Mlmiarah Conrait.
Damrubriek.
ScbaaMrmbriek.
liB
TRr.Qdamas
mjmmm
mm.
De grijze Dame.
w'w
wLJRtiijMM.
m.
MH i m
FElll-LETON.
..*t
Wo. 19
1928
Honderd dertigsts Jaargang.
Kalfidait- 14 Januarl.
Oertia: jaren arbeid b|j
liet opi'iibaai' be§ifiur,
door
D. KOOIMAN>
lid van gedeputeerde staten der provincie
Noord-Holland.
Met gemeentebestuur voorheen en thans.
Het liefst zou ik nu maar dadelijk schrij-
ven over mijn dertien burgemeest-ers jaren, die
yermoedelijk de gelukkigste zullen biijven van
mijn ambtelij'ke werkzaamheid.
Maar ik doe beter eerst in het licht stellen
het groote verschil tusschen de gemeentelijke
taak 30 jaren geleden en thans.
Ik was toen een jongeling in het bij Hoorn
gelegen dorpje Wijdenes, gemeente met onge
veer 800 inwoners. De burgemeester, Klaas
Zijp, met 300 salaris, had er het secre-
tariaat der gemeente nog bij, op 250.— per
jaar. Burgemeester Kool, van Schellinkhout,
verrichtte voor hern het secretariewerk en ont-
iving daarvoor oak het „reuze"-salaris van
r/ 250.—. Deze wenschte daarm-ed-e niet voort
ie gaan en een der raadsleden, Piet Boot
werd zoo achter den ploeg vandaan tot
secretaris benoemd. Hij sloeg zich er best
doorheen en is later een heel goed secretaris
geworden. Groote verandering sedert dien,
want Wijdenes' tegenwoordige burgemeester-
secretaris heeft 3400— jaarwedde. Zelf
had ik destijds ook wel een oogje op die
\J 250.maar ik moest het aanvankelijk
doen met160.als vierde ambtenaar ter
eecretarie van H-oom. -
De totale begrooting van Wijdenes was in
897 f 6500.nu is zij vijfmaal zooveel. De
plaatselijke belastingen stegen van 1400
tot 21000-Straatverlicbting was er niet,
nu icost zij 1000.Politic was er wel: Jan
Ham, de veldwachter, had, schrik niet,
160.salaris. Dan was a- ook nog de
rustende schutterij, zaliger nagedachtenis,
waarvoor 5.per jaar op de gemeente-be
grooting werd uitgetrokken. Die rustende
schutters hadden natuurlijk van plichten, die
op hen rustten, geen flauw benuL.Zij werden
voor dienstdoen nooit opgeroepen. Dat over-
kwam alleen aan de dienstdoende schutterij
in de steden. Van het bestaan van sabel, ge-
weer en bajonet en van verder moordtuig wis-
ten ze niet af. O, wilde Nederlands minister
van oorlog nog eens ooit weder een dergelijke
onschuldige weermacht in het leven roepen,
kostende f 5.per 1000 zielen, gewis kon
ik mijn in den loop van dertig jaren arbeid
en ervaring opgedane ontwapeningsgedach-
ten wel vergeten. Er waren in mijn dorpje
twee schoolhoofden en een onderwijzeres, met
salarissen van 860.800.— en
f 60O1.samen 2260.Tot vervelens toe,
moesten de arme menschen vragen om een
beetje meer salaris. De gemeenteraad regel-
de het salaris van mijn braven meester naar
welgevallen. Hij was een bovenste beste, maar
er moest heel wat gebeuren als hij 50.of
f 100.meer kreeg. Thans heeft het drie-
manschap, dat hen opvolgde, krachtens de
rijksregtling 9600.—Toch wel vooruit-
gang. Vooruitgang blijkt ook uit andere pos-
ten der gemeentebegr-ooting van dit dorpje
waaraan ik zoo gelukkige herinneringen heb
uit mijn kinderjaren. Vrijwillig b-racht de ge
meenteraad posten op de begrooting voor
eenig sociaal werk als schoolfeestjes, tubercu-
losebestrijding, Witte Kruis en wijkverpleging
400.malariabestrijding, volksfeesten
en muziekkorps. Wie had dat vroeger ooit ge-
dacht. Maar het is goed zoo. Gedwongen be-
grootingsposten, die men vroeger niet kende,
zijn 2150.voor rijks hoogere burger-
school en nijverheidsonderwijs (wanneer ont-
heft het rijk de gemeente eens van dergelijke
lasten?), noodslachtplaats, vleeschkeurings-
dienst en warenwet.
Soortgelijk beeld geeft mijn geboorteplaats:
Bovenkarspel, gemeente met 2000 inwoners.
Daar steeg in dezelfde 30 jaar de begrooting
van 9500.op 124000.de belasting-
heffing van 4100.— op 42500.—. Groot-
vader had als burgemeester en secretaris to-
taal 750.jaarwedde (waarvan hij
350.afstond aan oom Dirk, die het secre-
tarie-week deed1)Thans heeft de burgemeester
f 2500.—, de secretaris 2300.— en is er
voor secretarie-personeel bovendien uitgetrok
ken 1750.De ontvangersjaarwedde ging
van 150.op 1200.Naast nieuwe
uitgaven als ik voor Wijdenes noemde kreeg
Bovenkarspel er nog bijuitkeering voro bij-
zondere scholen 9000, burgerwacht (verre
familie van de vroegere rusten schutterij),
Uit het Engelsch van Henry Set on
Merriman.
561
Alle daartoe geschikte mannen waren noo-
dig voor de booten en de kapitein met slechts
twee officieren en enkele stewards, verdedig-
de den doorgang tegen de bestorming van de
piotseling door vrees bevangen bemanning
inboorlingen.
„Fitz henry! Fitz Henry!" gilde de oude
kapitein. „In Gods naam, kom hier!" Want
Luke alleen had ontzag onder de Indische
matrozen.
Doch Luke en Agatha stoorden zich aan
mets. Deze menschen, deze levens, waren hen
tctaal onverschil'ig. Een hartstochtelijke lief-
de is immers het toppunt van zelfzucht. Maar
de geluiden hoorden zij, zij hoorden het ang-
stig roepen van den kapitein, het roepen om
den man, die hem nooit in den steek had gela-
ten.
„Ik liet haar schipbreuk lijden voor jou",
zeide Luke in Agatha's gretige ooren. „Ik
deed dit alles voor jou."
En eindelijk was zij bevredigd, de ijdelheid
dezer vrouw, en had zij voldoende voedsel
voor haar eeuwig begeeren. Luke had dit
voor haar gedaan. En zij was vlug genoeg
om te raden hoe en waarom, want zij kende
Willie Carr. Zij wist, dat goede sohepea wel
DTjdragen reciasseeffngsvereemging, moeoer-
schapszorg, bijdrage woningbouw en subsidie
werkloozenkassen.
Zoo ging het in mijn geboorteplaats en in
mijn woonplaats tijdens mijn kinderjaren. En
zoo was het op Noordhollands platteland,
zij het dan met eenig onderscheid, vrijwel
overal. Noem Wormer, Westzaan of Uitgeest,
Oostzaan, Landsmeer of Broek in Waterland,
Warmenhuizen, Harenkarspel of Barsinger
horn, Koedijk, Egmond of Heiloo. 't Was
alles om het even. De gemeentelijke taak
zag men daar nog in haar oorspronkelij-
ken vorm. De gemeente zorgde soms voor
het onderhoud der wegen, maar in veel
gevallen was het de taak van waterschap-
pen of particulieren. Zij had een hand-
brandspuitje en hooistekers, een veldwach
ter en een nachtwacht, zorgde voor eenig
onderwijs, had eenige bemoeii'ng met het arm-
wezen en onderhoud van gemeente-eigen-
dommen en sloeg in den vorm van hoofdelij-
ken omslag de kosten vrijwillig om over een
aantal belastingplichtigen.
In de steden was het wel iets anders ge-
steld. Daar hadden de bovengenoemde zaken
grooter omvang en meer gewicht. Er waren
ook andere zaken te behartigen: marktwezen,
ziekenhuizen, middelbaar onderwijs, haven-
werken en nog andere zaken.
Maar ook in de steden gelijkt de werk
zaamheid van dertig jaar geleden en die van
thans als een mug op een olifant.
Een ander type is de gemeente Purmerend,
kleine stad, centrum van een welvarende om-
geving, drukke marktplaats en winkelstad,
toen en nu met omstreeks 6000 zielen. De to
tale begrooting was destijds 110000.—
thans beloopt zij ongeveer 6 ton. De opcenten
grondbelasting gingen van 4200.op
12000.de opcenten personeel van
5600.op 11000.de hoofdelijke om
slag (thans plaatselijke inkomstenbelasting)
van 16000.op 226500.—, de marktgel-
den van 29000.op 84OQ0.Ook zijn
er thans opcenten vermogensbelasting
8600.straatbelasting 15000.en be-
lasting vermakelifkheden 3000.En de
uitgaafposten vermeerderdenjaarwedde bur
gemeester v^n 1200 tot 4500, secretaris
van 1200 tot 4100, ontvanger van 1200
tot 3200, wethouders van 400 tot 1800,
secretarie-personeel en concierge-bode van
2050 tot 9550, schrijf- en bureaubehoef-
ten van 500 tot 1500, jaarwedden veld-
wachters van 3700 tot 12700, straatver
licbting van 3700 tot 7400, onderwijzers
van 17000 tot 36400, armlastige krank-
zinnigen van 1850 tot 15000, burgerlijk
armbestuur van 4600 tot 21000, gemeen-
telijk past- en proveniershuis van 2775 tot
19600, rente en aflossing van 13000 tot
140000. Er kwamen nieuw bij: bijdragen
bijzonder onderwijs 11600, werkverschaf-
fing 7000, subsidie werkloozenkassen
2000, kwade posten inkomstenbelasting
20500. Dit alles is het gevolg geweest van
wettelijken dwang of van drang door de om-
standigheden. (Gengene, die liefst van alles
aan mij de schuld zou willen geven wegens
mijn vierjarig burgemeesterschap, laat ik
maar wat praten: niemand gelooft hem.) De
schuldenlast der gemeente vermeerderde van
1740'00 tot 1.200.000, vooral als gevolg
van bijdrage in stichtingskoste n der rijks
hoogere burgerschool en nieuwe scholen
voor openbaar en bijzonder lager onderwijs
Uiteraard heeft ook Purmerend nieuwe uitga
ven voor Witte Kruis, wijkverpleging, imi-
ziekkorpsen, vacantiekolonies, enz. Verdwe-
nen zijn de 7 800 kosten dienstdoende schut
terij. (Nog hoor ik telkens verhalen over de
schitterende wijze waarop in Purmerend
werd geschutterd en zelfs in 1903 door de
schutterij de spoorwegstaking werd bedwon-
gen.)
In het volgend artikel beschouw ik de be-
moeiingen vroeger en nu van Amsterdam.
AAN DE DAMMERS.
In onze vorige rubriek gaven wij ter oplos-
sing probleem 998 van P Kleute jr.
Stand.
Zw. 10 sch. op: 7, 8, 17, 19, 21, 22, 25,
28, 29, 40.
W 10 s-ch. op: 26, 31, 35, 37, 38, 41, 43,
44, 47, 48.
O p 1 o s s i n g.
1. 37—32 1. 28:46
2. 43—39 2. 40 49
3. 35—30 3. 25 32
4. 48—43 4. 49 38
5. 47—41 5. 46 37
6. 31 :11 o. 17 6
7. 26:37!
In den volgenden stand:
Zw. 5 sch. op: 7, 11, 12, 13, 29.
W. 5 scr. op: 28, 30, 32, 35, 39.
Het eigenaardige hier is, dat zwart schijn-
baar met voordeel 2933 of 2934 kan
spelen. Maar beide zetten doen verliezen.
29—33 door 39—34, 32—28, 34—29 en
30:6!
29—34 door 39—33, 35—30, 33—29 en
28 6!
Ter oplossing voor deze week:
Probleem 999 van P. Kleute Jr. den Haag.
Zw. 16 sch. op: 2, 3, 4, 6, 7, 9, 10, 11,
13, 15, 17, 19, 20, 23, 24, 26.
W. 16 sch. op: 22, 27, 28, 32, 33, 36,
38/43, 45, 46, 48, 49.
maakte wit een goede combinatie.
1- 2721 1. 712 gedw.
2. 32-27 2. 23 32
3. 33—28 3. 32 23
4. 21—16 4. 17 28
5. 16 29 5. 24 35
6. 36—31 6. 26 37
7. 41 5!
Eenvoudig, maar toch interessant.
Dit kan gezegd worden van de positie
hier onder.
m
M
m a
Zw. 10 sch. op: 6/10, 15, 28, 31, 37, 42
en dam op 1.
W. 11 sch. op: 18/21, 24, 30, 39, 45, 46,
48, 50.
In onze volgende rubriek geven wij de
oplossing
Ccrrespvndentie. H. Z. Het gezondene in
dank ontvangen. Zullen het nazien.
Er komen in bijna elke schaakpartij wel
standen voor, waarin de spelers ieaer op zijn
heart zich afvragen: „Wat moet ik nu doen?"
In 't volgende eindspel staat zwart beslist
beter De Witte d-ame-vleugel is zwak. Maar
Ld6 beheerscht toch veld a3 en er is na 1.
La3 betrekkelijk weinig voor Zwart meer
over dan remise daar de L.'s van ongelijke
kleur zijn.
't Zijn dan de grootere schaakgeesten, die
winstvoortzettingen vinden. Zoo bijv. bij dit
eindspel; Nimzowitsch, die de zwarte stuk-
ken aanvoert tegen Kmoch in een tournooi te
Niendorf, vindt de winstvoortzetting.
Eindspel 205.
7
6
5
4
3
2
1
1.
H WM, WM:
■rm
Hij slaat straks elk recorcl.
ADAMAS, tegenwoordig de fijn-
ste en mildste Egyptische sigaret
10 stuks 15 Cts. 20 stuks 30 Cts.
Met I coupon Met 2 coupon?
abode fgh
Tb4Wit moet slaan. Er
dreigt Ta4 en Ta2.
En Lb4 wordt gevolgd
door ab4 en wit neemt met
cb4 en nu wandelt de Zw.
K. ongehinderd door om
zijn pionnen te ondersteu-
't water gegooid worden terwille van een
som geld. Met de „Croonah" was dit ge-
sch tea terwille van haar de „Croonah", de
geduldige, gehoorzame dienaar, die luisterde
naar Luke's geringste woord, werktuigelijk,
verstandig wel haast als een dier, een trouw
dier, dat in't hart van den zeeman een plaats
innam, door sommige mannen o-pengehouden
voor hun paarden, door an-deren voor hun
vrouw. Niet voor het eerst was hier een
vrouw jaloersch op een schip. Eva was het
op de „Terrific". Agatha was altijd jaloersch
geweest op de „Croonah". En nu was dit
schip vernietigd ter wille van haar, en met
zijn schip had Luke niet alleen weggeworpen
zijn ongeeyenaarde reputatie als zeeman,
maar ook zijn eer en geweten.
Een misdadiger was hij, een dief, een moor-
denaar terwille van Agatha. En zij, trouw
aan haar school, aan haar opvoeding, was er
trotsch op, want zij was een van die ongeluk-
kige vrouwen, die niet willen, dat hun min-
naars hun eer boven haar stellen.
Piotseling ontston-d een hevig gelo-ei, ver
beneden in't bmnenste van het vaartuig en
onmiddeliijk daarop werden diehte massa's
stoom met geweldige kracht uit ieder val-
luik gedreven. De binnenvall-ende zee had de
beschotten tuscshen de dekken verpletterd, het
water had de machinekamer bereikt. In een
oogwenk was Luke zich het gevaar bewust
was de goede zeeman in hem wakker. Zijn
geoefend oor en de sta-p van zijn voet op het
dek zeiden hem, dat de schroef stil was.
„Kom", riep hij Agatha toe, „je moet weg
mei de volgende boot."
Maar Agatha bood weerstand aan zijn
arm met een vastberadenheid, piotseling in
de plaats getreden van het brutaal vrijpos-
tige in haar optreden van vroeger. De vrouw
was kalm en onbevreesd.
„Niet zonder jou", was haar antwoord. „Ik
wil het schip niet verlaten, voor jij meegaat."
„Ik moet biijven tot het laatst", zei hij.
Met een glimlach van bewondering voor
zijn moed keek zij hem aan. Vrouwen bemin-
nen den moed in den man, al deinzen zij er
somtijds voor terug. Zij dacht aan geen ge
vaar voor een van hen beiden. Haar vertrou-
wen in Luke was onbegrensd, algenoegzaam,
zonder aarzeling.
„Dan blijf ik ook."
Een ondeelbaar oogenblik werd zijn ijze-
ren wil een wil, die met bedaard overt eg
dit plan van verwoesting had gesmeed aan
wankelen gebracht.
„Waarom liet je mij niet wet-en, dat je
komen zou?" vroeg hij in wamhoop.
„Ik had geen tij-d", antwoordde zij, eigen-
aardig kortaf, want zij kon hem niet vertel-
len, dat een brief van mrs. Harrington
haar wal-gen. Een oogenblik zag zij zichzelf,
Luke naar Valetta haar tot dit piotseling
best uit had gebracht. Zij kon hem niet vertel-
len, dat zij en haar moeder de eerste boot
naar Malta hadden genomen, gedreven door
een duidelijken hint van mrs. Harrington,
als zou Luke haar erfgenaam zijn, en hoe zij
daarop, bedaard, het plan had beraamd hem
te trouwen om het geld, -dat hij krijgen zou.
Op dat oogenblik zijn arm nog 'om haar
heen geslagen was een dergelijke bekente-
nis onmogelijk; de gedachte alleen reeds deed
haarwalgen. Een oogenblik zag zij zichzelf,
zooals an-deren haar hadden gezien voor
sommige vrouwen een zeer zware straf.
Op datzelfde oogenblik kwam, heel hard,
een man over het dek geloopen dezelfde
kwartiermeester, die zi-ch met mrs. Ingham-
Baker had belast. Hij was een man zonder
zenuwen en vol humor.
„Nog meer dames?" riep hij luid, onder't
loopen. „Nog meer voor den wal?"
En, lachend om zijn eigen geestigheid, liep
hij voort lachend dienzelfden onverschrok-
ken la-ch, waarmee hij mrs. Ingham-Baker
langs den ladder naar beneden had gestuurd,
haar dood tegemoet. Toen hij Luke en Agatha
zag, samen onder de lamp, bleef hij staan en
riep
„De kapitein schreeuwt om u als de duivel!
Machinekamer is vol. Nu is't met het oude
schip gedaan, mijnheer."
„In orde, ik weet het", was Luke's ant
woord en de man ging verder, luidkeels roe-
pend onder het loopen.
Eensklaps een hevig trillen van de „Croo-
nah". Haastig keek Luke rond, snelde naar
de railing en wierp vluchtig een blik over de
geheele lengte van het schip. Toen, weer te
rug naar Agatha-, doch voor hij haar kon
bereiken, rolde de stoomboot naar stuurboord-
zijde. Het was of het dek zich tusschen hen
verhief. Een oogenblik ston-d Agatha boven
hem, toen, half loopend, half vallend, langs
de korte steilte, wierp zij zich in zijn armen.
Luke, met een voet tegen de railing, want het
dek helde dertig graden, stond voor haar ge-
nen.
2. cb4 a4!.< Om t>3 te dekken als d
3. b5f
4. La3
5. Tbl
6. f4
7. Kf2
8. Kel
9. Ke2
10. Kf3
11. Tel
12. Kf2
13. f5
14. e6
Kb5
c3
Kc4
Kd4
Kc4
d'4
Kd5
Lb7
Kc4
b2
ef5
Lc6
c-pion avanceert.
Wit geeft op.
Eindspel 206.
Nimzowitsch.
,rl a mm mm
J. i||
mm
be d e f
Fairhurst.
4. Dit eindspel uit het Londensche tour
nooi staat oogenschijnlijk best voor wit.
Speelt Zwart hier 1c2 om Dame te
halen dan volgt 2. Th8f Lg8 3. Tb8f Ke7
4. Thg8 cl D. 5. Tge8 Kd6 6. TedSf en wit
dwingt tot remise want na 6Kc-5?
volgt 7. Td5 mat.
Niemzowitsch evenwel ziet 't gevaar en
speelt:
1Tb2en verhindert zoodoende
3. Tb8f.
2 Ta7 Lg8
3. Th8 c2!
4. Ta8f Ke7
5. Ta-7f Kd6
6. Thg8 clD
7. Tgd8f Kc5
Nu ziet men waarom de
Witte T. van de b-lijn af-
gedrongen is. Na 8. Td5-f
volgt Kb6.
8. Tad7 Del
Wit geeft op.
Eindspel 207.
Vimzowitsch.
w,y*wm.
w, mm,
m
W,Wm
c a e f g
Yates.
Yates speelde hier
1. Pd4? dreigt kwaliteitswinst. Beter was
evenwel De4.
1Dh4! Na 2. Pc6 volgt Th3J"
3. gh3 Df2f en Pg3 mat.
Na 2. Pf5 volgt Th3f 3.
gh3 Df2 4. Khl Df3 en
wint.
2. Lei Pf4! dreigt 3Tg2+ 4.
Tg2 Dh3f enz.
3. Tf4. 3. Db2 is niet voldoende we
gens Pg2 enz.
3Th3f!
4. gh3 Df4f
5. Kg2 Pe3t
6. Kgl Dfl.
7. Kh2 Dg2 mat.
Oplossing eindspel 204 (Hertog—Euwe).
1. La5 (dreigt 2. Lb6 ab6 3. a7 en haalt
Dame).
1ba5
2. b6! ab6
3. a7 enz. of
1ba5
2. b6 Kd7
3. ba7 en wint.
Oplossing probleem 171.
(Dr. P. Fienstra Kuyper).
1. Kg5 Ke5 2. Dg7 mat.
1. c2 2. Dal mat.
1. cd5 2. Dg7 mat
1e5 2. Pf5 mat.
1. Pel speelt Pf3 mat.
1L. speelt f4 mat.
reed. Handig vdng hij haar op en de wind,
die huilend om het dekhuis gierde, sloeg hem
haar lange haren voor het gezicht.
Zij veranderde zelfs niet van kleur. Agatha
Ingham-Baker had in zich de kern van een
goede en sterke vrouw. Vast drukte zij zich
aan de borst van haar minnaar, tot hem op-
ziend met een vertrouwen, dat door niets aan
het wankelen kon gebracht. Zoo stonden zij
gedurende een eeuwigheid van drie seconden,
terwijl de „Croonah" scheen te aarzelen, in
evenwicht op den rand. Toen langzaam-, een
weinig draaiend, gleed de groote stoomboot
achteruit.
Een afgrijselijk geluid van klokkend water
werd gehoord. De „Croonah" was vlot, doch
slechts voor enkele seconden. Er was geen tijd
meer om nog een boot neer te laten, en alien
aan boord wisten dat. Velen waren er niet
meer over, want alle passagiers hadden het
schip verlaten de stokers, de machinisten.
Middenscheeps stond de kapitein, omringd
door zijn officieren en enkele Europeesche
matrozen getrouw tot het einde. Een boot
was er nog, vooraan, half onder water
daar was geen sprake van. Dus stonden zij te
wachten, tot het schip onder hen zou wegzin-
ken.
In de verte, op de onstuimige zee, nu grijs
in het licht van een grauwe dageraad, nader-
den twee booten, die hun lading menschen op
Burling hadden aan land gebracht.
„Welnu, jongens!" riep de kapitein, „a!s
een van je alien lust voelt over boord te gaan
ga dan je gang." (Wordt vcrvolgd).