Ilkiimdi Conrant. De Piaatsvervanger n nieutue mantel Wat ik in Indie zag en hoorde EEIJILLETON. No. 84 1929 Honderd een en dertigste Jaargang. U oen§da^ lO April. Radio-hoekje Donderdag 11 April. Hilversum, 1071 M. 10.10.15 Morgen- wijding. 12.15—2.— Concert door het A. V. R O.-Trio. 2.2.30 Causerie. 2.30—3.-— Gramofoonmuziek. 3.4.Kniples. 4.5 Ziekenuurtje 5— 5.30 Sportpraatje. 6.—7.15 Concert door het Omroep-orkest. 7.157.45 Engelsche les. 8.15 Aansluiting van het Con- certgebouw te Amsterdam. Orkest onder lei- ding van Willem Mengelberg. Daarna pers berichten. Gramofoonmuziek tot 11.30. Huizen, 339-8 M. (Na 6 uur 1852 M.) (Uitsluitend N. C. R. V.) 11.—11.30 Korte Ziekendienst. 12.30—145 Sohstenconcert. 6 —6.30 Gramofoonmuziek. 6.30—7.— Lite- rair halfuurtje. Spr. A- J- D. van Oosten. 7—8,— Orgelconcert. 8.— Uitzend-avond. Sprs. M. Fernhout, burgemeester van Kam- ,pen, prof. Dr. T. Hoekstra, Lt. Kolonel C. M. Donck en Ds. F. A. van Schaick. Koor, orkest, vocale en instrumentale solisten. Daarna persberichten. Daventry, 1562 M. 10.35 Kerkdienst. 11.05 iLezing. 11.20 Gramofoonmuziek. 12.20 Con cert piano, cello en alt. 1.20 Gramofoonmu ziek! 3.20 Vesper in de Westminster Abbey. 4.05 Briefbeantwoording. 4.20 Concert. Mi- litaire kapel. 5.35 Kinderuurtje. 6.20 Mu- ziek. 6.35 Nieuwsberichten. 6.50 Landbouw- jjerichten. 6.55 Muziek. 7.05 Sonaten van iHaydn, piano. 7.20 Lezing. 7.35 Muziek. 7.45 Lezing: How an aeroplane flies. 8.05 De Aeolian Players. 9.20 Nieuwsberichten. 9.35 Lezing: The way of the world. 9.50 (Nieuwsberichten. 9.55 Chariot's uurtje. Vroo- jijke muziek en zang. 10.5512.20 Dansmu ziek. Parijs „Radio-Paris"1744 M. 12.20 Pro test. causerie. 12.50—2.10 Orkestconcert. 4.055.05 Gramofoonmuziek. Klassiek con cert. 7.05—7.50 Gramofoonmuziek. 8.20 Li- teraire causerie. 8.5011.10 Symphoniecon- cert. Orkest en Hr. Cambon, zanger. Langenberg, 462 M. 9.35 en 11.30 Gra mofoonmuziek. 5.05—5.50 Pianoconcert. 7.20 —8.05 Concert. Klein Werag-orkest. 8.05 Westfaalsche avond. Orkest. A. Imkamp, bas. I. van Stach en F. van Castelle, voorlezing Daarna dansmuziek tot 11.20. Zeesen, 1649 M. 11.50—4.20 Lezingen. 4.205.20 Orkest-concert. 5.20—6.40 Lezin gen. 7.20 Concert voor soli, koor en orkest. Daarna Persberichten en tot 11.50 Dansmu- £jek. Hamburg, 395 M. 10.2011.20 Gramo- foonplaten. 4.20 Orkest-concert. 5.20 Vroo lijk concert. 7.20 Hoorspel. 9.35 Dansles. 10.35 Dansmuziek. Brussel, 511.9 M. 5.20 Trio-concert. 6.50 Gramofoonplaten. 8.35 Orkestconcert. 10.— Dansmuziek. Door H. N- A. SWART. (Luit.-gen. b. d., oud vice-president van den Raad van Nederlandsch-Indi'i.) VI. Ik wil nu nog enkele opmerkingen maken over die door de regeering in de laatste jaren gevolgde bestuurspolitiek in het algemeen en over de zoogenaamde Bestuurshervor- ming (zie art. 119 tot en met art. 121 der Ind. Staatsregeling) in het bijzonder. Het huidige regime zocht en zoekt zijn rechtvaardiging in de zoogenaamde Inland sche beweging. Doch, zooals wij gezien heb- ben, deze Inlandsche beweging geeft niet weer de stem der millioenen massa van de inheemsche bevolking, doch zij is de, welis- waar zeer luide, stem van slechts weinige duizenden. Volgens de laatsten zou die mas sa reeds rijp zijn voor een groote mate van medezeggenschap in het landsbestuur. Ik meen, dat deze stelling niet in ernst kan wor den volgehouden. Maar hoe is het dan in werkelijkheid met die massa gesteld? Is de wong tani op Java werkelijk bezig zich te evolutioneeren en zoo ja, in welke richting? Eerst moet men dan toch hieromtrent goec georienteerd zijn, wil men de grondslagen kurinen aangeven, waarop het bestuurs-stel- sel in Nederlandsch-Indie verder behoort te worden opgebouwd. Dit immers behoort zich dan zoo goed mogelijk aan te passen aan de behoeften en wenschen dier massa. Kent men nu de wenschen dier massa? M. i. niet, daar deze zich daaromtrent nog in Door RICHARD MARSH. Vrij naar het Engelsch door C. M. G. de W. 40. Weer een geluid. Voetstappen een stem hij versiond het duidelijk, het was niet ver van hem van daan aan zijn rechter kant. Hij liep tastend voort, nu wat minder snel. Daar voelde hi] een deur, toen nog een, wel one of yier. Nu was hij aan't eind van de gang. Nu weer een dwarsgang. De geluiden werden wat beter verstaanbaar daar zag hi] een Dent. Hij liep nu wat sneller voort en was aan het eind van de gang toen het licht verdween. Dat was lastig, want hij wist niet waar hi] was, zelfs niet precies waar zijn eigen kamer was. Waar was dat licht neb e- ven? 6 - wfs in de gang geweest die nu links H#n hem lag. Op den tast liep hij voort in de *oop dat het weer terug zou komen w-w dft?* stemInen vlak in zijn nabij- 5?1?; "'J b eef staan. Zonder twijfel, het was *chtblJ En hi] zag iets, een klein streepje lich op den grond. Dus hij stond bij een deur het licht seheen onder door en de stemmen twain en uit die kamer. Hri begreep nu dat hij tmssehien op jacht was naar iets heel <re. Woons en dat er niets biizonders gebeurde het geheel niet heeft geuit. Zoover is hare j evolutie nog niet gevoraerd. De waarheid is, dat de tani verlangt met rust gelaten te worden. Hij vindt slechts, dat hij door bestuurszorg en bestuursbemoeienis- sen te veel wordt lastig gevallen. Zijn wensch is alleen om in zijn eigen kleinen kring, de dessa of kampong, zijn eigen aan- gelegenheden zelf te mogen regelen; in zijn dessa, de kleinste belangengemeenschap, die in Java Wordt gevonden. De goedbedoelde maar al te groote bestuursbemoeienis met zijn dagelijksch leven en zijne dagelijksche aangelegenheden verveelt en grieft hem en dat maakt hem ook vatbaar voor de valsche voorspiegelingen van volksmenners en poli- tieke agitators. Uit niets blijkt zijn politieke onrijpheid duidelijker dan uit zijn houding tegenover de Bestuurshervorming, dat, volgens Neder- landsche sociaal-democraten, zoo „kostbare geschenk" dat wij der bevolking hebben ge- schonken. Die Bestuurshervorming moet beschouwd worden als een democratische proefneming ter vervanging van het voordien geldende, zich aan het karakter en den godsdienst der bevolking aanpassende systeem. De indee- ling van Java in Residenties heeft altijd haar practische bruikbaarheid bewezen en was volkomen gerecipieerd in het rechtsbewust- zijn der bevolking, die onder dat stelsel zich ongestoord heeft kunnen ontwikkelen. Zij ge- noot daarbij in haar dessa's de meest volledi- ge vrijheid om haar intieme aangelegenhe den naar eigen inzicht te regelen. En men stelde volkomen vertrouwen in het Eur. be- stuur en de regeering. De gewone inlanders zegt: „het is het werk der Regeering om te regeeren, en het is de rol van den onderdaan om geregeerd te worden." Hij wenscht niet deel te nemen aan het bestuur, hem interes- seeren alleen de regenval, de prijs van de rijst en van kleedingstukken, de mogelijkheid van geld leenen, de veiligheid van zijn per- soon en zijn goed. En hij kende en vertrouw- de den assistent-resident en den controleur, bij wie hij zijn klachten kon voorbrengen. In Nederland hebben de gemeenten en de provincies zich zelf in den loop der eeuwen in vaak bangen strijd gevormd uit eigen krachten. Maar in Indie? De eenige daar historisch ontstane en ge- groeide zelfstandige gemeenschappen zijn de dessa's. Zooals bekend, brengt de Bestuurshervor ming staatkundig o.m. de instelling van auto- nome provincies en regentschappen. Het be stuur over de provincie berust bij een gou- verneur en een provincialen raad, over het regentschap bij den regent en een regent- schapsraad. Met de bestuurshervorming ging tevens de ontvoogding van het Inlandsche bestuur gepaard. Heeft men nu door deze hervormingen in een volksbehoefte voorzien, heeft men daar- door bij de bevolking grootere belangstelling gewekt in het bestuur en in het beheer der publieke aangelegenheden? Duidelijk is gebleken, dat de groote massa der bevolking van deze instellingen niets begrijpt en hoegenaamd geen onderscheid ziet tusschen dat, wat door de regeering, de provincie of het regentschap wordt verricht. Een kleine minderheid heeft er eenige notie van, doch staat er onverschillig tegenover, terwijl eindelijk slechts een zeer kleine kern zich voor de regentschapszaken interesseert. En dat zijn ongelukkigerwijs meestal de min der loyale elementen Doch wat erger is, de bestuurshervorming is niet alleen onbegrepen gebleven, hare werking heeft allerwegen een slechten in- vloed gehad op de daadwerkelijke bestuurs- voering en op de handhaving van ons gezag. Ik trof, zooals vroeger vermeld, alleen in een gewestelijk bestuurder een voorstander aan, al de andere gewestelijke bestuurshoof- den die ik sprak, stonden afwijzend tegen over de Bestuurshervorming! Het zou mij ten aanzien van den niet-in- gewijden lezer te ver voeren, indien ik hier a! de ongewenschte gevolgen der Bestuurs hervorming in bijzonderheden zou uiteen- zetten. Laat ik naast het volkomen gebrek aan begrip bij de inheemsche bevolking alleen vermelden, dat het huidige stelsel onder meer ten gevolge heeft, dat de be- stuurszaak zoowel der Europeesche als der Inlandsche ambtenaren van Binnenlandsch Bestuur daardoor op losse schroeven is ge- zet, dat hun onderlinge verhouding erdoor verslapt en ongewis is geworden, dat de Europeesche bestuursambtenaren voor een aanzienlijk deel hun direct en zoo hoognoo- dig contact met de bevolking hebben ver- loren, dat het prestige der regenten door de oppositie van deloyale elementen in de regentschapsraden reeds heeft geleden en in de toekomst nog veel meer zal lijden en dat het zeer te bezien zal staan, of de voor die taak geheel onrijpe regentschapsraden geen beslissingen zullcn nemen, in strijd met het volksbelang, doch eigen belangen zullen laten domineeren en hoe zij zullen omsprin Het was wellicht de slaapkamer van mijnheer en juffrouw Eva. Hij zou een heel mal figuur maken als een van de twee misschien de ka mer uit kwam en hij daar den luistervink stond te spelen. De achterdocht waarmee de man hem reeds had aangezien zou er terecht niet op verminderd zijn. Toch diende hij wel iets uit te voeren. Hij wist niet hoe hij in de duisternis zonder hulp zijn kamer zou kunnen terug vinden. Hij aarzelde en luisterde eigenlijk zonder opzet. Neen, het waren niet de stemmen van den heer Eva en zijn vrouw; het waren mannen- stemmen. Als er een vrouw bij was, dan zweeg zij. Het was bespotte'ijk zooals hij daar stond, zonder iets uit te voeren, te nau- wernood wetende welken kant hij moest uit- gaan. Hij strekte de hand uit, vond den deur- knop en draaide hem om, de deur ging open; hij trad de kamer binnen „Wat duivel, wie is dat!" Hij herkende de stem van John Eva De man stond bij een tafeldicht bij hem stond een andere man, die er uitzag of hij van bui ten kwam. Hij had een dikke overjas aan en een bouffante om; ook zijn donkere laken pet had hij nog op. Het was niet te verwonderen dat beide mannen hem met verbazing aan- zagen. Ze hadden ieder een hand in den zak Mr. Talbot had willen wedden dat er een revo'ver in ieder van die zakken aat. Hij was het die het stilzwijgen verbrak. „Eva, wie is deze heer? Is het uw ge- woonte op dit uur van den nacht bezoek te gen met de hun ter beschikking staande fondsen, daar nu reeds gebleken is de nei- ging tot overmatige opvoering der perso- neelsuitgaven. Buiten en behalve deze Bestuurshervor ming, die door velen als een afgedane zaak schijnt te worden beschouwd, waarop niet meer zou kunnen worden teruggekomen, (zij schijnen het goede Hollandsche spreekwoord niet te kennen, dat leert, dat beter ten halve gekeerd wordt, dan ten heele gedwaald), constateerde ik ook, dat de bestuurspolitiek der huidige regeering overal zorg baarde. Zij schijnt toch onder den indruk te ver- keeren, dat de Bestuurshervorming van 1925 niets anders beteekent dan het begin van het proces, dat aan Indie autonomic zal brengen en zij schijnt van oordeel, dat het haar taak is dit proces zooveel doenlijk te verhaasten. Men vraagt zich af of deze regeering niet in- ziet het historische recht van Nederland om in Indie te zijn, noch de economische nood- zakelijkheid van onze westersche bedrijven. Ziet zij slechts een strijd tusschen politieke aanspraken van blank en bruin, waarbij zij het betere recht aan inlandsche zijde acht? Blijkbaar heeft zij wel ingezien, dat haar regeeringsdaden en vooral ook haar voor de toekomst uitgestippelde politiek van Neder- landsche zijde in Indie en in Nederland zelf een te groot verzet begonnen wakker te roe- pen, en dat zij op deze wijze en in dit tempo voortgaande tot een al te gevaarlijk forceeren zou komen en scherpe conflicten niet zouden uitblijven. Na December 1927 is het tempo der uitvoering harer plannen vertraagd en zijn verschillende tot die uitvoering behoo- rende maatregelen uitgesteld. Zonder echter het doel uit het oog te verliezen heeft zij een door den weerstand noodig geworden zwen- king uitgevoerd. Een oppervlakkig beschou- wer moge deze zwenking misschien houden voor een veranderde houding, in werkelijk heid is zij dat niet. Alleen zijn de hoofdlijnen tijdelijk minder markant. Bdvendien heeft men ongemerkt dan eens eene zwenking na^r rechts, dan weer naar links. Het kan niet anders of deze tweeslachtig- heid, deze ongewisheid en zwakheid hebben op alles, wat in deze jaren van het gouverne- men uitging, hun stempel gedrukt. Van elke circulaire, van elke handeling op het gebkd der inlanderpolitiek van de regeering zijn verwaring en verscherping van tegenstellin- gen het gevolg geweest, ofschoon de toestand der inlandsche bevolking daartoe in geen en- kel opzicht noopte. Een bepaald standpunt valt niet gemakkelijk te ontdekken. Is men misschien allerwegen in afwachting van ko- mende maar onzekere gebeurtenissen, ook op financieel gebied? Door de ongewisheid der Regeering is natuurlijk ontstaan eene groote onzekerheid bij de ambtenaren, terwijl men bovendien er naar raden moet of zij zelfstan- dig dan wel in opdracht handelen.. Eenigen tijd geleden kon men in het blad ..De Maasbode" een scherp oordeel lezen over dit alles. Een blijkbaar ter zake kun- dige schreef „Met deze regeering valt geen zakelijk staatkundig debat te voeren. Hare staat- kunde is geen zakelijke, doch eene van emotie en sentiment, van leuze en van avontuur". Ik moet tot mijne spijt dit oordeel onder- schrijven. Provinciaal nieuws WIERINGEA. Raadsvergadering. De Raad vergaderde Zaterdagmiddag. Tegenwoordig tien 1'eden, afwezig met ken- nisgeving de heer S. P. de Vries. Voorzitter burgemeester Kolff. Secretaris de heer C. F. van Duin. Mededeelingen en ingekomen stukken. Ingekomen waren: Van Mej. E. F. de Wit en mej. M. G. Dekker bericht van aanneming hunner benoeming tot onderwijzeres aan de school te Oosterland; van mej. E. M. Mul ders alsvoren voor de school te Hippolytus- hoefvan den heer C. J. Bosker bericht van aanneming van zijn benoeming tot lid der commissie van toezicht op het lager onder- wijs; van mevr. G. KaanLont bericht, dat AMSTERDAM, Nieuwendijk 225-229. UTRECHT, Oude Gracht 151. ontvangen?" De vraag scheen de verbazing van den heer Eva niet te verminderen. Hij keek hem aan alsof hij verwacht had een verontschul- diging voor zijn binnentreden te vernemen, daar hij niet het minste recht had hen die vraag te doen. „Dat gaat wel wat al te ver, hemeltje lief! De kamer binnen te komen en mij zulk een vraag te doenwat gaat het u aan wie ik ont- vang en hoe laat?" „U zult weldra merken dat het wel mijn zaak is; het schijnt wel dat wij elkaar nog lang niet goed begrepen hebben. Ik heb u gevraagd wie deze heer is, die mijn huis bin- nenkomt als een dief in den nachtals u mij geen antwoord geeft dan zal ik er van hem een vragen. Nogmaals, wie is dat?" De bewuste man had zijn pet afgezet, bij wijze van be'.eefdheid voor den heer die bin- nenkwam. Het was duidelijk dat hij zich niet geheel op zijn gemak voelde. Fluisterend vroeg hi] aan Eva: „Pardon, mijnheer Eva, wie is die heer?" Eva zag den man aan en daarna den heer in zijn kamerjapon. Ofschoon men het niet direct een glimlach kon noemen die om zijn lippen speelde, scheen er toch iets in den toe- stand te zijn, dat zijn lachlust opwekte. „Veroorloof mij de twee heeren aan elkaar voor te stellen", zei hij. „U moet elkaar ken nen. Het zou mij niet verwonderen als je a beidesn met de^elfde soort van bezigheden op- hou<ft". Dit zeggende wees hij naar Talbot zij voor de herbenoeming tot de vorengencem- de commissie bedankt; van de algcmeene Noord-Hollandschc Pluimveehouders-ver. een dankbetuiging voor het ten behoeve van den legwedstrijd verleend subsidie; het proces- verbaal van kasopneming bij den gemeente- ontvanger en van den kassier der zeegras- exploitatie, bij den gemeente-ontvanger was in kas 8986.77 en bij den kassier der zee- gras-exploitatie 586.91, hetgeen in orde was; van B. en W. het gemeente-verslag en het verslag van de volkshuisvesting; verder de maandstaten der zeegras-exploitatie over Januari en Februari, in Januari zijn verkocht 630 en in Februari 240 pak; van Ged. Staten bericht van goedkeuring van het besluit tot aankoop van een rijpad van armvoogden; Ged. Staten berichten verder dat de nieuwe jaarwedderegeling voor de burgemeesters, secretarissen en ontvangers, ondanks de door eenige gemeentebesturen aangevoerde bezwa- ren, overeenkomstig het toegezonden ontwerp zal worden vastgesteld, het tijdstip van in- werkingtreding wordt echter verschoven tot 1 Januari 1930; op het verzoek om de motie- ven, welke hebben geleid tot afwijzing van het adres om subsidie voor den schoolbouw te Hippolytushoef, mede te deelen, hebben Ged. Staten geantwoord, dat zij hiertoe geen vrijheid kunnen vinden; volgens Ged. Staten is alleen de minister van Onderwijs gerech- tigd hiervan rnededeeling te doen; van de Commissie van Toezicht op het Lager Onder wijs het jaarverslag over 1928. Al deze stuk ken worden voor kennisgeving aangenomen. Van deze commissie verder een verzoek om een vergoeding van 2.50 per persoon en bezoek toe te staan aan de leden, die ingevol- ge art. 10 van haar reglement aangewezen worden om de scholen te bezoeken. Werd afgewezen. De verordening op de keuring van waren werd, in verband met een van den Minister van Arbeid, Handel en Nijverheid ontvangen circulaire gewijzigd. Aan de te Den Oever gevestigde vereeni- ging ter bevordering van bouw- en water- bouwkunde werd voor den tijd van een jaar een subsidie van f 100 verleend. Een verzoek van P. Veerdig en 13 anderen om betaling van de koopsom voor de van hunne landerijen afkomstige grondstrooken, die bij het in 1927 op de oudtijds bekende breedte brengen van de hoofdwegen aan den weg zijn toegevoegd, werd met alg. stemmen afgewezen, omdat de wegscheiding niet ver der was teruggebracht dan tot de dolven in den bodem aanwezig. Als stemlokalen werden aangewezen: voor de districten 1 en 2 lolcalen in de O. L. school te Hippollytushoefvoor district 2 een lokaal in de school te Westerland en voor de dis tricten 4 en 5 lokalen in de school te Ooster- iland. Besloten werd tot het aangaan bij de Zee gras-exploitatie van een geldleening, groot f 13269.67 tegen een rente van AVi pCt. 's jaars, met jaarlijksche aflossingen van ten minste 900, ter bestrijding van de kos- ten van verschillende uitgevoerde werken. De 2e suppletoire begrooting, dienst 1928 werd vastgesteld. Door de toename van het aantal feerlingen werd het noodig geacht de school te Wester land met een lokaal uit te breiden. Het vermenigvuldigingscijfer voor de plaatselijke inkomstenbelasting werd vastge steld op 0.6. De opbrengst over 19281929 had 18000 meer bedragen dan de raming. B. en W. stelden voor de school te Ooster land met nog een lokaal uit te breiden (twee lokalen worden reeds bijgebouwd). De min derheid van B. en W. achtte echter stichting van een nieuwe school te Den Oever beter, omdat dit meer >_n meer een centrum gaat worden en de gemeente zich daar het meest uitbreidt. Mocht de aanvrage om gelden be- schikbaar te stellen voor een bijzondere school doorgaan, dan zouden een drietal lo kalen van deze nieuwe openbare school voor het schoolbestuur beschikbaar kunnen worden gesteld. Hiercver zullen eerst nadere inlichtingen worden ingewonnen. Om den goed en gang van het onderwijs te verzekeren werden drie hulplokalen gehuurd en we!' het kerkgebouw en het catechisatie- lokaal te Oosterland en een zaal in het cafe Koster aldaar. Geklaagd werd over de hooge huurprijzen die werden bedongen, doch met het oog op den nood, moesten de lokalen toch gehuurd worden. B. en W. werden gemachtigd tot aanstel- ling van drie tijdelijke leerkrachten, waar- van 2 geplaatst zullen worden aan de school te Oosterland en een te Westerland. De stembureaux voor de verkiezing van de leden der Tweede Kamer werden samenge- steld. Tot lid der Commissie van Toezicht op het Lager Onderwijs werd benoemd in de vacatu- remevr. G. KaanLont, mevr. T. Kat Scheltus. Tot leden der Commissie tot wering van schoolverzuim werden benoemd: J. Kooy Cz., W M. Goiter, N. Kaan, L. Spaander, A. H. J van't Hof, N. I. Poel en C. F. van Duin en tot leden der (Tlmmissie van advies voor de werkloosheidsverzekering en arbeidsbemidde- i'ng 9- J' ®oske}'> J- K¥n Cz., M. Bakker Sz., IBakker, J. P. Wigbout en A. Vroone. D.. t Rondvraap Bij de ronuvraag deelde de voorzitter mede dat tot tijdelijk opzichter bij den schoolbouw te Hippolytushoef door B. en W. was aange- sterd de heer M. Deutekom tegen een salaris van 200 per maand. Deze benoeming was vooral geschied op aandrang van den archi tect, den heer D. Saal. Deze benoeming lokte nogal eenige critiek t, daar verschillende leden iemand van Wienngen op het oog hadden gehad. De heer Oden stelde voor de aftrek voor noodzakelijk levensonderhoud voor de plaat selijke inkomstenbelasting te verhoogen en te brengeq voor ongehuwden van 400 op 600, en voor gehuwden van f 600 op f 800 De voorzitter meende, dat dit niet veel meer zou geven, want voor het belastingjaar 1929 1930 is het al te laat en het volgend jaar de plaatselijke inkomstenbelasting, in ver band met het wetsontwerp tot regeling van de financieele verhouding tusschen riik en gemeenten, vervallen. Besloten werd een prae-advies van B en af te wachten. Hierna sluiting. HEERHUGOWAARD. Zondag is alhier opgericht de Westfrie- sche Motorclub (W. M. C.) welke tot doH heeft om gezamenlijke clubtochten en behen- digheidswedstrijden te houden. Ingeschreven zijn reeds 15 leden. Als bestuursleden zijnge- cozen de heeren: J. Moejes, Heerhugowaard, voorzitter; P. S. Gutter, Kinheimstraat 17 Alkmaar, secr.-penn.; J. Bierman, Zuid bcharwoude, commissaris. BROEK OP LANGENDIJK. Vrijdagavond hield Dr. Lovink, lid def 1 weede Kamer hier een zeer belangrijke rede voor onze tuinbouwers. De aanwezigen heb ben genoten en geleerd, hun blik werd ver- ruimd. 't Ging over de beschermende rechten. De spreker was er voor ons land in't algemeen geen voorstander van. Zijn bezwaren lichtte hi] op overtuigende wijze toe. \X ij twijfelen niet, of alien die ter vergade- nng waren, zijn enthousiast geweest over het heldere zaakrijke betoog. Zaterdagavond vond door de financi eele commissie onder leiding van den Direc- teur van Kalken de overdracht der instru- men ten plants aan de Chr. Harmonievereeni- ging hier ter plaatse. Na de uitreiking werd door den voorzitter der vereeniging, den heer Vinke, de financi- eeele commissie dank gebracht voor de moei- te en zorgen welke ze zich getroost heeft om hier tot opnehting te geraken van een Chr. Harmonievereeniging. Hij sprak tot de leden een opwekkend woord om trouw de repetities te bezoeken en richtte zich daarna tot den directeur met den wensch, dat onder zijn leiding de vereeniging tot groote bloei moge somen. De dienstplichtige J. de B., uit de gemeente Broek op Langendijk is wegens gepleegde deserhe naar den Krijgsraad voor de Land- macht te s-Hertogenbosch verwezen. De Veiling. In tegenstelling met andere jaren is er op dit oogenblik nog een groote voorraad aan winterkool bij de verschillende tuinbouwers De groote aanvoeren der laatste week aan de Broeker veiling, en de nog veel grooter hoeveelheden aan die van den Noordermarkt- bond leveren hiervan het duidelijkste bewijs. De oorzaak van die groote voorraden zijn ongetwijfeld toe te schrijven aan de overwe- ging, dat verreweg het grootste aantal tuin bouwers veel hoogere prijzen hadden ver wacht, dan gedurende de laatste weken, en vooral tijdens den strengen winter zijn be- steed en mede aan het feit, dat de tempera- tuur er krachtig toe meewerkte, om de kool in goeden toestand te kunnen bewaren, voor zooverre er door de strenge vorst geen „bok- kige" exemplaren in waren ontstaan, wat, zooals we reeds eerder opmerkten in vrij ern- stige mate voorkwam. Moesten we vorige week constateeren, dat de prijzen beduidend waren gedaald, deze week was dit gelukkig anders." Nu was er, ongetwijfeld dank zij het koude voorjaars- weer ook daar, waarheen onze stapelgroenten afzetgebied vinden, een belangrijke stijging te boeken. Zoodat als deze prijzen nog wat mogen aanhouden er door velen weer „goed brood" zal zijn verdiend. Dat men het met de winterkoolteelt nog niet opgeeft, hoewel er langzamerhand aan Langendijk en Omstre- ken andere cultures worden verbouwd, blijkt wel uit het feit, dat er op het oogenblik door verschillende tuinbouwers reeds contracten en met een grijslachje zei hij tot den man die naast hem stond: „En dit is de nieuwe heer van het landgoed de neef van den ouden heer, mijnheer Percival Talbot. En dit mr. Talbot is de heer Johnson, een oude vriend mag ik wel zeggen, van den ouden heer". De heer Johnson veegde zijn mond af met den achterkant van zijn pet, alsof hij niet best wist wat hij moest opmaken uit de woor- den van den spreker. „Ja, dat mag u wel zeggen, mijnheer Eva; de oude heer was op zijn manier geen kwade vriend van mij; en Sik weet zeker dat ik voor hem altijd een goede vriend geweest ben". „Zoowel als een klant, nietwaar Johnson?" „Ja zeker, de oude heer en ik hebben een of twee maal een aardijr zaakje met elkaar gedaan; wij waren goede klanten van elkaar zou ik zoo zeggen". „Daar is geen twijfel aan, mijnheer John son. Ge zijt goede klanten van elkaar geweest, zooals ge het noemt u en de dude heer. Dit is mijnheer Johnson, mijnheer Percival Talbot, uit Londen zal ik maar zeggen". ,,Ja, u kunt zeggen uit Londen". Johnson stond nog met zijn pet over zijn lippen te strijken, als't ware in gedachten alsof hij niet precies wist wat hij deed. Hij maakte niet den indruk zich op zijn gemak te gevoelen. „Of ook wel aan een ander adres te vin den". „0 ja, natuurlijk je kunt niet altijd op de- zelfde plaats bliiven"'- „Vooral niet met uw zaken". Het was dui delijk, dat dit gesprek den heer Eva zeer amuseerde; dat zag men aan zijn heele ma nier van doen. Aangezien mr. Johnson een oud vriend en zakenman was van uw oom, mijnheer Talbot, zou hij dat misschien ook van u willen worden, als het u aangenaam was. Niet waar Johnson, dat zou jc met ge- noegen willen?" „0 ja, met het allergrootste genoegen; niets zou mij aangenamer zijn als mijnheer Talbot dat ook wenschte. U zult tevreden over mij zijn, om zaken mee te doen, altijd eerliik en oprecht en openhartig, net als de oude heer. Dat kunt u aan mijnheer Eva vragen". „Ik ben u zeer verplicht, mijnheer Johnson, maar ik begrijp u niet goed. In welk opzicht deed u zaken met mijn oom?" „0, op velerlei terreinen, mijnheer Talbot. Dat kunt u van mijnheer Eva te weten ko men". „Dat is volkomen waar, mijnheer Johnson. De oude vriend van uw oom mijnheer Talbot, is hier des avonds of des nachts bij uw oom gekomen voor zaken terwijl het voor hem een groote last was". „Ja, het was soms wel wat lastig, heel lastig zelfs maar ik kan niet altijd aan mijn eigen gemak denken dat gaat niet" Hij richtte zich op met een vroolijk gebaar dat beduidde het ten minte maar het geiukte niet, dien indruk te maken. Het was onmoge- lfjk voor mr. Johnson zich vroolijk en vluj j voor te doen. 'Wordt vervolgd.) H

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1929 | | pagina 5