dlkmaarsche Courant MARTIN'S VERJONCINGSKUUR. Gemeenteraad van Alkmaar. ■hoekje FEU1LLET0N. *o. 249 1927 londird Negen en Twlntlgste jaargang. Iryda^ 14 October. Zaterdag 15 October. Wlversum, 1060 M. 12— Polibebendj- ten 12 35—2— Lunchmuziek door het trio K v d. Hoek, viool. J- Frank, cello P. de Gruvter piano. 2.-4— Filmamuziek v. d. Cinema'Royal te Amsterdam_ Orkest onder lading van Hugo de Groot. 5.30 715 Con cert door het A. N. R. O.-orkest. A. B rode, viool. Daarna een vroohjk programma 7.157.45 Tuinbouwhalfuurtje. S.IO^VARA- avond. Muziekclub van de „Alg. Ned. Bond van Handels en kantoorbedienden afd. Am sterdam, onder leiding van W. Mulder. Het dubbelmannenkwartet „Excelsior te Weesp, onder leiding van G. M. Berendsen Me]. R. Pool, voordracht. Hr. G. J. A. Smvt Jr. en H. Schutjes, sprekers. H. Frank cello, la. Marsche militaire, Schubert, b. Tempelweihe, Schubert, muziek. 2. Rede van den heer Sunt Jr.: Onze rechtspositie. 3a. De Dorpsklok, Ziiderlaan. b. Set still zu Gott Lier, zang 4 Aan den Arbeid, Vos, voordracht. 5a^ Le cygne, St. Saens, cello. 6. Rede van den heer Schutjes: De plicht der onfevredenheid. 7a. Der Amsel Lockruf. b. Das Pensionat. Suppe. c. Marsch Hoch Heidelberg. 8a. Stu- denten Reislied Lems. b. Jansen cantate, Claessens. c. Strijdlied, de Nobel Daventry, 1600 M. 1.20—2.20 Dansmu ziek en variete. 3.20 Mihtair orkestconcert. 4 35 petbalmatch Arsenal-Leicester City 5 35 Kinderuurtje. 6.20 Octet-concert. 6.50 Tijds., weerbericht. 7.05 Vervolg. 7.35 De pianoso- nates van Haydn. 7.45 Sportcauserie. 8.05 Vervolg Octetconcert. De Salisbury Singers. B.50 Concert. J. Morley, banjo. M. de Pie- tro, mandoline. W. E. Turner, banjo 9.20 Weerbericht en nieuws. 9.35 Mr. Hilaire jeest uit eigen werken. 9.50 Nieuwsberichten. 9.55 Variete. 10.50—12.20 Dansmuziek. Parijs „Radio-Paris", 1750 M. 1.50- 11— Concert. 12.50—2.10 Dansmuziek. 5.055.55 Homonyme Jazzband. 8.50 11.20 Galaconcert. Parijzer artisten en or- test. I angenberg, 469 M., Dortmund, 283 M in Miinster, 242 M. 12.30—1.50 Orkestcon cert. 4.50—5.50 Orkestconcert. 6.40—7.20 Voorlezing uit de werken van Aenne Tolle Honekamp. 7.20—8 05 Declamaties. Peter Hille-avond. 8.05 Rad'iocabaret. Daarna tot 11.50 Dansmuziek. Ko nig sw aster house ri, 1250 M. 11.20 6.40 Lezingen en lessen. 6.407.05 Decla maties uit H. v. Kleist, Lothar Miithel. 7.50 „Vom Gassenhauer bis zum Schlager", Inl. van Eugen Taun. 9.50—11.50 Dansmuziek Hamburg, 395 M. 3.35 Dansmuziek. 5.20 Dansmuziek. 7.20 Concert. W. van Poel- geest, viool. R. Kupfer, cello. Daarna tot 10.10 Orkestconcert. Brussel, 509 M. 5.20—6.20 Dansmuziek. B.35 Orkestconcert. 9.3510.35 Dansmu ziek. Het Provinciaal Wegenplan. Naar wij vernemen adviseert de Staten- jommissie, welke het door Gedeputeerde Sta ten voorgestelde wegenplan heeft onderzocht. om de voordracht onveranderd aan te nemen. Dit beteekent niet, dat er geen critiek is ge- oefend. Daar heeft het zeker niet aan ontbro ken, doch eenig praktisch resultaat kon hier moeilijk uit voortkomen, omdat het wegenplan met alles wat er aan vast zit voor 1 Novem ber bij den Minister moet zijn, indien Noord- Holland tenminste reeds dit jaar wil meedee- len in de opbremgst der wegenbelasting. Feitelijk is dit voor het oogenblik het hoofd dioel, dat met de indiening van het wegenplan wordt beoogd, en zonder bezwaar zegden de in de commissie aanwezige leden van Ged Staten toe, dat reeds in 1928 het wegenplan opnieuw aan de orde zou komen en dat bij de voorbereiding daarvan deze of een andere eommissie uit de Staten zou moeten worden betrokken. Hoofd'zaak is, ook volgens den Minister, dat onmiddellijk al het geld, dat beschikbaar komt, tot den laatsten cent aan verbetering van het wegennet zal worden: besteed. Het wegenplan, zooals het nu wordt voor- gesteld, draagt dan ook een zeer, zeer voor- foopig karakter en geen enkele wegbeheerder mag er de conclusie uit trekken, dat zijn weg op het wegenplan blijft, als hij er nu op voor- komt, of dat hij er het a.s. jaar niet op ge- plaatst zal worden, indien dit ook nu rtiet is geschied. Zijn we omtrent den geest, welke in de Statencommissie heerschte, wel ingelicht, dan Heeft »e weg Tarigs cle duinen van Egmond a. d. Hoef naar Schoorl groote kans om het volgend jaar in het plan te worden opgeno- men, misschien zelfs wel tot Kamperduin, in- dim bijv. het Hoogheemraadschap er toe overging den weg langs de Hondlsbossche te mSdermSeereh. Gepleit is ook nog voor een verbinding SchagenSchoorldamAlkmaar, doch overi- gens zijn niet veel bijzondere wenschen naar voren gekomen.- Natuurlijk zal dit wel gebeuren bij de be- handeling in 1928, die een definitief karakter zal dragen. Publiek en belanghebbenden zullen dan ook nog gelegenheid hebben om zich te roeren. En zeker zich niet onbetuigd laten. Door Rafael Sabatini. Uit het Engelsch door C. M. G. d. W. 58) ,Het was een plan van Marius om hem tot sohildwacht aan te stellen over het meisje" hoorde hij haar aan Fortunio vertelleu en hij meende haar spottend te hooren lachen. Zij keek naar de twee lijken op den- grond, het eeoe haast vlak voor haar voeten, het indere op den drem-pel van de deur en nu bijna onzichtbaar door de tafel. Daarna gaf zij haar bevelen aan de manschappen en ver- zocht ze op hoogen toon die barricade riper te halen en dien vent levend te vat fen Maar voor dat zij haar bevelen konden ten uitvoer brengen klonk de stem van Garnache gtbiedend door het vertrek. „Een woordje met u voordat zij beginuen, mijnheer de Tressan" riep hij op zulk een bevelenden toon dat de mannen bleven staan «n de markiezen vragend aanzagen om nieuwe bevelen. Tressan verbleekte, maar er was zeker niets voor hem te vreezen en hij stond aan zijn baard te trekken en de markiezin aan te rien om haar bevelen te vragen. Zij wierp hem een blik toe. trok den eenen •chouder minachtend op en zeide tot haar tnannen: Mahatnia Gandhi. Het onderricht, dat aan Gandhi's school gegeven wordt heeft tot basis zeveni punten, te weten: 1. Altijd de waarheid spreken. „Neen" durven zeggen. 2. Geen letsel toebrengen, ook niet met verbittering aan zijn vijanden denken. 3. Kuischheid. In en buiten het hu- welijk.) 4. Controle over het Gehemelte (niet overdadig eten of drinkeni). 5. Niet stelen, niets overtoiligs bezitten. Vrijwillig afstand doen van rijkdom (geen communisme). 6. Het eigen land ((Svadesi), geen import. 7. Onbevreesdheid. Men ziet hieruit, dat niet het ethische doel is, het zwaartepunt ligt inl wat Prof. S. „die Seelische Haltung" noemt. In de Westersche cultuur ziet Gandhi een gevaar voor Indie. Hij zegt van de Europea- nen: het geld is bun god en bij het beoordee- len van Oostersche toestanden past het ons wel eens, om met den geleerden spreker, die Indie door een langdurig verblijf door en door kent, te vragen: Sind wir, Europaer, denn maszgekend? Zal het Gandhi gelukken eene nationale eendheid te vormen? Dit lijkt bijna eene on- mogelijkheid, in de eerste plaats al omdat het verschil in taal de bevolhing scheidt en men wel van geen sterveling vergen kan, alle tweehonderd talen, die in Indie gespro- ken worden, te beheerschen. Dat wij: Gandhi niet moeten zien met een zuiver Europeescben blik, spreekt wel vanzelf. Een asceet, in primitieve kleeding is een in Indie zeer inheemsche verschijning, die niet opvalt. Men zegt, dat het rechtsgeding, aanklacht en verdediging tegen en van Gandhi, in zijn geheel deed denken aan het proces van So crates. Dit cfeed eene der cursisten vragen of Gandhi ook beinvloed kon zijn geweest door de studie der klassieken. Prof. Strauss meende wel, dat Gandhi zich hiermcde had bezig gehouden, ten einae tot de Rechtsstudie in Engeland te worden toegelaten, maar hij kon niet gelooven, dat hij tijdens het proces, dat op veroordeeling uitliep, eene nagevolgde houding had aange- riomen. Aan de goede trouw en de ecfele ge- zindheid van dezen leider twijfelt niemand. Na zijn dtood zal natuurlijk veel wegval- len, wat nu nog storend werkt bij het beoor- dcelen van eene dergelij'ke figuur en zal al- leen de kern van zijin streven overblijven. De opmerking werd ook gemaakt, dat men Gandhi toch niet als een geheel passie- ve persoonlijkheid kan accepteeren, daar zijn oprui'ende taal leidde tot bloedlvergieten en vernieling van eigendom. Ook werd het afgekeurd, dat hij zich van politieke middelen bediendie. De vraag wordt ook wel cens gesteld of Gandhi's ,,Gewalt- losigkeit" dan .eigenlijk geen gevolg is van gebrek aan wapens. Daar hij zeer onder den invlocd is geweest van Tolstoi's werken lijkt dit toch niet waarschijnlijk. Teneindte dte Indische toestanden nog even duideF/.er te belichten wil ik hier nog aan toevoegen, wat Prof. Sir. ons vertelde over den orngang tussche'n dfe Engelschen en de inheemsche bevol'king. Vaak gebeurt het, dat jonge Hindoes naar Engeland gaan voor hunne opvoeding. Zij wo,rden- zoo lang zij in Engeland studeeren, gastvrij ontvangen aoor de Engelsche fami lies, veel salons staan voor hen open en men verkeert op een voet van gelijkheid Zoo- dra nu echter 'de Hindoe zich weer in Indie bevindt, wijzigen zich voor hem de verhotr- dingen. Het Engelsche element houdt hem angstvallig buiten zijn kring, families, met wie hij in Engeland de vriendschappelijkste betrekkingen onderhield, houden hier hun deuren voor hem gesloten. Dit is geen wreedheid van enkele personen ten opzichte van een bepaalden Hindoe, maar deze han- delwijze wordt gemotiveerd door de gedachte, dat het betrekkelijk zeer klein percentage En gelschen zich nauw aaneen moet sluiten, en „Haa! er hem uit". En zij wees op Gar nache. Maar weder weerhieild Garnache hen. „Mijnheer de Tressan" riep hij met nadbuk. „tot den dag van uw dood toe en die zal zeker niet verre meer zijn zult g.e berouw hebben als u niet naar mij luistert". De Senechal schrikte van die woorden en de bedreigiing of waarschuwing die zij be- vatten. Hij zweeg een oogeniblik, en nu ver- jneed hij de -oogen van de markiezin. Einde- Tij'k deed hij een schrede vooruit. „Schurk" zei hij, „ik ken u niet". „U fcenit mij goed (genoeg. U heeft mijn naarn. gehoord. Ik ben Martin Marie Rigo- bert de Garnache, Barer Majesteits gezant naar Dauphine om de invrijheid&teffing te verkrijgen van madiemoiselle de la Vauvrage uit het kasteel van Condillac, waar zij met geweld' wordt gevangen gehouden tot ge- wetenlooze doeleinden. Nu kent ge mij en mijn opdiracht". De douairiere stainpte op 'den g-rond. „Haal er hem uit!" commaijdieende'zij op ruwen toon. „Hoor mij eerst aan mijnheer de Senechal, of het zal u stecht bekomen". En de Senechal ontroerd door die vertrou- welijke 'kwade mededeeliing stond' plotseling voor de gewapende mannen. „Ik smeek u, markiezin, 6en oogenblik" riep hij en de mannen die zagen hoe ernstig hij sprak en die zijn 'kwaliteit kenden, ston- den besluiteloos alsof zij gevangen waren tusachen zijn wil en dien van de markiezen. „Wat hept ge tot mij te zeggen?" vroeg als het ware een bolwerk vormen tegen rrex reusachtig contingent Indidrs, die het moet regeeren en imponeeren. Men kan zich voorstellen, hoeveel teleur- stellinigen een jongen Hindoe bij de terug- keer in zip vaderland wacbten al« hij' dit niet alles van te voren heeft overwogen! Dat er tusscben Mohamedanen en Hin does geen blijvend'e band is gesmeed, blijkt ten duidelijkste als men de dagelijkscne cou- rantenberichten leest over opstootjes en ou- dtrlinge gevechten! Hoe kan het ook aaders? Waar her den Hindoe verboden is, letsel toe te brengen en de Mohamedanen in bloedver- gieten niet het minste bezwaar zien. Op een bepaalden dag in het jaar offeren dezen tal- looze koeien, die in het openbaar voor de tempels woraen ter dood gebracht. De men- schen zijn dan met bloed' bespat en de straat- steenen eveneens. Natuurlijk ergert dit sfchouwspel de Hindoes in hooge mate. In zekeren zin heeft Gandhi zelf ook weer eenige concesies gedaan aan zijn Westersche begrippen, toen hij verklaarde het te kunnen billijken als de rondzwervende honden, die een gevaar voor de bevolking opleveren in hygienisch opzicht, worden afgemaakt. Telkenmale als Gandhi's woorden en zijn eigen passieve weerstand hebben geleid tot bloedige onlusten of vernietiging van eigen dom, tracht hij door zelfkastijding en vasten weer met zichzelf in het reine te komen. De tegenstelling van Oostersche en Westersche denkwijze maakt het leven van dezen volfcs- leider tot een aaneenschakeling van innerlijke conflicten. Als vanzelf bracht het gehoorde de vraag naar voren hoever de invloed van een leider in een gegeven geval zou kunnen gaan. Zou men de groote massa tot een aaad van „Grosmut" kunnen brengen? Prof. Strauss achtte dit onwaarschijnlijk, wel kon men de massa brengen tot een daad van geweld. Door een plotseling irtgrijipen door een woord, een blik, een gehaar kan de volksmassa wel een oogenblik in bedwang gehouden worden, zoodat gewelddaden wor den voorkomen. Dan is er cchter geen spiake van overleg of nadenken, maar de menigte wijkt spontaan, voor iets, dat haar sterk aart- grijpt. Hier kan men niet spreken van edel- moedigheidi, die tot inkeer brengt. Anders staat het natuurlijk, als men doel- bewust naar een gemeenschappelijk ideaal streeft, vooral als er religieuse gevoelens aan ten grondstag liggen, zooals bij de kruis- toChten. Ziehier, geachte Redactie, een klein over zicht van de voordrachten ,die Prof. Strauss heeft gehouden voor een zeer dankhaar ge- hoor. Komen er storende onjuisthedm in voor dan gelieve men te bedenken, dat hel- geen hier geboden wordt, door een leek werd aangehoord en verwerkt. ae oearagen over van dienst moeten be- VOORSTEL BETREFFENDE HET UITVOEREN VAN WERKEN IN WERKVERSCHAFFING. In bijlage 125 wordt voorgesteld te sluiten: I. Burgemeester en Wethouders te mach- tigen in het a.s. winterseizoen de volgende werken bij wijze van werkverschaffing te doen uitvoeren: De in ons nummer van Dinsdag genoemde werken. II. te bepalen, dat bij deze werken het volgende zal worden in acbt geoo- raen, mits daaraan van Rijks- en pro- vineiewege in verband met de toeken- ning van Rijks- en provinciaal subsidie goedkeuring wordt gebecht; De loonen te regelen, zooals in het num mer van Dinsdag is mbdegedeeld. III. aan Burgemeester en Wethouders voor de uitvoering van de onder I g&ioemde werken de volgende credieten toe te staan voor da'eenoemd snb m m IV. le 2e 3e 4e 5e 6e 7e 8e 9e lOe lie 12e 13e f 71.200.' 78.000.— 36.200.— 8.200 20.400. 11.230 3.900. 3.600. 2.000.— 5.200. 5 200.— 5.000.— 1.000.— de hiervoor genoemde uitgaven voor zooveel noodig te zijner tijd nader te il regelen bij suppletaire begrooting, waarbij tevens kan worden beslist hoe $tt de becfragen over de verschillende tak- ken van dienst moeten worden ver- deeld. IV. De hiervoor genoemde uitgaven voor zoo wel noodig te zijner tijd nader te regelen bij suppletoire begrooting, waarbij tevens xsn woraen cesust, noe de verschillende takken word'en verdeeld. De heer Westerhof herinnerde er aan, dat de bijlage reeds voor de vacantie klaar was, behoudens 2 betwiste puriten, n.l. ophooging Rochdale en den weg riaar Egmond aan Zee. Mr. Leesberg: Het college besloot de voorstellen naar de commissie te zenden. De 'heer Westerhof kon niet begrij- pen, dat daarvoor 6 weken noodig waren Hij handliaafde, dat de bijlage er eerder had kunnen zijn. Spr. kon niet bewijzen, dat de bijlage er thans is tengevolge van den d'ruk van buiten, doch de indruk heeft hij wel. Spr.'zou het op prijs stellen, als de weg naar Egmond er bij kwam. De werkloosheid is groot, n.l. 260. Spoediig zal het wel 300 zijn. Deze winter mag een grootere werk- loosheid dan in het vorig jaar verwacht worden. Zijn fractie diende daarom op de voor stellen de volgende amendementen in: v AMENDEMENTEN OP HET VOORSTEL INZAKE. if* WERKVERSCHAFFING. De raadsfractie der S. D. A. P. stelt den Raad voor te besluiten aan de objecten voor werkverschaffing toe te voegen 1. Het verbeteren van den Hoeverweg door uitbreking paardenpad, onder profie'. brengen, inwalsen met puin en besaltslag en teeren met spramex, door Publieke Werken geraamd op 39000. 2. Op bladzijde 6, bij II, te laten v<.;al ien de woorden :„Mits daarvan van Rijfc- en Provincitwege in verband met de toekenning van Rijks- en Provinciaal subsidie goedkeu ring wordt gehecht". 3. Op dezelfde biadzijde in de op een na de laatste alinea en daarvan de vierde regel te doen vervallen de woorden: „verminderd met 10 pCt 4. Op bladzijde 7, bovenaan onder No. 3, in den eerst?n en der den regel het getal 6 in te veranderen. 5. Op dezelfde bladzijde, vierde alinea, onder b, in den twee-den regel, inplaats van weken te iezen: twee weken. Van Prov. zijde zal niets voor den weg naar Zee gedaan worden. De beer Ringers Op het plan staat dien weg wel. Wij willen dus zien, wat daar van terecht komt. De heer W e s t e r h o fOp de teekening, de statenleden aangeboden, staat hij niet. De heer Ringers Hij staat wel op het PrOv. plan. De heer Westerhof betwijfelt sterk, of de pogirtg, om den weg lahgs de Duin- streek er op te krijgen, zal slagen. Het zal gemakkelijke-r zijn, als de gemeente ook wat doet. Spr. drong eveneens aan, om uit te zien naar meerdere objecten. Dat is geen verwijt. Ook de zijnen weten momenteel geen meerdere objecten. Het voorstel, den weg t-e maken, wordt juist meer aa-nvaardbaar, als er ook steun voorkomt van anderen kant, zooals de heer Ringers mededeelde. B. en W. willen de loonnormen, door den raad vastgesteld, onder voorbehoud hand- haven. Het Rij'k wilde vroeger subsidie geven, mite 35 cent per uur werd' betaald. Er is geen aan- leiding te veronderstellen, dat het Rijk thans met een hooger loon genoegen willen nemen. Destijds wezen B. en W. het af en betoogden, dat het ook geen gemeente- voordeel met zich zou brengen. Zij oordeelde de winst te -gering, om de verlaging van de loonen te aanvaardien en dit besluit werd met algemeene stemmen ge- nomen. Spr. meerit, dat dit ook thans moet geschieden en wil dan ook zonder meer de loonen laten gelden. De Voorzitter oordeelde de kweStie van ondergeschikt belang. Als verandering op de loonen moet komen, is er toch eerst een apart voorstel aan den raad rtoodig. De heer WesterhofDan is er minder r-edenen om het te handhaven. Het kan er uit. Zooals het er nu staat, blijven de loo nen niet gebandhaafd, en dlit zal alleen het feval zijn, als het Rijk subsidie geeft. De 'rov. Sloot zich alleen aan bij het Rijk. Mr.. Sluis Afe misverstand is weg ate er gezie'gd wordt, dat als het Rijk geen sub sidiie geeft, zonder verlaging er nieuwe voorstellen gedaan zullen worden. De Voorzitter t Dat is de bedceling De heer Westerhof: Dat staat er niet Er staat: Mits er goedkeuring wordt ge hecht. Ate het niet de bedoeling is te ver- fagen, gooi het er uit. De Vo o r z i 11 e r Ate het Rijk ver laging wilis onze ueigirtg mede te gaan., doch dan komen wij met een apart voOrste in den' raad. De heer Westerhof handhaafde nu te meer znrt voorstel en hij steunde daarbij op de R.jK. arbeiders. Wij weten nu, dat een Tressan op een toon dien hij zijin best deed aanmatigend' te doen klinken. „Dit: dat mijn bedlende weet waar ik ben; indien i'k b innen eenige we ioige dag en ni et gezonri! en wel van Condillac bij hem tenug- kom, moet hij naa-r Parijs vertrekken met eenige brieven die ik hem heb gegeven. Deze brieven beschuldigen' u- ten vOlle in deze sehandieliijke zaak van Condillac. Ik heb in die 'brieven vermeld dat u geweigerd heeft mij te helpen, dat u de bevelen der Koningin waarmee ik belast was, hebt in den windl ge- slagen; en mocht het bewezen worden dat door uw verraad en uw ongehoorzaamheid aan de Kointngiin ik het leven verioren heb, dan beloof ik u dat niets ter wereld u zal kunnen redden van de galg". „Luister er inlet naar, mijnheer" riep de de markiezin uit toen zij' Tressan doodelijk beanigst zag terugdeinzen. ,,'t Is niets meer d'an de list -van een wanhoplg man!" „Let op mijn woorden of niet, wat u wilt", antwoordde Garnache, steeds tot Tressan het woord) richtend. „Ik heb u gewaar- sdiuwd. Ik had! niet gedacht u van) avond hier te zullen zien. Maar nu ik rie dat u mijn ergste vermoedens bevestiigt kan ik indien ik stcrven moet, rustig sterven met de ged'ach- te dat ik u, opofferendi aan de wraak van Hare Majesteit, stellig niet een onschuldig man heb opgeofferd". „Madame", zoo begon de Senechal, en hij wendde zich tot madame. Maar zij vie! hem op ongeduldigen toon in de rede, er zeker van (fat een verzoek cm zijn lippen brandde cwg nog een oogenblilc te wachtea voordat zii voorstel om te verragen zai xomen. Kennende de wethouders is de kans aaar- op zeer groot. Mr. Leesberg wil de loonen steeds terug en di't is een verhoogde inlui- ding van loonsverlaging. Wie de door het Rijk gewilde loonen kent, weet, dat deze loonen met RijkS subsidie niet gehandhaafd kunnen worden. Laten wij bepalen, dat wij deze loonen handhaven. Het college zegt toch ook, dat dieze loonen niet te laag zijn. Wij moeten bepalen, dat, wat ook het Rijk voOrschrijft, wij het zoo zullen doen. Ook namens de V.-D. fractie deed spr. zijn voor* stel. E>e werkverschaffing kost weinig geld. In bepaalde gevallen wordt er zelfs aan ver- diend. Spr. noemde het werk van de Koor- straat. Dat werk kostte maar 2 per week per man meer. Veel werkverschaffing is werk- verruiming. Ate het betrekkelijk zoo weinig kost, waarom dan de loonen verlaagd? Het Rijk houdt hier geen rekening mede. In dit loon zit steun aan groote gezin-nen, waar- voor de heer Woldendorp wil opkomen, d'och waarvan het Rijk niets wil weten. De overzijde heeft hierin een rede te meer om onze eigen loonnormen te hand haven. Invatie van het platteland behoeft niet te worden gevreesd. Men moet 2 jaar in de gemeente zijn en alleen productieve arbei ders worden te werk gesteld. Onze toestand is niet zoo, dat wij geen werkverschaffing ter hand kunnen nemen, zonder rieun van het Rijk. Men stelt boven- die* in hookizaak werkvervroeging voor, Spr. deed een ernstig beroep op de R.-K, fractie in het belang van den kindertoeslag en in het belang van den nood, het voorstel aan te nemen. Groote optochten gaan door de stad van de ongeorganiseerden. Tot hen wil hij zeggen: Had ie georganiseerd, want jelui hebt er aan medegewerkt, dat de toe standen zoo beroerd zijn. Er wordt echter gebrek geleden. Wij wil len flittk en krachtig werken, ook bij werk verschaffing, doch het loon moet dit moge- lijk maken. Spr. verdedigde ook om de 10 pCt. minder er uit te gooien. Vroeger was hij er zelf voor, doch toen waren de toestanden anders. Jet argument, dat er een pnikkel moet zijn, om er bij van daan te gaan is vervallen, oiridat men er na 6 weken toch uit moet. Nu diukt deze bepaling alleen de armsten en daarom mag men de 10 pCt. niet blijven aftrek'ken. Men zou dit nog beter kunnen doen van hen, die verdiend hebben. Oak de overige in de amendementen aan- gegeven bepallngen werden door spr. verded-igd. Het aantal ongeorganiseerden is kleiner, dan dat van de georganiseerden, en toch staan ze als 3 tegenover 2, wat de tewerk- sterling betr-eft. Het is gewenscht, de georganiseerden 2 weken eerder dan de ongeorganiseerden te werk te stellen. Dit is juist het weinig goede van de regeeringsregeling. Hetgeen een georgarriseerde aan voorzorg doet, stelde spr. nader in het licht. Alleen daarom oordeelde spr. het redelijk en ver- dedigbaar, dat een georganiseerde eerder aan de werkverschaffing komt. Spr. be- toogde nog, dat de 5 amendementen de ge meente nagenoeg geen geld kosten. De weg naar Egmond kan zonder ongelukken uit- gesteld worden, doch moet toch ter hand ge- nomen worden. Men moet het gemeenschapsbelang dienen door het recht op hulpbetoon te erkennen. Door de arbeiders te helpen heipt men de gansche gem'eenSchap. Spr. stelde dit uitvoe- riger in het licht en .eindigde met de amende menten aan te bevelen. E>e heer V o g e 1 a a r kon zich met de bijlage in het algemeen vereenigen, doch niet met het verband' tusschen de Rijkssubsidie en de verlaging van de loonen. Er staat in dat de raadsleden, die zich met de bijlage vereenigen, ook straks de ver laging hebben te aanvaarden. De V o o r z i 11 e r Dat is niet de be doeling. De heer V o g e I a a r Laat het er dan uit, dan behoudt ieder zijn vrijheid. Spr. wil ernstig bekijken, wat de rijkssubsidie geeft in het belang van de arbeidende klassen. De heer Keesom herinnerde er aan, dat zijn verschijnen in den raad ate die van een ster was aangekondigd. Spr. heeft tcsh pect voor den astronoom, die het deed. Ko- meude tot de zaak herinnerde hij aan een cursus over sociale verzekering en aan de sociale studieen van Mr. Aalberse over de materie, atem'ede aan de verhandeling van Ramaker*. De bjden zijn veranderd en er zijn verbazend veel menschen, die zich niet kun nen irfdenken, dat men op de begrooting van 1928 een post voor werkverschaffing is uitgetrokken. De werkloosheid is thans een ander een einde maakte aan het leven van dien man. Mijnheer", zei ze, „ge kunt met hem on derhan-delen als hij eerst gevat is. Wij willen hem levend in handen hebben. Ga de karner in", beval zij haar mannen en nu op zulk een beslisten toon dat niemand langer durfde dralen. „Haal er dien keref uit levend". Gamache glimlacbte mademoibelle toe, toen' hij die woorden hoorde. ,,Zij willen mij levend hebben" z:er hij. jDat geeft hoop. Hou je goed kind'; ik heb je hulp misschien noodig voordat wij klaar zijn". „U zult mij bereid vinden, mijnheer", ver- zekerde zij, nrettegenstaande al haar vreezen en beven. Bij keek naar het bleeke gezichtje, nu bedaard door een uiterste inspanning van haar wil en naar de mooie bruine ooger die hem aanzagen met kaltate en zijn glimlach trachtten te beanrwoorden. Eat hij verbaasde zich over haar moed even goed ate zij zich verwonderde over den zijnen. Toen begon de aanval; bij kon gelachen hebben over de manier waarop een paar van die mocwdenaars die de eer niet wenschten- te hebben hem afzonderlijk te ontmoeten elkander hindenden door hem te tradrten aan te valen. Eindelijk beval de douairiere daf een' van beiden maar bhtnen zou gaan. De vent deed het maar wend teroggedrevert door het zwaard dat naar hem werd toegwtoken boven de barricade. Op deze manier zoudeit Zii niet veel ver- der gefcoman ziju indien Fortunfb niet voor uit gekomen was met een van zijn man schappen, om de taktie'k te herhalen die hem reeds een leven gekost had. Zijn onderge- schikte mo est knielen en hij stak zijn zwaard onder de tafel en door het hout van den sfoel, Cn zoo trachtte hij Garnache in de bee- nen te prikken. Tegelijkertijid greep de kapri tein een arm van den stoel boven op de tafel en tnaditte Gamache daar door te raken. De list gelukte in zooverre dat Gar nache genoodzaakt was achteiuit te gaan. De tafel scbeen hem te hmderen in plaats van te helpen. B'liksemsnel viel hiji op een fcnie en trachtte den man onder uit de tafel te drijven. Maar de hinderpalen welke zijn aanval lers bdentmerden, hinderden Gar nache nog meer. Op dat oogenblik wipte Fortunio den stoel van de tafel en gooide hem vooruit, Een van de pooten van den stoel viel op den arm van Garnache waar* mee hij zijn zwaard vasthield en benam hem een oogeniblik alle machi. Het zwaard viei uit zijn hand, Valerie gilde en dachi dat dil het einde was van den strijd. Maar het vol gend oogenblik stand hij weer overeioiJ, unet zijn degetl in de vuist, zijn ann was al* leert een beetje stijf. Die stijffreid giwg echter spoedig over, maar reeds was de tafel voor* tiitgeschoveit en de man die er onder lag had! feet Gamaebe onmogelijk gemaakt dit te ver-' hktderen. Plotseling riep hij tot Valerie „Een mantel mademoiselle! Haal een mans fel voor mij!" riep hij. En zij overwon nog' nraafe haar angst en vloog weg om te doen wat hii vroegN^ (Wordt vervolgc®.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1927 | | pagina 5