*4^
BON GELDIG TOT 6 JUNI '29
Fabiiekmatige zuivelbereiding.
GRCDTEH c*
RQDKTAIVAST J CRESCENT
EGYPTIAN CIGARETTES
Tijdschriften
StEEDS 'nKV/AL/TE/T BETER/
StafBsnieuws
Raadselhoekie.
,x.
,x.
,x.
xxxxxxxxx
Land- en Tuitalioinv.
Wat leer en ons de veranderingen,
die in dezen tijd zich voltrekken op
het gebied van de cooperaiieve fa-
briekrnatige zuivelbereiding in
Noord-Holland.
De rijksveeteeltconsulent voor Noord-Hol-
4and, dr. L. T. C. Scheij uit Hoorn, heeft gis-
!termiddag voor den Nieuwen Bond van Zui-
velfabrieken de volgende inleiding gehouden
over bovengenoemd onderwerp:
In de geschiedenis der menschheid kent
men tijden van rustig verder schrijden en tij
den van groote veranderingen, en ook het
leven van den enkeling heeft zijn zeer bewo-
gen perioden en zijn tijden van rustig verder
gaan.
Hetzelfde kan men opmerken in de geschie
denis van de fabriekmatige zuivelbereiding in
de provincie Noordholland, welker begin
reeds van ongeveer 1870 dateert, dus reeds
een 60-tal jaren geleden.
i Wie een groote gedeelte van dien tijd een
werkzaam aandeel in het Noordhollandsche
Zuivelbedrijf gehad heeft, en zich eens neer-
zet om zijn gedach ten te laten gaan naar het-
geen achter hem ligt, zal kunnen opmerken,
hoe in deze provincie de fabriekmatige zuivel
bereiding zich steeds heeft uitgebreid, en te-
vens zich heeft gewijzigd, in aanpassing aan
de behoeften van den tijd. De overgang ge-
schiedde geleidelijk, zooals blijkt uit de om-
standigheden, dat men thans terzelfder tijci
nog het oudste type van kaasfabriek aantreft
zoowel als de groote kaas- en boterfabriek
»lsmede de tusschenvormen, terwijl de boe-
'renkaasbereiding ook nog van eenige beteeke-
nis is. In de provincie Friesland als zuivelge-
•west het meest met de onze te vergelijken, is
bij den overgang der zuivelbereiding van de
boerderij naar de fabriek in't algemeen direct
hetzelfde type van fabriek ontstaan, dat men
thans nog heeft.
Het N.H. fabriekmatige zuivelbedrijf is ge-
groeid in een bepaalde richting en dat proces
zet zich nog steeds voort; er zijn tijden ge
weest, dat de verandering langzaam ging;
we beleven thans een tijd van groote, zich
snel voltrekkende wijzigingen.
Spr. motiveerde deze zienswijze uitvoerig.
De kaasfabrieken ziin aan het verdwijnen,
en het gaat thans hard. Einde 1921 waren er
in Noordholland 63 kaasfabrieken en 46 kaas-
en boterfabrieken. (Gij weet, dat ik de leelijke,
niet rationeele benamingen: dagfabriek en
zoetfabriek niet gebruik.) Sinds dien is het
totaal aantal zuivelfabrieken vrij wel con
stant gebleven, doch het aantal kaasfabrieken
steeds" verminderd, dat der kaas- en boterfa
brieken steeds vermeerderd, zoodat einde 1928
de verhouding was 44 kaasfabrieken tegen-
over 63 kaas- en boterfabrieken, er waren
dus eind 1921 bijna 1 maal zooveel kaas
fabrieken als kaas- en boterfabrieken en eind
1928 juist omgekeerd. De vermindering was
in de jaren 1926 (5) in 1927 (4) en in 1928
nam het aantal kaasfabrieken zelfs met 8 af
en vermeerderde het aantal kaas- en boterfa
brieken met 7.
Die verhouding zal in de volgende jaren in
denzelfden zin zich blijven wijzigen; door ver-
bouwing tot kaas- en boterfabrieken of door
opheffing zal het aantal kaasfabrieken snel
verminderen.
Het bestuur van elke kaasfabriek moet zich
goed bewust zijn, dat ook zijn fabriek vroeg
of wat later aan de beurt komt, ook al werkl
zij nu nog goed en rustig. Van grooten in-
vloed is hierbij de omstandigheid of de melk-
leveranciers voor een zeer groot gedeelte
aandeelhouders en leden zijn, of dat velen als
losse leveranciers vrij zijn hun melk elders t?
paatsen. Ook de ligging der fabriek ten op
zichte van andere melkconcurrenten speeU
een rol; evenwel is de belangrijkheid hiervan
geringer geworden met en tengevolge van h e-,
kleiner worden der afstanden door het auto-
verkeer.
Elk verschijnsel heeft zijn oorzaak of oor-
zaken. Laten wij nu eens nagaan, waarom de
N.H. eenvoudige kaasfabriek aan het ver
dwijnen is, en of er wel wat aan te doen is om
ze te behouden.
Zij verdwijnen omdat zij hun tijd gehad
hebben; zij hebben nuttig gewerkt, doch vol
doen niet meer aan de eischen van het heden.
De omstandigheid, die vooral tot hun ont
staan den stoot gaf, doet zich thans nog en
zelfs in sterkere mate gelden n.l. de moeiliik
heids, soms onmogelijkheid, om geschikte
werkkrachten voor het veehoudersbedrijf te
krijgen. Dezelfde omstandigheid, die ze deed
ontstaan, doet ze thans weer verdwijnen. De
kaasfabrieken -hebben den zelfkazenden boer
van het kaasmaken ontlast, doch nu moet en
wil hij ook afzijn van de behandeling der
avondmelk en room, van het botermaken, het
brengen der melk naar de fabriek, het terug-
halen der wei. Zelfs het boenen der melkbus-
sen is velen een bezwaar.
Ook al zou het leveren aan een kaasfabriek
vocrdeeliger zijn, dan zouden toch vele vee-
houders, die vrij zijn in de keuze, aan een
fabriek gaan leveren, die de melk's morgens
en's avonds aan de poort afhaalt. Een zelf-
kazer moet zich immers soms ook wel uit ge-
brek aan arbeidskrachten met de kazerij op-
houden en aan de fabriek gaan leveren, ook
al is het voor hem minder voordeelig.
Maar hoe staat het in werkelijkheid met di
geidelijke opbrengst der melk bij de 2 bedrijfs
vormen?
Bij de beantwocrding van die vraag doet
zich de behoefte gevoelen aan betrouwbaar
cijfermateriaal, voor dit doel verzameld. Men
zcu daartoe moeten nagaan, wat eenige vee
houdefs. die aan kaasfabrieken leveren per
100 KG voile avond- en morgenmelk hebben
gemaakt aan a. 95 a 96 K.G. geroomde
avondmelk plus voile morgenmelk, aan de
kaasfabriek geleverd, en b. de waarde der
producten uit de 5 a 4 K.G. room, die zij
thuis hielden, dus de boteropbrengst plus dc
karnemelkwaarde. Wanneer nu wordt natre-
gran, hoeveel voile melk zij zouden hebben
geleverd aan een kaas- en boterfabriek gedu-
ren.de de uitbetalingsperiodcn en welk vetge
halte en eventueel welk gehalte aan vetvrije
droge stof hun voile melk dan bevatte, dan is
bekend, hoeveel geld zijn bij levering aan die
fabriek zouden hebben ontvangen. Van beide
soort fabrieken kan dezelfde hoeveelheid wei
terugontvangen worden; doorgaans zal de
wei van de kleine kaasfabriek wat meer vet
bevatten. Bij de vergelijking der melkgelden
moet dan nog inrekening gebracht worden het
werk, dat de leyerancier aan de kaasfabriek
heeft te doen en de onkosten welke op de be
handeling der avondmelk, het melk- en wei-
vervoer, en de boterbereiding komen.
Er is nog al wat aan verbonden, om al die
gegevens op betrouwbare wijze te verkrijgen
Het was een goed werk geweest voor een
Bond van Zuivelfabrieken.
Ik heb ter inzage gehad dergelijke gege
vens, die loopen over het tijdvak I Mei tot 31
Dec. 1928 eh verzameld door een der groot:-
N.H. zuivelfabrieken. Hierop afgaande, kom
ik tot de conclusie, dat die kaasfabriek in dat
tijdvak niet mee kon komen met die groote
fabriek en de leverancier aan melkgeld, boter
geld en karnemelkgeld per 100 K.G., voile
melk 0.45 minder ontvangen heeft, terwij'
dan het werk op de boerderij en de onkosten
daaraan verbonden nog niet in rekening zijn
gebracht.
De meening, die nog al eens verkondigd
wordt, dat de kleine kaasfabriek niet voordee
lig werkt, wordt door deze helaas te weinige
cijfers, althans niet weersproken. Ik wijs er
nog op, dat het hier een bepaald geval betreft
en dat ik niet bekend ben met de prijszetting
der melk aan beide fabrieken en met allerlei
omstandigheden, die men bij de juiste beoor-
deeling dient te weten.
Doch ik zeide reeds, ook wanneer de kaas
fabriek een goed figuur maakte, wat het melk
geld betreft, dan zou ze toch haar tijd hebben
gehad, al zou ze dan ook misschien in wat
langzamer tempo verdwijnen.
De vraag komt nu op: zijn er oorzaken
aan te geven, waardoor een finapcieele slech
tere uitkomst te verklaren zou zijn?
Ik meen de volgende te kunnen aangeven:
lo. De kaas, welke de kaasfabriek ter
markt brengt, verschilt gemiddeld in samen
stelling iets van die der kaas- en boterfa
briek, wat vetgehalte in de droge stof en
vochtgehalte betreft. Zij staat volgens de
cijfers in de verslagen van het Kaascontrole-
station tusschen de boerenkaas en de kaas
der kaas- en boterfabrieken in. Ten opzichte
van deze laatste was het gemiddeld vetge
halte in de droge stof in de jaren 1925, 1926
en 1927 resp. 0,39 0,37 en 0,36 pCt. h.ooger
en het vochtgehalte 0,6, 0,36 en 0,1 pCt. la
ger. Het laatste is dus practisch gelijk ge
worden.
De kaasfabriek geeft wat meer vet toe; zij
verkaast dooreengenomen vettere melk dan
strikt noodig is, om aan het vereischte vetge
halte der kaas te voldoen. Voor 40 plus kaas
komt een stijging van 1 pCt. vet in de droge
stof overeen met een stijging van 0,1 pCt. vet
in de kaasmelk. Nemen we het verschil van
afgerond 0,4 pCt. vet in de kaas, dan moet
de kaasmelk 0,4 pCt. vet meer bevatten, dus
per 100 Kg. 40 gram botervet, hetwelk 46
gram boter kan opleveren tot een waarde
van 8 cent. Wel is waar zal de kaasopbrengst
uit vettere melk hooger zijn, doch de erva-
ring heeft wel geleera, dat het toegegeven vet
doorgaans meer geld opbrengt in den vorm
van boter. De marktwaarde der kaas zal er
wel niet door be'invloed worden, wanneer het
zulk een gering verschil betreft.
Het is wel duidelijk, dat het voor het be-
drijf een gunstige omstandigheid is, wanneer
men het vetgehalte der kaasmelk kan rege-
len. Dit nu is niet het geval in de kaasfabriek,
die eenmaal per dag. het mengsel van ge
roomde avondmelk en voile morgenmelk moet
verkazetr, zooals de leveranciers ze brengen
Hetzelfde bezwaar doet zich voor bij kleinere
kaas- en boterfabrieken, die niet in staat zijn
de avondmelk voldoen de te doen oproomen,
b.v. omdat zij een koeler van onvoldoend ver-
mogen hebben aangeschaft.
2o. Ook de volgende omstandigheid kan in
vloed hebben op de geidelijke opbrengst der
melk, wanneer die in een kaasfabriek of in
een kaas- en boterfabriek wordt verwerkt.
In't algemeen zal de kaasmaker in de een
voudige kaasfabriek er naar streven, een
goede soliede kaas te maken. D:ze geeft
kans op een goeden marktprijs, doch ver-
eischt meer melk per K.G. kaas. De ervaring
leert, dat het verschil in marktwaarde veelai
te gering is, om het meerdere melkverbruik
goed te maken. Vooral gedurende daarvoor
geschikte tijden is het voordeelig kaas met
een hoog vochtgehalte te bereiden. In een
grootere kaas- en boterfabriek is men beter
in staat ten alien tijde het voordeeligst te
kazen.
Met het opheffen van sommige kaasfa-
briekjes verdwijnt van de markt een product,
dat den naam der N. H. Edammers hoog
hield.
3o. De kaasfabriek haalt veelai met ge
noeg uit de zoete, onafgeroomde wei. Het op
roomen in bakken gaat dikwijls slecht, zoo
dat de opbrengst aan weiboter heel gering is
De kwaliteit der weiboter is altijd inferieur,
dikwijls heel slecht. Het afzetgebied is be-
perkt, en het is te verwachten, dat de consu-
menten, wanneer zij meer gelegenheid krijgen
met goede boter kennis te maken, minder ge
steld zullen zijn op die weiboter, tenzij voor
veel lageren prijs.
4o. De room van de avondmelk blijft op de
boerderij voor de bereiding van boter, met
karnemelk als byproduct. Veelai verkrijgt
men daaruit te weinig boter.
Met de cijfers van de reeds vermelde
vergelijkende proef kan ik deze bewering
staven. Vooral in de zomermaanden is er te
weinig boter gemaakt. Het vetgehalte der
karnemelk op de boerderij is dikwijls veel te
hoog. Het is trouwens gemakkelijk in te
zien, dat al die kleine hoeveelheden room op
al die boerderijen veel economischer en beter
te zamen in de technisch daarop ingerichte
fabriek verwerkt kunnen worden. Ook maakt
een kaas- en boterfabriek dikwijls een goede
prijs voor het byproduct de karnemelk, b.v.
bij verkoop als zoodanig of als brij.
Op het oogenblik zijn er in Noordholland
nog 38 Kaasfabrieken; vooral onder de le
den van den Nieuwen Bond zijn er vele,
thans 12 van de 18, dus 66 pCt. Van de le
den van den Ouden Bond waren op 1 Jan.
1.1. 25 pCt. kaasfabrieken en van de niet aan-
gesloten coop, fabrieken 58 pCt.
Nu heb ik als mijn meening uiteengezet,
dat deze kaasfabrieken zich op den duur niet
zullen kunnen handhaven, en dat vele wel -
licht al heel spoedig in het gedrang zullen
komen.
Als het getij verloopt, moet men de bakens
verzetten, en het is verstandig dit tijdig te
doen, om het stranden van het schip te voor-
komen.
Dit nu wordt nog al eens verzuimd; er
zijn kaasfabrieken verdwenen, omdat men
zoo Japg draajde met zich aan den nieuwen
*5:iW
\jQOVV
Af£T SCH/TTFREMDE PRJJZEN ALS
100.000 CRESCENT CIGARETTES
Aan N.V. Crescent Cie Aid. Reclame Eindhoven
oen. „De Erfenis" van Austin Philips laat
ons kennis maEen met een misdadiger, die an-
ders is, dan men zich gemeenlijk den misda
diger voorstelt; in „Omdat het anders was"
beschrijft Liane van Hoogherwegen een tra-
gi-comedietje uit het moderne alledags-leven.
Voorts o.m. nog een korte, fijngevoelde
Schets uit de Rechtszaal van Emst Groene-
velt, met illustratie van Pinot, en een inte-
teressante episode uit het leven van Beetho
ven, door mr. J. A Leerink naverteld bij een
krabbel en een Weensche Biedermeier-prent
Tusschen deze verschillende gangen ser>
veert „Astra" als lichtverteerbare entremets
kunstdruk-portretten van Nederlandsche
sport- en tooneelfiguren, inodeplaten, film-
sterren, kinder- en dierenfoto's.
toestand aan te passen, dat men de melk der
losse leveranciers kwijt was. Een kaasfabriek
met een groot percentage melk van losse
leveranciers staat op het oogenblik heel wan-
kel. Dat leeren ons wel de vele veranderin
gen, die we in dezen tijd kunnen opmerken.
Daarom is het de plicht van de besturen
der kaasfabrieken om na te gaan, hoe moeten
wij ons in onze streek aanpassen aan de ge-
wijzigde omstandigheden-en daarmede niet te
dralen. Hoe vaak komt het voor, dat een be
stuur pas in den winter besluit tot verbou-
wing. Alles moet dan in haast geschieden tot
schade van het werk en het bedrijf. Het is
veel beter, dat de verbouwing gereed is,
voordat de vorst deze belet.
Plaatselijke omstandigheden zullen van
overwegenden invloed zijn op den weg, dien
men moet inslaan, om tot een gceden toe-
stand te komen. Doch in het. algemeen geef
ik als advies: maak de nieuwe of verbouwde
kaas- en boterfabrieken toch niet te klein met
het oog op de geringere exploitatiekosten per
100 K.G. melk, en de mogelijkheid ze in ts
richten volgens den eisch, zonder dat groote
stichtingskosten op de exploitatie te zwaar
drukken. Voor een kaas- en boterfabriek acht
ik de melk van 600 koeien een minimum, doch
liever zie ik een fabriek voor 1000 koeien tot
stand komen.
Het zal op sommige plaatsen noodig zijn,
dat een paar kaasfabrieken zich oplossen in
een nieuwe of verbouwde fabriek. Het gaat
doorgaans niet gemakkelijk, om daarvoor een
flinke meerderheid te krijgen. Persoonlijke
wenschen zijn dikwijls een hinderpaal; b.v.
wanneer men voor de nieuwe fabriek is, in-
dien die op een bepaalde plaats komt De er
varing leert dat het, om tot een goed resul-
taat te komen, vaak gewenscht of noodzake-
lijk is, dat buiten de partijen staande perso-
nen de leiding hebben en adviseeren.
Indien 2 vereenigingen gezamenlijk een
nieuwe fabriek bouwen, dan wordt het een
geheel nieuwe vereeniging met de leden der
oude en eventueel nog andere. De 2 oude ver
eenigingen gaan dan liquideeren.
Wordt een der bestaa'nde fabrieken ver-
bouwd en gemoderniseerd, dan is het ge
wenscht, dat de bezittende vereeniging voor
een billijke som de fabriek aan de nieuwe
vereeniging overdoet.
De bouw (eventueel verbouwing) moet een-
voudig doch goed zijn. Met de mogelijkheid
op eventueele vergrooting dient rekening te
worden gehouden.
Er moet niet bezuinigd worden op de nood
zakelijke installatiekosten. Dit is nog al eens
het geval. Hierover wordt dan dikwijls ,ge-
oordeeld door personen, die van de techniek
der zuivelbereiding niet op de hoogte zijn.
Men moest dan meer vertrouwen stellen in de
gekozen adviseurs.
De Noordhollandsche boer moet meer gaan
inzien, dat hij destijds den gang van zaken
in de primitieve N.H. kaasfabriek kon bekij-
ken, vooral omdat hij zelfkazer geweest was
doch dat hij thans voor het drijven van de
kaas- en boterfabriek de hulp van technisch
op de hoogte zijnde personen behoeft.
In een kaas- en boterfabriek, die aan den
eisch van onzen tijd wil voldoen, dient de
room gepasteuriseerd en de wei gecentrifu
geerd te worden. Voorts moet de warmte-
oeconomie worden behartigd; de warmte,
door de verbranding der steenkco! ontstaan,
moet zooveel mogelijk benut worden. Geen
bezuiniging op het bedrag der installatiekos
ten, die later dagelijks geld kost.
Met de beantwoording der vraag, wat wij
kunnen leeren uit hetgeen thans op het ge
bied der coop, fabriekmatige zuivelbereiding
in Noofd-Holland geschiedt, hoop ik bereikt
te hebben, dat de daartoe geroepen personen
tijdig en ferm zullen aanpakken, om bij de
noodzakelijke wijziging tot een nieuwen goe
den toestand te komen.
GEMEENTELIJKE DIENST DER
WERKLOOSHEIDSVERZEKERING EN
ARBEIDSBEMI.DDELING.
DISTRICTS-ARBEIDSBEURS.
Kostelooze bemiddeling voor werkgevers
en werknemers. Geopend van 91 en van 2
5. Des Zaterdags van 91 uur. Voor
werknemers uitsluitend van 912 ne Maan-
dag- en Donderdagavond van 7—8 uur.
De ambtenaar van bovengenoemden dienst
maakt bekend dat heden de navolgende werk-
zoekenden zijn ingeschreven: 1 electricien, 1
grondwerker, 2 kantoorbedienden, 1 pakhuis-
knecht, 1 rijwielhersteller, 1 sigarenmaker, 1
stukadoor, 2 timmerlieden, 4 losse arbeiders.
Geplaatst: 2 grondwerkers, 1 loopjongen,
4 metselaars, 2 sigarenmakers, 2 steenbik-
kers en 19 losse arbeiders.
Alkmaar, 1 Juni 1929.
De ambtenaar voornoemd,
A KLEYMEER.
OPLOSSINGEN DER RAADSELS UIT T
VORIGE NUMMER.
Voor grooteren.
1. Engeland Gedane zaken
e m m e r nemen geen
doedelzak keer.
anker
e n g
s c h e en
zebra
hand
k i k k e r
b e e k
n e g e r
pioe nroos
2. Nico. Tine; nicotine.
3. Ostende. Deen, Toos. nood, steen.
4. Oom kwam mij uit Harlingen tegemoet
fietsen. (Gent I.
Zal Tante Trip oliebollen voor ons bak
ken? (Tripoli),
Heb jij soms de tang ergens gezien
(Tanger).
Gooi je die lappen weg? Laten we ze lie
ver bewaren. (Wezel).
Ik lach u recht hartelijk uit, hoor!
(Choi).
-Voor kleineren.
1. Bot, boot.
s haVen Yreeswjk.
t a r w e
Breda
1 e e uw
v i s c h
g e w i s
g r ti n s
p e k e 1
Slak, lak.
Doom,
OM OP TE LOSSEN.
Voor grooteren.
Vueg bouwmateriaal en hoogten samen
en ie krijgt een plaats in Noord-
Brabant.
Kruisraadsel.
Op de beide kruisjeslijnen komt de naam
van een plaats in ons land, bekend om
haar eigenaardige kleederdracht.
X
-x.
-X- •-■ -
•X'
X
1° rij een medeklinker.
2° de gebiedende wijs van een wert-
woord.
3° een viervoetig dier.
4° een Javaansch dorp.
5° 't gevraagde woord.
6° een ande'r woord voor schaal.
7° een jongensnaam.
8° een boomsoort.
9° een medekiinker.
3. Maak plaatsen in ons land van
BEN DAL VER
KOM MES LIJS D
KOOS KERS REE
TOOS LAK EPE L
UW DAL EEREN
4. Mijn eerste is de naam eener maand, mijn
tweede is een mooi dorp in de provin
cie Utrecht en mijn geheel is een
bloeiende struik of boom.
Voor kleineren.
1. Verborgen dieren.
Neen Annie, deze bramen zij nog lang
niet rijp.
Wat frischte die malsche regenbui lekkei
op!
Zijn neef kwatn u gisteren teg en op de
fiets.
Er gaat nu ook geen dag voorby, of wy
hebben veel huiswerk. (2)
Heeft Ru ten have u lentebloemen ge
bracht?
2. Zet op de plaats van elk kruisje een letter
en wel zoo. dat je goede zelfstandige
naamwoorden krijgt:
1.
2.
Astra, Nederland's Eerste Oe'ill.
Magazine.
In een frisch en fleurig omslag biedt het
Juni-nummer van Astra" den lezers en leze-
ressen een verzameling lectuur, die is als een
riik gevarieerd menu.
De hors d'oevre wordt gevormd door een
geestige causerie, waarin de Nuts-„lezer"
Frans Hulleman met snaakschen spot vertelt
van zijn ervaringen bij „een groot adellijk
heer en een kleine, parmanfige dorps-autori-
teit". Nadat vervolgens eenige pagina's beel-
den zijn gegeven van kinderleven in verschil
lende landen, vraagt Anna E, H.Z. een
oogenblik aandacht voor de nagedachtenis
van den overleden volks-acteur Marius Spree,
wiens markante kop, in de glansrol van
„Oude Jaap", aan het In Memoriam is toe-
gevoegd.
J. A. Pepin brengt zijn portie maande-
lijksch film-nieuws, verlucht o.a. met een cu-
rieuse karikatuur, die de bekende Eaton tee-
kende voor een nieuwe Buster Keatonrol-
prent.
De hoofdschotel van het „Astra"-menu
wordt gevormd door een aantal novellen van
uiteenloopend karakter. Griezelig is Richard
Connell's „Vierde Graad"; tragisch het ver-
haal,, waarin Holly Mahroudi het trooste-
looze lot schildert van een wanhopigen de-
serteur uit het Fransche vreemdelingenlegi-
X
ied
X
nkt
X
aan
X
alk
X
level
X
oet
X
aren
OP de 1° rij
2°
3°
4°
r
een veel gebruikte vloeistof.
een hemellichaam.
een lang ijzeren of houten
voorwerp, dat dient om te
stutten.
een lekkeraij van suiker.
iets, wat in den schoorsteen
zit.
iets, wat door kleermakers
en naaisters veel gebruikt
wordt.
De beginletters moeten, van boven naar
beneden gelezen, den naam van een provincie
in ons land vormen.
3. Met b ben ik een rond voorwerp, met t
kinderspeelgoed, met sch een visch en
met kn een veldvrucht.
Met beide eerste deelen vormen samen
het meervoud van een grooten vogel,
mijn derde wordt bij elken maaltija
door je gebruikt en mijn geheel is een
bekend, ouderwetsch kinderspel.
4.
c
5 Philips Radiotoeste 11ert met Luidspreker
5 Prima Rijwielen. - - 5 Gouden Horloges.
lO Geldprijzen van f 25.-- 20 Zilveren Horloges.
50 Geldprijzen van f lO.--. - 100 Geldprijzen
van f 5.-- - - 200 Geldprijzen van f 2.50.
Verdeeld in lOOO prijzen. va* lOO stuks.
BUITENDIEN NOG EXTRA PRIJZEN
Vraagt voor 6 Juni e.s. inlichtingen met onderstaande bon
Na 6 Juni e.s. is het te laat. --------
M.H. Gelieve mij inlicfifingen te zenden omtrent Uw BUTTEN GE WQON AAN-
BOD en GRATIS DE EL NAME aan den Grooten Crescent Premie-wedstcijd
fiaam en voornaam.- -
Slraal en fiuisnurvmer.-
U/oonplaals:
(vooral DUIDELIfK invullen) 34
Deze bon oh drukwetk te vertenden in envetoppe met /'te Ct. posUegel er op.
II
>i
i) sS n
5°
91
6°
iVLO UUl t 7 i. t