DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. No. 117 fionderd acht en twmtigste Jaarsratis: 1926. Abonnementsprijs bij vooruitbetaling per 3 mnanrlen f2.—fr. per post f2.50. Bewijsn. 5 ct. Advertentiepr. 25 ct. p. regel, grootere letters naar plaatsruJinte. Brieven franco N.V. Boek- en Handelsdr. v.h. Herms. Coster Zoon, Voordam C9, Tel. Administr. No. 3. Redactie No. 33. DONDERDAG 20 MEI Stadsnienws. Het Neutr. Gentr. Zfekenhuls. Dit numrner bestaat uit 2 bladen. Directear: G. H. KRAK. Hoofdredacteur Tj. N. ADEMA. Bui ten land. DE VOORBEREIDENDE ONTWAPENINGS- CONFERENTIE De vragenlijst. Gistermorgen zette de commissie ter voor- bereiding van de Internationale ontwape- ningsconferentie de debatten voort over de door den Raad voorgelegde vragenlijst. Aan de orde was vraag 2, waarvan alinea a luidt: Is het mogelijk de eventueele oorlogsbewa- pening van een land te beperken, of moeten de ontwapeningsmaatregelen zich uitsluitend tot de vredesbev.-apening uitstrekken?, terwijl alinea 2 luidt: Wat heeft men onder vermin- dering of beperking der bewapening te ver staan? Lord Robert Cecil (Groot Brittannie), wenschte dat de beperking der bewapening zich slechts tot datgene zou uitstrekken, wat werkelijk te verwezenlijken is, d.w.z. tot die strijdkrachten, welke een staat in geval van oorlog oogeveer binnen een week kan mobili- seeren. De juiste tijdsduur zal door een sub- commissie dienen te worden vastgesteld, daar het hier een reeks technische vragen betreft. Hiertegenover gaf Paul Boncour (Frank- rijk) als zijn standpunt te kennen dat de ont- wapening zich over alle econemische, financi- eele en andere machten van een land moet uitstrekken. De Arg. Perez, kenschetste de door den raad! voorgelegde vragenlijst als ongeschikt voor verdere discussie. Hij stelde de instelling van een sub-commissie voor, welke de problemen van den technischen en den politieken kant zal bestudeeren en nieuwe richtlijnen voor den verderen arbeid zal opstcllexi. Paul Boncour zeide deze critiek op de door hem en Lord Robert Cecil opgesteldfe vragen lijst te betreuren. Jnzake geooemde vraag (a en b) werd een redactie-commissie benoemd. 'In dc namiddagzitting der ontwapenings- commissie liepen de debatten allereerst over vraag 4, namelijk: of er een methodc bestaat, om de sti ijcl- krachten of oorlogsmiddelen, die in zuiver de- fensieven geest zijn georganiseerd, te onder- scheiden van de strijdkrachten of oorlogsmid- de'en, die ten behoeve van den aanval geor ganiseerd zijn. De meerderheid der gedelegeerden van Frankrijk, Engeland, de Vereemgde Staten, Argentinie, Zweden, Belgie en Cechoslova- jcije was van oordeel, dat een zoodianige on derscheiding zeer moeilijk, zoo niet onmoge- lijk is. s Tegenover Paul-Boncour, die steeds op- nieuw van de potentieele mogelijkheden voor den oorlog sprak, merkte de Argentijnsche gedelegeerde, Perez, op, dat men Lever over de potentieele mogelijkheden voor den vrede moest spreken. „Zwitserland", aldus spreker, „is zcker een der best gewapend'e lan den, maar het heeft zeker ook de sterkste vredesneigmgen. Het is de mensch, die aan een wapen het of- fensief of defensief karakter geeft". In denzelfden geest sprak de Zweedsche gedelegeerde, Hennigs, die opmerkte, dat de onderscheiding, die men hier zou moken, er een van zuiver politieken aard zou zijn. Cecil en Paul-Boncour, de beide vaders der vragenlijst. zetten ten slotte hun wil door, dat ook deze vraag naar de militaire sub- commissie zou worden verwezen. Cecil voer- de hierbij aan, dat de Commissie van Re dactie immers de vrijheid heeft, twee ver- schillende formules voor te stellen, indien haar de s trek king der betreffende vraag met geheel duidelijk mocht zijn. Vervolgens kwam aan de beurt vraag 6 beterffende de onderscheiding tusschen ci- viele en militaire vliegtuigen en de militaire waarde der handelsvloot. Deze vraag werd zonder debat naar de militaire commissie verwezen. Daarna begonnen de debatten over vraag 5 en vraag 7 Vraag 5 heeft betrekkmg op vaststellmg der principes die door de verhouding tus schen de bewapening der onderscheiden lan- den toonaangevend zijn, zooals: het aantal inwoners. de geografische lig- ging, de lengte en de soort der zeewegen. de dichtheid van het spoorwegnet de termijn, die voor de verandering der vredesbewape- ning in oorlogsbewapening noodig is, de graad van veiligheid, en de mogclijkhe d van het ontvangen van bijstand door een aange vallen land, zulks ingevoige de bepaiin^en van het Volkenbondsstatuut of ingevolge spe- ciale verdragen. Vraag 7 heeft betrekking on cfe mogelijk heid van regionale ontwapening als gevolg van regionale veiligheidsverdragen, zulks als voorlooper van a'gemeenc ontwapening. Rede luit.-gen. Van Tuinen. Over deze vraag ontspon zich een debat waarbij de Joegoslavischee gedelegeerde, Markowitsj, ongeveer het Fransche en de Nederlands che gedelegeerde, generaal Van Tuinen, meer het Emgelsch standpunt innam. Laatstgenoemde betoogde volgens het verslag in de Tel. o.m.: „De Nederlandsc'he delegatie. meent, dat de verhouding tusschen de bewapmingen, die voor elk land vastgesteld zouden kuntien wor den, afhangt van het anrivoo-d. dat zal wor den gegcvc-n op de vraag. wat bew?'-e- ning moet wrd-i verstaa?- N deriand za' elke poging om to komen tot oniniddcllijk? beperking der bewaneuitig zoovccl mogelijk stcunen, op voorwaarde, dat die beperking algemeen is en ge'.ij'kfijdig wordt toegepast. Volgens de tradioneele politiek der Nedir- landsche regeering is de Nederlandsche be wapening steeds geleid door het beginsel van de verdediging van het grondgebied tegen el- ken aanval. Hoewel Nederland een koloniale mogtndhcid1 is, heeft het bij afwezigheid van elke agressieve ged'achte reeds stappen ge- daan in de rich ting van een beperking der be wapening. Het is niet -te ontkennen, dat het vraagstuk der ontwapening bijzonder wordt bei'nvloed door de geografische, strategische en economische elementen, die voor aan een aanval blootgestelde landen van primordiaal belang zijn. Ten aanzien van de vraag', wat onder be wapening moet worden verstaan, stelt de Ne derlandsche delegatie er prijs op te verklaren, dat het wenschelijk zou zijn alleen rekendng te houden met de direct mobiliseerbare mili taire en economische elementen. De Neder landsche delegatie zou gaame zien, dat een oplossing gevonden zou kunnen worden, waarbij in de eerste plaats de tijd, noodig voor de mobilisatie, werd gepreciseerd, waar- onder dan een zeer beperkte tijd zou zijn te verstaan. Op die wijze zou de vraag van het oorlogspotentieel niet onbeperkt zijn, hetgeen de besprekingen vruchtbaarder en doeltref- fender zou maken. Bovendien is voor Neder land een essentieel beginsel, dat de bewape ning van het moederland en die van de kolo- nien afzonderlijke elementen vormen, die een oplossing vereischen onafhanicelijk van el- kander". De rede van 1 uit .-generaal Van Tuinen maakte een zeer goeden indruk. Rede De Brouckere. Voorts werd door den Belgischen gedele geerde, De Brouckere, een zeer uitvoerige en de kern van het probleem rakende redevoe- ring gehouden. Spreker waarschuwde er tegen, zich te lang in theoretische en mathematische over- wegingen te verdiepen. De eenige weg, die practische resultaten kan opleveren, is de weg van internationale overeenkomsten en van het goede voorbeeld1. De Brouckere hing een beel'd op van de gnxwelen van den toekomstigen gasoorlog, waarin debelfde vliegtuigen, die thans vreed- zaam de hoofdsteden der verschillende lan den met elkaar verbinden, morgen binnen enkele uren te Berlrjn, Londen, Parijs, enz. onder miliioenen dood en verderf kunnen zaaien. DE DU1TSCHE REGEERINGS- VERKLARING. Voor een dicht bezet huis heeft gister de rijkskanselier dr. Marx in den Rijksdag de verklaring der nieuwe Duitsche regeering af- gelegd. Spreker geloofde de meenmg van het groot- ste deel van den Rijksdag te vertolken, als hij aaneemt, dat een uitvoerige regeeringsverkla- ring niet noodig is, zoodat hij zich tot weinig woorden zal beperken. De resreering dan wil de buitenlandsche po litiek van de vorige regeering voovtzetten, welke begon met het regelen van de verschil lende kwesties te Londen en waarvan het re- sultaat in de verdragen van Locarno werd vastgelegd. De regeering hoopt, dat spoedig het ver- drag van Locarno definitief in werking kan treden en dat aan Duitschland de gelegen heid zal worden gegeven, als permanent lid van den Volkenboridsraad aan diens hoogt taak mede te werken. Het verdrag met den grooten Oostelijken nabuur sluit zich volkomen aan bii de poli tiek van verzeen ng d.er volkei'en. De vriend- schap tusschen puitschland en zijn grooter. nabuur in het Obsten is een nieuwe schakel in de reeks verdragen, welke den vrede die nen. Het lenigen van den nood, verbetering in den econcmischen toestand en bestrijding van de werkloosheid. die in vele kringeen van het volk heerscht, zijn alle ounten, welke de nieu we regeering tot haar eerste plichten rekent. Het zal steeds het streven der regeering zijn zooveel mogelijk tegemoet te komen aan de behoefteri en nooden van de verschillendc takken van het economisch leven en het be- drijfsleven. De vlaggenkwestie Twee kwesties moeren evenwel in het bijzon der naar voren gebracht worden, omdat daarin voor het grootste deel ook de oorzaak van de gebeurtenissen der laatste weken is te zien. In de eerste plaats is daar het besluit van de meerderheid van den Rijksdag. dat het schriiven van den President, betreffende de vlapgenkwestie, toegejuiclit en in overeen- stemming met dit schrijven den wensch te kennen geeft tot het invoeren van een een- he'ds-vlag. De Rijksregeering zal alle krachten iuspan- nen, de wegen, welke in het schrijven van den President zijn aangedu d, in te slaan en te trachten het door dat schrijven gestelde doe! te bereiken. Natuurlijk wordt hierdoor aan het bestaan en de doorvoering van de verordening van den rijkspresident van 5 Mei, aan welker rechtegeldigheid niet getwijfeld kan worden, in het geheel niet petornd. De regeling met" de vorsten De kwestie van de srhadeloosstelling aan de voormaiifre vorstenhuizen, zoo vervo'crdf dr. Marx zijn rede, inog niet onbesnroksw blijven. Het tijdstip voor de volksstemming is op 20 Juni vastgesteld. Het principieele standpunt van de rijksregeering betreffende het aan het volksrefernduw onderworpen ont- werp in zake de onteigening zonder schade loosstelling, heeft door de.wijziging van het kabinet geen verandering ondergaan. De re geering zal daarom het wetsontwerp, dat de vorige regeering overeenkomstig een compro- mis-voorstel van de regeeringspartijen aan den Rijksraad heeft voorgelegd en dat deze de vorige week met een gronawettige meer derheid heeft aangenomen, ter verdere bespre- wing bij den Rijksdag indienen. De regeering verzocht den Rijksdag om zijn steun bij haar streven, op den grondslag van de constitute van Weimar het welzijn van het Duitsche volk in al zijn geledingen te bevorderen en de eenheid van het Rijk met in- achtneming van de rechten der landen, te be- schermen. Slechts in nauwe en harmonieuze saraen- werking tusschen regeering .en volksverte- genwoordiging, kan het nagestreefde doel worden bereikt. De regeeringsverklaring werd, wat het eer ste deel betreft, door de afgevaardigden kalm aangehoord. De communisten> deden slechts weinig interrupties hooren. Doch met luid „hoort, hoort'-geroep van de communisten werd de mededeeling ontvangen, dat de vlag- verordening onveranderd blijft bestaan. Aan het slot-van de verklaring werden bij- valsbetuigingen van de banken der regee ringspartijen vemomen. Motie van wantrouwen. Bij de debatten over de regeeringsverkla ring werd door de communisten een motie van wantrouwen tegen de regeering ingediend. Leicht (Beiersche volkspartij) erkende de verdiensten van den vroegeren rijkskanselier dr. Luther en sprak in de nieuwe regeering, die een voortzetting van de vorige is, het ver- trouwen zijner partij uit. De Volkische afgevaardigde Von Graefe mctiveerde een motie van wantrouwen van de Volkischen, die om redenen van binnenland- sche en buitenlandsche politiek hun wantrou wen in de regeering uitspreken. Miiller-Franken (sociaal-democraat) ver- klaarde, dat het hem verheugt, dat met be trekking tot de vlaggenkwestie zijn partij vol komen met de regeeringsverklaring instemt en dat de partij wenscht, dat de tot nu toe ge- vdlgde liin in de buitenlandsche politiek ook in de toekomst gevolgd zal worden. Zijn par tij genooten wenschen een spoedige toetreaing van Duitschland tot den Volkenbond. Wat de vlaggenkwestie betreft, kan zijn partij zich echter niet met de aangekondigde commissie tevreden stellen en de partij zal een initiatief-wetsontwerp indienen, dat be- paalt, hoe er gevlagd zal worden. Na de discussie werd het communistische voorstel tot hoofdelijke stemming over de in- gediende voorstellen niet voldoende onder- steund, daar de communisten en Volkischen er voor waren. Bij gewone stemming werd daarop het voorstel der regeeringspartijen, dat de Rijksdag slechts nota neemt van de regeeringsverklaring en in zake alle voorstel len tot de orde van den dag overgaat, met de stemmen van de communisten en Volkischen tegen aangenomen, terwijl de Duitsch-Natio- nalen zich van stemmen onthielden. De Rijks dag werd daarop verdaagd tot 7 Juni. Door het bestuur van het Hoofd-comitd is heden aan de Besturen der Sub-Comit6's tot Geldinzamejing" ter bevordering van de Tot- standkoming van een Centraal Ziekenhuis te Alkmaar op Neutralen Grondslag met klas senverpleging, de volgende circulaire gezon- den: Dames en Heeren, In de op Zaterdag 15 dezer gehouden ver- gadering van de Leden van het Hoofd-Co- mite is, gehoord de uiteenzetting van de resul taten van de tot nu toe ingezamelde gelden waaruit blijkt, dat de baten thans bedragen 114.543.62, besloten, de actie tot geldinza- meling, die, teneinde het welslagen van de groote verloting. te verzekeren, tijdelijk ,was stop gezet, weder met kracht ter hand te ne- men. Gij zult wellicht vragen, of het, gezien de verkregen resultaten, die inderdaad schitte- rend kunnen worden genoemd, noodig is nog verder te gaan, nu het bedrag, wat aanvan- kelijk als maximum voor de inzameliug is be- doeld, verre overscheren is. Ons antwoord en dat van de talrijke aanwezige Leden van het Hoofd-Comite ter vergadering luidt met be- slistheid: zeer zeker. In de eerste plaats hebben wij een eere- schuld in te lossen tegenover het Gemeentebe- stuur van Alkmaar, dat de verwachting heeft opgewekt, dat degenen, wien de totstandko- ming van het zoo zeer begeerde Ziekenhuis ter harte gaat, met de daad eens zullen too- nen door het bij elkaar brengen van 150.000,—, dat het dei- Bevolking van Noord-Holland boven het IJ crnst is met haar wcji.se.li) dat in dit Centrum van «sn welva- rende streek een ziekenhuis verrijze, waarin ieder onverschillig van welke godsdienstige gezindheid die verpleging kan deelachtig worden, die met zijne opvatting omtrent den godsdienst in overeenstemming is. Daarbij komt, dat gij niet gering moet ach- ten het argument van hen, die uit principieele redenen tegen een dergelijke Ziekeninrichting gekant zijn, indien eens moge blijken, dat het bedrag er niet zou komen. Daaruit zou in geen geval de conclusie mo gen worden getrokken, dat de bevolking het Centrale Ziekenhuis niet zou wenschen, want als feit stellen wij vast, dat het tot nu toe ver kregen bedrag is bijeengebracht door duizen den en duizenden, waardoor de gifted der kleine lieden wel het treffendst zijn. Als voornaamste reden, waarom wij mej den raeesten aandrang U thans verzoeken om met nieuwen moed weer aan het werk te gaan geldt wel deze, dat hoe krachtiger de wil van alle niet-Katholieken tot uiting komt, dat men het Neutrale Ziekenhuis in het gebouw der voormalige Cadettenschool wenscht, des te meer kans er bestaat, dat onverwijld door het Gemeentebestuur van Alkmaar de plannen zullen worden uitgevoerd. Aan den arbeid dus, gij talrijke Comite's! De beproefde wijze van het verspreiden van tirculaires of het inzamelen van gelden op lijsten zal ook nu wederom. worden be- tracht. De vergadering van het Hoofd-Comite heeft gemeend in dit opzicht de" Sub-Comi- te's vrij te moeten laten, doch voor een goe den gang van zaken acht het Bestuur van het Hoofd-Comite het gewenscht, te voren te wor den ingelicht, indien de Sub-Combe's ook op andere wijze tot inzameling zouden willen over gaan. Wanneer daartoe de behoefte wordt ge- voeld, zal het bestuur gaame weder een cir culaire met inschrijvingsbiljet ontwerpen. Hoe nu het ontbrekende bedrag van onge-, veer 35000.— bijeen te brengen? Het Bestuur acht het ook in dezeu wensche lijk leiding te geven. Laat ieder het voorbeeld volgen van alle bestuursleden en zijn des tijds gedane gift nog eens ter beschikking stel len en hqt succes zal zijn verzekerd. Natuur lijk zal dit niet kunnen gelden voor degenen, die aanzienlijke bedragen schonken. Als uiterste termijn, waarop de gelden bij den Penningmeester Mr. M. Moens worden ingewacht, is 1 Augustus a.s. bepaald. Met grooten liadruk worden de ComiWs die de gelden, te hunner beschikking gesteld, nog niet afdroegen aan den Penningmeester van het Hoofd-Comite, verzocht zulks zoo spoedig mogelijk te willen doen, daar de gel den op deze wijze door belegging bij groote bedragen een hoogere rente kunnen opbren gen. Deze circulaire is onderteekend door het be stuur van het Hoofd-Comite: Mr. A. M. Le- deboer, Voorzitter, Mr. C. A. de Groot, Secre- taris, Mr. M. Moens, Penningmeester, W Holsmuller, Th. A. Ringers, Dr. A. van der Horst en W. van de Vail. NATI0NALE BOND „HET MOBILISATIEKRUIS". Onder presideum van den heer 1 h. B. Brand van Heiloo, vice-voorzitter van den Bond, werd Dinsdagavond de jaarvergadc- ring gehouden van den Nationalen Bond „Het Mobilisatiekruis" in de bovenzaal van het hotel „De Nachtegaal". Het bezoek was niet groot. Na opening deed de voorzitter de volgende mededeeling. Het comite „Herdenking Mobili satie 1914" was op 18 April 1925 ontbonden. Deze bond zorgde alleen voor siachtoffers (invalide c. d.) van de mobilisatie. Aan de leden van hei Centraal en Provin- ciale comite's is vergunning verleend tot het dragen van het mobilisatiekruis, ook al heb ben zij geen dienst gedaan tijdens de mobili satie. Hierna werd medegedeeld de samenstelling van het hoofdbestuur van de op 12 Septem ber 1925 opgerichte vereeniging „Nationale Bond Het Mobilisatiekruis". Ook werd mede deeling gedaan omtrent de statuten en huis- houdelijk regclment, terwijl de kring Alk maar was vertegenwoordigd door spreker eo den secretaris. De bond heeft ten doel te lielpeu (finan cieele en andere steun) aan alle oud-gemobili- seerden. Het is niet noodig dat men invalide is en evenmin dat men tijdens de mobilisatie steun noodig heeft gehad. Hij verleent zijn bemiddeling ook nu, mits men oud-gemobili- seerde is en lid van deu bond. Van het hoofdbestuur was een missive in gekomen, dat als commissaris voor den kring Alkmaar is aangesteld de heer G Smits te Heiloo (Heerenweg B 250) die de taak heeft om het onderzoek te leiden. Gevraagd were hoe zulks geschiedde. De secretaris deelde mede. dsi alle aanira- 2'cn om steun, hulp en voorliciting nioeten worden gedaan aan het Hoofdbestuur. (Secre- tariaat Jan Pieterszoon Coenstraat 49, Den Haag). Genoemd bestuur zendt de aanvrage naar den kringcommissaris, die een genees- kundige verklaring vraagt bij ziekte of on- geluk, en bij sollicitaties e. d. aan den burge- meester van de woonplaats van aanvrager in- lichting vraagt. Alle aanvragen en de behan- deling zijn geheim en de beslissing is aan het hoofdbestuur. Hierna werd behandeld het jaarverslag. Hieruit stippen we aan, dat het ledental is geklommen van 12 op 17. Betreurd werd het ledanken van den heer P. J. Oolders, als voorzitter, terwijl de penningmeester zonder nadere kennisgeving is vertrokken. In het afgeloopen jaar werden tusschen loofdbestuur en secretaris 186 stukken gewis- seld, 37 aanvragen om steun werden inge diend, waarvan 21 werden terzijde gelegd om- reden de aanvragers geen lid waren, uitge- ceerd is f 2075, terwijl 2 personen in betrek- dng werden geplaatst. Het verslag eindigt met een beroep aan alle oud-gemobiliseerden om zich aan te sluiten. Rekening penningmeester. Ontvangsten geene daar geen contribute mocht gefnd wor den over 1925, uitgaven 41.90, alzoo nad. saldo. Bestu u rsverkiezing. De vice-voorzitter werd gekozen als voorzitter, en de functiet van secretaris en penningmeester werden ge- combineerd. De voorzitter wilde het alleen aanvaarden tot het volgend jaar, hij sprak den wensch uit dat een der officieren of reserve-officie- ren uit Alkmaar bereid zou worden gevonden deze functie te aanvaarden. Als afgevaardigde naar Utrehet werd ge kozen G. Smits te Heiloo, plaatsvervamger C. Schilder te Alkmaar. Uit de vergadering kwam naar voren de wenschelijktieid om op alle dorpen besturen te fonpereen en aan alle oud-gemobiliseei- den een circulaire te richten om toe "te treden tot den bond. De voorzitter zeide, dat het be stuur hiermede accoord ging, doch hoe con tact te krijgen? De heer Smits: Natuurlijk wil het bestuur niets liever dan het voorgestelde doch circu- laires en porto's kosten geld. Spr. had het vorig jaar een uitgaaf gehad van 41.90 en bedankte om nog meer tt betalen. De voorzitter achtte de mogelijkhad niet uitgesloten dat het hoofdbestuur noodlijden- de vereenigingen helpt. De secretaris erkende zulks, doch wilde dan gaame verder gaan. De voorzitter be- treurde het dan de bond1 die niets andeis doet dan steun verleenen waar zulks noodig is zoo weinig waardeering geniet. In Alk maar is niet een oud-officier of reserve-offi- cier bereid gevonden om lid van den bond te worden. Ook is er uit Alkmaar gees cent af- gedragen voor steun aan <fe mobilisatieslacht- offers. Hoewel dit werd betreurd werd besloten om op den ingeslagen weg voort te gaan. Het zoeken naar middelen om het ledental te vergrooten en donateurs te winnen werd aan het bestuur overgelaten. Hidtna werden 5 nieuwe leden ingeschrc- ven, waaraa sluiting. FAILLIET VERKLAARD. Heden is door de arrondissementsrecHl- bank alhier failliet verklaard P. Hoogland, wonende te Schagen, Regentessestraat met be- noeming tot rechter-commissaris van Mr. R. P. Cleveringa en tot curator van ny. C. H. Bosman. DE LANGESTRAAT-COURANT. Heden is, onder redactie van den heer C Nannes Gorter de Langestraat-courant ver- schenen, een speciale feestcourant, uitgege- ven naar aanleiding van de asfalteering der Langesiraat. Dc gemeente-archivaris heeft voor deze courant een hoofdartikel geschreven, waarin een historisch overzicht wordt gegeven en o.a. vermeld wordt, dat Alkmaar's historic schrijver Simon Eikelenberg de Langestraat tot de oudste straten dezer stad rekent. Een fraaie foto van een teekening door C. Pronk, de Langestraat in de 18e eeuw voor- stellend, siert de voorpagina. Vrijwel alle winkelperceelen en de daarin gevestigde zaken zijn door den redacteur in woord en beeld weergegeven en de redactie heeft zeker een goed werk gedaan van menig interessant gebouw de. geschiedenis te vermel- den. i Deze met talrijke fraaie foto's gevulde dub- bele courant eindigt met een slotwoord van den redacteur, waarin deze zijn blijdschap over de thans verkregen moderniseering van deze drukke winkelstraat uit en een woord van dank brengt aan alien die daartoe mede- gewerkt hebben, alsmede aan hen, die. hem ter zijde stonden om deze feestcourant in alle opzichten tot een voor onze stad merkwaardi- ge en belangrijke uitgave te maken. HEROPENING ZAAK. De heer P. Bijpost, de reeds bijna 25 jaar als brood, beschuit en koekbakker gevcstigd is in het perceel Westerweg 20 en als vakman voor de kwaliteit van zijn producten zich een uitstekenden naam wist te verwerven, heeft begrepen, dat een goed zakenman steeds zijn zaak in overeenstemming met de eischen des tijds moet brengen. Volgens planner van den Iieer R. Bot goedgekeurd door de schoonheidscomniissic. heeft hij zijn vinkel een verbouwing doen ondergaan, die een belangrijke verbetering LKHAARSCHE COORANT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1926 | | pagina 1