gratis!
GESCHENKENI j
A
BuitenEand
Holl
HULDIGING D. DE BOER Dz.
Het keurige album bevatte het volgende
0pSCliriHuldeblijk opgedragen aan den
WelEd. Heer D. de Boer Dz.,
Heemraad van de Schermeer, voor zijn
vele bemoeii'ngen inzake de electrische
hemalirtg, door Ingelanden en belangheb-
benden van de Schermeer.
t> oenteekeningen waren vervaardigd
heer Aug. C. Weddepohl.
Ter vergadering kwamen nog teiegranr-
van gelukwenschen in van de neer.11
1Lovink en Hiusman, voorzitter en secre
tin van de Hollandsche Maatsehappi] van
Landbouwvan den heer P. Vader, oud-
Heemraad van de Schermeer, en van den heer
en mevr D. Huijser van Reeneu, die in De-
venter vertoefdcn
Na de toespraak van den heer Kramer
filiinis waarop een laingdung applaus en
een Jang zal hij leven" voigde was
S woord aan den hrer v. d. Laan, die de uit-
hreiding van het groote stoomgemaal m de
Haarlenimermeer in herinnering bracht en
tod uitkomen van welk een zegen dit met t
L op de verlaging en de beheersching van
het waterpeil was geweest.
Hii uitte den wensch, dat het bestuur van
de Schermeer en den heer de Boer in het bij-
zonder na verloop van tijd zal kunnen vast-
stdlen dat de landbouwers in de Schermer
bij die' electrificiatie buitengewoon gebaat
waren. (Applaus).
De heer D. G o v e r s (Alkmaar), Heem
raad van de Schermer, bracht het spreek-
woord „als het getij verloopt, verzet men de
bakens" in herinnering. Reds in zijn jeugd
bad spr. van een strijd gehoord over de rao-
leabemaling of bemaling met behulp van
een stoomgemaal. Spr. heeft den strijd voor
bet behoud van de molens medegestredien,
omdat cok hij aanvankelijk te kortzichtig was.
Spr had nooit gedacht, dat hij nog eens van
idee zou veranderen, aartsconservatief, die hij
js- maar als het getij verandert, word en de
bakens verzet en ook ik moest inziem dat de-
gene, die ijverde voor een machinale bema
ling,'ons vooruit gingen. En ik zag in, dat dit
in het belang was van den geheelen polder.
Het besluit, cm tot machinale bemaling over
te gaan, stuitte op veel bezwaren en het was
voor ons zeker een voorrecht, in den heer De
Boer en vcorvechter te vinden voor wat „De
Hollandsche Molen" trachtte tegen te bou-
den. Laat men de molens overnemen en ze
nit schoonheidsoverwegingen laten staan,
maar laat men de boeren niet verdrinken.
Spr. wees nog op het voorrecht, dat de
bewoners van Polder II genieten, waar de
machinale bemaling reeds is ingevoerd. Hij
zegde den heer De Boer hartelijk dank voor
hetgeen hij deed en hij hoopte,. dat de heer
De Boer nog veel plezier van zijn inditiatief
zal mogen beleven. (Applaus en fanfares).
Ir. S m e d i n g, Schagen, bracht allereerat
bet bestuur dank voor de uitnoodiging. Hij
achtte het zich een voorrecht, med:e te kun-
nen werken, den man te huldigen, waarmede
bij reeds lauge jaren had samengewerkt.
Spr. stelde in het licht, waarom hem een
huldiging van iemand, die streed voor de be-
teugeling van het Water, zoo sympathiek was.
De laatste. tien, twintig jaax staan in het
teeken van bestrijding van te veel water op
let grasiand en spr. weet in dien strijd den
beer De Boer een wapenbroeder. Thans is
men overtuigd van de noodzakelijkheid van
ten diepe ontwatering van bouw- en gras
iand. De kwestie van het water is bijna een
geloofskwestie-geworden. Iemand, die meent,
dat het land in het water moet liggen, praat
men niet orn. Toch wijst veel er op, dat de
voorstanders van ontwatering veld winnein
en daarom verheugde spr. er zich over, dat
de in de Schermeer gestreden strijd met suc-
ces bekroond was. geworden. Nu men in de
Schermeer de electrische bemaling krijgt,
wordt het voordeel, dat een lager peil brengt,
spoedig toonbaar. In 1916 kon men nog in
het rapport van de directie van den land
bouw lezen, dat de toestand in de Schermeer
niets te wenschen over llet. Spr. haalde dit
aan, als een bewijs, hoe vlug men thans leeft.
Nu heeft het Rijksbureau voor ontwatering
de handen vol werk. Hulde bracht spr. aan
de akkerbouwers, die ook aangetoond heb-
ben, dat het grasiand voor een diepere ont
watering zeer dankbaar is. De groote waarde
van de rapporten van Holl. Noorderkwartier,
waarin praktijk tegenover praktijk wordt g'e-
steld, deed spr. mede uitkcmen.
Nog decide hij mede, dat er gewerkt wordt
aan verlaging van het electriciteiistarkf, om
cok voor kleine polders de stroom voor de
bemaling te betrekken, die thans de groote
polders weten te bedingen.
In vele streken is het wachten op iemand,
die door weet te duwen. Dit moet iemand zijn
met prestige en de Schermeer mag zich ge-
lukkig rekenen, zoo iemand in den heer De
Boer te -bezitten. Gaarme onda'streepte srpr.
de aan den heer De Beer gebrachte hulde.
Wat in de Schermeer staat te gebeuren, acht-
k hij een belangrijke factor in den strijd te-
Se" het water inhet algeineefi. (Applaus).
De heer Raat (Burgerbrug) citeerde het
woord van Vondei over de ondankbaarheid
on concludeerde, dat cok in dit opzicht de tij-
den veranderd zijn, gezien de spontane hulde,
piau 'leer er werc' Sebracht. (Ap-
De heer E. Dz. G overs huld'igde den
fleer dte Boer als een groote, die anderen
S i 1aar voren r'eP- Hii deed uitkem-en,
jioe de heer.de Boer steeds een correct intel-
cct naar voren bracht en verzekerde, dat van
ucn neer de Boer een aartsvaderlijk beeld
enter za-l blijven. Hij eindigde met den
ensch. dat de heer de Boer nog lang aller
voorman mag blijven. (Applaus).'
we,V W. G r o o t Cz. huldigde den
hom r r a^s den vader van de electrische
oemaimg van de Schermeer en deed uitko-
S j veeI v0°rstanders van hoog water
wJ lezmgen van Ir. Smeding bekeerd
en geworden. Voor den boerensdand in de
enmeer zal de electrische bemaling zeker
RriA^a011 Z^n en sPr- ^°opte, dat de heer De
gadeslaan Ze^en n'°® vepe iaren za' mogen
De heer H o u t k o o p e r uit Schevenin-
wflarif - €Veneens woorden van groote
hfvr a voor bemoeiingen van den
verrirflt to61"' voor de mechanische bemaling
zullpn 1 Wanneer straks de molens niet meer
wfrV vsi16"' ^an men hci machtige
siasfA ir,'Tigwater en zal men de enthou-
datflsncS n van de vreemdelingen, die
It? A^uwen'.ook m,oeteb niissen. Dit ge-
ec"ter ruiinschoots vexgoed worden
i door de blijde gezlchten van de bewoners,
voor wie de strijd om het bestaan door de
nieuwe bemaling minder zorgelijk zal zijn ge
worden.
Vroeger was Stompetoren onbekend, doch
thans is dit niet meer het geval, omdat daar
een groot man woont, die werkt als een groot
Nederlander. Spr. hoopte, dat de heer de Boei-
in de jaren, die hem nog resten, de lust zal
blijven gevoelen, om te arbeiden in het belang
van den mooien polder, die ook spr. dierbaar
was, omdat hij daar was geboren en omdat
zijn ouders, grootouders en overgrootouders
daar hcblben gewerkt. Het ga U goed, heer de
Boer, in uw verdere leven, want dat hebt gij
aan ons verdiend. (Applaus).
Applaus
De heer K n i b b e, uit Z. en N.-Schermer
dteed uitkomen, hoe voor hem het beheerschen
van den waterstand een levenskwestie was
Oprechten dank bracht hij aan den heer de
Boer, die de beheersching van dien water-
stand mogelijk had gemaakt. (Applaus).
De heer C. G r o o t Cz. uit Schermerhorn
huldigde den heer Smeding, omdat deze het
was geweest, die de veeboeren bekeerde van
hun inzicht ten aanzien van het water. Hij
was overtuigd, dat de Schermeer door de elec
trische bemaling een nieuw tijdperk van wel-
vaart tegemoet gaat. Daarvoor bracht hij
dank aan het bestuur van de Schermeer en in
het bijzonder aan den heer de Boer en hij
uitte den wensch, dat de heer De Boer nog
vele jaren van de meerdere welvaart in de
Schermeer getuige mocht zijn.
Mr. D. S 1 u i s wenschte iets te zeggen als
vriend van den heer de Boer. Als secretaris
was het hem opgevallen, dat de heer De Boer
het type was van den echten Noord-Hollan
der, die de kat uit den boom kijkt en het juiste
oogenblik weet te kiezen om door een verstan-
dige opmerking de zaak te leiden in de rich-
ting, die hem het best lijikt en dan met ener-
gie de zaak weet door te zetten. Spr. opvat-
ting is, dat in zijn verdediging van de electri
sche bemaling tegenover de hooge oomes de
heer de Boer die kwaliteiten ook sterk naar
voren heeft gebracbt. Het land, dat een der-
gelijk man naar voren bracht, achtte spr. een
getukkig land. (Applaus).
Ds. H e e p, hoewel geen bloempot grond
bezittende, wenschte als vertegenwoordiger
van een college, dat een boereplaats beheert,
toch een cnkel woord te zeggen, Hij herinner-
de er aan, hoe v6or 35 jaar in de vrije ge-
meente te Amsterdanj Ernst Renan. de groote
theoloog, als taalgeleerde, werd gehuldigi
Spr. wensichte den heer de Boer als taalge
leerde te huldigen. Hij herinnerde eraan, dat
de heer de Boer correrspondeert in de Duit-
sche taal met professoren in 't hooge Noor-
den. Spr. wees er op, hoe die heer de Boer
Frankrkij en Engeland bezocht en huldigde
hem als een self-made man. Hij vond h ge-
lukkig, dat de heer de Boer niet den weg van
de studie had- gekozen, want daardoor was hij
in ons midden gebleven en zien wij om ons
heen zijn geest en arbeidkracht. Spr. hoopte,
dat de geesterkinderen van den heer de Boer
in de Schermeer mogen groeien van Oost tot
West en van Zuid tot Noord (Langdurig ap
plaus).
De heer De Boer aan het woord
De heer D e B o e r was van meening, dat
het hem na al het gesprokene, moeilijk zou
valien, het juiste antwoord te vinden. In den
laatsten tijd had hij den indruk -gekregen als-
of er in de Schermeer een samenzwering tegen
hem gaande was. S,pr. kreeg zekerheid, dat er
iets gaande was in verband met zijn werlc-
zaamheden voor de electrische bemaling. Spr.
heeft zijn deel aan die zaak gehad. Toch
wenschte hij op den voorgrond te zetten, dat
het bestuur in die zaak zoo eensgezind is ge
weest, dat hij er niet aan kan denken, de eer
in dezen voor zichzelf op te eischen.
Voor hetgeen spr. naar buiten deed, aan-
vaardde hij dankbaar de hem gebrachte hul
de. Dat hij in deze versierde zaal te midden
zijner familie die hulde in ontvangst mag ne-
men, fceschouwde hij als iets, daf hij nooit
verwacht had, te zullen beleven. Wat ik heb
gedaan, heb ik niet gedaan om dank te ver-
dienen. Ik heb dat gedaan omdat ik ervan
houd, werkzaam te zijn en als ik iets doe, dan
tracht ik het goed te doen. Ik beschouw, dat
het leven waarde krijgt, doordat men werk -
zaam is en het is toevallig, dat ik in de ge-
legenheid ben geweest, voor de bemaling het
mijne te doen. Uit dit album blijict, dat er
geen sprake is van een groot verzet tegen de
bemalingsplannen onder de ingelanden. Ik-
ben er dankbaar voor, dat men uit het album
kan zien, dat een groot deel van Schermeer?,
belanghebbenden er anders over denkt en het
bestuur dankbaar is voor wat het deed Har
telijk dank aan alien, die aan de hulde mede-
werkten. Applaus.
lets over de geschiedenis van de
bemaling van de Schermer.
De heer D e Boer zeide, d'at men hem
verzocht had, iets te zeggen over de geschie-
deins van den polder, hij had gemeend, dit
niet te moeten doen, omdat over enkele jaren
de 300-jarige herdenking van de droogma-
kign van de Schermer gevierd zal worden.
Dan is het de tijd om over de geschiedenis
te spreken en daarmede zal Mr. Sluis zich
wel bezig willen houden. Als hij dat op zich
neemt, dan is de zaak in orde. (Applaus).
Spr. zou een en ander zeggen over de be
maling van de Schermeer. Die bemaling be-
stond vroeger uit 5 molens in polder F, 5 in
polder A, 12 in de polders en 32 op dm rand,
waarbij later 4 bemalingen werden gevoegd
ter versterking. In 1872 heeft mien oc-k het
plan gehad om de bemaling te verbitercn.
Tijdens de Bataafsche vrijheid kwam 't Be
stuur in andere handen en het belangrijkste,
wat spr. kon vinden was een inperking van
de gastdagen, hoewel ook torn reeds de re-
gel gold, dat wie zich eenmaal had bedron-
ken, niet mocht terug komen.
Van 1631 vond spr. de bepaling, dat Rus
tenburg zich had voorbehouden, dat er op 4
a 5 kabels van Rustenburg geen herberg
mocht worden gezet.
Toen er in 1872 in September veel water
was gevalk-n, werden er twee commissies in-
gesteld, om wijziging in de bemaling te on-
derzoeken. De eene commissie was een tech-
nische en de andere, de comraissie-Glijnis,
had tot taak, na te gaan, ih hoeverre de b?-
staande bemaling kon wordlen verbeterd,
Van hen verscheen in 1872 reeds een rapport
en zij rapporteerden tot voortzetting van de
bes-taande bemaling en tot doorzetting van
de reeds aangevangen verviizeling. De kosten
werden geraamd op 265.000 en te hoog ge-
oordeeld, zoodat men de zaak liet, zooals "die
was. Het volgend voor jaar verscbeen bet rap-
I
PDAT mijn geachte begunstigers de groote waarde
zullen waardeeren van de gratis geschenken, die ik
geef. voor de bij mijn ADAM AS Sigaretten verpakte
coupons, doe ik de volgende belangrijke aanbieding:
Na ontvangst van den door U ingevulden
bon, welke hieronder is afgedrukt, zal ik U
mijn geillustreerden gratis catalogus van ge
schenken en tevens vijf vrije Coupons doen
toekomen.
tegenwoordig defijnsteen mildste Egyptische sigaret
10 stuks 15 cents met een heele coupon
coupons
20
30
twee
BON (te posten in open enveloppe, porto I cent)
Gell'eve npij gratis en franco toe te zenden Uw catalogus van
geschenken met VIJF VRIJE COUPONS. v g|
port van de technische commissie-Stouwer
wald, die de vaarten wilde uitdiepen en heP
water wilde laten afloopen naar twee gema-
len; kosten 583.000. Ook dlat werd van de
hand gewezen. In 1873 werd besloten, we-
gens hooge kosten, van een stoombetnaling
af te zien, de vervijzeling te voltooien en de
verhouding te laten,' zooals die is geweest.
Die verhouding deugde echter niet en in
1878 lag het land1 zelfs in Maart nog onder
het ijs. Geen wonder, dat d'e gemoederen
warm liepen. De toen gestreden strijd zou
spr. niet graag hebben meegemaakt. In 1878
verscheen er een rapport van den heer Brak
zonder kostenberekening, die 4 bemalingen
wilde. Ook verscheen er een plan van den
heer F. d'e Boer, die volgens het stielsel Stou-
werwald de vaarten wilde uitdiepen, wat
346.000 kostte.
Het volgend voorjaar verscheen het plan
van den heer P. Glijnis Pz., eveneens volgens
het systecm Stouwerwald, kosten 359.000,
doch ook dit plan kon de goedkeuring niet
wegdragen en men ging intusschen door met
de vervijzeling van dte molens.
Ih 1893 verscheen een plan van den inge-
nieur Stoutjesdijk, die de bovenbemaling
wilde verzwaren. In het najaar van 1892
was er in het begin van October zoo'n hoo
ge waterstand, dat men in polder E op 6 Oc
tober reeds gencodzaakt was om de koeien
op stal te zetten. Een groot deel van de
Schermer stond1 toen of geheel of bijna onder
water. Het volgend voorjaar was het zul'k
schraal, mager weer, dat de hooiteelt 30 tot
40 pet. van de gewone hoeveelheid bedroeg
en velen meenden, d'at dit veroorzaakt was
door de droogte, maar de oorzaaik was, dat
de hooge waterstand in het laatst van 1892
zoodanig had beinvloed, dat met het daarop
gevolgde schrale weer een goede hooioogst
onmogeliik was geworden.
Na 1892 liepen de gemoederen warm en
het was de he:r Jb. Slooten, die in het Pol-
d'erbestuur de opmerking maakte, dat men
niet scheen te begrijpen, dat de toevcer van
het water verkeerd was geworden, omdat de
kaden niet op hcogte waren gehouden. De
boeren waren daartoe wel volgens octrcoi
verplicht, doch het Bestuur gevoelde, dat
men te lang had verwaarloosd en trok
27000 uit voor het ophoogen van de kaden.
Er kan wel g'.zegd worden, dat na het in
orde maken van de kaden het met de bema
ling van de Schermeer niet zoo si edit is ge-
gaan en dat andere fadoren moesten komen
Voor men in de Schermer tot de conclusie
kwam, dat de bemaling wijziging behoefde.
Die andere factor kwam door de veranderde
inzichten ten aanzien van den waterstand.
In 1916 werd door het Prov. Electr. Be-
drijf een aanbod gedaan voor electrische be
maling; de kosten bedroegen een millioen,
zoodat ook dit werd afgewezen. Het volgend
iaar kwam er weer een adres van het Prov.
Bedrijf, dat echter ook voor kennisgeving
werd aangenomen.
In 1919 kwam echter de factor van betiee-
kenis in den vorm van stijging van loonen
en kosten van sociale voorzieningen, met het
gevolg, dat de belangstelling vor de, mecha-
nische bemaling bij de bestuursledien to'enam,
met het gevolg, dat aan de firma K. C. de Wit
werd opgedragen een plan voor electrische
bemaling te ontwerpen. Die plannen kostten
van aanleg 680000 en waren ook met het
oog op dfe hooge exploitatiekosten te hoog
om er op in te gaan.
Ongeveer het^slfde jaar eiscbte de arbeids-
Hij behoudt een blttere herinnering aan 3e
pogingen, die gedaan zijn om de Schermeer
daarin te dwarsboomen. Het ziin onze mo
lens en het is ons land. Wij hebben een tijde-
lijke opdracht om de belangen van den pol
der te behartigen. Wanneer men ons was
blijven dwarsboomen dan had spr. en ande
ren aan de Koningin onder dankzegging
voor het vertrouwen de vraag gericht om
hem van zijn plicht, het belang van den pol
der te behartigen, te ontheffen.
De heer Henri Polak heeft wel gering-
schattend over de Heemraden gesproken,
maar hij zou dan hebben ervaren, dat ook
Heemraden hun eer weten hoog te houden.
(Applaus)
De heer Slooten sprak hierna nog
woorden van waardeering tot den heer De
Boer, daarbij in het licht stellende, hoe zijn
schoonvader den heer De Boer typeerde als
de man, die weet door te zetten, wat hij wil.
De voorzitter bracht hierna den heer
De Boer dank voor zijn uiteenzetting en
dankte alle spr., overtuigd als hij was, dat
deze den avond voor den heer de Boer tot
een onvergetelijke hadden gemaakt.
Mel een woord van dank aan de gevers en
geefsters, die het comite in staat hadden ge-
steld, om den heer de Boer op eenvoudige
wijze te huldigen, sloot spr. om half 12 het
officieele gedeelte van den avond, daarna
Polyphonia verzoekend, het niet-officieelt
gedeelte voort te zetten.
Velen bleven nog lang gezel'lig bijeen.
inspectie beveiliging aan de molens. en de
kosten daarvan liepen nog al hoog op. Bij het
behandelen van de begrooting zijn die ei
schen een slechte propaganda geweest voor
de windbemaling. 18 Februari 1921 eischten
dte molenaars een loon van 500 buiten de
emolumenten. Het Dagelijksch Bestuur stel
de 450' voor, doch dit werd afgestemd en
aangenomen werd een voorstel van hoofdin-
gelandien, om dit op 400 te stellen.
Het dagelijksch bestuur wees er nog op,
dat, wanneer de molenaars het werk voor
niets deden, de bemalingskosten, die 2'5
bedroegen, nog niet tot 20 konden worden
verlaagd. Als men dus werkelijk verlaging
wilde, dan moest men in andere richting
zoeken. Het gevolg was, dat Gebr. de Wit
opnieuw opdracht kregen om de mechanische
bemaling te onderzoeken. 4 Maart 1924
werd besloten om naast de cijfers van Gebr.
de Wit nog cijfers te vragen voor motorische
en stoombemakng, zoodat men drieerlei cij
fers naast elkander kreeg. De keuze viel op
de electrische bemaling en toen lekte naar
buiten uit, dat de mooie molens gevaar be
gennen te loopen.
De vereeniging „De Hollandsche molen"
werd opgericht, die zich als doel stelde het
behoud van de molens. Op zichzelf was daar
niets tegen.
Spr. stond uitvoerig stl! bij een onderhoud,
dat hij met den heer Kramer Glijnes had met
den voorzitter van „De Holl. Molen" en hoe
men tenslotte in vrede scheidde.
De kosten van de wind- en mechanische
bemaling waren ei-kander echter genaderd
en het was de dijkgraaf, die op merkte, dat
men met de mechanische bemaling voor het-
zelfde geld de zekerheid heeft van het afvoe-
ren van het water.
Spr. stelde in het ilicht, hoe uit voorzichtig-
heidsoverwegingen besloten werd, eerst Pol
der II te electrificeeren, doch gebonden aan
het principe-besluit, dat de mechanische be
maling van Polder II tot grondslag had, dat
de geheele polder geelectrificeerd werd.
De voorzitter van „De Hoil. Molen" was
geschrokken. Dit was echter ook met spr. het
geval. Een perscampagne werd opgezet en
de N. R. Crt. en het Handelsblad schreven
gewillig, wat „De Holl. Molen" wilde. Dit
had echter tengevolge, dat het bestuur van
de Schermer zich op het standpunt stelde,
dat er tusschen hem en de provineie niemand
zou staan en dit standpunt is tot den jong-
sien dag vo'igehouden,
Uitvoerig onderwierp spr. de argumenten
van „De Holl. Molen" nog aan kritiek. Ook
de zittingen van Ged. Staten werden bespro-
ken. Het had spr. erg gespeten, dat in de
laatste vergadering van Ged. Staten een
zestal ingelanden nog bezwaren hadden in-
gediend. Spr. ging ook die bezwaren na en
concludeerde, dat het slot was geweest, dat
de vergunning voor de electrische bemaling
werd verkregen.
Hulde bracht spr. aan het lid van Ged.
Staten, den heer Michels, die tegenover den
heer Henri Polak in „Het Volk" van een
juiste opvatting had getuigd. Juist van
iemand als den heer Michels, die tot een po-
litieke partij behoort, die ten aanzien van
de individueele vrijheid denkbeelden huldigt,
die nog al vergaan, was spr. die ruime op
vatting zeer opgevallen.
De bemaling van de Schermeer hangt sa-
men met de verbeterde denkbeelden over de
plantenvoeding en spr. gelooft, dat de
Schermeer bij de electrische bemaling wel zal j
vaxen.
DU1TSCHLAND.
DE OORRUPTI'E BIJ DE SPOORWEG-
MAATSCHAPPIJ.
Schulze ontslagen.
Naar de B. Z. a. M. meldt heeft het onder-
zoek naar de beschuldiging van omkooperij
tegen de „Reichsbahnrat" Schulze de steekhou
dendiheid van de beschuldiging bewezen.
Schulze is daarop o,p staanden voet ontsla
gen.
De Oberbahnrat van de Rijksspoorwegen
ing. Schulze, die in verband met de verduiste-
ringen bij de leveringen voor de spoorwegen
aan een vooronderzoek is onderworpen, is niet
in hechtenis gehouden. De schade die da
Rijfcsspoorweg door Schulze geleden heeft, is
van zeer onbeteekenenden aard.
HETOOSTENOP BEZOEK BIJ HET
WESTEN.
Het sehijnt de wensch te zijn van nog an
dere regeerders van landen in het Oosten,
waar men zijn voordeel wil doen met de tech
nische beschavingsvooruifjgang van het Wes-
ten, om, evenals de Afghaansche koning
Aman Oella, de sensatie te ondergaan van
een steeds dieper onder den indruk komen van
die Westersche beschaving.
Reisjes naar Europa staan, als men de „D.
Allg. Z." mag gelooven, nog voor dit jaar op
het programma van den koning van Egypte.
den beheersdher van Turkije en den nieuweri
sja'h van Perzie.
Het moet in de bedoeling der heeren Jigger
de voornaamste staten van Europa te bezo#
ken.
DE LUTHER-FILM.
Toegestaan voor heel Duitschland.
Donderdag is in een zitting van den centra-
ten filmkeuringsraad na een bespreking van
meer dan vier uur besloten tot toelating van
de veelbesproken Lutherfilm voor het geheele
land, en wel ook voor jeugdige personen, na
het aanbrengen van enkele coupures.
Het voorstel van de Beierselhe regeering
om de rolprent voor het geheele land en al-
thans voor Beieren te verbieden, is afgewezen
ENGELAND.
LLOYD GEORGE BESTOOKT.
Hij verlaat bij wijze van protest
het Lagerhuis.
Gistermiddag was Lloyd George in het La
gerhuis het middelpunt van een tooneel, zoo
als er zelden is voorgevallen. Hij sprak over
een door het arbeiderslid Greenall ingediend
wetsontwerp tot weder-invoering van den
zeven-urigen arbeidsdag in de kolenmijnen.
Een tijdlang luisterden de arbeidersafgevaar
digden met belangstelling en sympathie naat
zijn rede, maar toen hij begon te spreken over
het rapport-Sankey en deed opmerken, dat dii
niet was onderteekend door den arbeidersaf-
gevaardigde in de commissie, werd hij van ds
ailbeidersbanken door een kruisvuur van in-
terrupties bestookt. Een tijdlang verdroeg hij
dit en beantwoordde hij de afgevaardigden
met zijn gewone slagvaardigheid, als bv.
„Ik ben Goddank niet verantwoordelijk voor
wat de heer Sidney Webb zegt". Eindelijk ech
ter werd het hem te bar. Hij brak zijn rede at
en zeide: „Dit is een staaltje van den tact,
waarmede de heeren zich van steun verzeke-
ren. Ik was opgestaan om een ontwerp te
steunen dat zij hebben ingediend en niemand
zal zooiets als hier gebeurt kunnen gelooven.
Dit is dus de manier waarop de 'belangen der
mijnwerkers worden behartigd. Men" kan er
zich niet over verwonderen er erger aan toe
zijn dan ooit te voren."
Hij ging zitten zonder zijn rede af te ma
ken.
Na hem sprak de arbeddersafgevaardigde
George Hall en deze beschuldigde er Lloyd
George van, dat hij de zaak in een heel ver-
keerdte richting had willen drijven en karakte-
riseerde diens rede als een typisch voorbeeld
van liberale schijnheiligheid. Nadat hij eeni-
ge minuten het woord gevoend had, stond
Lloyd George op en verliet de zaal, onder
ircnisch applaus van de arbeidersbanken, ter
wijl George Lansbury riep: „Ze hebben hem
de zaal uitgejaagd!"
I>e Britsche draadlooze dienst meldt nog,
dat het voorstel der arbeiderspartij, om der
zevenurendag in de mijnen te herstellen, met
154 tegen 127 stemmen werd verworpen.
Commodore King, de minister voor de mij
nen., betoogde naar Reuter nog meldt, namens
de regeering, dat door den langeren werktijd
de prijs der kolen met 30 pence per ton was
verminderd, waardoor de sluiting van ver-
scheiden. mijnen was voorkomen "en Groot-
Brittannie in staat was gesteld te concurree-
ren met het buitenland waar het nog niet zijn
plants voor de staking heeft herwonnen.
Va 1925 op 1926 is de Duiteche uitvoer
van steenkolen met 72.9 gestegen. waaruit
de zware slag blijkt welke aan Groot-Brittan-
nie is toegebracht, waarvan het zich nog niet
hersteld heeft Nederland heeft zijn sfeenko-
lenuitvoer met 83.9 zien stijgen en Poiyfl
met 54.6
o
ADAMAS
Aan de FIRMA ALEX. S. MAVRIDES, Postbus 716, AMSTERDAM
Naam:
Adrtss
St ad:
Van eenzelfde adres za! slechts een van deze bons geaceepteerd woaden.