Alkmaarsche Gourant
Efin speelbal der fortuin.
WANNEER GIJ EEN ZAAK
GAAT BEGINNEN.
Hinderd Acht en Twlntlgsla Jaargang.
Dinsdag 5 October
Brieven nit Ween en.
FEU1LLET0N.
Binnenland
HANDELSDRUKKERIJ
N. V. v.h. HERMS. COSTER ZOON
[jSSSSHHESESSSHHSHES
Ko. 234 1926
de directeur der gemeente-
WERKEN VAN ALKMAAR MAAKT BE-
KEND, DAT DE WATERAFGIFTE AAN
DE STADSTIMMERWERF VOOR SCHIP-
PERS, IN VERBAND MET DE VERBOU-
WING VAN HET BUREAU VAN GE-
MEENTEWERKEN, IS STOPGEZET.
BELANGHEBBENDEN WORDEN ER
OP GEWEZEN, DAT AAN DE FRIESCHE
BRUG GELEGENHEID BESTAAT TOT
het bekomen van drinkwater.
Een feest-Zondag: voorstelling
in de „Spanische Reitschule".
Optocht in Oostenrijksche volks-
drachten. Autorennen op de
Semmering. Premiere der „Een
avond" Faustvoorstelling in het
„Deutsches Volkstheater".
De dit jaar zeer druk bezochte Weensche
Jaarbeurs en voorts congressen van verschil-
fcnden aard, o.a. het Internationale Steden-
ijouw- en Woningcongres, waaraan ongeveer
1100 personen tut verschillende landen deel-
lemen (ook een groot aantal Nederlandsche
afgevaardigden zijn aanwezig), deed Weenen
in den laatsten tijd overstroomen met vreem
delingen, die de stad wel op haar aller-
schoonst mochten zien. Iederen dag stralend-*
zon, geen wolkje aan de lucht, allccn een wat
*rg drukkende landklimaatwarmte, die tus-
jchen de hooge huizen op den duur naar een
frisschen zeewind verlangen deed.
Meer en meer herwint Weenen haar oude
iieteekenis als congresstad: in Ociober ver-
ivacht me hier weer duizenden ter gelegen-
heid van het groot Pan-Europa-congres;
reeds nu werkt men koortsachtig aan de voor-
bereiding onder leiding van den nog jongen
en buitengewoon intelligenten graaf Couden-
hoveCalergi, die de drijvende kracht van
het congres en de ontwerper van de Pan-
Europa-idee is.
Om de vreemdelingen nog wat 1 anger hier
te houden en hun interessante week-end te be-
zorgen, werd op Zondag 12 September door
de Weensche vreemdelingencommissie een
„Fest-Sonntag" georganiseerd, die dan ook
ongemeen belangwekkend geweest is.
Des morgens was er allereerst een uitvoe-
ring in de „Spanische Reitschule", welke
reeds sinds eeuwen ondergebracht is in de
Keizerlijke H of burg, en die men een hooge-
school voor rijkunst en paardendressuur kan
noemen. Wat hier op dit gebied vertoond
wordt is eenig op de geheele wereld. De oud-
Spaansche dressuur der rijpaarden ontwik-
kelde zich in de middeleeuwen en bereikte
omstreeks de 17de haar hoogtepunt.
Hier ziet men de prachtige Lippizaner
schimmels, een oorspronkelijk Spaansch-
Arabisch ras, welke steeds de bespanning
vormden van de in elk opzicht voorbeeldig
uitgeruste keizerlijke hofcarosserieen. Zij
worden nu nog in de Oostenrijksche staats-
stoeterij Piber gefokt en de dressuur ge
schiedt nog op precies dezelfde wijze als voor
300 jaren. De Lippizaner hengsten behoo-
ren tot het meest waardevolle en kostbaarste
ras ter wereld.
De paardendressuur is hier tot een vol-
komen wetenschap uitgegrceid en is niet
meer te vergelijken met de eigenlijk betrekke-
lij'k eenvoudige circusvertooningen. Er wordt
bij dresseurs. berijders als ook bij de paarden
zelf een wel zeer bijzonder talent geeischt;
veelal moeten de dieren 3 tot 5 jaren „stu-
deeren" alvorens zij het hoogste bereikt heb
ben.
Alle figuren als Piaffe, Levade, Courbette,
Croupade, Balotade, Capriole enz. worden
zonder beugel uitgevoerd en men staat een-
voudig versteld wanneer men ziet welk een
macht deze rijders, bijna zonder hoorbaren
roep of merkbaren ruk aan den teugel, over
hun beesten hebben.
Onder de tonen van een blaasquintett of
onder die van een orkest, gevormd door leden
van de „Philharmoniker", komen de paarden
binnen; de rijders in prachtige, kaarsrechte
houding, als uit manner gehouwen, met glim-
mende kaplaarzen, witte broeken, donkere
jassen met gouden knoopen en een steek op
het hoofd, waarmede zij eerbiedig groeten,
wanneer zij de arena binnenrijden.
Eerst stappen, dan draven en galoppee-
ren; voor een leek op dit gebied is net haast
onbegrijpelijk hoe deze meesters hun beesten
In SeHwang hebSen en Hoe zij Hun de steeds
wisselende en de meest ingewikkelde rhyth-
men onmiddelijk doen aanvoelen.
In de opeenvolging der quadrille of wals-
figuren wordt geen enkele fout gemaakt en
van eenigerlei dwang op de paarden uitge-
oefend, merkt men- niets. Den meesten indruk
maakt wel de sprong, waarbij het paard op
de achterbeenen doodstil staand in steiger-
houding, plotseling deze hoog achterwaarts
uitslaat, waardoor bet beest gedurende eeni
ge seconden vrij hoog in de lucht zweeft. Dit
is de moeilijkst denkbare sprong en een kunst-
stuk, dat dan ook eerst na jarenlange, zorg-
vuldige voorbereiding en oefening bereikt
kan worden
Het is een prachtig gezicht, deze jcmge,
gespannen, trillende hengsten, toonbeelden
van kracht en gezondheid, resultaten van de
hoogst denkbaar staande fokkerij en krui-
sing gedurende eindeloos vele generaties, die
ren die ook i nde onberispelijk uitgevoerde,
uiterst moeilijke gehoorzaamheidsproeven
blijken geven van een buitengewone scherp-
zinnigheid.
Voor elken paardenliefhebber is deze „Reit-
schule" wel het hoogtepunt van genot!
Deze voorstelling was echter slechts te be-
schouwen als het aperitif dat aan het groote
feestmenu voorafgaat!
Des middags trokken ongeveer 200,000
menschen op naar den Ring, om de groote
volksdrachten-optocht bij te wonen, die den
vreemdelingen een klein denkbeeld moet
geven van 'alle historische en tegenwoordige
kleederdrachten, die in de Oostenrijksche
provincies gedragen worden. Reeds in het
jaar 1908 werd een optocht in dezen geest
gehouden, die toen uit den aard der zaak een
nog grootere verscheidenheid kon bieden dan
dit jaar: immers, hoe is Oostenrijk na den oor
leg ingekrompen! Maar desondanks was ook
deze verzameling kleederdrachten, door vol-
kenkundige experts gerangschikt, nog talrijk
genoeg en zij bood een schitterende kleuren
pracht.
Voorop reed een statige rijder in Salz
burger dracht, dan volgden Burgenlanders
met hunne talrijke oogstwagens, waarin een
overdaad van blauwe en gele korenbloemen
die voorgesteld werden door de schoonste
meisjes uit de dorpen, terwijl de boerenjon-
gens den kilometers langen Ring met
graankorrels bestrooiden.
Af en toe knalden schoten; het waren de
reusachtige zweepen der Salsburger his
torische „Aperschnalzer". Dan volgden in-
woners uit Kartnen met een bruileftsoptocht
uit het begin der vorige eeuw, Tyrolers trok
ken voorbij onder de tonen van het bekende
Andreas Hoferlied „Zu Mantua in Banden,"
dan een groep Sennerinnen, mooie boeren-
meisjes uit het Zillertal en het Oetztal, lie-
den uit Perchtoldsdorf en uit de wonderschoo
ne Wachaustreek. Het was een schier einde-
looze kleurige drom, de kleederdrachten con-
trasteerden wel erg met die van de Weensche
schoonen in hun modeme kleeding die er
tegenwoordig weer bijzonder gracieus uit-
ziet en onder invloed van het vele gaan in
de zomerinflatieperiode naar Frankrijk een
sterk Parijsch cachet dragen, temeer nu ook
op de Jaarbeurs tallooze Fransche modefir-
ma's hun modellen tentoonstelden. Voor he!
Rathaus stelde de karavaan zich op en er
werden verschillende typische volksdansen
uitgevoerd.
Des avonds verdrongen de menschen zich
weer rond het verlichte Rathaus, dat in deze
feestverlichting geheel en al transparant en
als een sprookjespaleis aandoet. De z.g
„ijzeren man" die boven op den 100 meter
hoogen toren staat, wordt hel wit doorsche-
nen en steekt scherp af tegen den zwarten
hemel. Achter de zeventien kolossaal hooge,
spitstoeloopende vensterbogen hangen lakens,
die door de tallooze electrische iampen in
de zalen spookachtig het wit getint worden.
Dan op den „Schwarzenbergerplatz" de in
alle kleuren van den regenboog verlichte
„Hochstrahlbrunnen", waar de bewonderen-
de „Ah"-uitroepen niet van de lucht waren.
Niet iedereen was in Weeenen gebleven
Velen trokken op naar den Semmering, het
juweel der Oostenrijksche voor-Alpen, waar
de groote Semmering Motorrennen gehou
den werden ter gelegenheid van het 25-jarig
bestaan der Oostenrijksche Automobielclub.
De wegen op den Semmering zijn de eeni-
ge in Oostenrijk waarop autorennen eigenlijk
gehouden kunnen worden, de andere wegen
verkeeren alle. in een bijzonder slechten toe-
stand en het organiseeren van wedstrijden
daarop eenvoudig lutgesloten. De Semme-
ring-rennen hebben echter langzamerhand
een wereldvermaardheid verkregen. Voor 25
jaren was het record 14 minuten 38.3/5 sec.,
in 1924 maakte Werner op Mercedes Com
pressor den tijd van 6 minuten 55.6 sec., het-
geen overeenkomt met een uursnelheid van
Naar het Engelsch van Rafael Sabatini.
Geautiseerde vertaling van A. T.
51
Hij had echter geen bijzondere uitwerkin;
op den deunyachter. Hem rustig, werktuigelij
herhalend, keek de man op een blad papier.
Toen veranderde eindelijk zijn houding. Hi;
werd min of meer gedienstig. Hij had blijk-
baar den naam op zijn lijst gevonden. Hij
opende de gebeeldhouwde deur die hij be-
waakte.
Wilt 11 binnengaan, heer..." fluisterde
hij.
Kolonel Holies ging naar binnen, de por-
tier volgde hem.
„Wilt u even wachten heerde portier
verliet hem, en liep de kamer door, vermoe-
delijk om den naam weer aan 'n anderen por
tier over te brengen, die een volgende deur
bewaakte.
De kolonel bereidde zich er op voor, te
wachten, tevreden genoeg, om zeer veel ge-
duld te hebben. Hij bewnd zich in een groo
te, weinig gemeubelde wachtkamer, een van
een twaalftal of nog meer bezoekers, alien
mannen van aanzien, ten minste te oordee-
len naar hun kleeding en houding. Sommigen
keerden zich om, om naar dezen armoedigen
indringer te kijken; maar niet lang. Er lag
i*ts in de grijze oogen van kolonel Holies,
68 K.M. 621 M. Hieruit get men' Wd ietfT
sprekend den vooruitgang in snelheid gedu
rende een kwart eeuw. Er werden wedstrijden
gehouden voor motorfietsen, tourwagens,
sportwagens en renwagens; een dezer laat-
ste werd bestuurd door Ferdinand Andreas
Prinz Lichtenstein, neef van Furst Lichten-
stein, de eenige nog regeerende vorst, die,
behalve zijn vorstendom, nog ongeveer 25
kasteelen bezit en onder de vermogendste
vorsten van Europa gerekend kan worden.
Het was een schitterend gezicht al deze
razend voortstuivende wagens, waarvan men
in Nederland slechts af en toe een klein denk
beeld krijgt in het bioscoop-journaal.
In het „Deutsches Volkstheater" vond een
zeer belangwekkende premiere plaats, waar-
over geheel literair Weenen in beroering is.
Dr. Paul Mederow, een bekend Duitsch
kunsthistoricus, heeft n.l. een buitengewoon
loffelijke poging gedaan, om de beide deelen
van Goethe's „Faust" als tooneelwerk op een
avond te doen uitvoeren. Zelf vervult hij de
rol van Faust; als figuur is hij cnverbeterlijk,
als declamator te snel en te monotoon. Tot
nu toe werd het tweede deel van Faust zoo
goed als nooit gespeeld en voor het groote
publiek was het welhaast onbegrijpelijk.
Dr Mederow is nu aan het verkorien ge-
gaan, helaas heeft hij daarbij vele der
schoonste verzen weggelaten, alsof hij met
een schaar willckeurig aan het knippen is
gegaan. Hij vliegt met een geweldige vaart
door het geheele werk heen; de verschillende
scenes volgen elkaar bliksemsne lop en er is
in den waren zin des woords een tooneelspel
van gemaakt. Van de bekende „Gretchen"
scenes volgen elkaar bliksemsnel op en er is
treft dit pijnlijk, daar in Gounod's bewer-
king ons de „Gretchen"-geschiedenis lief ge-
worden is.
Dr. Mederow heeft echter de eigenlijke be-
teekenis van dit werk naar voren willen bren
gen, en dus meer den nadruk gelegd op het
Faustelement.
In hoeverre dit experiment gelukt mag ge-
noemd worden valt nog moeilijk te beoordee-
lende Weensche critici zijn het nog niet met
elkander eens.
Ons deed deze voorstelling do«r hare snel-
le opeenvolging der beelden, hare overdadig-
heid en balletten eenigszins revue-achtig aan.
Daarbij was zij, ondanks de schrikbarende
verkorting, door haar lengte (5 uren), en
door de "geweldige hoeveelheid te verwerken
stof. vermoeiend.
Voor de schitterende emsceneeringen van
dr. Rudolf Beer kan men niet dan de hoog
ste bewondering uitspreken, terwijl ook het
spel op het allerhoogst denkbare niveau
stond.
De speciaal voor deze bewerking gecom-
poneerde muziek was al zeer origineel en
deed gewrcngen aan, kon ons de heerlijke
Gounod-melodieen geen oogenblik doen ver-
geten. Hoe men ook over deze voorstelling
inoge denken, het is in ieder geval een loffe-
lijk streven de ware beteekenis van het Faust-
drama meer tot de menschen te brengen.
TH. J. H.
VOORDAM C 9, ALKMAAR, TEL. 3
□ODD
de laatste vier verdiepingen waren herscha- I missarissen geluk met het betrekken van het
pen in een grooten, fantastisch mooien bloe-
menhof, want uit Amsterdam, uit alle centra
des lands, uit het buitenland, van overzee, uit
Indie, waren de schoonste bloemengeschen-
ken in overstelpend aantal gezonden, als blij
ken van hartelijk medeleven met het heugelijk
feit van dezen voor de Nederlandsche rfan-
delmaatschappij historischen dag.
Talrijk waren ook de autoriteiten en voor
aanstaande figuren in financieele en handels-
kringen, die door hun aanwezigheid aan de
plechtigheid luister bijzelten. De regeering
was vertegenwoordigd door den minister
arbeid, handel en nijverheid en den mi
DE
HET
NAJAARSAANVRAGE VAN
LEGER DES HEILS.
Van 9 tot 23 October aanstaande houdt het
Leger des Heils zijn groote Najaarsaanvra-
ge. De opbrengst dezer Aanvrage komt uit-
sluitend den arbeid in Nederland ten goede.
In hoofdzaak wordt het beroep op het pu
bliek in deze gedaan door mideel van gedruk-
te circulaires. De collectanten zijn voorzien
van volmaehten, geteekend door William H.
Howard, Kommandant voor Nederland.
Het Leger heeft den steun, waarom het
vraagt, dringend noodig, daar het ook in niet
geringe mate den terugslag van de huidige
moeilijke malaise-tijden ondervindt.
Het bestuur van het Leger verzoekt den be-
gunstigers, den collectanten vooral naar hun
volmacht te vragen.
HET NIEUWE GEBOUW DER NEDERL
HANDEL-MAATSCHAPPIJ
Gistermorgen is te Amsterdam het nieuwe
gebouw der Nederlandsche Handel-Maat-
schappij, staande aan de verbreede Vijzel-
straat, "tusschen de Heeren- en de Keizers-
gracht, officieel geopend. Met den bouw er
van. naar de plannen van den betreurden K
P. C. de Bazel, in samenwerking met den ar
chitect A. A. N. van Gendt is in October
1919 begonnen, zoodat de bouw juist zeven
jaar geduurd heeft.
In de ineenloopende kamers van de direc-
tie heeft gistermorgen de plechtigheid van de
inwijding van het nieuwe gebouw plaats ge-
had, terwijl op de andere verdiepingen het
groote bedrijf der Maatschappij op dezen
dag voor het eerst met voile kracht werkte.
E>e hal, het trappenhuis en de corridor op
van
nister van kolonien; het gemeentebestuur van
Amsterdam door den burgemeester, den heer
W. de Vlugt; de Kamer van Koophandel en
Fabrieken door haar ondervoorzitter, den
heer H. Rud de Mosch en den secretaris. mr
Dubois; de Nederlandsche Bank door haar
waarnemenden president, en de Vereeniging
voor den Effectenhandel door haar voorzitter
Nadat dr. Van Aalst de autoriteiten en de
andere aanwezigen had welkom geheeten
gaf hij het woord aan architect Van Gendt
voor het overdragen van het voltooide bouw-
werk, mede namens zijn collega v. d- Linde.
Als geschenk boden beiden een klok voor
de vergaderkamer aan. cntworpen en uitge
voerd door den heer Van Oorschot, zwager
van wijlen De Bazel. De heer Van Gendt
bracht hulde aan den heer v. d. Lmde: die
de plaats van De Bazel heeft ingenomen en
zich deed kennen als een buitengewoon be-
gaafd iemand, die, zoo zeide hij, de opvattin-
gen van zijn overleden meester volledig be
seffend, deze tot een zeer goede uitvoering
heeft weten te brengen. Aan hem en aan den
heer van Winsen, vroeger een der eerste tee-
kenaars van den heer De Bazel, is het te dan
ken, dat het karakter-de Bazel zoo door het
geheele gebouw in hoofdlijnen en details is
doorgevoerd.
Ook prees de heer van Gendt de aangena-
me samenwerking met den heer de Bruyn,
technisch adviseur van den N. H. M. voor
den bouw.
Tenslotte droeg spr. het gebouw over.
Dr. C. J. K. van Aalst, president der maat
schappij, heeft het gebouw met een rede aan-
vaard.
Vervolgens heeft de minister van arbeid
handel en nijverheid, prof. Slotemaker de
Bruine, de Nederlandsche Handel Maat
schappij in de persoon van haar president,
den heer van Aalst geluk gewenscht met de
in gebruikneming van het nieuwe gebouw,
waarin zij haar arbeid op nog vruchtdragen-
der wijze kan verrichten, dan toen zij hem
over verschillende huizen moest verdeelen.
Het woord was vervolgens aan den minis
ter van kolonien, dr. Koningsberger. In mijn
vele Indische jaren, zoo sprak deze, heb ik
ervaren van hoe groote beteekenis de N H
M. is voor den handel van Indie. En bij deze
gelegenheid past van de zijde der regeering
de opredvte wensch, dat de nauwe band tus
schen de maatschappij en onze kolonien
moge blijven bestaan tot beider belang. Bij
onderhandelingen, nog den laatsten tijd, is
mij nog gebleken hoeveel het welvaren van de
N. H. M. kan beteek-enen voor Nederland en
omgekeerd; moge beide zich in toenemende
voorspoed blijven verheugen.
Vervolgens sprak de heer W. de Vlugt
burgemeester van Amsterdam
De heer S. P. van Eeghen, president-corn
missaris sprak daama namens het college
van commissarissen en wenschte den presi
dent der N H. Mij., den directeur en de com
nieuwe gebouw, waarbij hij de hoop uitsprak,
dat de goc-de verstandhouding tusschen den
resident en de directeuren nog lang moge
lijven bestaan, evenals zijn persoonlijke
riendschap met den president, den heer van
Aalst.
Tenslotte dankte de vertegenwoordiger van
de Kamer van Koophandel en Fabrieken, de
heer H Rud du Mosch, vice-voorzitter, voor
de gelegenheid hem geschonken om nogmaals
getuigenis af te ieggen van de belangstelling
der Kamer, in her wel en wee van een der al-
lergroo*ste insteilicgen op economisch ge
bied van moederland en overzeesche gewesten.
De genoodigden hebben daama het nieuwe
gebouw bezichtigd.
Voor den aanvang van de inwijdingsplech-
tigheid had de heer van der Veen, afdeelings-
chef, in ecu meer intieme bijeenkomst in tee-
kenbg aangeboden het geschenk van het per-
soneel, betwelk zal bestaan uit een in brons
gedreven gedenkplaat, voorstellende het oude
gebouw van dc Maatschappij op den hoek
van de Hecrengracht en Spiegelstraat.
Vermelding verdient ook nog een geschenk
an de Stoomvaart Maatschappij Nederland;
het is het model van de „Cardena Packet",
daarvoor genaamd „Cassandra" welke in
charterdienst voor de Nederlandsche Handel
Maatschappij verschillende reizen heeft ge
maakt tusschen West-Indie en Nederland en
in 1887 op reis van Curasao naar Amster
dam vermist is, zoodat nooit meer iets van
haar is vemomen.
EEN MISLUKTE OVERVAL.
In den nacht van Zaterdag op Zondag
liep de 18-jarige timmerman D. V. van den
Terbregschen weg over de Korte Kade al-
hier, op weg naar huis. Eensklaps sprong
een haveloos gekleede man uit een bosche
aan den kant van den weg te voorschijn en
riep: Geef op je geld en je sieraden. V. had
evenwel zijn herdcrshond bij zich, en deze
wierp zich op den aanrander, dien hij naar
de keel vloog. De aanrander viel op den
grond, en V. gaf hem een flink pak slaag, en
de hond beet den man nog in beide handien.
Tenslotte is de aanrander gevlucht. V. heeft
aangifte van dezen overval bij de politie ge
daan, die een onderzoek instelt.
TYPHUS.
Uit Breda meldt men aan de N. R. Crt.:
De jongste berichten luiden wederom min
der gunstig. In Breda kwamen er sinds Za
terdag weer enkele nieuwe gevallen bij, waar
van echter vermoed wordt, dat het gevallen
van para-typhus zijn. In Princenhage kwa
men sinds Zaterdag vier nieuwe gevallen
voor, zoodat het aantal patienten in Princen
hage alleen tot 31, en in Breda en omliggen-
de gemeenten tot 80 gestegen is.
B en W. maken bekend, dat mocgen met
inenten zal begonnen worden. Voor on- en
minvermogenden zal dit kosteloos zijn en
groepsgewijs geschieden in het St. Ignatius-
gesticht en het Diakonessemhuis.
Alle bals zijn verboden.
W AARD EE RING NA DEN BRAND
TE WADDINXVEEN.
De fel-le brand bij dc fa. Modderkolk en
Dijs te Waddinxveen, die daar in den nacht
van Dinsdag op Woensdag woedde, is thans
geheel gebluscht. Van de fabriek is totaal
niets overgebleven.
Wij vernemen, zegt de Crt., dat er groote
kans bestaat, dat gedurende den bouw van
een nieuwe fabriek, het bedrijf door genoem-
de firma tijdelijk zal worden gestaakt, daar
het voortzetten ervan in hulp-loodsen zeer on-
dat de hoogmoedigste blikken deed neer-
slaan. Hij kende zijn wereld en haar bewo-
ners te goed, om of eerbied of vrees voor hen
te koesteren. Dit waren de twee eenige aan-
doeningen, die niemand in staat was, bij hem
op te wekken. Nadat hij hun onbeschaamd-
heid beantwoord had, door hen aan te kijken,
zooals zij loopjongens zouden aanzien, ging
hij naar een ledige bank, die tegen de ge
beeldhouwde lambrizeering stond, en ging
met veel lawaai zitten.
Het leven, dat hij maakte, trok de aan-
dacht van twee heeren, die dicht bij de bank
stonden te praten. Een van hen, die met zijn
rug naar Holies stond, keerde zich om, om
hem aan te zien. Hij was lang, met een vrien-
delijk, blozend gezicht. De ander, een man
van ongeveer denzelfden leeftijd als Holies,
was kort en stevig gebouwd met een donker
gezicht, onder een zware, zwarte pruik, ge-
kleed met een zekere fattigheid, en een hou
ding van vriendelijkheid, gemengd met een
zekere mate van zelfgenoegzaamheid, Hij
wierp op Holies een blik uit zijn heldere
blauwe oogen, die geen vijandelijkheid of
minachting uitdrukten, en ofschoon den kolo
nel onbekend, boog hij even het hoofd in een
vormelijken, waardigen groet, bijna alsof hij
toestemming vroeg, om zijn druk gesprek
weer op te vatten in het gehoor van den
nieuw binnengekomene.
Brokstukken van dit gesprek, troffen wel-
dra het oor van den kolonel.
en ik zeg u, Sir George, dat Zijn
Genade zeer uit zijn humeur is over al dat
uitstel. Dat is de reden, waarom hij op eens
naar Portsmouth ging, opdat hij persoonlijk
de dingen kon regelen
De aangename stem
werd onhoorbaar,
maar verhief zich weldra weer. „Er is be-
hoefte aan officieren, mannen, die geoefend
zijn in den oorlog
De kolonel zette zijn ooren wijd open bij
deze woorden. Maar de stem was weer ge-
daald, en hij kon niet luisteren, zonder te la-
ten merken, dat hij het deed, totdat de stem
zich weer verhief.
„Die vurige jonge menschen zijn heel goed
en laten zich op hun geestdrift heel wat voor
staan, maar in den oorlog
Tot spijt van den kolonel, liet de spreker
zijn stem weer dalen. Hij werd onverstaan-
baar beantwoord door dien ander, en het
duurde eenigen tijd, voordat Holies een
woord hoorde van hetgeen tusschen hen ge-
sproken werd. Toen had het gesprek een an
dere wending genomen.
en daar werd over niets dan de
Hollanders gesprokendat de vloot uitge-
zeld was."
De stevige, donkere man sprak; „Dat en
de geruchten van pest, waarmede we in de
stad bedreigd worden waarvoor de hemel
ons moge bewaren! zijn nu bijna de eeni
ge onderwerpen van gesprek."
„Bijna. Maar niet geheel," viel de oudere
man lachend in. „Er is nog iets anders dat
ik niet dacht, dat ge vergeten zoudt; dat
meisje Farquharson in het Hertogs theater."
„Sir George, ik beken mijn ongelijk. Ik had
dit niet moeten vergeten. Dat zij het publiek
evenzeer bezighoudt als de oorlog en de pest,
is het duidelijkste bewijs, welk een diepen in
druk zij maakt."
,,Met recht?"
Sir George deed de vraag als iemand van
gezag in zulke zaken.
„0, met alle recht, zeker. Ik was twee da
fen geleden in het Hertogs theater en zag
aar Catharina spelen. En zij beviel me in
hooge mate. Ik kan me niet herinneren haar
gelijke in die rol, of zelfs op het tooneel ge-
zien te hebben. En dat is de meening van de
geheele stad. Want ofschoon ik er al om twee
uur kwam, was er geen plaats meer in. het
parterre, en moest ik vier shilling betalen
om in een der bovenloges plaats te-krijgen,
De geheele zaal juichte haar toe, en vooral
Ziin Genade van Buckingham. Hij sprak zijn
loftuitingen zoo luide uit, dat alien hem
konden hooren en zei, dat hij niet zou rusten,
voordat hij zelf een stuk voor haar geschre-
ven had."
„Als het schrijven van een stuk vo<jr haar
het eenige bewijs is, dat Zijn Genade haar
van zijn bewondering geven zal, dan is jui
frouw Farquharson gelukkig."
„Of anders ongelukkig" zei de forsche
man met een ondeugenden blik. „Het is maar
de vraag, hoe de dame die zaken bekijkt
Maar laten we hopen, dat zij deugdzaam
I is."
„Ik wist niet, dat ge wel eens onvrienc
schappelijk tegen Zijn Genade waart," ant-
woordde Sir George, waarop beiden lachten
Een toen het de ander zijn stem weer tot een
onverstaanbaar gefluister dlalen, en zeide iets,
waarover Sir George z66 lachte, dat hij
schudde. Zij lachten nog, toen de deur van
Albemarle's kamer openging en er een tenger
1 man met roode wangen uitkwam. Onder het
loopen vouwde hij een stuk perkament op,
liep de kamer door met vlugge schreden,
wierp sommigen een knikje toe en verdween.
Terwijl hij door de eene deur heenging,
verscheen de portier met den staf aan de an
dere.
„Zijn Genade zal gaarne den heer Pepys
ontvangen."
De donkere, forsche man hield op met la-
chen, en nam een ernstig voorkomen aan.
„Ik kom," zeide hij. „Sir George, u gaat
met mij mede."
In zijn toon lag zoowel een uitnoodiging
als een bevel.
Kolonel Holies leunde tegen de lambrizee
ring, en was verbaasd, dat met een oorlog
voor de deur om nog niet eens te spreken
vand e bedreiging met pest de stad zich
druk maakte over de zaken van een tooneel-
speelster; en dat hier in den tempel van Bel-
lona zelf, Pepys van het zeevaartdepartement
zulke luchtige praatjes de emstige vraag
over het gesprek aan officieren en de alge-
meene niet-gereedheid om zoowel de Hollan
ders als de pest te bestrijden, liet verdrin-
gen.
Hij was nog aan het peinzen over die zon-
derlinge uitingen van het verschijnsel, dat de
menselijke geest is, en de verschilende me-
thoden van regeering, die de heretelde Stu
arts naar Engeland hadden meegebracht,
toen Pepyse zijn vriend weder
kwamen, en hij den portier zijn
hoorde noemen.
„Mijnheer Holes!"
te voorschijn
eigen naam
(Wordt vervolgd.J
mHiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiimnmiiuiiiiimimiuiiiiiiiiiiiiiuiuinmuuiimiiHiiiiiminiiiumnBuniiiuiiiiiiniraumuiiiiiimnn
IN BOVENGENOEMD GEVAL HEBT GIJ WELLICHT
DRUKWERK NOODIG. VOOR ALLES BEHOORT OIT
TE GETUIGEN VAN SMAAKVOLLE. NETTE AFWER-
KING. IMMERS, DE EERSTE INDRUK IS DIKWIJLS
BESLISSEND. DOOR GOED UITGEVOERD DRUKWERK
KRIJGT GIJ EEN CLIENTELE. DIE GUNSTIG OVER
UW ZAAK DENKT EN ER VERTROUWEN IN STELT.
AAN U. DIT LAATSTE NIET BESCHAAMD TE MA.
KEN; HET EERSTE |HET DRUKWERK DUSI, VERZOR-
GEN WIJ VOOR U, VLUG, NETJES EN BILLIJK*
y'l -iV.'