Alkmaarsche Gourant
HILLES BESCHUil
I tZw- M*-. i
I De papiermand
^aaaaaaaaan
a
FEU1LLET0S.
De dochter van Alva-
a
a
a
a
a
a
a
a
a
a
a
a
a
a
a
a
a
31FJSB
a
a
a
a a
aaaaaaaaaaaaaa®
No. 118
1926
Hendsrd Acht en Twintigste Jaargang.
Vrjjdag 21. Mei.
Stadsnieuws.
Het spiritus-smokkelschip by
Caiaperduin.
Zooals wij reeds berichtten werd! het smok-
foelschip, dat in d>en nacht van Dinsdag op
Woensdag bij het Kamperduin 4000 liter spi-
ritus op de kust smokkelde, welke spiritus in
beslag werd genomen, door het inspectieyaar-
tuig acbtema gezeten.
1 let schip heeft echter weten te ontkomen.
De naar Alkmaar vervoerde spiritus is ge-
bleken te zijn spiritus van 96,4 pet. sterkte
De nieuwe inspeeteur van de direete belas-
tingen, de heer J. Koldenhof, kende den ld-
der van de smokkelonderneming, den 22 jari-
gen G. Verweij, die als smokkelaar zijn op-
leiding genoot van den bekenden smokkelaar
Ernst Bolt uit Hamburg.
Als inspeeteur had hij van beiden het vo-
rig jaar te Hoogezand reeds een partij van
10.000 en 1000 liter spiritus in beslag geno
men en toen hij in Alkmaar komende ontdek-
te, dat Verweij zieh in zijn inspectie had ge-
vestig dl,begreep hij al ras, dat een smokkel
onderneming op onze kust ondemomen zou
iworden.
Hij liet de gangen van den smokkelaar
magaan en toen hij yernam, dat deze de vo-
rige week naar Duitschland was vertrokken
begreep hij, dat binnen enkele dagen een
smokkelaffaire voltrokken zou worden.
Zondagavond ging hij daarorn met zijn
mannen een zestal en drie veldwachters
in nachtdienst.
Wetendte, dat ook de smokkelaars met pos-
ten werken, vermeed hij zorgvuldig dte wegen
en werd er in able stilte uren door de duinen
gewandeld en de laatste gedeelten ter lengte
van 400 M. voortkruipende afgelegd.
Wanneer het dag werd, ondernam men op
dezelfde wijze wederom den terugtocht, de
adjunct-inspecteur de 'heer V. F. A. Meij, die
obk pas sinds kort in Alkmaar gestationneerd
is en bij de smokkelaars nog niet bekend, had
een deel van het werk onder zijn leiding ge
nomen.
Den derden nacht, het was jnist lichte
maan, werd waargenomen, dat een Duitsehe
[kotter de kust verkende.
Vanaf dat schip ging een bootje naar het
strand en spoedig daarop keerde dit bootje
naar het schip terug, om weer te keeren met
een aantal kisten spiritus door een iijn ach-
ter aan het bootje bevestigt.
De Jdsten werden door de branding ge
bracht en daama losgelaten om door dte gol-
ven op het strand te worden geworpen.
Helpers brachten de kisten op het erf van
het in deze omgeving alleen staande cafe.
Waargenomen werd, dat het roeibootje
waarin een man gezeten was, de tweede maal
in de branding bijna omsloeg.
De derde en vierde maal ging het bootje
niet door die branding en bepaalde de man
er zich toe om de kisten spiritus in de bran
ding te duwen.
Deze kisten werden des morgens door dte
commdezen op 20 minuten afstand van de
plek waar het gebeurde op het strand ge-
vonden.
De inspectie was voornemeas geweest niet
eerder in te grijpen voor dte auto's, die de
6piritus naar Amsterdam moesten vervoeren
ter plaatse waren.
Het oogenblik van ingrijpen werd echter
verhaast, doordat een smokikelpost in het
duin onwetend in gezelsohap van zijn hond
op een post van de inspectie liep.
Het oogenblik van ingrijpen is steeds ge-
vaarlijk, omdat smokkelaars wanneer zij kans
zien te ontkomen door het gebruik van vuur-,
wapenen er niet voor terugdeinzen zich daar-
van te bedienen.
Direct werden dan ook een paar revolver-
schoten in de lucht gelost. De man liet zich
echter direct airesteeren evenals dte heer
Verweij, die om het cafe heen trachtte te ont
komen, doch zich tegenover dte revolver van
commies Bos zag geplaatst. De andere hel
pers wisten echter te ontkomen.
Het eerste werk was nu den cafehoudter uit
zijn bed te halen en in het cafe werd Verweij,
nadat hem gelegenheid was gegeven om zich
van drooge kilieeren te voorzien (de man was
n.l. tot zijn middtel door het water gegaan)
een veihoor afgenomen.
N'a de spanning gebruikten dte belasting-
ambtenaren gemoedelijk met dte smokkelaars
dte warme koffie die de cafehoudter schonk en
Verweij, inziendle, dat de affaire misslukt was,
was dadtelijk zoo sportief on# den heer Kol
denhof met zijn succes geluk te wenschen
Zijn eerste woordten waren: „ik daoht mijn-
heer, dat u in den Haag zat, aangezien ik
dit in dte courant bad gelezen."
Een verhaal uit den Tachtigjarigen
Oorlog.
Door Archibald Clavering Gunter.
Vertaald door Mr. O. Keller.
37)
„Inderdaad, maar dank zij dte stoutmoedig-
heid van heer Chester, die er zijn leven voor
waagde, heeft hij te Antwerpen den sleutel
er van kunnen bemachtigen. De brieven zijn
nu in het Engelsch vertaald."
„Gauw, laat me zien!" En de koningin zet
zich en kijkt ze haastig door.
„Dus," roept ze daarna uit, „dus Wilde
men mij vergiftigen en den verrader Norfolk
op de troon plaatsen als prins-generaal van
de dame die ik thans in mijn macht heb Dat
beslist over het lot van Norfolk! Het Hooger-
huis heeft hem gister wegens hoogverraad
veroordeeld, maar deze brieven, Burleigh
beteekenen zijn doodvonnis. Met de dame re-
kenen we later af, en wat Ridolfi betreft
„Ik heb reeds bevel gegeven om Ridolfi ge-
vangen te nemen, majesteit," valt Burleigh
haar in de reden.
„Zeer goed," vervolgt Elizabeth, „dan valt
er voor het oogenblik niets anders te doen,
hoewel ik van kok zal moeten veranderen Al
leen en de oogen der vorstin beginnen te
In dte rubriek „verfrokken personefl* had hij
n.l. in de Alkm. Crt. als naar dlen Haag
verhuisd de naam J. Koldenhof aangetxoffen.
Dit was echter dte dochter van dten inspee
teur geweest, die voor het voltooien van haar
studie zich in den Haag vestigdle. De smok
kelaar was hierdOor tot de meening gekomen,
dat de man, die reedls eerder bewezen had
hem te glad af te zijn, verre van de plaats
was waar hij zijn slag weer eens hoopte te
slaan.
De inspeeteur was ten sterkste overtuigd,
dat achter deze affaire wat dte wet inteHectu-
eele danders noemt te zoeken waren.
Het verhoor van den strandjutter versterk-
te hem in deze meening en na des middags
den smokkelaar Verweij nog eens te hebben
gehoord meent hij thans dezen intellectueelen
dadier, dte man die aileen zijn geld waagt en
die als de onderneming slaagt het grootste
gedeelte van de winst inpikt, te hebben ge-
vonden in den heer S. te Bergen, tegen
wien een vervolging zal worden ingesteld.
Geldboeten worden in zulke gevallen niet
opgelegd, aangezien na verbeurdverklaring
van het inbeslag genomene, de smokkelaars
alleen met gevangenisstraf worden gestraft.
Hetgeen de inspeeteur ons van de sporti-
viteit van Verweij had verteld, had bij ons dte
wensch doen ontstaan eens een interview te
hebben met dezen smokkelaar.
Het toeval was ons gunstig aangezien hij
des middags nog weer gehoord zou worden.
Wij ontmoetten hem voor zijn verhoor in
de Langestraat en op ons verzoek was hij da-
delijk bereid, toen hem bleek, dat wij aller-
minst justitioneele bedoelingen hadden, doch
alleen beoogden voor onze lezers de zaak
ook eens van dte zijde van een smokkelaar te
belichten, met ons ondter het gebruiken van
een kop koffie een onderhoud te hebben.
Het verhaal van den smokkelaar.
De jonge man, die een ietwat lijzige indruk
maakt en zeer langzaam spreekt, maakte bij
ons op de eerste keiinismakiug niet den spor-
tieven onverschrokken indruk dien de inspee
teur ons bij hem ha doen veronderstellen
woorden nauwkeurig overweegt, niet van in-
telligentie ontbloot is en zich vooral door
zijn avontuurlijken zin tot dte smokkelarij
voelt aangetrokken.
Hij deeldte ons dan mede, dat hij in den
nacht van Donderdag op Vrijdag met de
kotter „De Stormvogel" uit Bremenhaven in
Duitschland was vertrokken, na een fuif zoo
als die, dit merkte hij laconiek op ,bij smok
kelaars gebruikelijk is en waardoor hij het
uur van vertrek niet meer precies wist.
De kotter had 4000 Jiter spiritus in, die in
Duitschland 65 pfennig per liter kost en bij
slagen een winstje kon opleveren van /2O.0OO
waarvan hij 6000.zou ontvangen. Voor
den kooper bleef er boven de 20.000.
winst voor de ondernemers aan de smokkel
affaire nog een winstje van 4000.
Kapitein van de kotter was de bekende
smokkelaar Max Cordes. Met dten heer Ver
weij waren voorts aan boord, een stuurman en
een matroos.
Bij het uitvaren was het weer tamelijk gun
stig, doch des Zondags kwam er een tame-
lijke storm op, waarom dte motor moest wor
den afgezet en voile zee moest worden gehou-
dten.
Toen het weer beter werd koerste men naar
de kust en na eenige orienteering concludeer-
de men niet ver van dte beoogdte plaats te zijn.
De duisternis werd afgewacht om daama
door dte territorjale grens te varen tot op een
afstand waarop vanaf het strand het schip
gezien moest worden.
De vandaar te geven seinen bleven echter
uit omdat de seingever nog niet was versche-
nen, waarom het schip des morgens weder in
voile zee voor anker ging liggen, doch op
zoodanige afstand, dat het met een goede kij-
ker te zien was.
Besloten werd het dlen volgenden avond
nog eens te probeeren en wanneer er nood-
seinen gegeven zouden worden, maar weer te
rug te koersen omdat men onnoodig niiet
gaarne wederom een storm als die van Zon-
dag meemaakte.
Dinsdagavond, het weer kon niet beter
zijn, werd echter een gunstig sein ontvangen,
waarop Verweij zich per roeiboot, door dte
branding naar het strand begaf.
Hier had hij een ondterVioud met zijn me-
depliohtige of lastgever, t/.z hem verzekerdte,
dat alles veilig was.
Met het bootje begaf hij zich daama naar
de kotter en wist hij deze aan te geven, dat hij
bij den golfbreker moest gaan liggen tegen-
iver het cafe.
De kisten spiritus werden hierop in hoe-
veelheden van 1000 liter aan een lijn met het
bootje verbonden en door Verwey door de
branding gebracht.
De tweeae maal kreeg Verwey zooveel wa
ter in de boot, dat hij, die tengevolge van een
stijven arm niet kan zwemmen, het maar
raadzaam oordeelde om de derde en vierde
maal de kistjes in de branding te duwen
Hierop begaf hij zich naar den golfbreker
schitteren alleen dien ik den jongen man
te beloonen, dien ik om redenen van staat
vogelvrij heb verklaard. Maar intusschen heb
ik zeker zwak voor zeeroovers! Daar hebben
we b.v. onzen Francis Drake, voor wien het
uitschudden van een Spanjaard en het innen
van tien percent van den buit zoo goed is als
eten en drinken.
En dan die beste John Hawkins, die op de
Afrikaansche kust negers rooft om ze aan de
Dons te verkoopen, als hij met ze onderhan-
delt, ze om hals brengt tot grooter glorie van
Engeland! Waarlijk, Burleigh, eigenlijk vind
ik zeeroovers mijn beste onderdanen. Maar
daar ik voor dezen avond mijn tooneelspelers
om uwentwil heb weggestuurd, heer Chester,
dient u mij daar een vergoeding voor te ver-
schaffen. Verhaal me uwe wederwaardighe-
den in de Nederlanden."
Guy geeft gevolg aan dien wensch en de
koningin luistert met open ooren, nu en dan
doet zij een lachje hooren of geeft zij Bur
leigh een tikje met haar waaier, doch alle
aandacht heeft zij, als donna de Alva wordt
genoemd, vooral als Chester gewag maakt va
zijn ontmoetingen met haar. En wat Guy be-
treft, hij spreekt vol geestdrift en zijn oogen
glinsteren, als hij vol bewondering spreekt
over de schoonheid van het jonge meisje.
„Lieve hemel!" roept Elizabeth uit, als hij
zijn verhaal heeft geeindigd, „dat is een ge-
schiedenis, even romantisch als die van Ama-
dis des Gaules, die tnaagden bevrijdde uit de
1 handen van reuzen. geliik u die brutale juf-
en vandaar, na door het water te zijn gewaacT,
naar het cafetje.
Hoewel hij geen helpers meer zag, veron-
derstelde hij, dat reeds een auto met een la
ding was vertrokken.
Bij het cafetje hoorde hij echter plotseling
twee schoten en vond hij het raadzaam af te
wachten, wat er gaande was. Om den hoek
van het huis kwam echter een commies te
voorschijn, die een geladen revolver op hem
gericht hield en hem beval rustig te blijven
staan.
En aangezien ik, zoo ging de heer Verwey
voort, onder alle omstanaigheden rustig blijf,
volgde ik natuurlijk dit bevel op, omdat ik er
niet aan zou denken op commiezen die hua
plicht doen, al verdienen zij daarvoor dan ook
een bedroefd beetje, te schieten.
Op onze vraag of hij dan nimmer van een
vuurwapen gebrnik zou maken, verzekerde
hij, dat hij op zee niet zou aarzelen een hel
per, die zou pogen hem van boord te duwen,
en dezulken zijn er, neer te schieten.
Om den anderen hoek van het huis zag hij
de andere ambtenaren met een van de helpers
dien zij hadden kunnen pakken, aankomen en
spoedig zaten ze-met z'n alien in de gelag-
kamer.
Over de hoffelijke behandeling van den in
speeteur, was hij ten zeerste te spreken, al
veTheugde het hem, dat de anderen hadden
weten te ontkomen.
Met niet minder voldoening vertelde hij
ons, dat ,,de Stormvogel" aan de vervolging
van het inspectievaartuig was weten tte ont
komen. Max Cordes was daar juist de schip-
per voor.
Niet altijd leveren de smokkelaffaires een
dergelijk ongunstig resultaat op.
Mijn vriend Bolt, dien ik van deze onderne
ming onkundig heb gehouden, omdat hij voor
enkele weken 5000 liter gesmokkeld had, zon-
der mij er in te kennen, zegt altijd: „als er
maar van de 10 ondernemingen een slaagt,
dan komen wij nog uit.
Samen hebben wij den tijd gekend, dat we
20.000 rijk waren, doch het geld raakte
weer spoedig op. Vooral onze laatste onder
neming, bracht ons een gevoelig verlies.
't Was 'n spiritussmokkelaffaire naar Zwe-
den, waarbij wij twee nieuwe tjotters verloren
met den inhoud en waarbij wij persoonlijk met
een motorbootje in de fjorden konden ontko
men, doordat wij de tjotters, zonder beman-
ning op voile kracht zee in lieten loopen en
daarbij op onze achtervolgers den indruk ves-
tigden, dat wij in het motorbootje gewone vis-
schers waren.
Onze avontuurlijkste .tocht, was die echter
van het vorig jaar, toen wij met z'n beiden
Bremershaven uitvoeren met een uitneembare
tank voor 1000 liter aan boord.
Buitengaats werden wij gesleept door een
grooten kotter, die de spiritus aan boord had.
Wij namen de spiritus aan boord en deden
die op een van de Duitsche wadden in de tank,
die wij daar in elkander hadden gezet. De
tank verzwaarden wij en verbonden wij met
kettingen door een gasbuis aan het "schip.
Door het slechte weer zwalkten wij 14 dagen
op zee rond en waren uit gebrek aan levens-
midelen genoodzaak de tank, verbonden door
een boei, in zee achter te laten om op h?t
eiland „Juist" levensmiddelen en brandstof
op te doen. Na een paar dagen werd het weer
gunstiger en Bolt wist al spoedig de tank
weer te vinden.
De tank werd weder nfet veel moeite onder
het schip bevestigd, doch wederom werd het
slecht weer, zoodat een der kettingen brak.
Wij waren genoodzaakt om het stukslaan
van de boot te voorkomen, de anderen te laten
vieren.
Wij zwalkten weer 14 dagen. De .levens
middelen waren weer uitgeput en eindelijk lie-
pen wij na een maand bij Nieuw Statenzijl
binnen Na een nacht voor de sluis te hebben
gelegen werden wij binnen gelaten en gaven
wij het bootje den naam van onzen grootsten
vijand, het recherche-vaartuig „De Zeehond".
Ons werd medegedeeld, dat wij ons waar-
schijnlij'k te Winsdioten moesten laten inkla-
ren.
Omdat wij onder de brug door konden, voe-
ren wij door zonder de douaneformaliteiten te
vervullen en juist dit werd ons noodlottig.
In Zuidbroek poogden wij nog benzine op
de pof te kriigen, omdat wij geen geld meer
bij ons hadden, doch dit gelukte niet en toen
wij terug kwamen vonden wij commiezen aan
boord en uit gemis aan papieren moesten wij
doorvaren naar Hoogezand.
Hier was dezelfde inspeeteur gestation
neerd, die ons ook thans te pakken heeft Wij
moesten daar links aanleggen en tengevolge
van den lagen waterstand bleek dit niet mo-
gelijk, wat zeer verdacht geoordeeld werd,
omdat het een kleine motorboot was.
Een commies vond de ketting in de kajuit
en wij verzekerden, dat dit noodig was omdat
er een middenwandi onder het schip was die
scheef onder het schip lag.
Dit werd niet aangenomen en wij kregen de
mededeeling, dat de boot de volgende morgen
frouw Alva uit de macht van de Watergeuzen
heeft gered. Ik vrees, zoowaar, Burleigh, dat
zij zijn vaderlandsliefde heeft in gevaar ge
bracht. Als hij spreekt van zijn Spaansche
juffer, kijkt heer Chester zijn soevereine aan
op een wijze die de lords van het Hoogerhuis
als hoogverraad zouden beschouwen."
„0, uwe majesteit," antwoordt Guy, die
een even goed hoveling is als zeeroover. „als
liefde als hoogverraad wordt beschouwa, dan
is iedere jonge man, die naar zijn soevereine
kijkt, een verrader!"
En zijn oogen schitteren by deze woorden
die hem niet veel zelfoverwinning kosten, daar
de koningin inderdaad op het hoogtepunt van
haar schoonheid staat, een schoonheid die
men uit haar latere portretten niet gauw zou
afleiden.
„En ik zal dien stoutmoedigen aanbidder
straffen, hij moge dan geen verrader zijn.
Geef mij uw zwaard, Guy Chester."
De jonge man wil zijn zijde geweer ontges-
pen.
„Neen, het ontbloote zwaard, gelijk u ge-
wend te tegenover mijn vijanden te gebrui
ken!"
Het wapen uit de schede trekkend, en op
een knie zinkend, reikt Guy het zijn vorstin
toe, terwijl de hoop, op een onverwachte on-
derscheiding zijn hart vervult.
„Hij is van ediele geboorte, niet waar Bur
leigh?"
„Uwe Majesteit," antwoordt Burleigh met
een bulging van moeders zijde heeft hii het
op de ketting zou worden gebracht
Beiden bleven wij onder bewaking en er
bleef ons niets anders over dan de zaak maar
te bekennen met het gevolg, dat ik er drie
maanden voor moest opknappen.
Hoeveel het nu zou worden, zou hij maar
gelaten afwachten.
Voor hem was het smokkelen zoo interes-
sant, dat hij het niet kon laten. Toen hij geld
genoeg had, was hem dit ook niet mogelijk
geweest en zeker zou hij zich ook nu wel weer
in nieuwe avonturen begeven. De tijd ontbrak
om het onderhoud verder voort te zetten.
Uit gebrek aan plaatsruimte plaatsen wij
zijn verhaal over den tocht met de motorboot,
die een maand duurde, slechts zeer beknopt.
De ontbeering die beiden dien tocht trot-
seerden was echter waarlijk niet gering. Het
slapen was slechts mogelijk op de houten bin-
ten van de motorboot (feitelijk niets meer dan
een sloep) terwijl dagen van een rantsoen
aardappielen, die met schil en al gekookt
moesten worden, geleefd moest worden.
De zucht naar avonturen en dte kans om in
een paar dagen eenige duizenden binnen te
slepen doet deze menschen echter alles trotsee-
ren.
Het verhaal van Verweij had voor ons
vastgesteld, dat wij geenszins met een opsnij-
der te doen hadden, aangezien het in onder-
deelen klopte met hetgeen de inspeeteur ons
had medegfcdeeld en in het dossier bewaart
de inspeeteur nog een teekening van die ver-
nuftige wijze waarop de tank in Hoogezand
onder de bodem van het schip bevestigd was
bevonden.
De constructie was n.l. een zoodanige dat
met het doorknippen van de kettingen de tank
gezonken zou zijn..
Door de oplettendheid van de commiezen,
was het den smokkelaars echter niet gelukt
daarvoor de gelegenheid te vinden. Dat de
ambtenaren van dt belastingen, boven hun
gewone dagtaak, vaak nachten vergeefs
offeren om smokkelarijen te achterhalen, is
iets wat. het groote publiek, dat vooral te
vaak dtenkt, dat deze menschen met niets te
doen van de staatsruif leven, niet voldoende
weet.
De inspeeteur en de adujnct-inspecteur die
de nachtelijke tochten ten voile mede maakten,
gaven hun mannei. een schitterend voorbeeld
van plichtsbetracliting.
Ongetwijfeld zal dte regeering voor de lage-
re beambten een som beschikbaar stellen voor
een douceurtje dat ze wel verdiend hebben. al
was het maar voor vernieuwing van hun
kleeren, die veel hebben geleden.
tiemengd Nienws
VAN EEN AUTO IN EEN SLOOT
EN DAARNA IN DE DOOS.
Dinsdagmiddag ging te Haarlem de aanne-
mer S. met zija auto de Zanderijen te Ben-
nebroek controleeren. Teen hij zijn wagen een
oogenblik onbeheerd had laten staan om naar
zijn arbeiders te gaan, bemerkte hij dat twee
jonge mannen in den auto stapten en wegre-
uen. De eigenaar zette een achtervolging in,
geholpen door de arbeiders. Doordat de weg
opengetjroken was, konden dte dieven niet
verder, zij wilden temgkeeren, maar konden
den wagen niet meer in beweging krijgen. Zij
namen die vlucht en holden over weilanden in
dte richting van de Leidsche Vaart. Ten einde
raad sprongen de jongens in de Leidsche
Vaart. Zij werden, toen zij weer op den kant
wilden kruipen, door den heer S. gegrepen.
Het waren de 18-jarige v. B. en de 17-jarig?
v. d. B. Zij werden te Overveen in arrest ge-
steld en aan de Haarlemsche Justitie overge-
leverdl
GEVAARLIJK GEVAL.
Gisterochtend werd de politie te Amster
dam gewaarschuwd dat de top van den gevel
van het gebouw hoek O. Z. Achterburgwal
en Rusland dreigde naar beneden te komen.
De politie achtte na enderzoek gevaar aanwe-
zig; zij zette de gracht voor het rijverkeer af
en waarsc.huwde de brandweer. Deze heeft
toen een paar groote versieringsstukken van
den top van den gevel, die uit 1673 dateert,
weggenomen. De geheele gevel en het dak
zijn zer bouwvallig. Bouw- en woningtoe-
zict heeft een nader endterzoek ingesteld. De
bovenverdiepingen zijn reeds geruimen tijd
onbewoond.
SCHAPEN ALS DIJKMEESTERS
Uit Reiderwolderpolder wordt aan de Telg.
gemeld:
De Provinciate Waterstaat in Groningen
acht het wenschelijk, dat de nieuwe zeedijk
van den Caret Coenraadpolder wordt geweid
met schapen en hebben daarorn Gedeputeerde
Staten in dien geest eene aanschrijving ge-
richtgian de eigenaren. Thans zijn reeds meer
dan u)00Q lammeren en schapen aangekocht,
waarvan door de gemeente Groningen onge-
veer 450 stuks en zullen nog beduidend meer
dieren bij den dijk worden geweid. De ge
meente Groningen heeft haren dijk afgeschei-
den; ook de eigenaren van den Johannes kerk-
hovenpolder hebben eene scheiding op den
bloed van lord Stanhope van Harrington in
zijn aderen. Zijn vader is een neef van de
Stanley's en hij is opperschout van Cheshire.
Zijn grootvadter was op het slagveld tot rid-
der geslagen."
„Dan zal," vervolgt de Koningin, „ook hij
tot ridder geslagen worden!" En met vaardi-
ge hand geeft zij hem den ridderslag, waama
zij tot hem zegt:'„Sta op, Sir Guy Chester!"
Maar sir Guy staat niet op zonder eerst
hulde bewezen te hebben aan de schoone
hand, die hem zooeven tot ridder heeft gesla
gen en hij doet dat op een wijze die de konin
gin het bloed naar de wangen stuwt en haar
doet uitroepen: „Dat Spaansche deerntje
heeft hem vast en zeker een nieuwe manier
van handkus geleerd."
Nadat de jonge man weder opgestaan is,
reikt zij hem zijn zwaard toe, het bij de punt
vasthoudend, zoodat hij het bij het gevest kan
aangrijpen en zegt: „gebruik dit als ridder
gelijk ge het vroeger gebruikte tot schrik en
ontzetting van de vijanden van Engeland,
vooral tegen Alva, spaar hem niet terwille
van zijn dochter."
„Neen", antwoordt Guy, „vast niet, want
elke slag, dien ik den vader toebreng, voert
me dichter tot de dochter."
„MaaT m'n lieve menschen!" roept de ko
ningin lachend uit, „wat denkt die jonge wind-
buil van een Chester uit te voeren met de
dochter van een Spaansche hertog?"
„Haar trouwen, met Gods wil en oorlof
.van uwe majesteit," antwoordt Guy, en hij
0
N.V. vh. Herms.Coster&Zn.
0 Voordam C 9 - Alkmaar. m
dijk geplaatst, doen de overige eigenai® koo-
pen en weiden de .dieren voor gemeenschap-
pelijke rekening en hebben dus geene schut-
tingen ter afscheiding hunner eigendommen
geplaatst.
Sommige eigenaren waren voornemens, de
eejste snede gras te verkoopen en daarna.
wolvee aan te koopen, doch kunnen nu aan'
dit voornemen geen gevolg geven.
De buitenzijde van den dijk werd indertijd
belegd met zoden, de binnenzijde bezaaid met
gras- en klaverzaad. De dieren worden aan
gekocht in hoofdzaak om den dijk te trappen.
LANDBOUW.
Vrijdag is te Leeuwarden een algemeene
vergadering gehouden van de Friesche
Maatschappij van Landbouw, onder leiding
van den heer J. Wuite Jzn. te Huizum.
De Friesche Maatschappij van Landbouw is
tegen het verbindend verklaren van het collec-
tief arbeidscontract. Besloten is in 1927 een
provinciate landbouwtentoonstelling te orga-
nisecren. Gerekend wordt op pl.m. 100.000
om alle kosten te dekken. Ir. Joustra sprak
over de kans van uitvoer van paarden naar
Duitschland.
DR. C. A. M. VAN WAYENBURG
Na een kortstondige ongesteldheid is te
Amsterdam op 63-jarigen leeftijd, overleden
de bekende medicus dr. C. A. M. van Wayen-
burg.
De correspondent van de N. R. Ct. schrijft
over den overledene:
Dr. van Wayenburg is een zeer bijzondere
i persoonlijkheid geweest. Als een wervelwind
van enthousiasme is hij door dit leven ge
gaan, voortbewogen door zijn goede, nobele
hart, dat zijn sterke motor is geweest, ey ge-
leid door zijn levendigen geest.
Hij was zeer veelzijdig. In de eerste plaats
bewoog hij zich po neurologisch gebteti en
speciaal op dat van de kinderpsychologle.
Voor dit studievak was hij ook privaat-docent
aan de universiteit van Amsterdam. De laat
ste jaren kwam hij tot practisch resultaat in
het psycho-technisch laboratorium van den
geneeskundigen- en gezondheidsdienst, in-
gericht om de gemeenteambtenaren te keuren
voor hunne aanstelling, en daardoor vaak zij-
ne zorgen uitstreki<end over jeugdige werk-
krachten. In dit opzicht werkte hij samen
met het gemeentelijk bureau voor beroeps-
keuze bij het onderzoek van de vraag wat er
van kinderen te maken was, naar hunne nei-,
gingen en capaciteiten.
Een tweede terrein waarop dr. van Wayen-
tiiVi
kii.
vertrekt met lord Burleigh, de koningin recht
ingenomen achterlatend met haar nieuwen
ridder.
Maar hoewel Chester de man is aan wien
zij haar leven te danken heeft, betracht de
koningin, hoe voortreffelijk zij ook het land
moge besturen, een wonderlijke zuinigheid
daarbij, en hoe Guy er ook om moge vragen,
worden hem de middelen onthouden om zijn
schip weer op te knappen en de bemanning
te betalen. Daar hij echter niets liever ver-
langt dan om zoo spoedig mogelijk weer naar
de Nederlanden terug te keeren, gebruikt hij
de honderd dubloemen, het geschenk van zijn
aangebedene, om zijn schip weer zeewaardig
te maken voor den strijd tegen haar vader.
De helft ervan besteedt hij aan de verfraaiing
van de hutten van „Het Meisje van Dover,"
en de kajuit laat hij zoo mooi betimmeren en
meubileeren, dat Harry Dalton, zijn eerste
liutenant, uitroept: „Bij alle mooie meisjes
van Plymouth, je zou gaan gelooven, dat hij
van plan is er een huwelijksreis mede te gaan
maken!"
Doch trots die honderd dubloenen is Ches
ter al ras ontbloot van de noodige middelen
om levensmiddelen in 1c slaan en zijn schip
geheel zeilklaar te maken, en hij begeeft zich
van Sandwich naar Londen om voor het
laatst nog een poging^e doen om van zijn al
te zuinige vorstin het noodige geld los te krij
gen.
Wordt vervolgd. 1
ji] u meestaJ een niet
ij bedoelde bergpteata
voor drnkurerk, dat
men aao r*n Idanten
doet toekomcn.
Ooed altgevoerd zal
bet niet too gauw
weggedaan worden,
als drukwerk, dat
een slecbt verzocg-
den. elordlgen In
druk maakt.
Over de resultaten
ran aw tankondi-
gingen. prospect!,
en al aw orerige
drukwerken. zalt ge
tevredeo zijn. wan
neer gl) ze laat ge-
reed maken hii de: