l-iiyi, i Coarait. De kroon;uweelen. FEU1LLET0N. No. 136 1929 Hinderd een en dertigste Jaargang. H oeibdas 12 Juni. Radio-hoekje Donderdag 13 Juni. Hilversum, 1071 M. 10.—10.15 Morgen- wijding. 12.15—2.— Concert door het A. V. R. O.-Kwintet. 2.—2.30 Lezing door Mej. Dr. E. v. d. Looy v. d. Leeuw. 2.303. Gramofoonmuziek 3.4.Kniples. 4. 5.— Ziekenuurtje. 5.—5.30 Sportpraatje. 6.6.30 Concert door het A. V. R. O.-Kwin tet. 6.30-^7.— Lezing door H W. O. de BruinHet verkeersvraagstuk en het wegen- plan. 7.—7.15 Vervolg concert. 7.15—7.30 Verkiezingspraatje. 7.307.45 Vervolg con cert. 8.-8.30 Boekbespreking door H. Kool. 8 30 Operaconcert, met medewerking van L. Poolman—Meissner, Helene Cals, Gusta Scheepmaker, Chris de Vos, L. van Tulcjpr, P. PuL e. a. Versterkt omroeporkest. In de pauze persberichten. Daarna tot 11-30 Gra mofoonmuziek. Huizen, 336-3 M. (Na 6 uur 1852 M.) (Uitsluitend N. C. R. V.) 11.11.30 Korte Ziekendienst. 12.30—1.45 Solistenconcert. 5.6.Solistenconcert. 6.30—7.Muziek- praatje. 7.-8.Orgelconcert. 8— Concert door het Draper-kwartet. Causerie. Daarna persberichten. Daventry, 1562 M. 10.35 Kerkdienst. 11.05 'Lezing. 11.20 Gramofoonmuziek. 12.20 So listenconcert, sorpaan, viool en piano. 1.20 Gramofoonmuziek. 2.50 Voor de scholen. 3.10 Muziek. 3.20 Vesper van de Westmin ster Abbey 4.05 Lezing: Bermuda. 4 20 Concert. Brown's kwintet. 5.35 Kinderuurtje. 620 Muziek. 6.35 Nieuwsberichten. 6.50 Voor landbouwers 7.Muziek. 7.05 Piano- sonaten van Beethoven. 7.20 Novellenbespre- king. 7.35 Muziek. 7.45 Lezing: China. 8.05 'Avondconcert. Gershom Parkington Kwin tet. G. Ripley, alt. E Greene, tenor. 9.20 'Nieuwsberichten. 9.35 Causerie. 9.50 Nieuwsberichten. 9.55 Harpconcert. 10.20 A. (J. Alan: „The cabmen's Shelter". 10.50— 12.20 Dansmuziek. Pariis Radio-Paris"1744 M. 12.50 2.10 Gramofoonplatenconcert, (orkestopna- men). 4.05 Kinderhalfuurtje. 4.35 Klassiek concert. 6.55—7.20 Gramofoonmuziek. 8.20 Concert. Kamermuziek en zang. Mme. Tissot en Hr. Fleur, zang. Langenberg, 462 M. 10.35 en 12.40 Gra mofoonmuziek 1.25—2.50 Orkestconcert. 6.056.50 H. Flohr, humorist aan de piano. 8.20 Concert. Klein-Werag-orkest. 9.20 „Etagenhaus'', hoorspel van O. A. Palitzsch. Daarna tot 12.20 Dansmuziek. Zeesen, 1649 M. 12.20—5.20 Lezingen en lessen. 5.20—6.20 Orkestconcert. 6.20—8.05 Lezingen. 8.20 Aria's door Giacomo Lauri Volpt. Daarna tot 12.50 Dansmuziek. Hamburg, 395 M. 5.05 Gedichtenlezing. 5.20 Orkestconcert. 6.30 Vroolijk concert. 8 20 Concert. Werken van vroolijke compo- nisten. 9.50 Voorlezing. 11.2012.15 Dans muziek. Brussel, 512 M. 5.20 Trioconcert. 6.50 Gramofoonmuziek. 8.35 Orkestconcert. 10.05 10.35 Dansmuziek. HET BEIAARDIERCONCERT VAN DEN WAAGTOREN. Men schrijft ons: Voor bezitters van een radio-ontvangtoe- stel is tijdens het beiaardierconcert van den Waagtoren een interessante proef te nemen, wanneer zij althans nog op een afstand van den zingenden toren wonen om de klokken te kunnen hooren. Deze proef berust op de snel- heden van het geluid, van de electriciteit en van de ethergoiven. Zet men onder het con cert zijn radio aan, dan komt de muziek langs twee wegen tot het oor: ten eerste regelrecht door middel der geluidsgolven en ten tweede langs een omweg per telefoon en radio-uitzending over Huizen heen en terug. Het interessante is nu, dat door de veel grootere snelheid van de electriciteit en de ethergoiven (300 millioen meter per seconde) de tonen in't radio-toestel reeds klinken on geveer 1/3000 seconde, nadat de klokken ze hebben voortgebracht, daar de afstand Alk- maarHuizen heen en weer ongeveer 100 KM. bedraagt. De directe geluidsgolven hebben echter maar een snelheid van 300 M. per seconde. Reeds op ongeveer dien afstand van den toren komen de tonen door de lucht pas na een heele seconde tot den luisteraar, op 600 Meter pas na twee seconden, enz. Zoodat men door de radio een muziekstuk al in zijn geheel genoten kan hebben, terwijl men door het geopende raam den toren een of meer seconden achter zijn eigen muziek aan kan hooren. (The crinkled Crown.) Geautoriseerde vertaling uit het Engelsch van William le Queux, door Mej. E. H. 13 Een oogenblik nadat hij zoo gesproken had, voegde zich de lange man met den baard bij hen, dien Pennington herkende als Lenoir. De ernstige Franschman leek zeer gejaagd in zijn manier van doen. Zij waren in het minst niet verbaasd dat hij hen aan- sprak; zulk een onverwachte, treurige ge- beurtenis maakt de tongen los van de meest- teruggetrokkenen en doet hen conventies uit het oog verliezen. „Een verschrikkelijk iets!" begon hij, op een toon die trilde van ontroering. „De arme Van der Wyck en ik waren al jaren lang boe- zemvrienden: wij hadden geen geheimen voor elkaar. Op mij rust nu de taak, om het vree- selijke nieuws aan zijn dochter over te bren- gen. Mijn hart bloedt voor haar, arm kind! Den Hemel zij dank, bracht een gelukkig toeval mij vanavond hier! Ik zou mij niet kunnen indenken, dat zij haar verlies zou te hooren krijgen van de lippen van een vreem- de!" Onopgemerkt door den opgewonden Franschman, wisselden de jongelui een blik van verstandhouding: Zij begrepen volkomen de reden van de leugeiL die hii had i.esttroIi.en Stadsnieuw£ DE VRIJHEIDSBQND EN DE MIDDENSTAND. Rede van den heer E. G. Sehiir- mann, voorzitler van den Ron- Ned. Middenstandsbond. Gisteravond had de afd. Alkmaar van de liberale staatspartij De Vrijheidsbond een openbare vergadering belegd met het oog op de aanstaande verkiezingen. Zooals te ver- wachten was op den avond van een mooien zomerschen dag, was er slechts een klein pu- bliek opgekomen, dat welkom geheeten werd door den heer J. G. Haremaker, wegens afwezigheid van den voorzitter, den heer mr. W. C. Bosman. De heer Schiirmann had als onder- werp voor zijn rede gekozen „De Vrijheids bond en de middenstand", om het verband tusschen beiden aan te toonen. Spr. begon met een herinnering aan het congres van den Middenstandsbond van het vorige iaar en zei dan dat hij met middenstand bedoelde den handeldrijvenden en den industrieelen mid denstand in hun geheelen omvang. Vroeger werd de middenstand veelal be- schouwd als een categorie, waarmee niet al te vee 1 rekening behoefde te worden gehouden. Dit was eigen schuld, omdat de middenstand zich niet organiseerde en de vakgenooten slechts als concurrenten beschouwde. Tot het midden der vorige eeuw was alls handel (distributie) vrijwei in handen van buitenlanders, pas na 1850 legde zich ook de Nederlander daarop toe. Zoodoende kwam het en natuurlijk ook door het eerstgenoemde, dat er in de wet slechts weinig rekening werd gehouden met den middenstand, die daardoor allerwege in de verdrukking kwam. Dat duurde tot 1902, toen de drang naar concentratie zoo groot werd, dat de Midden standsbond werd opgericht. Deze is nu goed gevestigd en heeft reeds veel in het bekang van den middenstand gedaan. Thans zitten zijn vertegenwoordigers in allerlei regee- ringscolleges en alom kan men daarvan de gunstige gevolgen zien. Spr. schetste hoe de handel in de oorlogs- jaren geschiedde en hoe ook daarna velen meenden, dat de middenstand uitgeschakeld moest blijven uit het distributieproces Echter de middenstand heeft zich kunnen redden en zal er naar streven ook zijn ver tegenwoordigers te krijgen in de landsregee- ring. Hij heeft uit verschillende geledingen der maatschappij personen aangewezen als candidaten voor speciaal die groepen: land- bouw, handel enz. De andere partijen stelden geen enkelen middenstander als zoodanig, wat wel verklaarbaar is, omdat zij in de eer ste plaats letten op godsdienst en politiek. Juist omdat de Vrijheidsbond dat niet doet, voelde spr. zich daartoe zoozeer aangetrok- ken. De soc.-dem. willen de socialisatie. Zij we- ten wel dat het particulier initiatief nooit zal verdwijnen, ofschoon zij zeggen: „De mid denstand moet verdwijnen". Zij bedoelen dan: „De middenstander moet verdwijnen" De chr. partijen hebben zich in de eerste plaats te houden aan het dogma, uit vrees overtroefd te worden door anderen van hunne partijen. Spr. stelde vast, dat iedereen, behalve de middenstander, overal zijn kost kan verdie- nen, niet aan een bepaalde plaats gebonden is. De middenstand is de blijvende partij, de partij die steeds en overal moet betalen. En hoewel dit vast staat, hebben de andere par tijen de meeste praats met al hun eischen. Constateerende dat bijna geen enkele mid denstander kapitaal heeft, zei spr., dat hard gewerkt moet worden om alle lasten te kun nen betalen en voor zich en de zijnen vol- doende te kunnen zorgen. Dat woekerprijzen zouden worden gemaakt, zooals wel eens be- weerd wordt, ontkende spr. ten stelligste, het publiek zal daar zelf wel tegen waken. Spr. ging na hoe de middenstand door al lerlei wetten wordt gedrukt en zelfs onrecht- matig (ten aanzien van de personeele belas- ting op winkels, hotels e.d., waarvan de mi nister zelf het onrechtmatige heeft erkend). Bij de latere wetten is de middenstand evenzeer in den knel gekomen, b.v. door de zakelijke bedrijfsbelasting, die spr. bloedgeld noemde. Van verschillende zijden wordt het onrecht erkend, maar de wethouders in vele plaatsen meenen de opbrengst niet te kunnen missen, zoodat het onrecht blijft voortduren. De aanstaande winkdsluitingswet bespre- kende, zei spr., dat een wet tot sluiting op Zondag eigenlijk niet noodig is, omdat de meeste winkels dan toch gesloten zijn, alleen die, waar geen personeel is, zijn dan nog open. Deze winkeliers zijn op de grens van hun bestaansmogelijkheid en moeten op Zon dag vaak een zeer groot deel van hunne wekelijksche verdiensten maken. Waarom moet het nu verboden worden, dat deze win kels geopend blijven? Ook ten aanzien van de avondsluiting drei- toen hij voorgaf dat hij door een gelukkig toeval" er heen gebracht werd. Hij was de boezemvriend van Van der Wyck, maar hij was ook lid van de vereeniging, gebonden door dezelfde eeden als de doode. Hij moest echter zorgvuldig verbergen voor een ieder, de rol, die ^ijn vriendschap hem had opge- legd op dien noodlottigen avond. „Ik benijd u niet uw taak", zei Easterbee op een toon van oprechte deelneming. „Ik heb het genoegen gehad miss Van der Wyck een paar maal in de club te ontmoeten; een alleraardigst, lief meisje! 't Is goed, dat zij vanavond niet hier was; de schok zou te veel voor haar zijn geweest. Waarvoor houdt u het: een geval van zelfmoord?" „Het heeft er veel van", antwoordde de Franschman met veel nadruk. Al dacht hij er hetzelfde van als zij, dan zou nog zijn ont- zag voor de macht van de vereeniging hem tot zwijgen hebben gedrongen. Ze begrepen volkomen zijn terughoudendheid. Heel spoedig verscheen de politie ten too- neele en ondervroeg iedereen. Het lijk werd weggedragen en langzaam gingen de ver schillende groepen uiteen en verlieten het ge- bouw. Easterbee en Pennington waren de laatsten, die gingen. De Franschman met den baard liep naast hen en toen ze op straat wa ren nam hij den hoed voor hen af op de be- leefde wijze, die zijn landaard hem gebood'. „Goeden avond, heeren. Nu ga ik op mijn droeven tocht". Easterbee voelde zich zeer verlicht, dat Le- aoir er was»_welke ngoftk;rde_ rgdengp moch-. gen onbillijkheden. Het is niet goed mogelijk en hoogst onbillijk, voor alle plaatsen gelijke voorschriften te willen geven. Ten aanzien van de joden, die krachtens hun geloofsovertuiging moeten sluiten op Zaterdag, is voorgesteld dat zij daarvoor op Zondag compensatie zullen krijgen. Maar nu is het zonderlinge juist dat de minister de uren, waarop de joden dien dag hun zaken geopend mogen hebben, heeft gesteld tus schen 5 en 12 des voormiddags. Met den verkoop van sigaren enz. zal het al even vreemd gaan. Van alien kant wordt gepoogd het vreemdelingenverkeer te bevor- deren, maar de ministerieele beschouwingen daarover en evenzeer ten aanzien van de oud- bakken-brood-kwestie zijn zoo, dat de vreem- deling wordt afgeschrikt. Een en ander is niet in het belang van den middenstand, doordat de wetgever uitslui tend let op de belangen van de arbeiders. Dit is nu alles goed en wel, maar het maakt het leven duurder dan in andere landen, maakt de concurrence daardoor moeilijker en doodt den ondernemingsiust. De minister meent de concurrentie-voor- waarden voor iedereen gelijk te kunnen ma ken. maar dat zal hem ncoit gelukken, want het is een onmogelijkheid. Men moet niet te veel willen regelen en ver- bieden. Het volk moet zelf ook oordeelen. Het gebruik van sterken drank, dat in de laatste 25 jaar zooveel is verminderd, heeft dit bewezen. En als nu de nieuwe drankwet zou komen. zal die aansturen op droogleg- ging. met als gevolgmeer drankgebruik, omdat ten slotte de Nederlander zich niet alles laat voorschrijven. Spr. concludeerdc, dat de wetgever niet moet beginnen met alles te willen dwingen en ringelooren. De ambtenarij als gevolg van al die wet ten. werd door spr. veroordeeld. De overheid moet verre blijven van het terrein van het particulier initiatief, omdat zij daarvan toch geen verstand heeft. Gaat zij er desondanlcs toch mee door, daft zal zij den ondernemingsiust dooden, ons land maken tot een ambtenaarsstaat en de wel- vaart verminderen. Een eisch van behoud voor den midden stand is het handhaven van een voldoende weermacht. Het is boerenbedrog, als andere partijen zeggen leger en vloot te willen doen verdwijnen. Voor spr. stond vast, dat bij ge- niis van een weermacht elke volgende oorlog in ons iand zal worden uitgevochten. Een weermacht zal voor ons dus preventief wer ken. Dat weten de vrijz.-dem. ook heel goed (in 1925, toen hij kans had minister te wor den met de roomschen, zei mr. Marchant nog, dat hij niet tegen een weermacht was). Men heeft de noodzakelijkheid ervan dezer dagen gezien bij hetgeen voorviel op Cu- ragao. Ons land heeft te veel belang bij zijne kolonien om die zonder meer prijs te geven. De Vrijheidsbond strijdt voor de rechten der vrouw, die hij benoembaar wil stellen voor alle ambten. waarvoor zij door aanleg geschikt is. De huidige onderwijswet deugt niet, er is meer gedacht aan de riehting dan aan de in- richting. In een land als het onze is het noo dig, dat meer gewezen wordt op het onmis- bare van verdraagzaamheid. Het sectarisme, dat opbloeit door de vele bijzondere scholen, is een dwaasheid, een groote fout voor onze nationale eenheid. Zij kweekt haat en onver- draagzaamheid en spr. zou zijn kinderen lie- ver analphabeet willen laten dan hen naar een bijzondere school te sturen. Wil men het sectarisme doorvoeren, dan zou men ook moe ten hebben een roomsche en een chr. telefoon, enz. Spr. achtte den Vrijheidsbond, die de be langen van een ieder behartigt en daarbij niet vraagt naar godsdienst en ieders gods- dienstige overtuiging eerbiedigt, meer chris- telijk dan welke zich christelijk noemende partij. De Vrijheidsbond is voor staatspensioen, niet een zoodanig pensioen waarvan men rus- tig zou kunnen gaan rentenieren, maar wel zoo, dat op den ouden dag geen armoede be- hoeft te worden geleden, zooals helaas thans nog vaak gebeurt. De menschen, die altijd hebben gezwoegd, moeten niet meer naar het armenhuis behoeven te gaan. Het geld voor staatspensioen kan men krijgen door minder uit te geven voor de opvoeding der kinderen. Deze kunnen best wat minder leeren en wat meer werken. De klassenstrijd is een punt waar de Vrij heidsbond zich tegen keert. In verband hier- mede zette spr. uiteen, dat niet straffeloos de middenstand uit de distributie kan worden uitgeschakeld, omdat hij niet bestaat uit leeg- hoofden en omdat de handel een vak is. Zou de middenstand worden uitgeschakeld, dan zou het gebouw van den staat ineenstorten. Ieder die werken wil, kan in ons land zijn brood verdienen zoolang de middenstand krachtig blijft bestaan. Voor iederen weldenkende is het de naast- bijliggende plicht om op 3 Juli te stemmen op ten zijn van zijn tegenwoordigheid aldaar. Hadden ze Lenoir toch niet ontmoet, dan zou hij het zich tot een plicht gerekend hebben om naar Soho te gaan en de droeve tijding daar mede te deelen. En intiem als Pauline en hij gedurende dat korte tijdsverloop van hun kennismaking waren geworden, was dit een tocht, waar hij dan wel zeer tegenop ge zien zou hebben. „Ik heb niet het genoegen uw naam te ken- nen. Ik heet Easterbee en dit is mijn vriend, mr. Pennington, die ook miss Van der Wyck hier ontmoet heeft. Wilt u zoo goed zijn, haar onze van harte gemeende deelneming over te brengen?" Lenoir beloofde dit en, nadat de heeren dus uiteengegaan waren, liepen de jongelui terug naar Ryderstreet, waar ze nog geruimen tijd napraatten over het tragische geval, dat nooit had hoeven plaats te hebben, hierover waren zij't eens als de Nederlander meer zelfbeheersching had getoond over zijn ge- voelens en over zijn tor.g. Dien volgenden morgen zond Easterbee een briefje aan Pauline, waarin hij haar verzocht een uur te noemen waarop hij haar eens spreken kon. Dit briefje was zeer voor- zichtig gesteld. Al wat tusschen den doode en hem had plaats gehad, wilde hij zoo geheim mogelijk houden. Waarde miss Van der Wyck, Een heer, die Pennington en ik gister avond op de club ontrr.oetten, heeft ons beloofd1, u onze innig gevoelde deelneming te tjetujjgen in uw gro,o4Jeed, en ik twjjfel de candidaten van den Vrijheidsbond, zoo eindigde spr. Vragen gesteld. Dc heer Schuitemaker stelde een paar vragen naar aanleiding van de droog- legging van een gedeelte van Rotterdam en voorts was hij het er niet mee eens, dat de Vrijheidsbond stemmen zou krijgen van chr. en katholieken, zooals de heer Schiirmann verwachtte. De heer Schiirmann antwoordde, dat bedoelde drooglegging gold als een proef, dat er dus niet toe werd aangespoord door drankmisbruik in die bepaalde buurt. Als hoon heeft men daar vlakbij een groot cafe gebouwd; de drooglegging geeft nie- mendal. Wat de tweede opmerking betreft, spr. hield vol, dat het zeer wel mogelijk is dat R. K. en Chr. stemmen op den Vrijheidsbond, ondanks de voorschriften der geestelijkheid. De groote ontevredenheid in die kringen over het optreden der kerkelijke partijen is er het bewijs van. Godsdienst en vrijhandel heb ben niets met elkaar te malfen en toch zijn juist de kerkelijken voor protectie. Het hin- dert zeer veel menschen dat de kerk zich met zooveel zaken bemoeit, waarmee zij niets te maken heeft. De Vrijheidsbond wil ieder op zijn terrein laten, eerbiedigt ieders overtui ging, veroordeelt eenzijdigheid en vraagt om wetten die voor iedereen goed zijn. Op dezen grond geloofde spr., dat de Vrijheids bond tal van stemmen kan krijgen van hen die het met de riehting waarin hun partij gaat, niet meer eens zijn. De heer T h o m s e n noemde zich een voorstander van de openbare school, maar was toch niet zoozeer tegen de bijzondere als de heer Schiirmann zich had verklaard. Spr. meende dat het gezin toch altijd nog corri- geerend kon werken, als de school het zou sturen in een door de ouders niet gewenschte riehting. De heer Schiirmann geloofde, dat, dank zij den Vrijheidsbond, de openbare school niet zal verdwijnen. Overigens hield hij vol, dat het niet goed zou gaan in de we- reld, als op de scholen de kinderen werden opgevoed uitsluitend in eng partijverband. Het sectarisme is de vloek van onzen tijd. De godsdienst is vaak niet anders dan een kwes- tie van geboorte. De heer Schuitemaker vroeg nog hoe de heer Schiirmann dacht over de mede- zeggenschap in de bedrijven. De heer Schiirmann zette uiteen dat een goed zakenman bij verschillende voorko- mende gevallen zijn personeel zal raadple- gen. Een medezeggenschap echter, zooals de soc.-dem. en vrijz.-dem. die eischen, is heel wat anders, omdat zij zou neerkomen on al- leenzeggenschap van het personeel. Voor hoeveel de patroon een bepaald werk wil uit- voeren, moet hij zelf en niemand anders be- slissen. De patroon, die de risico draagt, blij- ve baas in eigen zaak. De eisch van medezeggenschap is niets anders dan een phrase, evengoed als over- heidsbemoeii'ng en ontwapening. Het zijn niet anders dan de stukjes spek, die de kie- zers moeten lokken. Met dergelijke leuzen laat de Vrijheidsbond zich niet in, hij vraagt daarom zeer terecht om vertrouwen van de kiezers. De heer Haremaker bracht den spre- ker bij de sluiting een woord van dank en sprak de hoop uit, dat het den Vrijheidsbond mag gelukken om in de eerstvolgende vierja- rige periode die vraagstukken, die den spre- ker somber hadden gestemd, tot een goede oplossing brengen. Rechtszaken VOOR DEN P0L1T1ERECHTER. Zitting van Maandag 10 Juni AMATEUR SLOOPERS. Een drietal jongelieden uit Egmond aan Zee, waaronder de 21-jarige Jacob de V. en I J. de G., hebben zich op 24 Maart ver- maakt met een in de duinen staande keet te beschadigen en nagenoeg uit te sloopen voor welk feit zij heden terecht staan. Bedoelde keet behoorde aan zekeren heer Pluster. De derde vernieler K. G.. die den 18-jarigen leeftijd nog niet heeft bereikt, stond des morgens reeds voor den kinderrechter terecht. Verdachte erkende hetgeen hem was ten laste gelegd. Zij waren na consumptie van eenige glazen bier, wat uitgelaten en dit was de oorzaak van hun brooddronken vernielzucht. Eisch en vonnis ieder 10 boete of 10 dagen inclusief een krachtige vermaning van den politierechter. ONTVREEMDING VAN ELECTRISCHEN STROOM. De 19-jarige smid J. J. S. te Uitgeest is zoo vrij geweest als radio-amateur het door hem samengestelde toestel te doen werken op stroom, die het eigendom was van de radio-centrale aldaar, hetgeen op 19 April werd geconstateerd. Verdachte zegt, dat hij niet, of hij heeft dit gedaan. U zult er wel zeer door verrast zijn, als ik u schrijf, dat ik u een boodschap wil overbrengen van wijlen uw vader. Daar geheimhouding strikt noodzakelijk is, komt het mij voor, dat het niet geraden zou zijn dat ik naar u toekwam, ingeval wij eens zouden gestoord worden door een bezoeker, dien u wel ontvangen moest. Zoudt u er dus op tegen hebben, bij mij in Ryderstreet te komen, waar ik er voor kan instaan dat wij niet overvallen zullen wor den. Bepaalt u zelve een uur zoo moge lijk vandaag daar het een dringende zaak is. Laat niemand dit briefje zien. Degene, die het briefje bracht, vond haar thuis en kreeg onmiddellijk antwoord mee: Pauline zou in Ryderstreet zijn, een half uur nadat hij haar antwoord ontving. Hij vond het zeer aangenaam, dat zij dadelijk was in- gegaan op zijn voorstel. Hij had hoofdzake- lijk een samentreffen met Lenoir willen ver- mijden. In de spanning van dit listig-tegen- elkaar-inwerken van planuen en samenzwe- ringen was het geraden zoo weinig mogelijk argwaan te wekken. Op den bepaalden tijd werd zij op zijn zit- kamer gelaten. Het mooie jonge meisje was zeer bleek en haar gezichtje toonde duidelijk de sporen van den schok, dien zij had door- staan. Tot zijn voldoening merkte Easterbee ech ter, dat zij kalmer was dan hij had durven denken. maar eens wilde probeeren of het toeste goed werkte. Hij had natuurlijk geen toe- stemming bedoelde stroom te gebruiken Verdachte staat overigens gunstig bekend en hem werd na eisch van het O. M. tot 50 boete of 50 dagen hechtenis te veroordeelen. opgelegd f 20 boete of 20 dagen hechtenis. PERSOONL1JKE KENNISMAKING f DRINGEND GEWENSCHT. Mej. Trijntje K. is niet present, hoewel de politierechter haar heeft aangeschreven per- soonlijk te verschijnen. De zaak werd alsnu niet behandeld en zal over 14 dagen opnieuw op de rol verschijnen met bevel dat de afwezige door den sterken arm der wet zal worden voorgeleid. TWIJFELACHTIGE COMPLIMENTEN. De niet aanwezige verdachte Teunis P. t< Noord-Scharwoude heeft op 18 April der heer Herman Klein Beekman, koopmans knecht bij de firma Slot, minder complimen- teus toegevoegd: Je bent een gemeene smeerlap, 'n groote schoft en 'n fielt. Hij heeft nog veel meer gedebiteerd dat niet vltiend was, doch deze uitdrukkingen weiden als de meest gepeperde. door den be- leedigde genoteerd en daarvan klacht gedaan. Verdachte was boos omdat de heer Beck- man door hem geleverde kool had afge- keurd. Gevorderd werd f 20 boete of 20 dagen hechtenis. Vonnis conform dit requisitoir. 'A DIEFSTAL VAN EEN BANKBILJET. 'A Mejuffrouw Trijntje K. is inmiddels nog gearriveerd en wordt haar zaak alsnog be handeld; nadat zij wegens haar late komst een reprimande heeft moeten slikken. Zij blijkt te zijn een jeugdige fabrieksarbeidster te Alkmaar, die op 20 April aldaar heeft weggenomen een bankbiljet van f 10, eigen dom van de fabrieksarbeidster mej. Marie Zwart te Egmond aan Zee. Beide dames waren werkzaam op de melkfabriek „Uit- hoorn" te Alkmaar en verdachte kreeg daar door gelegenheid dit bedrag, pas ontvangen loon uitmakend, uit de portemonnaie van de benadeelde te kapen. Zij heeft van het geld verschillende modeartikelen gekocht, doch nu mej. Zwart alsnog weer schadeloos ge steld. Het meisje heeft zich ten opzichte van den reclasseeringsambtenaar ook al niet cor rect gedragen. Haar levensgedrag is lang niet onberispelijk. Omdat een juiste kijk op dit geval nog ontbreekt. werd besloten de zaak aan te houden tot 9 September a.s. VERDUISTERING IN DIENSTBETREKKING. De 20-jarige slagersknecht A. A. D. ft Alkmaar, in betrekking bij een slagers- patroon alhier, stond terecht wegens ver- duistering van f 152, welk bedrag hij ge durende het tijdvak Juli '28April '29 ten nadeele van zijn patroons had ontvreemd, Verdachte, die overigens uitstekend voldeed, wist door allerlei geknoei verschillende be- dragen, hem door diverse klanten ter hand gesteld, achter te houden, welke gelden hij ten eigen bate aanwendde. Op grond van zijn overigens goed gedrag en gebleken ge- schiktheid heeft zijn patroon besloten hem in dienst te houden. Het toegebrachte nadeel is door de ouders van het jongmensch gedeelte- lijk vergoed. Op grond van een en ander sloot de officier zich aan bij het reclassee- ringsrapport en vorderde 3 maanden gevan- genisstraf voorwaardelijk met 2 jaren proef- tijd en oplegging van bijzondere voor- waarden. Vonnis 2 maanden voorw. meet 2 proef- jaren met onder toezichtstelling van het ge- nootschap. NIET OP HERHAALDE VORDERINQ VERDWENEN. De verdachte Joh. P. R., hebbende bereikt den 23-jarigen leeftijd, stond terecht omdat hij op Zondag 21 April niet voldaan heeft aan de herhaalde vordering van mej. de wed. de Vries te De Rijp, om haar woning, waar in hij wederrechtelijk vertoefde, te verlaten. Verdachte had te voren kwestie met een zoon der weduwe en was deze in het huis zijner moeder nageloopen, om daar nader met hem af te rekenen. Verdachte erkend# wel dronken te zijn geweest, doch ontkende te weten wat er ten huize van mej. de Vries is gebeurd. Hij is door de vier zoons van de weduwe de deur uitgewerkt. Eisch 35 boete of 35 dagen hechtenis. Vonnis 25 boete of 25 dagen hechtenis., MISHANDELING. De 24-jarige boerenknecht Pieter F. te Zijpe heeft op 19 April de getuige S. Kooy en diens moeder de weduwe S. Kooy mishan- deld door Kooy in het gelaat en de weduwe op 'n andere plaats van het lichaam te raken. Voor het toebrengen der mishandelingen heeft verdachte een z.g. klauw of wieder ge- bezigd. Hij geeft de mishandeling van Simon Kooy toe, doch ontkende de weduwe geraakt te hebben. Het schijnt dat er reeds te voren ming over haar ongeluk had herhaald, licht- te hij haar toe, waarom hij haar wenschte ts spreken. „U was dan zeker wel zeer verrast door den inhoud yan mijn brief?" begon hij, bij wijze van inleiding. „Natuurlijk, kapitein Easterbee. Ik ver- moedde wel, dat mijn vader en u elkaar veel beter kenden, dan u wel wilde toegeve®. Maar ik had toch niet gemeend dat er zulk een intieme verhouding tusschen u en mijn vader bestond, als deze brief doet denken". Easterbee draalde een oogenblik, eer hij voortging. Het was zaak, dat hij zorgvuldis zijn woorden koos, want hij wilde niet, dat zij meer van de waarheid zou weten, dan volstrekt noodig was. En hij voelde instinct- matig, dat dit niet zoo gemakkelijk zou zijn; dat zij zeker niet de soort vrouw is, die maar onmiddellijk aanneemt, al wat haar verteld wordt. Ze had niets van het leven gezien: z« had geen ervaring, maar achter die schijn- bare eenvoudigheid school een schrander doorzicht, daarvan was hij overtuigd. Hij sprak met haperende zinnetjes: „In werkelijkheid, miss Van der Wyck, „hebben uw vader en ik nooit een woord go- wisseld,. tot hij gistermorgen bij mij kwam" Haar gezichtje, vol uitdrukking, gaf blijf van groote verrassing. „Vader is gistennorgen bij u geweest en a had nooit te voren een woord met hem ge sproken? Wat is dat allemaal voor gehty zinnigheid?" 7 AYQMt .ver^yol^i

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1929 | | pagina 5