doodt insecten Westfriesse vertellingen L. Frankenberg Alkmaar. Boeiceiti eigen bate verxocnt aan den Beer Vlsser, rei ziger te Heiloo. Eisch 40 boete of 40 dagen hechtenis. .Vonnis 25 boete of 25 dagen hechtenis. KINDERMISHANDELING. Den 25-jarige smid Dirk S., te Medem- blik, was ten laste gelegd, mishandeling van de twee zoontjes van het echtpaar de Waard, die hij op 1 Mei zou hebben geschopt en ge stagen, omdat zij schommelden in een schuit, die verdachte in reparatie had. Ver- dachte ontkende de jongens te hebben mis handeld. Hij had de jongens alleen bij den kraag gepakt en uit het schuitje verwijderd. De mishandelde knapen zijn respectieve- lijk 9 en 12 jaar oud. Zij beweerden door verdachte te zijn ge stagen en geschopt. De brandstofhandelaar C. Kuiper had ge- zien dat de verd. den 9-jarigen jongen in zijn nek had gepakt en uit de schuit gezet en den 12-jarigen een schop tegen zijn achterdeel gaf waardoor hij kwam te vallen. Het scheen dat verdachte op voet van oorlog leefde met de familie de Waard. Gevorderd werd 30 boete of 30 dagen hechtenis. Hij werd veroordeeld tot 20 boe te of 20 dagen hechtenis. MISHANDELING. De 70-jarige stokdoove verdachte Pieter G., die door zijn vrouw moet worden geas- sisteerd om de conversatie met den Politie- rechter te kunnen voortzetten, stond terecht iwegens mishandeling van den timmerman Ottevanger, dien hij een stomp tegen zijn kin had toegebracht. Er was kwestie tusschen verdachte en den mishandelde over een raam. Verdachte zeide in vrees te hebben ver- keerd dat Ottevanger hem wou vermoorden. Toen had hij den timmerman onder den kin gestompt. De officier vorderde 10 boete of 10 da gen hechtenis. Vonnis 7 boete of 7 dagen hechtenis. OPENBARE SCHENNIS. Als laatste zaak kregen we voortzetting 'der behandeling van de aan J. v. W. te Alk- maar ten taste gelegde openbare schennis der eerbaarheid, welke behandeling om ge- gronde redenen ook weer plaats had met ge sloten deuren. Gehoord werd de ambtenaar der reclas- 6eering. Daarna sluiting. ARRONDISSEMENTS-RECHTBANK. MEERVOUDIGE STRAFKAMER. Zitting van Dinsdag 5 Juni. NIEUWE ZAKEN HOOGER BEROEPSZAAK. In hooger beroep werd heden behandeld een zaak contra Joh. M., veehouder te Lim- men, ter zake het in voorraad hebben van door pathogene microben verontreinigde melk. Appellant was destijds veroordeeld door den kantonrechter tot een hooge geld- boete. Gehoord werd dr. Kruisheer als getuige a charge, die verklaarde, dat de afwijking in de melk duidelijk waarneembaar was. De officier vorderde bevestiging. ALS VOREN. Ook werd voortgezet een Hooger be- xoepszaak contra Joh. L., landbouwer te Blokker, veroordeeld tot principale hechte nis ter zake de aflevering van melk, door toevoeging van water in bruikbaarheid ver- minderd. Ook in deze zaak werd dr. Kruisheer ge hoord. De officier requireerde evenals in de vorige zaak bevestiging. TEN UITVOERLEGGING VOORW. STRAF. Met gesloten deuren werd behandeld een vordering tot ten uitvoerlegging voorw. straf contra Everard H. Na heropening deelde de fung. president, mr. Muller mede, dat de uitspraak is bepaald op over 14 dagen. ZWAAR LICHAMELIJK LETSEL DOOR SCHULD. De 28-jarige bloemist Arie van Zonne- veld te Sassenheim stond terecht ter zake het toebrengen van ernstig lichamelijk letsel aan den sigarenmaker Izaak Soli te Alk- maar op 14 Juni 1927. Verdachte reed aldaar in den vroegen morgen met een vierwielig motorrijtuig op de Laat en veroorzaakte een aanrijding met den op een rijwiel uit de Hofstraat komenden Izaak Sold, die door den auto van zijn rij wiel werd geslingerd en behalve een niet ernstige vleeschwonde aan het hoofd, ook een zeer gecomplic-eerde beenbreuk bekwam, waarvan hij heden nog niet geheel is her- steld, zoodat hij zich met behulp van een stok moet voortbewegen. Ook is de aange- redene (maar niet tengevolge van't ongeval) eenigszins hardhoorend. Hij is medisch behandeld door dr. Frede- riks, arts en chirurg, aldaar. Volgens ver klaring van Solli reed verdachte verbazend hard. Solli reed met matigen gang en heeft belsignaal gegeven. De aanrijding is hem overvallen. Voor de politie heeft getuige echter verklaard met groote snelheid te heb ben gereden. De president mr. Ledeboer wees er ge tuige op, dat dit punt van heel veel belang is voor den verdachte. Ook zijn aanvanke- Jijke verklaring dat hij nog probeerde v66r den auto om te komen, komt president van gewicht voor. De verdachte, verdedigd door mr. B. Bouwman, advocaat te Rotterdam, heeft zich ten opzichte van den aangeredene zeer sympathiek gedragen. Verdachte merkte op, dat Solli reeds ten 6 ure op zijn werk moest zijn en daardoor een zeer snelle vaart had, omdat hij een kwartier te laat was. Solli zeide om half 7 op het werk te heb ben moeten zijn. Verdachte bleef volhouden, dat Solli zeer snel reed. Hij stopte eerst 'n moment, fr-ee- wielde en reed toen opeens verder. Ook ont kende verdachte, dat Solli heeft gebeld. 18 Februari van dit jaar is Solli uit het 'iekenhuis ontslagen. De groentenhandelaar de Boer heeft den auto van verdachte met groote snelheid voor- bij zien rijden. Hij heeft den wagen nog nagekeken. Er werd geen signaal gegeven. Toen de auto de Hofstraat passeerde, hoorde hij een hevigen slag en zag hij de takken van de boomen op- waarts bewegen. Een wielrijdende juffrouw, thans als ge tuige gehoord, heeft den auto met flinke vaart voorbij zien gaan. Zij heeft iemand in den boom zien stuiven op't moment van de aanrijding. Zij is teruggegaan en zag aan den kant van de straat een bebloed jong- mensch liggen. Ten slotte werd gehoord de adj. inspec- teur Stienstra, die opmetingen heeft gedaan met betrekking tot het ongeval. Verdachte is eenige malen bekeurd wegens overschrijding maximum-snelheid. De officier achtte de grootste mate van schuld aan de zijde van verdachte, hoewel vermoedelijk ook Solli wel te snel heeft gereden. Hij had Solli den voorrang moeten geven, want deze was aan zijn rechterhand. Ook was de snelheid door verdachte ontwikkeld en zijn manier van rijden roekeloos. Resu- meerende requireerde spr. schuldigverkla- ring en veroordeeling tot 100 boete, subs 00 dagen hechtenis. Mr. Bouwman heeft zich van de situatie op de hoogte gesteld en was van meening, dat verdachte de dupe is geworden van een aller ongelukkigste coi'ncidentie, welke hypothese verdediger meer uitvoerig definieerde. Reed verdachte te hard, ook Solli deed zulks en pleiter weet hem de grootste schuld aan de aanrijding. Ten slotte concludeerde pleiter, dat hier geen veroordeeling kon volgen en verdachte zal moeten worden vrijgesproken, subsidiair een geldboete of voorw. straf. Volgde re- en dupliek als gebruikeiijk. Uitspraak over 14 dagen. HOOGER BEROEP VONNIS OVERTREDING DRANKWET. Daarop werd voortgezet de Hooger beroepszaak contra Anth. de M., koopman te Oudorp en wonende in de Burgemeester Bosstraat. Het betreft hier het tappen van alcoholhoudende en andere dranken zonder verlof. Gehoord werd de getuige Welbergen, die de vorige maal afwezig was. Deze ver klaarde dat verdachte geen goede kennis of vriend van getuige was. Het waren allemaal vreemden, die bij de M. dien avond aanwezig waren. Er zijn rondjes bier geconsumeerd Getuige heeft 10 gegeven en zijn vertering is afgehouden. Er werd berekend 25 cent voor een glas bier voor personen, die aan het rondje deel- namen. Getuige H. Visser, rijksveldwachter en verbahsant, weet van consumptieprijzen niet veel af. Getuige weet, dat get. Welber gen er 3 maal inzat voor 'n rondje, maar hij heed niet uit eigen waarneming kunnen zien, of hem dit verstrekt werd, De officier achtte de veroordeeling tot 50 boete of 50 dagen hechtenis in eerste instantie volkomen juist en requireerde be vestiging, doch de straf te brengen op 2 X 100, subs. 2 X 50 dagen heshtenis. AMBTELIJKE VERDUISTERING VAN 2X/ 3.50. De gem. veldwachter A. H. van Wijdenes, tevens belast met de administratie van het kerkhof en't slachthuis, stond heden terecht ter zake vermoedelijke verduistering van/3.50 welke bedragen, bestemd voor het vee- verzekeringsfonds hij als administrateur anders dan door misdrijf onder zich had. Verdachte die aanvankelijk in voorarrest was genomen, is door de bemoeiingen van mr. Belonje, zijn verdediger, na 12 dagen op vrije voeten gesteld. Twee veehouders, die gebruik hebben ge- maakt van het noodslachtingsgebouw, heb ben aan verdachte 3 50 ter hand gesteld en daarvoor kwitantie ontvangen. Verdachte erkende die ontvangst en verklaarde alle door hem ontvangen bedragen te hebben af- gedragen aan den gemeenteontvanger, mede als getuige aanwezig. De officier merkte op, dat verdachte in de instructie wel heeft erkend, deze bedragen niet te hebben verantwoord. De heer Pieter Boo, oud-ontvanger van Wijdenes, heeft op het eind van het jaar het register afgeteekend. De ten laste gelegde verduisteringen ad f 7 dateeren van het jaar 1924. Deze beide bedragen staan echter niet in het register van 1924 verantwoord. Verdachte bleef echter beweren, dat hij naar zijn meening ook deze bedragen heeft afgedragen. De.heer Boot daarentegen houdt vol alle ontvangen bedragen correct te hebben ge- noteerd. Het is echter mogelijk, dat de be- talingen dooreen zijn geloopen Verdachte kan het zich onmogelijk herin- neren. Verdediger mr. Belonje stelde getuige eenige vragen met betrekking tot de gedane betalingen, die door den heer Boot werden beantwoord. Voor den R. C. heeft getuige verklaard, dat verdachte wel eens gelden afdroeg, zon der de bron van herkomst te vermelden. In de stukken kan deze verklaring niet achterhaaid worden. Burgemeester de Goede gaf inlichtingen over de administratie van de noodslacht- plaats. Verdachte moest het geld innen en afdfagen aan den ontvanger Zoowel officier als verdediger stelden dezen getuige eenige vragen met betrekking tot de gelden van de noodslachtingen. Ver dachte was nog al eens vergeetachtig, ver klaarde getuige. De oud-ontvanger ver- richtte zijn werk heel goed, meende ge tuige. Het lapport daarover is echter volgens den president niet zoo onverdeeld gunstig. De verklaring van den burgemeester is in strijd met het raadsrapport. De heer F. M. de Leur, directeur vleesch- keuringsdienst te Hoorn, gaf inlichtingen om- trent de administratie van de noodslachtin gen. Wijdenes is de eenige gemeente, die in het bezit is van een noodslachtplaats. De keuringsdienst staat echter geheel buiten de noodslachtplaats. In 1926 staan in het register 35 nood slachtingen, waarvan slechts 26 zijn verant woord. De president wees verdachte daar op. Deze refereerde zich aan de kaartjes en kon zich de zaak verder niet herinneren. Hij heeft de kaartjes ingeboekt, hem door den burgemeester ter hand gesteld en iets an ders is nooit door h«m ontvangen. De officier, het woord verkrijgende, gaf een uitvoerige voorgeschiedenis van de zaak. Deze is aan't rollen gebracht door een ontdekt tekort van f 177 van de begraaf- plaats Oorspronkelijk is een instructie geopend tegen den toenmaligen gemeenteontvanger, die in zijn voordeel uitkwam. Daarop is de aandacht gevallen op dezen verdachte, die tot resultaat had de strafzaak tegen dezen. De officier heeft bij gebrek aan bewijzen voor meerdere feiten zich bepaald tot deze twee gevallen. Verdachte heeft steeds be- weerd dit geld te hebben afgedragen, doch hij bleef in gebreke dit nader met bewijzen te staven. De officier trachtte daarop aan te toonen, dat de omstandigheden wijzen op fraude wat betreft deze beide bedragen. Voorts releveerde de officier de slordige administra tie en de vele gelden, die niet door ver dachte werden verantwoord. De verleiding was te groot omdat er geen controle was. Ook dronk verdachte cognac op rekening van de gemeente. De officier noemde hetgeen is tenlaste gelegd een ontzettend ernstig misdrijf en vorderde 5 maanden gevangenisstraf. Verdediger, mr. Belonje, stelde al die kwesties buiten de zaak siaande, ter zijde. Ook de glaasjes cognac hield pleiter buiten bespreking. Hij bepaalde zich tot de ele- menten der verduistering en ontkende de opzettelijke toeeigening te dien aanzien. Pleiter memoreerde al de bijbaantjes van verdachte en distilleerde daaruit, dat hij on mogelijk de gelden, in tal van kwaliteiten ontvangen, uit elkaar kon houden. Pleiter gaf toe, dat de administratie van verdachte niet voorbeeldig was, doch daar- tegenover stond, dat zijn chef moet toe- geven, niet op de hoogte te zijn van de be- lastingverordening. Voorts wees pleiter er op, dat verdachte, hoewel slordig in, zijn werk, toch gunstig bekend stond. Pleiter betwijfelde of verdachte er op uit was om verduistering te plegen. Ten slotte kwam pleiter tot het kardinale punt en trachtte aan te toonen, dat de aan verdachte tenlaste gelegde twee verduiste ringen niet wettig en overtuigend bewezen kunnen worden. Pleiter concludeerde op grond van het door hem aangevoerde tot vrijspraak. Over 14 dagen uitspraak. OPLICHTING. De 32-jarige doove varensgezel Jan D., thans te Amsterdam, gedetineerd, stond na de pauze terecht ter zake oplichting van den visscher W. Heine uit Spakenburg. Hij kwam te Enkhuizen aan boord van diens visschers- vaartuig, stelde zich voor als directeur van de Rijnvaart Maatschappij, beloofde hem een positie als walschipper tegen f 38 per week. Voor voorloopige onkosten, het opmaken van een contract enz. wist hij den goed ge- loovigen visscher 15 uit den zak te klop- pen. Verdachte erkende volledig. Hij is aan meerdere oplichtingen schuldig. Verdachte werd thans door zenuwartsen onderzocht, omdat aan zijn toerekeningsvat- baarheid wordt getwijfeld. Eisch aanhouding tot nader onderzoek. Voortzetting op de zitting van 19 Juni. BEDRIEGELIJKE BANKBREUK. De bakker W E. S., thans te IJmuiden, voorheen te Hoorn, stond terecht als ver- dacht van het feit, dat hij te Hoorn in kwa- liteit van bestuurder der N. V. Koek- en ban- ketbakkerij en fouragehandel fa. De Zeeuw, tijdens het faillissement van deze vennoot- schap niet heeft verantwoord een bedrag van 2300, zulks ter bedriegelijke verkorting van de rechten der schuldeischexs. Hij heeft een bedrag in bewaring gegeven aan zijn kostheer. Het was een bedrag van f 1700. Ook heeft hij f 600 ter hand gesteld aan mej. J. Molenaar, een voormalige dienst- bode, thans te Amsterdam. Totaal maakten dus de onttrokken gelden uit een bedrag van 2300. Mr. de Groot, curator in dit faillissement, verklaarde geinventariseerd te hebben en van hem geen opgaaf te hebben gekregen van de bewuste 2300. Dit tekort is eerst bij latere berekeningen ontdekt. De vrouw van verdachte heeft hem ver- laten met medeneming van f 2000. De officier besprak hoofdzakelijk de straf- maat en achtte termen aanwezig om een gevangenisstraf voor den tijd van 4 maan den te vorderen. Mr. Wijnne, verdediger van verdachte, bracht ter sprake diens vroeger onberispelijk leven en de gunstige getuigenissen van zijn vroegere werkgevers Met den koop van de zaak „de Zeeuw" is hij er ingeloopen, doch hij heeft die verloopen zaak er weer bovenop gebracht. Toen is hem zijn sucoes naar het hoofd gestegen en is hij boven zijn finan- cieele kracht gaan leven. Bovendien was zijn huiselijk leven niet gelukkig. De familie is genegen het tekort aan te zuiveren als ver dachte voorwaardelijk veroordeeld wordt, waarvoor pleiter natuurlijk niet kan instaan Eindelijk dringt pleiter aan op een voor- waardelijke veroordeeling met bijz. voor- waarden door pleiter aangegeven. De president noemde de houding der fami lie niet bepaald sympathiek. MISDRIJF ART. 248 BIS W. VAN STRAFRECHT. Ten slotte verscheen de 34-jarige adminis trateur Willem v. D., wonende te Alkmaar, thans gedetineerd, die zich in de jaren 1926, '27 en '28 heeft schuldig gemaakt aan han delingen strafbaar gesteld bij Art. 248 bis Wetb. van Strafrecht. Op grond van het zedekwetsende werd deze zedezaak met gesloten deuren behan deld. Mr. A. Prins Jr opponeerde als ambts- halve toegevoegd verdediger. WINKELSLUITING EN AUTOMAAT. De sigarenwinkelier Martin van Dam had in de glazen winkeldeur van zijn filiaal aan de Reguliersbreestraat te Amsterdam een ruit laten aanbrengen en daarvoor in de plaats laten aanbrengen een houten paneel, waarin een volkomen mechanisch werkende automaat werd ingebouwd. Het apparaat stak aan den bovenkant 7% c.M. uit en aan den onderkant 1 c.M., maar het geheel bleef binnen den bui- tenkant van den gevel. Dit apparaat nu vulde de heer van Dam, die er een sleutel van had, met drie merjten cigaretten en een merk sigaren. Elk merk was voor het publiek verkrijgbaar, mits het maar een kwartje in een der gleuven gooide. De gelegenheid om zich op die wijze van de sigaretten en sigaren te voorzien, werd, gelijk een politieagent constateerde, ook na sluitingstijd van den winkel gegeven. Er werd proces-verbaal opgemaakt en de heer Van Dam werd vervolgd: lo. wegens het hebben van sigaren en ci garetten in een automaat, welke zich bevindt in een voor het publiek toegankelijke plaats, wat verboden is bij art. 336 der Amsterdam- sche Politieverordening; 2o. wegens overtra ding der verordening op de winkelsluiting. In deze principieele kwestie, die men gaar- ne beslist zag, werd op 3 Maart 1.1. door den plaatsvervangenden kantonrechter, mr. G. J. Salm, schriftelijk vonnis gewezen. Met den ambtenaar van bet O. M. was de kantonrech ter van oordeel, dat het toestel zich niet be- vond in een voor het publiek toegankelijke plaats, zoodat voor de primaire telastelegging vrijspraak moest volgen, maar dat het sub 2 telastegelegde wettig en overtuigend bewe zen is. Deswege verklaarde de plaatsvervangend kantonrechter dsn heer Van Dam schuldig, met veroordeeling tot 0.50 boete of 1 dag hechtenis. Van dit vonnis kwam de heer Van Darn bij de zesde kamer der rechtbank te Amsterdam in hooger beroep. G is ter uitspraak doende, bevestigde de rechtbank het vonnis. door dr. T. P. MERKRID van Eerstwoude. Seimen uit, Seirnen thuis. 't Is toch kasseweel, zoo as sommige ge- beurtenisse uit de skoollouperstoid hardnek- kig in de kinderharsentjes vastloid worren binneAs offe ze van gom'melastiek bin nedie kinderharsentjes, bedoel ik. Zuk noeme de dokters: „Plasticiteit" van de harsens. Polloo. Polloo most weg; deer hielp gien lieve moederen meer an; die had eindeiik ofdein. Die lillikke vale luie hond mit z'n graize ouge in z'n kop most weg; de Bloedtoet, die nooit goeie vrinde mit dat beist weest was, had der nou genog van. Iemeseivende was- sie zoo maar kocht worren van 'n peerde- kouper op't durp, volwossen; nou, dat deugt ominers al niet, want den leere je mekaar toch nooit goed kinne en den weetje je ok niet, wat nooit goed kinne en den weete je ok niet, wat niet zoo? Nou, eerst had de Bloedtoet om mers typhus had en deerop was't groote ve- kansie op skool van twei weekies weest; da+ wazze seimen tien weeke, dat Polloo niks uitvoerd had. En toen is voor't eerst weer voor't klaine kartje spannen wier, waarmee de Bloedtoet om les gong nei de Wheere, bai meister van Waik, toe was ie koppig en ver- draaide alles, weerdeur z'n klaine baas zoo naidig wier en net zoo kwaad as der nag an toe, dat ie z'n hondenzwuup op z'n falie stiksloegen had, zoo'n pak ransel had ie kre gen. En toen ie, thuis komen, Polloo water geven had, omdat't zoo heit weest was, en deernei stond te kaiken, toen had die hond hem perdoes in z'n wang bdten, weer dome- nie Bruins net 'n kuiltje in knepen had. En bloeden man, verskrikkelik! Nou, overdag was Meister Immerik, die nag al veer of weunde, toch nooit thuis; d£n zat ie in de Morrebok en den in den Speketerpolder on der Harenkarspel en den weer in 'n heel aare hoek, achter Hensbroek. En deer was gien Rooiekruis of Groenekruis of Wittekruis of Oranjekruis of woikverpleegster, op't heele durp niet en dat was je Ware kruis; en om dat z'n vader ok niet thuis was, gong ie maar weer nei domenie Bruins, die't zeker in z'n stedententoid wel van aare stedenten leerd had, die voor dokter opioid wiere. „En nou zel die barrel van 'n hond weg", had de Bloedtoet seivens teugen z'n vader zoid, mit 'n ploisterverband op z'n wang, weeronder vier gaatjes zatte van de hoek tanden van Polloo, had domenie Bruins zoid Dat was op 'n Maandig beurd, toen de skodl weer begonnen was. En Zundis deerop kwam der 'n ouwe ken nis op bezoek, uit't Blootebieneland, die nou op de Amsteldoik weunde, onder de rouk van Amsterdam. En toen ie seivens weg- brocht worren zou nei't spoor, nei Noors karwou, toen zaidie, voor ie in't raituig stapte, teugen den vader van den Bloedtoet' „Wat 'n mooie hond hei jij deer legge; zoo'n befst zou Ik best op m'n b'oerderai ge- bruike kinne". „Nou, je kin hem koupe, maar 't is 'd kwaaie, hoor". „Wat vraag je deervoor; zoo'n kwaaie hond mot ik net hewwe, as waakhond, zien je." „Nou, geef ders op, je hand. Pats! 'n klap in melkaars rechter handen; „Voif en twin- tig gulden!" Naggeres 'n klap, maar nou van de teugen- partai: „Tien". „Geluk der mee". En Polloo was verkocht; en Polloo gong dadelijk mee; in de kar. En twei dagen later was Poolloo wegloupen van de boerderai „Star en Burg" van Poolen, zoo hiettenie, of stolen en in de worst stopt, voor de Amster- dammers, zaiden sommige. Onze RACKETS munten uit door EXTRA HOOGE SPANNING. Wij repareeren Uw racket goed en vlug, Sorrell en Zoon door Warwick Dee ping. Uitgave Van Holkema Waren dorf's Uitgevers-Maatschappi}, Am sterdam. Van dit Amerikaansche boek zijn aan de overzijde van den Atlantischen Oceaan meer dan honderdduizend exemplaren verkocht en er werd door de „United Artists" een schitte- rende film van gemaakt. Deze aanbeveling, welke de uitgever van de Hollandsche vertaling aan zijn boek mee- geeft, ziet er wel echt Amerikaansch uit, maar er is geen enkele reden ze in twijfel te trekken. Serrell en Zoon is inderdaad een merk- waardige roman, een stukje levensgeschiede- nis, dat veler belangstelling verdient en veler sympathie zal vinden omdat het zoo eenvou- dig en toch zoo gevoelvol de opofferende lief- de van een vader voor zijn zoon beschrijft. Sorrel, kapitein in den oorlogstijd, vindt na den terugkeer in zijn vaderland zijn plaats door een ander bezet. Deze man van fijne in- nerlijke beschaving ziet zich ten slotte oe- noodzaakt een baantje als portier in een der- derangs hotel aan te nemen en hij vernedert zich daartoe ter wille van zijn zoon Christo pher, zijn eenigst kind, die hij een zoo goede opvoeding wil geven, dat de jongen later van niemand afhankelijk zal zijn. Om dien zoon alleen verdraagt hij gedul- dig alle vernederingen, die men hem dikwijls opzettelijk laat ondergaan, terwille van den jongen, dien hij in een andere omgeving uit- besteed heeft, doet hij het ruwste en vernede- rendste werk. Hij doet het zoo goed, dat hij de aandacht trekt van een rijken hotelgast, die van plan is, zelf een flink hotel te gaan exploiteeren. Hier wordt hij onderportier en zijn ruimer in- komen veroorlooft hem den grondslag van het kapitaal te leggen, dat voor de opvoeding van zijn zoon bestemd is. Geen vernedering blijfi hem ook hier bespaard als boven hem een chef-portier wordt aangesteld, een gewezen sergeant, die uitnemend de kunst verstaat de fooien in ontvangst te nemen en Sorrell het allerzwaarste werk op te dragen. Het wordt een felle strijd tusschen deze twee zoo gehee! verschillende naturen, een strijd in volhar- dingsvermogen en, met de tanden op elkaar geklemd, vecht de lichamelijk zwakste er zich door heen. Sorrell wint, doordat de ander ten slotte een misstap begaat en weggestuurd wordt. Dan komt de belooning voor zijn ge- duldig lijden, hij krijgt de betrekking van chef-portier, later van administrateur en, als er nieuwe hotels bij de ondememing gevoegd worden, van directeur. Eerst nu durft hij openlijk naar voren te komen in de kringen waarin zijn zoon ver- keert, in de zekerheid den jongen door het be kend worden van de maatschappelijke positie zijns vaders niet te zullen schaden. Prachtig is in dit boek de verhouding tusschen vader en zoon geteekend, de vader een en al opof ferende liefde, zijn beste levensjaren voor de toekomst van zijn zoon gevend, de zoon vol dankbaar begrijpen, vol bewondering voor di! offer, dat hem aanspoort zijnerzijds zijn best te doen een eervolle positie te verkrijgen. Va der en zoon hebben geen geheimen voor elkaar en in volkomen harmonie komen bei- den tot hun bestemming. Als in zijn laatste onbezorgde levensjaren Sorrel door kanker wordt aangetast en de ziekte ongeneeslijk blijkt, is het de zoon, in- middels een beroemd chirurg geworden, die aan dit pijnlijke lijden, door het opzettelijk te veel geven van een verdoovingsmiddel, eer einde maakt. De vader heeft het zoo gewild, de eenige gunst, die hij ooit van zijn zoon gevraagd heeft, de zoon fcrengt het groote offer uit lief de voor den lijdenden vader. In dezen tijd van ego'ime is dit boek van op offerende liefde een zonnestraal waaraan velen zich verkwikken en het getuigt van een verlangen naar goede lectuur, dat het oor spronkelijk werk in het land zijner geboorte een zoo groot debiet heeft gevonden, dat he* zelfs in Amerika als een merkwaardigheid be- schouwd wordt. Ondernemenff* Mograaf, die toevalKg JangB komt: Ea, datnes en heeren, wat zoudt U zeggen van een interessante Weane XMtK&-Ofwvm dwe gebeurtenfe? JLpjjjfen Fl i

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1928 | | pagina 6