DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
[lit den Alkmaarschen Head.
;l
W. H. n. PELS zoos
WUMMOEL.
Uit het Parlement
r
No. 113
Dif nnmmei besfaai sit 3 blades.
Honderd dertlgste Jaargang.
1928
Deze Courant wordt ELKEN AVONDj behalve Zon- en Feesfdagenuitgegeven.
Hbonnementsprijs bij vooruit'oetaling per 3 maanden voor Alkmaar /2.—franco door
bet geheele Rijk /2.50.
Afzonderlijke en bewTjsnummers 5 cents.
PRIJS DER GEWONE ADVERTENTlfiNt
Per regel /0.25, bij groote contracfen rabat. Groote letters naar plaatsrnlmfe.
Brieven franco aan de N. V. Boek. en Handelsdrukkerij v/h HERMs. COSTER Z001Y,
Voordam C9.
Directeur: G. H. KRAK.
ZATERDAO
Telef.nr. Administratie 3.
TeJefoonnr. Redactie 13.
Postgiro 37060.
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Als in Alkmaar een loco-burgemeester een
agenda van twee-en-twintig punten in twee
fn een half uur volkomen afhandelt, dan kan
'de jongste aspirant-hulp-schrijver ter secreta
ire wel verzekeren, dat er njet veel bijzonders
gebeurd is.
Zoo was het ook.
Allerlei voorstellen betreffende koop en
rerkoop van huisjes en grond, goedkeuringen
yan begrootingen van diverse gesubsidleerde
vereenigingen, ontheffingen van de bouwver-
ordening en nog wat andere alleen voor de
betrokkenen interessante voorstellen, passeer-
den bijna zonder eenige discussie des voorzit-
ters ebbenhouten hamer.
Het was niet alleen een vrij onbelangrijke,
maar ook een weinig interessante vergadering
qn dat zich op de publieke tribune niet meer
dan drie of vier van de verstokste abonne's
vertoonden, bewees afdoende, dat de ingezete-
nen onzer goede gemeente zich Donderdag-
middag al heel weinig voor het werk hunner
edelachtbare afgevaardigden interesseerden
Het voornaamste besluit was en daar
zal toch iedere belastingbetaler belang in
jnoeten stellen dat het vermenigvuldi-
gingscijfer voor de gemeentelijke inkomsten-
belasting niet, zooals eerst geraamd was, op
0.85 gebracht werd, maar dat B. en W. thans
mcenden met een factor van 0.80 voor dit jaar
genoegen te kunnen nemen
Dat was te verwachten, al blijft het te be-
treuren, dat de factor dit jaar niet minder
dan acht punten hooger is dan over het be-
lastingjaar 1927/1028.
B. en W. houden van verrassingen en in
den begrootingstijd wordt de financieele toe-
stand van Alkmaar gewoonlijk zoo zwart af-
geschilderd, dat zelfs de grootsle optimisten
er van onder den indruk komen.
Er zijn altijd heel wat meer tegenvallertjes
dan voordeelige posten, bezuiniging blijkt
hoogst noodzakelijk, en het gevolg is, dat de
Raad, onder den indruk van deze sombere
voorspellingen, allerlei concessies doet en B.
en W. diverse voorstellen zonder groote
oppositie zien aangenomen.
Er wordt in dien tijd ook wel over het ver-
menigvuldigingscijfer gesproken en B. en W.
ramen een factor, die zoo hoog is, dat ieder-
cen de schrik om het hart slaat.
Er volgt een stroom van ingezonden stuk-
ken, er komt een comite tegen belastingopdrij-
vmg tot stand en men heeft zich juist op het
allerergste voorbereid, als de inspecteur van
de belastingen eenige gegevens aan het col
lege verschaft, waaruit blijkt, dat zij, die
voorspelden, dat het met die belastingver
hooging niet zoo'n vaart zou loopen, volko
men in het gelijk gesteld worden.
Er zijn hier en daar nog eenige lichtpunten
ontdekt en het slot van de geschiedenis is, dat
de factor niet dertien doch maar acht pun-
van ten omhoog gaat.
Dien gang van zaken kan iedereen langza-
merhand wel voorspellen en het eenige waar-
over wij ons kunnen verheugen is, dat het
roo en niet aidersom gaat.
Een al te optimistisch college, dat het
morgenrood van een nieuwen belastingdage-
raad voorspelt, dat op hoop van zegen maar
uitg^eft en later tot de conclusie koint, dat de
belastingbetalers heel wat meer zullen moe-
*en opbrcngen dan er voorspeld is, zou waar-
schijnlijk nog minder in den smaak vallen.
Als gewoonlijk zijn de gemeentebedrijven
weer als koeien behandeld, die uitgemolken
worden tot er geen druppel meer in zit.
Hoewel, de heer Westerhof had zich
tot groote verbazing van het college, dat niet
zoo nauw contact met de financieele afdee-
ling der lichtbedrijven schijnt te hebben
een balans verzekerd waaruit blijken moest,
dat er nog ongeveer 40 000 winst waren,
en W. onaangeroerd hadden gelaten.
nij dacht er niet over, deze aan het bedrijf
te schenken, omdat ook 1928 weer zco'n voor-
deelig jaar beloofde te worden, dat het be-
anjtgeen reserves noodig zou hebben.
Zijns inziens waren B en W. gerechtigd
em ook op deze 40.000 ten voile beslag te
'eggen. Het was een onverwacht meevaliertjc-
en de groote vraag was nu maar op welke
wijze men dat geld het voordeeligst zou kun-
ken besteden.
e.n kleine jongen, die een cent gevon-
oen heeft en besluifeloos voor het raam van
kh snoepwinkel staat, omdat hij niet weet of
d'i ei nogatbrokken of een zuurstok voor zal
oopen, zoo stond de heer Westerhof met de
eoretische veertig mille in zijn hand den
a' <e vragen hoe men die nu het beste
w unnen 8ebruiken.
vilde de Raad er misschien het vervolgoa-
_.mi]s voor terng hebben, of het bureau van
oepskeuze, zou men de ambtenaren eens
P een pensioenpremie-verrassing tracteeren,
it wilde de Raad de verschillende subsidies
misschien gaan verhoogen?
En als de Raad dat allemaal niet begeerde
de heer Westerhof had er blijkbaar een
voorgevoel van dan moesten we in 'she-
melsnaam dat geld maar aan verlaging van
belasting gaan besteden.
Dan zouden we de belastingbetalers nog
een kleine Pinksterverrassing kunnen bezor-
gen door den factor niet op 0.80 maar op
0.76 te stellen.
Dat zag er erg aanlokkelijk uit en we ver-
motden, dat er heel wat belastingobjecten in
deze gemeente zijn, die er spijt van hebben,
dat 'sheeren Westerhofs nobele bedoelingen
bij het conservatieve deel van onzen Raad
zoo miskend zijn geworden.
Conservatief dat beteekent vasthoudend en
dat bleken de heeren Klaver en Vogelaar met
hun partijgenooten ook ten opzichte van die
40.000 der lichtbedrijven te wezen.
De heer Vogelaar voelde wel wat voor een
reserve. Als we alles maar opmaken, krijgen
we een schommelende bdastingpolitiek, dan
hebben we het eene jaar dubbel en het an
dere niets. Voorzichhgheid is de moeder van
den wethouder van financien en als er dan
toch geen 40.000 over moet blijven, welnu
dan zou het tijd worden eens na te gaan of
de prijzen van gas en electriciteit hier niet te
hoog zijn.
Zoo dacht ook de heer Klaver er over. Die
vond, dat die 40.000 hier eigenlijk heele-
maal niet in bespreking behoorden te komen,
maar wilde men ze toch ter tafel brengen,
welnu, dan gevoelde ook hij er iets voor eens
na te gaan of de gaskwitanties voortaan niet
een wat lager totaalcijfer kunnen vermelden.
Wij gevoelen daar alles voor.
Wij hebben meermalen betoogd, dat wan-
neer inplaats van belastinggeld winst uit de
bedrijven in de gemeentelijke schatkist ge-
stort wordt, het Alkmaarsche huishoudgeld
voor een groot deel niet volgens een progres-
sieve. maar volgens een degressieve heffing
wordt verkregen.
Als gas en stroom te duur zijn, moet
daarvan altereerst de minst kapdtaalkrachtige
verbruiker de dupe worden.
En nu moge men een rijtje steden van een
papiertje voorlezen en betoogen, dat gas
en electriciteit daar allemaal even duur of
nog duurder is dan in Alkmaar, ten slotte is
dit een nietszeggend argument.
Wij kennen de omstandigheden niet waar-
onder de fabrieken in die plaatsen moeten
werken en al kenden wij ze wel en al waren
de factoren daar nog veel gunstiger dan in
Alkmaar, ten slotte hebben wij hier alleen
met onze eigen gemeente en niet met andere
plaatsen te maken.
Wij zijn geen kuddedier, dat mee moet loo
pen waar anderen ons voorgaan, wij gaan
zoo graag prat op onze autonomie, welnu,
laten wij dan cok toonen dat wij desnoods
maatregelen durven nemen, die nergens an-
ders nog toepassing hebben gevonden.
>6
Als men niet alleen in Alkmaar, maar in
alle gelijkscortige gemeenten altijd vergrlij-
kingsstaatjes maakt en er zich niet aan durft
te onttrekken, zal nooit iets verbeterd kunnen
worden.
Van Alkmaar kcmt de Victorie, is dezer
dagen nog op het congres der cafehouders
betoogd, welnu, laat dan van Alkmaar ook
eens het voorbeeld uitgaan naar die lange
lijst van gemeenten die allemaal hooge gas-
en stroomprijzen hebben.
Wij kunnen de zaak eenvoudig zoo stellen,
dat wanneer een gemeentebedrijf meer dan
honderdduizend gulden winst maakt, terwijl
de arbeidsvoorwaarden best zijn dit ter
geruststelling van de heeren Wibaut en Wes
terhof het zeker tijd wordt, eens na te
gaan of het fabrikaat niet te duur is.
Zou de heer Westerhof niet over de brood-
prijzen klagen, als de bakkers honderd pro-
cent winst maakten? Waarom dan niet den
gas- en stroomprijs verlaagd, als blijkt, dat
de gemeente er de burgerij elk jaar meer dan
een ton te veel voor laat betalen?
Ten slotte is natuurlijk het voorstel van
B. en W. aangenomen.
Vervolgonderwijs, beroepskeuze enz., die
reeds in den grafkelder der bezuiniging wa
ren bijgezet, werden niet meer te voorschijn
gehaald en de 40.000 zullen aan de licht
bedrijven worden gelaten, uit de weinig ge-
motiveerde vrees, dat men daar anders, even-
als bij de geheele gemeentepolitiek der laatste
jaren, te groote schommehngen zou consta-
teeren.
Dat laatste is mijn schuld niet, betoogde
de heer Thomsen, maar de heer Westerhof
verklaarde, dat het beleid van den wethouder
van financien een groote schommelaffaire
was en a'at, wanneer men daarvan ova' ver
schillende jaren een graphische voorstelling
zou maken, men het beeld van ee^ volledige
rutschbaan zou krijgen.
Wat niet heelemaal billijk was, omdat
ieder weet, dat de heer Thomsen de man van
reserves en spaarpotjes geweest is en dat de
uitvinding, dat ieder dienstjaar maar voor
zichzelf moet zorgen, niet van hem, maar
van zijn diametralen tegenstander, den heer
Kusters, afkomstig geweest is.
Een der punten, die discussie uitlokten, was
het voorstel van B. en W. om niet meer, zoo
als tot dusver geschiedde, de aannemers van
werken ten behoeve der gemeente eenvoudig
er aan te herinneren, dat er een Arbeidsbeurs
is, en aan hen over te laten of zij van de
daar ingeschreven werkkrachten gebruik
wenschen ie maken, maar den aannemer te
verplichten de door hem benoodigde arbeids-
krachten aan de beurs op te geven.
Dit laatste aahbevolen door de betrok-
ken commissie van advies werd thans
door B. en W. voorgesteld en wij moeten
den heer Dekker gelijk geven als hij betoogt,
dat deze verandering nog weinig verbete-
ring zal brengen als niet tegelijkertijd voor-
geschreven wordt, dat die aannemers dan
ook verplicht zijn van de ingeschreven werk
krachten gebruik te maken.
Evenwel, dat laatste durfde ook de heer
Dekker nog niet heelemaal aan. Hij zou al-
thans de vak-bekwame arbeiders buiten be-
schouwing willen laten uit vrees, dat de
aannemers anders noodgedwongen met on-
kundig 'personeel zouden moeten arbeiden,
wat de uit te voeren werken onnoodig kost-
baar zou kunnen maken.
Het is duidelijk, dat men zich hier op een
terrein vol voetangels en klemmen begeeft.
Volgens het stelsel van B. en W. kan men
later discussieeren over de vraag of een aan
nemer de Arbeidsbeurs al dan niet noode-
loos gepasseerd heeft en volgens dat van
den heer Dekker over de heel wat lastiger
vraag of een aangeboden werkkracht al dan
niet als een vakbekwame arbeider moest be-
schouwd worden.
Eh waar de grens tusschen het al dan niet
vakbekwaam zijn iu vele gevallen zoo uiterst
moeilijk te trekken zal zijn, gelooven wij
wel, dat het stelsel van B. en W. hoevele
gebreken het dan ook nog moge hebben
ten slotte nog de voorkeur verdiende.
NEI
Het meest interessant van de geheele
raadsvergadering waren de interpellaties.
Waarom. zoo vroeg de heer Veen ge-
inspireerd door ons Raadsoverzicht van
6 April j.l. waarom wordt er in dezen tijd
van bezuiniging, nu er zelfs geen paar dui-
zend gulden voor herhalingsonderwijs en be
roepskeuze waren te vinden, waarom wordt
er, zonder dat de Raad daarin gekend is, een
monumentale lantaren op het Stationsplein
opgericht en hoeveel gemeentegeld is daar
wel voor uitgegeven?
Dat was blijkbaar een heel grappige
vraag en B. en W. hadden een antwoord
klaar, dat als een bom te midden van de
sociaal-democratische fractie zou vallen en
zelfs den heer Westerhof voor eenige oogen-
blikken sprakeloos zou moeten maken.
Het was niet in den Raad gebracht en het
behoefde er niet in gebracht te worden
omdat het geen uitgave van de gemeente
geweest was.
Wie of het dan betaald had, vroeg de heer
Veen verwonderd en hij bedacht waar-
schijnlijk, dat het een cadeautje van den heer
Kusters geweest was, toen deze de hoogste
pauselijke onderscheiding in zijn knoopsgat
had mogen vastmaken.
Het was, verklaarde wethouder Thomsen,
die als loco-burgemeester buitengewoon
goed op dreef was, een uitgave vande
lichtbedrijven geweest.
.Stel, dat een huisvader, die juist in zijn
gezin met het oog op de dure tijd en, de
grootst mogelij'ke bezuiniging gepreekt heeft,
den volgenden dag een extra taartjes-reke-
ning van den banketbakker ontvangt, dan
kan het hem vrij koud laten of hij zijn
vrouw, dan wel zijn oudste dochter daar-
voor verantwoordelijk moet stellen.
En zoolang de lichtbedrijven gemeente
lijke instellingen zijn, waaraan wij noodge
dwongen te veel voor gas en stroom moeten
hetalen en waarvan de winst op het belas
tinggeld gekort wordt, zoolang kan het de
ingezetenen vrij onverschillig blijven of wij
het geld voor dergelijke monumenten recht-
streeks dan wel via de bedrijven moeten
betalen,
De lichtbedrijven, heeft wethouder Lees-
berg uitgelegd, hebben een post voor in-
standhouding en uitbreiding van straatver-
lichting. Zij mogen dat geld gebruiken, zoo
als zij zelf willen en zijn daarvoor aan den
Raad geen rekenschap verschuldigd.
Dat is een nieuw gezichtspunt.
Er kan dus uit blijken, dat er voor extra
straatverlichting zooveel beschikbaar gesteld
was, dat men zich de weelde van monumen
tale lantarens kon veroorloven, of wel, dat
de lichtbedrijven een niet te groot crediet
zoo slecht verdeeld hadden, dat wat het
Stationsplein er van heeft gekregen, op an
dere stadsgedeelten zal uitgewonnen moeten
worden.
Het laatste zou van een slechte bedrijfs-
leiding getuigen en is dus onwaarschijnlijk.
Rest dus de veronderstelling, dat de licht
bedrijven voor de jaarlijksche instandhou-
ding en noodzakelijke uitbreiding der straat
verlichting een zoo groot bedrag beschik
baar hadden, dat men zich ongevraagd het
oprichten van dergelijke monumenten kon
veroorloven.
En nu zeggen B. en W. wel, dat dit crediet
al was toegestaan nog voor er op zoo be-
droevende wijze bezuinigd moest worden,
maar waar men bij de begrootingen van ver
schillende gemeentediensten de plant-
soenen b.v. zoo duchtig bet blauwe pot-
lood gehanteerd heeft, was het dan niet van-
zelfsprekend geweest, wanneer ook deze
blijkbaar onnoodig hooge post voor straat
verlichting zoo besnoeid was, dat men vol-
doende voor de gewone lantarens had over-
gehouden?
Wij vinden dit monument mooi en pas-
send bij de omgeving, wij hopen, dat Alk
maar in verloop van tijd op verschillende
punten der stad wat meer van dergelijke lan
tarens zal krijgen maarniet in een tijd,
dat B. en W. verkondigen, dat de uiterste
soberheid betracht moet worden, niet in een
tijd, dat het herhalmgsonderwijs dat met
het geld van een lantaarn gered had kunnen
worden noodgedwongen moet verdwij-
nen, niet in een tijd, dat de belastingfactor
met meer dan tien procent moet worden ver-
meerderd.
Dan zijn wij tegen alle onnood-ige monu
menten ook al heeft, zooals thans bleek, wet
houder Westerhof zij het dan in een wat
royaler tijdperk er destijds zijn sanctie aan
gegeven.
Het deed ons genoegen te bemerken, dat
vrijwel alle raadsleden het met onze opvatting
eens waren.
Wanneer, vroeg de heer Westerhof, zal
Alkmaar de gevraagde subsidie voor het
West-Friesche kanalenplan geven?
En hij voegde er bij, met genoegen in de
couranten gelezen te hebben, dat de Burge-
meester op het jubileum van de Kamer van
Koophandel verklaard had, dat B. en W. het
daarover al eens waren en nog slechts de in-
stemming van den Raad tegemoet zagen.
De heer Thomsen' verklaarde dathet
desbetreffende courantenverslag z. i. niet
heelemaal juist was.
Het is niet de eerste maal, dat in den laat-
sten tijd een courantenverslag onjuist ge-
noemd werd
Wij zullen er niet verder op ingaan en wil
len hier alleen verklaren, dat de betrokken
passage door onzen verslaggever steno-
grafisch werd opgenomen en dat, onafhan-
kelijk van ons verslag, het Noord-Hollandsch
Dagblad precies hetzelfde vermeld heeft.
Rest dus de mogelijkheid, dat de burge-
meester voorbarig geweest is of zich heeft
versproken, wat zeer waarschijnlijk is, daar
de heer Thomsen het, inzake deze subsidie
niet met zijn edelachtbare collega's eens
schijnt, al zal er in den Raad voor deze
plannen wel een meerderheid zijn te vinden.
Wanneer kan een dusdanig voorstel wor
den tegemoet gezien? vroeg de heer Wester
hof.
Toen veranderde de loco-burgemeester
plotseling in het orakel van Delphi en ver-
kondigde geheimzinnig, dat B. en W. daarop
niet zouden antwoorden.
Blijkbaar wil hij om een Alkmaarsche
uitdrukking te gebruiken den burge-
meester diens eigen boontjes maar laten
doppen.
Is het juist, vroeg de heer Westerhof, dat
de Stichting Centraal Neutraal Ziekenhuis
reeds drie maanden geleden de f 150.000
opnieuw ter beschikking van den Raad heeft
gesteld op voorwaarden waarbij met de be-
zwaren van den Raad rekening is gehouden?
Zoo ja, waarom hebben B. en W. dan tot
nu toe den Raad geen mededeeling gedaan
en wanneer kan een voorstel tot aanvaarding
tegemoet gezien worden?
Is die vraag werkelijk in ernst gesteld of
gooit de heer Westerhof een bouwsteentje
uit om er een Ziekenhuis mee te kunnen
vangen?
Immers, drie maanden geleden, dat was
op 10 Februari van dit jaar, was het aanbod
der Stichting nog niet eens in den Raad be
handeld. Eerst op 16 Februari heeft de
Raad dit afgewezen en het is toch te dwaas
om te beweren, dat de Stichting al met
nieuwe plannen zou gekomen zijn nog voor
de oorspronkelijke onaanvaardbaar verklaard
waren.
Bovendien, het Stichtingsbestuur heeft wel
bij een onzer meest vooraanstaande mede-
burgers de verzoeningsthee gedronken en
het leek toen wel of het Ziekenhuisvraagstuk
daarmee van de baan was, maar waar de
stichtingsvoorwaarden in een groote ver
gadering met afgevaardigden van alle plaat-
seliike comite's waren vastgesteld, is het
toch duidelijk, dat dkzelfde afgevaardigden
alleen bevoegd zijni, de voorwaarden weer
te veranderen.
En tot dusver hebben ook wij er ons over
verwonderd, dat dit nog altijd op zich heeft
laten wachten.
Die bijeenkomst schijnt nog niet te hebben
plaats gevonden en zoolang dit niet geschied
is, zal men tocr den Raad geen andere stich
tingsvoorwaarden kiannen overleggen.
Wij meenen te weften, dat de eenige brief,
die tot dusverre hierover verzOnden is, een
schrijven van B. en W. aan het Stichtingsbe
stuur geweest is met verzoek, van de
150.000 niet een I.eening, maar een schen-
king te maken en tevens met de vraag, te
bepalen, dat de stiCbtingsacte later niet zon
der goedkeuring, rnedewerking of voorken-
nis van B. en W. gewijzigd zal kunnen
worden.
Wist de heer Thomsen dat niet?
Zoo ja, waarom heeft hij het dan niet
meegedeeld?
Andermaal hulde de loco-burgemeester
zich in een mantel van geheimzinnigheid en
verklaarde, dat B en W ook hierop het ant
woord schuldig zouden blijven tot de vol-
gende raadsvergadering.
Dat moest ook voor den burgemeester
bewaard blijven.
Van veel medelijden met den verkouden
burgervader heeft de heer Thomsen Donder-
dagmiddag zeker niet blijk gegeven.
KOORSTEAAT 49—51. TELEFOON 207.
ALKMAAR.
Den Haag, 11 Mei 1928.
Het is geen buitengewoon belangrijk werk,
wat de Tweede Kamer heden heeft verricht-
Nagenoeg de gansche vergadering toch is
in beslag genomen geweest dooreen inter-
pellatie van den heer Ketelaar (V.D.) betref
fende een schoolkwestie te Ootmarsum. De
zaak komt ongeveer hier op neer: Het R.K.
kerkbestuur te Ootmarsum had verleden
jaar de rnedewerking van den gemeenteraad
verzocht voor de stichting van een katholieke
bijzondere school. Daar het gevolg van de
opening dier school zou zijn, dat de open-
bare school vrijwel leeg zou loopen, stelde
de burgemeester voor op dit verzoek wel
gunstig te beschikken, maar het bestaande
schoolgebouw der openbare school ter be
schikking van de bijzondere school te stel
len. Dat toch was de goedkoopste weg om
aan het verzoek van het schoolbestuur te
voldoen. De gemeenteraad was evenwel van
een ander oordeel en besloot tot den bouw
van een geheel nieuwe school over te gaan
ten bate van de R.K. school. De burgemees
ter had daar geen vrede mede en verzocht
aan hooger bestuur dit raadsbesluit te ver-
nietigen op grond van strijd met het alge-
meen belang. De minister van OnderwijS
had daartegen evenwel bezwaar, omdat naar
zijn meening het besluit tot rnedewerking
voor de oprichting van een bijzondere school
dan ook zou vemietigd worden en dit vol
komen strookte met de wet L. O..
Daarover nu interpelleerde de heer Kete
laar de regeering. Naar zijn overtuiging
was het besluit van den raad van Ootmar
sum een tweeledig besluit en kon de regee
ring het eerste deel in stand houden doch
het tweede deel, om een nieuw gebouw te
stichten, veraietigen? Hij knoopte aan die
opmerking eenig vragen vast en het grootste
deel der vergadering is daarmee heengegaan.
Het eigenaardige was, dat de Kamer Set vrij
wel algemeen eens was met den interpellant,
dat de houding van den Ootmarsumschen
raad feitelijk niet door den beugel kon en de
discussie hep veelal over bijkwesties, o.a.
over de vraag waarom de minister van Bin-
nenlandsche Zaken niet de zaak had behan
deld, daar de vemietiging van een raadsbe
sluit krachtens art. 70 Gemeentewet tot zijn
departement behoort. Het bleek toen, dat de
minister Kan zich wel met de kwestie had1
bemoeid, maar dat hij zulks had gedaan als
tijdelijk minister van Onderwijs, toen zijn
collega Waszink ongesteld was, en dat Set
geopperde bezwaar van hem afkomstig was.
Intusschen had hij, naar hij verklaarde, er nu
wat anders op gevonden: voor den bouw
van de nieuwe school is een bedrag van
45000 noodig. Voor het sluiten van een
leening daarvoor is de goedkeuring van
Gedeputeeide Staten noodig en nu wilde de
minister dezen verzoeken hun goedkeuring
aan een eventueel leeningsbesluit te onthou-
den. Lukt dat, dan kan ae regeering met die
niet-goedkeuring medegaan en is de zaak
van den nieuwen bouw voor goed van de
baan. Lukt dat niet, dan kan altijd nog de
vernietiging van het eerste raadsbesluit wor
den overwogen.
Hoe de zaak ook verder loopt, het nfeuwye
ALKMAARSCHE CODRANT.
I MM IBIM tfjl U n, -11 MSB
Li'i?stsaei
i