Alkmaarsc'ie Oauranl
Een speelbal der fortuin,
g
m
m
m
s
m
m
g
m
m
g
m
VI SITE K A ARTEN
g
Maandag 6 December
Nedamndsclie Landbouwers
in Moord-Franbrijk.
FEIJ11,LUTON.
in®®®®®®
IMl
No. 269 1926
Henaeit Acht en T»In!igsti Jaargang,
Een goed emigratie-gebied in Normandie.
Geen land voor gelukzoekers.
„De Nederlandsche Landbouw wordt be-
dreigd door een grcot gevaar- dat der ver-
snippering der bedrijven, welke een gevolg
is van het streven om aan alle jonge landbou-
wers een zelfstandig bestaan te geven.
„Dit bes'aarti zal uit d<m aard der zaak ka-
rig zijn, omdat de gegadigden elkander ver-
dringen om een bedrijf je en dan daarvoor
meer pacht moeten geven dan de opbrengst
rechtvaardigt.
„Uitbreiding van den cultuurgrond in Ne-
derland is niet wel mogelijk. De prijzen van
de grondsioffen en de arbeidskracht aan den
eenen kant en de prijzen der producten aan
den anderen kant, zijn van dien aard, dat zij
een rendabele ontginning van woeste gronden
uitsluiten.
„Een en ander verkla:de toenemende be-
langstelling voor de mogelijkheden van ves-
tiging in Frankrijk, waar de goede grond wei-
nig duunder is dan de woeste heide in Ne-
derland,
„Waar nu in Frankrijk:
1 o. de belastingen, van den boerenstand ge-
heven, lager zijn dan in Nederland, terwijl de
polderlasten' er natuurlijk onbekuid zijn
2o. de regeering met invoerrechten op bui-
tenlandsche landbouwproducten en subsidies
voor grondvorbeteringen (drainage) de land
bouwers steunt;
3o. geen sociale wetgeving de loonen op-
driift, noch de werktijden beperkt;
4o. de landbouw, evenals de veeteelt, min
der intensief gedreven wordt dan in Neder
land;
5o. de levensstandaard lager is en de le-
vensmiddelen voor het meerendeel goedkooper
zijn, behoeft niet nader te worden betuogd,
dat een landbouwbedrijf daar met geringer
bedrijfskapitaal kan worden ondernomen dan
in Nederland.
„Zonder twijfel zal men in Frankrijk veel
tnissen van wat Nederland aan goeds heeft,
als: „gerieflijker woningen, boerenleenban-
ken, cooperatieve vereenigingen en meer; doch
in Frankrijk, gelijk in Nederland, heeft de
landbouwer het in eigen hand, door bekwaam-
heid en inspanning de moelijkheden van het
bestaan en van den arbeid te overwinnen en
zijn bedrijf te doen slagen."
Aldus luidt een irculaire, uitgegeven door
de Holland-Franknjk Landbouwmaatschappij
(Societe Agricole Franco-Neerlandaise), die
zetelt op het „Chateau de la Vacherie" te
Romilly la Puthenaye in Normandie en een
dochter-maatschappij is van het Internatio
nale Trust Bureau te Amsterdam.
Deze landbouwmaatschappij, met haar zoo
eigenaardig arbeidsveld, is opgericht ten be-
hoeve van de Nederlandsche landbouwers, die
zich in Frankrijk will en vestigen.
Er zullen stellig lezers zijn, die nooit er
van gehoord hebben, dat zoo iets wel voor
Jcwam, Nederlanders, die als landbouwers
naar Noord-Frankrijk gaan. Toch is dat zoo;
er zijn er zelfs al een kleine honderd, en niet
alleen in Noord-Frankrijk, maar ook in de
omstreken van Fontainebleau en Melieu, ten
Zuiden van Pariis en zelfs in Gascogne, ge
heel in het Zuiden. De maatschappij, waar-
van wii hier spreken en wier vertegenwoordi-
ger in Frankrijk, de heer C. F Roosenschoon,
ons een dag te gast heeft gehad, heeft echter
Normandie uitgekozen om er voor de Neder
landsche landbouwers te werken, omdat dit
land door allerlei omstandigheden zich het
best voor emigratie van Hollanders leent
Het is betrekkelijk niet zoo erg vet van het
vaderland verwijderd en het toont in verschil-
de opzichten met ons land overeenkomst,
tenminste meer dan andere streken van
Frankrijk.
Al te veel moet men zich van die overeen
komst intusschen niet voorstellen Het ver-
schil is altijd nog hemelsbreed in ongeveer
alle opzichten. Zoo op het oog ziet Normandie
er zeer liefelijk, maar weinig welvarend uit
Men ziet er niets van onzen geweldig inten-
sieven landbouw, van ons prachtig vee, van
onze groote, helder-roode hoerenhofsteden en
ook niets van onze aardige, schoone stadjes
Hier ziet alles er veel rommeliger, veel slech-
ter verzorgd en vooral veel stoffiger uit,
doordat de huizen niet rood, zooals bij ons
doch gepleisterd zijn. Een stadje als Beau-
mont-le-Roger biivoorbeeld, dat zelfs de heer
Roosenschoon, die aan het Fransche land
gewend is, al heel wat aardigs vindt, zou in
ons land zelfs in de verste uithoek niet ge-
dacht kunnen worden, zoo armtierig ziet
Naar het Engelsch van Rafael Sabatini.
Geautoriseerde vertaling van A. T.
58
„U zoo spoedig laten vertrekken? Hoe
kunt ge dat denken, Sylvia? Als ik zoo onein-
dig veel moeite gehad heb, om u te vangen,
Kef vogeltje, zou ik u dan dadelijk weer laten
wegvliegen!"
„0f ge laat me dadelijk heengaan, heer,"
zei zij hem toornig, haar zwakte was nu
door haar verontwaardiging overwonnen, „of
de stad zal uw schandelijke daad vernemen
Ge hebt ontvoering gepleegd, en ge weet de
straf. Ik zal zorgen, dat ge die betaalt. Ik
zweer, dat ge zult opgehangen worden, al
tijt ge Hertog van twintig Buckinghams
Het ontbreekt U niet aan vijanden, die blij
genoeg zullen zijn, om mij te helpen, en ik
#ta niet geheel zonder vrienden, uw Genade."
Hij haalde de schouders op. „Vijanden,"
•poite hij. „Vrienden!" Hij wenkte minach-
tend naar den bewusteloozen Holies. „Daar
Kgt een van uw vrienden, als het waar is,
schurk zeide. De anderen zullen niet
moeilijker uit den weg te ruimen zijn."
het er uit.
Maar juist omdat dit alles zoo is, is Nor
mandie een land bijna van onbegrensde mo-
gelijkheden, net als b.v. Suriname; ook een
zeer vruchtbaar land, maar alleen door ge-
brek aan werkkrachten niet voldoende in cul-
tuur gebracht. Want het is bekend, dat de
bevolking van Frankrijk eerder af- dan toe-
neemt en dat bovendicn de groote steden in de
industriegebieden veel volk tot zich trekken
dat niet zooals dat in landen als het onze het
geval is, voor den landbouw overbodig is ge-
wordcn, of daarin geen geschikt emplooi
meer kan vinden, maar dat eenvoudig het le-
ven in zoo'n omgeving gcmakkelijker vindt
dan het boerenbestaan.
Immers, het landbouwonderwijs in Frank
rijk is onvoldoende, waardoor de Fransche
boeren met harden arbeid toch niet in staat
zijn hun bedrijf behoorlijk rendabel te maken.
Na den oorlog is daar wel verandering inge-
komen, maar niettemin zijn verschillende stre
ken in Frankrijk slechts zeer dun bevolkt en
liggen de gronden braak.
Tot deze gebieden behoort Normandi?
weliswaar niet. Dat is ook maar gelukkig,
want het zijn natuurlijk niet de beste land-
bouwstreken die verlaten worden. En voor
Frankrijk is Normandie reeds een zeer goedc
streek voor landbouw. Wel komen er veelvul-
dig boerderijen leeg, oneindig veel vaker dan
in Holland, maar die worden ook steeds weer
bezet. Maar die nieuwe bezetting behoeft na
tuurlijk niet door Fransche landbouwers te
geschieden, dat kan trouwens niet eens altijd,
uit gebrek aan kapitaalkrachtige liefhebbers.
Er komen dan ook veel vreemd-elingen, vooral
Vlamingen, in Normandie zich vestigen, en
in de laatste jaren ook Hollanders
Het werk der Holland-Frankrijk Land
bouw Maalschappij is, het opsporen en
taxeeren van boerderijen in Normandie ten
behoeve van Nederlandsche landbouwers en
verder bemoeiing met alles, wat deze land
bouwers noodlg kunnen hebben in dat op-
zicht, zooals vertalen en regelen van koop- en
pachtcontracten, wat voor de nieuwelingen
in het vreemde land natuurlijk lastig is, en
het bieden van deskundige hulp en bijstand
aan den landbouwer, ook na zijn vestiging.
Want de Nederlandsche boer, die zich in
Frankrijk gaat vestigen. moet niet denken, dat
hij dadelijk weet hoe het moet. Een Neder
landsche boer die alles beter gewend is ge-
weest dan hij het in Frankrijk ziet, zal daar
licht to? geneigd ziin. Als hij dat denkt en
daarnaar ook gaat hand-e'en, komt hij echter
bedrogen uit. want dan gaat het met ziin
standje zeker mis. Want ten slotte is de
extensi-eve Fransche landbouw-methode en
het primitieve niet zoozeer armoede, maar
noodzaak. In Holland kan men op z'n Hol-
landsch landbouwen. maar in Frankrijk zal
men het op z'n Fransch moeten doen. Men
stelle zich dus niet voor, dat men in de toe-
komst in Normandie een landstreek krijgt, die
sterk aan Holland doet denken zooals men
dat wel in Denemarken en in de buurt van
Danzig vindt. De Nederlanders, wel verre
van leidtng te geven, zullen in Normandie wel
zeer ter dege de kunst van hun Fransche
cotlega's moeten afzien. Ook moet men het
Fransche vee vooral niet met het Nederland
sche vergeliiken. Onze koe ziet er beter uit
dan haar zuster in Frankrijk, maar ze is ook
vee] verwender en^iert niet in het vreemde
land.
Wij willen hier even zeggen, dat niet ieder-
een geschikt is om als landbouwer naar
Normandie te emigreeren. Alleen landbou
wers. die over een bedrijfskapitaal van 12.000
tot 20.000 gulden kunnen beschikken, komen
daarvoor in aanmerking. Dus geen land:
bouwers zonder kapitaal en ook geen kapi-
taalkrachtigen, die van landbouw geen ver-
stand hebben. Het is al meer dan eens voor-
gekomen, vertelde de heer Roosenboom ons,
dat lieden van allerlei slag, dien het in het
vaderland niet te zeer voor den wind ging,
bij hem kwamen informeeren. Hij heeft ze
alien moeten teleurstellen, want zonder land-
bouwkundige kennis komt men er in Frank
rijk zeer zeker niet. Als men die echter wel
heeft en ook het noodige kapitaal, dan kan
men het in Normandie ver brengen op een
boerderij die veel goedkooper is dan die men
in Holland noodig zou hebben om een zelfde
welstandsgraad te behalen.
In het department van de Eure, waar de
HollandFrankrijk landbouwmaatschappij
dan gevestigd is zijn de prijzen voor koop
ongeveer 6—10.000 franken per H.A., dat is
op het oogenblik ongeveer 500 a 800 gulden
De pachtprijzen worden tegenwoordig in
rran-krijk niet meer bere-kend, volgens geld,
maar volgens kiiogrammen tarwe. De pacht
prijzen varieeren dus russchen 250 —400 Kg.
tarwe, natuurlijk in de geldswaarde van den
dag op te brengen. Bij pachtcontracten
wordt men veelal vernl-icht, den inventaris
geheel of gedeeltelijk over te nemen. Dat
heeft het voordeel. dat men niets mee be
hoeft te brengen. Maar het nadeel is dat men
dan waarschijnlijk heel veel krijgt. waaraan
men niets heeft Het beste is nog, niets mee
te brengen en zich in Frankrijk Fransche
„Uw dienaren zullen niet voldoende zijn,
om u van de anderen te redden."
Dat kwetste hem. Het bloed vloog hem in
het gezicht bij die bedekte toespefing, dat al
leen de tusschenkomst van zijn dienaren hem
nu gered had.
Maar hij antwoordde met doodelijke zacht-
zinnigheid. „Zooveel zullen er niet eens noo
dig zijn. Kom, kind, wees verstandig. Zie
precies, waar ge aan toe zijt."
„Dat zie ik heel duidelijk," antwoordde zij
„Ik ben zoo vrij da te betwijfelen. Ge doet,
naar het schijnt, even weinig recht aan mijn
verstand, als ge ooit mijn arme persoonlijk-
heid gedaan hebt. Wie moet mij beschuldigen,
en waarvan? Gij wilt me beschuldigen. Gij
wilt me beschuldigen, van u door geweld
hier gebracht te hebben, tegen uw wil, en u
hier tegengehouden te hebben. Ontvoering,
kortom, zooals ge zegt; en ge herinnert mij,
dat het een ernstig misdrijf tegen jde wet is."
„Een kwestie van hangen, zelfs voor herto-
gen", zei ze.
„Mogelijk, moge'ijk. Maar eerst moet de
beschuldiging wat waard zijn. Waar zijn uw
getuigen. Tenzij ge die hebt, is het uw woord
tegen het mijne. En het woord van een too-
neelspeelster, hoe voornaam ookis in zul-
ke gevallen het woord van een tooneel-
speelster." Hij glimlachte t^gen haar. „Dan
dit huis Het is niet van mij. Het is gehuurd
door een schelm, Holies genaamdhet werd
landbouwwerktuigen aan te schaffen. Gras-
land kost in pacht van 7501000 franken
per H.A., sons met de verplichting elk jaar
eenige appelboomen aan te plan-ten. Want
appels, dat is in letterlijken zin het eten en
drinken van Normandie. De Normandier
zegt dat in zijn land net zooveel appels als
luizen zijn!
Als men zijn terrein eenmaal heeft, dan be
hoeft er verder lang niet zooveel geld in den
grond gestoken te worden dan hier noodig
is. Doordat het bedrijf minder intensief is,
wordt aan den grond minder zorg besteed.
Het land levert daardoor natuurlijk minder
op, maar de onkosten zijn navenant geringer
Intensieve landbouw, zooals men die in ons
land kent, is eigen-lijk niet anders dan een
noodzakelijk kwaad.
Het hoofdgewas in Normandie is tarwe;
men maakt in een jaar gemidtdeld 2500 a 3000
per H.A. van dit gewas, soms zelfs nog meer,
doch bij minder goede behandeling aanmer-
kelijk minder. Verder nog haver en kunstwei,
en allerhande fourage-artikelen. Ook bdeten,
gerst, echter geen aardappels en weinig peul-
vruchfen
Een eerste-klas boerderij, men zal het ge-
zieii hebben, komt in Normandie dus nog
vrij duur. en is bovendien uiterst moeilijk te
verkriigen, omdat men zoo'n boerderij, wan-
neer men haar al van den hand doet, onder-
hands wel kwijt kan. Een goede Hollandsche
boer kan echter van een tweedejklasse boer
derij in niet al te langen tijd, als hij zijn best
doet. zeer gevoegelijk een eerste-klasse boer
derij maken; als hij maar geen te groote
neemt in verhoudin-g met zijn kapitaal Dan
zal hij zelfs nog genoeg overhouden om zijn
huis.te verbeteren, w'ant met de boerenbe-
huizingen staat het er in Frankrijk niet al te
best voor.
Wij hebben hier alzoo enkeie din,gen ver-
leld van Normandie, een land dat de Hol
landsche landbouwers en veehouders wel
geen gouden bergen belooft, maar zeker een
vruchtbaar en dankbaar arbeidsveld. Wellich-t
zijn er onder onze lezers, die belang in de
hier behandelde zaak stellen en zich toi ves-
tiging ir. Frankrijk aangetrokken gevoelen.
Dezulken moeten wij aanraden zich daartoe
te wend-en tot den heer Sevenster, adviseur
over landbouwzaken aan het Nederlandsche
con-sulaat-generaal te Parijs, Rue de Grenelle
S, en (of) tot het bureau der Vereehiging
„Landverhuizing". Bezuidenhoutscheweg97
te 's-Gravenh-age. Er is n.l. vooral door Bel-
gische „bemiidelaars", veel gekn-oeid met
grondverkoop in Frankrijk en verschillende
Nederlanders zijn van* die praktij-ken reeds de
d-upe geworden.
Dat deze dingen gebeuren is zeer begrijpe-
lijkwaar zouden politic en iusti+ie van moe
ten bestaan als er niet overal en ten alien
tij-de geknoeid werd? Maar in dit geval n het
zeer jammer, omdat het wellichi lieden, die
daarvoor zeker in aanmerking zouden komen,
van vestiging als landbouwer in Frankrijk
nen en instellingen', als de door ons hier be-
weerhoudt en het werk van bona fide perso-
sprokene, schaadt. En dat is verkeerd, want
wij hebben gehoord en gezien, dat het den
I lOllanders in Frankrij-k's landbouw- en
weidestreken goed gaat en dat dus Frankrii'k
evenzeer als Joego-Slavie, een uitstekend land
is voor emigratie van Nederlanders. en voor
de meesten waarschij-niijk aantrekkelijker.
Uit <vn?;e Staat«tmnchine.
Nadere Regeling van de
Collectieve Arbeidsovereenkomst. (Ill)
We zijn onze vorige besprekin-g van de
collectieve arbeidsovereenkomst, gelijk die,
wanneer de voorgestelde regeling wet wordt'
zal gehouden moeten worden, geeindigd met
een en ander te zeggen over de taalc en de
plaats van de werkgevers- en arbeiders-
vereenigingen ten opzichte van het C. A.
Rest ons nog daarover te zeggen, dat de re
geling de vereenigingen verplicht, om, als
eenmaal een collectieve arbeidsovereenkomst
is aangegaan, t-e goeder trouw te bevorderen,
dat hare leden de daarbij te hunnen aan-
zien gestelde bepalingen nakomen. Toch kan
een vereen-igimg voor even-tu-eele overtredin-
gen en ontduikingen slechts in zooverre aan-
sprakehik gesteld worden, als zul'ks in de
overeenkomst is bepaald. Een vereeni-ging
toch zou ten opzichte van de verplichtingen
der leden kunnen gaan staan op het stand-
punt, dat ze verplicht is de nakoming der
verplichtingen der leden te garandeeren en
daarom zelf aansprakelijk zich te stellen, als
voorwaarden door een der leden zelfs
aw
BEVELEN WIJ ONS
ZEER GAARNE AAN.
N.
ZD HANDELSDRUKKERIJ I1
V. v.h. HERMS. COSTER ZOON
□OGO
de
zou worden geschonden, maar ze zou ook de
beschouwing kunnen huldigen. dat zij, als
vereenigmg, met de voor de leden geldende
bepahngen niets te maken heeft. Het laatste
standpunt nu is in deze materie in het gehegl
niet te aanvaarden. immers, dan zou op een
gegev-en moment de vereeniging zelfs tot
tegenwerking van de nakoming der voor
waarden kunnen overgaan. Vandaar d-at ge-
zocht moest worden naar een middenweg,
omdat het eerste standpunt eischen zou. dat
de volledige garan-tie als wettelijke regel zou
gesteld moeten worden, hetgeen ook buiten-
een paar dagen geleden door hem op zijn
eigen naam gehuurd. Hij was het, die u door
geweld hier bracht. Welnu, als er een zonde-
bok zijn moet, kan hij het misschien even goed
als een ander zijn. En daarenboven komt hij
voor geheel andere misdrijven in aanmerking
voor de galg. Hij bracht u door geweld hier.
Zoo ver zullen wij elkander niet tegenspreken.
Wat volgt nu? Hoe kwam ik hier in het huis
van dien man? Nu, natuurlijk om u te ont-
zetten, en ik bleef, om u in uw zeer natuurlij-
ke droefheid te steunen, De feiten zullen mijn
woorden staven. Mijn dienaren zullen er een
eed op doen. Dan zal het blijken, dat gij, door
mij te beschuldigen, een slimme avonturier-
ster zijt, die goed met kwaad vergeeldt, en
voordeel tracht te trekken uit mijn onvoorzich-
tige edelmoedigheid. Ge glimlacht? Ge denkt,
dat de naam, die een schandaallievend gepeu-
pel mij geeft, voldoende is om dat verhaal te
logenstraffen. Ik deel die meening niet en in
iedef geval ben ik bereid die kans te loopen.
O, ik zou nog grooter kansen voor u loopen,
beveling."
Zij maakte even een verachtelijk gebaa-r
„Ge moogt een volleerd meester in de kunst
van leugens zijn, zooals ge in alle slechte
dingen zijt. Maar leugens zullen u nief hel
pen. als ge mij nu durft tegen te houden."
„Als ik u durf tegen te houden?" Hij boog
dichter naar haar toe, en verslond haar met
zijn gloeiende oogen. „Als ik durf, kind?
gewone moeilijkheden met zich mede bren
gen zou. Daarom is gezocht naar een mid
denweg, die gevonden werd door te bepa-
len, dat de vereeniging verplicht is te bevor
deren, dat haar leden het C. A. naleven, ter
wijl de goede trouw verder moet bepalen,
hoever deze medewerking gaan zal.
In de artikelen 7, 18, 19, 20 en 21 lezen we
de voorschriften betreffende den aanvang en
het einde van een eenmaal aangegaan con
tract. Natuurlijk zal iedere collectieve overeen
komst bevatten een bepalin-g, wanneer het
eindigt. Als dus de on-twerp-regeling toch een
voorschrift dienaangaande bevat, dan is dat
zuiver een zaak van regelend recht. Echter
kan het wezen, dat bij het inwerkin-g-treden
van een C. A. nog individueele contracten
loopende zijn. Welnu, in dat geval wordt be
paald, dat, bii strijd tusschen de beide con
tracten, het beding van het C. A. den voor-
rang heeft van trechtswege. Mocht niets be
paald wezen omtre-nt het tijdstip der inwer-
kingtreding van het C. A., dan wordt het ge-
acht in werking te treden op den dag vol-
gende op dien, waarop de overeenkomst is
gesloten.
Als regel geldt, dat geen contract langer
mag loopen dan over een termijn van zes
jaar, ook bij verlenging kan die termijn nooit
overschreden worden. De strekking van dit
artikel is duidelijk. Bedoeling van het C. A.
is om stabiliteit te geven in de arbeidsvoor-
waarden en daarmede rust in het bedrijfs-
leven. Maar aangezien het bedrij-fsleven door
allerlei, di-kwijls zeer wisselvallige. factoren
wordt beheerscht, is het niet wenschelijk de
beide in het geding ziinde partijen te binden
voor langeren tijd, terwijl toch door de ver-
contract zelf van zeer langen duur te doen
lenging de mogelijkheid open blijft om het
wezen, wanneer de omstandigheden, waar
onder het oorspronkelijk contract werd ge
sloten, niet noemenswaard veranderen. Had
de wetgever een langeren termijn voorgesteld,
dan had hij in dezt regeling ook dienen op
te nemen voorwaarden betreffende de ont-
binding van een C. Ahetgeen natuurlijk in
de practijk neergekomen was op processen
en allerlei strubbelingen in het bedrijfsleven
Wanneer eindigt nu een C. A.? Als een
van de leden tenzij in het contract anders
bepaald is de overeenkomst opzegt op
den daarvoor in hei contract bepaalden tijd,
eindigt voor al'e bij het contract betrokk:-
nen het contract Die opzegging moet ge
schieden per cieir waardersexploit of bij aan-
geteekenden brief. De mogelijkheid echter
wordt openg«'i3:et), dat andere partijen dan
de opzeggendc het contract wenschen te ve:
lengen. deze moeten dan echter een nieuw
contract aangaan We wezen boven reeds on
tie mogelijkheid om het contract telkens te
verlengen. In art '9 wordt daaromtrent het
volgende bepaaid: wanneer een collectieve
arbeidsovereenkomst voor een bepaalden tijd
is aangegaan, wordt zij, zoo niet bij de over
eenkomst ane'ers is bepaald geacht telkens
voor gelijken tijd, doch ten hoogste voor een
jaar, te zijn vcrlcngd, behoudens opzegging.
De termijn van opzegging is, tenzij bij de
overeenkomst anders is bepaald, een twaalfde
gedeelte van den tijd, waarvoor zij oor
spronkelijk is aangegaan. Is een C. A. aan
gegaan zonder dat bepaald werd de tijd,
waarvoor het geldig zou wezen, dan schrijF
de regeling voor, dat het gelden zal voor den
tijd van een jaar met de mogelijkheid van ver-
lencring telkens voor denzelfden tijd.
De artikelen 12 tot en met 17 regelen d-ie
gevallen. waardoor geschil zou kunnen ont-
staan. We wezen reeds op het feit, dat steeds
het collectieve contract den voorran-g heeft
boven het individueele. In artikel 12 wordt
ieder beding tusschen werkgever en werk-
nemer, strijdig met een C. A., absoluut nie-
tig verklaard Een ieder, die daarbij belang
heeft, kan zich op die nietigheid beroepen
Het geval is natuurlijk denkbaar, dat een o'
meer bepalingen van een colleetief contract
Durf?"
Zij deinsde in doodsangst voor hem terug.
Toen herstelde zij'zich weer en verhief zich
rechtop. Statig, een ware koningin uit een
treurspel, strekte zij een arm met gebiedend
gebaar uit.
„Achteruit! Achteruit, en laat mij voorbij,
laat mij gaan."
Hij ging inderdaad een paar schreden ach
teruit, maar alleen om haar des te beter te
kunnen beschouwen. Hij vond haar prachtig
in de houding van haar bevallige gestalte,
de ivoren bleekheid van haar gezicht, de
oogen, die gloeiden en brandden en te groo
ter geleken door de diepe, donkere schaduwen,
die er onder lagen. Plotseling sprong hij met
een kreet vooruit, om haar te grijpen. Hij
wilde een eind maken aan dezen tegenstand,
hij wilde deze ijskoude minachting doen smel-
ten, tot zij als water zou wegvloeien.
Zij vloog op zijde en weg in angst voor
zijn woedenden aanval, en gooide daardoor
den stoel om, waarin zij gezeten had.
Het geluid van den val scheen tot den slui-
merenden geest van Holies door te dringen
en zijn bewusteloosheid te verstoren. Want
hij bewoog even en kreunde zacht. Behalve
dat, werkte haar vlucht niets uit. Twee me
ter verder was le muur Zij zou om de tafel
gHoopen zijn, maar" voor dat zij d:t kon doen,
had de Hertog haar gegrepen. Zij dond te-
genover hem, haar handen opgeheven, om
aanvullend werken bij een individuee^ over
eenkomst tusschen een werkgever en een
arbeider, die door het C. A. zijn gebonden.
Dc oplossing dezer moeilijkheid geeft de
wetsregel, dat overeenkomsten ook binden
tot al datgene, dat door de billijkheid, het
gebruik of de wet wordt gevorderd. Zijn bei-
den gebonden door een collectieve arbeids
overeenkomst. dan gelden de bepalingen del
collectieve overeenkomst.
Men zou de vraag kunnen opwerpen of bij
de uitvoering van een werk, door een werk-
i<vver, die aoor een C A. gebonden is, deze
tegenover werklieden, niet georganiseerd in
een vereeniging, waarmee deze werkgever
het C. A. heeft aangegaan, vrijheid van han-
delen heeft met betrekking tot de punten
waaromtrent in dat C. A. is voorzien. Aan
de andere zijde: moet een arbeider, die ge
bonden is door een C. A., zich an de daarin
vastgestelde arbeidsvoorwaarden houden,
ook als hij werk verricht voor een werkge
ver. die niet door dat contract gebonden is?
In dit laatste geval voorziet de regeling niet,
omdat het natuurlijk zeer zelden voorkomt,
dat een werknemer individueel eischen stelt.
Ten opzichte van den werkgever echter wordt
voorgesteld, dat deze ook tegenover den niet-
georganiseerden arbeider verplicht is de
voorwaarden na te leven. Maar ook hier
weer laat de regeling de mogeiijkheid open,
dat in het C. A. anders wordt bepaald.
Het C. A. bevat vele verplichtingen. Over-
treding van verplichting schept plicht tot
schaoaoossteiling. Ooa deze kwestie worot
in dit ontwerp geregeld. Eerstens doordat aan
de vereenigingen het recht gegeven wordt om
tegen hare leden, welke deze overeenkomst
geschonden hebben, een vordering in te stel
len namerts die leden, welke door de over-
treding schade geleden hebben. Daardoor
wordt de rechtsvordermg van velen ferugge-
bracht tot de vordering van een (de ver
eeniging). Maar ook is de bevoegdheid van
een enkei lid, dat schade geleden heeft, om
een eisch tot schadeloosstelling in te dienen,
onverzwakt gehandhaafd gebleven. Maar er
kan behalve stoffelijke ook onstoffelijkc
schade geleden worden. De vergoeding van
onstoffelijke schade werd ook reeds geregeld
in ons B. W. (art. 1637 Litf. w). De woorden
van dit artikel met betrekking tot de vergoe
ding van deze schade zijn in deze regeling
overgenomen: indien de schade niet cp geld
waardeerbaar is, zal de rechter naar billijk
heid eene som gelds als schadevergoeding
vaststellen. Maar ook weer op dit punt kan
in het collectieve contract een voorziening
worden getroffen.
We laten de aanvullingen en wijzigingen,
welke tengevolge van deze regeling in de Wet
op de Rechterlijke Organisatie en het B W.
moeten aangebracht worden, buiten bespre-
king.
De twee laatste artikelen bevatten over-
gangsbepalingen. Eerstens, dat de gevolgen
van een collectieve arbeidsovereenkomst, van
kraclit bij de inwerkingtreding van deze wet,
worden beoordeeld naar het voordien gelden
de recht, totdat na die inwerkingtreding de
overeenkomst wordt gewijzigd of haar duur
uitdrukkelijk wordt verlengd, in welk geval
voor het vervolg de bepalingen dezer rege
ling hare toepassing zullen vinden. Deze be-
paling is er een van utiliteit, immers de ge
volgen der nieuwe regeling werden bij het
sluiten van het oude contract niet gekend,
deze gevolgen dwingend op te leggen, zou
onbillijk wezen. Ten aanzien van vereenigin
gen. welke op het tijdstip van de inwerking
treding dezer wet van de partij zijn of in de
vijf daaraan voorafgaande jaren van de
partij gewees* zijn bij een collectieve arbeids
overeenkomst. wordt voorgesteld, dat zij eerst
binnen twee jaren na de inwerkingtreding
behoeven over te gaan tot de wijziging barer
statuten, welke de bevoegdheid dienen te om-
zich te beschermen. Maar hij sloeg zijn armen
om de hare, dwong haar handen naar bene-
den, en drukte haar vast tegen zich aan. zon
der in zijn opwinding te letter on de stekende
pijn in zijn gewonden schouder. di» door de
beweging veel meer ging bloed en.
Hulpeloos lag zij in zijn armen.
„Lafaard, beest, sncodaard," hijgde zij. En
toen sloot hij haar mond met kussen.
„Noem mij, zooals je wilt, ik heb je vast,
ik houd je en de geheele macht van Engeland
zal je mij niet ontrukken. Begrijp dat "kind,"
begon hij weer te smeeken. „Begrijp en aan-
vaard en je zult merken, dat ik je slechts ver-
overd heb, om je slaaf te worclen
Zij antwoordde hem niet. Weer overviel
haar die duizeligheid, dat lichamelijke ziek
zijn. Zij kreunde even, en lag hulpeioos ir.
zijn armen, wat haar even walgelijk en doo-
delijk was als de kronkelende omarming van
een groote slang, waaraan het haar deed
denken. Weer kuste hij haar: haar oogen,
mond, hals, waarcmheen nog de blauwe doek
hing, die gediend had, om haar den mond te
snoeren. Omdat die doek hem ergerde en ir,
zekeren zin een hinderpaal, een beletsel was,
greep hij een eind er van, en hem ruw weg-
trekkende, v.erd dc liefelijke hals en borsf
bloot, die hij bedekt had. Over dien blanken
hals boog hij nu het hoofd als een gevaarlijk
vampier. Maar zijn koorfsachtige lippen
raakten hem niet aan. Terwijl hij zich boor
hield hij zich in en verstijfde van schrik.
- Wordt vervolgd.
VOOR HET
LEVEREN
VAN UW
iffi