ih»isclit Conrant.
as s? -
De kroonjuweelen.
ames
inderideed
FEUILLETON.
een en dertigste Jaargang.
Stasf snieuws
Radio-hmekje
No. 143
Hondefd
1929.
voor bet loopend publiek, worden geen rij wie
len toegelaten en mogen aldaar ook niet aan
de hand worden vervoerd.
Op het middenterrein wordt niemand toe
gelaten, die niet voorzien is van een daarvoor
geldige kaart, welke strikt persoonlijk is.
Voertuigen mogen niet langer dan noodig
is voor het in- en uitlaten van passagiers zich
in de Nieuwpoorslaan ophouden.
Voor stationneerenden rijtuigen en auto's is
gelegenheid bij den Heilooerdijk.
Vruchten- en ijswagens enz. worden bij de
Vierstaten niet toegelaten.
Voetgangers, die zich naar en van het
terrein begeven, worden verzocht den
rechterkant van den weg te houden.
Het einde der motorraces wordt door bel-
luiden bekend gemaakt. Na afloop kan het
publiek door alle uitgangen, welke op het
sportterrein aanwezig zijn, vertrekken.
Bij het uitgaan moeten de voertuigen en
rijwielen, ook die op particulier terrein ge
staid zijn, wachten, tot het loopende publiek
vertrokken is en het rijverkeer uitsluitend in
een richting via Nieuwpoortslaan—Lange-
laan naar den Kennemerstraatweg.
Publiek hetwelk zich op het terrein bevindt
en na afloop met auto of andere voertuigen
wenscht te vertrekken, moet aan den derden
ingang instappen.
Voor den derden ingang zal voor inzitten-
den van motorrijtuigen gelegenheid zijn zich
van kaarten te voorzien, zonder het motor-
rijtuig te behoeven verlaten.
HET FEDERATIEF VERBAND.
Rede Henri ter Hall.
Gering, zeer gering was de belangstelling
gisteravond voor de rede van den heer Henr
ter Hall, nummer een van de lijst van het
Federatief Verband voor de a.s. Kamerver-
kiezingen.
Een comite, zooals men dat gewoon is
Ponder dag 3Q Juni.
Vrijdag 21 Juni.
HUversum, 1071 M. 10.10.15 M orgen-
viiding. 12.15—2.— Concert door het A- V.
R O.-Kwintet. 2.05—2.45 Uitzending voor
wholen door A. Aler. 2.45-4.- Klassieke
muziek. Gramofoonmuziek. 4.30—5 Le
zing door H. M. Schmidt Crans. 5.-5.30
Gramofoonmuziek. 5.307.— Concert door
het A. V. R. O.-Kwintet. 7.—'7.15 Verkie-
zingspraatje Ned. Chr. Arb. Parti]. 7.15
7.30 Verkiezingspraatje Vrijheidsbond. 7.30
IVervolg) concert. 8.—8.15 Gramofoonmu
ziek. 8.15 Aansluiting van het Kurhaus te
Scheveningen. Symphonieconcert door het
Residentie-orkest. Daarna persberichten.
"o'gens gramofoonmuziek.
Haizen, 336.3 M. (Na 6 uur 1852 M
11—11.30 Korte Ziekendienst N. C. R. V.
ii 3012.Godsdienstig halfuurtje. K. K.
n io 151.15 Concert door het K. R O.-
Trio" 1.15—2.— Gramofoonplatenconcert.
4__5.Gramofoonplatenconcert. N. U K.
V 5 —6.30 Solistenconcert. 6.30—7.— Gau-
concert 8.50 Cursus over: Drie vormen in re-
P1£teS^««2 /M. 10.35 Kertdienst. 11.05
Kookpraatje. 1L1 9ram1 mnrert I voor dergelijke bijeenkomsten, ontbrak; het
Sonatenconcert, 2 violen. 12.5 g "Federatief Verband schijnt dat niet als ver-
1 20-2.20 Orkestconcert. 2.50 Voordescho-
ten 3.20 Lezing. 3.50 Concert. Sybil Eaton
kwartet. 4.35 Licht concert Chelsea Octet
5.35 Kinderuurtje. 6.20 Lezing. 6 3o
Nieuwsberichten. 7.05 Italiaansche liederen
door E. Conti, sopraan. 7.20 Muziekcritiek.
7 45 Politiekpraatje. 8.05 Concert Militaire
kapel E. Gourley, humorist. 8.45 Fragmen-
ten van „Mr. Cinders", muziek en comedie.
9.20 Nieuwsberichten. 9.35 Actueele cause-
Tie. 9 50 Nieuwsberichten. 9.55 Spaansch
svmphonie-orkestconcert. N. Vallin, sopraan
Symphonie-orkest. 11.20 Een verrassing
11.35 Dansmuziek.
Parijs „Radio-Paris", 1744 M. 12.20 Half
uurtje van de „Sirene". 12.50 Concert van
gramofoonplaten. 4.05-5.05 Orkestconcert.
6.55—7.20 Gramofoonplatenconcert. 8.53—
1110 Fragmenten van „Lohengrin'var
Wagner. Orkest, koor en solisten.
Langenberg, 462 M. 10.35 en 12.40 Gra
mofoonmuziek. 1.25-2.50 Orkestconcert.
5 056.50 Concert door het Westfaa.sche
harptrio. 8.20 Concert door het Klein
rag-orkest. Intermezzo „Das Postamt
acter van Rabindranath Tagore. Daarna
dansmuziek.
Zeesen, 1649 M. 12.20—5.20 Lezingen en
lessen. 5.20—0.20 Concert. 6.20—8.05 Le
zingen. 8.20 „Dies ist die Stunde, die Fruh-
ling und Sommer trennt", cantate voor 3
spreekstemmen van Claudel. 9.05 Orkestcon
cert.
Hamburg, 395 M. 11.50 Muziek en zang
voor scholen. 4.35 Scandinavische liederen.
Orkest en sopraan. 5.20 Beethovenconcert.
620 Kamermuziek. 8.20 Romeinsche avond,
onder leiding van H. Platen. Orkest. 10.05
Gevarieerd concert. Orkest en soli. 11.05 Ac
tueele causerie. 11.35 Dansmuziek
Brussel, 512 M. 5.20 Orkestconcert. 6.50
Gramofoonmuziek. 8.35 Fragmenten van
„Mignon", opera van Thomas.
POLITIEMAATREGELEN TIJDENS
DE MOTORWEDSTRIJDEN OP
23 JUNI 1929.
Op Zondag 23 Juni 1929 wordt zoowel bij
den aanval als bij afloop het rijverkeer in een
richting geleid en wel door de Nieuwpoorts
laan in de richting Heiloo en langs den Ken
nemerstraatweg in de richting Alkmaar.
Vanaf 11 uur des voormiddags zijn de
Nieuwpoortsteeg en Langelaan aan de straat-
wegzijde voor het rijverkeer gesloten. Alle
voertuigenverkeer gaat over de Nieuwpoorts
laan ingang Vierstaten.
Voor het sportpark zijn drie ingangen; ge-
rekend vanaf den Hout zijn de eerste en de
tweede ingang bestemd voor het loopend pu
bliek, terwijl de derde ingang bestemd is voor
auto's, andere voertuigen, motorrijwielen en
fietsen, welke op het terrein worden gestald
Het tarief van stalling op het terrein is
auto's 0.50, mdtorrijw. 0.25
Op de Zandersloot, waar een ingang Is
(The crinkled Crown.)
Geautoriseerde vertaling uit het Engelsch
van William le Queux, door Mej. E. H.
19
Hij was op een diplomatieke zending uitge-
stuurd en deed al zijn best om zich in zijn
©ptreden aan te passen aan de gelegenheid.
Maar zij proefde de harde natuur van den
man achter het gemaakt-vriendelijke uiter-
lijk. Hij deed haar denken aan een meedoo-
genloos roofdier, dat zijn klauwen inhield,
rich al voorbereidend op een doodelijk toe-
>pringen op zijn slachtoffer.
Gelijk Easterbee dit had woorspeld, opende
hij het gesprek met in zorgvuldig gekozen
bewoordlngen uitgedrukte betuigingen van
deelneming, benevens enkele vleiende gezeg-
den over de goede hoedanigheden van den
doode. Toen keek hij het vertrek eens rond en
schijnbaar of het was naar aanleiding van
de armoede, die zijn harde blik had waarge-
nomen, zei hij
„Ik vrees, dat de arme Van der Wyck, als
de meesten van ons, niet heel gelukkig is ge-
weest in wereldschen zin en dat zijn droeve
dood u in een pijnlijke positie heeft achterge-
laten".
Die woorden klonken sympathiek genoeg,
nraar er stond geen ware deelneming te lezen
in den blik uit die harde, koude oogeiL
De heer t e r H a 1 1 begon dus zonder te
zijn ingeleid. Hij opende zijn rede met zijn
dank te betuigen voor het drukke bezoek, dat
zijn revue's steeds in Alkmaar hebben mogen
ondervinden. Hij meende, nu cr dertig revue's
zijn geweest, het bijltje er bij neer te mogen
leggen, hij had in dezen niet voor niets ge-
leefd.
Thans kwam spr. in een andere kwaliteit
voor het forum, n.l. als candidaat voor de
Tweede Kamer, niet van een bepaalde partij,
maar van een verbond van menschen, die
geen politiek willen, maar zaken-doen.
Herinnerend aan den uitslag der verkie-
zingen van 1925, meende spr., dat het lijs-
tenstelsel wel ongelukkig is, als men beseft,
dat spr. met ruim 25000 stemmen n i e t en
de heer Staalman met zeer veel stemmen min
der w e 1 verkozen werd. Oorzaak was hier
het verbinden der lijsten.
Een en ander was aanleiding, dat verschil-
lende menschen hun aandacht daaraan
schonken en verleden jaar aan spr. vroegen
of hij, candidaat gesteld door een on-politie-
ke organisatie, de lijst zou willen aanvoeren,
hetgeen door spr. werd geweigerd.
Sindsdien werd het Federatief Verband
opgericht door personen los van alle partij-
politiek, en dezen hebben spr. toen gecandi-
deerd en met hem nog dertien andere gelijk
gezinden, die ieder voor zich overtuigd zijn,
dat de partijpolitiek moet worden bestreden,
omdat zij vaak wordt gesteld boven het
landsbelang.
Deze candidaten zijn overeengekomen, dat
diegene hunner, die de meeste stemmen krijgt,
den voorrang zal genieten bij de aanwijzing
van een lid der Kamer, zoodat men bij het
F. V. dus niet stemt op de lijst, maar volgens
het oude beproefde stelsel op den persoon.
Spr. citeerde een stuk van mej. mr. van
Dorp, uit het Haagsche Maandblad, waarin
het lijstenstelsel sterk wordt afgekeurd. Hij
was het daarmee volkomen eens, het geeft
aanleiding tot onwaardige afkammerij van
politieke tegenstanders.
Van de verkiezingen van 1925 vertelde de
heer ter Hall nog een en ander, waaruit hij
afleidde hoe minderwaardig vaak de partij
politiek is.
Spr. citeerde wijlen den heer Roodhuizen
en den heer D. Hans, die getuigen resp., dat
spr. nog nooit iets had bedorven in de Ka
mer en nooit sprak over iets waarvan hi]
geen verstand had, en dat hij het minst
absent was geweest.
Men had spr. wel eens het vragende lid
genoemd, en spr. zei, dat, als een candidaat
van het F. V. gekozen wordt, de „zaak op
denzelfden voet zal worden voortgezet".
Sprekende over de samenstelling der Ka
mer, wees spr. er op, dat vele harer leden
behalve de vergoeding daarvoor. nog non-
activiteitstractement genieten. Dit is iets
waartegen het F. V. zich verzet.
Uit Het Volk las spr. iets voor, waaruit
een onjuiste voorlichting bleek. Het blad
schreef nl., dat spr. in Nov. 1925 tegen een
motie ten aanzien van de pensioenen der
oud-gepensionneerden had gestemd. Spr.
was toen echter geen lid van de Kamer.
Zoo was er nog meer, wat spr. noemde een
niet-kieskeurig-zijn in de keuze van strijd-
middelen.
Er gebeurt meer in de politiek. Spr. wees
op de beweging van den Middenstandsbond
over het z.g. onrechtmatige van de belasting
op cafe's e.d. Het is echter gebleken, dat die
wel terdege wettig is.
In de politieke partijen, geen enkele uitge-
zonderd, heerscht in hooge mate oneenig-
heid, gelijk spr. aantoonde.
Van de soc.-dem. zei spr.. dat zij heel bra
ve menschen worden Dit bleek wel, toen in
Belgie een 20-tal socialisten een ridderorde
aannamen. Spr. verheugde zich daarover.
Over de plaats van mej. Westerman op de
lijst van den Vrijheidsbond zei spr., dat die
zoodanig is, dat zij veel kans loopt uit de
Kamer te verdwiinen. iets wat spr. zou be-
treuren, omdat deze dame aan het onderwijs
onschatbare diensten heeft bewezen.
Hierna kwam spr. aan een punt, waaraan
het F. V. bijzondere aandacht schenkt: het
onderwijs. Het moet niet blijven voortduren,
dat schippers- en kramerskinderen zoo goed
als geen onderwijs genieten. De uitgaven
voor het onderwijs zijn verdubbeld, maar of
ook het onderwijs zelf er zoo op is vooruit-
gegaan, betwijfelde spr. ten zeerste, waarbij
hij o.a. wees op de gevolgen van de split-
sing op onderwijs-gebied.
De arbeidswet achtte spr. een zegen, ech
ter. er zijn nog te veel groepen, die er
buiten vallen, wat hij afkeurde. Er worden
vaak nog onmenschelijk lange werkdagen
gemaakt in het cafe- en amusementsbedrijf.
Het moet zoo worden, dat alien zich aan de
wet hebben te houden.
Afkeurend sprak spr. over het niet betalen
van belasting door reizende circussen e.d.
Men zegge "niet, dat zij vermakelijkheidsbe-
lasting betalen, want dat is onjuist; immers
het publiek betaalt die. Het is gewenscht,
dat de minister een weg vindt om die „reizi
gers" in de belasting te doen bijdiagen.
Ook moet het hier zoo worden, als in het
buitenland, waar b.v. musici niet worden
toegelaten te werken. zoolang in dat land
nog werkeloozen in dat vak zijn. Kom nu
eens in Scheveningen! Hoeveel international
musici zijn daar niet!
Hierop kwam spr. op de ongelijkheid van
de pensioenen voor de oud- en de thans ge-
pensionneerden. Daaraan moet een einde ko-
men. Het is niet waar, wat prof, van Gijn
beweerde, dat n.l. het pensioen een lijfrente
is, waarvoor niets gedaan is. Men betaalt er
voor, zei spr., zoo lang als men in betrekking
is, zelfs moeten ongetrouwde vrouwelijke
ambtenaren weduwenpensioen betalen!
Ten bewijze van de geldverspilling aan
het departement van defensie wees spr. op
het besluit tot invoering van een nieuwe kepi
voor de' soldaten, waarvoor het nog aanwe-
zige laken werd verkocht met een verlies van
438.263. Ti
Aan de artillerie-inrichtingen te Hembrug
heeft men ontzaglijk groote uitgaven gedaan
voor het maken van mitrailleurs, maar daar
mee kon niet geschoten worden. Een contract
met Amerika over de levering van onderdee-
len verzuimde men op te zeggengevolg was,
dat de onderdeelen steeds bleven toestroo-
men. Nog meer dergelijke staaltjes haalde
spr. aan om op de onzinnige verspilling aan
„Defensie" te wijzen.
Wat de bewapening betreft, spr. wilde ge
tuigen, dat hij is voor het handhaven van de
onafhankelijkheid van het grondgebied, in
Europa en daarbuiten. Spr. wees even op de
vragen van den heer Colijn inzake de bewa-
king van Curasao en vertelde, dat het dezelf
de heer was, die indertijd de opheffing van
het garnizoen aldaar bepleitte Daarom had
dezen zwagen gepast.
Vervolgens kwam spr. op voor de belangen
der bemanningen van de reddingsbooten
langs onze kusten. Spr. had zich geschaamd,
toen onlangs gebedeld moest worden voor de
helden van Hoek van Holland De zorg voor
dergelijke menschen moest op den staat druk-
ken.
Het Dorus-Rijkersfonds; ook samenge-
bracht door bedelen, verlicht veel, maar des-
ondanks bleef spr. eischen, dat de staat voor
de oude redders zorgt. Het fonds kan slechts
4 per week geven aan een beperkt aantal
dapperen, en er zijn nog meer dan 200, aan
wie men, zelfs dit luttele bedrag nog niet kan
uitkeeren.
Het vraagstuk der onbewaakte overwegen
was een volgend punt, dat spr. behandelde.
Hij was er niet tegen de bewaking op te hef-
fen langs weinig drukke locaalsporen, maar
men heeft zelfs drukke hoofdsporen onbe-
waakt gemaakt en dat is sterk af te keuren.
De wegenverbetering in het algemeen
juichte spr. toe, maar men verspille daarbij
niet, zooals gebeurt bij den Delftweg (Delft-
Rotterdam), dien men niet verbreedde toen
het verkeer er druk was, maar wel nu een
nieuw-aange'egdp weg alle verkeer tot zich
heeft getrokken, zoodat de Delftweg zoo
goed als niet meer gebruikt wordt.
De invaliditeitswet, hierna besproken,
geeft veei raars te zien. Er wordt veel meer
aan geneeskundige behandeling dan aan uit-
keering besteed.
In de radio keurde spr. af, dat er gods-
dienstoefeningen door worden uitgezonden,
omdat deze naar hij meende absoluut niet
meewerken tot stichting. Iedereen kan profi-
teeren van de radio, men geve dus iets wat
iedereen kan bevredigen. Uitzending van ver-
kiezingsredevoeringen achtte spr. onge-
wenscht.
De paragraaf over Oost-Indie, zooals het
F. V. die heeft vastgesteld, werd ten slotte
besproken. Spr. stelde vast, dat Nederland
zich moet beschouwen als voogd en een eer-
lijk, krachtig bewind moet voeren in het be-
lang der vele rassen. De gouverneur-generaal
moet kunnen regeeren volgens eigen inzich-
ten en niet gebonden zijn aan den minister
in Den Haag. Nederland heeft nog een groot-
sche taak te verrichte in den Oost.
Resumeerende, zei spr., dat het F. V. wars
van alle politiek is. Een soc. dem. of wie
ook, die een voorstel doet in het belang van
het heele land vindt het F. V. aan zijn zijde.
Het doel is: zaken doen. Spr. hoopte dat het
F. V. dit zal kunnen bewijzen in de nieuwe
zittingsperiode der Tweede Kamer. Hij be-
val daarvoor aan te stemmen op lijst 32,
welker candidaten zijn overeengekomen dat de
man met de meeste stemmen verkozen zal
worden verklaard.
Pauline riep al haar vermogen om te vein-
zen te hulp en doorstond zijn blik moedig.
„Wij hebben steeds in armoede verkeerd,
zoo lang ik mij herinneren kan", zei ze, „en
ik ben nu ook heel arm. Gelukkig was mijn
arme vader een zeer spaarzaam man en liet
hij mij een klein beetje geld na, dat mij in
staat zal stellen deze crisis door te maken.
Binnen korten tijd hoop ik werk te vinden. Ik
ben jong en bezit een uitstekende gezondheid;
ik ben niet bang om aan te pakken. Ik zou
dan ook al eerder gewerkt hebben, maar om
de een of andere reden heeft mijn vader zich
treft. Nu is er geen keus".
tretf. Nu is er geen keus".
De scherpe blik werd niets minder door-
dringend.
„Zooals ik daareven al gezegd heb, zijn wij
alien zeer arm", zei hij op den langzamen,
zachten toon, waarin hij toch niet dien klank
van oprecht-gemeende hartelijkheid kon bren-
gen, dien hij zoo gaarne daarin gelegd had,
waarnaar hij zoozeer streefde. „Maar in het
geval van de dochter van een ouden kame-
raad kon er wel eens een poging in het werk
gesteld worden. Velen met mij zouden bereid
zijn u eenigen tijd te helpen, zoo lang onze
middelen dat toelieten".
Wat zou ze hem graag botweg gezegd heb
ben, dat ze geen hulp verlangae van hem, of
van zijn met-bloed-bevlekte clubgenooten;
dat zij liever van gebrek zou omkomen, dan
een cent aan te nemen van hun besmet geld!
Maar Easterbee had haar vermaand, toch
vooral voor?ichtig te zijn, en ze had zich
Amsterdam,
Nieuwendijk 225/229.
Utrecht,
Oude Gracht
vast voorgenomen dien huichelachtigen spion
weg te zenden, niets wijzer dan hij gekomen
was.
„Dit is in het geheel niet noodig", zeide ze
op haars ondanks kouden toon. „Ik maak mij
niet ongerust over mijn toekomst; ik zal wel
in mijn eigen onderhoud kunnen voorzien".
De lange, magere man stond op, misschien
heel goed wetend, dat hij niet in staat zou
zijn een zeer afdoend verslag uit te brengen
aan zijn kameraden. Het kon zijn, dat ze de
waarheid gesproken had. Het kon ook zijn,
dat ze veel slimmer was dan ze wel leek en
dat ze hem handig van de wijs gebracht had
De tijd zou het leeren.
Heel diplomatiek blies hij den aftocht.
„In ieder geval, mocht u zich tijdelijk in
moeilijkheden bevinden, deel ons dit dan
mede. Het adres van uw vaders oude club is
u natuurlijk bekend. Een brief je daarheen ge
zonden zal mij zeker bereiken. En ik beloof u,
dat ik er onmiddellijk werk van zal maken".
Zij kon het niet over haar lippen krijgen,
om hem te bedanken voor dit schijnbaar
vriendelijk voorstel; ze kon enkel bevestigenc
knikken. Tegelijkertijd viel het haar in, hoe
knap Easterbee toch was; hoe juist hij had
voorspeld welke gedragslijn deze huichelaar
zou volgen.
Forbes bood haar niet de hand; mogelijk,
dat een zekere stroefheid in haar houding
hem een waarschuwing was, dat die toch niet
aangenomen zou worden. Maar eer hij ging
wist hij zich al thans voldoening te verschaf-
fen omtrent een punt van ondergeschikt be-
REVOLUTIONNAIR-SOCIALISTISCHE
PARTIJ.
In de groote zaal van de Harmonie werd
door den Rev. Soc. Partij gisteravond een
vergadering gehouden, waarin de candidaat
dezer partij, de heer Sneevliet, het woord
voerde.
Deze vergadering, die slechts door een 25-
tal personen bezocht was, werd geleid door
den heer Molenkamp.
De heer Sneevliet zeide, dat hij even-
als in zijn radio-rede, die hij in tegenwoor-
digheid van vier rechercheurs heeft gehou
den, de noodzakelijkheid van de vorming
eener revolutionnaire partij in het belang
van de arbeiders en in het belang van het
socialisme, zou uiteen zetten.
In de eerste plaats gaf hij een uiteenzetting
van de verhouding, die er na den revolutie-
tij-d, zooals die zich na den wereldoorlog
heeft ontwikkeld, is ontstaan. Hij herinnerde
aan het pas verschenen boek van den Engel-
schen socialist Bralsford, kenner van de in-
ternationale verhoudingen, getiteld: „Hoe
lang nog?", waarin deze de groote trastvor-
ming, de veramerikaniseering op allerlei ge-
bied schetst en doet uitkomen, hoe die zich
niet meer verdraagt met het wezen van den
nationalen staat en in het licht stelt, dat het
aantal wrijvingsvlakken veel grooter is ge-
worden en de kans op oorlog veel grooter is
dan in 1914.
Bralsford blijft het antwoord schuldig op
de vraag: „Hoe vervormen wij het wezen van
den nationalen staat tot een internationale
gemeenschap?" Hij acht het mogelijk, dat het
internationaal- kapitalisme in zichzelf nog
voldoende hervormingskracht bezit om den
politieken bovenbouw in overeenstemming te
brengen met den economischen grondslagen
aan den anderen kant acht hij het mogelijk,
dat door groote, revolutionnaire botsingen de
arbeidersklasse zal trachten den politieken
bovenbouw in socialistischen zin te voltrek-
ken.
Het wezen van het kapitalisme, zoo be-
toogde spr., is niet veranderd. De winsthon-
ger is niet te verzadigen en alle mogelijke po-
gingen zijn waarneembaar, dat men de moei
lijkheden poogt af te wentelen op de schou-
ders van de minstdraagkrachtigen, dat zijn
in de eerste plaats de loonarbeiders.
Het meesterschap van den mensch in het
overwinnen van de natuur om de productie te
vergrooten, is wonderbaar en ondanks, dat
de productie stijgt, is de oude strijd om de
verdeeling van de opbrengst van den arbeid
versterkt.
Door het rationalisme komen ook de voor-
deelen van het meesterschap van den mensch
over de natuur aan de bezitters van den
grond en arbeidsmiddelen, aangezien door de
versimpeling van den arbeid het aandeel in
de productie voor den arbeider verkleint. Spr.
toonde dit met voorbeelden aan, door te wij
zen op het werksysteem in de Philips- en
Fordfabrieken, waar 63 pCt. van de arbei
ders in 3 weken leeren, wat zij op die fabrie-
ken hebben te doen.
Ondanks dat de welvaart van den mensch
stijgt, is het gevaar voor werkloosheid voor
den arbeider dreigender dan ooit.
Deze methode is door de verarming van
den wereldoorlog aan Europa opgedrongen.
Nieuwe ellende in ongekenden vorm wordt de
arbeidersklasse gebracht. Ondanks de toene-
mende beschaving weet het kapitalisme geen
weg met het groote probleemwerkeloosheid
Al jaren bedraagt het aantal werkeloozen in
Engeland, millioen. Ondanks dat MacDo-
nald een van zijn knapste menschen, Thomas,
als minister heeft aangesteld, om de werke
loosheid aan te pakken, weten wij, aldus spr.,
dat de werkeloosheid niet uitgesneden kan
worden, zonder verandering der grondslagen
van de maatschappij. De roovers van den
grond en productiemiddelen moeten ont-
eigend. Juist het kapitalisme verscherpt de
tegenstellingen. Het kapitalisme, dat langen
tijd Europeesch en N. Amerikaansch was, is
bezig, wereldkapitalisme te worden. Overal,
waar het kapitalisme nieuw tot ontwikkeling
komt, ziet men de meest afzichtelijke verhou
dingen voor de daarbij betrokken arbeiders.
Spr. schetste de ellendige arbeidsverhou-
dingen, die hij in Shanghai, Bombay, Cal
cutta en Indie zag; schreeuwende toestanden
worden daar met een stalen gezicht door
Chr. dynastieen bedekt en gecamoufleerd.
Kinderen van 8 tot 10 jaar werken daar als
volledige textielarbeiders. Wanneer zij iff
slaap vallen worden zij door bamboeslageg
wakker gehouden en zij moeten dit doen vooi
loonen van 4 tot 6 in de maand.
Het arbeids-tempo in de fabrieken word<
voortdurend opgevoerd. Als lid' van den Hoo-
gen Raad van Arbeid nam spr. dan ook ken-
nis van een boekje van den zoon van den tex-
tielfabrikant „Van Heek", die betoogde, dat
de 8-urendag in Holland niet gehandhaafd
kan blijven als men wil voorkomen, dat de
Hollandsche katoentjes in Indie nog afzef
zullen vinden.
Het vraagstuk is dan ook internationaal.
Groote botsingen zijn onvermijdelijk. De ar
beider, die denkt, moet tot het besef komen
van de internationale solidariteit ter voorko-
ming van de verslechtering van het levens-
peil. De scherpe uitbuiting in Indie moet ten-
gevolge hebben, dat de bruinen de rekening
over de blanke heerschers in bloed zullen op-
maken en schrijven. Het eenige middel voor
de arbeiders voor een ruimer aandeel uit den
arbeid, is de klassestrijd. Dit leert ook dte sta
king der landarbeiders in Groningen, die
van de houtwerkers aan de Zaan en van de
Scheveningsche visschers.
Mgr. Nolens, met wien Albarda zoo graag
een ministerie wil vormen, verklaarde, dat er
met deze verkiezing geen groote vraagstuk-
ken aan de orde zijn. Hij zegt dit uit vrees
voor de groote vraagstukken. Men doet het
met zaken-kabinetten, omdat men aan de
groote vraagstukken niet durft beginnen en
terwijl men dit doet, gevoelt men de stroo-
ming in het land, die door „De Telegraaf"
ondersteund wordt en die in de richting gaat
van het fascisme. De groote vraagstukken
zijn het rationalisme, het vraagstuk van de
koloniale roof, dat van de toenemende bewa
pening in Indie, dat van de toenemende on-
derdrukking van het Indische volk en dat van
de verzorging van de ouden van dagen. Er is
ook het toenemend gevaar van de werkeloos
heid voor onze arbeidersklasse.
Men wil deze vraagstukken niet aansnij-
den, omdat bij de behandeling van die vragen
tal van groepeeringen, waarvan de R.K.
Staatspartij het duidelijk voorbeeld is, gevaar
loopen, uiteen te vallen.
Komende tot de ontwikkeling van de ar
beidersklasse, stelde spr. vast, dat men na
een periode van geweldige actie te doen heeft
gekregen met een periode van stilstand en in-
zinking en sterke innerlijke verwarring in
het leger van de arbeiders.
De soc.-dem. partij is verzakt tot een bur-
gerlijke beweging. Geestelijk heeft Marchant
de Soc. Democratic ingepalmd voor zijn poli
tiek. De Vrijz. Dem. geven hetzelfde antwoord
als de Soc.-Dem. De Soc.-Dem. zegt nog wel
klassestrijd, maar het hoogste doel voor haar
bij deze verkiezing is: machtsplaatsen in de
regeering te zamen met de R. K. en de Vrijz.
Dem. Zij hopen, dat Nolens het huwelijk zal
lang.
„U lijkt zeer veel op uw moeder, miss Van
der Wyck, maar ik kan niet de minste gelijke-
nis ontdekken met uw vader. Ik vertrouw
echter, dat u zijn beginselen hebt overgeno-
men, dat u gelooft in de groote zaak?"
Het was haar een ware verlichting, dat zij
eindelijk dan toch de waarheid kon spreken.
„Neen, toch niet", zei ze met bijzonderen
nadruk. „Zoodra ik in staat was tot opmer-
ken en onderscheiden, heb ik't ten zeerste be-
treurd, dat mijn vader zich bij u en uw vrien-
den heeft aangesloten. Was hij dien slechten
invloed ontgaan, dan was hij mogelijk een
goed mensch geweest, inplaats van een onte-
vreden dweper en droomerHaar stem
eindigde in een snik. „Was hij niet in die
vereeniging geweest, dan zou hij vandaag
misschien nog in leven zijn".
De man werd doodsbleek bij dit ronduit
spreken; de wreede lippen sloten zich opeen
en haast snauwende klonk zijn antwoord:
„Het overijlde oordeel van een onervaren
en onwetende jonge vrouw U hoort b'ijkbaar
tot die slavinnen, die onder haar ketenen
juichen. Ik vrees, dat ik mijn sympathie aan
u verspild heb, miss Van der Wyck. Ik wensch
u goedendag".
Opzettelijk keerde zij hem den rug toe
toen hij ging. Nu zij haar geheim maar be-
waard had, kon het haar niets schelen hoe
diep zij hem gekrenkt had.
Een zucht van verlichting ontsnapte haar
toen zij alleen was. Zijn hatelijke tegenwoor-
digheid scheen de lucht te vergiftigen, die zij
inademde. Ze wilde onmiddellijk, nu, terwijl
het onderhoud haar nog versch in het geheu-
gen lag, woord voor woord opschrijven wat
zij onder elkaar gesproken hadden. Zij had
beloofd om er dienzelfden middag nog bij
Easterbee op de kamers verslag van af te
leggen. Hij voelde er niet veel lust in om
naar Soho te gaan, voor het geval dat hij
soms eens den Franschman mocht ontmoeten
of eenig geheim afgezant van de vereeniging,
die er gedurende een tijd maar al te zeer op
bedacht kon zijn om haar te bespionneeren
De jonge man was zeer ingenomen met de
handige wijze, waarop zij zich van haar taak
gekweten had en prees haar met warmte.
„U kon het niet beter gedaan hebben", zei
hij. „U heeft ze in een toestand van onzeker-
heid1 gelaten en hoe langer ze daarin verkee-
ren hoe aangenamer het mij is".
Zij bloosde geweldig bij deze waardeering;
het deed haar zeer aangenaam aan om te we
ten, dat haar behandeling van de zaak zoo
zeer zijn goedkeuring had weggedragen, dat
zij iets gedaan had, waarmee ze hem ook ge-
holpen had in de zaak, die hij zoo met hart en
ziel voorstond".
„Vindt u, dat mijn uitval ni.et een beetje
onpolitiek was?" vroeg ze eenigszins onge
rust. „Om uw eigen woorden te gebruiken.
had ik hem niet in het onzekere moeJ^t3^-
wat mijn ware gevoelens zijn?"
Easterbee glimlachte vriendelijk.
(Wordt vervolgd).
151