Alknarsche (unit. Uneven uit Amerika. Geneeskundige brieven. S. SJm 11462 ,ly58219S42 No. 91 1929 Henderd een en dertigste Jaargang. Donderdag IS April. V. New-York. Een maand geleden had de vierjaarlijk- sche plechtigheid van den Presidentsover- dracht te Washington plaats. Een week te- voren trokken uit alle deelen des lands stroo- men officieele en belangstellende personen per extra en in sommige gevallen per zelf gehuurde trein hoofdstadwaarts. De aan- wezige massa, die op meer dan honderddui- zend werd geschat, kan toch maar uit een zeer klein aantal ambtelijke personen bestaan hebben, die tegenwoordig moesten zijn En dan is het mij een raadsel hoe de rest er den tijd en de onkosten voor over heeft gehad, nu de techniek van onze eeuw het inogeiijk heeft gemaakt zoo goed als alles mee te ma- ken zonder de reis te maken. Om te beginnen werd de ceremonie uren achtereen draadloos verspreid over het heele land. Op een half dozijn der voornaamste punten zat een aan- kondiger achter de microfoon, die de parade ibeschreef, de stad, de menigte, we hoorden den voormaligen President en den nieuwen zijn eed afleggen. Waren we daar nog niet mee tevreden, dan konden we in de bioscoop een film zien en alle bijbehoorende geluiden nog eens beluisteren en zou iets ons nog dntsnapt zijn, dan zorgden de couranten voor heele pagina's met beschrijvingen. En /wanneer men de breede Pennsylvania Avenue, waar aan het gezichtseinder de machtige koe- pel van het Kapitool opdoemt, van eigen aan- 6chouwing kent en weet hoe een opgewon- den Amerikaansche menigte haar vreugde uit met te applaudisseeren, te fluiten en papier- snippers uit de hooger liggende verdiepingen te gooien, dan kon ik met gesloten oogen de heele feestelijkheid van j.l. Maandag inden- ken. Dien dag sloot Calvin Coolidge een periode !AmeriKaan#che geschiedenis en Herbert Hoover begon een nieuwe, al zal op den duur veel overeenkomst tusschen beiden lij- ken. De staat van ambteloos burgerschap schijnt mr. Coolidge vooral het laatste jaar buitengewoon aangetrokken te hebben en hoewel zijn lichamelijke gezondheid er op het oog althans weinig onder schijnt geleden te hebben, moet het Amerikaansche President- schap de meest uitputtende betrekking denk- baar zijn. Ex-President Coolidge is van zijn 29 voorgangers sinds 1789 het minst ziek geweest, dank zij een strikt volgehouden levenswijze gepaard aan den afkomst van een ajzersterk oud geslacht uit New-England Men hoeft de oudervindingen zijner voor gangers in de laatste kwart eeuw maar te herinneren, het jonge sterven van Roosevelt, de drama's van Wilson en Harding, om te weten dat het geen overdrijving is. Een der laatste wenken in die richting is een stuk van mr. Coolidge in een Baltimore krant, waarin hij de groote wenschelijkheid bepleit van een zomerverblijf buiten het snikheete Washington voor de komende Presidenten, om zijn overstelpende massa arbeid ten min- ste in de koelte te kunnen afdoen. President Hoover maakt niet alleen uiterlijk een meer dan stevigen indruk, maar hij schijnt het ook inderdaad te zijn: het is te hopen, dat hij 4 Maart 1933 dezelfde is gebleven. Afgescheiden van de enorme verantwoor- delijkheid, de geweldige hoeveelheid nationa- le en internationale vraagstukken van we- reldbelang, kortom het bestuur over een we- relddeel van 120 millioen zielen en de er ten nauwste mee samenhangende verhouding tot de rest van den aardbol, is op zichzelf een taak, die niet in het kort besproken kan wor- den. Bij de gewone verplichtingen van elk staatshoofd heeft een Amerikaanschen Presi dent nog een aantal extra functies. Zoo is hij zijn eigen premier en het hoofd van een groo te politieke partij, zoodat hij tal van sociale en politieke plichten heeft waar te nemen. En op sociaal gebied moet hij zelfs partijloos zijn, want de aanvragen tot het bijwonen van publieke gebeurtenissen, het openstellen van een reusachtigen brug, het onthullen van een monument, het uitreiken van een eerbe- wijs, zouden tien lichamen van hem vergen, indien hij er aan voldeed. Vanaf zijn intrede in het Witte Huis, de officieele Presidents- woning, houdt hij op een van de massa te zijn. Geen dag van de komende vier jaar gaat hij onopgemerkt, ongefotografeerd, on- besproken verder. Een diplomaat heeft eens gezegd, dat een goudvisch in zijn kom over meer intimiteit beschikt dan een Amerikaan schen President en dat is niet overdreven President Coolidge was nooit en nergens zonder zijn persoonlijke bewaking van een paar detectives en zelfs zijn vrouw of zoon. die aan een universiteit studeerde, kon geen wandeling maken zonder door een van hen vergezeld te zijn. Dan is er de pers, die zich beijvert elke bijzonderheid, ook uit zijn parti- culiere leven, aan de openbaarheid prijs te geven en de fotograai, die hem kiekt aan zijn bureau, in zijn auto, achter zijn kopje thee. Maar het allerwonderlijkste is de heer- schende opvatting, dat de President onze gelijke is en we hem even de hand kunnen gaan drukken, wanneer we toevallig langs loopen. Deze opvatting dateert nog uit den goeden ouden tijd, toen heel Amerika nog niet zooveel zielen telde als nu New York adeen Iedereen kon toen naar binnen loopen en een praatje maken over het weer en met Nieuw- jaar kwarn men zijn gelukwenschen aanbie- den. Maar de praatjes over het weer zijn nu politiek, zaken en veel overbodigs, terwijl op Nieuwjaarsdag de President gedurende een uur de handen van ongeveer 1600 hem totaal onbekende menschen in een soort sneltrein- vaart drukt. Er zijn telkens stemmen opce- gaan om hem van a! die plichtplegingente ontslaan en zijn kostbaren tijd alleen voor staatszaken te bewaren, te vergeefsch! De traditie wil, dat elke toerist uit Texas of Ida ho op doortocht in Washington het rechf heeft zijn eigen President te zien en te spre ken en ervan gebruik maakt ook. Een Euro- peesch staatshoofd is gelukkig niet verplicht per dag ongeveer 500 handen te schudden van menschen, die hij nooit zag en nooit meer zien zal. Men wacht met eenige span ning af of President Hoover op den ouden Buitenland FRANKRIJK. DE GRATIE-VERLEENING AAN MEVROUW DE JANZe. Dinsdag hebben wij gemeld, dat de presi dent van de Republiek gratie heeft verleend aan mevrouw De Janze, die, wegens een moordaanslag in het Noorderstation te Parijs op haar minnaar gepleegd, voorwaardelijk tot gevangenisstraf was veroordeeld. De pre sident heeft deze veroordeeling te niet gedaan Clement Vautel van het Journal maakt naar aanleiding van dit presidentieele gebaar eeni ge opmerkingen. Men mag zich afvragen, zegt hij, of Amerikaansche of Engelsche rech- ters mevrouw de Janze met even groote wel- willendheid zouden hebben behandeld wan neer zij haar gevoelige revolver in een New- Yorksch of een Londensch station had afge- schoten. Dat is Weinig waarschijnlijk. Liefde, die doodt of wil dooden, wordt door Angel- saksische rechtbanken niet heel goed begre- pen. In Engeland en Omerika zijn nog men schen, die in de liefde een middel zien om de soort voort te planten en niet haar te vernieti- gen. Hoe dit zij, een voorwaardelijke veroordee ling tot zes maanden gevangenis kon zelfs te Parijs niet een al te strenge les lijken voor een dame, die, na een niets vermoedenden man te hebben omhelsd, hem pardoes een kogel in de borst jaagt. U werpt me tegen, dat ze gepro- beerd heeft zich van kant te maken, maar dat is toch geen excuus. En bedenkt bovendien, dat dit drama het vertrek van den trein heeft vertraagd nadat het een pijnlijken indruk had gemaakt op de reizigers, die voor die liefdes- geschiedenis niet de minste belangstelling hadden. De gratie aan mevrouw De Janze verleend lijkt mij een ernstiger feit dan alle vrijspraken van moordenaars uit hartstocht. Het is de officieele afkondiging door het Staatshoofd zelf van dit beginsel In de liefde is, wie doodt of dooden wil, niet schuldig en moet bijgevolg niet worden veroordeeld. Wordt hem bij toeval een straf, zelfs een straf in theorie, opgelegd, dan moet gratie spoedig die ondraaglijke onrechtvaar- aigheid goedmaken. Onder deze omstandigheden beho<lft men zich waarlijk niet te geneeren. Men geneert zich trouwens niet. Cupido heeft zijn pijl en boog voorgoed door een vuurwapen vervan- gen en het vertrek naar Cythera is meestal een vertrek naar het hier-namaals. weg zal doorgaan of er een verandering in brengen. Wei dient van te voren een onder- houd bij zijn secretaris aangevraagd te wor den, maar de voor een Europeaan meest nie- tige reden is soms geldig. Een jaar geleden behoorde ik onder een de legate van buitenlandsche journalisten, die hun opwachting bij den President gingen maken. De verhouding van President Coo- ligde tot de pers is bijzonder goed geweest en hij heeft voor het eerst ingesteld, dat twee- maal per week vertegenwoordigers van de pers een rustige conferentie met hem hadden, waarop zij vragen mochten stellen. Op dien morgen joeg er een zware sneeuwstorm over Washington, zoodat de oprijlaan naar het Witte Huis door een motorploeg opengehou- den moest worden. In de groote wachtzaal was een druk heen en weer loopen, een ge- roezemoes, dat allerminst de onmiddellijke nabijheid van een staatshoofd deed vermoe- den. Het zag er naar uit alsof men onaange- diend kon binnenloopen als in den tijd van Jackson. Maar het was de eerste secretaris, die ons binnen leidde en voorstelde. 's Presi denten handdruk was er een als ik nooit ge- voeld heb en betwijfel weer te zullen voelen, tenzij mr. Hoover dezelfde techniek machtig wordt. Het was een snelle langstrekkende be- weging, amper een druk en voor ik het be- sefte had hi] de hand gegrepen van den Ja- panschen collega, die achter mij liep. Een ge- zonde Amerikaansche handdruk laat vermor- zelde handknokkels en een los geschud schouderblad achter en wanneer de President vijfhonderd van die pompbewegingen per dag zou hebben te verduren, zou hij binnen geen tijd een invalide zijn. Vandaar dat hij zijn begroeter letterlijk overrompeld met zijn vluchtige beweging, die toch alle kenmer- ken van een persoonlijke kennismaking heeft. Wij hadden gewacht op een paar Senato- ren en na ons kwarn er een aantal kampioen- stenografen, een groep schoolkinderen, de on- dernemers van een plezierreis uit California en zoo verder Tot iederen groep moet hij minstens een paar woorden zeggen of vra gen steilen om zijn belangstehing te toonen en wanneer de bezoeker belangrijk genoeg is om publiek bekend te zijn, volgt de onverver- mijdelijke foto, wind en weder dienende, waarvoor een compagnie film-operateurs en fotografen den heelen dag in de wachtzaal in- gekwartierd zijn. Afschaffing van dezen aartsvaderiijken toestand is uiterst moeilijk, omdat de democratische geest er zich tegen verzet en het trekken van een scheidingslijn natuurlijk ergernis zal veroorzaken bij de geweigerden. Toen het vorige jaar een Ame- rikaan in Londen op den Koning afstapte met uitgestoken hand en een How do you do, King op de lippen waren de statige Engel- schen verstard over zoo veel brutaliteit. Zij vergaten echter, dat deze- rondborstige ijzer- fabrikant uit Iowa daar niets buitengewoons in zag, omdat hij hetzelfde met zijn eigen staatshoofd doer. Hoezeer het van een demo cratism standpunt te betreuren zal zijn, er moet een tijd komen, dat de Amerikaansche President even onbereikbaar en teruggetrok- ken zal worden als 'n Europeesch regeerings- persoon. Met al hun quasi eenvoudige opvattingen maken de Amerikanen van hun President meer publieke aanbidding dan de zoogenaam- de slavernij van Europeanen aan hun ge- kroonde hoofden. Het officieele vertoon van militairen en politie bij zijn optreden in pu bliek heeft langzamerhand Duitsche propor- ties van voor 1914 aangenomen. De tijden zijn veranderd en Amerika daarmee. Vier jaar lang in een glazen huis te leven, een bijkans onmenschelijken vracht arbeid te torsen, het oog van de heele wereld op zich gericht te voelen ieder uur van den dag, zie daar enkele bijkomstigheden van de hoogst bereikbare en meest verlangde positie van el- Ven Amerikaanschen jongen, al loopt hij op 1 oote voeten, zooals bij wijze van spreken, President Hoover gedaan heeft. WOLKENKRABBER. TSJECHO-3LOWAKIJE. HET PROCES TEGEN DE MENSCHENETENDE ZIGEUNERS. Negentien beklaagden, w.o. hvee vrouwen. Indertijd zijn "een aantal Zigeuners ge- arresteerd, beschuldigd in een eenzame streek aan de Hongaarsche grens talrijke menschen vermoord en lijken van hun slachtoffers te hebben opgegeten. Zestien maanden heeft het onderzoek ge- duurd; de acte van beschuldiging is thans gereed, in Mei zal het geweldige proces, het grootste hetwelk sinds de vorming van de T.-S. republiek gevoerd is, beginnen. Daar de straf wet kannibalisme niet kent, worden de Zigeuners vervolgd wegens moord. Het gerechtelijk onderzoek was bijzonder moeilijk, omdat de meeste Zigeuners analfa- beten zijn, twee hunner zijn doofstom De rechter van instructie had een zee van moei- lijkheden te overwinnen, daar de Zigeuners ontkenden, dan weer bekenden, hun verkla- ringen weer introkken enz. Vele raadsels moeten onopgelost blijven: tot dusver weet men niet met zekerheid hoeveel moorden de onmenschen op hun geweten hebben, en hoe veel menschen zij hebben opgegeten. Ten- slotte zijn zes moorden en een roofoverval vastgesteld. De acte van beschuldiging is een boekdeel van 240 getypte bladzijden De jongste moordenaar is negentien, de oudste 28 jaar. Terecht zullen staan 17 mannen en twee vrouwen. Negentien advocaten zullen de verdediging voeren; honderd getuigen zijn gedagvaard, terwijl een groot aantal des- kundigen gehoord zal worden. De te nemen vieilgheidsmaatregeien zullen een klein leger gendarmen noodig maken. Jarenlang is de bende aan het werk ge weest; haar eerste overval dateert van 1923 In de rechtszaal, waartoe een manege van een kazerne gepromoveerd zal worden, zul len, behalve andere gruwelijke corpora delicti, beenderen aanwezig zijn, waarvan het vleescn volgens de deskundigen afgekookt en door de Zigeuners, volgens hun bekentenis, opge geten is Met groote spanning wordt het proces te gemoet gezien. I DRIEVOUDIGE MOORD. De dader na twee jaar ontdekt Naar de Tsjechische bladen melden, is het eindelijk gelukt, licht te brengen in de moord- zaak, waarbij drie Tsjechen in 1927 het leven lieten. Deze drie, Klika, Macharovsky en Miiller, waren tegen het einde van Mei naar Parijs gegaan, waar zij in het hotel Du Rome gezamenlijk een kamer hadden. Zij ontmoet- ten op een wandeling door de stad een vier- den landgenoot, die hen later in hun hotel be- zocht. Eenige dagen daarop vertrokken zij ge- vieren om een uitstapje in de omgeving te maken. 's Avonds verscheen de nieuwe vriend in het hotel met een visitekaartje der anderen waarop het verzoek geschreven zond, den brenger de sleutel der kamer te geven zij zelf zouden twee dagen later terugkomen. De portier gaf den sleutel, de vriend overnachtte in het hotel, en vertrok den volgenden dag met een deel der bagage. De drie anderen verschenen echter niet meer in het hotel, evenrain ontvingen familie- leden in Praag eenig bericht. Een onderzoek van de Fransche politie leidde aanvankelijk tot het vinden van de lijken van Klika en Macharovsky in een korenveld; eenige dagen later werd ook dat van Miiller ontdekt. Van den overbrenger van het visitekaartje, in wien men den moordenaar vermoedde, ontbrak elk spoor. Tet Tsjechoslowaaksche consulaat vergeleek echter het handschrift op het kaartje met dat van hen, die een formulier voor het aanvragen van een pas invulden, en kwarn dezer dagen op een aanvrage van een zekeren monteur Skalsky, wiens persoonsbe- schrijving door den hotelportier ook overeen- kwam met het signalement op den pas, die op 10 Juni 1927 was aangevraagd. De politie'te Praag, die reeds herhaaldelijk arrestaties in deze zaak had gedaan, doch de aangehoudenen steeds weer had moeten laten loopen, nam Zondag Skalsky in hechtenis Aanvankelijk ontkende hij, doch eindelijk ver- klaarde hij, dat op het uitstapje naar Louvres, zijn revolver, waarvan de zekering defect was, bij een bezichtiging van het wapen, was af- gegaan, waarbij Macharovsky doodelijk werd getroffen. De beide anderen, hadden zich toen op hem, Skalsky geworden, doch hij was hen voor en doodde hen uit zelfverdediging Daarna maakte hij zich van hun papieren meester, ging naar Parijs terug, en eigende zich in de hotelkamer uit de koffers zijner slachoffers nog een aantal voorwerpen van waarde en kleeren toe. Een huiszoeking bracht deze grootendeels aan het licht. Luehtwaart DE MARINEVLIEGTUIGEN NAAR INDIe. Peck met de vddrmotor van de D 23. Over den vliegtocht der marinevliegtuigen schrijft men uit Napels d.d. Zondag 14 April De vlucht van den Helder naar Hourtin had een zeer vlot verloop. Tijdens de vlucht was niets bijzonders aan de vliegtuigen of de motoren bespeurd, alles was perfect in orde. Na aankomst leek ook aanvankelijk alles in orde. Bij grondige inspectie den volgenden morgen bleek echter een bronzen ring, welke de rollen van een rollager in den reducteur mechanisme waardoor de schroef met een geringer aantal omwentelingen loopt als de motoras) op afstand houdt, fceschadigd te zijn. Wij besloten niet alleen een nieuw rol lager in te zetten maar een geheel completen nieuwen reducteur aan te brengen en telegra- feerden daarom naar de motorenfabriek (Lorraine) te Parijs. Bij de Ned. Marine zijn reeds eenige jaren Lorraine-motoren van hetzelfde type in ge bruik, maar dit was de eerste maal dat wij moeilijkheden met den reducteur ondervonden. Wij weten het ongeval aan een toevallige kleine fout in het materiaal van het rollager. 5 April 's.avonds laat arriveert de nieuwe reducteur en wordt uitgepakt en gecontro- leerd. 6 April 's morgens vroeg gemonteerd, proefgedraaid en daarna proefgevlogen Al les vo'komen in orde. 12 uur 'smiddags klaar om te vertrekken. Daar komt echter een tele gram uit Berne, meldende dat daar een hevige storm woedt (Mistral-windkracht 100 km per uur), zoodat landen aldaar gevaarlijk en benzine biiladen onmogelijk zou zijn. Wii blijven dus te Hourtin maar nemen voldoen- de benzine in om HourtinNapds in eens te vliegen. Wij konden den volgenden morgen (Zondag) echter niet vroeg genoeg wegko- men om Napels (minstens 10 uur vliegen) nog voor donker te halen en vliegen dus toch maar niet verder dan Berne. De vlucht daarheen is wederom zeer vlot verloopen. Te Berne was de storm geheel af- geloopen, ook daar prachtig weer. Bij aan komst blijkt de reducteur van den zelfden mo tor (D 23 voormotor) weer hetzelfde euvel te vertoonen. De Lorraine fabriek had een ingenieur naar Berne gezonden naar aanleiding van het malheur te Hourtin. Wij, en ook deze in genieur, waren toen van meening, dat de fout wellicht toch in den motor schuilde; daarom werd direct een geheel complete nieuwe mo tor (met den daarbij behoorenden reducteur) besteld uit Parijs. De fabriek deed dit zelve en natuurlijk op haar kosten. De nieuwe mo tor arriveerde 4 uur 's morgens 10 April te Marseille aan het station aldaar. Per auto werd hij naar Berne gebracht en om 6 u be- gonnen wij met uitpakken en klaar maken voor montage. 5 u. 's middags een proefvlucht vah een uur gemaakt, waarbij alles volkomen in orde werd bevonden. Ook de schroef was te Berre nog eeijs gebalanceerd en gecontroleerd en goed bevonden. 11 April naar Napels. Wederom tijdens de vlucht niets bijzonders gebeurd, maar bij aankomst opnieuw de zelfde fout (zij het in iets mindere mate) aan voormotor D 23. De kans is nu zeer groot dat de fout toch in de schroef gezocht moet worden. Ik bestelde nogmaals een nieuwe reducteur, welke waar schijnlijk heden (14 April) hier kan aan- komen en zal hier ook een nieuwe schroef monteeren en daarna gedurende eenige uren proefvliegen, totdat zekerheid is verkregen omtrent de oorzaak en dat deze thans volledig verhoipen is, alvorens verder naar Athene te vliegen. Wij zullen de oorzaak zeker wel kunnen op- sporen. Het is echter de vreemdste, wat ik in mijn ruim 9-jarige vliegerloopbaan heb mee- gemaakt. De D 21 en 22 alsook de D 23, uitgezon- derd de reducteur, gaven verder geen enkele aanleiding tot klachten. De bemanning is vol goeden moed en werkt zeer hard, ook dat geeft alle reden fot tevre- denheid, alsook de ontvangst en de assisten- tie op de buitenlandsche vliegkampen die wij tot nu toe aandeden en de vlotte hulp dei Lorraine-fabriek. HET VERONGELUKTE MILITAIRE VLIEGTUIG. Een nader bericht omtrent oor zaak en gevolgen van den vol. De Utrechtsche correspondent van het H.bl. verneemt uit Soesterberg omtrent het droevig vliegongeluk bij Venlo nog het volgende: Het ongeluk, dat waargenomen werd door een instructeur-vlieger in een ander vliegtuig, was het gevolg hiervan, dat het bewuste toe- stel „overtrokken" werd; vermoedelijk heeft de bestuuder bemerkt, dat zijn vliegtuig te laag streek en dus de boomen zou raken, waarop hen (blijkbaar te sterk) het hoogte- stuur omwierp. Het vliegtuig stortte van een hoogte van 40 m. naar beneden. De twee inzittende lui- tenants waren reserve-officieren en leerling- vliegershet toestel, waarmee zij vlogen, was dan ook een leelingenmachine met dubbele besturing. Luitenant Schottee de Vries, die opgeno- men is in het R. K. Ziekenhuis te Venlo, had een gebroken rechter bovenbeen, zijn linker heup was uit de kom geschoten en zijn lies gescheurd. De eerste hulp. De eerste hulp aan de verongelukte vlie- ers werd verleend door een troep militairen, die in de nabijheid oefeningen hielden, en die het ongeval zagen gebeuren. Onmiddelijk storm den ze naar de plek van de ramp en daar het benzinereservoir niet ontbrand was, kon men de inzittenden bevrijden. Luit.-Vlde- ger Schottee de Vries had zware wonden en beenbreuken en kon met eenige moeite losge- maakt en uit de verbreizelde cabine genomen worden. De andere vlieger, luit. Kimijzer, was gedood en moest worden uitgezaagd. De motor was totaal defect. De toestand van luit. Schottee de Vries was gisteravond bevredigend. De hapd. II. Ik zou mijn praatje van ee-i vorigen keer willen vervolgen door te wijzen op enkele anatomischt bijzonderheden van de hand. In de eerste plaats komen daarvoor de gewnch- ten in aanmerking, welke de veelzijdigheid en de doelmatigheid der handbewegingen ver- klaren. De hand in haar geheel is in alle mogelijke richringen beweegbaar, vooreerst omdat het poisgewricht zoowel strekking en buiging als ook zijdelingsche beweging toelaat. Boven dien kan draaing om de as van dit gewricht plaats hebben door de zeer eigenaardige in- richting van de beide beenderen van den on- derarm, ellepijp en spaakbeen, die tot zekere hoogte om elkaar heen kunnen draaien. Het gevolg hiervan is, dat, wanneer wij onderarm en hand in elkaars verlengde uitstrekken, het even goed inogeiijk is om de handpalm naar boven (houding van ontvangen) als naar be neden (houding van geven) te keeren. De la- tijnsche uitdrukking van deze houdingen is: supinatie en pronatie. Deze draaiing tesamen met de ruime beweging in het poisgewricht coet ons begrijpen, waarom de hand zoo ge- makkelijk in elke gewenschte positie gebracht kan worden. De handpalm vormt een meer stcvig ge heel, waarin de middenhandsbeenderen slechts een weinig bewegelijk zijn, behalve dan dat van den duim. Dit laatste is eenigs- zins te vergelijken met de grondleden van de vingers. Hoewel de vorm der gewrichten iets anders is, kunnen deze alle vijf ten opzichte van de handpalm in alle richtingen bewogen worden, dus ook buigen, strekken en naar beide zijden. De laatste twee leden van duim en vingers daarentegen kunnen uitsluitend geHrckt worden. Wai kunnen wij nu door dit samenstel van bewegingsmogelijkheden niet al verrichten? Door dt opoositie van den duim kan de duim- top tegenover de toppen en middenleden van alle vier vingers jjedrukt worden. Zoo kun nen wij allerlei voorwerpen daar tusschen knijpen en vasthouden. Aldus hanteeren wij fijnere werktuigen, zooals pen, potlood, pen- seel, naald, lepel, vork, kleine schroefjes en knopjes en zijn in staat tallooze verrichtingen van het dagelijksch leven met het meeste ge- rnak uit te voeren. Grootere voorwerpen, waarvoor meer acht vereischt wordt, grijpen wij met een grooter deel van de hand.Wij krullen de vier de vingers zoo op, dat zij met de handpalm een soort koker vormen. De steel van alle werktuigen, bezem, hark, spade, schoffel, verfkwast enz. wordt zoodoende stevig om- klemd, terwijl het zeer gemakkelijk is, door meer of minder ver te buigen, zich naar de meest verschillende dikten te richten. Op de zelfde wijze wordt ook het touw gegrepen, waarmee geheschen wordt en houdt men al lerlei andere voorwerpen vast. Om te dragen is dikwijls niet noodig, dat het geheele voor- werp omvat wordt. Het kan eve'ngoed in den haak hangen, welken wij op twee, wijzen kun nen maken, vooreerst door de vier vingers in hun geheel te buigen, maar ook als wij het grondlid gestrekt houden en dan de beide an dere leden zoo sterk mogeUjk buigen. In den zoo gevormden haak vatten wij dan het heng- sel van een emmer, het handvat van een tascih, enz. Wanneer behalve de vingers ook de duim zich sterk buigt, dan ontstaat de vuist, waar bij de duim op de handpalm gelegd wordt, zoodat de vingers hem omklemmen, of wel tegen den gebogen wijsvinger komt te liggen. Het fieest voor de hand liggend gebrcikt, dat wij van de vuist maken is dat van ruwe kracht, wat wel het best bewezen wordt door het feit, dat wij in toorn en tot verdediging bereid, de „vuisten ballen". Het vuistgevecht behoort nog niet geheel tot de oude geschie denis^ etuige de liefde van zoo velen voor bokswedstrijden. Over de pezen wil ik ook nog wat zeggen De buigpezen voor de vingers behooren bij spieren, welke in den onderarm zijn gelegen. Ieder door een eigen peesscheede omsloten, glijden zij te samen door een gleuf, vlak bij het poisgewricht door eenige uitsteeksels van handwortelbeenderen en bindweefsel- strengen gevormd en gaan dan verder ieder een eigen weg tot aan de midden- en eind- kootjes der vingers. Als de hand in gebogen stand verkeert, is de afstand van de gleuf tot aan de aanzetplaatsen grooter dan bij hand- strekking. Hierdoor komt het, dat wij bij ge- strekte hand een veel krachtiger vuist kunnen maken. Bij sterk gebogen hand kost het soms zelfs moeite om de vingertoppen op de hand palm te brengen. De strekspieren hebben meer eenvoudige pezen. Dit is gemakkelijk te begrijpen Im- mers de meeste actie wordt doar de buigers vericht. In vele gevallen dienen de strekkers nergens anders voor dan om de vingers na afgeloopen actie weer in strekstand terug te brengen. Zeldzaam moet'daarbij nog ex tra gebruikt worden. Meestal zijn de strek- pezen op den handrug onderling door schuin perloopende strengetjes met elkaar verbon- den, met name de pezen van den vierden en vijfden vinger. Dit is de reden, waarom oij oefening voor grooter bewegelijkheid, zoo als die bijv. bij pianospel vereischt wordt, de ringer zooveel moeite veroorzaakt. Door de volgende proef kan men zich hier van overtuigen. Houdt de handen schuin te gen elkaar met alle vingertoppen van de eene hand tegen de overeenlcomstigee van de an dere hand. Legt nu de beide middenvingers volledig gestrekt naast elkaar, op de wijze zooals wij voor kinderen een bruggetje ma ken. In dien stand kunnen wij de toppen van duim, wijsvinger en pink gemakkelijk van el kaar verwijderen. Bij de ringvingers daar entegen gelukt het niet, tenzij wij eerst ook de pinktoppen van elkaar verwijderen. De algcmeene lichaamstoestand kan van invloed zijn op de hand. Bij sommige uitput tende ziekten zien wij het eigenaardig ver- schijnsel dat de vingers vermageren behal ve de eindleden. Deze zijn dan dikker in ver- gelijking met de overige leden. Men spreekt dan wel van trommelstokvingers. Bij adere ziekten vertoonen de nagels veranderingen. Zij worden brokkelig en splijten op bepaal- de plaatsen. Zonder dat juist een bepaalde ziekte ten grondslag moet liggen, is er groote verscheidtnheid in den toestand der huid. In tegenstelling met de normale droge, aange- naam warme hand, wordt zoowel de klam- me vochtige, als de kille hand niet aange- naam gevonden. Vooral in den winter komt het verschil in sommige opzichten duidelijk aan den dag. De huid van de rugzijde van hand en vingers vertoont menigmaal groote neiging tot het ontstaan van barsten en klo- ven, welke voor den drager zeer hinderlijk zijn. Een zorgvuldig huidcultuur is dan zeer gewenscht. Huidcultuur beteekent in de eer ste plaats geregeld reinigen. Maar herhaal- de aanraking met water wordt door een ge voelige huid soms niet al te goed verdragen. Een zeer eenvoudig middel is om iederen keer, dat men de handen gewasschen heeft, een paar druppels glycerine op den handrug te laten vallen en deze dan door de beide handrruggen over elkaar te wrijven, gelijk* matig over de huid te verspreiden. Op deze wijze heeft men geen last van het vettige, minder prettige gevoel, dat glycerine geeft als het op de handpalm komt. En de palm van de hand heeft gemeenlijk minder last van barsten. Op deze wijze voorkomt men menigmaal het ontstaan van winterhanden, een zeer las- tig euvel. In ernstige graden kan het nuttig zijn, de handen zoo veel als het gebruik, dat men er van maken moet, het toelaat, van de lucht af te sluiten en in elk geval des nachts ze daartoe te wikkelen in getahperchapapier Zeemleeren handschoenen doen ook we goed, maar toch in mindere mate. H. A. S (Niet-OffieieeD 450sfe STAATSLOTERIJ. v Trekking van Donderdag 18 Aprfl 1929. 3e Kla«se 4e Llist. Hooge prlizen: 10185 1500. 10555 400 Prlizen van 45 2' 30 98 127 236 291 337 598 1318 1655 1739 1856 2081 2214 2435 24M 2461 2495 2613 2638 2831 2964 3708 3840 4536 5063 5221 5326 5649 5834 6306 6443 c?c! 7340 7695 8063 8219 S235 8279 ,8®58 8995 9317 9574 9593 10559 106H 0681 10705 10'19 10769 10847 11104 11259 11S74 11620 11659 11775 12019 12273 12426 12699 1^896 12912 13071 13127 13505 13736 14036 14244 147^ 15°5o 15408 15424 15485 16230 16366 16613 16997 17436 17565 17882 18353 1S542 1S6?5 1S680

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1929 | | pagina 9