Bamrnbriek.
M"m m
wjgrw
OS
In Egypte
KING-Pepermnnt
j m
mmm m m
m SB M
i: !lH-
In en om de hoofdstad.
Londensch aantee&enboek.
RAADSELHOEKJE.
h2h3' d5—d4. 76. Pd2—e4 h5Xg4, 27.
h3Xg4 Kg8—f8, 28. Tal— dl Ta8—a7, 29.
Pe4—g6 R:h7—gS, 30. Tal—d3 Ta7—d7,
31. c3X<J4 Td7Xd4, 32. Td3Xd4 Td8Xd4,
33. Tel—cl Po6e7, 34. Tel—c7 Td4Xg4,
35. Tc7Va7 Pe7XI5, 35. Pg5Xf7 Pf5—
g3f, 37. Khl—h2 Rg8Xf7, 38. Ta7Xf7f
•Kf8e8, 39. Tf7—a7 Pg3— flf, 40. Kh2—
h3 Tg4—igl, 41. Kh3-4i4 (Er dreigde g5
en daaraa mat door Tg3), Pfld2, 42.
\£b3—d5 Tglbl,- 43. b2—b3 Tbl—b2 44.
jTa7Xa6 Kc8e7, 45. Kh4—g5. Remise
kende men reeds vanaf de ondste
tijden de gunstige working van de
pepermantolie, op de spijsverte-
ring, zoodat men de pepermunt-
planten als een enltuurgewas ver-
boawde. Daar de
bereid is ait dezelfde origineele
pepermuntolie, mist ze den sterken
smaak van de later ontdekte kunst-
middelen en heeft ze eveneens een
gunstige working op de zpjjsver-
termg. De smaak en gear van King-
pepermunt zijn niet te evenaren.
Vraagt Uwen winkelier eenseen
ons van deze pepermunt a 20 cent
per ons en U zult het ook erkennen.
Engres
I. r. VAN LIESHOCT, Alkmaar.
G. KBIPEB, Alkmaar.
Aam de Dammersl
To onze vorige rubriek g-aven wij ier op
lossing probleem No. 921 van J. Bourquin
Stand.
Zw. 13 sch. op: 7, 8, 10, 12, 13, 14, 16/20,
22, 25.
W. 13 sch. op: 27/31, 33, 34, 37, 38, 3^
41, 43, 46.
Oplossing.
1. 27—21 1. 16 47
2. 46—41 2. 47 36
3. 37—31 3. 36 27
;4. 29—23 4. 18 40
5. 39—34 5. 40 29
6. 33 4 6. 22 42
7. 4 48 7. 25 34
8. 43—39 8. 34 43
9. 48 33!
Er blijft nu een witte dam over op 33 met
twee zwarte schijven op 12 en 14. Zwart is
gedwongen tot 1218 of 1419.
A. op 12—18 volgt 33—15, 18—22. 15—4,
22—28, 4—15, 28—32, 15—42, 14—19, 42—
15, 19—23 (anders wit 15—10), 15—20,
2328, 2042 en wint.
B. op 14—19 volgt 33—20, 12—17, 20—3,
17—22, 3—9. 22—28, 9—20, 28—32, 20—42,
19_23, 42—20 en 20—42 of 20—14 al naar
zwart 2328 of 3237 speelt.
Dit eindspel moet met het uiterste beleid
warden gespeeld, daar de minste fout remise
geeft.
De volgende aardige, eenvoudige positie is
ontworpen door den heer Gortmans.
1
W. 12 sch op: 27, 78. 29, 32, 33, 35, 37,
38, 42, 44, 47, 48.
Voor de vacantiedagen een mooie zware
opgave.
In onze volgende rubriek geven wij de op
lossing.
CORRESPONDENTS.
P. K. te d. H. Hartdijk dank voor uw
schrijvem d.d. 15 Juli.
CLXIII.
's Zomers naar Amsterdam. Om de hoofd
stad.
In de hoofdstad is het op het oogenblik,
dat ik deze sdirijf, volgens vele Amsterdam-
mers „niet om te harden". Langs de belom-
merde grachten moge het nog uit te houden
I Zw. 6 sch. op: 8, 16, 18, 19, 22, 23.
W. 6 sch. op: 21, 27, 31, 32, 33, 36.
Wit speelt eerst 3328. Zwart slaat 22 33.
Dan vervolgt wit met 3228. Zwart kan nu
op twee manieren slaan. 23 32 is de
slechtste. want dan wint wit met 27 29 en
31 2. Zwart slaat dus niet 23 32 maar
33 22. Nu speelt wit eerst 2117 (Zw.
22 11) en dan 2721 (Zw. 16 27) en
31 2.
Schitterend van ontleding is de volgende
fantasie van den heer Kleute.
Zw. 11 sch op: 3, 7, 8, 12, 13, 14, 17, 19,
24, 27, 45 en dam op 4.
W. 11 sch. op: 23, 28, 30, 33, 34, 36, 38,
39, 40, 44, 50.
Wit speelt:
U. 34—29 -1. 45 32 (drie sch.)
2. 29:18 2. 4 22
>*3. 23:14 3. 32 23
4. 36—31 4. 22 9
5. 31 4!
Ter oplossing voor deze week:
Probleem 922 van P. Kleute Jr.,
Den Haag.
Zw. 11 sch. op: 9, 10, 11, 16, 17, 18, 20,
21, 24, 30, 36 en dam op 46.
zijn onaer de eindeujk verkregen zomerhitte,
in de straten en op de open pleinen, waar
men de schaduw mist, puffen mijn stadge-
nooten; zijn soms zelfs ondankbaar genoeg
de zon te verwenschen, naar wier kracht zij
eerst weken lang gesmacht hadden, en zij
benijden in elk geval degenen, die zoo geluk-
kig zijn thans voor langer of korter tijd de
stad te kunnen verlaten. Met het wintersei-
zoen en al datgene wat dit medebrengt is
het voorloopig gedaan; nog enkcle schouw-
burgen pogen menschen te trekken, mitsga-
ders de bioscopen, maar voor't overige is het
„niets gedaan en zal het September ziin
voor „alles weder in voile werking komt
naar oude traditie, want jaren her was het
in die maand dat met de Amsterdamsche ker
mis zaliger of onzaliger gedachtenis, zoo-
als ge het nemen wilt dat de vermokelijk-
heden zich inzetten.
Thans, in het voile zomerseizoen, trekken
de Amsterdammers de stad uit, als ze er
maar even gelegenheid toe kunnen vinden en
schijnt het onbegrijpelijk, dat er nog men
schen zijn, die juist nu naar de hoofdstad ko-
men om er het bezienswaardige te komen
zien. Niet alleen vreemdelingen uit andere
landen, doch ook landgenooten. Ik heb er
juist deze dagen een paar ontmoet, die mij
vertelden, dat zij een deel hunner vacantie te
Amsterdam gingen doorbrengen en op mijn
bemerking, „dat een bezoek aan de warme
stad nu juist niet aanbevelenswaard scheen",
antwoordden, „dat ze van de vacantie ge-
bruik wilden maken om juist nu eens te gaan
zien, hetgeen ze anders zoo moeilijk te zien
zouden krijgen, aangezien ze buiten den va-
cantietijd geen gelegenheid konden vinden
eenige dagen in de hoofdstad te toeven", en
ze deden mij allerlei vragen omtrent hotels
en pensions; omtrent het tramverkeer; over
de nieuwe stadsgedeelten, die ze ook wel eens
wilden zien en ik gaf hun gaarne de inlich-
tingen, die ik vroeger reeds aan de lezers van
dit blad omtrent ons Amsterdam gaf. Maar
ze wilden nog meer weten; ze wilden nu
van de gelegenheid gebruik maken om behal-
ve Artis en Rijksmuseum, die natuurlijk op
■het programma van elkeen, die onze stad
„goed komt doen" en niet binnen een paar
uur tijds op z'n Amerikaansch, ook andere
musea te gaan bezichtigen welke waren er
nog meer?
Natuurlijk, ik had grooten eerbied voor
landgenooten, die, alle warmte ten spijt, niet
zouden schromen de stad zoo goed mogelijk
te verkennen en gaf hun enkele wenken en
het bleek me, dat zij eigenlijk nooit geweten
hadden, dat hier naast het Rijksmuseum nog
wel meer te bezoeken valt. En aangezien het
mogelijk is, dat er meerderen zijn, dan dege
nen, die mij van hun plannen verwittigden,
die hun vacantie dienstbaar willen maken aan
een bezoek aan Amsterdam, wil ik dus even
aanteekenen, dat nevens het Rijksmuseum
met de Drucker-verzameling in den nieuwen
vleugel van dit gebouw, ingang Hobbema-
straat dat nog zoo dikwerf door landge
nooten overgeslagen wordt, wat zeer jammer
is ook bestaat het Stedelijk Museum, met
de kostbare verzamelingen modeme schilder-
kunst en nog veel meer dat belangrijk is
daamevens, maar dat er bovendien nog vele
andere merkwaardige verzamelingen bestaan.
Allereerst natuurlijk te noemen het Rem-
brandthuis in de Jodenbreestraat, zooveel in-
teressants bevattende omtrent den schilder,
die dit huis tusschen 1639 en 1658 heeft be-
woond, en dan verder het Museum Fodor,
Keizersgracht 609, en het Museum Willet
Holthuysen, Heerengracht 605, die beide
schatten bevatten op kunstgebied van velerlei
aard, en die maar al te vaak door hen, die
Amsterdam bezoeken, „verwaarloosd" wor-
den. En daarmede is zelfs nog niet alles ge-
zegd; we hebben daamevens nog de, in de
eerste plaats zeker belangwekkena voor ka-
tholieke landgenooten, de verzameling van de
stichting „Amstelkring", O. Z. Voorburgwal
40, in een stadskwartier, waar menigeen geen
museum zoeken zou; het „Nederl. Historisch
Scheepvaart-Museum" in de Lairessestraat
vooral niet weg te laten van een program
ma tot bezichtigen der hoofdstad en ver
der, wel niet belangwekkend misschien voor
iedereen, doch zeker toch wel voor velen, het
„Persmuseum" op de N. Z. Kolk, in het ty-
pisch eeuwenoude Korenmetersgilde-huisje
en het „Veiligheidsmuseum", Hobbemastraat
22, hetwelk in onzen tijd vooral, nu zoowai
iedereen telkens aan de gevaren van onze
moderne uitvindingen bloot staat, een bezoek
overwaard is. Ik meende goed te doen van
een en ander even melding te maken, omdat
al deze inrichtingen, die zoo leerrijk en in ta
van opzichten belangrijk zijn, niet mogen
ontgaan aan dengene, dien het er werkelijk
om te doen is in den vacantie-tijd Amster
dam eens goed te leeren kennen, om dan,
wanneer de tijd het hem nog toelaat, ook oro
de hoofdstad te gaan kijken.
Niet in de onmiddellijke omgeving, wan
datgene, dat in vroeger jaren het „om de
hoofdstad schoone" uitmaakte is nagenoeg
allemaal verdwenen. De Watergraafsmeer
met de buitentuinen vrijwel vol gebouwd; de
Amstelveensche weg van het mooie van wel-
eer beroofd; de Amsteldijk voor een heel
groot gedeelte bebouwd; de sla-tuintjes bui
ten den Overtoom, die het zoo wat het langst
hebben „uitgehouden", verdwenen neen,
natuur hebben we niet dichtbij; we kunnen
zelfs niet, wat zo'ovele provincie-stedenbewo-
ners wel kunnen doen, een „Singeltje" pak-
ken, want wat er van onze oude singels over
is in den vorm van Stadhouders- en Nassau-
kaden heeft met de mooie stadssingels van
vele provincie-seden niets, niemendal gemeen.
't Zijn geasphalteerde breede verkeerswegen
met huizenriien, eindelooze huizenrijen aan
weerskanten van het water; m66ie verkeers
wegen in hun moderne soort, maar geen sin-
gels, zooals uw aardige provincie-stad ze
nog kent houdt ze in eere!
Dies zoeken Amsterdammers, die buiten de
loofdstad willen gaan, het elders. Te Haar-
em, nog meer in deze dagen te Zandvoort,
dat ze soms heel trotsch ,.de badplaats van
Amsterdam" noemen, vooral gaarne tegen-
over de Hagenaars, alsof ze wilden zeggen:
„Wij hebben 66k een „Scheveningen", waar-
over de Hagenaar dan glimlacht, spottend
glimlacht, en niet ten onrechte, want het is
wel wat hi te aanmatigend van Zandvoort
te spreken als van dfc Amsterdamsche bad
plaats.
Dht zouden we moeten kunnen doen van
IJmuiden, hetwelk dan toch in elk geval on
ze feitelijke zeehaven is en dat al lang ook
onze badplaats geweest had kunnen zijn als
men al jaren geleden zoo ondememend was
geweest om op z'n Amerikaansch een
directe, flinke verbinding tusschen hoofdstad
en voorhaven te maken. Tat is schromelijk
verzuimd; we kunnen IJmuiden bereiken met
een stoomboot, wat voor 'n keer erg aardig
is, maar toch te lang van duur, 6f met den
trein langs een omweg, dien niemand gaarne
maakt; wie gaat er, om te beginnen, in tro-
pische hitte voor zijn pleizier naar ons Cen-
traal-Station met al zijn ondergrondsche
doolhoven? Eerlang bestaat ons Noordzee-
kanaal vijftig jaar en daarmede ook onze
zeehaven IJmuiden en t6eh zijn wij in die
verloopen halve eeuw eigenlijk geen stap na-
der gekomen, terwijl het al sedert jaren en
jaren een Amsterdamsche zee-badplaats ge
weest had moeten zijn wie weet in de vol
gende halve eeuw!
Dies moet se ,,6m de hoofdstad", naar het
onvolprezen Gooi, waarvan de Amsterdam-
mer langzamerhand gaat spreken als van
„zijn tuin", vooral sedert den tijd toen de
plannen opgedoken zijn om onder de auspi-
cien van wethouder De Miranda een tuinstad
tusschen Bussum en Hilversum te stichten.
De goede Gooilanders hebben hun hart vast-
gehouden toen ze van die plannen vemamen;
van zulk een hoofdstad-intocht moesten ze
als iets blijvends niets hebben, waar ze schoon
gelijk in hadden, en al duikt het idee van
zoo'n tuinstad af en toe weer op, ik geloof
niet, dat het zoo spoedig verwezenlijkt zal
worden, indien het ooit voor verwezenlijking
vatbaar zou ziin. Maar overigens zijn in
Gooiland die Amsterdammers als Zondags-
menschen of als vacantiemenschen zeer wel-
kom, vooral voor de kleine neringdoenden
langs de buitenwegen. De groote intocht op
een mooien zomerdag, zooals de vorige Zon'
dag er een was, is steeds door de „toegangS'
deur", te Bussum, en bij honderden en nog
eens honderden heb ik hen uit de Amster
damsche treinen zien komen. Gelukkig, dat de
meesten dadelijk den kant uittrokken van de
Hilversumsche heide of de Craailosche bos-
schen en niet behoefden te gaan naar het
nieuwe in aanbouw zijnde station, hetwelk
men misschien over enkele weken in gebruik
zal nemen, want ik ben overtuigd, dat ze
daarvan geen grootsch denkbeeld zouden
hebben gekregen. 't Is geweldig groot opge-
zet, op den voortdurenaen groei van Bus-
sum berekend, maar juist omdat zulks het
geval is en men dus wel jaren en jaren van
dit gebouw zal moeten profiteeren, had men
iets fraaiers mogen verwachten dan een ge-
weldigen kubus-steenklomp met twee lange
loodsen, aan iederen kant een; al zal de in-
wendige „hall" voor het kaartjes-nemen n6g
zoo mooi afgewerkt zijn, het uitwendige zal
even onsierlijk blijven.
Doch dat hindert vermoedelijk die hoofd-
stedelingen, die hun Gooischen tuin thans
komen bezoeken, zoo erg niet, evenmin als zij
er zich veel van aantrekken, dat in dit deel
van het land, waarbij Amsterdam zulk groot
belang heeft, de strijd over de saihenvoeging
van de drie aangrenzende gemeenten Bus-
sum, Naarden en Huizen opnieuw is ont-
brand. Het schijnt, dat Naarden en Bussum
ten slotte op die samenvoeging niet erg ge-
steld zullen zijn, aangezien ze dan door den
derde in het gezelschap, Huizen, dat finan-
rieel lang niet in schitterende positie ver-
keert, op hooge belastingen gejaagd zouden
worden. Wat er van deze zaak terecht zal ko
men, is echter nog niet te voorzien, maar in
elk geval is het van beteekenis voor Amster
dam, omdat deze stad bij Gooische toestan-
den, die het behoud van mooie natuur waar-
borgen, het allergrootste belang heeft.
Hilversum, hoewel veel grooter gemeente
dan Bussum, heeft niet dien grooten trek van
dagjes-menschen als Bussum, omdat het, met
name aan den kant van het spoorwegstation,
te veel stad geworden is en de mooiste gedeel-
ten van die gemeente, het Spanderswoud en
omgeving, gemakkelijker van Bussum uit,
dan van Hilversum uit worden bereikt
Baam heeft natuurlijk ook een aandeel in
het bezoek der Amsterdammers, maar zeker
niet in verhouding van de schoonheid der zoo
bekende bosschen dier gemeente. Het is we"
een eigenaardig feit, dat men het noodig acht
voor de natuur daar een stevige propaganda
te beginnen; de plaats heeft in de latere ja
ren met meer dien grooten trek van Amster
dammers, die een of meer dagen naar buiten
gaan, als vroeger het geval was, vermoedelijk
omdat men van Bussum uit alle mooie gedeel-
ten van Gooiland zoo gemakkelijk kan berei
ken.
En hoe meer Amsterdam zich in alle rich-
tingen uitbreidt; hoe meer het beetje „bui-
ten", dat de stad nog op korten afstand be-
zit, verdwijnt, des te sterker zal des zomers
die trek mijner stadgenooten naar „hun groo
ten tuin" in het Gooi toenemen. Elken zomer
kan men dit weder meer opmerken.
SINI SANA.
De zegetocht van de „flat".
De „flat" gaat in London nog steeds voor:
op woninggebied veroveringen te maken. Er
zijn al.lang plannen in voorbereiding om
krotwoningen in achterbuurten op te rui-
men met het doel er hooge blokken „flats"
voor in de plaats te zetten. Met die plannen
vordert men echter niet. Er is veel t-egen-
stand, zoowel van de zijde der menschen,
voor wie de maatregelen zijn bestemd als
van de zijde van hygienisten en maatschappe-
lijlke hervormers, die vreezen, dat zfillke
,,flats" op den duur even onhoudbare wo-
ningtoestanden zouden scheppen als die,
waaraan men een einde wil maken. dat krot-
ten in de hoogte in plaats van in He lengte
en breedte geen verbetering beteekenen. De
critici gaan uit van de veronderstelling, dat
de mindere man, met zijn vaak groot gezin,
zijn „flat" niet proper en zindelijk zal hou
den en dat de hooge blokken nesten van* on-
gezond en zonloos bestaan zouden worden.
Scbiet men dus niet op met „flats" voor den
minderen man, die voor den gemiddelden
burger en voor nog beter gesilueerde klassen
nemen zeer in aantal toe. Het meest opzich-
tige .,flat land" van Londen is Sf. Johns
Wood, een district even ten noorden van het
stadscentrum, waar o.a. onze Alma Tadema
leeft gewoond en waar het meest vermaarde
cricket-veld (Lord's Cricket Ground) van En-
geland iigt. Dat cricketveld is tegenwoordig
voor de helft omgeven door torenhooge ge-
>ouwen, die elk een dorp aan menschen her-
bergen. Wanneer e: een groote cricketwed-
striid plaats heeft, verhuizen de dorpen naar
de ruime, piaffe daken om vandaar van het
sportschouwspel te genieten. St. John s Vi ood
is er door den bouw dier reusachtige „flat -
blokken niet op vooruit gegaan. De architec-
tuur der gebouwen is kortweg leelijk, de zon-
looze gangen, waaraan de ..flats" liggen doen
catacombisch aan. en de flats zelf zijn in den
zomer broeikassen en in den winter holen der
duisternis. Voor wie van lucht en ruimte en
beweging houdt is het in die huigen geen
leven' Uit den tijd, toen ik nog telkens hier op
jachbging naar een geschikte woning, heb ik
belangsteliling overgehouden voor de bijen-
korf-manier van samenleven, die is uitgedrukt
in het woord „flat". Mijn ervaring is, dat de
nadeelen aan het stelsel verbonden, enorm
zijn. Zeer in het algemeen uitgedrukt zijn zij,
dat de nadeelen van het stadsleven tegenover
het buitemleven wordei. vervier- of vervijf-
voudigd wanneer de stad een ,,flat"-sta<i
wordt. De stad moet eens zijn geboren uit
de behoefte aan gemak. In de stad is nu de
„flat" geboren uit behoefte naar nog meer
gemak Het gemak dient den mensch echter,
in tegenstelling met het spreekwoord, slecht.
De nadeelen van het ..flat"-stelsel zijn alleen
op te heffen door het in blister uit te voeren;
dat omvat in de eerste plaats veel ruimte, in
de tweede plaats de beste bouwmaterialen,
zoowel voor het gebouw als geheel als voor
de binnenhuizige inrichting, in de derde
plaats een' ligging, die licht en lucht toelaat
uit alle wind'streken. Het spreekt vanzelf,
dat wonen in „flats" onder de laatstgenoem-
de omstandigheden veel duurder wordt dan
in een beneden- of bovenwoning, hoe mooi
ook, of zelfs is een degelijk heel huis. In
Londen heeft men historische woonhuizen, die
het karakter van monumentale kasteelen_had
den, gesloopt om er dure „flats" voor in de
plaats te zetten. Het eerste huis van dien
aard, dat ten offer viel aan de overwinnende
„flats" waj, Devonshire House. De stad heeft
door 'f verlies van dit „house" niet veel ver-
loren; het was kazerneachtig van aai.blik en
stond in Piccadilly, juist tegenover de ruimte,
waar de gebouwen aan den anderen kant ein-
digen en waar het Green Park beginb Het
„Flat"-gebouw, dat er nu op de „finishng
touch" na gereed is, is ontworpen door een
Amerikaansch architect. (De Amerikanen zijn
veel verder op den weg naar ,,flat"-perfectie
dan de Europeanen). Indien gij 300.000 kunt
missen, kunt ge in het nieuwe Devonshire
House een „flat" koopen van veertien of zes-
tien kamers, „van alle gemakken voorzien" op
een wijze, die Engeland tot nu toe geheel
vreemd is geweest, maar die gewoon is voor
Amerikaansche multi-millionairs. Er zijn
zeven verdiepingen in het huis en in het ge
heel 63 ..flats". Die .flats" zijn niet te huur
maar te koop, zooals een gewoon huis. De
goedkoopste „flat", met drie kamers, keuken
en badkamer, kost er f 55.000. Koopen in den
volstrekten zin van het woord doet men die
..flats" eigenlijik nog niet eens; want ze zijn
beschikbaar op 99-jarige erfpacht, hetgeen
wil zeggen, dat men het recht van bezit kan
koopen- voor een peri ode van 99 jaar; daarna
komt bij de bestaande eigendomswetten van
het land het gebouw aan den eigenaar van
den grand. Dit „flat"-gebouw heeft geen cen
tral diensten in welk geval men van service
flats" (dienst-flats) zou spreken. De bewoners
zorgen ieder voor hun eigen huishoudelijke
diensten. Er is echter een groot restaurant op
den beganen grond-, dat mmiddels ook toe-
gankelijk is voar het publiek van buiten. De
badkamers der ..flats" zijn van vloer tot pla
fond met marmer bekleed. De keukens hebben
natuurlijk alle moderne uitrusting, die het
huishoudelijk werk helpt vergemakkelijken en
o.a. vrieskamertjes. Een ander beroemd oud
huis, Grosvenor House, eens wel bekend om
zijn prachtige schilderijencolectie, vroeger
ei-gendom van den Herfog van Westminster,
later van den zeepkoning, wijlen Lord Lever-
hulime, zal een zelfde lot ondergaan.
Het verkeersprobleem.
Elken Maandag bevatten de dagbladen lijs-
ten ongelukken .veroorzaakt door het motor-
verkeer van Zaterdag en Zondag, wanneer
zoovelen er met motorfiets en automobiel op
uit trekken voor „week ending". Wij zijn zoo
zeer gewoon geraakt aan die ongelujcslijsten,
dat zij niet veel indiru-k meer maken, tenzij het
aantal ongelukken onrusfbarend groeit, zoo
als deze week het geval was, toen er zeven
dooden en meer dan twinfig zwaargewonden
waren, een ontzettenden oogst voor een dag
van „Week End"-ver-keer. Men -kan er nog een
groot aantal kleine ongelukken aan toevoe-
gen, die de pers de vermelding niet meer
waard acht. In het algemeen is motorverkeer
gevaarlij-ker dan ander verkeer, omdat het
veel sneller is. Maar in dit land hoort men
snelheidsbeperking als m-iddel *egen het
kwaad weinig aanprijzen. De moderne men
schen hebben een zekeren hartstocht voor
snelheid, van allerlei aard, in allerlei richtin-
gen. Zulke -driften- laten zich niet licht onder-
drukken en in plaats van maatregelen tot on-
derdru-kking zoekt men hier liever naar mid-
delen de dlriften te spuien, m.a.w. men vraagt
om meer ruimte en meer wegen voor de
motor-menschen. De afgeloopen jaren is het
wegennet van Engeland reedls beter dan
het gemiddelde op het Vasteland nog aan-
zien-lijk verbeterd: maar de veiligheid is er
niet veel beter op geworden. De mooie,
glad-de wegen vergemakkelijken snel rijden en
sporen er zelfs toe aan, zoodat zij- eerder het
gevaar doen toenemen dan afnemen. Het aan-
aantal automobielen neemt met duizend per
week toe en de aan-leg van nieuwe wegen kan
moeilijk gelijken tred houden met deze ver-
meerdering. De bestaande wegen zijn veel te
diruk, dat is duddelijk, Het is niet duidelijk, hoe
let probleem, dat dit verkeer heeft gesteM
can worden opgelost, hoe de outstellende 1 lis
ten in de pers kunnen worden verkort (om
niet alles te verlangen). Men heeft hier jaren
lang veldtochten gehouden, met allerlei mid-
delen, om rijders voorzichtig rijden en voet-
gangers voorzichtig loopen in te prenten. Het
leeft niets uitge.haald. Het motorverkeer
schijnt een onvermijdelijk nieuw gevaar aan
d-e risico's van het leven te hebben toege-
voegd.
Staafsradio.
Men zal weten, dat de Britsche regeering
lesloten heeft van den Draadloozen OmrOep
een staatszaak te maken. Nu is deze Omroep
nog het w-erk van een half-particuliere on-
derneming. Maar tegen het einde van het jaar
neemt de regeering het over. De beslissing
is van groot belang en zij heeft haar voor- en
nadeelen. Het groote voordeel is, dat dif
goed-koope er. wijd verbreide middel tot ver-
spreiding van gedachten en kunst nu geheel
on vatbaar zal zijn voor de verleiding zich te
voegen naar den vulgairen openbaren smaak,
zooals zooveel dagbladen dat hier hebben
gedaan. Men mag ze-ker niet zeggen, dat de
maatschappij, die tot nu toe den Britschen
radio-omroep heeft gedaan, gemakkelijk is
gezwicht voor de stormen van critiek, die ten
doel hadden de nrogramma's alledaagschet
en platter te maken. Over het algemeen heeft
zij het land en alien, die buiten't land wil
den 1-uisteren draadloos vermaak ver-
schaft, dat in kunstzin-nige en opvoedende
verdien-ste niet tekort schoot. Maar de on-
pa-rtiidigh-eid van een staatsdienst en de bron-
nen, waarover een staat beschikt, kun-nen in
dat opzicht meer doen dan de beste parti-
culiere maatschappij. De politiek is tot nu toe
hier buiten de radio-omroep gehouden. Het
voornemen van de regeering is ook dien tak
van menschelijke bedrijvigheid in de radio-
programma's op te nemen, Daar kan geen
bezwaar tegen zijn, vooropgesteld dat men
er de strikste onpartijd-igheid bij in acht
neemt, dgt dus elk der politie-ke partijen haar
eerlijk deel aan radio-reclame krijgt Dit zijn
eenige van de voordeelen. Het nadeel
even-tueel is dat men den staat, door hern
den Omroep toe te vertrouwen, een wapen
van enorm-e kracht in de hand geeft, te verge-
lijken alleen met de pers zelv-e. De staat is
ook evenmin ongevoelig voor verleiding als
het individu. Men kan zich oogenblikken van
nati-onale crisissen voorstellen, waarin de re
geering van dat oogenblik misbrui-k zou kun
nen maken van haar radio-macht en de stem-
men van mind-erheden en oppositie, die recht
hebben te worden gehoord, zou kunnen smo-
ren Het blad, dat de regeering gedurende de
staking uitgaf, is in dat opzicht een waar-
sch-uwinig.
Londen, 19 Juli 1926.
-
Oplossingen der raadsels uit't vorige,
nummer.
Voor grpoteren.
1- F Frankfort.
a r mi
b a a r s
v 1 o n dl e r
Frankfort
h u i f k a r
brood
urn
t
2. Nederland1 ender Napoleon heeft on<Lr*
vonden wat onderdrukking was.
3. Honger is de beste saus. Goes, Dieren,
Garonne, huis, bes, roest. .;j.
4. Ber«, Ber/, berg, berm, berk.
Voor kleineren.
1. Afgesproken. dus: ik haal sriaks de brif-
ven nog. (Aalst.)
Je doet je werk half en kunt het dus
evengoed laten. (Alfen).
Met dezen grooten bal /tun je niet in
de kamer spelen. (Balk).
Annie van To/ is sedert een week niet
op school geweest. (Lisse) en Eie.
2. Amandeltaart.
3. Pa, ra, de; parade.
4. Naar, den; Naarden.
OM OP TE LOS5EN.
Voor grooteren.
1. Op de kruisjeslijn- komt de naam van eea
dorp in den Gelderschen Ach-terhoek.
1° rij een klein gewicht.
X 2° een wateroppervlakte.
X 3° een deel van je ge-
X zicht.
X 4" een metaal.
X 5° een ander woord voor
.X.g schoof.
X 6° een natuurverschijn-
X sel.
7® een ander woord voor
X rekening.
8° een landbouwwerk-
tuig.
9° een drank. U i
10® een getal.
2. Mijn geheel word-t met 9 letters geschre-
ven en noemt een dorp in de prov.
Utrecht.
Een 5, 8, 7, 5 is een deel van een bloem.
Een 1, 3, 6, 9 is een lichaamsdeel.
Eeri 5, 2, 4, 7 is afschaafsel van hout.
5, 3, 4, 7, 6, 9 is een stad in Duitschland.
3. Plaats voor den naam van een Zwitser-
sche rivier een letter en je krijgt een
voegwoord. Zet nu achter dit voeg-
woord een letter en je krijgt een dorp
in de prov. Utrecht.
4. Welke stad in Italie wordt door omzet-
ting der letters een werkwoord, dat
iets aanduidt hetgeen wij alien op
onze beurt doen?
Voor kleineren.
1. Met a ben ik een opening, met ei een
viervoetig dier en met oo loop ik langs
het dak.
2. Mijn geheel wordt met 8 letters geschre-
ven en noemt een stad i-n Overijssel.
Een 3, 4, 6, 7, 8 dient om iets dicht te
rijgen.
Een' 1, 2, 5 is een boom.
3, 4, 2, 5 is een grondsoort.
3. Een wapen uit den ouden tijd.
Ook in des jagers hand ged-ucht,
Neem daa-r de eerste letter af,
Dan hebt gij een heel iekk're vrucht.
Doe nu hetzelfde nog eens weer.
Zoo blijft er staan, ja raadt eens wat!
lets, dat geen geld is en dat toch y
Op prijs gesteld wordt als een schat.
X
t