DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Ko. 120
fionaera negen en twintigste Jaargang
MAANOAG
23 MEI
Pan®li|ks©li sveFzicht.
B&flifenIaBicI
Dit nffififfer bestaat uft 2 blade#.
Deze Cooranl wordl ELKEN AVOND, behalve Zon- en Feestflagen, nftgegeven.
Abonnementsprijs blj vooruitbetaling per 3 maanden voor Alkmaar /2.—franco door
bet geheele Ri]k /2.50.
Afzonderlijlc® en bevnjanumtners 5 cents.
PROS DER OEWONE ADVCR1 CNTlENi
Per regel /0.25, bi| groote contracten rabat Groote letters oaar pjaafsrnfmf*
Brieven franco aan de N. V, Boek* en HandelsdinkkerQ f/h HERMf; CQfffftt-6
Voordam C 9.
Directeurj Q, H. KRAK»
Telef.nr. AdrnJisfstrafic 3.
Telefoonnr. Redact!© 33.
Hooffdredaetsun Tj, N, ADEMA*
Postgiro 37060.
Het afscheid van
Mej. 1. I<1 J. van Bjjn.
In den loop dezer week zal een onzer incest
ibekende stadgenooten, na veeljarigen inge-
spannen maar met succes bekroonden arbeid
op het gebied van het maatsdiappelijfc bulp-
betoon, onze gemeente verlaten.
Wij hebben onlangs reeds gemeld, dat de
secretaresse van den Armenraad, mej. M. E.
J. van Rijn, om gezondheidsredenen ontslag
aangevxaagd heeft.
Dezer dagen zal zij haar taak neerleggen
en na alles wat zij' in verloop van jaren in
Alkmaar tot stand wist te brengen, mag een
woord van afscheid hier niet ontbreken.
1
Er is een hemelsbreed verschil in de maat-
schappelijke hulp zooals die een twintig jaar
geieden werd geboden en zooals die op dit
oogenblik is.
Toen ontbrak veelal samenwerking en een
vertrouwbare voorlichtingsdienst en moest
men geheel op de mededeelingen van belang-
hebtenden zelf aigaan.
En thans is er een onderlinge samenwer-
Jcing van allerlei instellingen en vereenigin-
gen, een waardeering van elkanders arbeid,
en een centraal punt voor informatie die de
armenzorg in haar geheel ten goede is ge
komen.
En de leiding van dat alles gaat uit van
het bureau van maatschappelijk hulpbetoon,
van den Armenraad, de officieele installing,
die het armwezn in zijn geheel tot het terrein
zijner wericzaamheden heeft gerekend, die lei
ding en advies gee ft en alles administreert
en vastlegt wat voor doeltreffende armenzorg
noodzak'elijk mag heeten.
Er is, zooals gezegd, te dezen opzieht, in
twintig jaar heel veel in onze gemeente ver-
beterd en voor een zeer groot deel is dit te
danken aan het rustdoos werken van mej.
Van Rijn, die zich met hart en ziel aan haar
tnoeilijfce en dikwijls ondankbare taak heeft
gegeven.
In den zomer van 1907 heeft mej. Van
Rijn, die reeds meermalen bij goede vrienden
te Alkmaar logeerde, zich voor goed in deze
gemeente gevestigd.
Wie haar werkzame natuur kent, kan het
begrijpen, dat zij al spoedig bezigheid zocht,
welke, ook doordat er mceilijkheden te over-
winnen zouden zijn, een krachtige persoon-
lijkheid eischen.
Zij sloot zich ais weekend lid aan bij de
Protestantsche Vrouwenvereeniging en kwam
zoodoende met vele gezinnen in aanraking.
Aan de kinderen van de gezinnen dier
Vereeniging gaf mej. Van Rijn destijds een
frobei- en Sldjd-lesje ten huize van mej. A.
M. Oord en door al dit sociaal werk kwam
zij al heel spoedig op het gebied der drank-
bestrijding en tevens op het nog zoo weinig
ontgonnen terrein der kinderbescherming.
Waar ook maar iets groeide, dat het volk
in het algemeen ten nutte kon zijn, vond men
dadelij'k mej. Van Rijn niet alleen ais be-
langstei'lende naast zich maar tevens ais
kra-chtige medewerkster, die met een zeid-
zaam volhardingsvermogen alles deed om
dien invloed ten goede te versterken.
Reeds in 1918, het eerst jaar van de op
richting der Openbare Leeszaal en Boekerij,
volgde mej. Van Rijn, mejuffrouw Graafland
op ais bestuurslid en onbezoldigd bibliothe-
caresse.
De Leeszaal was toen nog in het stadium
dat zij allereerst vrijwillige hulp kon gebrui-
ken en mej. Van Rijn vormde een commissie
van een 24 tal dames en heeren commissaris-
sen, die haar beurtelings biistonden om toe-
zicht te kunnen houden.
Zoo werkte zij tot 1911 toen zij voor de
keuze gesteld werd haar tijd aan Leeszaal of
Armverzorging te geven en zij koos het
laatste.
Evenwel, toen zij in 1917 een reeks moeiiij-
ke jaren achter den rug had, liet zij zich op-
n:euw een bestuursfunctie welgevaiien en
van haar medewerking heeft hat bestuur der
Openbare Leeszaal en Boekerij tot heden toe
mogen profiteeren.
In het bdjzonder heeft zij zich voor de
jeugd-afdeeling geinteresseerd, uitgaande
van de gedachte, dat kinderen moeten leeren
!ezen. j
Pro Juveniute juichte dit met haar van
harte toe en besiuursledcn der piaatselijke af-
deeling hebben in 1917 en 1918 een groote
verzameling kinderboeken geschonken.
In het nieuwe gebouw gaat het thans in-
derdaad de richting van een kinderleeszaal
uit. Er is thans een uitgebreide jeugdbibiio-
theek gevormd, er zijn speciale voorwaarden
voor het aannemen van kinderieden en het
is te voorzien, dat de wensch van mej. Van
Rijn nog eens tot werkelijkheid zal worden
en dat er voor de jeugd op Woensdag- en
Zaterdagmiddag gelegenheid zal zijn een
plaatsje m ee® eigen leeszaal in te nemen.
Toen een der wijkzusters van „Gezinsv°r-
pleging" zich tot mej. Van Rijn wendde met
het verzoek om te trachten hier een Vereeni
ging voor Huisverzorging op te riditen, was
zij natuurlijk juist aan het goede adres.
Zooals men weet stelt „Huisverzorging"
zich ten doel hulp te verschaffen in minder
gcgoede gezinnen van elke richting waar de
vrouw door ziekte tijdelijk verhinderd is,
haar werk te verrichten.
Door de actie van mej. Van Riijn kwam
„Huisverzorging" onderafdeeling van de
Noord Hoilandsche Vereeniging Het Witte
Kruis (Afd. Alkmaar) tot stand.
Ongeveer ter zelf der tijd werd de „Kamer
van Navraag" opgericht, de instelling, die
later blijken zou van groote beteekenis te
zijn omdat zij de voorloopster van den
tegenwoordigen Armenraad geweest is.
Mevrouw C. de Lange—Iigler Wybrandi
wendde zich tot mej. Van Rijn met de vraag
of zij er niet voor kon zorgen, dat er een
centraal punt van informatie werd gesc'ha-
pen, een particuiiere instelling dus, die de
goedkeuring van Burg, en Weth. van Alk
maar zou erlangen.
In de Alkmaarsche Courant van 17 Fe-
bruari 1912 vinden wij. van de hand van
den heer Bruins een artikel over deze nieuwe
toen blijkbaar pas geopende instelling en de
Redactie blee'k zeer ingenomen met deze
„Kamer van Navraag", die in het Stadszie-
kenhuis was gevestigd en waar men eiken
Woensdag- en Zaterdagmiddag het register
kon raadplegen.
N'U was men een groote schrede op den
weg van het maatschappelijk hulpbetoon
vooruit gekomen.
Dank zij den onvermoeiden arbeid van
mej. Van Rijn, werd samenwerking van di
verse instellingen van weldadigheid diaco-
nien en armbesturen verkregen, die alien toe-
zegden gegevens te zullen verschaffen van
alle gesteunde arrnen in deze gemeente.
Thans was er een centraal punt van infor
matie. Nu behoefden de amen zelf niet tel-
kens meer te worden uitgehoord, nu kon men
betrouwbare adviezen uit-een goed bijgehou-
den kaartregister krijgen en zou het niet
meer voorkomen, dat de eene arme dubbel en
de an der soms niets kreeg.
In 1914 is deze „Kamer van Navraag"
in een der toen van Rijkswege ingestelde Ar-
menraden overgegaan.
Het particuiiere initiatief was dus in Alk
maar het Rijk al voor geweest, en Ds. de
Regt, predikant bij de Rem. Ger. kerlc en
voorzitter van het Burgerweeshuis, interes-
seerde er zich bijzonder voor, dat ook Alk
maar ais uitvloeisei van de nieuwe Amen-
wet van 1912 een der Armenradem zou toe-
gewezen krijgen.
Dat dit zoo spoedig gelukte is zeker aan
het reeds bestaan der „Kamer van Navraag"
te danken geweest.
Bij Kon. Besluit volgde de beneeming van
mej. Van Rijn tot secretaresse, zoodat zij van
toen af in rijiksdiienst was gekomen.
De Armenraad er zijn er thans 32 in
ons land is nu in zijn 4e vierjarige periode
(1926-1930).
Zijn leden zijn hier afgevaardigden van 36
instellingen' op het gebied vanhet maat
schappelijk hulpbetoon, welke insitellingen
om de vier jaren beslissen of zij weer tot een
nieuwen levensperiode van den raad! zullen
samen werken
Het zegenrijk werk va-n den Armenraad
is naast huisbezoek en hef steunen van elk
initiatief in de richting van sociale hulp, het
adviseeren aan de hand van een betrouwbaar
en zeer omvangrijk register met alle gege
vens over de gezinnen, welke voor hulp in
aanmerking komen.
Door de practijk bleek aan „HuisverzO'r-
ging", dat er behoefte aan goede kraamver-
zorgdng het aansteilen van gediplomeerde
bakers was, hoewel de geldmiddelen
daarvoor ten eenenmale ontbraken.
Het Witte Kruis adviseerde de burgerij om
hulp te vragen en dat verzoek om steun
bracht in 1919 een som van 110 aan jaar-
lijiksche bijdragen bijeen.
Op initiatief van Mevr. AukesTimmers
stond de Raad in 1920 een subsidie van
2000 toe, maar al dadeTijk bleek, dat „Huis-
verzorging" te ver buiten haar taak zou gaan
door ook „kraamverzorging" tot zich te trek-
ken.
Het was toen weer mej. Van Rijn, die deze
zaak in goede banen leidde en door haar be-
middeling werd „kraamverzorging" onder
gebracht bij „Gezinsveipleging", waar-
door het aantal verpleegsters met een kraam-
vrouw-verpieegster kon worden uitgebreid.
De afdeeliflg Alkmaar van het Genoot-
scbap tot zedolijk verbetering1 van Gevao-
genen heeft in mej. Van Rijn een zeer ijverige
medewerkster gevonden.
Sinds 1918 wsrd door haar op Christelijke
feestdagen en later ook in de week, het geven
van ^anguitvoeringen in de gevangenis be-
vorderd, hetzij door dubbel- of enkel kwar-
tet, door een koortje of door soiisten.
Aan duizenden gevangenen is hierdoor een
zeer gewaardeerde afwisseling in hun een-
tonig bestaan gebracht.
Ten zeerste dankbaar is mej. Van Rijn aan
alien, die op eenigerlei wijze hebben mede-
gewerkt, dat resultaat te bereiken.
Toen indertijd de heer H. Bossert, oud-
diaken der Ned. Herv. kenk, de vraag stride,
hoe het stond met't vakonderwijs van kinde
ren in ondersiteunde gezinnen, kwam men
alweer door het krachtig initiatief van mej.
Van Rijn tot de oprichting van een parti
cuiiere commissie voor beroepskeuze voor
on- en minvermogenden, die weldra over-
ging in een comm'issie voor iedereen en die
van zoo groote sociale beteekenis b'ieek, dat
diverse wethouders van sociale aangelegen-
faeden er ten voile hun belangstelling voor
getoond hebben
Mej. Van Rijn. heeft steeds daadwerkelijk
den arbeid dezer commissie gesteund en zij
zag haar initiatief bekroond door de offi
cieele erkenning van dezen vorm van maat
schappelijk hulpbetoon, toen het tot oprich
ting van een gemeentelijk bureau van be
roepskeuze is gekomen.
Aangezien in het arrondissement Alkmaar
alleen een R.-Kath. vereeniging voor kinder
bescherming beston-d, heeft de heer T. van
der Klei, lid van den Voogdijraad, mej. Van
Rijn verzocht, hare medewerking tot uitbrei-
ding der kinderzorg te willen verleenen.
Toen heeft me]. Van Rijn alien bijeen ge-
roepen, die zich op eenigerlei wijze voor kin-
derzorg interesseerden, o.a. de heeren Van
Toornenburgh en Dorbeck bestuursleden van
den Voogdijraad, en mr. Muller, den kinder-
rechter.
Enkele op die vergadering aanwezigen
vormden toen de vereeniging ,,Kinderzorg",
die zelfstandig aan den arbeid is getogen en
thans reeds afdoende van haar bestaansrecht
heeft doen blijken.
Van nog later datum is de oprichting dei
Kinderbewaarplaats, de inrichting waar
vrouwen, die voor hun levensonderhoud uit
werken moeten gaan, overdag hun kleine kin
deren ter bewaring kunnen geven.
In 1920 werd deze nuttige inrichting ge-
opend in een houten directiekeet der gemeen
te, waarin zij nog altijd is gevestigd.
Het toenemend gebruik dezer inrichting
doet de be'heifte gevoelen aan een grootere
en betere localiteit, alsmede aan een belang-
rijke versterking der geldmiddelen.
Door gebrek aan beide de gemeente-
subsidle werd' met 10 pCt. verminderd en de
in 1926 door bijzondere omstandigheden
verkregen particuiiere bijdragen bleven dit-
maal grootendeels uit is de inrichting tij
delijk gesloten, maar men hoopt zoowri van
overheids- ais van particuiiere zijde zooveel
financieelen steun te zullen krijgen, dat de
Kinderbewaarplaats weer ten voile aan haar
doel zal kunnen beantwoorden
Zoo is er in den loop der jaren door den
onvermoeiden arbeid van deze propagandiste
op het gebied' van maatschappelijk hulpbe
toon veel en velerlei tot stand gekomen en,
ware het niet, dat haar gezondheidstoestand
haar tot heengaan dwong, er zou ongetwij-
feld nog veel meer in het leven worden geroe-
pen.
Immers, op het lijetje der nog onvoltooide
werken, op het verlanglijstje van mej. Van
Rijn, vinden wij o.a. een verwijzing naar het
rapport, dat in 1922 is uitgebrach. over den
toestand van de ouden van dagen in onze
gemeente.
En in verband daarmede wordt de wen-
schelijkheid naar voren gebracht van een
tehuis voor invaiide en demente (zwakzin-
nige) ouden van dagen.
De Piusstichting heeft uitbreidingsplannen
en zal haar onverzorgde armen wei kunnen
helpen, maar het Diaconiehuis kan niet uitge-
bouwd worden, al zijn plannen' voor meer-
dere oudeliedenzorg waarschijnlijk in voor-
bereidiing.
Verder vinden wij op het verlanglijstje nog
de oprichting van een Volkstehuis en van een
Brokkenhuis, in navolging van Groningen
en Haarlem, een centraal magazijn van aller
lei meubels en kleeren, die men zelf niet meer
gebiuikt en waaruit de enquetrice der t. b. c.-
bestrijding en de wijkverpleegsters het alier-
noodiigste voor haar behoritige gezinnen
kunnen betrekken.
Zoo voorkomt men ook bet voor de arm-
lastigen zoo funeste stelsel van afbetaling.
Even eens ter be$trijding van den woeker
zal naar mej. Van Rijn hoopt in de
tookooiet krachtig geageejd word«i om tot
wekelijksche uitbetaMng van de pensioerien
der oud-militairen te kunnen komen.
Verder is haar groote wensch, dat „Huis-
verzorging" meer belangstelling van parti
cuiiere zijde zal ondervinden.
En bovenal heeft de Kinderbewaarplaats
behoefte aan krachtigen financieelen steun.
Deze inrichting zal in de toekomst geves
tigd moeten worden in een woning en een in
terne directrice moeten krijgen. Er zal een
aparte ruimte voor de zuigelingen moeten
zijn, een gelegenheid om de kinderen te
baden en ruimte voor enkele fiood-iedikantjes
voor kinderen, die plotseling zonder ver-
zorging zijn zooals den laatsten tijd nog al
eens is voorgekomen.
Voor een philantroop is hier een zeer nut-
tig werk te doen en ook voor vele vereenigin-
gen, die voo-r een liefdadig doel op een of
and ere wijze iets willen organiseeren
Dat het beknopte overzicht van hetgeen
mej. Van Rijn in deze gemeente verricht heeft,
nog zoo'n groot artikel is geworden, bewijst
zeker wel hue veelomvattend in den loop der
jaren haar sociale arbeid geweest is.
Zij heeft dit alles tot stand kunnen bren
gen, dank zij haar onverflauwd optirnisme,
haar groote wilskracht en doorzettingsver-
mogen, haar helder inzicht -en haar diploma-
tieke talenten, die haar te alien tijde de juiote
medewerking de'den vinden.
V/erken voor de maatschappelijk misdeel-
den beteekent allereerst zelfopoffering, be-
teekent voor alies inspanning en overreding
en de eenig-e belqoning kan slechti de vol-
dcening zijn, iets ter lemging van den nood
van anderen te hebben bijgedragen.
Mej. Van Rijn heeft in den loop der iaren
zeer velen aan zich verplicht, honderden heb
ben de vruchten van haar arbeid gep'lukt en
het is yanzelfsprekend, dat zij haar werk
niet kan en niet mag neerleggen, zonder dat
dit openlijk getudgd wordt.
Moge zij in een nog lange reeks van ge-
lukkige jaren de overtuiging krijigen, dat wat
zij hier ter stede gezaaid en geplant heeft tot
vollen wasdom is gekomen, dat men haar
werk in haar geest heeft vcortgezet en uitge
breid, zoodat in de gezinnen der armen
steeds meer levensvreugde en geluk kan ge
bracht worden.
De Gebeurienissen in China
De Economische Conferentie.
Pruisen en het Duitsche Ri'rh.
De afgeloopen week heeft China belari-g-
wekkende gebeurtenissen gebracht. Uit tal
van telegrammen bleek, dat de vijandelijkhc-
den met kracht waren hervat doch (hef
wordt verveiend dit telkens weer over het He-
melsche Rijk te moeten zeggen) er is weer
met geen mogelijk te zeggen, wat er precies
aan't geb'euren is.
Zoo ingewikkeld ais thans is de positie ech-
ter nog niet geweest. Naar verluidt zouden
nj. anti-co-mmunistische troepen oprukken te-
gen Hankau, de zetel van de z. g. Kanton-
neesche regeering, waartegenover Tsjang
Kai Sjek eenigen tijd geieden een nieuwe re
geering te Nanking vestigde.
Ant;-communistische troependat zou
den dan zoowel noordelijke troeoen, die met de
zuiddijke in oorlog zijn ais zuidfelij'ke partijge-
nootsn van Tsjang Kai Sjek wezen. Twee vij-
anden dus, die tezamen oprukken tegen een
vroegeren vijand van een van beide.
De troepen in China, van welke partij dan
ook, schijnen wel op onaangenaam snelie
wijze van partij veranderen.
Maar hoe het zijHankau wordt bedreigd.
Door wie zullen we maar buiten beschouwing
laten.
Het is in deze omstandigheden te begrijpen,
dat de Britsdie regeering" het nutteloos heeft
geacht, met de voorloop-ig alfnans machte-
looze regeerders van Hankau verdere betrek-
kingen te onderhouden.
De te Hankau, na het vertrek van O'Mai-
ley achtergebleven vertegenwoordiger van
den Britschen gezant te Peking, is dan ook
teruiggeroepen. Hiervan is mededeeling ge-
daan in een nota aan den minister van bui-
tenlandsche zaken Tsjen, waarin wordt ver-
klaard, dat die verzoenende politick van de
Britsche^ regeering onlbeantwoord is gebleven
en dat zij, uit wier naam Tsjen optrad, niet
hebben getoond in staat te zijn overeenkom-
stig de meth-oden eener verantwoordelijke
regeering te kunnen besturen.
Zoo zijn dus de betrekfcingen met de te
Hankau gevestigde Zuid-Ohineesche regee
ring afgebroken.
Wat de Britsche regeering nu verder hier
in het Zuiden zal doen, zal afhangen van de
houding van Tsjang Kai Sjek, wiens positie
ebhter nog volkomen onduidelijk is en wiens
verhoud'ing in het bijzonder tot den minister
Tsjen, dien hij biijkbaar tot dusver tegenover
het buiteniand ook nog ais zijn woordveerder
beschouwde, ondanis zijn breuk met Hankau,
nog tot allerlei vragen aanieiding geeft.
Men ziet: het bldj'ft in China een heerlijke
waarboel. Raden, dat is feitelijk het eenige,
wat men omtrent den toestand met eenitre
kans op succes kan doen! i
De economische conferentie *t
Met grooten ijver arbeiden de versdiillen-
de commissies voort aan hun taak. Voorloo-
pig hebben wij volstaan met korte berichten
daaromtrent: uitvoerige beschouwingen zou-
den in ons Mad te veel plaatsruimte vergen.
zoodat het ons beter lijkt te wachten met een
algemeen overzicht tot de conferentie geheel
achter den rug is.
Wel vestigen wij hier nogmaals de aan-
dacht op de moeiiijkheden welke tusschen de
Russen eener- en de andere staten anderzijds
gerezen zijn, naar aanieiding van het feit, dat
de Bolsje's in zooverre aansturen op een poli
ties succes ter conferentie, dat zij hun mede-
gedelegeerden willen dwingen de wereld aan
te sporen nauwere betrekfcingen met de Sov-
jets aan.te kno-open.
Indien aan dezen eisch niet werd voldaan
zouden de Russen zonder meer onmiddellijfc
de conferentie moeten verlaten.
Daar vooral Engeland en Frankrijk zich
verzetten tegen een dergelijke concessie aan
Rusland, heeft men getracht een compromis-
formule te vinden. Ook hiertegen teekenden
de Britten en de Franschen nog verzet aan,
dooh Amerika steunde de Russen en de
formule werd aanvaard.
Er wordt o.m. in veridaard, dat de confe
rentie het belang erkent van een hernieuwing
van den wereldhandel en zich absoluut ont-
houd't van inmenging in politieke kwesties.
Verder dat de conferentie de deelneming van
de vertegenwoordigers van alle naties, onaf-
hankelijk van de vnschillen in economische
stelsels, beschouwt ais een geltikkig voortee-
ken van de commercieele samenwerking van
alle naties. Ten slotte volgt de paragraaf,
waarbij wordt verklaard dat de Russen voor
bepaaide resoluties zullen stemmen en dat de
andere resoluties niet zullen worden be-
schouwd ais voor Rusland bindend te zijn.
Van Russisdhe zijde wordt deze tekst ais
een Russisch succes voorgesteld, in zoover er
een indirecte aanbeveling tot vreedzame a
menwerking met Rusland in staat.
Wat de aanieiding van den Amerikaan-
schen steun voor de Russen is geweest vorrnt
natuurlijk het ondenverp van wilde gissingen.
Door een lid der Amerikaansdhe delegatie
werd ecbter uitdrukkelijk ontkend dat de Ame-
rikanen en Russen een overeenkomst beti'ef-
fende de credieten voor de Sovjets hebben be-
reikt of zelfs bespreken
Het botert tusschen Pruischen en het Duit
sche Rijk den laatsten tijd weer minder goed.
Telkens doen zich gelukkig niet ernstige
conflicten v-oor. En vooral de oberprasi-
dent Horsing van het district Maagdenburg
deed nogal eens dingen, waarmede de Rijks-
bestuur-ders nu niet bepaald accoord gingen.
Verleden week heeft Horsing op een bonds-
vergadering van het Reichsbanner te Ko-
ningsbergen een rede gehouden, waarin hij
o.a. betoogde, dat de situatie van Duitschland
in buitenlandsch politick opzieht in den laat
sten tijd veel minder gunstiig is geworden.
wat hij in hoofdzaak toeschreef aan de toetre-
ding der Duitsch-nationalen aan de regee
ring.
Naar aanieiding hiervan hebben eerst de
Duitschnationalen in den Pruisischen Land-
dag een interpellate ingediend.
Thans heeft de rijksregeering tot de Prui-
sische regeering een brief gericht, waarin zij
profesteert tegen de uitlatingen van Horsing.
Het verluidt, dat de rijksregeering er in haar
brief bij de Pruisische regeering op heefi
aangedrongen Horsing te „massregeln".
Of het veel helpen zal?
Pruisen is voor het rijk immers altijd een
lastpost geweest!
VOLKENBOND.
DE PLENUM-VERGADERING DER
tCONOMI8CHE CONFERENTIE. i
De discussie over de commissie-rapporten
Onder presidium van den voormaligen
Beigischen premier Theunis heef-t de econo
mische conferentie Zaterdag een plenum-
zitting gehouden.
Op de agenda stonden de rapporten en re
soluties der dine hoofdeommissies.
Ais eerste spreker trad op d e voor
zitter de r handelscommissie,
C o 1 ij n, die rapport uitbracht over de
kwesties: handelsverdragen en toltarieven.
Spreker verklaarde, dat het rapport der com
missie eenstemmig was goedgekeurd, alhoe-
wel verscheiden gedelegeerden niet in alles
met het rapport accoord gingen.
Hierna rapporteerde de Tsjecho-Siowaak-
sche gedelegeende Kodac, voorzitter van
de industrieele commissie over de kwesties*
rafiunaliseering van de productie, vormine-
van Internationale industrie-kartels en andere
daarmede samenhangende problemen
Tenslotte bracht prof Trangesj (Joego-
Slavie) rapport uit over de door de land-
bouw-commissic- voorgestelde resoiutie.
ALRMAARSCHB COURANT
tUfmSS