Ilknwscht Conrant.
Mavrides'
1% cent
Het feest der Imisvroiaweii.
rige wep
EEU1LLETON.
Honflerd dertigsle Jaargang.
jffiaandag 29 October.
Radio-h(Dek|e
Stasjsgiieaiws
Ko. 258
PAARDENMARKT
De Directeur van het Marktwezen te Alk
maar, brengt ter algemeene kennis, dat ter
p-eieeenheid van de Paardenmarkt op
WOENSDAG 31 OCTOBER a.s. de aan te
voeren dieren alleen naar de markt mogen
worden gebracht over de FRIESCHE BRUG
6nde KORTE NIEUWESLOOT van de
Handeiskade af.
Be paarden over de Boombrug bij het
Zeglis naar de markt gebracht moeten den
weg volgen langs de Voormeer en de Bier-
(cade, over de Schermervlotbrug en langs den
Kangaldijk naar de Frieschebrug.
Alle dieren, die niet over de Frieschebrug
fle stad binnenkomen, moeten zoodanig wor
sen vervoerd, dat zij door de Korte Nieuwe-
floot van de Handeiskade af ter markt ko-
inenalle overige toegangen tot de markt
Worden afgezet.
Bij de KORTE NIEUWESLOOT en de
FRIESCHEBRUG zullen de aan te voeren
dieren deskundig worden onderzocht, en zal
let versohuldigde marktgeld moeten worden
ycldaan.
Voor des morgens zeven uur mogen geen
dieren geplaatst worden op de markt die des
namiddags vier uur eindigt, terwijl na's mor-
s-enslO uur geen paarden meer ter markt wor
den toegelaten.
Voor het plaatsen der paarden worden aan-
rewezen de Dijk, het Waagplein, de Mark-
straat en de Ged. Nieuwesloot.
De Directeur voornoemd,
D. SCHENK.
Dinsdag 29 October.
Hilversum, 1071 M. 12 30.2— Lunch-
fluziek door het Trio Sjouwerman. 3.-4.—
Knipcursus. 6.—7.15 Dinermuziek door het
kwartet Rentmeester. 7.157.45 Engelsche
les, gevorderden. 8.05—8 35 Boekbespreking
door Dr. F. Bastiaanse: Antoni Donker. 8.35
C-9.30 Solistenconcert. Alice Elders, cimbaal.
ij. Kerkhoff, viola d'amore. 9.30—11 Con
cert door het Omroep-orkest onder leiding v.
ijsTico Treep. Italiaansch programma.
Huizeti, 340.9 M. (Na 6 aw J370 M.)
12.301.30 Lunchmuziek door het K. R. O-
trio, 5.30—6.30 Gramofoonmuziek. 6,30—
7 Duitsche les. 7.-8.— Lessen Kerklatijn.
8—10.30 N. C. R. V. Propaganda-avond.
Het Chr. Radio-Orkest onder leiding van J.
Pouwels. Spr.: Mr. A- v. d. Deure: Bid en
werk en het slotwoord: De Praktische uitvoe
ring: Ds. G. Petersen.
Davtntry, 1600 M. 10.35 Kerkdienst.
■11.20 Gramofoonmuziek. 12.20 Concert,
Wzzo sopraan, bariton en piano. 1.20—2.20
Orkestconcert. 2.50 Muziekles, 3.50 Muziek.
3 55 Fransche les. 4.20 Orkestconcert. 4.35
Lezing. 4.50 Orkestconcert. 5.35 Kinderuur-
itje. 6.20 Moderne Engelsche poesie. 6.35
iNieuwsberichten. 6.50 Muziek. 7.05 Schu
bert's Impromptu's, piano. 7.20 Lezing. 7.35
Muziek. 7.45 Lezing: Thomas Hardy. 8.05
Concert. De militaire kapel en R. Bruce met
VV. Gwin, duetten en soli. (8.208.50 Le
zing: America today). 9.20 Nieuwsberichten.
9.35 Muziekles. 9.55 Nieuwsberichten. 10.—
„Air Raids", vroolijke avond met Albert de
Courville. 11—P.20 Dansmuziek.
Parijs „Radio-Paris"1750 M. 12.50
2.10 Orkestconcert. 4.05—5.05 Orkestconcert.
8.35—11.20 „Dejanire", van St. Saens. Or-
kest, koor en solisten.
Langenberg, 469 M. 11.2# Mechanische
muziek. 12.25—2.50 Orkestconcert. 5.05—
5.50 Orkestconcert. 7.20—8.15 Klein-Werag-
orkest. 8.20 Beethoven-avond. Werag-orkest.
Prof. Marteau, viool.
Kortigswusterhausen, 1250 M. (Zeesen)
1 J.20—4.20 Lezingen. 4.20—5.20 Orkestcon-
EGYPTIAN CIGARETTES
Met 1 Coupon bij 10 Sigaretten,
Geneve daar voedert hij vredig de duiven,
Rookt rustig zijn PRINCE, d'Assemblee is aan't fuiven!
Wordt vervolgd)
cert. 5.20—7.05 Lezingen. 7.20 Concert.
Lore Braun en W. Franck. 8.20 Dialogen der
wereldliteratuur: Die Edda. 9— Lezing:
Der deutsche Osten.
Hamburg, 395 M. 5.20 Concert. Jagerlie-
deren. Orkest. 7.20 Kamermuziek. M. Merk,
viool. E. Hauptmann, viool. J. RauchGodot
cello. 8.20 Dialogen der wereldliteratuur:
Die Edda. 9.30 Cabaret en dansmuziek.
Brussel, 509 M. 5.20 Dansmuziek. 6.50
Trioconcert. 8.35 Orkestconcert. 9.25 St
Saens-feest. Mile. J. Thys, zangeres. Sym-
phonie-orkest.
JAARWEDDE STADSVROEDVROUW.
In bijlage Nr. 123 schrijven B. en W.
Het adres van mejuffrouw C. W. van de
Weele, houdende verzoek hare jaarwedde als
stadsvroedvrouw te verhoogen, welk adres in
uwe vergadering van 9 Fberuari j.l. in onze
handen om advies werd gesteld, geeft ons
aanleiding tot de volgende opmerkingen.
Adressante motiveert haar verzoek met te
wijzen op de toeneming van het aantal aan-
vragen om kostelooze hulp wegens uitbrei-
ding van de bevolking der gemeente, op veel-
vuldige wanbetaling tengevolge van werk-
loosheid en op de salarissen in andere ge-
meenten in Noordholland. Ofschoon een ver-
gelijking met andere gemeenten bezwaarlijk
is, omdat elders dikwijls andere regelingen
gelden omtrent de kostelooze verlossingen en
de particuliere praktijk ook van invloed is,
hebben wij uit de door ons ingewonnen voor
U ter inzage gelegde inlichtingen uit eenige
middelgroote gemeenten in dit gewest niet
den indruk gekregen, dat de bezoldiging hier
veel afwijkt van de elders uitgekeerde bedra
gen.
Men moet bij de beschouwing van deze
jaarwedde steeds voor oogen houden, dat in
sommige gemeenten, vooral die ten platte-
lande, een standplaatstoelage wordt uitge-
keerd, d. w. z. een bezoldiging, die ten doel
heeft, de vestiging van een vroedvrouw in die
gemeenten te bevorderen. Dat motief geldt
voor Alkmaar niet en kan hier dus niet van
invloed1 zijn. Het gaat hier uitsluitend om be
zoldiging voor bewezen diensten. En in dat
opzicht kan naar ons voorkomt adressante
geen bijzondere aanspraken doen gelden. Im-
mers, neemt men in aanmerking, dat geduren-
de 1927 door adressante in totaal 20 koste
looze verlossingen werden verricht, dan is het
honorarium per verricKting 30.eerder
hoog dan laag te noemen. In de particuliere
praktijk berekenen de vroedvrouwen in deze
gemeente zelden meer dan 25.per ver-
lossing, terwijl het minimum 15.be-
draagt.
Het argument, dat door toeneming der bo
volking ook de werkzaamheden der stads
vroedvrouw als zoodanig toenemen, vindt
geen bevestiging in het aantal der gedurende
de laatste jaren gedane kostelooze verlossin
gen, welk aantal over de jaren 19221927
beliep respectievelijk 20, 21, 17, 13, 17 en 20
Het beroep op wanbetalingen kan naar ons
voorkomt vocr de gemeente evenmin aanlei
ding zijn, de wedde te verhoogen, aangezien
er geen verband bestaat tusschen die wedde
en de particuliere praktijk van de stadsvroed
vrouw.
Wij stellen U derhalve voor op het adres
afwijzend te beschikken.
ONTHEFFING ART. 28 BOUW-
EN WONINGVERORDENING.
In bijlage No. 125 schrijven B. en W.:
De heer P. van der Velden heeft zich bij
adres d.d. 28 Augustus j.l. tot ons college
;ewend met het verzoek een schuur te mogen
louwen op een terrein gelegen tuschen de
Hoevervaart en de spoorbaan, kadastraal be-
kend in Sectie C oder No. 545, volgens een bij
het verzoek overgelegde teekening.
Volgens de eerste alinea van artikel 28
der bouw- en woningverordening is het ver-
boden te bouwen anders dan hetzij aan bij
de inwerkingtreding dier verordening be-
staande openbare straten, hetzij aan open-
bare straten, aangelegd overeenkomstig de
bepalingen dier verordening, hetzij aan aan
te leggen openbare straten. Van deze bepa-
ling kan Uwe Vergadering volgens de 2e
alinea van hetzelfde artikel ontheffing ver-
leenen.
Waar het de bedoeling is de te stichten
schuur op meer dan 10 Meter uit den open-
baren weg te bouwen en deze derhalve vol
gens de omschrijving in de 3e alinea van be-
doeld artikel niet aan een openbare straat
komt te liggen, is voor de uitvoering van het
bouwplan ontheffing van Uwe Vergadering
van het verbod van bovengenoemd artikel
der bouw- en woningverordening noodig.
Onzerzijds bestaat tegen het verleenen dier
ontheffing in dit geval geen bezwaar. Wij
geven U mitsdien in overweging de vereisch-
te ontheffing te verleenen en stellen U
daartoe voor, t£ besluiten:
onthefifng te verleenen van het verbod in
de eerste alinea van art. 28 der bouw- en
woningverordening ten aanzien van het bou
wen van een schuur op een terrein tusschen
de Hoevervaart en de spoorbaan, kadastraal
bekend in Sectie E onder No. 545, door P. van
der Velden, echter onder voorwaarde, dat,
wanneer te eeniger tijd in de omgeving van
de te stichten schuur een woonwijk mocht
verrijzen, deze ontheffing niet meer van
kracht zal zijn.
den) en mevr. Makkink. Dat mevr. Aukes
Timmers als lid van bet hoofdbestuur uit
Bakkum was gekomen, stelde spr. op hoogen
prijs, terwijl zij voorts dankbaar opmerkte
de aanwezigheid van afgevaardigden van
zustervereenigingen te Helder, fioorn en
Zaandam. Een speciaal woord van welkom
richtte spreekster eveneens tot mevr. Fer-
werda, de schrijfster van de op te voeren
revue, den heer Paardekoper uit Leeuwarden,
die op zich had genomen eenige liedjes te
zingen, en alien die zouden meewerken aan
de verdere afwerking van het programma, in
totaal een vijftigtal personen, groot en klein.
De groote belangstelling de zaal was
tot in de uiterste hoeken bezet en zelfs de'
tribune doet goed, zei de presidente, en
zij zag daarin een bewijs van waardeering
van het goede en mooie werk dat de vereern
ging doet.
Spr. schetste hierna hoe de huisvrouw,
tengevolge van de toepassing van gas en
electriciteit in de woning, meer vrijen tija
kreeg, dien de dames Makkink en Hannivoort
het beste meenden te kunnen besteden in be-
spreking van de belangen der huisvrouw en
daarmee indirect weer in die van het gezin.
De oproep dezer dames had tot gevolg, dat
in Oct. 1918 een afd. van de in 1912 opge-
richte Ned. Vereen. van Huisvrouwen tot
stand kwam, waarvoor spreekster hen een
bloemhulde wenschte te brengen. (Applaus)
Voortgaande, merkte mevr. Eyma op, dat
de oud-bestuursleden een moeilijke taak hen-
ben gehad met de jonge vereeniging in goe
de banen te leiden en te houden. Van deze
noemde zij met name mevr. v. d. Velde, die
nog steeds het werk met groote belangstel
ling volgt, en mevr. Boschvan Werkum,
die in drie verschillende bestuursfuncties de
vereeniging vele diensten bewees en ook nu
nog een ijverig lid is. Dank zij aller werk
steeg het ledental voortdurend en bedraagt
het thans reeds 650
Wat het doel is van de vereeniging? In
het kort dit: van elke huisvrouw een inder
daad goede huisvrouw te maken, met wie
echtgenoot en kinderen over allerlei onder-
werpen kunnen praten, opdat zal verdwijnen
de verzuchting: „Daar heeft moe toch geen
verstand van." De vereeniging wil den blilc
der huisvrouw verruimen en haar tot naden-
ken brengen over verschillende zaken, waar
zij zich tot dusver niet om bekommerde. Dit
alles poogt de vereeniging te doen door mid-
del van lezingen, excursies, cursussen en
demonstrates.
(Een bloemlezing uit de vele onderwerpen,
die bij een en ander behandeld werden, toon
de aan dat inderdaad gesproken mag worden
van veelzijdigheid). Spreekster constateerdc
een frisch en opgewekt leven en hoopte dat
de vereeniging ook verder in bloei zal toe
nemen. Dit zal mogelijk zijn, als men volgt
het verzoek van een winkelier: „Zijt ge tevre
den, zeg het anderen; zijt ge onvoldaan, zoo
zeg het ons."
De presidente was verheugd over dit
opgewekte leven en bracht den leden daar
voor dank. Zij wilde er even op wijzen, dar
dat mede een gevolg is van de groote werk-
kiacht en de grenzenlooze toewijding van de
secretaresse, wie zij daarvoor hulde bracht.
Huldr en dank bracht spreekster ook aan
de penningmeesteresse, die getoond heeft te
bezitten vijf eigenschappen, zoo bijzonder te
waardeeren in iemand in die fundie; zij is
AMSTERDAM,
Nieuwendijk 225-229.
UTRECHT,
Oude Gtracht 115.
Door R. L. de W.
37)
„Ja, ik had hetzelfde gevoel, dat Ulysses
gehad moet hebben, toen hij het houten paard
van Troje binnen zag halen, of Leonidas bij
Thermopylae, of mr. Lloyd George, toen hi]
hoorde, dat mr. Asquith bij East Tife versla-
gen was; in een woord ik was buitengewoon
goed gehumeurd. Maar op eens kreeg ik een
meisje aan het tafeltje bij het raam in het
oog; dat maakte me hij hield op.
„Was het liefde op het eerste gezicht?"
vroeg ze bedaard.
„Toen", ging hij door, „vond ik dteze we-
reld niet meer zoo aanlokkelijk. Natuur had
me plotseling een koud stortbad gegeven in
den vorm van een paar bokkepooten, die on-
verwachts eindigden in een paar lompe voe-
ten."
„Wat bedoelt u toch?" riep ze lachend.
„Aleen maar, dat ik, evenals Godfrey El
ton, heel gevoelig ben op't punt van enkels."
„Maar wat hebben de enkels van dat meisje
met u te'maken?" Verbaasd trok zij haar
wenkbrauwen samen.
„Ze hebben mijn ontbijt bedorven", zeide
lij op klagenden toon, „en't zou me niets ver-
wtoderen als ze mijn heelen dag bedierven."
Een schitterend programma, een
avond van jolijt en propaganda.
Een en ander maal is er in dit blad al ge
sproken van het 10-jarig bestaan der afd
Alkmaar van de Ned. Vereen. van Huisvrou
wen en telkens weer bleek er uit, dat zij alle
reden van bestaan heeft.
De bazar, die door de jubileerende vereeni
ging was ingericht, heeft zich mogen ver-
heugen in een zeer druk bezoek, dank zij de
toewijding van bestuur en leden, waardoor
van alien kant allerlei voorwerpen werden
aangeboden.
Zaterdagavond was het de groote feest-
avond, het hoofdnummer der viering van het
jubile. Daarvoor waren verschillende krach-
ten mobiel gemaakt uit eigen kring en ge-
lukkig bewijs van goede samenwerking en
onderlinge waardeering ook vele tnannen
hielpen mee tot het samenstellen van een
lachte ze. „Ik begrijp geen steek van u. Ik
dacht altijd, dat een Engelschman in den
morgen niet te genaken was, maar u is
's morgens wel vroolijker dan de rest van den
dag."
„Stelt u zich eens in de plaats van een
vrouw, die weet, dat de natuur haar als een
onvoltooide symphonie gelaten heeft", ging
hij door. „Wat een angst voor haar, telkens
als ze een modeblad open doet, dat de een of
andere nieuwe modegril haar tekort aan het
licht zal brengen."
„Maar we zijn niet allemaal Grieken",
vond zij.
,,'t Is ook niet noodig, dat een vrouw een
Grieksche is, om op de hoogte te zijn van na-
tuur's onbegrijpelijke vergissingen bij het
modelleeren antwoordde hij.
„Zoo pas na het ontbijt kan ik niet over
anafomie spreken"; lachend stondl zij op.
„Over tien minuten ben ik terug", riep ze hem
van over haar schouder toe, naar de deur
gaand.
Beresford drenfelde door de vestibule en
bleef op de stoep voor het_ hotel staan rooken
en kijken naar de schiftering der zee.
Even later kwam Lola bij hem en wandel-
den ze in de richtmg van het Hythe. Zwijgend
liepen ze een poosje door; gemelijk trok Be
resford aan zijn pijp.
„Wat scheelt er aan?" vroeg ze emdehjk.
„Er scheelt allies aan", mopperde hi'
„welk recht heeft nu Natuur om zoo iets af
stootelijks voort te brengen als dat arme
„Wat zeg.t ti toch gekke dingen", glim-
goed programma. En daarin is men uitste
kend geslaagd, er is veel afwisseling ge-
boden.
De groote zaal van de Harmonie zag er
vriendelijk uit met de palmversiering en den
grooten bloemenschat op het tooneel tal
van manden, gevuld met prachtige chrysan
ten en rozen en andere kinderen van Flora,
die in den loop van den avond onder vrien-
delijke toespraken aan het bestuur van de
jubileerende vereeniging werden aangeboden
De opening.
Een daverend applaus ging op, toen de
presidente, mevr. E y m a—B o e k e, van Eg-
mond aan Zee, op het tooneel verscheen. Na
daarvoor bedankt te hebben, heette zij alien
welkom. Het deed spr. veel genoegen mevr.
Wendelaar onder de aanwezigen te zien en de
beide dames, die de oprichtsters zijn van de af
deeling, n.l. mevr. Hannivoort (thans te Lei
meisje?"
„0, is 't daar nog over", zeide zij.
„Dikke enkels, geen smaak om zich te klee-
den, rossig haar, witte wenkbrauwen, een
bril. Onbevallig, zonder eenig vooruitzicht en
alleen."
„Maarbegon Lola.
„Als u een meer uitgebreide lijst wenscht
van vrouwelijke onvolmaaktheden", ging hij
door, „dan is u onverzadelijk. Zulke men-
schen zijn een uitdaging voor elk godsdien-
stig gevoel." Er lag grimmige verontwaardi-
ging in zijn stem.
„Misschien is ze heel gelukkig", opperde
Lola.
„Gelukkig!" riep Beresford. „Zoudt u ge
lukkig kunnen zijn als u in haar schoenen
stond?"
Even huiverde ze.
„Welk recht heeft natuur om u alles te ge
ven en aan het meisje alles te ontzeggen
Hoe kan zij nu gelukkig zijn?"
Zij wierp een vluchtigen blik op hem. Hij
was volmaakt in ernst.
„Misschien denkt zij er anders over", op
perde zij.
„Anders over denken?" riep hij. „Welke
vrouw is nu onverschillig voor haar uiterlijk.
Denkt u eens, hoe zij zich moet voelen, als zij
u ziet."
Weer wierp ze een onderzoekenden blik op
hem, maar er was niets aan hem te bespeu-
ren, wat haar kon doen vermoeden, dat hij
het als een compliment bedoelde."
„U hebt alles, wat haar ontbreekt", ging
n.l. zuinig, secuur, rustig, ordelijk en ver
trouwd.
Aan beide functionnarissen bood spreek
ster ten bouquet aan.
Ook met de andere bestuursbden had spr
altijd met veel genoegen samengewerkt, ieder
voor zich had steeds haar best gedaan te:
bereiking van het doel der vereeniging.
Aan let slot barer openingsrcgekomen
had mevr Lima nog een nicrwije, n.l. dot
mevr. Wendelaar eere- presidente
was geworden, zulks op een dringend tot
haar gericht verzoek.
Een luid applaus vertolkte dat de verga
dering dit zeer op prijs stelde.
Op verzoek van de presidente werd hier
na staande gezongen het Victorielied. Hot
eerste couplet hiervan is dat van het Alk-
maarsche Volkslied, de twee volgende (van
een der bestuursleden) zijn een loflied op de
vrouwen die destijds de vereeniging opricht-
ten en tevens een opwekking tot toetreding
van hen die nu nog afzijdig staan. Tijdens
het zingen van dit lied werd het scherm op
het tooneel terzijde geschoven en werd een
levend Victoriebeeld zichtbaar. Belichting in
verschillende kleuren maakte dit tot een in-
teressant programma-nummer.
Felicitaties van het Hoofdbestuur.
Mevr. A u kes T i mm e r s (met ap
plaus begroet) was er trotsch op dat het
hoodbestuur haar had aangewezen om de
jarige afdeeling te complimenteeren. Namens
dat hoofdbestuur van de vereeniging, die
spr. noemde „ons aller moeder", bood zij een
groote bloemenmand aan. Zij voegde hare
persoonlfjke gelukwenschen daar gaarne bf],
want zij voelt nog altijd veel voor de afdee
ling, die haar voor dezen avond in drieerlel
kwaliteit had uitgenoodigd: als gewoon lid,
als lid van het hoofdbestuur en als vriendin.
Vooral voor dezen laatsten naam was spr.
zeer dankbaar.
Wijzende op het feit, dat het in het gewone
leven meermalen voorkomt, dat in een ge
zin een der kinderen extra moeite geeft, con-
stateerde spr., dat zulks ook in de Ned.
Vereen. van Huisvrouwen met hare 69 at-
deelingen niet anders is. Echter, Alkmaar
heeft nooit behoord tot die zoogenaamd
lastige kinderen" en spr. was ervan over-
tuigd, dat het ook nooit een lastig kind zal
worden. Spr. wenschte de afdeeling voort-
durenden bloei toe, eigenlijk moest elke huis
vrouw lid zijn. Een financieel bezwaar kan
daar moeilijk tegen bestaan, de kosten zijn
slechts vier centen per week. Men ontvangt
daarvoor het maandblad der afdeeling (37i
afd. hebben zulk een eigen orgaan), a!s-
mede het maandblad der vereeniging, die
momenteel de grootste vrouwen-vereeniging
dank zij haar karakter van vakvereeni-
ing. Spreekster stelde vast, dat de maand-i
bladen telkens en telkens weer er op wijzen,
dat het „vak" van huisvrouw veel kunde,
liefde en plichtsgevoel vraagt en zij wees er
op, dat vergaderingbezoek deze eigenschap
pen aankweekt en de levenskracht, levens-
moed en ervaring sterker en rijker maakt.
Hoe beter de huisvrouw haar taak vervult,
hoe meer waardeering zal zij ondervinden
voor haaH werk.
Het program van de vereeniging is nog
mecies hetzelfde als dat van Oct. 1912, dac
in staat bleek vrouwen van allerlei rang en
stand en levensopvatting bij elkander te bren
gen. Alleen is er nog aan toegevoegd het
verschaffen van hulp in die gezinnen van
leden, waarvan de huisvrouw door ziekte
niet in staat is haar werk te doen (het Jaco-
ba-fonds, opgericht bij het 5-jarig bestaan
der N. V. v. FI.)
Nog blijft er veel te doen, maar dit neemt
niet weg, dat onze vereeniging reeds nu zoo
in aanzien is en zooveel kracht ontplooit, dat
de regeering al rekening houdt met haar be
staan en ons uitnoodigde een afgevaardigde
te sturen naar het Internationaal Congres
voor huishoudkunde te Rome, aan welk ver-
zoek gaarne gevolg werd gegeven.
Helpt alien mee, besloot spr., om ons
prachtig vak zoo hoog mogelijk op te voeren
en moge ook deze avond daar toe medewer-
ken, zij" het dan misschien niet met geestelij-
ke dingen. (Applaus).
Aan spreeksters verzoek om staande het
Bondslied (van Manna de WijsMouton)
te zingen, werd spontaan gevolg gegeven.
Gelukwenschen van zusterver
eenigingen.
Helder sprak met hare gelukwenschen
de hoop uit, dat de feestvierende afdeeling
zal voortgaan in stijgende lijn, zooals tot
dusver. Met leedwezen voegde de afgevaar
digde daaraan toe, dat hare afdeeling, opge
richt een jaar na de Alkmaarsche en dank
zij de inlichtingen en de voorlichting van
deze, lang zoo voordeelig niet is opgegroeid
als de „moeder", d. i. de afd. te Allonaar. Zij
sprak den wensch uit, dat hare stadgenooten
alsnog een voorbeeld zullen nemen aan Alk
maar. (Applaus.)
Een fraaie bloemenmand vergezelde den
gelukwensch.
De afd. H o o r n, vertegenwoordigd door
een vijftal dames, bracht bij monde van hare
presidente hare gelukwenschen over, daarbij
nog menig prettig jubile toewenschend en
voegde als blijk van hulde daaraan toe een
mooie mand met bloemen. (Applaus.)
De afgevaardigde van Zaandam zei
kort maar krachtigGeluk gewenschDat de
afd. Alkmaar groeie en bloeie. (Applaus).
Dankwoord van de presidente.
Mevr. E y ma dankte allereerst mevr,
Aukes voor haar vriendelijk woord en verze-
kerde dat de Alkmaarsche afdeeling buiten
gewoon veel respect heeft voor het hoofdbe
stuur, dat met zooveel tact en kracht de 69
kinderen leidt. Onze afdeeling zal steeds
trachten een goed kind te zijn.
Vervolgens bedankte spreekster de afge
vaardigden der zustervereenigingen voor ha
re aanwezigheid en het huldebetoon, daarbij
den wensch uitsprekende in de toekomst nog
dikwijls met die afdeelingen samen te mo
gen werken. (Applaus).
Huldiging uit eigen kring.
Uit de leden had zich een comite gevormfl
ter voorbereiding van een huldiging van het
bestuur en namens dit comite trad m e v r
De Lange—Tig 1 er Wybran di,
op het tooneel. Zij sprak hartelij-
ke woorden van groote waardeering voor
al Ijetgeen het bestuur van nu en vroeger
had gedaan om de afdeeling groot te maken
De leden hadden gemeend het bestuur niet
hij door, „alles isalles is't is een be-
roerde wereld." Hij zweeg, de asch uit zijn
pijp kloppend, door hem tamelijk hardhandig
tegen den knop van zijn stok te slaan. Toen
even later hun blikken zich kruisten, begon hij
te lachen. „Ik zit op mijn stokpaardje", zeide
hij.
„Maar daarom behoeft u toch niet zoo on-
aardig tegen mij te zijn", zeide zij cp klagen
den toon.
„Was ik onaardig tegen u?" vroeg hij.
„Dat vind ik vreeselijk, maar zulke dingen
maken, dat ik zelfs onaardig tegen het Nood-
ilot zelf zou zijn. Ik was juist bezig alle tekort-
komingen van dat meisje op te sommen, toen
u in de zaal kwam en toen vond ik mezelf
een grenzelooze egoist."
„Maar waarom?" vroeg zij.
„Begrijpt u dat niet? Ik moet trachten
haar gelukkig te maken, inplaats van
„Mij gelukkig te maken", informeerde ze
zonder hem aan te zien.
„Mij door uw gezelschap gelukkig te la-
ten maken", verbeterde hij. „Kom, laten we
wat gaan zitten, misschien raak ik in een
beter humeur, als ik naar de ileeuwerikken
luister. Maar de gedaehte aan die oude schur-
ken daar in Rome, die de tongetjes van le<nt-
werikken een lekkernij vonden, maakt me een-
voudig razend"
„Zou't niet beter zijn, als ik u maar alleen
liet?" stelde zij voor, terwijl hij naast haar
op het gras ging zitten.
„Gi"oote goedheid! neen", riep hij, h'aar
aankijkend. „Wat een wanhopige gedadite."
,,Nu, we zullen die nuttige enkels dan maar
vergeten", glimlachte hij.
„Ik moet eens met u praten", zeide ze aar-
zelend. „Ik meen 't", vervolgde ze, toen hij
haar glimlachend aankeek. „Is't wel eens tot
u doorgedrongen, dat aan alles een einde
komt?" Ze hield haar hoofd. afgewend.
„Ja, dat is waar." Hij trok een taaien gras-
halm af, waarmee hij zijn pijp ging schoon-
maken.
Een poosje zwegen beiden.
„Ik heb gezegd, dat't waar was", herhaal-
de hij, even van zijn bezigheid opkijkend.
Zij hield haar oogen strak gericht op een
klein polletje gras, waar ze mee speelde.
„U is heel aardig voor me geweest", begon
ze met gedempte stem.
„Dat ben ik", zeide hij heel gedecideerd.
Vluchtig keek ze op. „Lacht u me uit?"
vroeg ze eenvoudig. In haar oogen lag iets
verwijtends.
Het scheen Beresford toe, dat zij al haar
gevoelens kon uiten, zonder te spreken. Voor
de zooveelste maal kwam hij tot de slotsom,
dat haar oogen de mooiste waren, die ooit een
vrouw bezeten had.
„Neen, dat deed ik niet", zeide hij in ant-
woord op haar vraag.
„Maar u is toch niet in ernst wel?" De
onschuld van een kind lag in den blik, die
haar woorden vergezelde.
„Moet ik in ernst ziin?" vroeg hij, zijn
pijp in zijn zak stekend en een sigarettenko-
ker voor den dag halend.
„:ja."
(Wordt vervolgd.)