llkfflaaisrtfi Courant.
I
De grijze Dame.
FEUILLETON.
Honderd negen en Iwiniigste Jaargang.
Maandaf 14 November.
Stadsmeuws
Radio-Hoekje
Een zwaluw maakt nog geen zomer!
Een adverientie geeft nog geen success
Adverteert in de Alkmaarsche Courant!
SCHEI-VEEMARKT.
De Directeur van het MarktwezenteAlk-
maar brengt ter algemeene kennis, dat ter
i.^-nlieid van de Scheiveemarkt op Woens
KrN Jemto a.s. het vee, hetw-elk men
Jf| „er vaartuig naar de markt brengt, al-
leen aang^voerd mag worden langs den
HELDERSCHEN WEGover de HEI-
LOOeRBRUG, deSCHERMERVLUl
rri Ifi of over de FRIESCHE dKuu.
Aanvoer van vee over de Bergerpoort, de
Fmmabrucr, de Nieuwlandersingelbrug of de
beide rustieke voetbruggen is verboden.
Het vee vanaf den Schermerweg naa
markt gebracht moet overde SCHgRM
VLOTBRUG en den AOHTERWEO woraen
"valrtmgen met-«oor
moo-en nelost worden aan de Hande.skaaie,
de Efavenmeester zal de ligplaatsen aanwij-
Schorberg. Drie bijbelsche scenes van Schiitz
(a capellakoor). 9.50 Sluiten.
Hamburg, 395 M. 2.35 Sprookjesmuziek.
8.3510.10 Liederen-avond van Eva Schler.
10.10 Actueel uurtje. Daarna tot 11.10
Dansmuziek.
Brussel, 509 M. 5.20—6.20 Dansmuziek.
8 35 Orkestconcert. 9.35—10.35 Dansmuziek.
ZeHet vee langs deri Helderschenweg eni per
vaartuig aangevoerd aan de Handelskaae
m»ir alleen naar de markt worden gebracht
over de KORTE NIEUWES'LOOT van de
HBifeldeadSchermervlotbrug, de Friesche
brug, de Heilooerbrug en aan de Korte Nieu-
wesloot zal het aan te voeren vee deskundig
worden onderzocht en zal het verschuldi^a.
marktgeld moeten worden voldaan.
In het algemeen mag men geen vee ter
markt brengen zonder voorafgaand deskun-
dig onderzoek en betaling van het marktgeld.
Voor des morgens zeven uur wordt geen
vee ter markt toegelaten.
De Directeur voomoemd,
D. SCHENK.
Alkmaar, 14 November 1927.
Dinsdag 15 November.
Hllversum, 1060 M. 12.Politieberich-
ten 12.35—2.— Lunchmuziek door het trio
John Helden, viool. M. van't Woud, cello. J.
Verhey, piano. 3.-4.— Kmpcursus door
mevr. de Leeuw van Rees. 5.30—7.15 Con
cert door het A. N. R. O.-orkest onder leidmg
van Nico Treep. Bella Hopman, viool. Alice
Hopman, piano. 7.15-7.45 Engelsche con-
versatieles. 7.45 Politieberichten. 8.10—9.—
Lezing door D. A. M. Binnendijk: De poezie
van 1900 tot heden, 3e der serie lezingen
over letterkunde georg. onder de auspic v.
d. Bijenkorf, door Herman de Man. N. O. V.
9.Kamermuziek-avond. 9.30 N. O. V. Het
Hollandsche trio. Mevr. B. van Breemen—
Schrik, viool. H. van Wezel, cello. Mevr. S.
Tabakspinder—Roeper, piano. 10 - Perabe-
richten. Daarna vervolg concert. 103U—
12.— Gramofoonmuziek.
Huizen, 1840 M. (Na 6 uur 1950 M.)
12 30—1 30 K. R. O. Lunchmuziek aoor net
trio Winkels. P. Lustenhouwer, piano. H.
Scholl, viool. O. Hendriks, cello. 6.30-7.30
Esperanto en Engelsche les. 8.— K.R. O 3e
Bossche K R. 0--avond in het Concertge-
bouw te's Bosch. Patronaats-Harmonie van
St. Catherien. Paroch. Koor van St. Leonar-
dus. 's Hertogenfcosch Dubbel Mannenkwar-
tet Svmphonieorkest Crescendo. Dameskoor
(Koor van het H. Hart) der Muntelparochie
en de heer Jac. van Beek (Piston A), met be-
geleinding van den heer van der Akker. Spre-
ker: M. Krijgsman, Wethouder van 's_Bosch.
Daventry, 1600 M. 11.20 Daventry-kwar-
tet Corelli Windeatt's band en soli (tenor,
sopraan en bariton. 2.50 Muziekles. 3.35
Fransche les. 4.05 Concert. 4.20 Orkestcon
cert. 5.20 Lezing. 5.35 Kinderuurtje. 6.20
Orkestconcert. 6.50 Nieuwsberichten. 7.05
Dansmuziek. 7.20 Lezing. 7.35 Bech's fuges,
piano. 7.45 Lezing: Alexander de Groote.
8.05 Variete. 8.20 Lezing: Hiring and firing.
9.20 Nieuwsberichten. 9.35 Muziekles. 9.55
Nieuwsberichten. 10.Militair orkestcon
cert. S. Robertson, bariton. 11.12.20 Dans
muziek.
Parijs „Radio-Parijs", 1750 M. 10.50 Con
cert, piano, viool en cello. 8.50 Concert. Or
kest en solisten.
Langenberg, 469 M. 12.301.50 Orkest
concert. 5.20—6.20 Orkestconcert. 7.50
„Maria Magdalene", treurspel in 3 acten
van F. Hebbel. 9.40 Sluiten.
Ronigswusterhausen, 1250 M. 11.207.05
Lezingen en lesen. 7s.35 ,Pierot lunaire", v.
MEISJES.
Ter voorziening in de vacature van onder
wijzeres aan de U. L. School voor Jongens en
Meisjes, ontstaan door het aan Mejuffrouw
J. F. J. Dubois als zoodanig verleend eervol
ontslag, stellen B. en W. den Raad in bij-
lage nr 148, ter voldoening aan artikel 30,
Se lid, der Lager Onderwijswet-1920, voor,
te benoemen als onderwijzeres aan die school
Mejuffrouw M. J. Scaf te Bergen, op wacht-
geld gesteld onderwijzeres, thans reeds tijde
lijk als zoodanig werkzaam, behoudens ge-
schrktbevinding na geneeskundig oncierzoek,
en het bepalen van den datum der mfunctie-
treding aan ons College over te laten.
ST. NICOLAASMARKT.
In bijlage nr. 145 schrijift de commissie
voor het ontwerpen van straf.
In de Algemeene Politieverordenmg ko-
men eenige algemeene bepalingen voor, welke
toepasselijk zijn voor alle markten. Deze be-
palin.gen gelden nog niet voor de St. Nico-
laasmarkt. Wij stellen U daarom voor, de St.
Nicolaasmarkt onder de jaarmarkten op te
nemen door vaststelling van het volgende be-
sluit:
De Raad der gemeente Alkmaar;
Overwegende, enz.
Besluit vast te stellen de volgende
Verordening tot wijziging der Alge
meene Pohtieverordening (Gemeenteblad
nr. 381gelijk deze sedert is gewijzigd
Artikel I.
Tusschen de artikelen 31 en 34 der Alge-
meene Politieverordening (Gemeenteblad nr
381), gelijk deze sedert is gewijzigd, wordt
ingevoerd:
Artikel 32.
Onder den naam van St. Nicolaasmarkt
wordt jaarlijks op 2, 3, 4 en 5 December eeo
markt gehouden voor ^t. Nicolaasartikelen
op het Hofplein en de omliggende straten.
Artikel II.
Deze verordening treedt in werkmg op den
derden dag na dien harer afkondiging.
Hit het Engelsch van Henry Seton
Merriman.
51
„Wat is dat een lieve jongen!" riep Mrs
ingham-Baker uit, nog voor de deur gesloten
was. „Zoo oprvcht en eerlijk."
„Ja" antwoordde Mrs. Harrington met een
zucht van verontwaardiging.
„Hij zal een edel mensch worden", ver-
volgde Mrs. Ingham-Baker.
„Ik zal heel gelukkig sterven als mijn
Agatha zulk een man trouwt als Henry be-
looft te worden."
Mrs. Harrington keek met critischen blik
haar omvangrijke vriendin aan.
Je ziet er nog naar uit of je sterven zult"
zeide zij.
Mrs. Ingham-Baker hield haar hoofc
schuin en zeide, met een uitdrukking van be
rusting op het gelaat:
„Men kan nooit weten. En het is een groote
verantwoordelijkheid, Marian, een dochter te
hebben."
„Naar wat ik van Agatha gezien heb, ge-
loof ik, dat het kind best in staat is voor
zichzelf te zorgen."
„Ja", antwoordde d-e teedere moeder, „zij
is intelligent. Maar een meisje is zoo hulpe-
loos in de wereld, en als ik er niet meer ben,
zou ik mij gelukkig vo-elen, als ik wist, dat
mijn kind een goede man had, zooals Fitz,
voor haar te zorgen."
Mrs. Harrington trommelde mot
WIJZIGING VERORDENING OP HET
KEUREN VAN WAREN.
B. en W. schrijven in bijlage nr. 143:
Het is in de praktijk wensclielijk gebleken.
van gemeentewege een bepaling in het leven
te roepen omtrent het minimum vetgehalte,
waaraan melk moet voldoen. Het Melkbe-
sluit (Kon. Besluit van 23 Juni 1925 S. 256,
gebjk dit is gewijzigd bij Kon. Besluit van 4
Augustus 1926, "S. 292) bepaalt daaromtrent
slechts, dat het procentisch vetgehalte der
droogrest niet lager mag zijn dan 24. Artikel
15, alinea 3, der Warenwet opent echter de
mogelijkheid van een aanvullende gemeente
lijik'e regeling.
Alvorens deze aanvulling voor te bereiden,
hebben wij ons verzekerd van de instemming
der Kroon met de opname van een dergelijke
bepaling en van de goedkeuring door den
Minister van Arbeid, Handel en Nijverheid
van het minimumpercentage van het vetge
halte, aangezien Gedeputeerde Staten een en
ander voor de erkenning van de geldigheid
der bepaling als voorwaarde gesteld hadden.
Wij ontvingen op 18 Juni j.l. een afschrift
van het Koninklijk Besluit d.d. 7 Juni t.v. nr.
24, waarbij ons de gevraagde machtiging
werd verleend en een brief van den Minister
van Arbeid, Handel en Nijverheid ten ge-
lekje van dat K. B., waarbij goedkeuring
werd verleend op de bepaling van het mim-
mumpercentage op 2.75. Dit laatste is m
overeenstemmiing met het advies van den
Directeur van den Keuringsdienst.
Wij stellen Uw Vergadering derhalve voor,
in de Verordening op het keuren van Waren
(Gem. blad 752) de hieronder volgende door
de Commissie voor de Strafverordeningen
ontworpen bepaling, waarmede de Gezond-
heidscommissie zich, blijkens haar schrijven
van 18 Augustus 1.1. heeft vereenigd, op t°
nemen
De Raad der gemeente Alkmaar;
Overwegende, enz.
Besluit vast te stellen de volgende
Verordening tot wijziging van de Ver
ordening op het keuren van Waren
(Gem. blad nr. 752).
Artikel I.
ne, gerimpeld-e vingers op de leuning van
haar st-oel en wa-chtte met een zonderling
lachje, tot haar vriendin zou voortgaan.
„Maar, natuurlijk", vervolgde Mrs. Ing
ham-Baker, ,een marine man kan temauwer-
nood trouwen. Zij hebben het meestal zoo
slecht. Ik veronderst-el dat de arme Fitz geen
vrouw zal kunnen on-derhouden voor hij op
middelbaren leeftiid is."
„Dat zal te bezien staan", zeide Mrs Har
rington, met een sGlittering in haar harde
grijze oogen, en Mrs. Ingham-Baker pikte
zich in haar vingcr.
„Ik verzeker je", zeide de laatste dame zal-
vend, „ik verzeker je, dat ik tevreden zou zijn
al kon zij maar heel kalmpjes leven, als ik
maar wist, dat zij een goeden man getrouwd
had. Ik zeg altijo, dht rijkdom het geluk niet
aanbrengt."
„Ja, er zijn er meer, die dat z-eggen", ant
woordde Mrs. Harrington, en op _'t zelfde
oogenblik kwam Fitz de kam-er binnenstor-
men.
„lante Marian", riep hij, „hij is weg!'
„Wie is weg?" uoeg -de vrouw des huizes
op kouden toon. „Wil je de deur dicht doen",
„Luke! Hij is weg! Hij is direct het huis
uitgegaan en de knecht weet niet, waar hij
heen is! Het is alles uw schuld, tante Ma
rian, u hadt geen recht om zoo tegen hem te
Tusschen artikel 4 en artikel 5 der Veror-
dening op het Keuren van Waren (Gem. blad
nr. 752) wordt ingevoerd:
Artikel 4a.
Het is verboden, melk te verkoo-pen met een
vetgehalte, lager dan 2.75 pet.
Artikel II.
Deze verordening treedt in werking op den
derden dag na dien harer afkondiging.
ADRESSEN INZAKE ONDERSTEU-
NING GEORGANISEERDE WERK-
LOOZEN.
B. en W. schrijven in bijlage No. 142:
Naar aa-nleiding van de bij Uwe Verga
dering ingekomen adressen dd. 8 November
1926 en 8 October 1927 van de plaatselijke
vakcentrales (het laatste adres was niet me-
de on-derteekend door den Roomsch-Katholie-
k-en Volksbond), verzoekende instelling van
een afzonderlijke commissie voor uitkeerin-
gen aan georganiseerde werkloozen en tot
vaststelling van een ander-e regeling voor de
uitkeeringen aan die werkloozen dan tot
dusver wordt gevolgd, deelen wij U het vol
gende mede.
De beide gedeelten van dit verzoek staan
onderling in nauw verband: het tweede kan
door Uwe Vergadering niet worden ingewil-
ligd, wanmeer het eerste wordt afgewezen,
indien deze afwijzing althans is gegron-d op
d- overweging, dat de on-dersteunhig moet
blijven ressorteeren onder het Burgerlijk
Armbestuur en de andere instellingen van
weldadigheid. Immers in dat geval ligt de
vaststelling van het bedrag der uitkeeringen
buiten Uwe bevoegdheid.
Het is U bekend, dat ons College steeds het
standpunt heeft ingenomen, dat de Armen-
wet g'een onderscheid maakt tusschen de ver-
schillen-de categorieen dergenen die zich het
noodzakelijk levensonderhoud niet kunnen
verschaffen, Ook wij betreuren, dat nog
steeds een gro-ot aantal volkomen valide per-
sonen hun arbeidskracht ni-et kunnen ^aan-
wenden door gebrek aan werk. En wij juichen
het toe, dat het instituut der werkloosheids-
verzekering thans zoodanig is ingeburgerd,
dat velen, door zich de opoffermg van een
premie te getroosten, zich tegen de gevolgen
van werkloosheid althans voor een bepaalden
ter mijn hebben gedekt en zi-ch een aanspraak
hebben verzekerd op een uitkeering uit een
werkloosheidsfonds. Vooral ook nu voor hen
die niet bij een vakvereeniging zijn aangeslo-
ten, gelegenheid bestaat, zich bij een door
het'Rijk toegelaten kas tegen werkloosheid
te verzekeren, bestaat er voor vrijwel niemand
meer een beletsel, tijdig te zorgen, da-t hij den
kwaden dag zoo lanig mogelijk het hoofd
kan biedsn met d-e uitkeering, waarop hij dan
ingevolge een tevoren gesloten verzekering
aanspraak heeft.
Intusschen, er blijft helaas een groot aan
tal werkloozen voor wie de verzekering op
den duur geen uitkomst biedt. Wanneer de
termijnen voor de uitkeeringen uit de werk-
loosheidskassen zijn a-fgeloopen, moet het
gezin zich langs anderen weg van het noo-
dige voorzien. En wanneer dan de arbeider
inmiddels geen werk heeft gevon-den, komt
hij te staan voor de noodzakelijkheid. een
beroep te doen op anderen, gewo-omijk ue
gemeente. Immers all een de gemeente be-
schikt over de fondsen waaruit de noo-dige
midd^len. tot onderhoud van een groot aantal
gezinnen kunnen worden verschaft.
Hoe heeft de gemeente dit beroep op haar
middelen nu te beschouwen in de gevaiien
welke hier worden bedoeld?
Wij zien geen mogelijkheid, deze vraag
anders te be-antwoorden dan in dezen zin,
dat, zoo de gemeente een aanvrage inwilligt,
zij dit slechts kan doen op grond van de Ar-
menw-et, de eenige wet, die bepalingen beva-t
omtrent de voorziening van overheidswege in
het onderhoud van hen die zich dat onder
houd zelf niet kunnen verschaffen.
Stelt men daartegenover, dat de praktijk
toch ook een an-dere bcantwoordmg zou toela-
t-en, daar immers niemand er aan denkt, b v
voor slachtoffers van watersnood en derge
lijke ramjpen, waarvoor gewoonlijk afzonder-
lijke comite's worden gevormd, de bepalingen
der Armenwet toe te pass-en; of wel, dat er
toch verschillende gemeenten zijn, wa-ar af-
zonderjiiike co-mmissies bestaan buiten^ het
Burgerlijk Armbestuur om, die uitsluitend
belast zijn met het verstrekken van uitkeenn
gen aan werkloozen en dat er Koninklijke
besluiten zijn aan te wijzen welke verklaren,
dat dergelijke regelingen geen strijd opleve-
ren met de Armenwet, t.v/. de Koninzlijke
Besluiten van 22 Mei 1926, Staatsbl-ad nr.
141 en 9 Juni 1926, Staatsblad nrs. 165 en
166. dan meenen wij de aandacht te moeten
vestigen op het volgende.
In de eerste plants moet men er rekensng
mede houden. dat instellingen ter voorzie
ning in een t'ijdelijken nood, als b.v. een
seling vallen, als schaamde zij zich zooveel
aandoening te hebben getoond.
„Ik ben niet van plan mijn huis in rep en
roer te laten brengen door een kwade bui van
een la-stigen jongen. Het is bijna tijd voor het
middagmaal. Dan komt Luke stelli-g terug.
Is hij er nog ni-et als wij klaar zijn, dan zal
ik een van de kn-echts sturen om hem te
zoeken. Hij ioo-pt waarschijnlijk te mokken in
den een of anderen hoek van den tuin."
Toen zij zag, dat Fitz wit van angst was,
vergat zij zich zelf zoover, dat zij hem weer
naar zich toe trok.
„Kom, Fitz", zeide zij, „je moet mij ge-
hoorzamen en 1W aan mij overlaten Luke te
behandelen, zooals wij dat goed dunken. Ik
weet wat het beste voor hem is Ga je nu
kleeden voor tafel. Luke zal wel terugkomen
wees maar niet bang."
Maar Luke kwam niet terug.
HOOFDSTUK III.
IB!
Watersnoodco-mite, reeds door de Armenwet
zelf uitdrukkelijk worden gehouden buiten de
instellingen, waarop die wet van toepassmg
is. Art. 1 n.l. beschouwt als zoodanig alleen
de instellingen, de armienverzorging voortdu-
rend ten doel hebben Dit voorbeeld kan hier
dus niet dienen. En voor het overige moet
men wel in aanmerking nemen, da-t de bij-
zo-ndere commissies voor uitkeeringen aan
werkloozen, in het leven geroepen zijn in den
tijd waarin vrijwel het geheele bedrijfsleven
ontwricht was en alle werkloosheid een cri-
siskarakter had, m.a.w. in de jaren tijdens en
onmiddeliijk na den oorlog. Ook to-en kon
men spreken van een tijdelijken nood. Men
dacht in elk geva-l te doen te hebben met een
crisis, d.w.z. cen tijdelijken toestand, die wel
zou vefdwijnen zoodra het normale handels-
verkeer zich zou herstellen. De overweging.
dat men in dezen buitengewonen toestand
builengewon-e maatregelen had te href-fen en
dat onze wetgeving, in het bijzonder de wet
c-p het o-ndersteunen van behcefiigen, d.i de
Armenwet, niet op die efflsfandigheden bere-
kend was, gaf hier en daar aanlei-ding tot
vormi-ng van co-mmissies die buiten het Arm
bestuur om en geheel op eigen verantwoor-de-
lijkheid c-en door den Raad vastgestclde re
geling voor uitkeeringen aan werkloozen
hadden toe te passen. Dat de instelling dier
commissies een crisisverschijnsel is, blijkt
ook hieruit, -dat voor den ooriog voor de
ondersteiming beboevende werkloozen geen
afzonderlijke commissies bestonden en de
o-penbare "instellingen van weldadigheid zich
dus hun lot evenals dat van de andere hul-p-
behoevenden hadden a-an te trelcken wanneer
particuliere hulp tekort schoct
En zoo zijn ook te verstaan de bovenaange-
haalde Koninklijke Besluiten, welke voor U
zijn ter inzage geiegd en waarin o.a. wordt
overwogen
„dat het verleenen van gel-delijken steun van
„gemeentewege aan uitgetrokken en niet-trek-
„lcend'e werkloozen is bedoeld als te zijn van
„tijdelijken aard; dat deze tijdelljke steunver-
„leening niet vaft onder armenzorg, evenmm
„als b.v. de steunverleening vanwege waters-
„noodcommissies als armenzorg wordt aan-
gemerkt j
"dat zeer zeker op het oogenblik, dat de Raad
„der gemeente de bedoelde steunre-
„geling vaststelde (d.i. 25 Juli 1922), de
„steunverleening in het algemeen aan uitge-
„trokken en niet-trekkende werkloozen nog
,/uet zoo lang had geduurd, dat -die steun-
niet anders dan een tijdelijk karakter droeg.
Voor de tegenwoordige omstandigheden
kan men derhalve op de bovenaangehaalde
Koninkliike Besluiten geen beroep doen, te-
meer niet wanneer men in aanmerking neemt
een andere uitspraak van de Kroon, welke
uitsluitend op het oog heeft de vraag welke
ens hier bezig houdt.
De Raad der gemeente Utrecht had op 29
September 1922 de verordening op het bur
gerlijk armbestuur gewijzigd in dien zin, da-t
het armbestuur de bevoegdheid kreeg, uit
zijn midden commissies van onderstand te
benormen. Deze wijziging had ten doel, mo
gelijk te maken, dat de aan-vragen van werk
loozen om ondersteuning door een afzonder
lijke commissie uit het Burgerlijk Armbe
stuur zoud-en kunnen worden behandeld Ge
deputeerde Staten onthielden aan deze wijzi
ging hun goedkeuring, op grond da-t naar
hun oor-deel artikel 30 der Armenwet niet
toelaat dat anderen dan het Burgerlijk Arm
bestuur zelf op de aanvrage beslissen. Ook
een commissie uit het Burgerlijk Armbestuur
mocht, naar de meening van Gedeputeerde
Staten, niet met -de beslissing worden belast.
Een door den Raad tegen die beschikking in-
gesteld beroep is door de Kroon bij het voor
U ter inzage liggende besluit dd. 18 Maart
1924, nr. 14, ongegrond verklaard. Het ligt
voor de hand, dat, waar de Kroon zelfs niet
toelaat, dat aan een Commissie rit het Bur
gerlijk Armbestuur de beslissing op aan-
vragen van werkloozen om ondersteuning
wordt opgedragen, de opdracht van die be
voegdheid aan commissies welke geheel los
staan van het Burgerlijk Armbestuur, zeker
niet zou worden gedoogd, althans wanneer
het gaat om een definitieve voorziening,
waarop adressanten blijkbaar het oog hebben.
Een nadere voorziening zou trouwens weinig
zin hebben om-dat wel niemand meer het
standpunt zal innemen dat men met een crisis
in den gewonen zin van het woor-d te doen
heeft. Met 'n vrij omvangrijke werkloosheid
zal de gemeente helaas als een tamelijk con
stant verschijnsel hebben te rekenen. Het
he-eft geen zin, op dat punt optimistisch te
zijn. Maar 'dan zal daarvan het gevolg moe
ten zijn dat de eenmaal bestaande organen
hun taak duurzaam daarnaar inrichten. Een
nieuw orgaan althans in te stellen voor de
werkloozen lijkt ons met het oog op den aard
der tegenwoordige werkloosheid onjuist en
met het oog op de wet niet toelaatbaar.
Wij zien ons dus genoopt U voor te stellen
„verleening haar tijdelijk karakter reeds had 0_ eerste gedeelte van het in den aanhef
„verloren.
Men ziet hieruit, eenerzijds hoe de Kroon
den vallen nadruk laat vallen o<p de omstan
digheden waarin men in 1922 verkeerde, met
het oog waarop het toen genomen Raadsbe-
sluit g-acht kon worden een tijdelijk karakter
te hebben, an-derzijds dat naar de meening
der Kroon de steunverleening in het alge
meen aan werkloozen op 25 Juli 1922 nog
spreken. Dat weet u wel. Ik ga hem zoeken."
„Neen, wind je nu niet zoo op", zeide
Mrs. Harrington kalmeerend. „Ko-m eens
hier en luister nu naar mij. Luke heeft zich
heel slecht gedra-gen. Hij is lui en onhandel-
baar geweest aan boor-d van de „Britannia"
En tegen mij is hij onbeschoft en ondank-
ba-ar geweest."
Zij bemerkte, dat zij de hand van den jon
gen in dc hecre had genomen, en liet die plot
Een Zeehond.
De glazen -deur van d-e eetka-mer in hotel
„de Vier Nati-es" te Barcelona werd zachtj-es,
wat zenuwachtig geopend door een kleine
man met dikke haarbos, die naar binnen
gluur-de.
Een van de kellners schoot toe en trok een
stoel voor hem uit.
„Dank u dank u" zeide de nieuw aan-
gekomene, met een harde, maar toch aange-
name stem.
Hij keek eenigszins verbijsterd rond als
had hij nog nooit een table d'h&te gezien. Hij
scheen met zidhzelf in twijfel of er, al dan
niet, van hem verwacht werd, dat hij naar
een van -de aanwezigen zou toegaan, hem de
hand schudden en verklaren wie hij was
Daar echter niemand deze vertrouwelijk-
h-ei-d sc-heen uit te lo-kken, nam hij de hem
aangeboden stoel en zette er zich plechtig op
neer.
De kellner legde een menu naast hem, en
de bejaarde gast, wiens gelaat en persoon
den zeevaarder verried, tuurde er beleefd op.
Hij wilde, kaarblijkelij-k. het gevo-el van den
jongen man niet kwetsen, maar de kaart was
hem te geleerd en benauwde hem.
Met een paar oogen van het hel-derste
blauw, sloeg de oude zeema-n de manieren en
gewoonten van zijn tafelburen gade en
schonk zichzelf wat wij-n uit de karaf die
v66r hem werd neergezet, en vulde toen het
glas met water.
De kellner hield hem een schoteltje voor
met olijven en een ander met sneedjes roode
worst, zoo dun als een postzegel. De En-
gelschman keek twijfelachtig naar deze lek-
kernijen en schu-dde zijn hoofd nog in 't
oogloopend zijn best doende ni-et te beleedi-
gen. De soep was beter te begrijpen, en de
zeeman verorb-erde zijn portie met een gelaat,
waaruit niets viel op te maken. Maar de
visch, die toevallig een Mid-dellandsche Zee-
geur had in kleine stukjes opgedien-d
veroorzaakte hevige aarzeling.
„Zijn het slakken?" vroeg de zeeman om-
zichtig met een stem, die over de halve
lengte van de tafel klonk.
De kellner verklaarde in vloeiend Kastili
aansch den inhoud van den schotel.
„Ik wil weten, of het slakken zijn", her-
haalde de zeerob met eenvoudige vrijmoedig-
hei-d.
Een paar handelsreizigers, die wat En
gelsch ken-den, lachten luid, en een Engelsch-
man, die naast den vrager za-t, boog zich.
vermelde verzoek afwijzend te beschikken. Ge
lijk wij reeds deden uitkomen, vloeit daaruit
voort dat wij U in overweging moeten geven,
ook het tweede gedeelte niet in te willigen,
aangezien de wet aan het Burgerlijk Armbe
stuur de bevoegdheid geeft, zonder beroep en
geheel zclfstandig o-p aanvra-gen om onder
steuning te beslissen.
Intusschen is er wel een weg waardbor
met ernstig gelaat naar hem toe.
„Het is een vischgerecht", zeide hij, „u zult
het lang niet kwaad vinden."
„Dank u, mijnheer", antwoordde de oude
man, met een vertoon van verlichting, dat
allerbelachelijkst zou zijn geweest, als het
niet zoo eerlijk gemeend was.
„Ik ben bang", ging hij vertrouwelijk voort,
„dat men mij slakken zal voorzelten. Ik heb
gehoord, dat die in deze streken veel gebruikt
worden."
„Dit", hernam de ander met groote ernst,
„is niet het seizoen van de slakken. Bovendien
als u ze kreeg, durf ik wedden, dat u aange-
naam verrast zoudt zijn."
„Het is mogelijk", het is mogelijk! Of-
schoon ik het niet erg begrepen heb op vreem-
de manieren."
Zoo was het begin van een groote vriend-
schap tusschen twee ma.men, die niets met
elkaar gemeen hadden dan hun land; want de
een was een peer van 't Koninkrijk, die in
Spanje reisde voor privaat aangelegenheden
of mogelijk tot stichting voor zijn geest, en de
ander was kapitein John Thomas Bontuor,
voorheen bij de Britsche koopvaardijvloot.
Evenals vele zeelieden, was kapitein Bon
tuor een eenvoudig, gezellig man, die zich
aangenaam trachtte te maken.
„Dit is voor het eerst", zeide hij, „dat il
een voet in Spanje zet, al heb ik de taal we:
hooren spreken, want ik heb de Spaansch<
Oceaan bevaren, en een reis naar Manilla
gemaakt. Het is een taal, die heel wonderlijk
klinkt, het lijkt mij veel geschreeuw en
weinig wol."
«M 1927
No. "88
De eerste zwalaw, die -ezlen
wordt. Is nog geen bewiii dii
de zomet er al is. Wel echter it
hel een aandoldtne dal er vet-
anderlng ten goede in de natuur
Zoo Is het ook met adverteeren:
Daarom moet ook ten stelligste
de ineening weerlegd worden,
die men *oo vele malen hoortt
^.Ik heb al eena een arivertentie
geplaatst, het jjeeft toch nieta,
4k heb nooit succes gehad of
▼ooruitgang bemerkf'
Neen, natuurlijk niet, door
mdvertentie maakt gij uw zaak
niet bekend. gij moet regei-
matig adverteeren, wij geven u
de verzekering, dat gij beslist
eti afdoend aucce* zult hebben
1 i.'J -4
iT/irllM-Atl 1 J.C A nt-t (T n
(Wordt vervolordV