Brieven nit Berlin.
Kunst
Stadsnieuws
i^aadselhoekje.
(Van onzen correspondent).
Berlijn, October.
In de West-Duitsche industriestad Duis-
burg is aangevangen bet negende Congres
van den „Nederlandschen Bond in Duitsch
land", die door enkele energieke landgenoo-
ten zeven jaren geleden in Essen in het leven
geroepen werd.
Van zestig verschillende zijden stroomen
de afgevaardigden der aangesloten Vereeni
gingen naar Duisburg, dat na Essen, Dus-
seldorp, Dortmund, Krefeld en Hagen een
congres van deze natioriaie organisatie mag
welkom heeten. Maar niet alleen afgevaar
digden komen, ook eeregasten, Nederlanders
en Duitschers, uit het Duitsche Rijk zoowel
als uit het vaderland.
Honderden vereenigen zich voor de negen
de maal in een der groote West-Duitsche
steden; en waar zulk een demonstratie piaats
vindt, zijn natuurlijk ook journalisten van
beide taalgebieden van de partij
Nu wil het toeval, dat het juist dagblad-
schrijvers zijn, die den stoot tot deze bewe
ging gegeven hebben (overigens niet alleen
in Berlijn, maar ook in Parijs en elders) en
die nog altijd de leiding in handen hebben
In de Duitsche rijkshoofdstad was het mijn
collega Max Blokzijl van het „Algemeen
Handelsblad", die met de correspondenten
Wessel en Koelensmid in 1920 reeds de eerste
voorbereidselen voor de oprichting van den
„Nederlandschen Bond in Duitschland" trof,
terwijl zich later nog de Berlijnsche brief-
schrijvers Frankemolle, Nassau-Noordewier,
K. A. Mayer en E. J. Stoffels voor de bonds-
leiding ter beschikking stelden.
Blijkbaar zijn de journalisten, die in den
vreemde werken en door den aard van hun
werkzaamheid, door hun vele verbindingen
en hun groote ervaring op vereenigingsgebied
in vele gevallen uitverkoren bestuurders. Men
vindt ze terrminste in alle groote clubs en
bonden in het buitenland in bestuursfuncties,
meestal natuuriijk als secretarissen. En ze
zijn in zulke functies lang niet de slechtsten
Integendeel!
Dat zij echter in staat waren, de duizen-
den voor het vereenigingsleven bruikbare in
Duitschland wonende Nederlanders binnen
weinige jaren niet alleen straf te organisee-
ren maar ook tot goede landgenooten te ma-
ken. die weer nrijs op behoud van taa! en
vaderland stellen: ziedaar een resultaat,
waartoe ik, eerlijk gez^'. deVel eens wufte
en ietwat geblaseerde collega's van de pen
geen oogenblik in staat geacht had.
Ik wil u, naar aanleiding van dit negende
Nederlandsche Congres in Duitschland, toch
even lets naders van deze beweging vertellen,
die, gezien de nog altijd overheerschende on-
verschilligheid van ons volk voor nationale
zaken, een waarlijk hoogst-merkwaardig ver-
schiinsel mag genoemd worden.
Men heeft in verschillende groote Neder
landsche bladen niet altijd juiste gegevens
over het leven onzer landgenooten in het bui
tenland afgedrukt. Zoo is het bijv. overdre-
ven, dat in Duitschland voor den oorlog
300.000 Hollanders gewoond1 hebben en dat
het er thans nog 120.000 zijn. We kunnen
het tegenwoordige aantal op 70.000 srhat-
ten. Maar dan ook alien meegeteldoud en
iong, door huwelijk Nederlandsche geworden,
kinderen en zuigelingen. En wanneer dus
25.000 jonggezellen of hoofden van gezin-
nen zijn. is dat ruim gerekend.
Deze 25.000 of liever gezegd: een dee'
van hen, aangevuld met vrouwen en meisies,
die slechts wat een minderheid betreft Neder-
landsch spreken en verstaan hebben met
de jaren ongeveer 100 Nederlandsche Ver
eenigingen gesticht. Ruim 60 ziin bij den
..Nedcrlandschen Bond in Duitschland'
(welke zich met politieke en godsdienstige
auaesties niet inlaat) aangesloten. Ongeveer
20 vormen de ..Federatie van St. Josefver-
eenigingen in Duitschland". die in werkelijk-
heid door het St. Josefcomite te 's-Hertogen-
Rijnschippers, middenstanQers en slechts bij
zijn, maar zich ook voor verlevendiging van
het stambewustzijn verdienstelijk gemaakt
hebben (toevallig bestaat ook de N. B. i D
voor bijna de helft uit r.-katholieken)terwijl
tenslotte nog een kleine 20 vereenigingen,
goed-Hollandsch, liever ..onafhankelijk" blijft
om zonder bijdragen te betalen, te gelegener-
tijd de voordeelen, welke door de organisaties
voor alle landgenooten behaald zijn, in de
wacht te sleepen
Men moet in Nederland zich van zulke
vereenigingen een juist denkbeeld trachten te
vormen, en niet meenen. dat clubs in en bui-
ten ons land eigenlijk een pot nat is! Een
Hollandsche vereeniging in den vreemde
en nu maak ik een uitzondering voor enkele,
die gelijk de „Dutch Club" in Londen en de
vereenigingen „Nederland en Oranje" te
Berlijn, Nieuwe Nederlandsche Vereeni
ging" in Hamburg en enkele andere, rijke
ondersteuners hebben en over eigen clubloka-
len beschikken is over het algemeen een
eigenlijk ontroerend verschijnsel
Arme landgenooten, arbeiders in fabrie
ken, kleine beambten van handelsbureaux,
Rijnschippers, midenstanders en slechts bij
uitzondering welgestelde zakenmenschen
(welke laatsten dan in vele gevallen voor
aansluiting bij landgenooten „te hoog
staan") vormen een vereeniging, huren een
goedkoop lokaal, drinken hun biertje, rooken
hun pijp, brengen moeder de vrouw en de
oudere kinderen mee, schaffen zich ten slotte
een portret van onze Koningin en een vaan-
del met het Nederlandsche wapen aan,
en voelen zich weer „thuis", voelen zich deel
van de natie, trachten weer zuiver Neder
landsche te spreken, helpen elkander trouwen
en begraven, steunen elkaar als't den een of
ander slecht gaat; kortom: hebben een stukje
vaderland in den vreemde geschapen.
En dat ailes wordt bestreden met vereeni-
gingskassen, die in de meeste gevallen niet
meer dan eenige tientallen guldens rij_k zijn.
Sterft een lid, dan moet de begrafenis ge-
meenschappelijk betaald worden en blijft
meestal geen cent meer over.
Maar men houdt vol. Tien, twintig en meer
jaren.
Ja er zijn Nederlandsche Vereenigin
gen in Duitschland welke het 40-jarig jubi-
leum reed's achter den rug hebben.
Leden van zelfs over de 80 jaar komen
nog naar elke vergadering, naar ieder feestje,
bezoeken nog „slaope" landgenooten, die ge-
vaar loopen te verduitschen, en halen ze over,
Het nationale vereenig!ngslev«ft 'mee (e ma-
ken.
Er zijn steden in West-Duitschland, waar
in sommige wijken op 31 Augustus vrijwel
huis-aan-huis rood-wit-blauw gevlagd wordt.
Ik kan't niet helpen: mij pakken zulke fees-
ten in den vreemde (waarvan ik er verschil
lende meegemaakt heb) altijd geweldig. Ik
krijg er zoo'n zelfde „brok-in-de-keel" als in
het eigen, lieve vaderland, als bij zeer plech-
tige gelegenheden ons Wilhelmus weerklinkt.
Maar in het buitenland is het toch nog weer
anders. Je hebt er nog meer het verheffende
gevoel van saamhorigheid. Men pleegt hier
niet naar stand en welstand te vragen. Dat
is juist het mooie en treffende.
Daar is nu de bondsbeweging gekomen en
heeft al die tientallen vereenigingen in haar
stedelijke en dorpsche 'okalen opgezocht of
zelf den stoot tot de oprichting van nieuwe
gegeven.
Jonge, energieke menschen, die zich niet
door pessimisten en sceptische beterweten lie-
ten afschrikken, pakten aan, stichtten een
eigen Nederlandsch blad, vroegen en kregen
cursussen in het Nederlandsch met regee-
ringshulp, organiseerden Congressen, spra-
ken in feestvergaderingen, wisten de belang-
stelling van het vaderland en van welden-
kende menschen in Nederlandsch-Indie te
wekken, vroegen en verkregen zelfs Rijkssub-
sidie.
En het wonder is tot werkelijkheid gewor
den. Nederlanders zijn vereenigingsmen-
schen, toonen zich trotsch op hun nationali-
teit, voeden hun kinderen tot goede landge
nooten op, vieren de nationale feestdagen en
vormen tezamen een hechte organisatie, die
stellig nog met elk nieuw jaar in kracht zal
toenemen.
Natuurlijk heeft deze Bond en hebben zijn
leden getracht, verbetering in het lot der Ne
derlanders in den vreemde te brengen. En zij
hebben ook het noodige bereikt! Onze regee-
rings-vertegenwoordigers weten, dat de
bondsleiders op post staan en geven er den
voorkeur aan samen te werken feneinde bot-
singen te voorkomen. De Duitsche en de
Pruisische regeering zijn er door bondspro-
testen reeds toe gebracht, het schoolgeld voor
Nederlandsche kinderen in Duitschland af te
schaffen. Nederlandsche werkloozen in dit
land zullen voortaan ook regeeringsuitkee-
ringen kriigen. Zelfs heeft de Nederlandsche
regeering het voornemen, voor Nederlan
ders, die verder dan 15 K.M. van de grens
wonen, den dienstplicht af te schaffen (het is
nog slechts een quaestie van weken eer het
ontwerp wet en van hoogstens 1H jaar eer
deze Wet van kracht is), een voordeel, dat
stellig door de Nederlanders in Duitschland
niet verlangd is en dat hen er wellicht toe zal
brengen, naar een weg te zoeken om in tijden
van gevaar het vaderland toch nog met hun
leven te mogen verdedigen.
Want de Bond heeft nog iets anders be
reikt: hij heeft duizenden Nederlandsche ar
beiders, die na 1918 onder den zeer radicalen
invloed van Duitsche arbeiderspartijen kwa-
men, tot beter inzicht gebracht. Vrijwel alle
Hollandsche vereenigingen in Duitschland
zijn thans nationaal en vereeren onze Konin
gin met een eerlijkheid en openhartigheid, die
ontroerend is.
Men mag gerust vaststellen, dat de idealis-
ten onder de bondsleden den toon aangeven
en dat steeds minder gedacht wordt aan stof-
felijke voordeelen.
Hier groeit een beweging, die de Neder
landers in andere landen (bijv. Belgei) reeds
tot navolging geprikkeld heeft; een beweging,
die niet op te houden is en die ten slotre het
bewijs levert, dat de Nederlandsche stam
leeft als zelden tevoren, dat de volkskracht
zich zelf bewust wordt.
Stellig zal het negende Congres van den
Nedcrlandschen Bond in Duitschland" van
die volkskracht opnieuw getuigenis afleg-
gen!
ROLAND
Uit RiisSand.
De nieuwe concessiepolitiek van de
sovjet-regeering,
(Nadruk verboden).
De ontevredenheid van de boeren dwong
Lenin, het militaire communisme op te ge
ven en de N.E.P. in te voeren, een stelsel,
dat als een compromis bedoelt was tus-
schen het „socialisme in een land" en een
gedeeltelijk herstel van het kapitalisme De
N.E.P. opende voor den Russischen land-
bouw de mogelijkheid, tot den opbouw over
te gaan. Er kwam een opleving in het eco-
nomische leven van het land en velen dach-
ten reeds, dat op deze wijze het communisme
„onmerkbaar" zou overgaan tot de kapitalis-
tische productie-wijze, hetgeen de bolsjewis-
tische regeering zou dwingen te evolution-
neeren en een normale nationale regeering te
worden. Dit zou echter beteekenen, vroeger
of later het bewind aan een andere partij te
moeten afstaan. De bolsjewiki wilden even-
wel, het koste wat het wil, de macht behou-
den. Het logische gevolg hiervan was een
geleidelijke intrekking van de bepalingen, die
Lenin bij het afkondigen van de N.E.P. in-
gevoerd heeft, hoewel de sovjet-regeering
toen plechtig beloofd had, dat die bepalin
gen „in ernst en voor langen tijd" werden
ingevoerd.
De genationaliseerde industrie was echter
niet in staat aan de steeds toenemende vraag
naar fabrikaten te voldoen. De regeering kon
dus het platteland in ruil voor het graan geen
fabrikaten leveren, hetgeen ten gevolge had,
dat de boeren weigerden graan te verkoo-
pen en dat de regeering niet in staat was
den invoer van buitenlandsche goederen te
financieren. De poging van de sovjet-regee
ring om de boeren door dwangmaatregelen
te persen, graan aan de rijksopkoopers te
leveren. is mislukt en de regeering was ge-*
noodzaakt de „buitengewone maatregelen"
in te trekken. Er moest dus iets gedaan wor
den om aan de vraag van het platteland naar
fabrikaten te voldoen, maar hoe? De „socia-
listische" industrie was niet in staat haar
productie op te voeren. De produetiviteit van
den arbeid steeg niet alleen niet, maar daalt
zelfs gestadig en onheilspellend
Tegelijkertijd zag de regeering haar hoop
op een buitenlandsche leening volkomen ver-
vliegen. Het buitenland wilde de sovjet-
regeering, zelfs op de meest aanlokkelijke
voorwaarden, geen geld leenen. De schat-
kist is echter leeg; de gedwongen binnen-
landsche leeningen, waarbij de staat de ar
beiders en ambtenaren dwingt voor een ge-
deelte van hun karig loon obligaties te koo-
pen, leveren steeds minder op. Er moest dus
naar een middel gezocht worden, om in het
buitenland geld te krijgen, maar hoe?
De eenige uitweg, dien de bolsjewistische
politici konden bedenken, was de concessie
politiek, die reeds door Lenin werd ingeluid,
zoodanig te wijzigen en uit te breiden, dat
de buitenlandsche kapitalisten eindelijk ge-
neigdheid zouden vertoonen, op de bolsje
wistische voorstellen in te gaan. Op deze
wijze zou de productie kunnen opgevoerd
worden en de concessionarissen zouden voor
de concessies wel bereid zijn de sovjet-regee
ring groote bedragen te betalen. Zoo ont-
stond de nieuwe concessie-verordening, die
de sovjet-regeering heeft afgekondigd (juis-
ter: een bevel, een dergelijke verordening op
grond van de algemene principes, die de
sovjet-regeering vastgesteld heeft, uit te
werken).
In tegenstelling met de tot dusver ge-
volgde politiek, waarbij alleen de winning
van mineralen e.d. in concessie werd gege
ven, is de sovjet-regeering nu bereid ver
schillende takken van industrie aan buiten
landsche kapitalisten af te staan. De conces-
cessies zullen verleend worden voor de win
ning van „gekleurde metalen" (koper, zink,
lood, tin, enz.), de metaalindustrie, den ma-
chinebouw, werktuigenvervaardiging, pa-
pierindustrie, cellulose-industrie, auto-indus-
trie, vervaardiging van kunstmatige zijde,
vervaardiging van looistoffen. Later zullen
ook andere takken van de industrie voor
concessieverleening in aanmerking komen
Er zullen dus nu naast elkaar twee in-
dustrieen bestaan: de genationaliseerde (vol-
gens de bolsjewistische terminologiee de „so-
cialistische sector") en de kapitalistische.
Daar deze laatste betere en goedkoopere pro-
ducten zal vervaardigen, zal de concurrentie
voor de genationaliseerde industrie zeer
zwaar, zoo niet volkomen onmogelijk wor
den. Vroeger, toen in het begin van de
N.E.P.-periode in Rusland een particuliere
industrie was ontstaan, belette de staat de
concurrentie van de kleine particuliere fa-
brieken tegen de groote genationaliseerde in
dustrie door den engroshandel aan den
staat over te dragen. De concessionarissen
zullen echter het recht hebben, zelf hun pro-
ducten te verkoopen, zoodat dat wapen ver-
valt. De bolsjewistische economen zijn zich
overigens bewust van de gevolgen van de
nieuwe concessie-politiek en erkennen, dat de
staat zich uit verschillende takken van in
dustrie (d w.z. uit die takken, waarin conces
sies zullen bestaan) zal moeten terugtrekken.
Dat beteekent dus, dat in die takken het ^so
cial isme" zal capituleeren voor het buiten
landsche kapitaal.
Daar de Russen de voordeelen van de
nieuwe wet niet deelachtig 2iTlen zijn en
voor hen de communistische wet in haar
voile gestrengheid bewaard b-ijft, zullen de
concessionarissen na het verdringen van de
„socialistische" fabrieken het onbeperH ffsc-
nopolie bezitten en den Russischen conaunent
het v-el over de ooren kunnen halen De sov
jet-regeering acht dat onvermijdelijk omdat
den buitenlandschen kapitalisr de mogelijk
heid moet geboden worden zulke winstcn te
behalen, dat een concessie in Rusland eer. be-
geerenswaardigheid wordt.
De concessionarissen zullen vrijgesteld
worden van de vele belastingen, die den Rus
het leven tot een hel maken. In piaats daar-
van zal voor ed buitenlandsche kapitalisten
slechts een belasting ingevoerd worden De
concessionaris zal ook bevrijd worden van de
chicanes van den ,.fininspector" (belasting-
inspecteur). Voor dezen tyran van den Russi
schen „tsjastnik" (particulieren ondernemer)
zal het kantoor van den concessionaris een
heiligdom zijn, dat hij niet zal mogen be-
treden.
De voordeelen, die de consessionaris ver-
krijgt, gaan nog verder: hij zal zonder tus-
schenkomst van het volkscommissariaat van
handel uit het buitenland machines, Lalf-
fabrikaten en zelfs in sommige gevallen
grondstoffen- mogen invoeren; hij zal valuta
mogen uitvoeren enz.
Als- monopolist zal de concessionaris de
arbeiders geheel in zijn macht hebben. Op
de fabrieken van den concessionaris zal na
tuurlijk een werkelijke discipline heerschen;
de uit het buitenland ingevoerde ingenieurs
en technici, aan wie een onaantastbaarheid
zal gewaarborgd worden, en die voor de
G.P.OE, taboe zullen zijn, zullen niet beven
voor de arbeiders, zullen gehoorzaamheid
eischen; aan de chaotische toestanden van
nu zal er een einde komen.
De concessies zullen ophouden concessies
te zijn (in den zin, zooals men tot nu toe dat
woord in Rusland verstond), zij zullen ge-
wone kapitalistische ondernemingen worden.
Dat beteekent, dat het kapitalisme. zij het in
den vorm van aan buitenlanders toegestane
monopolies, het socialisme van de vooruitge-
schoven posities heeft verdrongen, hetgeen
een gebeurtenis van niet te onderschatten
beteekenis is. Een onvermijdelijk gevolg
hiervan zal het herstel van den particulieren
engros-handel zijn, die 4 jaar geleden werd
vernietigd, waarna de kooplieden naar het
barre Noorden werden verbannen. De con
cessionaris zal machtig zijn; hij zal de sov-
jet-overheid dwingen met zijn wenschen re-
kening te houden. Hij zal dus al spoedig een
leger Russische makelaars, handelaars enz.
om zich vormen, die onder zijn bescherming
zullen staan en een zekeren graad van vei-
ligheid geni-eten Dat zal den particulieren
handel opnieuw tot (betrekkelijken) bloei
brengen, hetgeen een rleuwe bres in het ge-
bouw van het bolsjewistische stelsel zal
schieten.
De vraag is nu of de buitenlandsche kapi
talisten, die tot nu toe weinig neiging heb
ben getoond, hun geld in Russische conces
sies te steken, dit nu wel zullen willen doen.
De mogelijkheid om buitengewone winsten
te behalen is natuurlijk aantrekkelijk, maar
het wantrouwen tegen de bolsjewiki is zeer
groot. De kans, dat de bolsjewiki, die her-
haaldelijk verklaard hadden, zich niet ge-
bonden te achten door beloften aan den klas-
senvijand van het proletariaat, bij de eerste
de beste gelegenheid al hun beloften intrek-
ken en het door de concessionarissen belegde
kapitaal in beslag nemen, is niet buitenge-1
mooie dieren, maakt reclame voor zijn broed-
fieren en annonoeert: Broedeieren voor zoo
en zooveel. Afkomstig van eenden en woer-
den van Dr. te Hennepe(, waarmede op den
lecrwedstrijd te Huizen een eerste prijs be
haald is. De man li-egt niet, de menschen vra
gen mij of het waar is dat deze man eenden
en woerden van mij gehad heeft en ik geef
daarop natuurlijk bevestigend antwoord.
Verder gevolg: De menschen gaan de
b-este eieren uitbreiden en de legresultaten
zijn nihil. De heele eendenhouderij loopt op
niets uit, en yoortaan heet het: Dat of dat ras
van eenden is niets waard en die of die fok-
ler is een bedrieger, en Dr. te Hennepe is ook
een bedrieger. Op die manier worden slechte
eenden in tijd van een paar jaar als een
sneeuwbal over het land verspreid en ver-
oorzaken overal teleurstelling en verbitte-
ring. Alweer dus een manier, zooals het niet
moet.
Slot van Over den leeftijd van Eieren. Wat
er bij doorlichting der eiren te zien is.
Bij het doorlichten der eieren krijgt men,
vooral bij witschalige eieren een duidelijke
Indruk hoe het met de luehtkamer, het eiwit
en den dooier gesteld is. Een pas gelegd ei
heeft een zeer kleine luehtkamer, ongeveer ter
groote van een halve cent, bij het stompe ein
de van het ei. Deze kan men heel duidelijk
zien. Deze luehtkamer nu wordt bij bewaren
m het ei steeds grooter.
Dit hangt ook al weer van verschillende
invloeden af, vooral van de warmte en de
Hochtigheidstoestand der omgeving. Droge
warme lucht doet veel meer vocht uit het ei
verdampen dan koele vochtige lucht. Door de
verdamping wordt echter de luehtkamer groo
ter en het ei in gewicht lichter (soortelijk ge-
'/vicht zwaarder).
Bij proeven kleek dat de gewichtafname
tamelijk regelmatig verloopt, hoewel zij bij
verschillende eiren ook al weer voor elk ei ver-
schillend is. Bij 9 graden Celsius nam bijv.
het eene ei in de eerste week per dag 0 02
gram af en later 0.04 gram, terwijl andere
eieren in de eerste week da'gelijks slechts 0 01
gram afnamen en later slechts 0.03 gram
Bij hoogere temperatuur is natuurlijk de
a'name veel grooter. Bij zomertemperatuur
van 22 c C namen proefeieren in de eerste
wdek 0.04 tot 0.0'5 gram af en in latere weken
0.07 tot 0.08 gram.
Bewaart men de eieren bij broedtempera-
tuur (38o C) dan was de dagelijksche ver-
mindering zelfs 0.5 tot 0.9 gram en deze
bleef zoo hoog tot de eieren uitgedroogd wa
ren. Dan bleef verder het gewicht natuurlijk
constant.
Vreemd klinkt het als ik spreek van uitge-
droogde eieren en toch kan dat gemakkelijk
bij reine onbevruchte e'eren. Mee- '.al denkt
men dat oude eieren bederven. dobh dat be-
hoeft heelemaa1 niet. Natuurlijke reine eieren
kunnen zonder bederf geheel uitdiogen. On
der „natuurlijk rein" vecsta ik eieren die in
een zuiver legnest gelepd zijn, zoodat er dus
geen vuil aankleeft. Elk ei is direct na het
Ieggen bedekt met een vochtig slijmlaagje dat
snel uitdroogt en het ei als het ware beschut.
Gaat men nu eieren wasschen dan verdwijnt
het beschuttende laagje en bacterien, doc'n
vooral sc'himmels kunnen gemakkelijk door
de eischaal naar binnen dringen en het ei
doen bederven. Als men dus reine eiren heeft
en ze tegen bacterien ol schimmels be-
schermt, zullen ze niet bederven. Daarop be-
rust het inleggen der eieren in kalk of water-
glas of het olien der eieren (dompelen in
heete olie waardoor de bacterien en schimmels
snel geoood worden en de porien der schaal
dichtgestopt worden met olie, zoodat er ook
geen microben meer naar binnen kunnen
dringen).
De luchtblaas kan dus al naar gelang der
omstandigheden sneller of langzamer groo
ter worden, zoodat men daaraan ook al weer
geen zeer vast kenmerk heeft.
Van veel belang daarnaast is echter het
beeld dat de dooier bij doorlichting geeft. Wel
wordt de kleur der dooier door de voedering
der kippen beinvloed, doch dat geeft voor de
doorlichting geen bezwaren. In een kers-
versch gezond ei ziet men den dooier bij door
lichting niet, het ei geeft een helder beeld,
gelijkmatig van kleur zonder vorm van den
dooier. Hoe ouder het ei wordt, hoe meer ech
ter de dooier zichtbaar wordt. Vooral bij
draaii'ng van het ei van de luchtopening ziet
men dan den dooier steeds duidelijker. Eerst
als een flauwe rondc schim in het midden,
later als een duidelijke donkere bol, die heen
en weer slingert in het ei. Deze dooier ziet
men zooals gezegd in een kersversch ei niet,
doch bij bewaring bij 15 graden Cccius reeds
na 4 a 5 dagen. Bij ijskast temperatuur ziet
men hen pas na 14 dagen, daarentegen bij
broedtemperatuur reeds na 24 uren.
Hieraan kan men dus ook weer ongeveer
den ouderdom van het ei schatten. De dooier
mag nooit aan de schaal vastzitten. Dit wifst
er op dat hij uitge.Zakt is, dus dat het ei oud
js en slecht bewaard. In een goed bewaard ei
blijft de dooier in het midden zweven. In den
beginne ligt hij als het ware vast verankerd,
doordat hij omgeven is door lagen heel dik,
taai eiwit (niet doordat hij opgehangen is
aan de z.g. hagelsrioeren zooals de menschen
vaak denken). Later ontleedt zich het eiwit
door z.g. „zelfoplo,ssing", wordt dan dunner
en dan gaat de dooier uit het midden weg en
Komt tegen de schaal van het ei.
Men heeft ook al gedachi de eieren te be-
oordeelen naar het bacteriegehalte van den
mhoud. Daarop konr ik na-der terug. Voorloo-
P1,? kan ik al wel vast zeggen dat dit niet van
waarde is. Als we dus alles in het kort be-
senouwen, komen we tot de volgende conclu-
sie dat:
^en goed kersversch ei moet bij doorlich-
ui'g geheel helder zijn, de. luchtblaas moet
■n De schaal moet rein zijn en haren
nahmrlijken glans nog bezitten, mag dus niet
gewasschen zijn. G"wasschen en onreine
^^ren zijn minderwaa rdig.
lDr. TE HENNEPE.
sloten. Het woord der bolsjewiki is geen voi1
doende garantie en andere garanties kan de
sovjet-regeering niet bieden.
Dr. BORIS RAPTSCHINSKY.
MAANDBLAD „ONS TOONEEL".
Prijs vraag voor Nederlandsche
tooneelwerken.
De uitslag van de prijsvraag voor Neder^
landsche tooneelwerken, uitgeschreven
door het maandblad „Ons Tooneel" (uitg.
van de firma J. Heijnis Tz. te Zaandijk) is
heden bekend geworden. De jury be*
staande uit mevrouw Betsy Ranucci-Beck*
mann en de heeren J. B. Schuil en A. J:
Zoetmulder was van oordeel, dat geen
der 104 ingekomen manuscripten in aan
merking kwam voor den eersten prijs. Zij
heeft daarom overeenkomstig een der be^
palingen der voorwaarden de prijzen ge-
splitst en deze t Is volgt toegekend.
Twee tweede prijzen, ieder bestaande uit
250 gulden, aan ,,De Dag", een onwaar*
schijnlijke komedie in 3 bedrijven van Jos<
Panhuijsen Jr.
en „De Brievenbus", blijspel in vier brti
drijven van A. den Hertog.
Twee derde prijzen, ieder bestaande uit
150 gulden aan „Het Oostersche gevaar",
een spel van rassenhaat in drie bedrijven
van D. H. Scheffer.
en ,,De Sneeuwkoningin", tooneelspel lit
vier bedr. van Alfre Boode.
Twee vierde prijzen, ieder bestaande ui(
100 gulden, aan „Sancta Lucia", komedie in
vier bedrijven, eveneens van A, den Hew
teg
en ,,Zie, hier ben ik!", tooneelspel irt
vier bedrijven van mevrouw Anna van
Gogh-Kaulbach.
REGELING VAN DEN ZONDAGS-
EN NACHTDIENST IN DE APOTHEKEN
TE ALKMAAR GEDURENDE 1928.
Op 14 October zal geopend zajn de apo-
theek van Mevr. SchoutenOele, Koorstraat
No. 47.
Op Zon- en Feestdagen en gedurende den
nacht is slechts een der apotheken geopend.
De andere apotheken zijn gesloten van des
avonds 8 uur (Zaterdags 9 uur) tot den vol-
genden morgen 8 uur..
In de apotheek, welke Zondags geopend is,
wordt gedurende de daarop volgende week
de nachtdienst waargenomen.
OPLOSSINGEN DER RAADSELS UIT 'It
VORIGE NUMMER.
Voor grooteren.
1. d u i f Dromedaris.
k r a b
boot
v 1 a m
pier
Adam
a z ij n
g r o f
k u i 1
reus
2. Leiden. Baden, Weenen.
4. Diamant.
Voor kleineren,
1. Raad.
2. Twee honden.
3. Zon, dag; Zondag.
4. Harlekijn. Hark, Lek, Nijkerk, kelk.
OM OP TE LOSSEN.
Voor grooteren.
1. Welke overeenkomst bestaat er tus-
schen het koninkrijk Ierland en' een
flesch? 4:
2. V-erborgen plaatsen in het buitenland
Ik kan vandaag niet bij je komen, want
Han is jarig.
Er lag ossetong voor het raam van den
winkel.
Als je liever onaardig wilt zijn, moet je
het maar zeggen.
Is het jongmensch u rechts achterop ge-
reden?
3. Wie krijgt de beste bewijzen, dat bij ge
lijk heeft, wanneer een schoorsteenve
ger en een molenaar samen vechten?
4. Mijn geheel wordt met 10 letters geschre
ven en noemt een stad in Schotland,
8, 9, 6 is een jongensnaam.
Een 3, 2, 6, 7 is een rond voorwerp, zof
der begin of einde.
Een 4, 9, 9, 7 is een lichaamsdeel.
Een 1, 5, 7 is een jong, viervoetig dier,
De 10, 9, 9, 6 verspreidt soms licht.
Voor kleineren.
1. Welke rozen staan niet in den turn? s
2. Ik ben door perkament bewaakt en in-
gesloten; ik word geslagen zonder daf
ik het verdien, toch blijf ik steeds ever;
geduldig; ik geef bij vreugde zoowel
als leed het teeken. Wie kan mij noe-
men?
3. Ik heb vier pooten, maar geen kop ot
staart. Toch heb ik een rug. Ik kan
veel dragen,, doch niet loopen. Jong en
oud kent mij en ik wordt dagelij'ks door
je gebruikt.
4. Ladderraadsel.
1° (bovenste) sport een stuk
land, dat bebouwd
wordt.
2° sport een vogel, die bif
ons voorkomt.
5° iets wat door een
koetsier gebruikt
wordt.
6° een academiestad in
ons land.
De woorden worden alle met 5 letters ge-
schreven en de middelste letters vormen, van
boven naar beneden gelezen, den naam van
een groot viervoetig dier,
timmermansge-
reedschap.
een heel klein per-
soontje.
i ft e 9 c