acht uur, acht uur Geen langer arbeidsduur. Wij vieren hem vroolijk Wij vieren hem blij Den dag van herleven Den eersten van Mei. Wij passen en meten En zie, wat gedijt Wij teek'nen de lijnen Van d' klasseHrijd. den. Al dood ik hem nu niet, dan moet ik toch de vlucht nemen en Prins Willem heeft dan geen handlanger meer in de omgeving van Alva. Het is in het belang van mijn vader- land, dat ik hier blijf. Bij den drinkwedstrijd moet dus Vasco de Guerra sterven. De leeu- wen muil spert zich om mij te verslinden. Maar bij God, ik zal er aan ontkomen!" „Goed gezegd," roept Guy. „Laat dus den Spaanschen spion een dosis hiervan slikken." Hij stopt het fleschje met vergif den schil der in de hand, maar dan aarzelt hij een oogenblik en hij stelt de moeielijke vraag, waaraan ze nog in het geheel niet gedacht hebben: „Hoe, bij alle heiligen, zie je er kans toe dit in Vasco's glas te gieten en niet in de bekers der anderen?" HOOFDSTUK VI. der den Herberg. den Herberg. Die vraag brengt den schilder een oogen- blink in verwarring. Hij bromt in zich zelven: „Ja hoe?" en zegt daarop: „Laat me even nadenken. Ik ken de landsgebruiken goed," en daama zit hij met gefronste wenkbrauwen eenige oogenblikken in gepeins verzonken. Maar dan roept hij uit: „Ik heb er wat op gevonden!" „Wat dan?" vraagt de Engelschman nieuwsgierig. „Wat? Wel het gebruik bestaat, dat bij der- gelijke drinkwedstrijden, als het feest in vol- Moeders, laat nu je kindje vrij Daar komen de socialisten voorbij. Prent het uw kind in hoofd en hart Oorlog brengt hun leed en smart. Wie op het zwaard vertrouwt Heeft op den dood gebouwd. Zooals ijzeren banen De aard omspannpn Zoo omspant de organisatie De spoorwegmannen. Kanonnen, sabels en geweren Kunnen ons geen beschaving leeren Rood, kleur van strijd Om hooger menschenwaarde^ Rood schilderen wij vandaag de aarde. Niet langer goud en zwaard Maar geest zal heerschen op aard. Van Iwee doeken had men bijzonder vee' werk gemaakt. Zij vertoonden een vrouwen- figuur, die den aardbol torste. Links en rechts stond geschilderd: Het socialisme komt, het komt, Eens zal het de werela dragen. Drie andere doeken hadden tot opschrift: 8-Urendag; MedezeggenschapBedrijfs democratic Voorts was er een achttal met de. letters A. B. B. en S. D. A. P. Vaandels of vlaggen waren er van de vol gende organiasties: Afdeelingen Alkmaar en Bergen der S. D. A. P., Nederl. Sigaren- makers- en tabaksbewerkersbond, Ned. schil- dersgezellenbond, Ned. Bouwarbeidersbond, Alg. Ned. Meubelmakersbond, Alg. Ned. Metaalbewerkersbond, Alg Ned. Tvpografen- bond, Centr. Bond vat; Transportarbeiders. Ned. Vereeniging van Fabrieksarbeiders. Ar- beidersmuziekvereeniging ..Excelsior", ,.De Stem des Volks" en het Instituut voor Arbei- dersontwikkeling. De A. J. C droeg eenige vlaggen mede en een tweetal opschriften. die pleitten voor den 8-urendag en opwekten tot een bezoek van het a.s. nationaal Pinksterfeest te Amster dam. De stoet omvatte naar schatting een 300 h 400 menschen en maakte door de bontge- kleurde vlaggen en doeken een kleurigen in- druk. Te ongeveer 3 uur vertrok men van het Doelenveld. Het muziekcorps „F.xcelsior" speelde socialistische en andere muziek. Politie zorgde voor de goede orde. In den Muziektuin. De optocht nam zijn weg door verschillen- de buitenwijken. Overal sloeg men met be- langstelling de betoogers gade. Circa 1V- uur heeft men gewandeld en daarna richtte men zijn schrede naar den Stedelijken Muziek tuin, waar de heer W. van de Vail van Heiloo de verzamelden zou toe spreken. Daar was niet het bezoek, dat gezien den omvang van den optocht en de belangstel- ling, die daarvoor bestond verwacht rnoeht worden. D^sniettemin kon de voorzitter, heer J. A 1 f e r i n k, voorzitter van den A.. B B., len gang is, de vrienaen van de kampvechters, ter eere van Bacchus groote roemers gevuld met de l^kkerste wijnen, zenden tot de strij- ders die ze speciaai willen begunstigen. Vasco de Guerra dingt naar de hand van juffer Bo de Volcker, de schoone Mina, die ik lief heb. Dat zal zijn ongeluk zijn. Na de tiende ronde, niet eerder, misschien zou het voorzichtiger zijn te wachten tot dat de vijftiende roemer is geledigd, zal ik hem een flesch wijn doen toe- komen, waarin dit vergift is gegcten, met di groeten van Wilhelmina Bode Volcker. De Guerra zal een hulde met zulk een groet niet afslaan, en dandan, mijn waarde Guido, zouden wij in een land, waar rust, vrede er welvaart heerscht, moordenaars geheeten worden, maar hier is het een strijd om lever of dood. En nu aar. het werk!" Het tweetal werkt nu het plan verder uii met de koelbloedigheid van mannen, die, een- maal hun besluit genomen, over de uitvoe- ring er van geen gras willen laten groeien. „Het drinktoernooi neemt om twaalf uur een aanvang. Het is nu tien uur. Ik denk niet, dat De Guerra al is opgestaan," zegt Guy, „maar ik zal hem in de gaten houden voor het geval hij de herberg zou willen verlaten om je geheim aan een ander te verklappen. Mocht hij eenigen stap in die richting doen, dan zal ik dit op mijn manier trachten te ver- hinderen en maken, dat hij de herberg niet verlaat. Ga jij intusschen, beste kerel, naar de Citadel, zie donna Hermoine te spreken te krijgen, en verzoek haar mij te willen ontmoe- ten. Mijn veiligheid, maar ook mijn liefde vra- gen daaivm." iWordt vervolgd). De eerete rwalaw. die gezien wordt. Is nog geen bewije dat de zomer er al is. Wel echter Is het een tandnidlng dat er ver- andering ten goede in de natuur Zoo Is het ook met adrerteeren: Daarom moet ook ten stelligste de meening weerlegd worden, die men zoo rele malen hoort: „Ik heb al eens een advertentie geplaatst, het geeft toch niets, ik heb nooit succes gehad ol vooruitgang bemerkt." Neen, natuurlijk niet, door tta advertentie maakt gij ow zaak niet bekend, gij moet regel- matlg adverteeren, wij geven a de verzekering, dat gij beslist en aldoend succes zult hebben.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1926 | | pagina 5