DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Hit ffaef Partem ant Hnifeiiianfi OageIi|ifs©iB o^erzicSif. No. 291 DIf tftfmmef besfaat sit 3 bladen- Honderd negen en twintigste Jaargang 1927 ADonnementgprijs bij vooruitbetaling per 3 niatrndeii f2.—fr. per post f2,50. Bewijsn. 5 ct. Advertentiepr. 25 ct. p. regel, grootere letters naar plaatsritfiute. Brieyen franco N.Y. Boek- en Handelsdr. v.h. Herms. Coster Zoon, Yoordam C9, Tel. Administr. No. 3. Redactie No. 33. IATERDAG Directeur: G. H. KRAK. Hoofdredacteur Tj. N. ADEMA. lO BECE9IBER Voor iiei Hulpbehoevende kind. Het is gewoonte geworden, dat tegen Kerst- djd in de hal van ons Postkantoor een ientje verschijnt waarin ijverige dames en heeren hun best doen om de taak der postambtena- ren te verlichten. Zij doen dat niet omdat zij zoo'n medelij- den met die ambtenaren hebben, maar uit- sluitend om te trachten van bet geld dat voor postzegels uitgegeven wordt, een zoo groot mogelijk deel voor een bijzonder doel te reser- veeren. Kerstmis en Nieuwjaar, dat zijn de lich- tende feestdagen uit'het donkere jaargetijde, dat zijn de dagen waarop men elkander een levensteeken met de beste wenschen voor ge zondheid en geluk doet toekomen. Dan heeft de post het druk, dan worden er iveel meer zegels dan gewoonlijk verkocht en daarom heeft men juist in dien tijd de kinder- zegels verkrijgbaar gesteld. Er wordt ook in ons Postkantoor weer een tentje in de hal opgesteld en een ijverig comite-lid zit daar als een spin in haar web, in de hoop, dat menige argeiooze voorbijgan ger zich daarin zal laten verstrikken. Eigenlijk is dit beeld niet erg gelukkig ge- Ikozen, want een spin die op haar prooi loert, doet dat geheel te eigen bate, terwijl de dames en heeren die de kinderzegels verkoopen, be- langeloos hun tijd en moeite geven om een zeer sympathieke actie te steunen. En de voorbijganger is in den regel ook niet zoo argeloos als hij er uitziet. Hij weet heel goed wat hem op he1 Postkantoor te wachten staat en als hij desniettegenstaande toch in het tentje terecht komt, dan bewijst dit, dat hij vrijwillig een offer ten bate van het misdeelde kind wil brengen. Het hulpbehoevende kind vraagt ander- maal onze belangstelling. En waar het de kinderen geldt, daar gaan zoo gemakkelijk de harten en beurzen open, daar is de gift zoo spontaan, de medewerking zoo natuurlijk. Want wij moeten wel zeer verhard en ver- bitter-d zijn als het ons koud laat, dat het kind misdeeld wordt. Met kind, dat is de mensch in den mooisten tijd van het leven, dat is de kleine mensch, die onbezorgd moet kunnen springen en zingen, die juicht bij e-lke kleine verrassing, voor wie het leven, zooals de didhter zegt, slechts uit gouden draden schijnt geweven. Er is niets zieligers dan wanneer zoo'n klein menschje in den tijd, dat duizenden kinderen lachen en stoeien, spelen en ravotten kunnen, door het noodlot wordt gegrepen en ver voor zijn jaren de zorgen van het leven leert ken- nen. Een kind, dat is de onschuld en wie kan het zonder ontroering aanzien, als over een klein jongetje of meisje het onafwendbare, het vreeselijke komt, waardoor uit zijn leven- tje al het blijde en heerlijke voor goed schijnt weggenomen. Gelukkig komt in het algemeen in den mensch deze karaktertrek tot uiting, dat hij zich geroepen gevoelt het zwakke en weer- looze te steunen en het zijn zeke-r niet de bes- ten onder ons, wie het leed van hulpelooze we- zens koud laat. De Vereeniging tot bescherming van dieren ziet haar ledental van jaar tot jaar groeien en de organisaties die zich de hulp aan het misdeelde kind ten doel stellen, kunnen ook door den jaarlijks grooteren verkoop der zoo- genaamde kinderzegels constateeren, dat steeds meer landgenooten zich beijveren, dit mooie doel naar hun beste krachten te steu nen. Gij ouders, die met zooveel welgevallen naar Uw juichende kinderen ziet, die U ge lukkig prijst, dat Uw kleinen zoo onbezorgd, zoo vol levenslust en blijheid zijn, gedenkt in dit donkerste jaargetijde de kinderen der el- lende. Bedenkt hoe er kinderen zijn in sloppen en stegen waar de zon nimmer doordringt, kin deren, die een tekort aan voeding en kleeding hebben, die nooit een vriendelijk woord hoo- ren, bij wie de zorg op het bleeke snuitje reeds haar onuitwischbaren stempel gedrukt heeft. Hoevele gezinnen zijn er niet waar het al- lernoodigste ontbreekt, waar moeder ziek en vader werkeloos is, of waar de drank het le ven tot een hel gemaakt heeft en slaan en vloeken elk spoor van levensblijheid in de kiem verstikt heeft. Men mag medelijden met de ouders heb ben, maar allereerst en allermeest gaat ons medelijden uit naar de zielige oude mannetjes en vrouwtjes met de kinderoogen, naar de jongetjes en meisjes, die hier in de voor le vensblijheid bestemde jaren door het noodlot gegrepen en gebroken werden. Geen bloem kan ontluiken waar zon en lucht en ruimte ontbreken. Daar groeit slechts de schimmel, die voortwoekert en alles verstikt dat voorbestemd was tot leven en schoonheid. Hoevele gezinnen zijn er niet waar vader of moeder dood is, waar de kinderen blind of mismaakt zijn, waar de armoede haar intrede deed en telkenmale weer een ondervoed lichaampje den strijd met honger en ellende moet opgevea Wie zou niet mee willen helpen, die bleek- neusjes uit de sloppen en stegen der groote steden weg te halen om ze in het voile zon- licht te brengen! Wat is er heerlijker dan te zien hoe lang- zamerhand die strakke gezichtjes zich ont- spannen, die zielige kopjes weer rond wor den, de wangen weer kleur krijgen, de oogjes weer glanzen en schitteren. Er is zon, er is ruimte, licht en lucht in overvloed, er zijn duinen en bosschen, er is een lachende wereld vol groen en bloemen, die kracht en gezondheid kan brengen aan alien die daaraan behroefte hebben. Maar er is helaas ook een onverbiddelijke economische wet, die decreteert, dat men al les in dit leven kan krijgen mits er maar voor betaald wordt. Het is geen kunst de kleine bleekneusjes naar zee en strand, naar bosch en heide te brengen, maar er moet geld zijn voor trans port, voor voeding en kleeding, voor huis- vesting en toezicht. Reeds hebben lichamen als het Centraal Genootschap op het gebied der kinderzorg hun sporen verdiend, reeds zijn daarnaast vele andere organisaties gaarne bereid, de belangen van het misdeelde kind te beharti- gen, mits er maar de noodige gelden zijn om dit liefdtewerk te kunnen bekostigen. De kinderzorg vraagt niet alleen het bren gen yan gezondheid aan alle kleintjes, die te lang in de schaduw van het leven gestaan hebben, zij vraagt nog heel wat meer. Zij vraagt opvoeding van verweesde, ver- laten en mismaakte stabkers, zij streeft naar onttrekking aan de ouderlijke macht van jongens en meisjes, die in een misdadig milieu ten onder dreigen te gaan. Duizenden kinderen moet hulp gebracht worden voor het te laat is. Duizenden treurige snuitjes moeten weer lachen leeren, duizenden ondervoede li- chaampjes moeten weer gezond en sterk worden gemaakt. Dat is een werk waaraan ieder naar zijn beste krachten moet meewerken. Wij voelen alien voor het kind omdat wi] zelf in ons hart nog kind zijn gebleven. Wij mogen nog zoo zelfbewust door de straten gaan, wij mogen onder dien druk der conven- tie, onder de zwaarte van onze gewichtig heid ons nog zoo voornaam en ongenaak- baar voordoen, in ons hart zijn wij toch groote kinderen gebleven. Wij verlange-n er alien wel eens naar nog eens echt ondeugend te zijn, nog eens het leven onbezorgd en blij en dankbaar te ge- nieten. Wie herinnert zich niet het plaatje in deze courant waarop een kleine jongen werd af- gebeeld, die aankondigde, dat hij den vol- genden morgen maar eens vroeg zou op staan, om ook gelegenheid te krijgen, eens met zijn mechanisch spoortreintje te spelen. En op dat zelfde plaatje zag men, hoe vader op den grond zat en vol spanning naging, hoe dat moderne speelgoed nu eigenlijk werkte. Brachten de couranten in dezen Sint Nico- laastijd niet de mededeeling, dat de ramen van onze speelgoedwinkels doorloopend be- zet waren met een kijklustig publiek, dat hoofdzakelijik uit volwassenen bestond1! Dat doet het kind in ons, dat nimmer sterft zoolang wij leven, het kind, dat zich van tijd tot tijd zoo graag nog eens spontaan zou willen uiten als wij die neiging, uit vrees voor onze omgeving, niet steiselmatig onder- drukten. „Ik ben datzelfde kind gebleven", heeft een onzer didders eens gezegd en inderdaad, wij zijn nog altijd groote kinderen, gereed in onze open handen de heerlijkheden van bet leven te ontvangen. Juist omdat in ons het kind niet gedood kan worden, begrijpen wij het kind zoo goed, gaan onze liefde en zorg zoo spontaan uit naar wat klein en hulpbehoevend is, naar de bleekneusjes, die in de schaduw van het leven ten onder dreigen te gaan. Het ziet er naar uit, alsof wij hoe langer hoe verder van het tentje in het Postkantoor afgedwaald zijn, maar toch is dat maar in schijn zoo, want wij komen er nu weer op terug, dat levensblijheid voor bet kind slechts met geld verkregen kan worden Daarom heeft men over het geheele land weer den verkoop der Zoogenaamde kinder zegels georganiseerd, die van 15 December tot 15 januari verkrijgbaar gesteld worden. Wij hebben een vorig jaar uitvoerig uit- een gezet, wat deze actie beoogt, hoe het surplus verdeeld wordt en welke organisa ties daarvan profiteeren. zich uit gemakzucht of onnadenkendheid aan bun moreelen plicht onttrekken. Ieder heeft in de komende weken post zegels noodig, niet alleen zijn voor zakelijke correspondentie, maar ook voor het verstu- ren van zijn gelukwenschen aan bloedver- wanten en vrienden. Gaat dan bet tentje in het Postkantoor niet voorbij. Besteedt iets meer dan in gewone omstan- digheden en gij zult in deze donkere dagen de voldoening hebben mee te hebben ge- werkt om duizenden misdeelde kleintjes het licht van een blijde jeugd te brengen. Den Haag, 9 Dec. 1927. De minister van Waterstaat heeft kans ge- zien bij zijn beantwoorddng van het door de vijf-en-twintig sprekers over den „natten" Waterstaat voorgelegde verlanglijstje niet al te veel houvast te geven. Veelal was. als hij iets beloofde, dit toch niet meer dan een belofte om iets te overwegen of nader te on- derzoeken. Zekerheid, dat nu b.v. de verbetering van de Rijnvaart van Amsterdam in 1928 ^al wor den ter hand genomen, heeft men niet ver kregen. Laten wij intusschen uit de in ieder geval wel onderhoudende rede des tKp^rnans een paar punten releveeren Het vraagstuk van de Waddenindijking is in onderzoek bij een departementale com- missie, doch het rapport zal voorloopig wel niet het licht zien. De verbetering van bet verkeer te water tusschen Groningen en Friesland wordt bemoeielijkt doordat men het niet eens kan worden omtrent de verdce- ling van de kosten. Den waterstaatkundigen toestand in Noord-Brabant acht ook de mi nister onhoudbaar, doch de verbetering dient z.i. door de provincie zelve te worden bekostigd, al wil de regeering wel een sub- sidie versehaffen. Omtrent de verbetering van de verbinding van Amsterdam met den Boven-Rijn is nog geen beslissing mogelijk geweest, omdat de regeering nog niet met Amsterdam tot over- eenstemming is kunnen komen. De Rijkswa- terstaat acht de verbinding Amsterdam- Vreeswijk de beste oplossing, terwijl Am sterdam de voorkeur geeft aan de verbin ding met Wijkd>ij-Duurstede. Wordt er voor- loopige overeenstemming bereikt, dan is de minister bereid, te bevorderen, dat begonnen wordt met het gedeelte Amsterdam-Jutfaas. Een beslissing omtrent de Maasbrug bij: Maastricht wacht op den terugkeer van den minister van Onderwijs, omdat deze daarom- trent ook een stem in het kapittel heeft. Verder deelde de Minister mede, dat een aantal personen druk in de weer is met een onderzoek, hoe de bezwaren tegen de Motor- en Rijwielwet zijn te ondervangen. Inzake de beroepen omtrent de beslissingen op con- cessieaanvragen voor motoromnibussen zal een vaste lijn worden gevolgd. Aan Ged. Staten moet evenwel een beslissing in eerste instantie worden gelaten, belanghebbenden kunnen dan in beroep komen bij de Regee ring. Op die wijze komt men tot normale toe- standen. In een reorganisatie van den Rijkswater- staat, waarop vele leden hadden aangedron- gen, zag de minister niet zoo'n groot heil, omdat hij vreesde, dat dan het goede zou worden weggereorganiseerd. In ieder geval gevoelde hij niets voor een reorganisatie van boven af. Na de rede des ministers is men voortge- gaan met de behandeling van de artikelen en is onder meer er tegen geprotesteerd, dat de regeering zich de weelde veroorloofd heeft een baggermolen voor de haven te Philippine te koopen, waarin de heer Van Gijn een eer- sten stap zag tot een staatsbaggerbedrijf. Verder is er weer aangedrongen op verbete ring van de haven te Harlingen. De minister heeft alleen kunnen antwoorden, dat hij er niet aan dacht zijn medewerking te verlee- nen tot verkorting van den kaaimuur Mocht deze verhoogd moeten worden in verband met de d'rooglegging van de Zuiderzee, dan zullen de kosten daarvan door het rijk moe ten worden gedragen. Het ontworpen Twente-Rijnkanaal gaf aan een aantal spre kers stof tot spreken, die er alien op aan- drongen, dat er spo-ed zou gemaakt worden met de totstandkoming van dit werk. De mi nister verzekerde, dat hij er niet aan dacht. dit op de lange baan te schuiven, maar het voorbereidende werk kost veel tijd, doch men zal spoedig de hand aan het werk kunnen slaan. De minister -hoopt in 1928 nog met een suppletoire begrooting er voor bij de Kamer te komen. Daarna is de Kamer overgegaan tot be handeling van de afdeeting „Spoorwegen" en daarvoor hadden zich zooveel sprekers opge- geven, dat de vorrzitter zijn ietwat onmen- Kinderen van alle gezindten, zieke, zwakke, schelij'k voornemen om de Waterstaatsbe- zul- doov-e, blinde, verwaarloosd-e kleintjes, len er van genieten. Er kan nog zoo veel meer dan vrocger gedaan worden. Wie bedenkt, dat in Neder- land maandelijks zestig millioen postzegels gebruikt woiden en dat er ongev-eer dric m-iljioen kinderzegels worden verkocht be- grijpt wel, dat wij nog lang niet zijn waar wij eigenlijk wezen moeten. Alkmoar maakt bij den verkoop geen slecht figuur. maar ook hier zijn er nog te" velen, die grooting er door te jagen opgaf en nadat ieder, die zich er voor had opgegeven, een dui-t in het zakje had gedaan, verdaagde hij de behandeling tot heden. Toen was de mi nister van Waterstaat het eerst aan het woord om de sprekers van antwoord te die- nen. Uit dat antwoord halen wij het een en ander aan, dat allicht onzen lezers belang kan inboez-emen. De minister wil gelukkig niets w-eten van nog verdere doorvoering van den zondagsdienst bij de spoorwegenU Hij ont- kende. dat de dhbewaakte overwegen zulk een gevaar voor het verkeer zijn, mits de menschen maar een beetje willen opletten Hij heeft er wijders bezwaar in om gehoor te geven aan den wensch van den heer Van der Waerden (S.D.A.P.) om de derde klasse in den trein van leuningen te voorzien en de banken met kussens te laten bedekken: dan zouden nog minder reizigers gebrui-k maken van de tweede klasse. De minister zal gaarne bevorderen, dat er voor het trampersoneel een pensioenregeling tot stand komt. Hij is ook bereid om de totstandkoming van de spcorlijn Goud-a-Alfen te bespoedigen. Niet ieder was tevreden met d-e m-ededee- lingen van den minister en met name niet met wat hij omtrent de onbewaakte over wegen had gezegd. Een motie van den heer Boon (V.B.) om door een commissie van des- kundigen het vraagstuk van de onbewaakte overwegen te doen onderzoeken werd, nadat de minister kalmweg had v-erklaard, dat hij er geen bezwaar tegen had, zonder stemming aangenomen. Bij de afdeeling „Mijmwezen" hebben de heeren Hermans (R.K.) en Drop (S.D.A.P.) nog al uitvoerig stilgestaan bij de verhoudin- gen tusschen werklieden en directie en het werk der z.g. contactcommissie besproken, maar het denkbeeld door den heer Drop ge- opperd om een commissie van onderzoek te benoemen werd door d;en minister vlot afge- wezen met de opmerking, dat er op het oogenblik toch geen sprake kon zijn van kosfbare verbeteringen, daar de exploitatie nauwelijks de uitgaven kan d-ekken. Bij de afdeeling „Scheepvaart" hebben we een merkwaardig debat bijgewoond tus schen de heeren Brautigam "(S.D.A.P.) en Knottenbelt (V.B.) over onze zeelui ter koop- vaardij. De eerste vond, dat den Nederl'and^- scheh zeeman ongepaste concurrentie werd aange-daan door Chineezen en Laskaren en hij zou het liefst zien, dat er een wet kwam, die verbood Aziaten in dienst te nemen op onze schepen. De heer Knottenbelt was daar echter vierkant tegen, in de eerste plaats reeds omdat daarbij de bedrijfsvrijheid der reederijen aan banden zou word-en gelegd, doch daarnaast omdat er geen beter zeelui zijn dan b.v. de Laskaren en er over den werklust, de opgewektheid enz. van de Ne- derlandsche zeelui nog wel eens wat te zeg- gen ente klagen valt. Bovendien zijn Chineezen en Laskaren in tropische streken beter te -gebruiken dan Hollanders. De mi nister beloofde de zaa-k te zullen onderzoe ken, doch de heer Brautigam vond het beter hem daartoe door een motie te binden en diende d-aarop een motie in, welke na de be grooting afzonderlijk zal worden behandeld De begrooting is ten slotte zonder stem ming aangenomen evenals de begrooting van het staatsvisschershavenbedrijf te IJmuiden. Dinsdag komt de Oorlogsbegrooti-ng aan de orde. brengen; een dag later verklaarde hij in een manifest, dat hij zichzelf alleen geschikt acht om het werk van zijn vader voort te zetten. Coming events cast their shadows before... Het zou ons sterk verwonderen als hel kind-koninkje ooit de Roemeensche kroon zelfstandig krijgt te d-ragen In verband met het bovenstaande verdienen ongetwijfeld de excessen te Gross Wardein de aandacht. Nationalistische studenten heb ben daarbij, zooals wij in de rubriek Buiteni- land uitvoerig vermeldden, een groot aanta' burgers, die zij voor halfbloed Roemeensch aanzagen, op ergerlijke en brutale wijze mis- handeld. En bizonderlijk kregen hun uitspattingen 'n anti Hongaarsch en anti-Joodsch karakter Het is hoogst bedenkelijk, dat eerst na vers-cheidene dagen en nadat 5 personen ge dood en een 70 tal ernstig gekwetst waren, de regeering en de politic ingrepen om dc orde te herstellen. En bedenkelijker nog is het, dat ook daar na te Klausenburg onlusten van dezelfde scort konden plaats vinden. Staat Bratianoe's regeering zoo zwak, dat tegengaan der excessen een al te groot waagstuk was? Of vond men het anti-Semietisme en het anti-Hongaarsche sentiment dat tot uiting kwam bevorderlijk voor Roemenie's reputatie in Europa, die tusschen haakjes, toch al niet bizonder schitterend is? EEN ONHOUDBARE TOESTAND IN ROEMENIe. Machteloosheid der fegdering? Troonopvolgingsmpeilijkhederi, Onlusten due door de politic worden toegestaan: Meer en meer gaat het er naar uit zien, dat Roemenie na den dood van zijn eminen;- sten sfaatsman Joan Bratianoe donkere tij- den tegemoet gaat. De oppositie tegen de regeering is de laat- s-te twee weken steeds dringender geworden in haar eischen, heeft samenwerking met de regeerende liberate partij onverbiddellijk aigewezen en nadat Bratianoe nauwelijks begraven was reeds om. nieuwe verkiezingen gevraagd. Aanvankelijk trachtte de nieuwe premier Vintilla Bratianoe deze te voorkomen, door de bovenbedoelae coalitieplannen voor te stel len. Liberal-en en boeren" zouden in kabinet en Senaat gelijkelijk vert-egenwooirdigd zijn en voorts zcu 55 der Kamerzetels aan de libaralen en 45 aan de Boerenpartij wor den toegewezen Manioc, de leid-er der boeren-oppositie, liet zich echter niet verleiden, en weigerde peru- nent. Het vooruitzicht zelf de geheele macht in handen te krijgen, loktehem klaarblijkelijk meer aan. De regeering heeft daarop verklaard, dat zij met een rustig geweten de oude poliiiek zal handhaven en crdeverstoring zal voor komen, waarop Manioe zich haastte Kamer- ontbinding aan te vragen. Voorlo-cpig zal van deze Kamerontbinding wel niet veel komen omdat een motie van vertrouwen in het regeeringsbeleid met groo te meerderheid van stemmen aangenomen is. Maar niets behoort in Roemenie tot oe onmogelijkheden en het is zeer wel denkbaar, dat binnen afzienbaren tijd d-e nationale boe renpartij er in slagen zal de liberal-en ten val te brengen. Het staat vast, dat het dan met het koning- schap van den kleinen en weinig benijdens- waardigen Michael gedaan zal zijn. Want Carol is de laatste dagen buitengewoon scheutig met het afleggen van verklaringen en al zijn uitlatingen v/ij:zen er op, dat hij geen gunstige kans om den Roemeenschen troon te beklimme-n ongebruikt voorbij zal laten gaan. Op 27 November vertelde hij, dat zijn uur nog met gekomen is; op 6 December kondig de hij aan, dat hij de eenheid wil tot stand CHINA. D'E BURGER-OGRLOG. Om Hsoe/sjaufau. Het belangrijke spoorwegknooppunt Llsoetsjaufau is nog altijd in de handen der Noofdelijk-en, o-fschocn- z-oowel Chineesche ais Britsc'he berichten melden, dat de nationalis ten verklaren het genomen te hebben. Sedert veertien dagen reeds zijn zeer hevige gevech- ten aan den gang, waarbij Hsoe-tsjaufau meer dan eens op het punt heeft gestaan te capitu- leeren, dooh het houdt zich nog altijd flink. Het blijkt dat de positie van den Noordelijken generaal Tsjang Tsoeng Tsjang zeer kritiek was, toen Soen Tsjoean rang plotseling aan- Icwam en met zijn rechterflank de Nationalis- ten aanviel, waard-oor Tsjang Tsoeng Tsjang in staat werd gesteld al zijn strijdkrachten te do-en oprukken tegen den Nationalistischen generaal Feng Joe Hsiang, die zegevierend oprukte en wrens troepen tot cp een afstand van tien mijl van Hsoetsjaufau werden terug- geworpen, Tsjang Tso Lin gaf last om 30.000 man versterkingstroepen naar het tooneel van den strijd te zenden. KAPITEIN LALOR NOG STEEDS NIET IN VRIJHEID. Kapit-ein Lalor, die zo-oais men weet door Chineesche bandieten is ontvoerd, is nog steeds niet in vrijheid gesteld. De heer Tocher, een Schotsch zendeling, die de on- derhandeling-en vo-ert, heeft zich naar de aan- gegeven plaats begeven, waar hem echter Sleek, dat de bandieten hun gevangene verder het binnenland- in gevoerd hadden. Volgens den „Tim-es'Vcon*espon-dent te Itsjanig, verklaarde Tocher, d-at de zeeroovers vermoedelijk een extra lo-sgeld zullen vragen. Hij heeft zijn lastgevers gevraagd, of hij aan den eisch der Chineezen kan voldoen. DUITSCHLAND. HET DUITSCH-ITALIAANSCHE HANDELSVERDRAG. De onderhandelingen misluk De bladen vernemen van fcevoegde zij-de dat de gevoerde onderhandelingen op 6 December voorloopig afgebrcken zijn, zonder veel kans op spoedige hervatting. De Italiaansche regeering heeft den Duitschen eisch dat de Italiaansche wet op bevoordeeling van de in- heemscihe imdustrie veranderd en de propa ganda tegen den invoer van go-ederen uit het buiteniland gestaakt zou worden, afgewezen waarna het geen zin had nog over onderge- schiifcte punten verder te onderhandelen. HET DREIGEND CONFLICT IN DE STAALINDUSTRIE. Reeds 200 onderrtemingen bij den a.s. strijd betrokken. Naar de bladen vernemen, hebben tot dus- ver reeds 200 onderneminge-n in de ijzer- en staalindustrie aan de bevoegde autoriteiten m-eegedeeld; dat zij, indien er geen overeen stemming met de werknemers wordt gevon- den, op 1 Januari hun poorten zullen sluiten. RELLETJES TE MANNHEIM. Een doode, vele gewonden. Bij -een optocht van de Nationaal Sociabs- tisch-e Arbeiderspartij zijn de deelnemers in botsmg gekomen met een aantal arbeiders, die beschonken waren. Er werd van revol vers en dolken gebruik gemaakt. Een arbeider werd zoo ernstig gewond, dat hij spoedig daarop aan de gevolgen overleed. Zijn broer werd 1-evensgevaarlijk door een dolksteek ge~ won. Hij en eenige andere gewonden zijn naar het ziekenhuis overgebracht. E6n persoop werd gearresteerd. FRANKRIJK. een ZEELIEDEN-DRAMA. Arrestaties aan boord van eet Nederlandsch schip. Toen het Nederlandsche stoomschip Vlie- lamd" voor de reede van Doela (Kameroen) lag, zou een n-eger aan boord yan een Diauw. ALKMAARSCHE COURANT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1927 | | pagina 1