MkimHh taint.
De brooninweelen.
ames
inderideedi
hir
spaart geld door
Brievsn nit de hooidstad
FEUTLLKT01V.
Londensch aanteekenboek.
No. 139 1929
Headtrd een en dertigste Jaargang.
t Zaterda$r 15 Juni.
De huldiging van Koningin Emma.
Een impresse. Geesldrift die
door geen hemelwater wordt ge-
bluscht. In de Nieuwe Kerk.
De toespraak van bwrgemeester De
\Jlugt. Gaven van hart en hoofd.
van geest en gemoed.
Het is deze week onafgebroken feest ge
weest in Amsterdam, een gloneus Oran]e-
feest zooals de noofdstad in jaren met heeft
Wvicrd. Want dit was een feest, waaraan
zeifs zi}> die niet monarchaal gezind zijn,
jjonden deelnemen, zonder schroom en van
fharte. Immers, de huldiging van de Konin-
Igin-Moeder gold bovenal de zorgzame en op-
offerende vrouw, aan wie ons land en ons
yolk zoo veel te danken heeft, een edele en in-
dnemende vrouw. De Koningin eerst, later de
gKoningin-Regentes en ten laatste de Komn-
jrin-Moeder, zoo werd en wordt zij genoemd
fen als zoodanig werd en wordt zij door ;eaer
[geeerd. Haar te huldigen is een nationale
Kehoefte geweest, maar de hoofdstad had zich
Seen afzonderlijk huldebetoon voorbehouden
£n het programma aldus ingericht, dat een
)zeo groot mogelijk aantal ingezetenen aan de
'hulde zou kunnen deelnemen, zoodat men met
Techt kan spreken van een huldebetoon der
t&msterdamsche burgerij.
L Het feest heeft twee groote momenten ge
,|iad: den feestelijken intocht, j.l. Zaterdag en
de plechtige gedachtenisviering in de njk-ge-
kooide Nieuwe Kerk, Maandag d.a.v. De in
tocht is indrukwekkend geweest, ondanks den
stroomenden regen. Juist een uur voor de
'aankomst der Koninklijke familie begon, wat
Hang gedreigd had, de regen te druppen en
allengs neer te stralen en te plensen op de
'duizenden, die zich langs den feestelijk ver-
'sierden intochtsweg en op de daken en ba!
cons opgesteld hadden, op de feestjaponnetjes
en gala-uniiformen en ook op de versieringen
langs den weg. De wimpels hingen slap en
nat neer van de oranje-masten. Maar toch
Toen de Koninklijke trein voor het perron
,van het Centraal-Station stilstond, daverde
het eerste saluutschot los, afgevuurd door de
l„Hertog Hendrik", die in het IJ geankerd
ilag. Toen wist men in de stad, dat Koningin
•Emma aangekomen was, 50 jaar nadat zij de
hoofdstad als jonge. o, zeer jonge, vrouw voor
het eerst bezocht. Weesmeisjes strooiden bloe-
men op haar weg, toen zij de trap naar het
Stationsplein afdaalde en een zee van gejuich
golfde los, toen zij voor den ingang van het
station verscheen.
En daarna de intocht! In de roomkleurige
caleche, met zes paarden a la Daumont ge
reden, de twee Koninginnen, de Prinses en d(
Prins! Het rijtuig geflankeerd door ruiters
het hoefgetrappel van de huzaren kletterend
op het* asphalt, het natte en gladde asphalt
en het regent, het regent, maar het hemelwa
ter heeft de geestdrift niet gebluscht. En in
idien regen brengen, van het Stationsplein tot
den Dam, twee honderd vereenigingen. die
voor Amsterdam getuigen, den vaandelgroet
aan de grijze vorstin. Daar, vlak bij het sta
,+ion, staat de Academische jongelingschap
■de Senaat van het Amsterdamsche Studenten
corps en verder een lange reeks kleurige ba
nieren: van de Ridder Militaire Willemsorde,
■van de Padvinders, van muziekvereenieringen
van arbeidersorganisaties, enz. enz. En alle
corporaties met hun vaandels sluiten zich bij
den stoet aan, die daardoor groeit en groeit,
naar mate men stapvoets den Dam bereikt.
En op den Dam? Ook daar wacht een dicht
vaandei-woud in rijke kleurschakeering en
daar staan de vierhonderd zangers, die, onder
fleiding van den beroemden koordirigent
'Roeske, het plechtige ,.Wilhelmus" aanheffen.
fEn als het koor geeindigd is, klinkt van het
dak van de Nieuwe Kerk, spontaan ingezet,
de Psalm„Dat's Heeren zegen op u daal",
en de zangers op het plein nemen het liec
over; de studenten zingen geestdriftig het
,,Io vivat" en de vaandellrulde begint onder
het balcon, waar de Koninklijke familie d
hulde in ontvangst neemt.
En dit alles is zeker heel indrukwekkend ge
,weest, zoodat de deelnemers en de toeschou
prers zich pas bewust werden van den droeven
en natten toestand, waarin hun schoeisel en
hun kleeren zich bevonden. toen de laatste
vaandels terzijde van het Paleis verdwenen
waren en de Koninklijke gasten zich binnen
(The crinkled Crown.)
Oeautoriseerde vertaling uit het Engelsch
van William le Queux, door Mej. E. H.
16
Toen Pauline 't huis in Ryderstreet verliet,
was zij eerst van plan geweest onmjddellijk
jnaar Soho terug te keeren. Maar ineens
ischeen er iets in haar zich te verzetten tegen
idat dadelijk terugkeeren naar die sombere
jkamers, waar zij den persoon van haar vader
toch zou missen en door die afwezigheid dan
nog meer overweldigd zou worden door een
gevoel van bijna ondraaglijke eenzaamheid.
Tot dit ontmoeting met Easterbee in „De
Motten" had zij haast de beteekenis van „ge-
luk" niet gekend. Maar het was dan toch een
tehuis geweest, een soort onderkomen, en ze
kon het zich voorstellen dat er vele ongeluk-
jkigen op de wereld waren die gaarne met
^iaar van tehuis verwisseld zouden hebben, al
rwaren het dan ook maar een paar armoedige
kamers.
i En dan ook dat ellendige gevoel dat op heel
de wijde wereld Van der Wijck het eenig men-
schelijk wezen was geweest die een greintje
ware genegenheid voor haar had gekoesterd
Want stug en norsch, als hij was, had hij
haar toch zeker alle teederheid betoond, waar-
over zijn gemoed beschikte. Zij was niet in
staat geweest die genegenheid in bijzondere
mate terug te^geven, maar toch zou ze hem
'grootelijks missen.
Vervuld van deze droeve gedachten als zij
de Paleismuren teruggetrokken hadden.
Maar nog indrukwekkender was het, toen
uit duizenden en duizenden kelen uit de me-
nigte, die, na lang zwijgen, tot „de kleine
steentjes" voortdrong, plotseling het „Wil-
helmus" opklonk, toen iedereen zong, kinderen
en ouden en soldaten en agenten. Dit was een
ware hulde van de Amsterdamsche burgerij,
een die niet door een programma voorbereid
of geregeld was, een hulde des te treffender
juist omdat de regen neerviel, een hulde, die
de Koningin-Moeder en de Koningin weder-
om op het balcon terugriep.
ja, als de zon schijnt is het gemakkelijk om
geestdriftig gestemd te zijn. Maar de regen
bewees hoe diep en waarachtig de geestdrift
voor Koningin Emma in de harten der Am-
sterdammers gloeit. Die geestdrift behoefi
geen opwekkenden zonneschijn en wordt door
geen regen gebluscht.
En toen: Maandag in de Nieuwe Kerk.
Dit was een feestelijkheid, die een geheel
ander karakter droeg, een feestelijkheid, die
vol wijding was. Bier, in de plechtige en ern-
stige sfeer van het kerkgebouw, waar de graf-
steenen namen dragen van Nederland's
groote mannen uit's lands grootsten tijd
Vondel, Hooft, de Ruyter hier heeft de
burgemeester de hulde van de burgerij onder
woorden gebracht, hier heeft het hoofd van de
gemeente uitgesproken wat nagenoeg ieder
Amsterdammer op het hart heeft. En hoe in
drukwekkend ook de juichkreten mogen zijn.
die uit een geestdriftige, duizendkoppige me-
nigte opstiigen, het ernstig gesproken woord
boort dieper in het hart.
De Nieuwe Kerk was versierd, maar zeer
bescheiden, juist genoeg om een schoon decor
voor de plechtigheid te vormen en de voor
deze gelegenheid aangebrachte inbouw als
die voor Mengelberg's orkest te maskeeren.
Bloemen hier en daar langs de pijlers en vooi
het podium, donkere fluweelen draperieen
achter't koperen koorhek, waarvoor de zetels
der Koninklijke familie zijn geplaatst. Ook
deze op een verhooging, die met bloemen en
groene pi ante n omlijst is.
In het schip van de kerk wachten tweedui
zend genoodigden de komst van de grijze Ko
ningin en door de open kerkdeuren dringt het
gejuich van het Damplein door. De Koningin
nadert en als zij met haar kind en kleinkind
de kerk binnentreedt, zingt het Toonkunst
koor, door Mengelberg's orkest begeleid, twee
coupletten van het „Wil'helmus". Dan, als al
ien gezeten zijn, een korte toespraak van Ds
van Hoogenhuijze, en daarna de groote rede
van den burgemeester, die spreekt voor de
stad Amsterdam, en die met de overtuiging
spreekt, welke in Amsterdam wordt gevoeld
en waarvan Amsterdam heeft willen getui
gen.
Ik zal hier geen uittreksel geven uit deze
rede. Mijn lezers kennen die reeds. Maar op
enkele treffende punten, die diepen indru!
maakten, wil ik toch wijzen. De burgemeester
herinnerde aan de woorden, die Koning Wi!
lem III gesproken heeft, juist een halve eeuw
geleden, toen hij met zijn jonge vrouw een
eerste bezoek bracht aan de hoofdstad des
lands, woorden, waarmede hij haar aanbeval
in de genegenheid van het volk. En aan het
woord, dat de voorzitter der feestcommissie
toen sprak: „Schenk ons volk, o Koningin
uw hart. Toon dat volk uw liefde, en wij dur-
ven het u verzekeren, geen vorstin van Euro
pa zal kunnen bogen op hartelijker ontvangs
dan die, welke de Koningin der Nederl^nden
wacht op elke plaats van het vaderland, die
zij met haar tegenwoordigheid zal willen ver-
eeren".
Deze voorspelling is uitgekomen. Koningin
Emma heeft haar hart geschonken en het
Nederlandsche volk heeft haar op de handen
gedragen. De rede van onzen burgemeester
getuigde ervan. En ook van nog ruimere
waardeering. Want niet alleen met het hart
heeft zij zich genegenheid verworven, ook met
het hoofd, toen kennis en oordeelkundigheic
belangstelling en beleid werden vereischt tij
dens de moeilijke jaren van het regentschap
Bij deze plechtigheid bleef al het andere
van dit groote huldigingsfeest een uiterlijk
karakter houden, hoezeer het op zichzelf ook
een uiting van genegenheid en bewondering
mocht zijn. Wij herinneren nog aan de rijtoe-
re door de versierde en rijk met vlaggen ge-*
kleurde stadsgedeelten; aan het gala-concert
in het Concertgebouw; aan het Regentesse-
spel in het Stadion; aan de aanbieding van
het huldeblijk ten paleize.
Als deze brief verschijnt liggen de feeste-
lijkheden reeds achter ons, maar zij hebben
een diepen indruk nagelaten en het is die im-
pressie, waarvan wij nog eens hebben willen
spreken. De Amsterdamsche burgerij zal dit
feest, dat, ondanks den regen op den intochts-
dag, zoo prachtig geslaagd is, niet licht ver-
geten.
Amsterdam, Juni '29 EMERGO.
was, besloot zij dien dag uit Londen te blij-
ven, ergens naar een plaats daar buiten te
gaan en daar dan te wandelen tot het donker
werd. Als ze maar flink moe werd zou ze des
nachts wel kunnep rusten en tenminste eens
even verlost zijn van de verschrikkelijke nacht-
merrie, die haar op den dag steeds vervolgde.
Ze was een paar maal in Hampton Court
geweest met haar vader en Lenoir op mooie
zomersche dagen en had het er dan heel pret
rig gevonden. Het was nu weer een heel mooie
zomerdag, met licht gevederde wolkjes aan de
lucht; niet te warm, omdat er een frisch wind-
je woei.
Zij kon ergens wel een goedkoopen maaltijd
krijgen en langs de rivier wandelen en er on
der de boomen zitten in het prachtige park.
TerwijI ze in den trein zat, verdrongen de
gedachten elkaar.
Was het wel waar, dat haar vader de eeni-
ge was die om haar gaf? Lenoir had haar
van kindsaf gekend, toen zij vijf jaar was en
hij juist een-en-twintig werd. Dit was nu een
zestien of zeventien jaar geleden en de
Franschman had dus al den middelbaren
leeftijd bereikt.
Hij was dol op haar geweest, toen ze nog
een kind was; had van allerlei kleine pre
sences voor haar meegebracht; natuurlijk
niet van waarde, daar hij, net als zijzelven,
altijd even arm en onvoorspoedig was ge
weest.
Naarmate zij grooter was geworden, had
hij minder tastbare blijken van genegenheid
gegeven, en was hij meer vormelijk geworden
in zijn manieren met het oog op hun verschil
van leeftijd. Maar hij had haar altijd een
hoffeliikheid en vriendelijkheid betoond. die
Van onzen Londenschen Correspondent.
Een brandende kwestie.
Juni 1929.
Nu de verkiezingen voorbij zijn en de uit-
slag bekend is, staat in Brittannie een ander
probleem in het brandpunt der openbare be
langstelling; en zijn oplossing wordt pope-
lend tegemoetgezien.
Twee machtige organisaties hebben de
kwestie in studie. En over een paar dagen
zullen zij de koppen bij elkaar steken, zullen
zoo niet de koppen de meeningen tegen
elkaar botsen, zullen de gedelegeerden aan
de groene tafel elkaar argumenten toewer-
pen, al of niet steekhoudend, al of niet ter
zake dienende. En tenslotte zal, na alle bot-
singen, na alle worpen, de eene, de groote,
de gewichtige meening, waarop het land met
nauw verholen ongeduld zit te wachten,
overheerschen.
De zaak zal wel beslist zijn, wanneer deze
Aanteekening onder uw oogen komtdie
nochthans niet overbodig is daar ze kan
leeren hoezeer de atmosfeer in deze Eilanden
gespannen was voor de groote beslissing.
En opdat ook uwerzijds, lezer, het juiste be-
sef kan doordringen over het eminent gewicht
der zaak, moge ik nog een en ander van haar
voorggeschiedenis vertellen.
Op 24 Juni beginnen te Wimbledon de
jaarlijksche tenniswedstrijden om de kam-
pioenschappen van dit plaatsje, dat onaan-
zienlijk zou zijn indien de tenniswonderen
van de wereld niet eens, nu al lang geleden,
hadden uitgemaakt dat het Het Mecca van
hun sport is. Wimbledon schijnt nu een
crisis in zijn bestaan door te maken. Het
eerste teeken dat die crisis nadert deed zich
reeds twee jaar geleden voor. Toen kwam er
een vrouwelijk tennis-wonder uit Zuid-
Afrika die alvorens de baan te betreden voor
den strijd met net en ballen haar kousen uit-
trok. Een sportverslaggever met abnormaal
scherpe oogen kreeg een „scoop" (zoo heet
hier een „primeur") voor zijn blad en het
verkondigde met zware opschriften dat Billie
Tapscott, de naam van de drieste Zuid-
Afrikaansche, in haar bloote beenen tennis
had gespeeld op Wimbledon. Billie ver-
klaarde onder de inquisitie van een dozijo
persmannen, die op hun beurt het nieuwtje
wilden uitbuiten, dat zij in haar vaderland,
waar het zoo warm kon wezen, nooit anders
speelde. En zij scheen wat verbaasd dat men
zooveel aandacht schonk aan haar gansche-
lijk van zijde of katoen verstoken sport-
beenen.
Billie maakte geen school. Noch in 1927
noch in 1928 werden kousenlooze tennis-
speelsters een brandende topic van den dag.
Maar nu is het anders gesteld. De herinne-
ring aan Billies pionierswerk op dit gebied
beklijfde en heeft onder den invloed van
warme tennisdagen in Auteuil waar de
nuchtere Fransche geest zich van het geval
niets heeft aangetrokken aan den voor-
avond van't Wimbledonsch tennisfestijn een
„lastig geval" van decorum en behoorlijk-
heid in het Engelsche land geschapen, een
kwestie die de hooge heeren van Wimbledon,
naar hun gewichtig oordeel, moeten behan-
delen en afdoen. In Auteuil schijnt zulk een
ster van de eerste grootte als Helen Wils,
Amerikaansche, en zulk een kampioene van de
Engelsche velden als Joan Fry, de traditie
van tenniskleeding, zooals men die in Enge-
land verstaat en hooghoudt, met voeten te
hebben getreden, of juister in dit ver-
band in alle naaktheid van beenen te heb
ben ondermijnd.
De meerderheid der vrouwelijke tennis-
sterren heeft reeds bij voorbaat te kennen
gegeven dat zij het bestuur van Wimbledon
en dat van den Britschen Lawntennisbond
onbevoegd verklaart haar de wet te stellen
in de zaak van haar kleeding. De vrouwen
stellen triomfantelijk vast dat de wetgevers
van Brittannie haar op de meest overtuigen
Amsterdam,
Nieuwendijk 225/229.
Utrecht,
Oude Gracht 151
Wdarborg
U kunt Staodard Mo
tor Oil wtjde bekende
Eesscheo o^in de
oteuwe verzegelde
bussen - naar yerlao-
'^zing van a, 5 of 20
Liter - met het volsle-
vertrouwen koopen.
Standard Motor Oil te koopen!
Vraagt naar de echte, znivere, onvervalschte
Standard Motor Oil, dan geeft U Uw motor het
beste wat er te krijgen is. Deze wordt door dui
zenden amomobilxsten, motorrijders en garage-
houders bij -voorkeur gebrtnkt.
Pro even bewijzen de vaortreffeUjie hwaftteit
indruk op haar hadden gemaakt. Meer dan
eens had zij in zijn blik en in zijn stem een
teederheid opgemerkt, die blijk gaf van een
sterker gevoelen dan enkel vriendschap.
En Easterbee, hoe stond het met hem? Een
lichte bios steeg haar naar de wangen, toen
ze zijn naam, in gedachten fluisterde. Zij had
bekoring op hem uitgeoefend, daarvan was zij
wel zeker; maar zou het nu een sterker aan
trekking zijn dan hij ondervonden had van
zoovele andere vrouwen, die hij zich allicht
niet meer herinnerde. Flij was van vriendelij-
ke, edelmoedige natuur, licht tot deelneming
bewogen. Er was oprecht-gevoelde ontroering
in zijn stem en in heel zijn manier van doen
geweest, toen hij zijn hand op haar schouder
had gelegd en haar had aangemaand, om
zich goed te houden. Maar zou hij niet de-
zelfde vriendelijkheid hebben betoond aan
ieder meisje, die een dergelijk ongeval had ge-
troffen? Zij was er niet zeker van of hij in
staat zou zijn tot een groote liefde, die hem de
opoffering makkelijk zou maken, om het ver-
sdril in stand en in fortuin tusschen hen bei-
den over het hoofd te zien?
Het was donker toen zij naar de onaan-
zienlijke straat in Soho terugkeerde, die er
nog eens zoo armoedig uitzag, na haar lange
wandeling tusschen boomen en bloemen.
Lenoir liep op en neer voor de deur.
Een warmer gevoelen doorstroomde haar,
toen zij hem herkende en wel vermoedde dat
hij geduldig op haar terugkomst gewacht
had. Voor het oogenblik maakte het gevoel
van weergalooze eenzaamheid, dat haar heel
dien dag zoo zeer gekweld had, plaats voor
een gevoel van verlichting, in de nabiiheid
van menschelijk gezelschap.
STANDARD
Bewaakt
Uw motof
Standard Motor Oil hecht
zich langer aan het metaal;
Zij waarborgf een sterk en
gaaf oliefilm, dat alle kosfr.
bare wrijvende deelen
beschermt. De fabrikant van
Uw auto heeft U voorge-
scbreven Uwolie regelmatig
te ververschen. Houdt U
aan deze voorschriften en
controleer den stand van
Uw carterohe telkens alsU
stopt otn A.P.C. Motor Spk
fit bij te tadeo. Etscht dao
de echte Standard Motor
OH. Deze zal U in a9»
opzichten tevredea steUeo.
American Petroleum
Company. Cebaam Ak
trolea, 's-Gratvenhage.
de wijze mo.ndig hebben verklaard en in
staat zelf te oordeel en, door haar een kies-
recht te geven dat gelijkwaardig is aan dat
van den man. Zouden dan die besturen den
droevigen moed willen toonen haar voor te
schrijven hoe zij al tennissend gekleed moeten
gaan? Inti-sschen heeft de jongste ster aan
den Engelschen tennishemel, Miss Betty
Nuthall, de overheerschende fatsoensgevoe-
ligheid in het land aan zich verplicht door
ondubbelzinnig te verklaren dat zij er niet
aan denkt haar kousen uit te trekken voor
haar wedstrijden op de Wimbledonsche
banen.
De dagbladpers wijdt hoofdartikelen aan
het geval en raadt in het algemeen de tennis-
autoriteiten aan zich niet onsterfelijk be-
lachelijk te maken door er een oordeel over
uit te spreken of een beslissing te nemen.
Maar het is wel weer typisch voor Engel
sche geestesgesteldheid dat de kwestie ooit
kon rijzen.
De invloed van de kiezers.
Engeland zal niet vaak zulk druk vertoon
hebben gegeven van gedachten, die moeders
waren van wenschen, als na afloop van de
verkiezingen. De vreesachtige menschen en
persorganen, die in de groote winsten der
arbeidspartijers, het onheil van socialisme
reeds op zich voeldcn aanstormen, haastten
zich met wenken en adviezen aan de demis-
sionnaire regeering om McDonald en zijn
mannen het leven onmogelijk te maken door
te manoeuvreeren voor een soort anti-socia-
listisch bloc van Conservatieven en rechts-
voelende Liberalen. De bitterheid van de con
servatief-liberale tegenstelling, die zoo hevig
aan den dag trad in de verkiezingscampagne,
wilden zij maar zoo spoedig mogelijk ver-
geten in het aangezicht van het dreigend
gevaar. Aan den anderen kant was er
natuurlijk een pers en waren er menschen
die, waarlijk opgetogen over de vernieti-
gende nederlaag van wat zij vijf jaar lang
•een positief reactionnaire regeering hebben
geacht. even gezwind de bitterheid van den
voor-verkiezings-tijd tusschen Liberalen en
Labour vergeten wilden zien en om een voor-
uitstrevende en moedige regeering vroegen,
werkend voor lotsverbetering aer massa en
vrede in de wereld, gevormd door Labour-
Liberaal samengaan, opdat het schrikbeeld
van conservatief bestuur werkelijk zou ver-
dwijnen.
Voor een buitenstaander was het leerzaam
ook na de verkiezingen te kunnen vaststellen
„Is u hier al lang geweest?" vroeg zij.
Hij antwoordde op zijn ernstige kalme ma
nier
„Ik denk zoowat een paar uur. Om u de
waarheid te zeggen, werd ik een beetje onge-
rust. Ik kwam hier omstreeks etenstijd, zoo
als ik u immers gezegd had en de hospita
vertelde mij dat u al vroeg was uitgegaan en
geen boodschap had achtergelaten, hoe laat
u zoudt terugkeeren. Daarom ben ik van-
avond hier gekomen."
Het was dan wel heel lief van hem om twee
uren te loopen voor een vrouw, die niet eens
de moeite had genomen om hem haar afwezig
heid toe te lichten. Het was waar ook: hij had
haar den vorigen avond gezegd, dat hij haar
op zijn etensuur zou komen opzoeken. En ver-
diept in eigen gedachten, als ze was, was ze
dit totaal vergeten, tot ze al op Hampton
Court was.
Zij blocsde diep, toen ze haar onvriende-
lijkheid ten voile besefte. Als Easterbee die
afspraak met haar had gemaakt, zou ze die
dan ook vergeten zijn? Zelfs al was dit het
geval geweest, dan zou ze op hetzelfde
oogenblik, dat er weer aan had gedacht, on-
middellijk naar het telegaafkantoor zijn ge-
ijld.
„Hoe kan ik voldoende mijn excuses ma
ken?" voeg zij, zeer onder den indruk „Van-
morgen moest ik uit voor een onverwachte en
naar het bleek zeer belangrijke zaak. En ik
denk, dat dit mij geheel in de war heeft ge
bracht. Bovendien zag ik er echt tegenop om
weer hier terug te komen. Ik verlangde bui
ten, in den zonnenschijn te wezen, tusschen
boomen en bloemen, en ik ging rechtstreeks
naar Hampton Court. Maar laten wii nu niet
dat partij-beginselen graag geheel of gedeed-j
telijk worden prijsgegeven indien ze een bat-
last blijken op den weg naar de zetels dec!
macht. Het spreekt vanzelf dat de politieke
toestand zulk wegwerpen van ballast als 00-"
vermijdelijk kan voorschrijven en dat het nu
hier in Engeland inderdaad moet gebeuren
indien men met het bestuur van het land voori
wil gaan. Politiek blijft haar aard tot het
einde getrouw; het blijft een werk van
geven en nemen indien men demokratie of een
schijn van demokratie wil behouden. 1
Van demokratie gesproken. Hoewel men in
Engeland bij deze gelegenheid voor het kies-
proces, dat een regeering moet baren, het
demokratisch beginse! tot het uiterste heeft
toegepast door alle mannelijke en vrouwe
lijke kiezers boven 21 jaar, meer dan
28.000.000, gelegenheid tot stemmen te ge
ven, is dit beginsel tenslotte toch niet trouw
gediend, omdat een verouderd kiesstelsel een
spaak in het wiel heeft gestoken. Het volk
heeft weliswaar gekozen. Maar aangezien
het beginsel van evenredige vertegenwoordi-
ging in de kieswet geen toepassing vindt,'
heeft men moeten waarnemen dat, terwijl het
aantal op de drie voornaamste partijen uit-'
gebrachte stemmen zich verhoudt als ten-
naastenbij 8:8:5, het aantal zetels in het
Parlement zich verhoudt als 5 5 1. Daar-
voor heeft het dobbelspel der driehoeksver-
kiezingen gezorgd. De Liberalen hebben met
meer dan vijf millioen stemmen niet veel meer
dan 50 zetels gekregen. De twee andere par
tijen hebben met elk een acht millioen stem-
men elk meer dan 250 zetels gekregen. De
lezer weet dat de cijfers niet precies zijn. De
juiste cijfers zijn hem echter ongetwijfeld be
kend; en de mijne zijn voldoende om de
wanverhouding aan te geven. Het be-
teekent feitelijk dat menschen, die liberaal
voelen in dit land, bij het bestaande kies-
systeem evengoed niet-stemgerechtigd zou
den kunnen zijn. Zij vinden alleen troost
in het feit dat hun handjevol vertegenwoordi-
gers in het Parlement de andere twee partijen,
eventueel kan maken en breken.
De .flapper vote" heeft geloof ik
veel bijgedragen tot den val van Baldwin's
bestuur. Aldus heeft deze zijn eigen graf ge-
graven of althans flink met het graafwerlc
geholpen. In bijna alle kiesdistricten waren
de vrouwen als kiezers in de meerderheid,
Indien zij het in haar hoofd hadden gezet
en zich voor het doel een hadden kunnen of
hier blijven praten. Komt u binnende avond
begint pas." I
Hij was blijkbaar niet beleedigd door haar
weinige oplettendheid. Zijn toon van spreken
was vriendelijk; zijn droefgeestige glimlach
was bijna even goedmoedig als altijd, toen hij
haar antwoordde.
„Arm kind, geen wonder als uw geheugen
u parten zou spelen !En ik begrijp volkomen
uw afkeer om hier terug te keeren; het is
nooit zoo'n heel opgewekt tehuis geweest. U
moet er zoo gauw mogelijk zien uit te komen.'
Als wij maar weten, hoe en met welke midde-
len!"
De goedhartige Franschman vertelde haar
niet, doch eerst veel later, dat hij een slape-
loozen nacht had doorgebracht, al tobbende
over den verschrikkelijken toestand waarin zij
nu verkeerde door den dood van haar vader.
Hij was een ongehuwd man zonder eenige
banden; een vreemdeling, in een vreemd land;
en heel arm. Zooals het nu was, kon hij het
weinige dat hij had met haar deelen. Maar
hoe zou dit in de toekomst moeten gaan? Zou
armoede haar deel zijn; heel haar leven
lang? j
Ze gingen naar de armoedig-ingerichte zit-
kamer. Er was nog wat over van een fleschje
whiskey, dat Van der Wyck een paar dagen
geleden had gekocht toen hij in een bijzonder
roekelooze stemming verkeerde. Pauline
haalde het uit de kast en zette het Lenoir
voor. Daar hij een zeer onthoudend man was,
bediende hij zich van een mikroskopiscbe porj
tie en bleef steeds den blik op haar geridit
houden met die ernstige teederheid, die haar
duidelijker dan in woorden zei, hoe innig hij1
voor haar voelde.
(Wordt vervolc'dL
t