llkfflaaisrtfi Courant. I De grijze Dame. FEUILLETON. Honderd negen en Iwiniigste Jaargang. Maandaf 14 November. Stadsmeuws Radio-Hoekje Een zwaluw maakt nog geen zomer! Een adverientie geeft nog geen success Adverteert in de Alkmaarsche Courant! SCHEI-VEEMARKT. De Directeur van het MarktwezenteAlk- maar brengt ter algemeene kennis, dat ter i.^-nlieid van de Scheiveemarkt op Woens KrN Jemto a.s. het vee, hetw-elk men Jf| „er vaartuig naar de markt brengt, al- leen aang^voerd mag worden langs den HELDERSCHEN WEGover de HEI- LOOeRBRUG, deSCHERMERVLUl rri Ifi of over de FRIESCHE dKuu. Aanvoer van vee over de Bergerpoort, de Fmmabrucr, de Nieuwlandersingelbrug of de beide rustieke voetbruggen is verboden. Het vee vanaf den Schermerweg naa markt gebracht moet overde SCHgRM VLOTBRUG en den AOHTERWEO woraen "valrtmgen met-«oor moo-en nelost worden aan de Hande.skaaie, de Efavenmeester zal de ligplaatsen aanwij- Schorberg. Drie bijbelsche scenes van Schiitz (a capellakoor). 9.50 Sluiten. Hamburg, 395 M. 2.35 Sprookjesmuziek. 8.3510.10 Liederen-avond van Eva Schler. 10.10 Actueel uurtje. Daarna tot 11.10 Dansmuziek. Brussel, 509 M. 5.20—6.20 Dansmuziek. 8 35 Orkestconcert. 9.35—10.35 Dansmuziek. ZeHet vee langs deri Helderschenweg eni per vaartuig aangevoerd aan de Handelskaae m»ir alleen naar de markt worden gebracht over de KORTE NIEUWES'LOOT van de HBifeldeadSchermervlotbrug, de Friesche brug, de Heilooerbrug en aan de Korte Nieu- wesloot zal het aan te voeren vee deskundig worden onderzocht en zal het verschuldi^a. marktgeld moeten worden voldaan. In het algemeen mag men geen vee ter markt brengen zonder voorafgaand deskun- dig onderzoek en betaling van het marktgeld. Voor des morgens zeven uur wordt geen vee ter markt toegelaten. De Directeur voomoemd, D. SCHENK. Alkmaar, 14 November 1927. Dinsdag 15 November. Hllversum, 1060 M. 12.Politieberich- ten 12.35—2.— Lunchmuziek door het trio John Helden, viool. M. van't Woud, cello. J. Verhey, piano. 3.-4.— Kmpcursus door mevr. de Leeuw van Rees. 5.30—7.15 Con cert door het A. N. R. O.-orkest onder leidmg van Nico Treep. Bella Hopman, viool. Alice Hopman, piano. 7.15-7.45 Engelsche con- versatieles. 7.45 Politieberichten. 8.10—9.— Lezing door D. A. M. Binnendijk: De poezie van 1900 tot heden, 3e der serie lezingen over letterkunde georg. onder de auspic v. d. Bijenkorf, door Herman de Man. N. O. V. 9.Kamermuziek-avond. 9.30 N. O. V. Het Hollandsche trio. Mevr. B. van Breemen— Schrik, viool. H. van Wezel, cello. Mevr. S. Tabakspinder—Roeper, piano. 10 - Perabe- richten. Daarna vervolg concert. 103U— 12.— Gramofoonmuziek. Huizen, 1840 M. (Na 6 uur 1950 M.) 12 30—1 30 K. R. O. Lunchmuziek aoor net trio Winkels. P. Lustenhouwer, piano. H. Scholl, viool. O. Hendriks, cello. 6.30-7.30 Esperanto en Engelsche les. 8.— K.R. O 3e Bossche K R. 0--avond in het Concertge- bouw te's Bosch. Patronaats-Harmonie van St. Catherien. Paroch. Koor van St. Leonar- dus. 's Hertogenfcosch Dubbel Mannenkwar- tet Svmphonieorkest Crescendo. Dameskoor (Koor van het H. Hart) der Muntelparochie en de heer Jac. van Beek (Piston A), met be- geleinding van den heer van der Akker. Spre- ker: M. Krijgsman, Wethouder van 's_Bosch. Daventry, 1600 M. 11.20 Daventry-kwar- tet Corelli Windeatt's band en soli (tenor, sopraan en bariton. 2.50 Muziekles. 3.35 Fransche les. 4.05 Concert. 4.20 Orkestcon cert. 5.20 Lezing. 5.35 Kinderuurtje. 6.20 Orkestconcert. 6.50 Nieuwsberichten. 7.05 Dansmuziek. 7.20 Lezing. 7.35 Bech's fuges, piano. 7.45 Lezing: Alexander de Groote. 8.05 Variete. 8.20 Lezing: Hiring and firing. 9.20 Nieuwsberichten. 9.35 Muziekles. 9.55 Nieuwsberichten. 10.Militair orkestcon cert. S. Robertson, bariton. 11.12.20 Dans muziek. Parijs „Radio-Parijs", 1750 M. 10.50 Con cert, piano, viool en cello. 8.50 Concert. Or kest en solisten. Langenberg, 469 M. 12.301.50 Orkest concert. 5.20—6.20 Orkestconcert. 7.50 „Maria Magdalene", treurspel in 3 acten van F. Hebbel. 9.40 Sluiten. Ronigswusterhausen, 1250 M. 11.207.05 Lezingen en lesen. 7s.35 ,Pierot lunaire", v. MEISJES. Ter voorziening in de vacature van onder wijzeres aan de U. L. School voor Jongens en Meisjes, ontstaan door het aan Mejuffrouw J. F. J. Dubois als zoodanig verleend eervol ontslag, stellen B. en W. den Raad in bij- lage nr 148, ter voldoening aan artikel 30, Se lid, der Lager Onderwijswet-1920, voor, te benoemen als onderwijzeres aan die school Mejuffrouw M. J. Scaf te Bergen, op wacht- geld gesteld onderwijzeres, thans reeds tijde lijk als zoodanig werkzaam, behoudens ge- schrktbevinding na geneeskundig oncierzoek, en het bepalen van den datum der mfunctie- treding aan ons College over te laten. ST. NICOLAASMARKT. In bijlage nr. 145 schrijift de commissie voor het ontwerpen van straf. In de Algemeene Politieverordenmg ko- men eenige algemeene bepalingen voor, welke toepasselijk zijn voor alle markten. Deze be- palin.gen gelden nog niet voor de St. Nico- laasmarkt. Wij stellen U daarom voor, de St. Nicolaasmarkt onder de jaarmarkten op te nemen door vaststelling van het volgende be- sluit: De Raad der gemeente Alkmaar; Overwegende, enz. Besluit vast te stellen de volgende Verordening tot wijziging der Alge meene Pohtieverordening (Gemeenteblad nr. 381gelijk deze sedert is gewijzigd Artikel I. Tusschen de artikelen 31 en 34 der Alge- meene Politieverordening (Gemeenteblad nr 381), gelijk deze sedert is gewijzigd, wordt ingevoerd: Artikel 32. Onder den naam van St. Nicolaasmarkt wordt jaarlijks op 2, 3, 4 en 5 December eeo markt gehouden voor ^t. Nicolaasartikelen op het Hofplein en de omliggende straten. Artikel II. Deze verordening treedt in werkmg op den derden dag na dien harer afkondiging. Hit het Engelsch van Henry Seton Merriman. 51 „Wat is dat een lieve jongen!" riep Mrs ingham-Baker uit, nog voor de deur gesloten was. „Zoo oprvcht en eerlijk." „Ja" antwoordde Mrs. Harrington met een zucht van verontwaardiging. „Hij zal een edel mensch worden", ver- volgde Mrs. Ingham-Baker. „Ik zal heel gelukkig sterven als mijn Agatha zulk een man trouwt als Henry be- looft te worden." Mrs. Harrington keek met critischen blik haar omvangrijke vriendin aan. Je ziet er nog naar uit of je sterven zult" zeide zij. Mrs. Ingham-Baker hield haar hoofc schuin en zeide, met een uitdrukking van be rusting op het gelaat: „Men kan nooit weten. En het is een groote verantwoordelijkheid, Marian, een dochter te hebben." „Naar wat ik van Agatha gezien heb, ge- loof ik, dat het kind best in staat is voor zichzelf te zorgen." „Ja", antwoordde d-e teedere moeder, „zij is intelligent. Maar een meisje is zoo hulpe- loos in de wereld, en als ik er niet meer ben, zou ik mij gelukkig vo-elen, als ik wist, dat mijn kind een goede man had, zooals Fitz, voor haar te zorgen." Mrs. Harrington trommelde mot WIJZIGING VERORDENING OP HET KEUREN VAN WAREN. B. en W. schrijven in bijlage nr. 143: Het is in de praktijk wensclielijk gebleken. van gemeentewege een bepaling in het leven te roepen omtrent het minimum vetgehalte, waaraan melk moet voldoen. Het Melkbe- sluit (Kon. Besluit van 23 Juni 1925 S. 256, gebjk dit is gewijzigd bij Kon. Besluit van 4 Augustus 1926, "S. 292) bepaalt daaromtrent slechts, dat het procentisch vetgehalte der droogrest niet lager mag zijn dan 24. Artikel 15, alinea 3, der Warenwet opent echter de mogelijkheid van een aanvullende gemeente lijik'e regeling. Alvorens deze aanvulling voor te bereiden, hebben wij ons verzekerd van de instemming der Kroon met de opname van een dergelijke bepaling en van de goedkeuring door den Minister van Arbeid, Handel en Nijverheid van het minimumpercentage van het vetge halte, aangezien Gedeputeerde Staten een en ander voor de erkenning van de geldigheid der bepaling als voorwaarde gesteld hadden. Wij ontvingen op 18 Juni j.l. een afschrift van het Koninklijk Besluit d.d. 7 Juni t.v. nr. 24, waarbij ons de gevraagde machtiging werd verleend en een brief van den Minister van Arbeid, Handel en Nijverheid ten ge- lekje van dat K. B., waarbij goedkeuring werd verleend op de bepaling van het mim- mumpercentage op 2.75. Dit laatste is m overeenstemmiing met het advies van den Directeur van den Keuringsdienst. Wij stellen Uw Vergadering derhalve voor, in de Verordening op het keuren van Waren (Gem. blad 752) de hieronder volgende door de Commissie voor de Strafverordeningen ontworpen bepaling, waarmede de Gezond- heidscommissie zich, blijkens haar schrijven van 18 Augustus 1.1. heeft vereenigd, op t° nemen De Raad der gemeente Alkmaar; Overwegende, enz. Besluit vast te stellen de volgende Verordening tot wijziging van de Ver ordening op het keuren van Waren (Gem. blad nr. 752). Artikel I. ne, gerimpeld-e vingers op de leuning van haar st-oel en wa-chtte met een zonderling lachje, tot haar vriendin zou voortgaan. „Maar, natuurlijk", vervolgde Mrs. Ing ham-Baker, ,een marine man kan temauwer- nood trouwen. Zij hebben het meestal zoo slecht. Ik veronderst-el dat de arme Fitz geen vrouw zal kunnen on-derhouden voor hij op middelbaren leeftiid is." „Dat zal te bezien staan", zeide Mrs Har rington, met een sGlittering in haar harde grijze oogen, en Mrs. Ingham-Baker pikte zich in haar vingcr. „Ik verzeker je", zeide de laatste dame zal- vend, „ik verzeker je, dat ik tevreden zou zijn al kon zij maar heel kalmpjes leven, als ik maar wist, dat zij een goeden man getrouwd had. Ik zeg altijo, dht rijkdom het geluk niet aanbrengt." „Ja, er zijn er meer, die dat z-eggen", ant woordde Mrs. Harrington, en op _'t zelfde oogenblik kwam Fitz de kam-er binnenstor- men. „lante Marian", riep hij, „hij is weg!' „Wie is weg?" uoeg -de vrouw des huizes op kouden toon. „Wil je de deur dicht doen", „Luke! Hij is weg! Hij is direct het huis uitgegaan en de knecht weet niet, waar hij heen is! Het is alles uw schuld, tante Ma rian, u hadt geen recht om zoo tegen hem te Tusschen artikel 4 en artikel 5 der Veror- dening op het Keuren van Waren (Gem. blad nr. 752) wordt ingevoerd: Artikel 4a. Het is verboden, melk te verkoo-pen met een vetgehalte, lager dan 2.75 pet. Artikel II. Deze verordening treedt in werking op den derden dag na dien harer afkondiging. ADRESSEN INZAKE ONDERSTEU- NING GEORGANISEERDE WERK- LOOZEN. B. en W. schrijven in bijlage No. 142: Naar aa-nleiding van de bij Uwe Verga dering ingekomen adressen dd. 8 November 1926 en 8 October 1927 van de plaatselijke vakcentrales (het laatste adres was niet me- de on-derteekend door den Roomsch-Katholie- k-en Volksbond), verzoekende instelling van een afzonderlijke commissie voor uitkeerin- gen aan georganiseerde werkloozen en tot vaststelling van een ander-e regeling voor de uitkeeringen aan die werkloozen dan tot dusver wordt gevolgd, deelen wij U het vol gende mede. De beide gedeelten van dit verzoek staan onderling in nauw verband: het tweede kan door Uwe Vergadering niet worden ingewil- ligd, wanmeer het eerste wordt afgewezen, indien deze afwijzing althans is gegron-d op d- overweging, dat de on-dersteunhig moet blijven ressorteeren onder het Burgerlijk Armbestuur en de andere instellingen van weldadigheid. Immers in dat geval ligt de vaststelling van het bedrag der uitkeeringen buiten Uwe bevoegdheid. Het is U bekend, dat ons College steeds het standpunt heeft ingenomen, dat de Armen- wet g'een onderscheid maakt tusschen de ver- schillen-de categorieen dergenen die zich het noodzakelijk levensonderhoud niet kunnen verschaffen, Ook wij betreuren, dat nog steeds een gro-ot aantal volkomen valide per- sonen hun arbeidskracht ni-et kunnen ^aan- wenden door gebrek aan werk. En wij juichen het toe, dat het instituut der werkloosheids- verzekering thans zoodanig is ingeburgerd, dat velen, door zich de opoffermg van een premie te getroosten, zich tegen de gevolgen van werkloosheid althans voor een bepaalden ter mijn hebben gedekt en zi-ch een aanspraak hebben verzekerd op een uitkeering uit een werkloosheidsfonds. Vooral ook nu voor hen die niet bij een vakvereeniging zijn aangeslo- ten, gelegenheid bestaat, zich bij een door het'Rijk toegelaten kas tegen werkloosheid te verzekeren, bestaat er voor vrijwel niemand meer een beletsel, tijdig te zorgen, da-t hij den kwaden dag zoo lanig mogelijk het hoofd kan biedsn met d-e uitkeering, waarop hij dan ingevolge een tevoren gesloten verzekering aanspraak heeft. Intusschen, er blijft helaas een groot aan tal werkloozen voor wie de verzekering op den duur geen uitkomst biedt. Wanneer de termijnen voor de uitkeeringen uit de werk- loosheidskassen zijn a-fgeloopen, moet het gezin zich langs anderen weg van het noo- dige voorzien. En wanneer dan de arbeider inmiddels geen werk heeft gevon-den, komt hij te staan voor de noodzakelijkheid. een beroep te doen op anderen, gewo-omijk ue gemeente. Immers all een de gemeente be- schikt over de fondsen waaruit de noo-dige midd^len. tot onderhoud van een groot aantal gezinnen kunnen worden verschaft. Hoe heeft de gemeente dit beroep op haar middelen nu te beschouwen in de gevaiien welke hier worden bedoeld? Wij zien geen mogelijkheid, deze vraag anders te be-antwoorden dan in dezen zin, dat, zoo de gemeente een aanvrage inwilligt, zij dit slechts kan doen op grond van de Ar- menw-et, de eenige wet, die bepalingen beva-t omtrent de voorziening van overheidswege in het onderhoud van hen die zich dat onder houd zelf niet kunnen verschaffen. Stelt men daartegenover, dat de praktijk toch ook een an-dere bcantwoordmg zou toela- t-en, daar immers niemand er aan denkt, b v voor slachtoffers van watersnood en derge lijke ramjpen, waarvoor gewoonlijk afzonder- lijke comite's worden gevormd, de bepalingen der Armenwet toe te pass-en; of wel, dat er toch verschillende gemeenten zijn, wa-ar af- zonderjiiike co-mmissies bestaan buiten^ het Burgerlijk Armbestuur om, die uitsluitend belast zijn met het verstrekken van uitkeenn gen aan werkloozen en dat er Koninklijke besluiten zijn aan te wijzen welke verklaren, dat dergelijke regelingen geen strijd opleve- ren met de Armenwet, t.v/. de Koninzlijke Besluiten van 22 Mei 1926, Staatsbl-ad nr. 141 en 9 Juni 1926, Staatsblad nrs. 165 en 166. dan meenen wij de aandacht te moeten vestigen op het volgende. In de eerste plants moet men er rekensng mede houden. dat instellingen ter voorzie ning in een t'ijdelijken nood, als b.v. een seling vallen, als schaamde zij zich zooveel aandoening te hebben getoond. „Ik ben niet van plan mijn huis in rep en roer te laten brengen door een kwade bui van een la-stigen jongen. Het is bijna tijd voor het middagmaal. Dan komt Luke stelli-g terug. Is hij er nog ni-et als wij klaar zijn, dan zal ik een van de kn-echts sturen om hem te zoeken. Hij ioo-pt waarschijnlijk te mokken in den een of anderen hoek van den tuin." Toen zij zag, dat Fitz wit van angst was, vergat zij zich zelf zoover, dat zij hem weer naar zich toe trok. „Kom, Fitz", zeide zij, „je moet mij ge- hoorzamen en 1W aan mij overlaten Luke te behandelen, zooals wij dat goed dunken. Ik weet wat het beste voor hem is Ga je nu kleeden voor tafel. Luke zal wel terugkomen wees maar niet bang." Maar Luke kwam niet terug. HOOFDSTUK III. IB! Watersnoodco-mite, reeds door de Armenwet zelf uitdrukkelijk worden gehouden buiten de instellingen, waarop die wet van toepassmg is. Art. 1 n.l. beschouwt als zoodanig alleen de instellingen, de armienverzorging voortdu- rend ten doel hebben Dit voorbeeld kan hier dus niet dienen. En voor het overige moet men wel in aanmerking nemen, da-t de bij- zo-ndere commissies voor uitkeeringen aan werkloozen, in het leven geroepen zijn in den tijd waarin vrijwel het geheele bedrijfsleven ontwricht was en alle werkloosheid een cri- siskarakter had, m.a.w. in de jaren tijdens en onmiddeliijk na den oorlog. Ook to-en kon men spreken van een tijdelijken nood. Men dacht in elk geva-l te doen te hebben met een crisis, d.w.z. cen tijdelijken toestand, die wel zou vefdwijnen zoodra het normale handels- verkeer zich zou herstellen. De overweging. dat men in dezen buitengewonen toestand builengewon-e maatregelen had te href-fen en dat onze wetgeving, in het bijzonder de wet c-p het o-ndersteunen van behcefiigen, d.i de Armenwet, niet op die efflsfandigheden bere- kend was, gaf hier en daar aanlei-ding tot vormi-ng van co-mmissies die buiten het Arm bestuur om en geheel op eigen verantwoor-de- lijkheid c-en door den Raad vastgestclde re geling voor uitkeeringen aan werkloozen hadden toe te passen. Dat de instelling dier commissies een crisisverschijnsel is, blijkt ook hieruit, -dat voor den ooriog voor de ondersteiming beboevende werkloozen geen afzonderlijke commissies bestonden en de o-penbare "instellingen van weldadigheid zich dus hun lot evenals dat van de andere hul-p- behoevenden hadden a-an te trelcken wanneer particuliere hulp tekort schoct En zoo zijn ook te verstaan de bovenaange- haalde Koninklijke Besluiten, welke voor U zijn ter inzage geiegd en waarin o.a. wordt overwogen „dat het verleenen van gel-delijken steun van „gemeentewege aan uitgetrokken en niet-trek- „lcend'e werkloozen is bedoeld als te zijn van „tijdelijken aard; dat deze tijdelljke steunver- „leening niet vaft onder armenzorg, evenmm „als b.v. de steunverleening vanwege waters- „noodcommissies als armenzorg wordt aan- gemerkt j "dat zeer zeker op het oogenblik, dat de Raad „der gemeente de bedoelde steunre- „geling vaststelde (d.i. 25 Juli 1922), de „steunverleening in het algemeen aan uitge- „trokken en niet-trekkende werkloozen nog ,/uet zoo lang had geduurd, dat -die steun- niet anders dan een tijdelijk karakter droeg. Voor de tegenwoordige omstandigheden kan men derhalve op de bovenaangehaalde Koninkliike Besluiten geen beroep doen, te- meer niet wanneer men in aanmerking neemt een andere uitspraak van de Kroon, welke uitsluitend op het oog heeft de vraag welke ens hier bezig houdt. De Raad der gemeente Utrecht had op 29 September 1922 de verordening op het bur gerlijk armbestuur gewijzigd in dien zin, da-t het armbestuur de bevoegdheid kreeg, uit zijn midden commissies van onderstand te benormen. Deze wijziging had ten doel, mo gelijk te maken, dat de aan-vragen van werk loozen om ondersteuning door een afzonder lijke commissie uit het Burgerlijk Armbe stuur zoud-en kunnen worden behandeld Ge deputeerde Staten onthielden aan deze wijzi ging hun goedkeuring, op grond da-t naar hun oor-deel artikel 30 der Armenwet niet toelaat dat anderen dan het Burgerlijk Arm bestuur zelf op de aanvrage beslissen. Ook een commissie uit het Burgerlijk Armbestuur mocht, naar de meening van Gedeputeerde Staten, niet met -de beslissing worden belast. Een door den Raad tegen die beschikking in- gesteld beroep is door de Kroon bij het voor U ter inzage liggende besluit dd. 18 Maart 1924, nr. 14, ongegrond verklaard. Het ligt voor de hand, dat, waar de Kroon zelfs niet toelaat, dat aan een Commissie rit het Bur gerlijk Armbestuur de beslissing op aan- vragen van werkloozen om ondersteuning wordt opgedragen, de opdracht van die be voegdheid aan commissies welke geheel los staan van het Burgerlijk Armbestuur, zeker niet zou worden gedoogd, althans wanneer het gaat om een definitieve voorziening, waarop adressanten blijkbaar het oog hebben. Een nadere voorziening zou trouwens weinig zin hebben om-dat wel niemand meer het standpunt zal innemen dat men met een crisis in den gewonen zin van het woor-d te doen heeft. Met 'n vrij omvangrijke werkloosheid zal de gemeente helaas als een tamelijk con stant verschijnsel hebben te rekenen. Het he-eft geen zin, op dat punt optimistisch te zijn. Maar 'dan zal daarvan het gevolg moe ten zijn dat de eenmaal bestaande organen hun taak duurzaam daarnaar inrichten. Een nieuw orgaan althans in te stellen voor de werkloozen lijkt ons met het oog op den aard der tegenwoordige werkloosheid onjuist en met het oog op de wet niet toelaatbaar. Wij zien ons dus genoopt U voor te stellen „verleening haar tijdelijk karakter reeds had 0_ eerste gedeelte van het in den aanhef „verloren. Men ziet hieruit, eenerzijds hoe de Kroon den vallen nadruk laat vallen o<p de omstan digheden waarin men in 1922 verkeerde, met het oog waarop het toen genomen Raadsbe- sluit g-acht kon worden een tijdelijk karakter te hebben, an-derzijds dat naar de meening der Kroon de steunverleening in het alge meen aan werkloozen op 25 Juli 1922 nog spreken. Dat weet u wel. Ik ga hem zoeken." „Neen, wind je nu niet zoo op", zeide Mrs. Harrington kalmeerend. „Ko-m eens hier en luister nu naar mij. Luke heeft zich heel slecht gedra-gen. Hij is lui en onhandel- baar geweest aan boor-d van de „Britannia" En tegen mij is hij onbeschoft en ondank- ba-ar geweest." Zij bemerkte, dat zij de hand van den jon gen in dc hecre had genomen, en liet die plot Een Zeehond. De glazen -deur van d-e eetka-mer in hotel „de Vier Nati-es" te Barcelona werd zachtj-es, wat zenuwachtig geopend door een kleine man met dikke haarbos, die naar binnen gluur-de. Een van de kellners schoot toe en trok een stoel voor hem uit. „Dank u dank u" zeide de nieuw aan- gekomene, met een harde, maar toch aange- name stem. Hij keek eenigszins verbijsterd rond als had hij nog nooit een table d'h&te gezien. Hij scheen met zidhzelf in twijfel of er, al dan niet, van hem verwacht werd, dat hij naar een van -de aanwezigen zou toegaan, hem de hand schudden en verklaren wie hij was Daar echter niemand deze vertrouwelijk- h-ei-d sc-heen uit te lo-kken, nam hij de hem aangeboden stoel en zette er zich plechtig op neer. De kellner legde een menu naast hem, en de bejaarde gast, wiens gelaat en persoon den zeevaarder verried, tuurde er beleefd op. Hij wilde, kaarblijkelij-k. het gevo-el van den jongen man niet kwetsen, maar de kaart was hem te geleerd en benauwde hem. Met een paar oogen van het hel-derste blauw, sloeg de oude zeema-n de manieren en gewoonten van zijn tafelburen gade en schonk zichzelf wat wij-n uit de karaf die v66r hem werd neergezet, en vulde toen het glas met water. De kellner hield hem een schoteltje voor met olijven en een ander met sneedjes roode worst, zoo dun als een postzegel. De En- gelschman keek twijfelachtig naar deze lek- kernijen en schu-dde zijn hoofd nog in 't oogloopend zijn best doende ni-et te beleedi- gen. De soep was beter te begrijpen, en de zeeman verorb-erde zijn portie met een gelaat, waaruit niets viel op te maken. Maar de visch, die toevallig een Mid-dellandsche Zee- geur had in kleine stukjes opgedien-d veroorzaakte hevige aarzeling. „Zijn het slakken?" vroeg de zeeman om- zichtig met een stem, die over de halve lengte van de tafel klonk. De kellner verklaarde in vloeiend Kastili aansch den inhoud van den schotel. „Ik wil weten, of het slakken zijn", her- haalde de zeerob met eenvoudige vrijmoedig- hei-d. Een paar handelsreizigers, die wat En gelsch ken-den, lachten luid, en een Engelsch- man, die naast den vrager za-t, boog zich. vermelde verzoek afwijzend te beschikken. Ge lijk wij reeds deden uitkomen, vloeit daaruit voort dat wij U in overweging moeten geven, ook het tweede gedeelte niet in te willigen, aangezien de wet aan het Burgerlijk Armbe stuur de bevoegdheid geeft, zonder beroep en geheel zclfstandig o-p aanvra-gen om onder steuning te beslissen. Intusschen is er wel een weg waardbor met ernstig gelaat naar hem toe. „Het is een vischgerecht", zeide hij, „u zult het lang niet kwaad vinden." „Dank u, mijnheer", antwoordde de oude man, met een vertoon van verlichting, dat allerbelachelijkst zou zijn geweest, als het niet zoo eerlijk gemeend was. „Ik ben bang", ging hij vertrouwelijk voort, „dat men mij slakken zal voorzelten. Ik heb gehoord, dat die in deze streken veel gebruikt worden." „Dit", hernam de ander met groote ernst, „is niet het seizoen van de slakken. Bovendien als u ze kreeg, durf ik wedden, dat u aange- naam verrast zoudt zijn." „Het is mogelijk", het is mogelijk! Of- schoon ik het niet erg begrepen heb op vreem- de manieren." Zoo was het begin van een groote vriend- schap tusschen twee ma.men, die niets met elkaar gemeen hadden dan hun land; want de een was een peer van 't Koninkrijk, die in Spanje reisde voor privaat aangelegenheden of mogelijk tot stichting voor zijn geest, en de ander was kapitein John Thomas Bontuor, voorheen bij de Britsche koopvaardijvloot. Evenals vele zeelieden, was kapitein Bon tuor een eenvoudig, gezellig man, die zich aangenaam trachtte te maken. „Dit is voor het eerst", zeide hij, „dat il een voet in Spanje zet, al heb ik de taal we: hooren spreken, want ik heb de Spaansch< Oceaan bevaren, en een reis naar Manilla gemaakt. Het is een taal, die heel wonderlijk klinkt, het lijkt mij veel geschreeuw en weinig wol." «M 1927 No. "88 De eerste zwalaw, die -ezlen wordt. Is nog geen bewiii dii de zomet er al is. Wel echter it hel een aandoldtne dal er vet- anderlng ten goede in de natuur Zoo Is het ook met adverteeren: Daarom moet ook ten stelligste de ineening weerlegd worden, die men *oo vele malen hoortt ^.Ik heb al eena een arivertentie geplaatst, het jjeeft toch nieta, 4k heb nooit succes gehad of ▼ooruitgang bemerkf' Neen, natuurlijk niet, door mdvertentie maakt gij uw zaak niet bekend. gij moet regei- matig adverteeren, wij geven u de verzekering, dat gij beslist eti afdoend aucce* zult hebben 1 i.'J -4 iT/irllM-Atl 1 J.C A nt-t (T n (Wordt vervolordV

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1927 | | pagina 5