lltmaarsche Ciurait.
Amerika tegen den oorlog.
let geheimzinni
FEUILLETON.
Honderd dertigste Jaargang.
4 September.
Radio-hoekje
Ko. 209 1928
Woensdag 5 September.
Hilversum, 1071 M. 10.—12.— Jaarbeurs-
smcert door het Klingtrio. 12.302.
huflcbmuziek door het Trio Verhey. 2.4.
laarbeursconcert door het Klingtrio. 4.-5.—
Maak het zelf. Rubriek van Mevr. Schaake
_-Verkozen. 6.7 45 Concert door het Om-
roep-orkest. E. Waisvisz, cello. 8.15 Aanslui-
ting van het Kurhaus te Schweninger Uit-
-ending van het Straiwinsky. concert door het
Residentie-orkest onder leiding van Igor
Strawinsky. 10.15 Persberiehten.
Hubert, 340.9 M. (Na 6 uur 1870 M.)
/Uitsluitend N. C. R. V.) 12.301.45 Con
cert. Mevr. R. A. van der Horst—Bleekrode,
oiano H. van der Horst Jr., cello. H. Her
mann. viool. 5.-6.— Kinderuurtje onder lei
ding van Mej. B. van der Veer. 7.30—8.
Deel ama tie door Mej J. C. M Doyen. Een
Vlaamsch programma. 8.Concert. Sprs.:
A- Bos: Cooperatie en middenstand. J.
Kaaian: De Middenstandsraad. Mej. B. Sto-
Hjn alt. H L. Golterman, organist.
Daventry, 1600 M. 10.35 Kerkdienst.
jl 20 Gramofoonumuziek. 12.20 Concert,
Bopraan en tenor. 12.50 Dansmuziek. 1.20—
2 20 Orkestconcert. 4.20 Licht klassiek con
cert. 5.35 Kinderuurtje. 6.20 Dansmuziek.
6 40 Tuinpraatje. 6.50 Nieuwsberichten. 7.05
Dansmuziek. 7 20 Lezing. 7.35 Sonaten voor
2 violen. 7.45 Lezing: The romance of the
potteries. 8.05 Licht orkestconcert. H.
Macklin, tenor. Orkest. 9.10 Rede van Sir
William Braag. President v d. British As-
Bociation. 10.10 Nieuwsberichten 10.35 Van-
Seville. Dans-orkest en vanete-artisten. 11.20
—12.20 Dansmuziek.
Parijs „PMio-Paris", 1750 M. 12 50—
210 Klassieke kwartetten. 4.05—5.05 Or
kestconcert. 8.50-11.20 „Les comperes du
Roi Louis", hist, scenes. Daarna kamermu-
Langenberg, 469 M. 12.301.10 Media
nische muziek. 1.25-2.50 Orkestconcert.
6,05—6.50 Orkestconcert. 8.20 Orkestcon
cert 9.20 Nieuwe ligdjes bij de luit van Dr
Peter Bach Daarna tot 12.20 Dansmuziek.
Kdnigswusterhausen, 1250 M. (Zeeseri).
12 205 20 Lezingen. 5.206.20 Concert.
6 20—8.05 Lezingen. 8.20 Operaconcert.
Orkest en L HargrenDinkeler, sopraan.
T Conrad, alt. R. Hutt, tenor. C. Bronsgeest,
bariton. Koor. 10.50—12.50 Dansmuziek.
Hamburg, 395 M. 4 35 Bloemenliederen,
duetten. 5.20 Volksfeestmuziek, voor orkest.
6.20 Dansmuziek. 8.50 Concert. Orkest en
0. Borwitzky, viool. Daarna tot 11.20 Dans
muziek cr,
Brussel, 509 M. 5°0 Dansmuziek. 6.50
Orkestconcert. 8T0 Orkestconcert m Ver-
viers. Mme. HeninBragard, zangeres. In
de pauze gramofoonmuziek 11.50 Sluiten
door
FRANK B. KELLOGG
Staatssecretaris der Vereenigde Staten van
Amerika.
Gedurende de laatste maanden had ik het
yoorrecbt, in opdracht van de regeering der
iVereenigde Staten, onderhandelingen te voe-
ren, die ten doel hadden, het groote ideaal
van den wereldvrede nader tot zijn verwe-
zenlijking te brengen.Nooit was de belang-
Btelhng voor dit ideaal, van volkeren en van
regeeringen, grooter dan op het huidige
oogenblik.
Sinds den wereldoorlog, die zoovele riilfo-
oenen tncnschen in den dood dreef, zulk een
groot deel van Europa aan verwoesting prijs
gaf en zoowel de neutrale als de oorlogvoe-
rende mogendhedei; aantastte en in gevaar
bracht, zijn de gedachten van de Staatslie-
den en hun volkeren steeds meer en meer be-
zig geweest met het uitwerken van plannen
cm een dergelijk onheil in de toe'komct te
voorkomen.
De Volkenbond Iheeft zich bezig gehouden
met de bestudeeriog van de veiligheid en den
wereldvrede, maar dit niet alleen: leden van
den Volkenbond hebben bizondere aanvullen-
de verdragen gesloten, zooals die, welke b.v.
te Locarno in 1925 geteekend zijn. En nu
kortgeleden, in Havanna, hebben de Ver
eenigde Staten en twintig andere Amerikaan-
sche staten waaronder zeventien leden van
den Volkenbond door middel van een uit-
dnnkkelijke verklaring hun algeheele veroor-
deelfng van den oorlog als een middel van
nationale politiek, uitgesproken. Zij kwamen
daarbij overeen, een conferentie te beleggen
teneinde te geraken tot het opstellen van hier-
mede in overeenstemming zijnde verplichte
arrbitrage-verdragen.
Bij geen enkele nuttige paging tot bevor-
dering van den wereldvrede wii de regeering
van de Vereenigde Staten een achterblijver
zijn en de onderhandelingen, die ik kortelings
noerde, zijn oorrtgekomen uit den ernstigen
wensch van mijn regeering, om dit ideaal te
bevorderen.
Zij hebben een tweeledig karakter, want
eensdeels hebben zij betrekking op de^ ver-
nieuwing van arbitrage-vcrdragen, die in_ de
plaats nioesten treden van de zgn. „verdra-
gen van Root" waarvan verscheidene dit jaar
afloopen, andersdeels houden zij verband met
let ant'-oorlogs-verdrag, dat de heer Briand
mij verleden zomer voorstelde te sluiten.
In de eerste plaats versta men wel, dat het
arbitrage-verdrag met Frankrijk, hetwelk
nu eenige maanden geleden geteekend wrrd,
geen enkel verband houot met het voorstel
van den heer Briand om een verdrag tegen
den oorlog te sluiten, waarin van den oorlog
als een werktuig van nationale politiek af-
stand gcdaan wordt.
Weliswaar staat er in de inleiding tot het
arbi'trage-verdrag, dat Frankrijk en de Ver
eenigde Staten zijn „verlangeiid, door hun
voorbeeld, niet alleen te getuigen van hun
veroordeeling in hun onderlinge betrekking
van den oorlog als een werktuig van natio
nale politiek, rnaai ook om dei. tijd te doen
aanbreken, waarin de veivolmaking van in
tcrnationaie overeenkomsten voor de vreed
zame beslechting van internationale geschil-
len voorgoed 'e mogelijkheid van oorlog
tusschen welke ook der naties van de wereld,
uitgeschakeld zal hebben", maar: een inlei
ding is niet een bindend deel van een ver
drag.
Als men den oorlog aan kant wil zetten,
dan dient dit te gebeuren door het sluiten van
speciale verdragen, waarbij de partijen zich
plechtig verbinden tegenover elkaar niet naar
de wapenen te zullen grijpen; met een een-
voudige verklaring in de inleiding van een
verdrag kan men den oorlog niet uitbannen.
Maar al heeft zij dan geen rechtskracht,
niettemin geloof i'k, dat een uitdrukkelijke ver
klaring van de vreedzame bedoelingen der
regeeringen en van hun beider wensch, om
een mechanisme voor de vreedzame beslech
ting van justiciabele geschillen te perfectio-
neeren, zooals men dat vindt in de inleiding
tot het betreffende arbitrage-verdrag, zeer
nuttig is, omdat het openlijk de stelling der
beide regeeringen bepaalt in een zaak, welks
belaijgrijkheid men nauwelijks vermag te
overschatten.
Ik beschoiiw dit arbitrage-verdrag zelf als
een vooruitgang, vergeleken bij elk van zijn
voorgangers, en ik hoop, dat het als grond-
slag zal kunnen dienen voor onderhandelin
gen met andere regeeringen, waarmede wij
op 't oogenblik geen arbitrage-verdragen
hebben of waar bestaande „verdragen van
Root" binnenkftt afloopen. Op den grond-
slag van het ontwerp-verdrag, dat ik in De
cember j.l. aan Frankrijk ter beoordeeling
toezond, heb ik al arbitrage-verdragen geslo
ten met enkele van de belangrijke regeerin
gen, kortgeleden met die van Tsjecho-Slowa-
kije, en ik heb alle regeeringen, die om inlich-
tingen vroegen, doen weten, dat hiet mij aan-
genaam zal zijn nieuwe verdragen met hen
te sluiten, gelijk aan dat, hetwelk in Februari
met Frankrijk onderteekend werd1.
Als een groot aantal van zulke bilaterale
verdriagen tusschen de Vereenigde Staten
en andere volken der wereld gesloten kan
warden, dan geloof ik, dat een zeer werkzaam
middel voor de vreedzame beslechting van
justiciabele geschillen tot stand gekomen zal
zijn.
Naar het Engelsch van J. S, Fletcher
door Mej. A. IF.
62)
Jimmie's hart begon luid te bonzen, toen
liij de dame van Wilton Crescent herkende.
Hier was in ieder geval iets tastbaars, iets
tastbaars, iets dan kon blijken een hooge troef
te zijn. Hij wist, dat lady Scraye ergens bin-
nen Covert Lodge was, maar hij wist niet,
dat mevrouw Wytkenshawe haar daar gezel
fichap hield. Waar die beiden waren, zou
iets kwaads zijn en Jimmie hield op eens
den adem in en maakte zich heel klein achter
zijn schuilplaats van rhododendrons. Aan
een ander venster van het huis verscheen een
d>r zonderlingste gedaanten, die hij ooit ge-
zien of van wie hii ooit gedroomd had de
gestalte van een tenger gebouwd, mager man,
wiens hoofd veel te groot voor zijn lichaatn
leek; wiens wit haar veel te weelderig voor
zelfs zijn groote hoofd scheen; wiens gelaat
bleek als dat van een doode, verlicht werd
door een paar donkere, brandende oogen;
wiens handen, lang, smal en dun, rusteloos
zich bewogen; wiens dunne, beenige ledema-
ten, die meer schokten dan bewogen, gekleed
waren in somber zwart, overdekt door een
groote zwarte cape en een reusachtigen zwar-
wn flaphoed. Deze buitengewone gedaante
wenlcte gebiedend naar de beide dames, die
war het verdere eind van het terras gegaan
Ik ben er van overtuigd, dat de enthousiaste
verdedigers van de theorie, dat alle geschil
len tusschen naties aan arbitrage onderwor-
pen behooren te worden, zich niet bewust
zijn van het diepgaande verschil tusschen jus-
ticiabele en politieke geschillen. Neern bij-
voorbeeld de quaestie van immigratie, die
somtijds vijandige gevoelens tusschen naties
kan doen ontstaan. Volgens welke beginse-
len zou een regeering deze zaak aan arbitra
ge kunnen onderwerpen en welke regelen
zouden hier toegepast kunnen worden, opdat
den staten, die verschil van meening hebben,
een rechfmatige uitspraak gewaarborgd zou
zijn?
Het wll mij voorkomen, dat we ons ervan
bewust dienen te worden. dat, zoo lang als
de wereld uit souvereine naties bestaat, al
leen die quaesties geschilot zijn, om aan
arbitrage onderworpen te worden, welke,
waren; zij zagen het gebaar van onmisken-
bare autoriteit, en zij liepen zooals slaven
zouden loopen naar een meester, die macht
over leven en dood had. Zij en de sombere
gedaante verdwenen en Jimmie haalde diep
adem en richtte zich op.
„Frobenius!" mompelde hij. „Frohenius!
Of de duivel in eigen persoon."
De druk van iets achter aan zijn hoofd
deed hem opschrikken en zich omkeeren. Hij
zag in den loop van een revolver en achter
den revolver stond een groote man met grim-
mige trekken.
HOOFDSTUK XXXII.
Dokter Frobenius.
In het gespannen oogenblik, dat volgde,
werden Jimmie's zinnen zeer levendig en
scherp. Het scheen hem toe, dat iets hem in
staat stelde een groot aantal dingen tegelijk
te hooren en te zien. Bij voorbeeld, hoorde
hij het kloppen van zijn eigen hart. Ook, er
gens op korten afstand op het landgoed,
hoorde hij het welluidend gemurmel van een
namaak-waterval, van een gees tig aange-
legd riviertje, dat over rofsen sfroomde. Hij
hoorde een hefdershond op een afstand blaf-
fen, dichter bij hoorde hij de stemmen der
dorpskinderen, die juist uit school kwamen.
Hij merkte een bijzonderen glans op de bla-
deren van een dichtbiistaanaen boom op; hij
stelde zonderling veel belang in de vreemde,
hortende bewegingen van een merel met ge-
len snavel, die op eens op de twiigen van een
hageldoorn-struik vlak bij verscheen. En door
justiciabel naar hun aard, geschikt zijn voor
beslissing door toepassing van erkende
rechtsregeien of voor een uitspraak naar bil-
lijkheid.
Niet-justiciabele of politieke geschillen die
nen, als zij tot vijandeliikheden aanleiding
dreigen te geven, door andere middelen tot op-
lossing gebracht te worden, b.v. door verzoe-
ning, als een belangelooze poging gedaan
wordt om strijdige gezichtspunten met elkaar
in overeenstemming te brengen, zonder dat
daarbij uitgemaakt behoeft te worden, dat de
eene of de andere partij ongelp had.
Waar arbitrage niet bruikbaar is, of wan-
neer men geen arbitrage wil inroepen, dan
zijn verzoeningsverdragen van de grootste
waarde voor het ontwarren van internationale
verwikkelingen, die erop gericht zijn de pu-
blieke meening te verhitten en die zoodoende
den wereldvrede in gevaar brengen.
Er is nog een ander soort verdragen, dat
gesloten kan worden, met het doel oorlog te
voorkomen en dat zijn verdragen, waarbij
partijen zich bepaaldelijk verplichten, niet
naar de wapenen te zullen grijpen. Deze ver
dragen heeft men op het oog, wanneer men
spreekt over een „verdrag" en het is iets
nieuws in de moderne internationale betrek-
kingen.
In een mededeeling, gedateerd 20 Jum
1927, stelde de heer Briand den Vereenigden
Staten van Amerika voor, een bilateraal ver
drag te sluiten, waarbij Frankrijk en de Ver
eenigde Staten overeen zouden kornen, af te
zien van den oorlog als een middel van hun
nationale politiek tegenover elkaar. Dit be
langrijke en bezielende voorstel werd zorgvul-
dig en welwillend onderzocht door de regee
ring van de Vereenigde Staten. Weliswaar
zouden wij geschroomd hebben, het initiatief
te nemen tot het doen van zoodanig voorstel
aan Europa, maar Frankrijks uitnoodiging
verschafte ons een gunstige gelegenheid om
opnieuw de quaestie van den wereldvrede te
beschouwen en te bepalen, op welkeiwijze we
hiertoe practisoh het best zouden kunnen sa-
menwerken.
Ik onderschreef de stelling van den heer
Briand, dat de oorlog als een middel van na
tionale politiek uitdrukkelijk opgegeven moest
worden, maar ik stelde voor om, inplaats van
dit tot uitdrukking te doen komen in een bila
teraal verdrag tusschen Frankrijk en de Ver
eenigde Staten, een gelijkwaardig multilate-
raal verdrag te doen sluiten tusschen de voor-
naamste machten der wereld, een verdrag
waarbij elke natie die dit wqnscht, zich zou
kunnen aansluiten. Op deze wijze zouden de
zegeningen van een verdrag, dat oorspronke-
lijk alleen voorgesteld was tusschen Frankrijk
en de Vereenigde Staten, ever heel de wereld
mede uitgestrekt kunnen worden.
De landen, die ik voorstelde in eersten aan-
leg tot het mede-onderteekenen van zoo'n ver
drag met Frankrijk en de Vereenigde Staten
uit te noodigen, waren Groot-Brittannie,
Duitschland, Italie en Japan.
Frankrijk was 't in beginsel dadelijk eens
met het denkbeeld1 van een multilateraal ver
drag. Het stelde evenwel voor, dat het ver
drag enkel zou bevatten't afzien van den oor
log; 't afsluiten van een gelijksoortig multila
teraal verdrag leverde zekere moeilijkheden
op,met het oog op Frankrijks verplichtingen
tengevolge van het Volkenbondsverdrag, de
Locarno-verdragen van October 1925 en an
dere internationale verdragen, verband hou-
dende met neutraliteits-garanties.
Mijn bezwaren, om de strekking van een
anti-oorlogsverdrag te beperken tot enkel
aanvalsoorlogen berusten ten deele op een
zeer stelligen afkeer van verzwakking van het
ideaal van den wereldvrede, op welke wijze
dan ook, en ten deele op de afwezigheid van
elke bevredigende begripsbepaling van de
woorden „aanvaller" of „aanvalsoorlog."
Na een notawisseling, niet alleen met
Frankrijk, maar ook met Duitschland, Enge-
land en andere landen, waarin uiteengezet
werd, dat zulk een verdrag niet in strijd zou
zijn met de bepalingen van het Volkenbonds
verdrag, en ook niet noodzakelijkerwijze in
strijd behoefte te zijn met de verplichtingen
van de leden van den Bond, kwamen we tot
het besluit van een onverzwakt multilateraal
anti-oorlogs-verdrag, dat den 27en Augustus
1928 in Parijs wordt onderteekend werd.
Ik mag niet beweren, dat arbitrage- en ver
zoeningsverdragen, en zelfs verdragen die
uitdrukkelijk van den oorlog als middel van
nationale politiek afstand doen, een volledi-
ge garantie bieden tegen die botsingen tus
schen naties, welke periodiek ontstonden
nen siechts beschouwd worden als een "deel
van het probkem.
Ik ben niet zoo dom, te gelooven, dat het
rijk van den duizendjarigen vrede is aange-
broken, maar ik geloof wel, dat de wereld
met groote schreden voorwaarts gaat op den
weg naar vreedzame beslechting van inter
nationale geschillen en dat de gewone men-
schen een van zin zijn in hun wensch, den
oorlog als een geoorloofde instelling te zien
verdwijnen.
Zeker zullen de Vereenigde Staten niet
achteraan blijven bij de bevordering van de
ze nieuwe beweging voor den wereldvrede.
Zoowel voor mij persoonlijk, en officieel als
Staatssecretaris, zal ik altijd het afsluiten
van geschikte arbitrage-, verzoenings- en an-
ti-oorlogsverdragen ondersteunen en voor-
staan
Pff*owincsaal nieuws
sinds den aanvang der wereldgeschiedenis
Behalve deze verdragen dient er te zijn een
ontwaakt publiek geweten, tegen de ver-
I schrikkelijkheid en uiterste afkeurenswaar-
digheid van den oorlog. De volkeren der we-
reld moeten zich, zooals gezegd, verheugen
in een vredelievenden geest, en de verdragen
die ik noemde en de pogingen der staatslie-
den om den wereldvrede te bevorderen, kun-
BROEK OP LANGENDIJK.
De Raad dezer gemeente vergaderde Zater-
dagmiddag te 4 uur in voltallige zitting ten
gen.eentehuize, onder voorzitterschap van
den heer P. Slot.
Bericht van den heer C. Spaan, dat hij zijn
benoeming tot lid van het Burgerlijk Arm-
bestuur aannam.
Van de gezondheidscommissie was de be-
grooting voor 1929 ontvangen, waaruit bleek,
dat de bijdrage dezer gemeente bedraagt
47.34 berekend naar 2367 inwoners.
Deze stukken werden voor kennisgeving
aangenomen.
Ged. Staten zonden een brief, houden de de
uitnoodiging tot intrekking van het besluit tot
wijziging van de verordening op de keuring
van vee en vleesch en deze verordening weder
vast te stellen als de verwerkirgsinrichting
van de Ned. Thermochemische fabrieken tot
stand is gekomen.
Aldus werd besloten.
Brief van P. Ojotjes, schoolschoonmaker,
waarbij deze met ingang van 30 Sept. eer-
vol ontslag verzocht.
Het ontslag werd eervol verleend, terwij!
er een oproeping geplaatst zal worden voor
een nieuwen functionaris.
Een adres van het gemeentebestuur van
Broek- in Waterland, eveneens over de ver-
nietiging van afgekeurd vee en vleesch werd
voor kennisgeving aangenomen.
Afwijzend werd beschikt op een adres van
het Historisch genootschap „West Friesland"
om subsidie uit de gemeentekas.
Ingekomen was nog een verzoek van het
Centraal genootschap voor kinderherstel-
lings en vacantiekolonies, om evenals andere
jaren een subsidie uit de gemeentekas te mo-
gen ontvangen van 50.
De gevraagde subsidie werd verleend.
De gemeente Alkmaar zond een brief,
houdende de mededeeling dat een leerling uit
deze gemeente de handelsschool wenscht te
bezoeken. In verband hiermede werd ge-
vraagd of de gemeente bereid is de kosten
van dit onderwijs, ad. 82.98 te betalen.
Op voorstel van B. en W. werd aldus be-
dus besloten.
De Inspecteur der Directe belastingen te
Alkmaar, deelt mede, dat geraamde op-
brengst van de gemeentelijke inkomstenbelas-
ting over 1927/1928 van 18000, thans de-
finitief is vastgesteld op 19278.18, terwijl
er een overschot is van den dienst 1926/1927
van 12.12.
Tenslotte was nog ingel omen een verzoek
van Gebr. Kloosterboer om een brug naar
haar perceel te mogen aanleggen.
Dit adres was door de commissie, die in
den regel daarmede werd belast onderzocht.
Namens deze commissie bracht de heer
namens de commissie voor het besluit aan te
Ooijevaar verslag uit. De commissie kan nog
geen advies uitbrengen. Daarom stelde hij
houd'en.
C'vereenkomstig dit voorstel werd besloten
Het ingekomen verslag van den correspon
dent der arbeidsbemiddeling zal bij de leden
circuleeren.
De gemeenterekening over 1927. rekening
van het B. A. en van de lichtbedrijven zijn
door de commissie onderzocht. De heer
Oijevaar, bracht namens deze commissie ver
slag uit en adviseerde tot goedkeuring.
Aldus werd besloten.
Aangeboden werden de verschillends be-
grootingen voor 1929. De voorlcopige cijfers
zijn: Gemeentebegrooting, ontvangsten en
uitgaven 77671.54 en den kapiiaaldienst
f 10697 £0.
Begrooting B. A in oritvangsten en uitga
ven 2929.49.
Gasbedrijf 111678.77.
Electriciteitsbedrijf 67326.28.
Al deze begrooting zullen door een com
missie, bestaande uit alle raadsleden, buiten
de wethouders, worden onderzocht.
Thans kwam wederom aan de orde d
Twuijverweg.
alles heen, wat hij met oor en oog zag en
waarnam, was hij bovenal zich bewust van
het glimmen van den stalen loop, die vlak
voor zijn neus gehouden werd en van het
vaste staren der oogen daar achter. Hij keek
eindelijk in die oogen, en het gelaat, waarin
zij stonden, ontspande zich in een zonderlin-
gen glimlach.
„Handen op, mijriheer Trickett!" zei de
stem van den eigenaar van het gezicht.
„Vlug!"
Jimmie wist vlug genoeg bevelen te ge-
hoorzamen als gehoorzaamheid volstrekt ver-
eischt werd. Hij stak de handen op.
„Het is eigenlijk niet noodig", zei hij,
kalm; „ik ben niet gewapend."
„U kunt niet verwachten, dat ik u op uw
woord geloof onder deze omstandighe-
den", antwoordde de ander. „Ik zal u de eer
aandoen te zeggen, dat ik u geloof, maar ik
zal toch tegelijkertijd alle redelijke voorzorgs-
maatregelen nemen. Ziet u, mijnheer Trickett.
ik ben siechts een schi'dwacht als het ware;
ik ben niet het hoofd. Mijn plicht is, het oog
te houden op deze omgeving en natuurlijk
op alle menschen, die hier binnen komen. Ik
heb u in het oog gehouden van het oogenblik
dat u te paard zat bij die poort en naar bin
nen gluurde. Ik zag u terug komen, nada-:
u uw paard had weggebracht, ik zag u den
heuvel opklimmen en op ons nederzien. U is
gemakkelijk te besluipen, mijnheer Trickett."
„Dat schijnt zoo", zei Jimmie. „Wat ver-
der?"
„Het verdere is", amwoordde de man met
het grimmige gezicht, „dat u de handen dp
zult houden, totdat u gezegd wordt, ze te la
In de vorige vergadering was besloten bet
voorstel van den minister aan te houden en
eerst nadere inlichtingen te vragen aan Alk
maar. Thans was van Alkmaar bericht inge
komen waarin 2i; nadere toelichting ver-
strekte. Eventueelt bestrating, in plaats van
grintbeharding, zal door de 5 gemeenten
moeten worden betaald, terwijl Alkmaar vast
blijft houden aan de eventueele uitkeering uit
het wegenfonds. Dit laatste was niet op de
vergadering met den minister van Waterstaat
besproken.
De voorzitter vond de houding van Alk
maar niet zooals het behoort.
Besloten werd de beslissing wederom aan
te houden, wellicht dat er dan een betere op-
lossing gevonden kan worden.
In de vorige vergadering is een adres
aangehouden, waarin werd verzocht de brug
in den Stationsweg te verhoogen. Thans werd
op dit adres afwijzend beschikt, uit overwe-
ging dat de kosten te hoog zijn en de afloop
van den brug, na eventueele verhooging te
still zou zijn, hetgeen tot moeilijkheden zou
kunnen lijden.
Het gemeentebestuur van Noordscharwou-
de zond een uitnoodiging om toe te treden
tot de exploitatie van de gemeenschappelijke
U. L. O. school.
B. en W. stelden voor afwijzend op dit ver
zoek te beschikken, daar 2/3 van de bevolking
geen openbaar onderwijs verlangt. Wel stel
den zij' voor de kosten van de leerlingen uit
deze gemeente, die eventuee! de U. L. O.
school bezoeken voor rekening der gemeente
te nemen.
De heer Smak meende dat de gemeente wel
moet toetreden. Wanneer echter de kosten
van leerlingen uit deze gemeente worden ver-
goed, dan komt het toch op hetzelfde neer.
Overeenkomstig het voorstel van B. en W,
werd besloten.
De rondvraag leverde niets op.
De voorzitter zegde alvorens de vergade
ring te sluiten, een enkel woord speciaal tot
wethouder Glas, in verband met diens jubi-
leum, te willen richten.
Het is 1 September 1928 25 jaren geleden,
zeide de voorzitter, dat gij als nieuw verko-
zen raadslid, als zoodanig werd beeedigd en
gei'nstalleerd. Een kwarteeuw dus, zijt gij
belast geweest met het medebestuur onzer
gemeente. Van deze 25 jaren zijt gij 16 jaren
wethouder geweest en nooit is het U te veel
geweest, zelfs niet wanneer u door ziekte nau
welijks daartoe in staat waart, u geheel aan
de belangen onzer gemeente te geven. Veel is
door U gedaan, waarvoor wij U hartelijk
dank zeggen.
In veel zeggen heeft niet uw kracht gele
den. In veel doen zijt gij ons en uw omge
ving steeds tot voorbeeld geweest. Spreker
besloot zijn gelukwensch met het aanbieden
van een rooktafel met daarop behoorend stel.
Zoo ge zult zien, zeide spreker, is in de be-
ker de volgende inscriptie gegraveerd „Aan-
geboden door het Gemeentebestuur van Broek
op Langendijk aan A. Glas Cz. 1903—1928
en ook is daarop afgebeeld het raadhuis der
gemeente.
Spr. feliciteerde de heer Glas en zijn fami-
lieleden en wenschte hem toe nog vele jaren
in het belang van de gemeente werkzaam te
kunnen zijn.
De tweede wethouder, de heer Slot, wensch
te eveneens den heer Glas geluk met dit ju-
bileum. Steeds zeide spr., heb ik pleizierig
met u samengewerkt. loen ik destijds raads
lid werd, het eenig'ste raadslid ter linker-
zijde, had ik niet de verwachting eenigen in-
vloed te kunnen uitoefenen. Dit is echter an-
ders geweest en dat ik hier spoedig met plei-
zier met de andere heeren mocht en kon sa
in enwerken, heb ik behalve aan onzen vroe-
geren voorzitter, vooral aan u te danken.
Hoewel wij over verschillende onderwerpen
dikwijis heel anders dachten, zijn wij meestal
door wat inschikkelijkheid tot overeenstem
ming gekomen.
Spr. was hem voor dit alles zeer erkente-
lijk en betuigde hem hiervoor zijn welgemeen-
den dank.
De heer Oijevaar zeide het aangenaam te
vinden, mede namens zijn mederaadsleden
de heer Glas te kunnen feliciteeren. Steeds is
met hem op aangename wijze samengewerkt.
Mede vertegenwoordigende het A. R. volks-
deel heeft hij steeds getoond een open oog te
ten zakken. Ga nu daar staan, en denk er
aan, dat ik u in mijn macht heb met die be-
trouwbare rechterhand van mij, terwijl ik u
met mijn linkerhand even bevoel. Ik ben zoo
iets van een deskundige op dit gebied, denk
dus niet, dat u mij bedriegen kunt dat kunt
u niet. Zoo!" ging hij voort, nadat hij han-
dig met zijn linkerhand over Jimmie's kleeren
gevoeld had. „Ik zie, dat mijn vertrouwen
niet misplaatst was er is niets bij tenzij
die gordel, waarin u uw geld heeft, dat kan
echter een gewoonte van u zijn. Nu kunt u
uw handen laten zakken, omkeeren, en vlug
door het kreupelhout loopen naar die zijdeur,
die u daar aan het eind van het huis ziet."
„En gesteld, dat ik het niet wil?" vroeg
Jimmie.
„Dat kan ik niet veronderstellen", ant
woordde de ander. „Ik kan niet goed iets ver
onderstellen en ik houd u voor een man met
gezond verstand. Ga nu, mijnheer Trickett!"
Jimmie ging in de aangegeven richting.
Tenminste zou aan zijn eerzucht voldaan
worden, om Cover! Lodge binnen te komen,
en hij besloot zich maar te schikken. Hij
haalde de schouders op en lachte.
„U schijnt mijn naam goed te kennen", zei
hij terwijl hij door het kreupelhout zijn weg
zocht. „Hoe weet ge, dat ik Trickett heet?"
„Ik had gehoord, hoe u er uitzag", ant
woordde de bewaker koeltjes. „De beschrij-
ving was vrij juist, vind ik. Kleeren maken
niet zooveel onderscheid. Ik heb sedert giste-
renmorgen naar u uitgekeken."
„Zoo!" zei Jimmie met een spotlach. „U
verwachtte me dus?"
JHii verwachtte u". antwoordde de man
hebben voor de wenschen en belangen van
andere politieke partijen in de gemeente.
Spr. bracht hem daarvoor dank.
De heer Koedijk kan eveneens niet nalaten,
namens de fractie der A. R. zijn hoogachting
en waardeering in het openbaar uit te spre-
ken.
De secretaris der gemeente bedankte de
heer Glas voor den steun, welke hij, geduren-
de den tijd, dat hij reeds met den heer Glas
heeft samengewerkt, heeft mogen ondervin-
i den. In de 4 jaren, dat hij secretaris is, heefi
j hij wel eens een beroep moeten doen op be-
I reidwiiigheid.
met den revolver, den nadruk op „hij" leg-
gend. „Ja, hij verwachtte u!"
„En wie mag hij wel zijn?" vroeg Jimmie.
„Dat zult u spoedig zien!" zei de bewaker.
„Nu, ga dien drempel over en dan in de ka-
mer aan uw rechterhand."
Jimmie ging een half open zijdeur binnen,
die toegang gaf tot een nauwe met steenen
belegde gang of vestibule. Hij ging weer een
tweede open deur binnen; zoodra hij den
drempel overschreden had, werd de deur
achter hem gesloten; hij hoorde een sleutel in
een slot omaraaien. Wat het ook beteekenen
mocht, hij was gevangen.
Het eerste, wat iedereen doet, die zich op-
gesloten vindt, is zijn omgeving te onderzoe-
ken: Jimmie, ontslagen van oe tegenwoor-
digheid van zijn bewaker, onderzocht de
zijne. Hij bevond zich in een kleine kamer, on-
geveer tien voet in het vierkant en even zoo
hoog, die haar licht ontving van een hoog
boogvenster met dikke tralies er voor. De mu-
ren waren van steen, niet gepleisterd en niet
gekleurd, er stonden geen meubelen behalve
een oude eiken kast en een oude stoel zonder
kussens; er was niets om naar te kijken dan
een oude plaat van de kathedraal van Salis
bury, die in een wormstekige lijst aan een
der muren hing. In deze celachtige plek, zoc
koud en droevig, dacht Jimmie aan het voor-
uitzicht, er een paar uren te moeten doorbren-
gen. Maar voordat er tien minuten verlooper
waren, verscheen de man met het booze ge
zicht weer en wenkte met een vinger..
7Wordt vervolgd}.1