VERKOUDEH ABDUSmOP Nierkwalen maken U spoelpud! Be wiide @end. Westlriesse vertelling- RecSitssakers Eersl alleen 1 AKKER'5 Het komt in middelbaren kef tijd en daarna maar ai ie vaak voor, dat men last krijgt van rugpijn, duizeligbeid, zenuwpijnen en urinekwakn. Dit is gewoonlijk een ge- volg van overspanning der nieren het zijn waarschuwingen van de nieren, dat ziji sinds lang hulp behoeven. Want gedurende uw heele leven, dag en nacht, werken de nie ren om de vergiften uit uw bloed te filtree- ren. Als zij hierin falen, kunnen emstige en diepgaande kwalen zich ontwikkeien. Urinezuur-zouten hoopen zich dan in het bloed op, en vormen de kristallen, die zenuw pijnen en rheumatiek veroorzaken; of wel wordt een onvoldoende hoeveelheid water aan het bloed onttrokken, waardoor zich waterzuchtige zwellingen kunnen vormen. Ook kunnen ontstaan blaasstoornissen, nier- steen, niergruis, blaasontsteking, ischias, spit, vermagering, zenuwachtigheid en ge- brek aan energie. Vermijd de ontwikkeling dezer verschijn- selen. Wek de nieren op en versterk ze met Foster's Rugpijn Nieren Pillen. Dit specifie- ke niermiddel werkt rechtstreeks op de oor- zaak van uw kwaal, reinigt en versterkt de nieren, lenigt de urinekanalen en regelt de werking der blaas. Zoowel mannen als vrouwen kunnen baat vinden bij het gebruik van Foster's Rugpijn Nieren Pillen. Verkrijgbaar (in glasverpakking met gee! etiket let hier vooral op) bij apotheken en drogisten a 1.75 per flacon. (Vervolg.) 'Nou had die kruielouper Sundissmiddis 'n 'drankkie brogt, verskrikkelik lillik en bitter, voor de Bloedtoet, elk uur 'n paplepel en deurdat ie koorsig was en omdat z'n spaar- ipot 'n gevoelige aderleiting lejjen had deur de kersen onkosten, vertikte hai't om't in te neme, of hai most 'n appelsien of 'n riks- daaldter hewwe! Nou, appelsiene waren der niet en ok nergens te kraige, want in de kerse- taid binne die der nooit. En zoo kwam't, dat ie vier weken lang nog miljoener weest is! Het zakkie met riksdaalders wier hoe langer hoe zwerder, tot't met z'n zwakke armen niet meer te dreigen was. 'n Aigenaardig ver- skainsel was, dat letter de vermindering van 't antal riksdaalders gelaiken tred skeen te houwe met de vermindering van't antal gra- den koors! Deur de goeie zorgen van Domenie Bruins, bai dag en bai nacht, krabbelde de Bloedtoet der weer bouven op. De eerste loupoefeningen deur't weunhuis mosten en zouwen plaas hewwe onder laiding en steun van d's. Bruins. Jollie weete wel wat panheeringe binne? Dat is jonge heering, z.g.n. Zuiderzei hee ling, die van de groute skolen ofdwaald bin ne of *t eerste broesel van heeringen, die in de Zuiderzei kuit-skoten hewwe. In 't voorjaar worren deuze bai honderd duizenden teugen klaine prais an den man brogt en den roukt in vaten op de boerderaien en den, an latjes regen, ophongen op de zolders. jollie weete ok wel wat heerkoeke binnen? Dat zain oprolde platte koeken, zoo grout as 'n skutteltje; van meel, met water anmaakt, een beetje zout en gist deerbai, word den posken maakt en den bakken op platen bou ven 'n grout vuur, met of zonder krente, met of zonder rezaine, maar verbazend lekker, ors hoor; voor veul menschen 'n lekkernai. Toen de gevaren voor goed voorbai waren en toen ie ok verlof kregen had om van de bouvengenoemde lekkernaien zich rond en zat te eten, was de Bloedtoet gouw hersteld en ricbtte hai z'n eerste skreden nei de Pastorie van domenie Bruins. „Kaik, dat vind ik aardig van je en nou bin je weer d'e .ouwe Bloedtoet, ziene ik, want je kinnen nou wel weer't bloed uit je toet knai- pe" en hai kneep'm deerbai in de wang, weer- deur nag weken lang deerin 'n kuiltje is staan bleven. Aardig van dien domenie, niet waar? „En Domenie, weet u nou wel wel weerdeur dit komt?" „Nou, zeg't maar". „Van de Panheering en de Heerkoeke." ,,'t Is toch niet waar?" vroeg de Domenie. „Eeuwig stom, lam en blind, as't niet waar Is!" Dit vond de Domenie minder aardig. De ontsteltenis was grout in't Blootebiene- land, toen de mare zich verspraidde, dat Ds. Bruins 'n beroep nei Idaard annomen had en de belangstelling bai zain ofskaidspreek was nag grouter. En toen ie in 'n stampvolle kerk z'n leste kanselwoorden sprak: „Vaartwel, gaat nu alien heen in vrede, vaart alien wel!" toen is er met echte tranen vkreid. Dr. J. A. Bruins, 29 Sept. 1915. f „In zijne pastorie te Idaard is Woensdag jp 70-jarigen leeftijd overleden Dr. J. A Bruins, herv. predikant aldaar. Na een lang en smartelijk lijden is hij eindelijk bezweken en nu hij van ons is heengegaan, is het ons 'n behoefte aan het begin van dit nummer 'n kort woord te wijden aan zijn nagedachtenis. Een woord van groote waardeering en op- rechten dank voor alles wat Dr. Bruins ge durende een lange reeks~Van jaren geweest is voor Nieuw Leve^en zijn bestuur. Van de op. richting onzer Vereeniging af maakte hij deel uit van dat bestuur en gedurende al dien tijd heeft hij als medewerker copie geleverd voor allerlei rubrieken van ons blad. En welke copie! Alles wat uit zijne handen kwam was wel overdacht en keurig verzorgd. Zijn werk getuigde altijd van klaar begrip en groote degelijkheid. 't Was duidelijk, dat hij de stof, die hij te bewerken had, beheerschte en zijn jjlashelder betoog wekte steeds bewondering Dat geldt wel allermeest van de resultaten zijner theologische studie, die hij in tal van stukjes afstond voor onze kolommen en waar door Nieuw Leven op't gebied der theologi sche wetenschap steeds mee stond in de voor- ste rij. Waarlijk, een groot deel van zijn succes dankt ons blad aan de vruchten van zijne pen, waarmee hij onze lezers heeft verkwikt en gezegend zoo dikwijls en zoo lang, en een droef gervoel van groot verlies komt over ons bij de gedachtt, dat zijn getuigenis nu niet meer tot ons spreken zal. Behalve wat hij on- pn lezers bood in de lange rij van artikelen, die hij voor ons schreef, geeft de gedachtc ean zijnen omgang stof tot groote dankbaar- HeTtr. noe leven zij voort in onfe'hfefrnnering, die uren uit den eersten tijd vooral, dat wij deel uitmaakten van het bestuur van Nieuw Leven, als wij elken Vrijdagmorgen samen vergaderden om te spreken over de belangeti van ons blgd. Wie Bruins gekend hebben, zooals hij was in gezelschap, tintelend van geest, met direct een helderen kijlc op vragen van allerlei aard en altijd dadelijk bereid om te verklaren en uit te leggen, is ook mee ge weest onder de groote bekoring van zijn ge- sproken woord en heeft mee gevoeld den wel- oadigen invloed van zijne geestelijke meerder- heid, die zoo aantrekkelijk was, omdat zij zoo eenvoudig en ongekunsteld zich gaf. Zoo is hij geweest en gebleven bijna tot zijn dood toe. Hij was een man van groote gaven en buitengewone werkkracht Wel heeft hij ge ahbeid1 zoolang hij kon en zijn sterke geest heeft met bewonderenswaardige volharding gestreden tegen de ziekte, die langzaam maar zeker zijn lichaam sloopte. Dat sloopings- werk was pijnlijk om aan te zien en zijn taaie vasthouden aan het leven en aan zijn werk, dat hij maar niet wilde loslaten, was aandoen- lijk voor wie het zag. Nu is dat alles voorb'j en rust hp van zijnen arbeid. Hij was een van de weinige gebenedijden, die hocg staan bo- ven hunne omgeving en met.mitde hand uit- strooien de vruchten van de talenten, door God hun geschonken. Wat wij van hem ontvin. gen, zullen wij dankbaar bewaren in ons hart, dat hem, den trouwen vriend en sympathieken medewerker, nooit vergeten zal. God trooste en sterke zijne echtgenoote en kinderSn in hunne smart." (Nieuw Leven, 2 Oct. 1915). „V£(n zijn kerk uit, waar zijn doodkist met meerdere kransen gedekt voor zijn preekstoel was nedergezet, is het stoffelijk overschot van Dr. J. A. Bruins Zaterdag 1.1. ter aarde be- steld op het stille kerkhof van Idaard. Met de familie was een groote schare samengeko- men op de plaats, waar de gestorvene 32 ja ren lang des Zondagsmorgens zijn gemeente bij hare godsdienstoefeningen placht voor te gaan. Nu was die gemeente opgekomen, om getuigenis af te leggen van hare hoogachting en liefde voor den gescheiden prediker, die haar een lange reeks van jaren zoo trouw verzorgde, haar dienende met groote toewij- ding. De woorden van weemoed en dankbaav- heid, gesproken door den consulent, Ds Buurma van Grouw, vertolkten de gevoelens, lie leefden in het hart van de gemeentenaren. Maar deze waren't niet alleen, die zoo ge- stemd: den dierbaren doode gedachten. Een commissie uit het provinciaal Kerkhestuur van Friesland getuigde bij monde van den voorzitter, welke verdiensten de overledenen had op kerkrechtelijk gebied en welk groot verlies dat bestuur door zijn dood had gele- den, Verscheiden andere sprekers nog gaven ge tuigenis van de hooge achting, waarin Dr Bruins stond in elken kring, waarin hij ver- keerde. Namens het bestuur van ons blad' sprak Ds. van der Ley van Rauwera, om den trouwen vriend en medewerker van Nieuw Leven dankbaar te gedenken. Daarna werd de kist door dorpelingen uit- gedragen. Met zijne naastbestaanden deed heel de kerk vol menschen Dr. Bruins uitge- leide, langzaam, plechtig, onder statig klok- gelui. Onder de muren der kerk was hem een graf gedolven; daar is zijn stof ter ruste ge- legd. Dichtbij stonden zijne treurende wedu- we en kinderen, achter dezen een breede stoet van vrienden en vereerders,- ernstig, ontroerd Een cogenblik later gingen alien weer heen van't gesloten graf, de kerk nog eenmaal om, toen den doodenakker af. Maar daarmee zal 't niet uit zijn. Met hen, die hem in zijn leven het naast stonden, zullen alien, die om zijn graf hebben gestaan, en vele anderen nog, die er niet konden zijn, ook vele lezers van ons blad, de nagedachtenis van Dr. J. A. Bruins in dankbare herinnering bewaren. (Nieuw Leven, 9 Oct. 1915). (Wordt vervolgd.) VOOR DEN KANTONRECHTER. Zitting van Vrijdag 13 Januari. DEZE SPORT IS OOK NIET GOED- KOOP. De voortzetting van de zaak tegen de Ge- broeders H. te Alkmaar, drie werkelooze stu- cadoors die hadden getracht met gebruikma- king van een carbidlantaarn en assistentie van een paar hondjes in de Egmonder duinen 'n paar konijnen te meppen, leverde voor dit ondernemende drietal geen voordeeligen dag op, daar zij ieder tot niet minder dan 60 boete of 20 dagen werden veroordeeld. TEEDERE ZORG VOOR HET HE1L DER GEMEENTENAREN. In't bijzonder humanistische dorp Schoorl hebben de gemeentebesturders zulk een bij- zondere zorg voor het lichamelijk heil der in- gezetenen, dat het verboden is's winters de z.g. Zomerwoningen, die van hout of half steen zijn opgetrokken, te bewonen. Hoofdza- kelijk omdat zij niet verkouden zullen worden, want dan moeten zij weer aspirine slikken en brengen zij gevaar voor wetsovertreding door plaatselijke drogisten. Zoo let men in Schoorl letterlijk op alles en van die bijzondere at- tentie werd de kleermaker Sp. te dupe, aan- gezien hij zijn werkeloozen schoonzoon met vrouw en twee kleine kinderen, na 1 October, wanneer te Schoorl officieel de winter begint, onderdak had verschaft in een hem toebehoo- rende semi-permanente woning. Hij was be- hoorlijic gewaarschuwd, dus kon hij er al niet veel meer tegen in brengen, dat hij zijn doch- ter met man en twee kinderen toch moeilijk de buitenlucht had kunnen insturen. Deze onverstandige vader, die het heil van een ge- stelde boven het dorpswetje, werd dan ook naar behooren gecorrigeerd door 3 geldboe- ten, 1 van 4, van 7 en f 10, desverkie- zende te vervangen door 2, 4 of 6 dagen hechtenis. ORDE MOET ER ZIJN. De tuinder J. Sch. te de Rijp was op 7 Nov. zoo vrijpostig de sluisdeuren tusschen Elandspolder en Schermerboezem open te zet- ten, omdat hij een vrachtje kool naar een motor wenschte te Vervoeren. Een en ander tot groote ontsteltenis van den ouden sluis- wachter Walch, die lichamelijk niet in staat was deze ongeoorloofde handeling te belet- ten. Hij stelde echter den burgemeester met dit anarchistisch bedrijf in kennis en deze vond wel middelen om den eigengereiden koolplanter aan den tand te voelen. Proces- verbaal werd opgemaakt en hrden den mis- b'ruiker van de scHutsluIs veroordeeld tot J15 boete of 15 dagen. HIJ WEET ER NU ALLES WEL VAN' Een Chevroletbesturder uit Heiloo, J. B geheeten reed op 30 October onder de ge meente Oudorp, nabij de Halvemaansbrug en reed bij het .van achter voOrbij rijden een twcewielig boerenkarretje aan, waarin waren gezeten de melkrijder Wagenaar en de win- kelier Bos, uit Alkmaar. Bos wefd naar een boerderij overgebracht, teneinde zijn diensten te bewijzen bij het afvillen van een kalf. Het karretje was ietwat beschadigd en de heer uit Heiloo werd aansprakelijk gesteld. Laatstge- melde stond heden terecht en hoewel hij ont- kende iets van de aanrijding te hebben ge- merkt, terwijl het uur waarop hij zich te Oudorp bevond1 benevens het opgenomen autonummer onjuist waren genoemd, deze argumenten hielpen hem geen steek, daar hij tot niet minder dan 40 boete of 20 dagen werd veroordeeld. De kantonrechter gaf hier uitvoering aan zijn rots vast voornemen, om alle auto- en motorrijders, die iets tegen de veiligSieid van andere wegge-bruikers onder- nemen, zeer streng te straffen. Zegt het voort, s. v. .p.! WIE WAT BEWAART, DIE HEEFT WAT. Een jonge koopman uit Amsterdam, met name Jan S., moest zich verantwoorden, om dat hij te Oastricum een jong rneisje, Jansje Bos, dat op den Rijksstraatweg per fiets voor zijn Renaud uitreedi, van de sokken zou hebben gereden. Het arme kind zelf bekwam geen letsel, doch haar rijwiel werd vernield. De schade was niet vergoed, aangezien die autobestuurder beweerde en dat ook nu als verdachte eveneens volhield, dat de schuld lag aan bet meisje, dat niet op het fietspad, doch op den St-aatweg links van den weg zou hebben gereden. Door krachtig re mm en had hij het naderend onheil nog zoo veel mogelijk weten te voorkomen. Deze zaak werd aangehouden tot a.s. week ten einde nog te hooren de gemeente- veldwachter Bleijendaal en een juffrouw, die in de auto van verdachte was gezeten, als getuige a decharge. BARKER. BLIJF ALTIJD PARAAT EN WAKKER. De heer C. J. M. te Alkmaar, een der ded- genooten der vereenigde bakkerspatroons, stond terecht wegens het verzuim een bij zondere arbeidsvergunning in de bakkerij te hebben opgehangen. De verdachte meende, dat dit voorscbrift in deze bakkerij, waarin in hoofdzaak pa- troons werkteh, niet behoefde te worden op- gevolgd, maar het is een bakker blijkbaar niet geraden, de voorschriften van de ar- beidswet te interpreteeren of te negeeren, al- thans hij werd veroordeeld tot f 2.50 boete of 2 dagen hechtenis. NOG ZOO'N RAKKER VAN EEN BAKKER. De Alkmaarsche bakker C. S. was de dupe van de vlugheid, waarmede zijn knecht toilet weet te maken. Want daardoor kwam het dat deze in den rnorgen van 3 December een kwartier voor tijd reeds aan het werk was en zijn patroon op grond daarvan werd veroor deeld tot 10 boete of 5 dagen. VAARDIGHEID LEIDT SOMS TOT ROEKELOOSHEID. Een 39-jarig koopman uit Haarlem, de heer P. L. G. M. E. St., bevond zich on 25 Nov. onder Heiloo met zijn auto en trachife achter een vierwielig boerengespan rijdend nog vlug voorbij te rijden, alhoewel van de andere zijde eveneens- een aangespannen voertuig naderde. De manoeuvre mislukte jammerlijk, want de heer St. raakte met zijn auto aan den kant van den weg en sloeg om. Thans stond hij terecht, omdat hij de vei- ligheid van het verkeer in gevaar had ge- bracht door te snel te rijden en op roekelooze wijze te passeeren. De heer St. ontkende dit pertinent. Het gebeurde was toe te schrijven aan een onge- luk, omdat hij met zijn auto slipte door een zwakke plek in den weg. De getuigenverkla- ring van de drie landbouwers, inzittende in de respectieve voertuigen, waren evenwel voor den automobilist, die hoog opgaf van zijn bekwaamheid, verworven in de 15 jaar dat hij chauffeerde, zoo bezwarend, dat hij veroordeeld werd tot 100 boete subs. 50 da gen en nog blij mocht zijn dat zijn rijbe- voegdheid niet werd ingetrokken. WIJNBERG KAN WEER NIET GEMIST WORDEN. Een 47-jarige landbouwer uit Opmeer, Piet B. genaamd, stond heden terecht als verdachte, naar aanleiding van het niet ge ring te achten feit, dat hij op 1 December, als bestuurder van een aangespannen voer tuig niet had voldaan aan de lastgeving van den agent Wijnberg om zijn gespan eenige meters achteruit te zetten. De verdachte agrarier, die nogal opge- wonden was, had een getuige a dechar^ meegenomen, den landman K. Jonker, welke getuige destijds eveneens op den wagen van Piet gezeten was. Volgens verdachte had de brugwachter hem geseind te stoppen, waaraan hij had voldaan. Toen was er opeens 'ndikke veld- wachter gekomen, en aie had geroepen: Oachteruit en deze had, toen verdachte niet naar diens genoegen dezen last op- volgde, het paard met zooveel geweld omge- haald, dat het een hoefijzer had afgetrapt. De getuige a decharge Jonker bevestigde een en ander, alleen kon hij niet verklaren, dat Wijnberg gevloekt had. Ten einde het juiste licht op deze zaak t werpen, zal de behandeling volgende week worden voortgezet en de heer Wijnberg als getuige worden gehoord. ALLE GORTJES MOETEN GETELD WORDEN. De brandstofhandelaar L. Sp. uit het Fnidsen te Heiloo had zich een tweede handsch nieuwe auto aangeschaft en ver- zuimd het oude nummer te ruilen voor het nummer, dat aan hem zelf was uitgereikt, welke nalatigheid door de politie werd opge- merkt en den brandstoffenhandelaar op 3 boete of 3 dagen kwam te staan. HIJ WIL ER MEER PLEZIER VAN HEBBEN. De ingezetene van Egmond aan Zee, die zich zelf royaalweg een strooper noemt. En- gel G. genaamd, was op 1 December in de duinen van den heer van Reenen te Bergen doot den rijksveldwachter Dijkstra betrapt fij erk thans, terecht mede dat er nik's van waar was, waarop de zaak werd aangehouden tot a.s. week, tot het hooren van den verbal isant. DAT ZAL WEL HOOGEROP GEZOCHT MOETEN WORDEN. De bollenkweeker Gerbrand K. te Linimen is eigenaar van een perceel grond aan den School- en Dusseldorperweg, op welks hock een haag is geplant, die door K. niet vol gens gemeenteverordening is afgesnoeid tot een hoogte van 1.20 M. volgens het inzicht der Limmer autoriteiten noodzakelijk voor de vtilgheid van het verkeer, daar een hooger haag het uitzicht belemmert. De heer K., hoewel meermalen hiertoe aangezocht, toonde geen lust dit voorschrift te willen opvolgen en dus werd proces-ver- baal opgemakt, met gevolg dat de heer K., vertegenwoordigd door mr. Langeveld als gemachtigde en verdediger, heden te dier zake terecht stond. Omdat men de veronderstelling was toege- daan dat verdachte had gehandeld in hoofd zaak om tegen 't gemeentelijk zegag opposi te te voeren, werd gevorderd een hooge boete, n.l. 25 boete subs. 20 dagen hecht. op het delven van konijnen. Hij erkende toen het feit onmiddelliik, docl staande als verdacht van strooperij, deele hij Voor de Borst. Per koker: f 1.50, f 275, f 4b0 Mr. Langeveld betoogde echter, dat het verzet niet voortvioeit uit oppositiegeest, doch dat het hier geldt een principiede kwes- tie. Voorts zette pleiter uitvoerig uiteen aan de hand van verschillende artikelen uit het Burgerlijk Wetboek, dat de verordening te ver gaat en het particuliere eigendomsrecht aantast. Ook zal de verordening niet kun nen worden gehandhaafd, omdat in het arti- kel gemisi wordt de toevoeging „openbare" voor het woord „wegen". Door verschillende vennissen en arresten toonde pleiter aan, dat bedoeld artikel daardoor geenerlei kracht van wet kan worden toegekend. Waar het hier bovendien een principieele kwestie en geen dwarsdrijverij geldt, achtte pleiter de gevor- derde boete veel te hoog. Na re- en dupliek werd de uitspraak be- •paald tot op heden over 14 dagen. WONDERLIJ JKE WETSKUNSTJES. De gemeente-ontvanger van Castricum, de heer B. A. R., stond terecht ter zake dat hij in gebreke was gebleven voor zijn knecht Ja cob Schotvanger, gedurende een tijdvak van 20 weken rentezegels te plakken. De ambtenaar vorderde tegen hem alsnu 20 maal 1.25 boete of 20 maal 1 dag hech tenis. Mr. Langeveldi, ook voor dezen verdachte opponeerende, noemde het gebeurde een mis- verstand. Pleiter toonde voorts een bewijs, dat verdachte onmiddellijk na ontvangen aanschrijving het bedrag der gevraagde na- vordering per giro had) voldaan. Niettegen- staande hij dus aan zijn verplichtingen vol- deed, werd hem eenige dagen later, dus bin nen den gestelden termijn van de navorde- ring, een dagvaarding uitgereikt. Pleiter con- cludeerde dus tot vrijspraak. Ook in deze zaak zal de kantonrechter over 14 dagen schriftelijk vonnis wijzen. 't Was koud des winters en verseheidene eendlen hadden zich teruggetrokken binnen. den cirkel van het kooirecht, die een middel- lijn heeft van 2260 M. In het middengedeel- te er van lag het bosch met zijn watefplas (het zwed), die ook bij vriezend weer wordt opengehouden, en daar was het voor het een- denpaar, waaraan we thans denken, wel te wezen. Evenwel aan vier zijden stonden de kaken des doods wijd geopend, en met ver schillende lokmiddelen wist de kooiker vele der begcerde vogels naar de vangkorven te drijven, waar.ze meedoogenloos werden om hals gebracht. Ook ons eendenpaar had dik wijls met begeerige blikken gekeken naar de voederkorrels, die zoo met milde hand sche- nen aangeboden te worden, doch die als spiering moesten dienen tot het vangen van den kabeljauw. En een enkel korreitje had het wel gen omen, doch nimmer durfde het zich te begeven tusschen de lokeenden en in de nabijheid van het geelwitte hondje, dat zoo de nieuwsgierigheid weet te prikkelen door dat telkens geheimzinnig te voorschijn komen en weer verdwijnen. En zoo waren de beide eendfen vriji geble ven en waren ze den winter doorgekomen. Toen het eenmaal Maart was geworden, werd in de kooi niet meer gewerkt, en ook het roer van den jager hing aan den balk. De tijd der gevaren was weer voorbij en de gespaarde dieren gevoelden zich weder ge- lukkig Ook ons paartje vloog' heen, en wanneer eens een anaer voorwerp Rwam opdagen, om aan ons mannetje het bezil van zijn wijfje te betwisten, dan liet het een langdurig kwakkerend geluid hooren, dat stellig door den vreemdeling werd begrepen, daar hij zich dan spoedig verwijderde. Dan gevoelden ze zich gelnkkig in elkanders be- zit, de beide vogels, vooral, wanneer ze rondzwommen in de breede poldersloot. Hoe scbitterde dan het goudgroen op kop en hals van het mannetje en het met wit en zwart omzoomde metaalblauw op de beide vleugel- spiegels! Ook dat sikkelvormig, naar voren omgebogen krulletje boven den staart stond den woerd goed bij het mooie kleedje, witach- tig van grond met tal van zwarte zigzag- lijntjes. Niet weinig pronkte hij met het helderwitte halsringetje boven den purpcr- bruinen krop en met bet zwart op stuit en staart, dat metaalglanzige schakeeringeni vertoont. Zoo'n schitterend pakj-e zou het vrouwtje niet passen. Zij is hoofdzakeiijk geelachtig bruin met zwarte vlekken en grij- ze vleugeldekvederen, een kleedje, dat meer met de omgeving overeenkomst, wanneer ze straks bet broedingswerk zal verrichten. 't Is dan ook niet gemakkelijk een broedende eend te ontdekken. Ons eendenpaar begon langzamierhand uit te zien naar een plaatsje, waar het zijn hu- welijkskoetsje in gereedbeid zou kunnen brengen, en het gewenschte plekje werd ge- vonden.te midden van groenend gras en op- bloeiende plantjes en in de nabijheid van met ruig begroeide boomstronken. Samen hebben ze het nest uitgediept en bekleed met droge grasjes en biezen. Telkens, wanneer het wijf je een ei legde, zat de woerd op eenigen. af- stand, om een oegje in het zeil te houden, en telkens wanneer het nest weer een ei meer bevatte, werd de schat toegedekt met gras en bladeren, opdat de groote, ellipsvormige, groenwitte eieren niet aan roofvogels of menschen in het oog zouden vallen. Zoo be vatte het nest ten slotte wel 13 eieren. Doch bet legsel werd weggenomen en droevig zwom het eendenpaar rond op den water- plas. Spoedig evenwel was het leed vergeten en een tweede nest werd samengesteld. Nu kwamen slechts 9 eieren in het „gelege", en toen werd met het broeden een begin gemaakt 28 lange etmalen moesten de eieren zoo warm mogelijk gehouden worden en de e-end moest hiervoor alleen zorgen. 't Was een tijd van doffe rust voor haar en gewoonlijk zat het trouwe beest met den kop naar achteren tusschen een vleugel gebogen. Somtijds wor den donsveertjes uit het lichaam getrokken en tusschen en onder de eieren gewerkt, en zoo werd ook een zacht dekje verkregen, dat de warmte even kon bewaren, wanneer de vo- gel eenig voedsel moest zoeken. Dit kon de woerd, die zich voor het broeden te voorn-aam acht, wel aanbrengen, dloch hij doet dit ten eenenmale niet, en hij zal dit nimmer doen, tenzij de natuur van deze vogelsoort door omstandigheden gewijzigd mocht worden. Eindelijk waren de 4 maal 7 dagen voor- bijgegaan. Het eendenwijfje had het wel ge voeld, dat de embryo's binnen de groenwitte eierschalen leefden. En nu gevoelde de moe- der zich onuitsprekelijk gelukkig, nu ze het zachfe gepiep harer kindertjes hoorde en be- weging in het nest bespeurde. De scherpe schaalstukken werden buiten het nest gewor- pen en toen de eend geen enkel ei meer onder zich bespeurde, verliet ze met het jonge goed- je het nest, om daarin nimmer weder terug te keeren. De kleine geelbuikjes strompelden: eerst heel wat door het ruig over den onef- fen bodem en over de knoestige boomwortels; ze konden nog niet zoo vlug de pootjes rep- pen, die nog even te voren binnen de eier- schaal gebogen waren. Doch als ze ook maar eenmaal in het nat gegleden waren, spanden ze de zwemvliesjes, en het bleek, dat ze reeds in de edele zwemkunst volleerd waren, even- goed als de ouders. Nog hield de woerd de wacht, zooals hij dat had gedaan in den leg- en broedtijd, maar toen hij zag, wat zijn wijf je door haar ijverig broeden te voorschijn had gebracht, werd het moment hem te machtig, en straks vloog hij heen, zondier af- seheid te nemen, om het gezelschap van an dere mannetjes op te zoeken, die, evenals hij, vrouw en kindertjes aan het lot overgelaten hadden. Gelukkig voor het kroost, dat de eendehmceder met edele gevoelens bezield is. Zij zal blijven zorgen, totdat haar kinderen bijna "volwassen zjjn geworden. Iederen avond zal ze de vleugels spreiden, pm een koesterend plaatsje te verschaffen aan het kleine goedje, zoolang zulks noodig geoor- deeld wordt, en waar ze verder bescherming kan verleenen, zal ze dit doen. Toch zat misschien haar kinderental wel wat gedund worden, alvorens de jongen vlug geworden zullen zijn. Waarschijnlijk zal wel een enkel vogeltje den vraatzuchtigen snoek tot voed sel moeten dienen, en het listig hermelijntje loert zelfs ook in de nacht. En als ze een maal groot geworden zijn, dan nog belaagt de mensch met zijn listig uitgedachte vang- instrumenten het leven van de argeiooze dieren. Slechts hoe weinige eenden uit een nest brengen het gewoonlijk tot broedvogels! Veel behoeft niet meer toegevoegd te wor den aan het bovenstaande, dat een bilk geeft in het liefdeleven van een paar eendvogels en waartusschen het een en ander is gevlochteni omtrent aard en levenswijze der dieren, die ieder jaar opnieuw met genoegen begroet worden door onze jagers. 't Zijn de vogels, waaraan de zonen van Nimrod hun doublet- ten, hun aangename gespreken en ook zoo veel rheumatik verschuldigd zijn. De Wilde Eenden leven gedurende ees groot gedeelte van het jaar troepsgewijze, en vooral in den winter komen groote vluch- ten uit Noordelijker en Oostelijker strekea tot ens oveivliegen. Groot is het aantal een den, dat jaarlijks in kooien en door het ge- weer om hals wordt gebracht, en gelukkig is het wel, dat er elders cenzame streken zijn, waar tal van eieren uitgebroed kunnen wor den. Anders zouden de gelederen wel spoe dig al te veel dunnen; het vleesch van da Wilde Eend toch is zeer gezocht, en zoolang geen wetten het schieten of vangen van deze vogelsoort verbieden, zal ze wel in letterlij- ken zin vogelvrij vsrklaard blijven. In het medegedeelde wordt een eendennest op den grond beschreven, waar het ook meestentijds gevonden wordt, zoowel in hei bosch en op de heide, als in het rietland, Eigenaardig is het evenwel, dat somtijds voor het broedsel gekozen wordt een cud nest van een eksier of van een kraai; de jon gen laten zich dan na de geboorte naar be- neden vallen, wat hun niet schijnt te deeren. I. DAAJ.D.ER Dz L»11K Juist omdat verkoudheid zich zoc onschuldig voordo^J, is zij zoo gevaar- lijk. Vergeten wij Toch nooit, dat zij een ontsteking der slijmvliezen is en dat reeds een simpele yerplaatsing dier ontsteking b.v. naar de stem- banden, de bronches of naar het slijm- vlies van de longen - en hoe gauw gebeurt dat niet - haar veel ernstiger maakt. Acute en chronische bronchi tis, asthma, borstbenauwdheid zijn de terecht gevreesde gevo'gen van een verwaarloosde verkoudheid. Maak de genezing niet moeilijker en duurder door met de juiste behandeling te wachten. Begin bij het begin en verzorg een eenvoudige verkoudheid dadelijk met de versterkende, onschadelijke, maar krachtig slijmoplossende

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1928 | | pagina 6