DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Onrechtmatig bezit,
DE RUSTENDEJAGER - Bergen
IOIRET
FEUILLETON.
No. 154
ItKmntfmentsprfjs blj voorultbetallng per 3 maanflen f2.—fir. per post f2.50. Bewijsn, 5 ct. Advertcntiepr. 25 ct p. regel, mooter® letters Mla pUMflfftffllft
Brieven franco N.V. Boek- en Haudelsdr. v.h. Herms. Coster Zoon, Yoordam C9, TeL Administr. No. 3. Bedactie No. 8&
MAA1DAG
Buitenland
DEsSJ
Piano- humorist.
OH nuiffmer besfaai nit 2 bladen.
Monoerfl negen en twintigste laargang
1927
Directeur: G. H. KRAK.
Hoofdredadeur Tj. N. ADEMA.
4 Jl 14
Oagelsjksch overzicht.
Het Servisch-Albaneesch geschil.
De oude kroontjes en her
Duitsche Rijk. Suiker, aard-
appelen en Rijksregeering.
Er was voor de hooge heeren uit de Volken-
fcondskringen weer eens een reden om beden-
kelijk het voorhoofd te fronsen. En zulks wel
voornamelijk in verband met het Servisch-Ai-
baneesch geschil.
Zooals men weet hadden de groote mo
gendheden Engeland, Frankrijk, Italie en
puitschland ten einde te vermijden dat dit
geschil een volkenbondskwestie werd stap-
pen gedaan bij Zuid-Slavie, met als resultaat
dat dit land inderdaad de voor Albanie kwet-
sende bewoordingen uit de beruchte nota her-
riep en dus gevoegelijk verwachten kon, dat
Duraskovitsj, haar gearresteerde tolk, binnen
een minimum van tijd in vrijheid zou worden
igesteld.
Edoch, men dacht daarover in Tirana an-
ders en de Albaneesche president, luisterend
naar den welluidenden naam Beg Zogoe, ver-
klaarde doodleuk dat de bewuste tolk voor het
gerecht gebracht en ter dood veroordeeld
worden zou.
Nu was dit natuurlijk zeer onaangenaam
om te hooren, voor den tolk in 't bizonder,
maar eveneens voor Zuid Slavie en de mo
gendheden. Waar moest het met 't prestige
V^n laatstgenoemden heen als de meest on-
volwassen baby der Europeesche staten de
door de bakers voorgehouden speen (in dit
geval de verzoeting der beleedigingen) woe-
dend wegwierp en zich met succes teweer
stelde?
Is het dus te verwonderen, dat men de em-
stig gefronste hoofden opnieuw bij elkaar
stak en besloot de baby, door nieuwe
stappen te doen, tot gehoorzaamhedd te dwin-
gen?
De Fransche gezant te Tirana, tevens be-
last met die behartiging der Zuid-Slavische
belangen trok Zaterdag zijn beste pak aan
en ging erop uit om Beg Zogoe tot rede te
brengen en zoodoende het leven van den tolk
en het prestige der mogendheden te redden.
En daarbij bleek, dat Beg Zogoe zeer veel
igeleerd heeft van Stresemann, Poincare,
Daudet, Baldwin, de Russen etc. Die verkla
ren immers tot in den treure dat zij geen
bloed willen vergieten en slechts den vrede
wenschen.
Welnutoen Beg de nieuwe Servische nota
gelezen had en geconstateerd dat werkelijk
alle beleedigingen door honingzoete termen
waren vervangen kreeg ook zijn gelaat een
milderen glans en verklaarde hij ontroerd dat
de Albaneezen thans een bewijs wilden ge-
ven van hun liefde voor den vrede en daarom
last hadden gegeven den tolk in vrijheid te
stellen.
Waarmede dus het leven van Durasko-
witsj en het prestige der mogendheden gerec
zijn en- het conflict voor goed is opgelost.
Ook in Duitsdiland is eindelijk een conflict
voor goed van de baan.
Daar betrof het de sohadevergoedingen
aan de vroegere Duitsche vorsten die den piep-
jongen republikeinen nog steeds lichtelijk
zwaar op de maag lagen.
Indertijd toen de gewezen machthebbertjes
zidh tot de nog door eerbied' overweldigde re-
publikeinsche rechtbanken wendden kreger.
zij, tot verbijstering der nieuwe machthebbers
steeds hun eischen toegewezen. En ook deze
fronsten ernstig hunne hoogmogende voor
hoofden en zonnen op raad. En vonden een
uitweg in deze zin, dat wettelijk werd veror-
donneerd dat hoofden, die vroeger gekroond
waren, onder geen voorwa^rde zich van de
hulp der rechtbanken mochten verzekeren.
wanneer het schadevergoedingseischen betroi
Thans had het laatste levensuur van dit
wetje gestagen en dus moest de vraag, of het
al dan niet verlengd worden zou besproken
worden.
Ook hier nu deed zich Het prestige als een
hevige hinderpaal voor het nemen van be
slissingen kennen.
De koninkjes, hertogjes en graven achtten
het beneden hun adellijke waardigheid zich
opnieuw de wet voor te laten schrijven en
wendden al hun invloed aan om ditmaal te
verkrijgen, dat geen wet werd uitgevaardigd,
doch dat de regeering genoegen zou nemen
met hun toezegging, dat zij geen gebruik zou-
den maken van de rechtbanken en alles op
minnelijke schikking zouden laten aankomen
En gebleken is, dat hun invloed' zoo grooi
is, nog, dat de verlenging van het z.g.n. blok-
kadewetje inderdaad1 verworpen werd.
Hierdoor acht men in zekere kringen het
prestige der regeering echter ernstig geschold-
Men meent dat het met het aanzien van den
staat niet te rijmen valt, genoegen te nemen
met niet bindende toezeggingen, waar 'n wet-
telijke regeling tot stand had dienen te komen.
Vooral omdat men in verschillende landen
id.a. Pruisen, Saksen, Mecklenburg en Thu-
ringen) nog nagenoeg in geen enkel opzicht
met de voormalige kroontjesdragers tot 'n ver-
gelijk is kunnen komen en nu dus bovenmatig
Jvooge eischen van hen verwacht die bij minne
lijke schikking zeker niet nadeelig voor de vor
sten zullen uitloopen.
Hoe het zijhet wetje is van de baan. En
theoretisch is daardoor een pijnlijk conflict
tusschen de oude staatshoofden-en en jonge
republiekjes van de baan.
Doch alleen de eersten lachen in hun
vuistje
gen.
Een ministercrisis behoort dus lang niet
tot de onmogelijkheden. En in verband met
de woorden „in elk geval voor zijn persoon"
zelfs een regeeringscrisis niet
Intusschen staat de politieke wereld in
Duitschland ook anderszins weer aardig op
stelten.
De rijksregeering heeft namelijk in den
Rij'ksraad een ernstige nederlaag geleden bij
de behandeling van het regeeringsontwerp tot
wijziging van de tariefwet.
De regeering heeft voor drie producten ver-
Ijoogingen voorgesteld en wel voor aardappe-
len van 50 pfenning tot 1 mark voor suilcer
van 10 tot 15 mark en voor versch varkens-
vleesch van 21 tot 32 mark alles per 100 kilo.
De Pruisische staatsregeering heeft zich
intusschen uitgesproken tegen verhoogen van
de tarieven voor aardappelen en suiker; aan
de verhooging van de tarieven voor versch
varkensvleesch besloot zij in het belang van
het boerenbedrijf haar goedkeuring te hech-
ten.
Bij de stemming die nu Zaterdag in den
rijksraad1 werd gehouden, werd het voorstei
tot verhooging van de tarieven voor aardap
pelen en suiker verworpen en wel de verhoo
ging van de tarieven voor aardappelen met
37 tegen 31 de tarieven voor suiker met 4!
tegen 23 stemmen.
Deze nederlaag van de Rijksregeering
schijnt in parlementaire kringen nogal wat
opschudding te hebben verwekt, daar eigen-
lijk niemand en dus zeker niet de regeerings
partijen een dergelijke nederlaag had ver
wacht. Duidelijk blijkt nu dat in elk geval in
den Rijksdag geen meerderheid zal worden
gevonden voor verhooging van het aardappel
tarief. Als nu Maandag in den Rijksdag de
debatten over de tarieven beginnen zal de op
positie zich natuurlijk beroepen op de neder
laag die de regeering in den Rijksraad heeft
geleden.
Maar dan zal de moeilijkheid pas goed be-
gonnen zijn want Schiele, de minister van
landbouw eischt, d'at de tariefwet aangeno-
men wordt zooals hij haar heeft voorgesteld
Gebeurt dat niet, dan zal hij in elk geval
wat zijn persoon betreft de consequenties
daaruit trekken en er het bijltje bij neer leg-
DE MARIT1EME CONFERENTIE.
Amerika wil in geen geval uit-
breiden.
Het welslagen of het mislukken der confe-
rentie van Geneve, zal, volgens de meening
der Amerikanen, beslist worden door de on-
derhandelingen der komende week. Te
Washington neemt men aan dat Engeland
een veel hooger minimum voor zijn totale
kruisertonnage zal eischen dan de door Ame
rika voorgestelde 300.000 ton. Zonder veel
vertrouwen hoopt men, dat Engeland niet zal
vasthouden aan het voorgestelde cijfer, dat
zich, naar men gelooft, in de buurt van
500.000 ton of nog hooger beweegt.
Deze kwestie is voor Amerika van beslis-
sende beteekenis en er is reden om aan te ne
men, dat president Coolidge met algemeene
instemming van zijn technische adviseurs
liever de hoop op een overeenkomst zal opge-
ven dan een totaalcijfer te aanvaarden, dat,
naar de meening der Amerikaansche regee
ring, elke werkelijke beperking der vloot illu-
soir zou maken. De Amerikaansche regeering
zal ongetwijfeld een mislukking der conferen-
tie betreuren, doch het staat wel vast, dat,
wanneer de conferentie op deze kwestie vast
mocht loopen, de Amerikaansche regeering op
het terrein der binnenlandsche politiek geen
nadeelige gevolgen behoeft te vreezen. Sterker
nog, een mislukking der conferentie te Geneve
zou zonder veel moeite door Coolidge in een
binnenlandsch politiek succes omgezet kunnen
worden. Hij zou kunnen zeggen en zou dat.
zeker doen dat de schuld niet bij de veree
migde Staten ligt en hij zou algemeen geloof
vinden. Niettemin mag gezegd worden dat
Coolidge ernstig hoopt, dat Geneve een suc
ces zal worden.
Het schijnt dat Amerika in geen geval zijn
vloot uit wil breiden, zelfs niet wanneer En
geland nummeriek de meerdere worden zou.
Wel schijnt men wat de vloot betreft sterker
te willen blijven dan Japan.
CHINA.
EEN MANIFEST VAN TSJANG TSO
LIN.
Tegen het Bolsjewisme. Her
ziening der verdragen bepleit.
Tsjang Tso-lin de nieuwe noordelijke gene-
ralissimus, heeft een manifest uitgevaardigd
waarin het politiek program zijner regeering
wordt ontvouwd. Het voornaamste punt van
dit program is de noodzakelijke onderdruk-
king van den nadeeligen invloed van het bols
jewisme, na het handhaven van de eenheic
in China.
Met betrekldng tot de buitenlandsche rela-
ties verklaart het manifest, dat de eenzijdige
verdragen opgeheven moeten worden, doch
Tsjang Tso-lin, ziet geen reden, waarom een
herziening niet langs vreedzamen weg tot
stand gebracht zou kunnen worden. Hij ver-
trouwt, dat de mogendheden bereid zullen
zijn, deze herziening in vriendschappelijken
geest te bespreken. Inmiddels zal China zijn
verplichtingen erkennen en het leven en de
eigendommen der buitenlanders beschermen.
Tsjang Tso-lin ontkent dat China vijandig
staat tegenover de buitenlanders, doch hij
meent, dat een werkelijke samenwerking niet
bereikt zal kunnen worden, voordat de verdra
gen op vriendschappelijke wijze herzien zijn.
„Wij in Noord-China", aldus het manifest,
„zijn even nationalistisch als de Zuidelijken,
ja zelfs meer, omdat onze leus isChina voor
de Chineezen, en niet China voor de Rooden".
Naar het Engelsch van Dorothea Gerard.
Door Mr. G. Keller.
3d)
„De advocaat? Hi, hi!" (hoe afschuwelijk
klonk onder deze omstandigheden zijn gehin
nik, veel luidruchtiger dan anders!) „De ad
vocaat van hem, den verrader, die zijn ver-
diende loon heeft of op het punt staat te
krijgen?"
„Durft gij van verrader spreken?" barstte
zij los, terwijl haar ooogen met ongewonen
flans in haar bleek gelaat schitterden. Als
ij zich geen moed had ingedronken, zou hij
haar blik nooit hebben kunnen trotseeren
Maar thans had hij de kracht snoevend te
antwoorden
„Waarom niet? Ik durf alles; zelfs durf ik
a vragen, waar u thans vandaan komt
„Het gaat u niets aan, waar ik vandaan
iom."
„0, zoo! Nu, wij zullen eens zien! Waar
ben je geweest, Katya, waar ben je geweest?
Toch niet in de Pawiak?"
Hij had een paar onvaste schreden in
haar richting gedaan en stond nu zoo dicht
bij haar, dat zijn met wijngeur bezwangerden
adem tot haar neus doordrong en zij ineens
den toestand begreep.
„Goedenavond, Pan Klobinski," zeide ze
kortaf. „Ik ga naar bed en zou u willen raden
hetzelfde te doen."
Zij ging naar de deur, maar dat was voor
Vele gevangen-en zijn in vrijheid ge-
steld, in verband met de amnestie, afgekon-
digd naar aanleiding van Tsjang Tso tin's
ambtsaanvaard-ing. Verschilende straffen
zullen verminderd worden en den minister
van Justitie is vrijheid gegeven, naar eigen
goedvinden ook de straffen der communish-
sche gevangenen te verminderen.
ERNSTIGE ONTPLOFFING TE
NANKING.
Meer dan honderd Chineezen ge-
dood of gewond. Tal van bootjes
gezonken en gebouwen bescha-
digd.
Op den middag van den 2en Juli jl. had te
Nanking een vreeselijke ontploffing plaats.
Twee jonfcen, die geladen waren met ontplof-
fingsmiddelen en nabij den spoorwegsteiger
voor anker lagen, vlogen plotseling in de
lucht. Meer dan honderd Chineezen werden
gedood of gewond. Tientallen Chineesche
bootjes werden vernield, drie stoomjachten
werden besdiadigd, de daken van naburige
gebouwen werden afgerukt en tallooze ven-
sters werden verbrijzeld.
De ontploffing moet waarschijnlijk worden
toegeschreven aan de hitte of aan de onvoor-
zichtigheid der bemanning.
Tsjang Kai-sjek bracht een bezoek aan de
plaats des onheils. Hij leidde het reddings-
werk en stelde een onderzoek in naar de oor-
zaak van de ramp.
DUITSCHLAND.
DE OORZAKEN VAN DUITSCHLAND'S
NEDERLAAG IN 1918.
Maandag en Dinsdag 4 en 5 Juli
Vroegtijdig komen zter aanbevolra.
Mededeelingen van Stresemann.
Een nieuwe weerlegging van de
dolksteeklegende.
De commissie uit den Rijksdag die de oor-
zaken van de nederlaag van 1918 tracht op te
sporen, heeft van dr. Stresemann, een over
zicht gekrege-n van zijn meening over den
kritieken oorlogstijd toen hijzelf leider der
nationaal-liberale parnj was.
In zijin betoog verklaart dr. Stresemann
dat de plotselinge mededeeling van het
legerbestuur dat de voowaarden van Wilson
dienden te worden aanvaard, een verplette-
renden indruk verwekte. De leiders der par
tijen waren op een dergelijke verbijsterende
mededeeling niet voorbereid. Zij- moesten
hun woord geven dat zij niet over den toe
stand met hun parti} zouden spreken. Strese
mann sprak echter telefonisch met een lid
van het opperste leg?rbestuur, die hem mede-
deelde dat de toestand hopeloos was, dat
Duitschland dagelijks 10,000 gevangenen
verloor en dat de wa-penstilstand dringenc
noodlzakelijik was.
W-einige dagen later was de t-oestand niet
meer geheim te houden en to-en een verw-ar-
ring aan het front viel waar te nemen, was
de stemming in het land reeds allertreurigst
•gewOKlen, daar jaren lang tevergeefs op de
overwinnimg was gewacht.
De Vossische Zeitung, waaraan boven-
staande uittreksels uit de verklaring van dr
Stresemann zijn ontleend, is van meening
dat uit dit document voldoende blijkt dat
Stresemann geen geloof hecht aan de be
ruchte dolksteeklegende.
DE INSPECTIE DER DUITSCHE
VESTINGEN IN HET OOSTEN.
Een accoord.
De voorwaarden voor het vaststellen van
de slooping der vaste werken van de Duit
sche grensvestingen in het Oosten zijn in vol-
ledige overeenstemming tusschen den Duit-
schen generaal von Pawels en de deskundi-
gen der geallieerden geregeld.
Een Fransch en een Belgisch majoor zul
len zich binnenkort met von Pawels daarheen
begeven.
hem een aanleiding om al zijn krachten in
te spannen. Tot haar ontsteltenis ging hij
voor haar staan, versperde haar den door-
tocht.
„Neen, Katya neen! Ge gaat niet heen
zonder eerst op mijn vraag te hebben-geant-
woord. Waar ben je geweest? Bij je minnaar?
Je trouweloozen minnaar, die je versmaad
heeft, den man, aan wiens voeten ik je in het
woud heb zien kruipen? Zullen je kussen
hem het sterven verlichten? Och, stakkerd,
hoe zou hij ze verdiend hebben?"
„Laat me door!" zei Katya, ijzig van stem
en blik.
„Wat? Nog altijd zoo trotsch en koud?
En dat tegenover mij, Katya, mij, die je nooit
heb aangedaan wat die man je heeft berok-
kend, die maanden, neen, jaren je slaaf is ge
weest! Ah, wat zou ik niet hebben gedaan
voor een dier kussen, die je aan hem hebt
verspild!"
Hij was zelf niet er op verdacht, dat hij
dergelijke woorden zeide. Hij was niet hier-
heen gekomen om zijn liefde te verklaren.
Wanneer hij volkomen bij zijn positieven ware
geweest, zou hij het oogenblik daarvoor niet
bij uitstek geschikt geacht hebben Maar wien
is wel een voortstuwende, doch geen verstan-
dige raadgever. De minachtende blikken, de
trillende neusvleugels, het gezicht van blanke
armen en van een blanken hals, welke uit den
los om haar hangenden mantel te voorschijn
kwamen, dat alles deed hem zijn bezinning
verliezen.
„Ik moet het uitspreken, Katya, ik moet,
ook al zou je weer de woorden gebruiken, die
ik op Lubynia uit je mond hoorde; o, wreed
wezen, hoe kondt ge dat doen? Maar je zult
dat niet doen, want je hart is ten slotte maar
het hart van een vrouw. Moet mijn toewijding
je ten slotte niet vermurwen? Vergelijk mijn
genegenheid maar even met de houding van
dien anderen
„Als u mij niet onmiddellijk door laat,"
zei Katya, haar tanden opeenklemmend,
„bel ik!"
Hij keek haar een oogenblik in het gelaat,
alsof hij zich van haar onwrikbaarheid wil-
de overtuigen, terwijl hij intusschen tegen de
deur leunde, welke hij met zijn lichaam ver
sperde. In dat oogenblik veranderde zijn ge
laat, dronkemansopwinding maakte plaats
voor een nijdigen, dreigenden blik. Op een
anderen toon vroeg hij
„Je wilt dus, evenals vroeger, van mijn
liefde niets weten?"
„Ik heb u niets te zeggen, Pan Klobinski.
Elk oogenblik, dat ik met u in hetzelfde ver-
trek vertoef is voor mij een marteling. Ik
hoop, dat ik nu duidelijk genoeg ben geweest
Hebben wij elkander nu goed begrepen?"
Hij kruiste zijn armen over zijn smalle
Jborst, en liet de steun van de deur varen.
„Wij begrijpen elkander wel, maar toch
nog niet ten voile. Er zijn een paar omstan
digheden, die u over het hoofd ziet. Bijvoor-
beeld dat mijn ambt mij verplichtingen op-
legt, die ik tot nog toe gaarne heb verwaar-
loosd terwille van uw schoone oogen. Maar
nu ge weigert met die schoone ogen. Maar
vriendelijk aan te kijken, gevoel ik geen lust
met die plichten nog langer het handje te
lichten. Heeft u de zaak van het paspoort
vergeten? Weet u niet. dat ik u volkomen in
mijn macht heb?"
DE VERHOOGING DER AMBTE-
NAARSSLALARISSEN.
Zij gaat in elk geval met 1
October in.
De Rijksdag heeft besloten dat de begroo-
tingscommissie, indien het wetsontwerp no-
pens de verhooging van de ambtenaarssala-
rissen niet voor den lsten October is afge-
daan, de rijksregeering zal machtigen van 1
October af de vastgestelde verhooging uit te
betalen.
ENGELAND
DE HERVORM1NG VAN HET,
ENGELSCHr HOOGERHUIS.
Wanneer de arbeiderapartij Woensdag
haar motie van berisping bij het Engelsche
Lagerhuis indient, zal Baldwin's regeering
elegeniheid krijgen te toonen wat zij nog
andhaaft van de plannen tot hervonning
van het Hoogerhuis die een van haar woord-
voerders, de Lord-kanselier, in het Hooger
huis heeft ontvouwd. De soep wordt niet zoo
h°et gegeten als zij te vuur 6taat en1 in dit
geval zal zij nu reeds, lang voor er van eten
sprake is, aanmerkelijk afgekoeld blijken.
Thans v-erluidt immers dat Baldwin er na-
dru-k op zal leggen dat het schema van den!
Lord-kanselier niet als een reeks gekrista-IK-
seerde voorstellen beschouwd moest wor
den. Er is, gelijik men weet, onder den gema-
tigden vleugd van de conservati-even emstig
verzet gerezen tegen voorstellen om de be-
voegdlheden der pairs zoo sterk uit te brei
den als aanvankelijk overwogen werd. Mat
spr-eekt reedis van een capitulatie van de re
geering Niemand zal de achteraf ged?ne ver-
zekering gelooven dat de bedo-eling van de
regeering niets anders was geweest dan een
proefballonnetje op te laten, dat dan niet
opg-egaan is.
De algemeene opvatting is, dat het kabinet
het fameuze hervormingsontwerp zal be-
snoeien tot een voorstei om een fcetere
m-ethode te verkrijgen om uit te maken wat
financieele ontwerpen (money bills) zijn over
welke het Hoogerhuis sedert 1678 geen
macht meer gehad heeft. De Speaker van bet
LagerHuis zal het slechts toejuichen als voot-
taan deze verantwoordelijke beslissing niet
alleen meer voor zijn rekening komt en hij
den bijstand van een Law Lord of een ander
rechtsgeleend ambtenaar krijgt.
Het hatelijke van het voorgestelde plan
was vooral, dat het de macht van de conser-
vatieve partij op het land'sbestuur duurzaam
versterken zou. In het Hoogerihuis is immers
het overwicht der conservatieven steedls zoo
st-erk dat cons-ervatieve wefeontwerpen er
altijd vlot aangenomen word-en. Wanneer
daarentegen de liberalen aan bet bewind
waren, ondervonden zij, dat bet eene belang-
rij'ke wetsontwerp na het andere op het ver
zet van de conservatieve ,,bijregeering" in
het Hoogerhuis strandde. Dit heeft er ten
slotte toe geleid dat in 1911 het veto-recht
van de pairs beperkt werd. Het kan sl'echcs
tweemaal uitgeoefend worden, een voor de
derde maal door h-et Lagerhuis aangenomen
wet wordt eenvoudig aan den Koning ter
goedkeuring voorgelegd.
Voor een poging om door andere samen-
stellinig eniz. het Hoogerhuis nieuw gezag
Katya keek hem ijskoud met zwijgende
minachting aan.
„Voor de laatste maal Katya, wil je mij
gelukkig maken, of niet?"
Hij ging op haar af, zijn armen maakten
een beweging alsof hij ze naar haar wilde
uitstrekken, maar toen hij zag hoe zij ijlings
terugdeins-de, bleef hij staan, haar met een
zonderlingen blik aankijkend.
„Ja of neen, Katya? Je hebt te kiezen!"
„Honderdmaalneen!" hijgde zij, terwijl
zij haar mantel dichter om zich heen trok als
ware deze een pantser tegen de dreigende
omhelzing.
Hij keek haar nog even scherp aan en
sprong toen haastig naar de bel
Gedurende de daarop volgende minuuut
stonden zij) op een pas afstand van elkaar. in
doodsche stilte. Zij met bleek gelaat maar
met opgeheven hoofd, vol toorn, hij hijgend
en met vertrokken gezicht. Voor beiden was
het een onbeschrijfelijke veradieming, toen
een slaperige kellner zijn hoofd1 door een an
dere deur stak.
„Is er een „garodowoi" (politieagent) in
dit perceel?" vroeg Klobinski met een stem,
welke hij slechts met de uiterst-e krachtsin-
spanning ka-lm deed klinken.
De kelner werd opeens klaar wakker Een
dergelijke vraag, gevoegd bij de uniform
van den vrager en het gelaat van de dame
in den bon/tmantel maaikten dat begrijptlijk
"a. Moet ik hem roepen, genadige beer?''
a, onmiddeltijk!"
/eer een oogenblik stilte, verrassend kort,
en toen trad de „garodowoi" binnen, terwijl
een paar nieuwsgierig5 gezi'dhten over zijn
schouder keken, waarond ;r ook 4at van den
nacbtportier. -
„Agent Paploff?" s
„Tot uw dienst, genadige heer!"
„Die persoon", en Klobinski wees met eer
trillentien vinger naar Katya, ,,moet dadelijk
naar het politiebureau gebracht worden, da
delijk, hoor je? Zij wordt beschuldigd
van het gebruik van valscbe papieren".
„Tot uw dienst" zei de agent zonder eet
spier van zijn gelaat te vertrekken. in dezer
tijd ongevoelig geworden voor de opwm>
ding van opzienbarend-e arrestaties.
„Maar zou de dame zich niet eerst mogei
verkleeden?" opperde de vaderlijke nachtpor
tier op den achtergrond.
„Dadelijk! zeg ik. Dadelijk!" sehreeuwd*
Klobinski bijna, daar hij zich vaag bewus-
was, dat vertraging allicht verandering ir
zijn besluit kon brengen. „Haal een „dro6ch-
ke!"
„Er staat er een voor de deur," stotterd*
de verschrikte kellner. „Een reiziger van der
trein gehaald..."
„Des te beter. Agent Paploff, je weet, wa<
je te doen staat."En met een parmanti
zwaai ging hij op zijde om ruim baan te ma-
ken. Zonder ook maar haar bleeke lippen t«
openen of in zijn richting te kijken, ging
Katya hem voorbij met vasten stap en alleer
haar bleekheid verried, welk een ontzettendi
ontsteltenis haar vervulde en hoe zij slechb
met de uiterste inspanning van al haar geest
kracht zich daartegen verzette. Met hoevee
angst haar hart ook venvuld was, gunde zj
dien man toch niet het schouwsoel van haai
diepe teleurstelljng.
-
ILKMAARSCHE CODRANT.
„Zoo!"