Alkmaarsche Gouran MARTIN'S VERJONGINGSKUUR. FEUILLETON. In en om'de hoofdstad. Kb. 19S 1927 Honderd negen en twinfigste Jaargang. Zaferda? 20 Augustus. Racfio-hoekje Zondag 21 Augustus. Hilversum, 1050 M. 10.V. P. R. O. tiitzending uit de Ned. Herv. kerk te Zaan dam. Voorganger: ds. A. van Wijk, over God is overal (Tekst: Ps. 139 :6 12). 1 Gebed. 2. Gez. 193 1. 3. Preek le ged. Gez. 7 1, 2 en 4. 5. Preek 2e ged. 6. Orgel spel. 7. Gebed. 8. Ps. 73 13. 9. Zegen 12.301.30 De nieuwste gramofoonmuziek (N. O. V.). 1.302.Lezing door Mr. A N- Nicolspijer, over: De collectieve arbeids- overeenkomst. 2.15 Uitzending uit de Prin- cesse Schouwburg te Den Haag. „Das Drei- tnalerhaus", zangspel in 3 bear, van Win ner en Reichert. Muziek van F. Schubert, Regie Fr. Hirsch. Dirigent: Willi Libic- zowski. Franz Schubert, Paul Harden. Ba ron Schober, dichter, Albert May. Moriz von Schwind, kunstschilder, Willy Zirbel. Kupel- wieser, teekenaar. M. Laske. Johann Michael Vogl, Hofoperazanger, Kurt Heide. Graaf Scharntorff, Deensche gezat, Walter Triebel. Christian Tscholl, Meester glazenmaker a. h. Hof. Fr. Hirsch. Marie Tscholl, zijn vrouw, Jula Rillo. Hederl, Haiderl en Han- nerl, hun dochters, resp. Carla Carlsen, Else Kramer en Friedcl Dotza. Giuditta Grisi, zangeres aan het Hoftheater, Mimi Gyenes Andreas Bruneder, meester zadelmaker, Her bert Weissfoach- De le acte speelt voor het huis van Schubert, de 2e acte in een salon bij Tscholl en de 3e acte voor een patisserie- winkel. Het stuk speelt in Weenen omstreeks 1826. 6.Dienst in de Ned. Geref. kerk te Zandvoort. Voorganger: ds. H. C. v. d Brink. 1. Orgelspel door A. C. Reujl, tot 6.30. 2. Votum en Zegengroet. 3. Zingen Ps. 100 1 en 2. 4. Geloofsbelijdenis 12 artik. 5. Lezen: Luk. 18 1 tot 8. 6. Zingen Avondzang: 7. 7. Gebed. 8. Zingen Ps. 73 12. 9. Tekst: Rom. 12 12. 10. le ged. preek. 11. Zingen Lied 50:2 (Ev. Gez. 189 6). 12. 2e ged. preek. 13. Het Gebed des Heeren. 14. Zingen Ps. 97 7. 15. Zege- ning. 16. Orgelspel. 8.Persberichten en sportuitslagen. 8.15 Aansluiting van het Kurhaus te Scheveningen. Het Residentie- orkest onder leiding van Prof. Georg Schnee voigt. Daventry, 1600 M. en Londen, 361 M. 3.50 Concert. De militaire band. E. Furmed- ge, contra alt. J. Ching, piano. 5.35 Gedich- tenvoorlezing door Mich. Sadleir. 5.50 6.20 Kinder studio-kerkdienst. 8.20 Dienst in de St. Andrew's Parish-kerk. 9.15 Lief- dadigheidsoproep. 9.20 Weerbericht en nieuws. 9.30 „Vesper muziek". Orkest en H. Macklin, tenor. De Wireless Singers. 11 05 Epiloog. Parijs „Radio-Paris", 1750 M. 12.20 I.05 Gewijde muziek en preek. 1.052.10 Qrkestconcert. 5.055.55 Concert. De Ho- monyme Jazz. 8.5011.20 Concert. Orkest Dansmuziek. Langenberg, 469 M., Miinster, 242 M. in Dortmund, 283 M. 9.20—10.20 Kath. Morgenwijding.' 12.301.10 Declamaties door Gerd Fricke. 1.202.50 Concert. Poli- tiekapel. 5.506.50 Orkestconcert. 8.35 „De vroolijke vrouwfjes van Windsor", kom opera in 3 acten van Nicolai. Daarna tot 12.20 Dansmuziek. Konigswusterhausen, 1250 M. en Berlijn, 484 en 566 M. 6.50—8.20 Vroegconcert. 9.20 Morgenconcert. 11.501.10 Orkest concert. 5.206.50 Orkestconcert. 8.50 Uit de operettes van Leo Fall en de opera's van Lortzing. 10.5012.50 Dansmuziek. Hamburg, 395 M. 7.508.20 Vroegcon cert. 9.35 Neder-Duitsch morgenconcert. II.50 Openluchtconcert. 1.25 Concert. 3.20 Vroolijk concert. 5.50 Dansmuziek. 8.20 11.10 „Die weisze Dame", kom. opera Boieldieu. Dansmuziek. Brussel, 509 M. 3.205.20 Klassiek con cert. 8.20 Kamermuziek. 9.20 Kursaalcon- cert. 10.5011.20 Dansmuziek. Maandag 22 Augustus. Hilversum, 1050 M. 12.Politieberich- ten. 12.352.Luncmhuziek door het Trianon-trio. S. Sjouwerman, viool. J. de Jong, cello. H. Ryff, piano. 4.405.55 Kin- deruurtje door mevr. Ant. van Dijk. 6. 8.Concert door het A. N. R. O.-orkest. Gustaaf de Leor, heldentenor van de opera te Diisseldorf. Egb. Veen aan den vleugel 7 45 Politieberichten. 8.10 Aansluiting van het Kurhaus te Scheveningen. Volksconcert Door Rafael Sabatini. Uit het Engelsch door C. M. G. d. W. fO) En het meisje, dat haar geluk haast niet op kon, liep weg met een spoed die aan het grappige grensde. Tressan had niets te zeg gen, geen enkel woord om haar terug te nouden; tegenstand1 of verontschuldiging was vruchteloos. „En nu mijnheer de Senechal", zei Gar nache, met de handen in de zij, wijd'beens en de oogen gevestigd op het gelaat van den ongelukkigen man, „wat heeft u mij te zeg gen?" Tressan veranderde van houding; hij ver- rneed de oogen van den andere; het was duidelijk zichtbaar dat hij beefde ert toen hij eindelijik begon te spreken, was het op aar zelendeh toon, ,,Het het schijtnt, mijnheer, dat ik het slachtoffer ben van bedrog." "I'k dacht eerder, dat ik het slachtoffer was'. ,,Wij waren beiden slachtoffers, d'at is auideli|k, antwoordde de Senechal. Toen be gon hij verklaring te geven. „Ik ben giste- ren naar Condiliac gegaan volgens uw ver- langen en na een heftig onderhoud met de roarkiezin, kreeg ik van haar de belofte van e hitlevering van mademoiselle de la Van tage Dat meende ik. Ik kende de freule zelf met, begrijpt u.w- - door Het Residentie-orkesf onde"f TeTd!nFvin Ignaz Neumark. In de pauze een lezing door den heer Maarten, over: Het middenstands- congres. 10.15 Nieuwsberichten. 10.50 12.Dansmuziek van het Paviljoen Riche te Zandvoort. Teddy Staves and his band, (van 10.5011.20 onderbroken voor Nor- deich). Daventry, 1600 M. en Londen, 361 M. 12.20 Daventry-kwartet en solisten, bariton en piano. 1.20—2.20 Orgelconcert. 3.20 Or kestconcert. 4.10 M., Ramsay, mezzo so- praan. 4.22 Orkestconcert. 4.50 Duettenvoor sopraan en bariton. 5.20 Huishoudpraatje. 5.35 Kinderuurtje. 6.20 Daventry-kwartet. 6.45 Radiobulletin. 7.05 Daventry-kwartet. 7.20 Dram, critiek. 7.35 De Sonates van Beethoven. 7.50 Variete. 8.20 Concert. Sym- phonie-orkest, onder leiding van Sir H. j. Wood. M. Busby, sopraan. W. Widdor, te nor. 9.50 Weerbericht en nieuws. 10.05 Vervolg Concert. 10.50 Nieuwsberichten. 10 55 Lezing: The King's English in the Royal county of Berks. 11.10—11.20 Variete. Parijs „Radio.Paris'\ 1750 M. 10.50— 11.20 Concert. 12.502.10 Orkestconcert. 5.05—5.55 Dansmuziek. 8.5010.50 Frag- menten uit een opera-comique. Orkest, koor en solisten. Langenberg469 M.. Miinster242 M, en Dortmund283 M. 1.30—2.50 Orkestcoff- cert. 5.506.50 Orkesctoncert. 8.359.20 Westfaalsch concert. W. Bockenholt, decla- matie. A. Imkamp, bas. W. Nebe, piano. 9.20 Snarenspel en zang. M. MertenGru- ner, sopraan. G. Griinwald, cither. R. Griin- wald, guitaar. P. Wolff, Schoszgeige. 11.10 12.20 Dansmuziek. Konigswusterhausen, 1250 M. 12.20— 8 05 Lezingen en lessen. 8.50 „Die Heide". R Stcbrawa, declamatie. Radio-koor. Daar na concert. C. Bronsgeest, bariton en radio koor. Brussel, 509 M. 5.206.20 Orkestcon cert. 8.20 Orkestconcert. 9.2C10.20 Dans muziek. Hamburg, 395 M. 4.35 Charles de Coster- Herdenking. 5.20 Gedichten en liedjes bij de luit. 6.20 Orkestconcert. 7.20 Orkestconcert. 8.2011.10 Straussmuziek. CCXLIX. We hebben komkommertijd. Wij, dagbladschrijvers, zeggen van Augus tus-maand altijd: dat wij in dezen tijd des jaars „in den komkommertijd leven", waar- mede we wenschen aafi te duiden, dat het ge- achte publiek gedurende enkele weken niet verbaasd behoeft te zijn als het zijn „geliefd lijfsorgaan" niet zoo lijvig en niet zoo be- langrijk zal bevinden als in de overige weken des jaars het geval is, omdat gedurende deze maand het nieuws der reacteuren der bladen gewoonlijk schaarscher toevloeit dan anders. Wat niet anders dan natuurlijk is. Wanneer in de Augustus-weken geen onverwachte ge- beurtenissen, die door gansch de wereld of door eigen land een schok doen gaan, plaats hebben, is het nieuws schaars, omdat in dezen tijd des jaars „iedereen" waaronder te ver- staan degenen, die nieuwsbronnen kunnen wezen, „weg" is. Deze maand is de vacantie maand bij uitnemendheid. De parlementen in nagenoeg alle landen zijn tijdelijk uiteenge- gaande vroede dames en heeren, die volgens onze Gemeentewet steden en dorpen bestieren, hebben tot begin September rust en alle ge- legenheid om zich in de welsprekendheid te oefenen voor de naderende begrootings-dis- ucssies, en als gevolg van dien zijn tal van personen, die anders zoo dikwerf de persman- nen over staats- en gemeentekwesties van al- lerlei aard kunnen inlichten, ook met vacan tie gegaan. En de arme journalisten, die trots dit alles hebben te zorgen dat de krantenle- zers's avonds en 's morgens geen bianco vel- len papier in huis zullen krijgen, pijnigen zich vaak de hersenen met de vraag: hoe zij alt'hans een nieuwsblad zullen kunnen afleve- ren, waarin toch nog wel een en ander te vin- den is, dat de massa de moeite waard zal ach- ten. Hun eenige troost in deze dagen is, dat tal van „getrouwe lezers" ook hun vrije we ken hebben, waarin zij gebroken hebben met den dagelijkschen sleur en als gevolg van dien voor hun nieuwsblad niet de gewone be- langstelling toonen, ook al zouden zij het de administratie daarvan erg euvel duiden, in- dien deze het niet zou hebben nagezonden naar hun tijdelijk vacantie-adres. In dezen komkommertijd dan maakt Amster dam geen uitzondering op andere steden van beteekenis, d.w.z. de stad'is „ledig", ledig van de nieuwsbronnen, waaruit anders nieuws „opborrelen" kan. Alleen de vreemdelingen brengen vertier, met name de buitenlanders, die de stad komen bekijken en daarvoor zeer Garnache zag hem aan. Hij gel oof de hem niet. Het speet hem, dat hij bet meisje zelf niet ondervraagd had. Maar misschien was het wel zoo gemakkelijk en praetisch als hij den schijn aannam de bewering van den Se nechal aan te nemen. Maar hij moest zorgen niet nog meer voor den gek te worden ge- houden. „Mijnbeer de Senechal", zei hij op kahnen toon en hij bedwong zijn toorn, „op zijn zachtst zijt ge een domoor en een ezel, op zijn ergst gijt ge een verrader Ik zal daar :nu geen nader onderzoek naar doen; ik zal niet te nauwkeurig wezen". „Mijnheer, die beleedigingen zoo be gon de Senechal, een zekere waardigheid te hirlp roepende. Maar Garnache viel hem in de rede. „La, la! ik spreek uit uaam van de koningin. Indien u gedacht heb de douairiere van Con- dilTac van dienst te zijn in haar verzet tegen laar majesteits bevel, laat mij u dan aan- aden, indien ge uw betrekking als Senechal op prijs stelt als u prijs stelt op het be- ua< langer te koesteren. houd van uw leven om die gedachte niet Ik zie in ieder geval in, dat ik zelf de zaak in handen moet nemen. Ik moet persoonlijk naar Condililac gaan. Indien mij weerstariid wordt geboden, zal ik mij tot u moeten wen- den en de noodige hulpmiddelen vragen om dien weerstand te overwinnen. En vergeet dit vooral niet: ik heb het on- >eslist gelaten of u op de hoogte waart van de poets die men getracht heeft de koningin door mij, haar vertegenwoordiger te spelen, ja of neen. Maar het is eeni vraag, die ik bij machte ben ieder oogenblik op te lossen, op VeeT gecruTk makeh" VdTT"oe Vjcnsieniwagens der verschillende reisbureaux. En wanneer men dag in dag uit dergelijke groote voile w;agens door Amsterdam ziet gaan en ze siil ziet houden bij sommige onzer bezienswaar- dige gebouwen, zooals het Paleis op den Dam en Rijksmuseum in de allereerste plaats, denkt men allicht, dat al die vreemdelingen toch wel een belangrijke som gelds zullen achterlaten in de laden van tal van nering- doenden. Vermoedelijk dat de hotels en een aantal bekende restaurants inderdaad van dit vreemdelingenbezoek profijt trekken. maar of zulks voor de winkeliers ook geldt is de vraag. Ten minste neringdoenden, die ik daar naar vroeg, verzekerden mij, dat voor tal van winkeliers het vreemdelingen-bezoek volstrekt niet voordeelig is en dat zij het in dezen tijd het meeste moeten hebben van de provincie- mensdhen, die in hun vacantie voor korter of langer tijd hier komen en zij weten dit voor een groot deel juist aan die toeristenwagens. „Die toeristenwagens", zeide een hunner tot me. „zijn voor ons een nadeel. De hotel- portiers raden de buitenlanders gaarne die toc'hten in toeristenwagens aan men heeft mij zelfs verteld, dat zij dit des te liever doen, omdat ze ^aarvoor van de toeristen-bureaux hun belooning krijgen, iets wat ik niet beslist weet, doch lang niet onmogelijk acht. Maar in elk geval, de toeristenwagens nemen die buitenlanders mede, toeren hen de stad door; hun geleiders lichten hen in over restaurants, doch het gevolg is, dat velen dier vreemdelin gen dan verder maar hoogst zelden te voet door de stad gaan; dat de'meesten hunner niet langs onze winkels komen en niet koo- pen. De Nederlandsche vreemdelingen echter, de provincialen maken van die toerwagens slechts weinig gebruik; zij gaan met onze trams of loopen door onze straten, kennen bovendien de taal en zijn grootendeels dege nen, die in dezen tijd, nu „de Amsterdam mers weg zijn", nog wel iets voor ons goed maken. Er ligt ontegenzeggelijk veel waars in het geen mijn zegsman opmerkt, want die nieu werwetsche vreemdelingen-auto's zijn zeker oorzaak, dat tal van buitenlanders daardoor gelegenheid krijgen Amsterdam in een of twee dagen te doen zij zien de kunstverza- melingen, die de moeite waard zijn opper- vlakkig; krijgen even een indruk van de stad, maar van ons groote-stadsleven en hetgeen onze neringdoenden te koop bieden, zien zij weinig of niets. Gelijk ge weet hebben we hier eenige dagen geleden o.a. een gezelschap Amerikaansche journalisten gehad. Zij hebben op dien enke- len dag, dien hun voor Amsterdam was toe- bdeeld, onder uitnemend geleide kennis kun nen maken met enkele belangrijke instellingen der stad, die buitenlanders in den regel niet bezoeken, zooals het Koloniaal Instituut en de Koopmansbeurs; ze hadden althans gele genheid daartoe, doordat zij in gezelschap waren van tal van Amsterdammers van be teekenis, die hen over onze instellingen, ons maatschappelijk leven zooveel konden vertel- len als zij weten wilden, maar van het Am sterdam, zooals het werkelijk leeft, zagen ze weinig. Toen zij in het Instituut toefden, wa ren zii ook getuigen van het aanbieden van drie gedenkplaten, door het Historisch Ge- nootschap te New-York ter plaatsing aange- boden in het Oude West-Indische Huis, "de Begijnenhofkerk, den Schreierstoren als her- innering aan de beteekenis, die ons land heeft met betrekking tot de stichting van New-York, het oude Nieuw-Amsterdam, maar de plaat- sen, waar die gedenkplaten aangebracht zul len worden, konden zij slechts even oppervlak. kig aanschouwen de toeristenwagens had den in elk geval dat nut, dat ze even langs de gebouwen konden gaan, waar de gedenkpla ten voor bestemd zijn; 't was in elk geval iets, maar best mogelijk is, dat ze ten slotte toch nog meer belang hebben gesteld in het nieuwe stadion, dat in wording is en zoo een herinne- ring medenemen aan de plek, waar, naar zij natuurlijk hopen, de Amerikaansche athleter. hun triomfen zullen vieren in het naderend Olympiade-jaar. Vermoedelijk zullen nu het andere jaar ock de gedenkplaten staan op het program van de rondritten, die de toeristen wagens vol Amerikancn door de hoofdstad zullen doen. Eigenaardig toch het zij hier terloops even opgemerkt dat we in onze dagen der gelijke herinneringsplaten nu en dan ontvan- gen van bevriende buitenlanders en die dag op officieel-plechtige wijze gaarne aanvaar- den, terwijl daartegenover staat, dat wij "in den loop der jaren zoo menigmaal typische gedenksteenen, die iets te zeggen hadden over de oude geschiedenis van Amsterdam, bij het sloopen van gebouwen, waarin zij aange bracht waren, verloren deden gaan. Gelukkig, dat in de laatste jaren, dank zij het ijveren van verschillende vereenigingen, die den eer- te lossen als ik het verla-ng. Tenz'.j u zooals ik vertrouw voortaan u onwankelbaar trouw toont, zal ik dat vraagstuk oplossen d'oor u voor een verrader te verklaren, en ik zal u als verrader arresteeren en naar Parijs laten brengen. Mijnheer de Senechal, ik heb de eer u te groeten." Toen hij vertrokken was, trok rcijinheer de Tressan de pruik van zij-n hoofd en veegde zijn bezwee-t voorhoofd af. Beurtelings wit als sneeu'k en rood als vuur, liep hij zenuw- achtig de kamer op en neer. In de vijlftien jaar nadat hij verheven was tot den rang van Senechal, had nooit iemand zutk een toon tegen hem durven aanslaan en hem aldus durven toes-preken. Voor leugenaar en verrader was hij dien morgen uitgemaakt, voor bedrieger en dwaas; en hij was overduveld en bedreigd en had alles opgeslikt, en zou hij na zoo ver te zijn ge gaan de hand te streelen die hem dit alles had toebedeeld. Drommels, wat een lummel was hij geworden! En de man die dat alles gedaan had, een doodgewone parvenu uit Parijs, die rook naar Ieder en naar de kazer- ne was nog in leven! Bloed-vergieten dat was zijn plan; moord- lust sloop in zijn hart. Maar die gedachte zet- te hij van zich af, hoe waanzinnig hij ook wezen mocht. Hij moest dien kerel met andere wapenen bestrijden, zijn opdracht verhinderen en hem verslagen, met leege handen naar Parijs terug zenden. „Babylas!" riep hij. Onmiddellijk stond de secretaris voor hem. „Heeft u gedacht aan de opdracht aan ka- pitein d'Aubran?" vroeg hij met een onge duldigen snauw. - mad voor delpEhiedeSis de?er me'rwaafarge stad aankweeken, dikwerf toch nog vele dier gedenksteenen voor vernietiging bewaard zijn gebleven. De toeristenwagens hebben ook nog dit op hun „geweten" dat vele vreemdelingen het „Venetie van het Noorden" niet meer op het water zien. Natuurlijk, velen dier buitenlan ders slaan Marken en Volendam nooit over de gidsen van de booten, welke naar die plaatsen varen, zorgen daar wel voor, want in de ochtenduren kan men ze steeds bij de uitgangen van het Centraal-Station vinden, in woord en met prentkaarten die twee „Mek- ka's" der toeristen aanbevelende, maar de tochten door de grachten van Amsterdam zijn zeldzaamheden geworden en het traditio- neele bezoek dat buitenlanders van hier uit steeds naar Zaanland brachten om de molens te zien en het Czaar Peter-huisje te Zaan- dam. is lang niet meer wat het vroeger ge- weest is. Is het omdat, helaas! zooveel van onze ZaanlandsChe molens verdwenen zijn en men niet meer aan Rusland denkt als het land der Czaren? Wie zal het zeggen, maar jam mer is het, want ons IJ en Noordzeekanaal zijn nog steeds het aanzien waard. Voor vreemdelingen is dat IJ nog steeds een „puzzle"; ze begrijpen niet wat dat een- letterige woord beduidt. Mij is verteld, dat 'n kellner op een der op Zaandam varende boo ten en die wat Engelsch kende, toen een En- gelschman hem vroeg hoe da' water heette en bij het hooren van IJ een gezit t zette als- of hij zeggen wilde: „Ik snap er niets van", niet beter uitleg wist te geven dan de verkla- r'ng: „IJ egg, ham, and eggs!" Ik geloof niet, dat de Engelman er veel wijzer door is geworden. Maar ik durf vragen of er niet veel Amsterdammers, niet veerNederlanders zijn, die, voor de vraag gesteld: „Wat be- teekent IJ?", het antwoord ook schuldig zou den moeten blijven. Ter Gouw, de onvolprezen Ter Gouw, die ons op zoo populaire wijze den oorsprong van vele oude straat- en graChtnamen heeft weten te vreklaren, zegt er in zijn bekend werk ver Amsterdam van, dat de namen Ye en Amestelle beiden afkomstig zijn van den wortel aa, ae, ee, ie, ye, ei, die water beteeken- den en waarvan zooveel stroom- en plaatsna- men zijn afgeleid. Ons IJ beteekent dus een- voudig: het water, en was de naam, dien de vroegste bewoners van het gouw Amstelle na- tuurlijkerwijze gaven aan den breeden zee- arm, die ten Noorden hu natuurlijke g^'ens vormde. Een aangezien de genoemde wortels gaarne een m aChter zich namen, kreeg men als betekenis voor water de woorden aam of ame. eem enz., terwijl stelle beduidt nlaats of plek. Evenals Ameland dus beduidt land in het water, zoo beteekent Amstelle een wate- rige plek, een waterrijk oord, en kreeg de ri- vier, die daar doorliep, ook den naam Amstel le of Amstel. Zoo vertelt Ter Gouw het, en zoo mogen wij op zijn gezag aannemen dat't is en zoo mogen de gidsen der toeristenwa gens den Amerikanen en Engelschen, moch- ten zij belangstellend vragen wat de beteeke nis van dat IJ en Amstel, waaraan Amster dam gelegen is, inlichten. Wanneer ik hier Ter Gouw geciteerd mocht hebben voor mijn lezers, die er alles reeds van wisten, dan ge lieven zij te bedenken: dat het komkommer tijd is te AmsteTdam. SINI SANA. Uit onze Staatsmachine. Bescherming van Industrieelen Eigendom. Het is bijna twee jaar geleden (October- November 1925), dat in den Haag gehouden werd de conferentie der „Union internationale pour la protection de la propriete ind-ustriel- le". Toen is een nadere herziening tot stand gekomen van het tusschen verschillende lan den, waartoe ook Nederland behoort. geslc- ten: Unieverdrag van Parijs van 1883 tot be scherming van den industreelen eigendom, zoomede van de schikking van Madrid van 14 April 1891 betreffende de internationale in- schrijving van fabrie-ks- of handelsmerken, welke beide ovreenkomsten in 1911 te Was hington waren herzien. Ook in deze materie had de wereldoorlog groote wijzigingen aangebracht. De zich meer en meer ontwikkelende denkbeelden op het ge- bied van het industrieel eigendomsrecht en°de steeds groeiende belangstelling voor deze rechtsmaterie hadden plannen doen rijpen voor hernieuwd internationaal overleg, dat in 1925 in den Haag heeft plaats gevonden. Verschillende bij de oude overeenkomst aan- gesloten landen namen weer deel, andere niet- aamgesloten landen waren nu vertegenwoor- digd, evena'ls het Economisch Comite van den Volkenbond en de Internationale Kamer van Koophandel. Deze algemeene deelname be- wees afdoende de urgentie eener herziening der vigeerende overeenkomsten. Toch werd het nemen van bindende besluiten in geen ge „Ja mijnheer, ik heb er den heelen morgen over gepeinsd.' „Nu? en wat hebt ge er uit opgemaakt?" „Helaas niets mijnheer!" Tressan sloeg zoo geweldig op de tafel die voor hem stond, dat het stof uit de papieren vloog. ,,Ventegris! Hoe word ik gediend? Waar- voor betaak ik u, en geef u eten en drinken en huisvesting nietswaardige, wanneer ge mij altijd in den steek laat zoodra ik iets van uw hersenen verg? Hebt ge dan geen verstand, geen enkel denkbeeld, geen verbeelding? Kunt ge geen enkele schiinbaar juiste taak, geen waarschijnlijken opstand, geen mogelij- ke moeielijikheden verzinnen tot verklaring van mijn bevel aan Aubran zich met zijn manschappen naar Mon+elimas te begeven, of naar den duivel te zenden als't noodig was?" De secretaris stond te beven over al zijn leden; hij durfde de oogen niet tot zijn gebie- der opslaan evennhn als zijn heer en meester zooeven tegen over Garnache had gestaan De Senechal genoot. Als hij1 zooeven overbluft en overdonderd was, dit was er ten minste een dien hij op zijn beurt tot zijn slachtoffer kon maken. Dat genot kon hij zelf nu eens maken. Lui, ell end ig kal'f," ging hij voort. ,,Een houten beeld zou mij nog meer van dienst kunnen wezen. Ga been! Het schijnt, dat ik op mij zelf alleen ben aangewezen. Ach, dat is altijd zoo. Wacht, bulderde hij, want de secretaris, die maar al te blij was aan dit laatste bevel te kunnen gehoorzamen, was reeds bij de deur. „Zeg aan Enselme den kapitein te verzoe- ken hier dadelijk bij mij te komen." EEN ENKEL WOORD! r ADVERTEERT IN DE ALKMAARSCHE COURANT ringe mate geh" apt, doordat de vereisch- te eenstemmig' aodig voor alle partijen bindende besl niet steeds verkregen kon worden -rd een belangrijke her ziening van de fcestaande regelen verkregen en kwam men tot de vaststelling van het ..Ar rangement de la Haye du 6 November 1925. concernant le depot international des dessins au modelles industriels", waardoor een schik king werd bereikt, welke teekeningen en mo- dellen van nijverheid internationaal be- schermt. Aan de Tweede Kamer werden de overeenkomsten, op de conferentie getroffen, ter goedkeuring toegezonden. Het zijn de ge troffen bepalingen betreffende het internatio naal depot van teekeningen of mode lien van nijverheid, waaromtrent we hier iets will en mededeelen. Aan het Internationaal Bureau voor den industrieelen eigendom te Bern wordt een in ternationaal depot verbonden, dat de teeke ningen of modellen zal omvatten, hetzij in den vorm van het industrieele voortbrengsel, waarvoor zij bestemd zijn, hetzij in den vorm van een teekening, een photografie of elk an dere voldoende grafische voorstelling van de bedoelde teekeningen of modellen. Wil iemand zijn teekening of model in dit depot opgeno- men zien, dan moet hij de voorwerpen opzen- den met een verzoek om inschrijving. De voorwerpen worden dan bewaard in de archie- ven van het Internationaal Bureau, dat van de inschrijving kennis geeft aan de aange* sloten landen. De onderdanen van elk der verdragsluitende landen hebben het reeht in de andere landen de bescherming van hun teekeningen of modellen van nijverheid te verzekeren door middel van dit internationaal depot. Dit depot, dat een zuiver verklarend karakter heeft, zal in alle landen dezelfde kracht hebben alsof de teekeningen en model len er rechtstreeks waren gedeponeerd op den datum van het internationaal depot. Het kan omvatten hetzij een enkele teekening of mo del, hetzij meer dan een, waarvan het aantal echter nauwkeurig moet zijn aangegeven Men kan daartoe gebruik maken hetzij van gesloten hetzij van open omslag. De identiteit kan volgens ieder geschikt' systeem worden vastgesteld, waarbij echter het systeem-So- leau de oorkeur heeft. De duur der inter nationale bescherming is vastgesteld op 15 jaar, welke termijn onderverdeeld is in twee tijdperken, een van.vijf en een van 10 jaar. Gedeurende het eerste tijdperk geldt het depot in open of gesloten omslag, gedurende het tweede tijdperk alleen in open omslag. Tij- dens den duur van het eerste tijdperk zullen de depots in omslag op verzoek van hem, die het depot verrichte of van een bevoegde recht- bank geopend kunnen worden. Is het eerste tijdperk afgeloopen, dan is de overgang naar het tweede tijdperk voldcende, wanneer een verzoek om verlenging is ingediend, voor de opening. Wanneer een verzoek om verlenging niet is ingekomen, worden de teekeningen en modellen in den staat, waarin zij verkeeren aan hun eigenaren op hun verzoek en op hun kosten teruggeven. Zulks geschiedt ook met die, waarvan de bescherming geeindigd is. Wordt geen teruggave gevraagd, dan worden ze nog twee jaar bewaard en daarna vernie- tigd. Een rechtbank of een andere bevoegde autoriteit kan gelasten, dat een geheime teeke ning of geheim model te harer kennis wordt gebraeht. Het Internationaal Bureau gaat dan tot de opening over. Een en ander moet echter zoo spoedig mogelijk weer teruggege- ven worden en gesloten of omihuld bewaard Babylas boog en vertrok. Toen hi} ten minste in zekere mate zijn slecht humeur had gelucht, deed Tressan een ooging om zijn zelfbeheersching terug te krijgen. Hij veegde voor het laatst zijn ge- zich en hoofd met zijn zakdoek af en zette zijn pruik op. Toen d'Aubran binnentrad. was de Sene chal bedaard en zwaar gewichtig en waardig, zooals gewoonlijk. „Zoo d'Aubran," zei hij, „zijn uw man schappen gereed?" ,,Zij zijn al vier-en-twintig uur gereed, mijnheer." „Goed. Ge zijt een flink soldaat d'Aubran. Een man waar men op rekenen kan." D'Aubran boog. Het was een lange, bedrij- vige jongeman met een prettig gezicht en een paar mooie donkere oogen. ..Mijnheer de Senechal is wel goed." E)e Senedhal wuifde even met de hand als bewijs dat die goedheid zoo bijzonder niet was. „Binnen een uur moet ge Grenoble uit marcheeren kapitein, en uw manschappen naar Montelimar brengen. Daar kunt ge ze inkwartieren en mijn verdere bevelen afwach- ten. Babylas zal u een brief aan de autoritei- ten der stad overhandigen, waarin hun wordt verzodht voor geschikte inkwartiering te zor gen. Terwijl ge daar zijt, kunt ge u op de hoogte stellen van de stemming in dat dis trict, in afwachting van nadere bevelen. Heeft u mij begrepen?" (Wordt vervolgd). U BEHOORT fOCH ZEKEK TOT ONZE REGElMATIGE AOVER. TEERDERST ZOO NIET, PROBEERT HET OAN EENS MET EEN PAAR PLAATSINGEN. U ZULT SUCCES HEBBEN. EN ONZE LEUS WORDT OOK DE UWE:

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1927 | | pagina 5