llkmiutf Curait. Spaansche visioenen en droamen De wettige Erlgonaam. Radio-hoekje FEUILLETON. Hondsrd een en dertigste Jaargang. Woensda^ 9 Januari Rechtszaken SO. 7 1929 Donierdag 10 ]anuari. HUversum, 1071 At. 10.—10.15 Morgen- Wijding. 12.15—2.Concert door het Boris Lenski-Trio. 2—3.15 Viering van het 30- jarig bestaan v. d. A!g. Rijn-Schippersbond. 3.154.— Kniples. 4.-5.— Ziekenuurtje. 5.5.30 Sportpraatje door H. Hollander. 5.30—7.15 Concert door het Omroep-orkest. E Spierdijk, zangeres. 7.15—7.45 Engelsche les. 8.Lezing door Jan Feith: Veiligheid in het verkeer in ons land. 8.30 Muziekuit- voering, uitgaande van het Haagsche Comite 1920. (Zie het programma van Huizen). Huizeti, 340.9 At. (Na 6 uur 1852 At.) (Uitsluitend N. C. R. V.) 11.—11.30 Korte Ziekendienst onder leiding van Ds. J. J. van Petegem. 12.301.45 Concert. Mej. H. Hey- denrijk, zang. Mej. G. van Randen, piano. W. Brusse Jr., viool. 2.2.30 Schooluitzen- ding. J. L. D. >v. d. Roest: Onder de Paposa's op Nieuw Guinea. 6.307.Spr.W. San- tema: Friezen de Siiep ut. 7.30—7.30 Boek- houdles. 7.30—8.Spr.: J. Sluis: Pluinivee- teelt. 8.8.30 Spr.: Ds. I. Voorsteegh: Ge- ■wijde vreugde. 8.30 Muziekuitvoering in de Groote Kerk te Den Haag van het Haagsche Comite 1929. Mevr. A. NoordewierRed- dingius, sopraan. J. Stotijn, hobo. H. de Boer, H. Op ten Berg, trompet. J. Sonne- veld, P. Zalme, L. Schweitzer, bazuin. J. A. de Zwaan, orgel. Koor. Dr. Joh. Wage- naar, leider. H.M. de Koningin-Moeder is aanwezig bij het Concert. Daventry, 1562 At. 10.35 Ktrkdienst. 11.05 Causerie. 1120 Gramofoonmuziek. 12.20 Concert, sopraan, tenor en viool. 1.20—2.20 Gramofoonmuziek. 2.45—4.35 Inwijding van een nieuwe Bisschop van York in York Min ster. 2.50 De plechtigheid. 3.20 Vesper van de Westminster Abbey. 4.05 Causerie. 4.20 Fanfareconcert. Calendar's band 5.35 Ivin- deruurtje. 6.20 Muziek. 6.35 Nieuwsberich- ten. 6.50 Landbouwberichten. 6.55 Muziek 7.05 Liederen van Rich. Strauss. 7.20 Nieu we novellen. 7.35 Muziek. 7.40 Leznig. 8 Halle-concert. Halle-orkest onder leiding van Sir Hamilton Harty. (8.32 Voorlezing door J Bernard. 10.Nieuwsberichten. 10.15 Nieuwsberichten. 10.20 Lezing. 10.35 Stu- dentenliedjes. Mannenkoor. 10.5012.20 Dansmuziek. Parijs „Radio-Paris"1750 At. 12.20 Pro- testantsche causerie. 12.502.10 Orkestcon- cert. 4.055.05 K'assiek concert. 7.057.50 Gramofoonmuziek. 8.50—11.20 Concert. Ka- mermuziek. Mme. Toutain en Hr. Prestat, zang. Langenberg, 469 At. 11.30 Mechanisehe muziek. 12.251.50 Orkestconcert. 5.05 5.50 Trioconcert. 5.25 Concert. Sted. Orkest van Aken. Prof. Berber, viool. K. Klein, cello. Dr. Brockt, piano. Daarna Hans Sachs spelen. Daarna tot 11.20 Dansmuziek Zeesen1650 At. 1.503.50 Lezingen. 3.50—4 50 Orkestconcert. 4.507.20* Lezin gen. 7.20 Wagner-avond. Orkest. 8.20 Wer ken van Hatzfeld en Wild'gans. 9.20 Wieler- wedstrijden (6 daagsche). Daarna tot 11.50 Dansmuziek. Hamburg, 395 At. 10.20—11.20 Gramo foonmuziek. 5.20 Orkestconcert. 7.20 Con cert. Marinekapel. 9.20 Moderne dansen. 10.35 Dansles. 10.20 Nieuwe dansmuziek. Brussel, 509 At. 5.20 Orkestconcert. 6.50 Trioconcert. 7.20 Gramofoonmuziek. 8.35 Fragmenten van „Afs ik Koning was". Adam. 10.35 Sluiten. door MARCUS EHRENPREIS. 2 De Spaansche inquisitie was de vrucht van een langen en doelbewusten voorbereidings- arbeid. Eeuwen lang hadden de verkondigers van Gods woord geageerd tegen het ver- draagzaam samenleven van de verschillende geloofsbelijdenissen. Met een noodlottige vasthoudendheid had de kerkelijke macht het volk ingeprent: Wie niet met ons is, die is tegen ons, die is onze vijandhij is de vijand der waarheid, de vijand der menschheid, de vijand Gods. Het is een Gode welbehagelijk werk om met alle ten dienste staande midde- len de ongeloovigen te bekeeren. Die zich niet willen bekeeren, moeten zonder erbar- DoorE. PHILIPS OPPENHE1M. Geautoriseerde vertaling van Mej. E. J. B 33 ,,Je bent een beetje van streek, Felicia, als je zoo praat", verweet hij haar. ,,Ik ga met den man spreken Waar is hij?" „ln de kamer aan den overkant", zeide zij. „Zijn naam is Ambrosius". Zij keerde terug naar de piano. Zij hield het hoofd gebogen en herinnerde hem zoo een oogenblik aan een vertrapte exotische bloem „Kom niet terug", verzocht zij, tenzij je het erg veilangt." Francis stak den gang over en opende de deur van de ontvangkamer aan den over kant Een zware man, kaalgeschoren, zeer zorg- vuldig gekleed, met een rond gelaat, een ge bogen neus, doordringende oogen en een spotachtigen mond, stond bij een tafeltje en bladerde in eenige couranten. Mijnheer Ambrosius", begon Francis De man keek op en iegde het blad, dat hij In de hand hield neer. Een oogenblik wan- kelde hij en greep den schoorsteenmantel. Hij ademde. „Mijnheer Ambrosius", herhaalde Fran cis, zwaar gedurende de korte stilte, die •yolgde, men van de oppervlakte der aarae worden uitgeroeid. Het was tot op zekere hoogte een nieuwe godsdienst, die hier op eigen houtje geconstrueerd werd, en die vierkant in strijd was met de tien geboden en met de Evangelien. Voor alle dingen in scherpen strijd met de bergrede (Matth. 5 44—45): „Maar ik zeg uhebt uwe vijanden lief opdat gij moogt kinderen zijn uws Vaders, die in de hemelen is, want Hij doet Zijn zon opgaan over boozen en goeden, en regent over rechtvaardigen en onrechtvaardigen". Maar deze anti-evangelische godsdienst kreeg steeds meer de overmacht. Die be- heerschte pausen en kardinalen, koningen en volken, zelfs menschen met inzicht en wel- meenende menschen konden zich niet ont- trekken aan de geboden van dien godsdienst. Predikers, die het volk ophitsten, trokken van stad tot stad, om de geloovigen of te be keeren, of te laten dooden. In het jaar 1391 organiseerde Aartsbisschop Martinez een Jodenpogrom te Sevilla, aan welke 4000 Joden ten offer vielen. Vincentius Ferrer, la ter heilig verklaard, raasde als een verwoes- tende storm door het land, met het crucifix in de eene hand en de Thorahrol in de an- dere, aan de weerloozen, die hij wilde bekee ren, vrees aanjagende. Hij had groot suc- ces, doordat hij geen tegenstand duldde. In het jaar 1414 richtte hij te Toledo een bloe- dige pogrom aan, welke in gruwelijkheid die van Sevilla nabij komt. Soms werden andere, minder bloedige methoden aangewend. Zoo nu en en dan liet de kerk publieke twistgesprekken houden tusschen rabbijnen en hooge kerkelijke digni- tarissen om het volk de gevaarlijkheid van de Joodsche leer en de voortreffelijkheid van het Katholicisme in te scherpen. Deze dis- putaties hadden plaats op pompeuze en plechtige wijze; ze waren een spanner d schouwspel voor de menigte, die gaarne iets zag, evenals de stierengevechten en de auto- dafe's. Natuurlijk was het einde meest een verplerterende nederlaag voor de Joodsche leer. Zeer bekend werd de disputatie te Bar celona, die daar onder leiding van koning Jaimes in 1263 gehouden werd tusschen den Dominicaan Pablo Christian! (een gedoop- ten Jood) en den meest belangrijken rabbijn van Spanje, Mose Nachmani (Ramban). Nachmani maakte een grooten indruk op den koning, toen hij op de vraag van den Domi nicaan waarom het Jodendom weigerde Jezus als Messias te erkennen, verwees naar de profeten, die gezegd hadden, dat met de komst van den Messias de oorlog zou op- houden, en zei: „Gij zelf, o, Koning, zou uw oorlogshandwerk niet kunnen opgeven, zoo- als zou moeten gebeuren, wanner de Messi- aansche tijd naderde". In 1413 organiseerde de tegenpaus Benedictus XIII een bijzonder pompeuse disputatie te Tortosa. Die duurde achttien maanden en bestond uit niet min der dan negen en zestig twistgesprekken. Maar zulk een handelwijze was natuurlijk niet geschikt, om de geloovigen te vervullen met liefde voor hun vijanden. Dit alles moest onverbiddelijk leiden tot een catastrophe. Als een van ongeluk zwangere gestalte kwam de inquisitie over Spanje; onvermijde- lijk als een fatum. En zij kwam niet onver- wacht Torquemada kon oogsten wat pausen en kardinalen gezaaid hadden. Gedurende drie eeuwen woedden de godsdiensttwisten in het zoo geteisterde land, en de verwoestingen zijn tot op den huidigen dag merkbaar. 3 Gedurende een langdurig onderhoud met den dictator van Spanje, generaal Primo de Rivera, kreeg ik een zeker inzicht in de men- taliteit van het hedendaagsche Katholieke Spanje. Primo de Rivera is ongetwijfeld de- gene, die op dit oogenblik de personificatie is van het ontwakende Spanje. Men heeft mij verteld, dat hij een zeer kerkelijk man is. Maar hier is „kerkelijkheid" een tweesnijdend zwaard In Spanje spookt zoo nu en dan de geest van de inquisitie nog rond. Op den dag voordat ik de eer had hem te mogen spreken, had de dictator te Medina del Cam- po een opzienbarende rede gehouden, in wel ke hij het beoluit had medegedeeld om een soort van overgangsparlement tezamen te roepen met consultatieve bevoegdheid. (Dit besluit is sedert dien ook jten uitvoer ge- legd) Aan het einde van deze rede had de dictator hulde gebracht aan de nagedachten's van Isabella de Katholieke. ,,Haar geest", zoo had hij zich ongeveer geuit „was bezig nieuw leven te krijgen in Jiet ontwakende Spanje". Het was daarom met zeer gemengde ge- voelens, dat ik de audientiezaal in het Mi- nisterio del Estado betrad, waar de dictator mij' met bijzondere vriendelijkheid ontving. Primo de Rivera een imponeerende martiale gestalte, maakt een eenvoudigen indruk, zon- „Broeder Ambrosius." De ander vermande zich. „Ik ontken het niet", zeide hij uitdagend. Ik ontken niets. Ik heb het klooster bestoleri Ik verbrak mijn gelofte en ik ben hier en ge- niet flink van mijn leven en ben voornemens dat te blijven doen. Gij verkeert in hetzelfde geval." „Niet geheel", luidde hetstroeve antwoord „Ik kreeg een dispensatie van den Paus „Omdat het bleek dat u een Engtlsch edel- man was", antwoordde Ambrosius ,Iioe het zij, gij ging heen toen ge er kans toe zaagt Ik moest weg. Ik was een man II wenschte geen monnik te zijn. Dat leven maakte mij gek." „Gij hadt de definiticve geloftf afgelegd", herinnerde Francis hem Dat heb ik nooit „In een oogenblik van angst", erKende de ander. „Ik meende, dat ik in een twist een man had gedood te Orvieto Ik zocht een toevlucht in het klooster Daarop hoorde ik, dat hij was hersteld. Ik hield het drie jaren uit, ik we at niet hoe". „Je bestal het klooster." „Het was niet verstandig weg te loop en met niets Ik heb het geld met interest terug- gezonden." Francis liep naar het venster en keerde weer om. Er stond een andere auto buiten behalve de zijne, ook een Rolls-Royce „Ben je de mijnheer Ambrosius, over wien ik hoorde spreken?" vroeg hij. „Een Grieksch millionair?" „Die ben ik", gaf Ambrosius toe. „Het is der ijdelheid en zonder dictatoriale manie- ren. Hoort men hem spreken over zijn werk, dan krijgt men een weldadigen indruk van een eerlijk staatsman, die zijn verantwoorde- lijkheid gevoelt, en die zonder nu juist een schitterende figuur te zijn, toch de eigen- schappen schijnt te bezitten, die een staats man het meest behoeft: gezond verstand en onverschrokkenheid. Hij heeft voor een be- paalden tijd den welsprekenden vertegen- woordigers van het volk den mond gesnoerd en de rammelende partijmachinerie stop gezet, om die maatregelen door te voeren, die naar zijn meening onze tijd vraagt. „Trabajamos" (wij werken)! herhaalt hij telkens weer. We praten niet, w. discuteeren niet, we intri- geeren niet, we werken. Het gesprek springt van het eene onder- werp op het andere. Ik noem onder meer het werk van Angel Pulido om de Spaansch spre- kende Sephardim uit het Oosten terug te roepen, waarvoor de dictator een leven dige belangstelling toont Maar de schaduw van Isabella zweeft tusschen ons. Ik kan moeilijk van hem weggaan zonder te pogen te weten te komen welke de houding van het nieuwe Spanje tegenover het religieuse vraagstuk is. „Wanneer Uwe Excellentie me toestaat, zou ik graag een vrijmoedige vraag tot U willen richten". Met Zuidelijke levendigheid moedigt hij mij aan om zonder omhaal te zeggen wat ik op het hart heb. En ik spreek dan over den verwarrenden indruk, dien het oproepen van de gedachtenis van koningin Isabelle aan het einde van zijn rede te Medina del Campo op mij gemaakt heeft. „U heeft gelijk om mij daarnaar te vra- gen", antwoordt hij (Ik kan hier slechts de hoofdzaak geven van zijn woorden). „Giste- ren sprak ik te Medina del Campo. de plaats, waar koningin Isabelle dikwijls verblijf hield en waar zij stierf, en toen kon het wel niet anders of men moest hare nagedachtenis eeren. Isabella belichaamt in onze geschiede- nis dat nationale pathos, dien droom van een levenskrachtig, stralend Spanje, die in dezen tijd ons alien vervult. Maar in gods- dienstig opzicht is het tegenwoordige Spanje in den besten zin tolerant. Bij ons kan iedereen zijn godsdienst belijden in voile vrijheid. Wij moeten ons losmaken van deze donkere herinneringen. Laat de historic de historic zijn, en laten wij alien werken voor een betere toekomst". VOOR DEN POLITIERECHTER. (Vervolg). EEN ZAKKENDIEF EN ZIJN ASSISTENT. De niet verschenen J. K. en zijn stiefzoon W. K. 'n Duitscher uit Gladbach, beiden ge- domicilieerd te IJmuiden stonden terechf, no. 1 terzake diefstal van 12 zakken uit een schuurtje te Limmen en no. 2 omdat hij bij het plegen van dezen diefstal zijn stiefpapa was benulpzaam geweest. De zakken waren gevuld met uien, die zij echter uit de zakken hebben geschud en ach- tergelaten. Bedoeld schuurtje stond bij de momenteel leegstaande pastorie der Herv. ge- meente te Limmen. le verdachte is absent. De nabijwonende mevr. v. Til heeft 2 mannen op het erf der pastorie gezien. K. staat crimineel niet gunstig aangeschreven, van W. K. is niets nadeeligs bekend. De off. vorderde tegen Kl. 5 maanden gev. en tegen den stiefzoon Kz. /*30 boete of 30 dagen. Vonnis Kl. 3 maanden gev. en Kz. 25 boete of 25 dagen. BELEEDIGING. Voortzetting heeft plaats van een beleedi- gingszaak tegen J. v. R. te Hoorn die de vc- rige maal had beweerd, dat hem geen gele- genheid was gegeven, zijn excuses te maken Dit verweer blijkt echter na onderzoek bij de politie niet juist te zijn en het verstekvonnis 25 boete of 25 dagen wordt bekrachtigd. NOG EEN DAMESDUEL. De 23-jarige Ida Maria H., gehuwd met Klaas M., te Hoorn, heeft op 8 September aldaar mej. Aafje de Boer, huisvrouw van Kl. Hakevoort met een kinderschopje gesla- gen. De aanleiding was een ruzie over kin deren. Het zoontje van mej. H. zou door een kind van verdachte zijn mishandeld met een stuk hout. De mishandelde dame ontkent zulks. De politie echter deelt mede, dat de juffrouw dienaangaande niet vrij uit gaat. Eisch 15 boete of 15 dagen. Vonnis f 10 boete of 10 dagen. MISHANDELING VAN EN DOOR DAMES. De dames Klasina B., huisvrouw J. M. en de ongehuwde Helena B. haar dochter, beiden te Helder hebben volgens overdreven mij een millionair te noemen, maar ik ben rijk. Mijn vader stierf verleden jaar en liet mij zijn zaak na. Hij leende geld en had een zaak in Sackvillestreet; hij was een Griek, die een rijke Engelsche jodin huwde. De zaak behoort nu aan mij" Francis bleef zwijgen. De aanblik van de zen man was een schok voor hem geweest. „Ik verdiende zeer veel geld", ging de man zenuwachtig voort. „De menschen van de wereld hebben mij in de eerste kringen gein- troduceerd. Indien je die geschiedenis van mij vertelt, zal ik weer moeten terugkeeren tot het geldleenen, en niets dan dat. Ik gaf het geld terug, Francis. Jijzelf ging weg, toen je de gelegenheid had." „Wat kwam je hier doen?" Ambrosius lachte beteekenisvol, een slim- me onaangename lach. „Ik zou je hetzelfde kunnen vragen", waag- de hij. Francis balde de vuist en deed een stap voorwaarts. Ambrosius week achteruit. „Hond, mompelde Francis. „Waag het niet tot mij te spreken, of ik dezelfde zwakheden had als jij. Antwoord nu op mijn vraag." „De dame, die hier woont", verklaarde Am brosius, „verloor gisteravond duizend pond aan mij met baccarat. Zij kon niet betalen en zij zei mij hier vanmiddag te komen." „Ga nu weg", beval Francis. „En rijd naar Chatfield House. Wacht daar op mij Ik zal mevrouw Dringe's schuld afdoen. Ik moet ook nog met je spreken over andere dingen." Mijnheer Ambrosius nam zijn glanzenden dagvaarding op 10 Augustus haar buur- vrouw Cornelia Plugge, huisvrouw J. Wil- lems mishandeld. Volgens mej. Willtms hadden verdachten kwaad van haar gesproken en toen deze juf frouw daar nader op in wilde gaan, werd zij door de beide, thans terecht staande da mes mishandeld. Verdachten zeggen door mej. Plugger te zijn uitgelokt. De officier vorderde vrijspraak tegen de moeder en wat betreft de dochter 15 boete of 15 dagen. Uitspraak conform eisch. STROOPERIJ VAN GRAS. De schillenboertjes, Heike J. en Pieter B., beiden te Alkmaar, staan terecht terzake we- derrechtelijke toeeigening van een hoeveel heid gras, toebehoorende aan de Ned. Spoor wegen. Verdachten beweren het gras cadeau tc hebben gekregen. Zij mochten het afmaaien en weghalen. Wie hun die permissie heeft gegeven, kunnen zij niet zeggen. Verdachten staan goed bekend. Eisch tegen ieder 6 boete of 6 dagen. Uitspraak 1 boete of 1 dag. VERNIELING IN EEN ARRESTANTEN- LOKAAL. De niet verschenen verdachte J. v. d. V. heeft op 16 October te Z. en N. Schermer twee luikjes in het arrestantenlokaal ver- nield. De bufgemeester der gemeente dient bij volmacbt een civiele vordering in ten be- drage van 20. Eisch 20 boete of 20 da gen. Vonnis 10 boete of 10 dagen en toe- wijzing civiele vordering tot een bedrag van 8.20. BLOEMETJES GEPLUKT. De tuinbouwersknecht Joh. S. uit Tuitjehorn, heeft in den avond van 11 October eenige bloemen geplukt uit een voortuin, eigendom van getuige Jonker en deze kinderen van Flo ra wederrechtelijk meegenomen. Er schijnt door verdachte en zijn kornuiten heel wat in Jonkers tuintje baldadig vernield en wegge- nomen. Eisch f 15 boete of 15 dagen. Von nis f 20 boete of 20 dagen. Vergezeld van een ernstig repromande, aan het adres van den verooraeelde over zijn onbehoolijk optreden. BELEEDIGING PER BRIEF. De verdachte Jacob C., te Medemblik, heeft op 7 October aldaar geschreven en bezorgd een brief bij zijn medeingezetene en buur- man Jelle de Boer, in welke brief brief ver dachte zijn buurman en diens huisvrouw grof heeft beleedigd en zelfs bedreigd. Partijen zijn thans geen buren meer. De oorzaak zat in de politick en de muziek. Ook een gramo- phoon en 'n draaiorgeltje speelden in dat con flict een roi. De officier vordert f 25 boete of 25 dagen. Vonnis f 10 boete of 10 dagen. DIEFSTAL VAN EEN ARMBANDJE. De 23-jarige doktersdienstbode Geertruida verdacht van diefstal van een armband je, gevonden in de rijwielstalling van den heer Akkerman in de Ridderstraat te Alkmaar, alwaar verdachte een rijwiel in bewaring had gegeven. Verdachte heeft het kettinkje op- geraapt van den winkelvloer en haar vondst niet op het politiebureau aangegeven. Het voorwerp was het eigendom van mej C. S. Renooy uit Heiloo. Deze kon niet ver- klaren dat het goud is. De dochter van den dokter waar verdachte in betrekking is, geeft van verdachte een gunstige getuigenis. De Officier acht diefstal bewezen en vor dert f 15 boete of 15 dagen. Vonnis con form. BELEEDIGING VAN EEN WINKE- LIER. De dames Cornelia S. en haar zuster Trijn- tje S., de laatste gehuwd met G. S. te Alk den winkelier in galanterien C. Bierekhoven, den winkelier in galanterien Car. Berkhoven, te Alkmaar, dien zij op 29 October zouden hebben toegevoegd de woorden: oplichter en afzetter, waardoor de heer B. zich beleedigd achtte. De damse ontkennen deze woorden ge- bruikt te hebben. Mej. E. zegt dat de getuige mej. v. d. V. hen heeft opgestookt en nu tegen hen ge- tuigt. Eisch tegen ieder f 10 boete of 10 dagen. Vonnis ieder f 7 boete of 7 dagen. MISHANDELING MET EEN KOEMARKTSTOK. De veehouder J. M. S., volgens eigen op- gaaf oud 63 jaar, doch officieel 66 jaar, wo- nende te Medemblik, staat terecht ter zake mishandeling van den getuige Jan Bakker, die hij op 22 October bij het cafe Pot met een stok op zijn rug zou hebben geslagen. Verdachte zegt, dat hij Bakker verschil lende bedragen heeft geleend en daarover met dezen kwestie heeft gekregen. Hij heeft Bak- kr toen een goede duw gegeven, maar hem niet met een stok geslagen. Verdachte ver- zijden hoed. „Ik zal er zijn", beloofde hij. Francis volgde hem naar de gang en zag dat hij vertrok. Daarna weifelde hij een oo genblik. Op de plaats, waar hij zich bevond, kon hij hooren hoe Felicia nog zacht voor zichzelf speelde, nog met dien vragenden klank in haar muziek; misschien was het een vraag, of een roepstem, ofschoon het een meer bepaalde stemming had gekregen; een droevige, meer bekende melodie. Hij keerde zacht terug in de nis van de gang, zocht zijn hoed en zijn stok, en stapte in zijn eigen wa- gen, juist toen het kamermeisje kwam aan- snellen. „Bied mijn excuses aan je mevrouw", zeide hij, uit het raampje buigende. „Zeg haar, dat alles is geregeld zooals zij het wenschte." „Mevrouw is nog alleen, Your Grace", waagde het meisje. De muziek hield op, Francis hoorde het geluid van het openen van een deur. Hij leunde terug in den hoek van de auto, die wegreed. HOOFDSTUK XVII. De rijpaarden wachtten reeds aan de bocht tegenover het kasteel, toen de lange grijze auto in vaart door het park reed. Mevrouw Morrison, de huishoudster, bevond zich in de gang, met een dienstbode achter zich om Monica op te wachten. Er was een overbodig ontbijt gereed gemaakt, blikken met sand wiches en flesschen stonden op de tafel in de hall en er werd overal vroolijk gebabbeld. „D»e hertog en lady Moiiica hier, alleen uit keerde in koemarktstemmlng, wat hem nog al eens meer overkomt. U is rijk, he? vraagt de politierechter. Rijk zegt verdachte gezond! Eisch: vrijspraak. Vonnis conform eisch. MISHANDELING MET EEN VAAR- BOOM. De 24-jarige tuinbouwer Dirk de G., te Koedijk, staat terecht op grond van het feit dat hij op 1 Nov. den getuige Dirk de Waal met een vaarboom heef geslagen. Verdachte zegt dat de Waal begonnen is met hem uit te schelden, wat de Waal ontkent. Wel heeft hij teruggeslagen. Eisch 720 boee of 20 dagen. Vonnis f, 15 boet of 15 dagen. DIEFSTAL UIT EEN GELDBAKJE. Voor dit feit stond terecht de scheepmakers knechts P. J. V. te Helder. Hij heeft op 15 Oct. 1928 een bedrag van pl.m. 4.90 ont- vreemd uit een geldbakje, dat zich bevond in den winkel van M. Kofferman aldaar. Ver dachte heeft een flink salaris en is nog nim- mer gestraft geweest. Het geval is raadsel- achtig. De officier wenscht een nader onderzoek naar den persoon van verdachte. De zaak wordt alzoo op 23 Januari voortgezet. SLUITING. DE MALVERSAJIES TE WOERDEN. Volgens den verdediger een gotn zende bijenkorf van ongerechtigheid. In 1927 veroordeelde het Hoog Militair Gerechtshof den voormatigen commandant van het Centraal Magazijn voor railitaire Weeding en uitrusting te Woerden, in ver- band met de bekende knoeierijen, tot een jaar gevangenisstraf, terwijl er vier jaar tegen hem was gevorderd. Daarna, op 25 October 1927, hadden zich, eveneens in verband met die knoeierijen, voor de rechtbank te Utrecht te verantwoorden een toen 63-jarig bureelambtenaar uit Leiden en een toen 32-jarig aannemer uit Woerden. De rechtbank, op 8 November 1927 vonnis wij- zende, veroor-deelde den bureelambtenaar tot drie maanden gevangenisstraf met aftrek der preventieve hechtenis, wegens verduistering in dienstbetrekking en valschheid in geschrif- te, doch sprak den aannemer van de hem ten laste gelegde valschheid in geschrifte en heling vrij. Van dit vrijsprekend vonnis ging het O. M. in hooger beroep; het had tegen den verdachte gevorderde drie maanden en vier dagen gevangenisstraf met aftrek der pre ventieve hechtenis, die drie maanden en vier dagen had geduurd. Op 19 April 1928 diende dit appel voor het Gerechtshof te Amsterdam. Het hoorde toen een tweetal getuigen, doch wees ver- volgens de zaak terug naar den rechtercom- missaris te Utrecht, teneinde na te gaan de werking van de administratie bij het Centrale Kleedingmagazijn te Woerden en de betedke- nis van de stukken, zooals de verschillende bons, die destijds gebruikt werden. Gister wercl het geschorste onderzoek door het ge rechtshof te Amsterdam hervat Aan den verdachte was ten laste gelegd, dat hij in het laatst van 1925 en begin 1926, terwijl hij wist dat zijn firma geen houtleve- ringen aan het Centr. Magazijn deed, een aantal rekeningen (facturen) ten laste van het Centr. Magazijn opmaakte en uitschreef, val- schelijk inhoudende, dat houtleveraties wa ren geschied oa. tot bedragen van f 400, waarvan de rekeningen door den >irmant voor voldaan werden geteekend, o.a. op 16 Februari en 6 Maart 1926. In de tweede plaats werd hem verweten, dat hij die reke ningen den bureelambtenaar als echt en on- vervalscht ter hand stelde, en in de derde plaats werd hij beschuldigd, dat hij om- streeks 1926 50 ten geschenke aannam van den bureel-ambtenaar, hoewel hij wist, dat het geld van verduistering afkomstig was. Wegens een andere samenstelling van het Hof werd de zaak opnieuw in haar geheel behandeld. De verdachte erkende voor den gewezen majoor en den bureelchef facturen voor houtleveranties te hebben opgemaakt, die niet reeel waren. Hij deed dit echter niet om zichzelf te bevoordeelen, maar alleen om hun pleizier te doen en de bestaande vriend- schappelijke verhoudingen te bestendigen, hopende op die wijze leverancier te blijven. Da t hij door zijn handelingen gelegenheid gaf tot malversaties, had hij niet begrepen: hij vertrouwde de zaak Al vroeger, in 1905, had hij het bij den kazernebouw te Nijme- gen meegemaakt, dat hij voor niet geleverd werk rekeningen moest afgeven om gelegen heid te geven ander werk, waarvoor geen geld was, te kunnen verrekenen. Persoonlijk de stad gekomen?" In de oogen van deze eenvoudige men schen was de zaak al in orde. Monica kon den toestand, of liever wat men zich daar- van voorstelde, beter waardeeren dan haar metgezel, en zij zweeg eenigen tijd, nadat zij hun rit waren begonnen. Francis was ook stil, maar om heel andere redenen Hij reed blootshoofds, de wind speelde door zijn zwart haar, bracht light in zijn oogen en kleur op zijn wangen. De ondoorgrondelijke uitdrukking, de onnatuurlijke zelfbeheer- sching, die vele nauwkeurige waarnemers een raadsel was, scheen hem te hebben ver- laten. Hij genoot van de zon en den wind, die koeler werd, toen zij het open veld na- derden. „Francis", vroeg zij plotseling. „Wa» Eustatius gisteravond bij je?" Hij schudde het hoofd. „Ik was voor een paar uur uit den tred- molen", antwoordde hij. „Ik at alleen thuis met. een paar boeken, die Moss mij zond en ik ging vroeg naar bed met een uitgeschakel- de telefoon." „Je ziet niettemin Eustatius alle avonden", hield zij aan. „Ben je je bewust dat hij meer drinkt dan goed voor hem is en dat hij veel geld verteert?" „Ik ben toch niet zijn voogd, wel?" ant woordde Francis. „Eustatius leidt, vermoed ik, een leven naar zijn zin". „Soms denk ik, Francis", vervolgde zij ernstig, „dat je te goed voor ons bait, ons veel te veel geld toestaat, bedoel ik. Ik ben ervan verzekerd, dat wij allea te veel ver- teeren, ik zelf inbegrepen". (Wordt vervolgd.) i

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1928 | | pagina 5