Historische figuren.
Tele gram til en
Toovieel.
AMST E I* D A M SCHE BEURS
(Oedeeltelijk gecorrigeerd.)
De Haagsche Confereniie.
BERLIJN, 28 Aug. De Duitsche dele
gatie had hedenmorgen naar uit Den
Haag gemeld wordt, nog voor de zitting
der 6 uitnoodigende mogendheden, die om
11 uur was bijeengeroepen, een langdurige
bespreking over de houding, die de Duit-
sche delegatie thans moest aannemen.
Gemeld" wordt, dat de Duitsche delegatie
rich niet tot een onmiddellijke beslissing
wil laten dwingen.
Frankrijk heeft 3K week noodig gehad
om met Engeland tot overeenstemming te
komen, zoodat niet binnen enkele uren een
beslissing van Duitschland verlangd kan
.worden.
's-GRAVENHAGE, 28 Aug. 1929. He-
denochtend om 11 uur zijn de delegaties
der zes uitnoodigende mogendheden weder
bijeen geweest. Bij de beeindiging der zit
ting, te ongeveer 1 uur, werd van Duitsche
zijae medegedeeld dat de bespreking dien-
de tot opheldering van het gisteren getrof-
fen accoord, voor zoover het Duitschlanc
betreft.
Hedenmiddag zullen de financieele
experts, ook die van Duitschland, bijeen-
komen.
Om 3 uur vergaderen de vier bij de be
letting betrokken mogendheden
Om 4 uur wordt de discussie van heden-
ochtend door de 6 delegaties voortgezet,
minister Wirth zeide bij het verlaten der
ochtendzitting dat hij de moeilijkheden als
opnieuw opgeworpen en zeer gewichtig
:zag. Van Engelsche zijde werd de moge-
lijkheid uitgesproken, dat morgen de prac-
tische regeling wordt bereikt
f DOODELIJK MIJNONGEVAL.
t HEERLEN, 28 Aug. Bij het verrichten
van reparatiewerk in een opbraak in de
mijn „Hendrik" geraakte de arbeider L K.
bekneld tusschen een liftkooi en den wand
van dien opbraak. De man werd onmiddel-
'lijk doodgedrukt. Hij was woonachtig te
'Brunssum, 42 jaar oud en Duitscher van
nationaliteit.
INBRAAK.
HEERLEN, 28 Augustus. Hedennacht is
ingebroken in't schoenenmagaz. der firma
W.V. gelegen aan de markt te Kerkrade.
.De bewoners hadden wel eenig gerucht
gehoord, doch daarop verder geen acht
geslagen. Toen zij hedenmorgen ontwaak-
ten bleek dat eenige honderden paren da
mes- en jongenskousen gestolen waren.
BEROOVING
t HEERTEN, 28 Aug Gistermorgen is
iiabij de Duitsche grens een raeisje uit
Bocholtz door een paar mannen aangeval
len en van haar beurs met geld en haar
armbandhorloge beroofd.
STAKING.
LEERDAM, 28 Aug. Naar aanleiding
van de bij de glasfabriek „Leerdam" alhier
uitgebroken staking verzoekt de directie
dezer fabriek ons het volgende te willen
imededeelen:
Dinsdagmiddag heeft een aantal jon-
gens van de glasfabriek aan ten der afdee-
lingen het werk neergelegd zonder dat er
eenig overleg aan is voorafgegaan. Het be
treft hier een zoogenaamde „wiIde"-jon-
gensstaking, welke ook geheel tegen de
wenschen van de verschillende vakorgani-
saties ingaat. Het werk van de jongeren
wordt dan ook zoo mogelijk door de oude-
ren verricht. De jongensachtige opzet van
deze ongemotiveerde heethoofdige actie
doet een spoedig einde verwachten, terwijl
enkele jongens reeds weder het werk heb-
ben hervat.
I A.S. VOLKENBONDSVERGADERING.
BERLIJN, 28 Augustus. De Rijksregee-
ring heeft graaf Bernstdorff belast met
de leiding van de Duitsche delegatie voor
de Vrijdag te Geneve beginnende zitting
van den Volkenbondsraad. Dr. Stresemann
zal eerst voor de Volkenbondsvergadering
di» Dinsdag begint, naar Geneve gaan.
BRAND.
Tal van gewonden.
BERLIJN, 28 Aug. Hedenmiddag is in
perceel 178 aan de Kurfiiurstendamm een
groote brand uitgebroken in de zolderver
dieping. Het dak stortte in; de brandweer
redde eenige personen cit het perceel, die
lichte verwondingen hadden opgeloopen
Het plafond, dat de vierde verdieping van
de zolderverdieping scheidde, stortte plotse
ling in. Een aantal brandweerlieden werd
onder het puin bedolven Tot nog toe kon-
den negen huner, meerendeels zwaar ge-
wond, gered worden. De toestand is zeer
gevaariijk, aangezien ook de rest van de
zolderverdieping elk oogenblik kan instor-
ten.
Beter dan kinine slikken
Is het muggen iood te tikken.
gevallen, zegt men; V o o r t r e f f e 1 ij k!
Genoegen geeft de vertooning in ruime mate.
Het Vaderland:
Het is een zeer amusant stuk, dat vooral
cok door de verrassende wending in de 3e
acte stellig succes zal hebben.
De Nieuwe Courant:
Annie van der Lugt Melsert heeft de
hoofdrol vooral met zeer veel tact en gevoel
gespeeld en goed doen uitkomen, hoe zij is
het slachtoffer van haar stand en haar zes
eeuwen oud geslacht.
De Haagsche Courant:
Molnar weet geestig en geestelijk gedistin-
geerd met een door humor verzachte hau-
taun air te spotten, met de menschen en hun
leven.
De Arnhemsche Courant:
Het gaat om de allermalste, allerzotste,
allerbelachelijkste vereering voor wie op en
in de onmiddellijke omgeving van den troon
leven om het byzantinisme in zijn meest ver-
waten vorm, om de verdwazing van hen, die
hun leven hebben ingericht naar het prin-
cipe, dat er een paar soorten van menschen
zijn, van wie degenen, die hier aan het
woord zijn, tot een hoogere kaste behooren.
Het stuk is in zijn wendingen vaak zeer
amusant in zijn dialoog, vlot, natuurlijk en
gemakkelijk.
De Oroene Amsterdammer(Top Naeff).
En bijzonder knap heeft Annie v. d. Lugt
Melsert—van Ees de rol van Olympia uitge
beeld. Een tooneelspeelster van den eer
sten rang; in een rol, die door geen mindere
vervuld zou kunnen worden.
N.V. VER. ROTTERDAMSCH HOFSTAD
TOONEEL.
Directeur Cor van der Lugt Melsert.
Zooals is medegedeeld, speelt dit gezel-
schap morgen Donderdagavond in de
Harmonie alhier De blauwe oogen van den
Keizer, het nieuwe blijspel van Franz Mol
nar. Over de vertooning van dit stuk
schreef de
Nieuwste Rott. Ct.:
Wel constateeren wij met blijdschap, dat
dit een geestig stuk is, welks dialogen spran-
kelen van ironie en geestige woordspelingen
niet louter een spiritueel stuk. een stuk
van menschelijkheid ook.
De Telegraaf:
Het was, als geheel, een voorstelling waar-
bij men zich, met een vernuftigen en gevatten
geest eg smakelijke vertolking samen vond.
Alg. Handelsblad:
het gordijn voor de laatste maal is toe
HISTORISCHE ANECDOTEN.
De bekende Italiaansche astronoom Schia
pareli vertoefde eens als jonge man als gast
bij een Siciliaansch grondbezitter en daar hij
er altijd op uit was om de resultaten van zijn
wetenschap aan den volke bekend te maken.
bood hij aan om voor de dorpelingen een
voordracht over de maan te houden.
De brave boeren sperden mond en ooren
open over al die merkwaardige dingen, die de
man der wetenschap hun over het hemel-
lichaam vertelde, minder echter omdat het hun
imponeerde, dan omdat zij het voor op
snijerij hielden. Hoe kon de man dat alles
weten? Hield hij hen voor zoo dom, dat zij
dat alles ongezien op zijn woord zouden ge-
looven? Dan kende hij hen niet.
Toen de astronoom had medegedeeld, dat
de maan precies 390 000 K M. verwijderc
was, kuchte de schout, interrumpeerde den
geleerde en vroeg of hij wel eens een vraag
mocht doen.
O, zeker, zeer gaarne, vraag maar ge-
rust, antwoordde Schiapareli, verheugd over
dit teeken van belangstelling.
Wilt u me dan eens even zeggen hoever
het van hier naar Novino is?
Van hier naar Novino? Het spijt mij,
maar dat -kan ik u niet zeggen Ik ben nog
nooit in Novino geweest.
Wat u zegt! Nu, maar is u dan reeds
zoo vaak op de maan geweest, dat u daar
zoo goed bekend is en den afstand zoo pre
cies weet?
Alles lachte en met de voordracht over de
maan was het uit.
De geschiedenis van het ei van Columbus
is een algemeen spreekwoord geworden, maar
de wetenschap voelt gerechten twijfel, of bij
alle respect voor den grooten ontdekker van
Amerika hij wel de eerste is geweest, die een
ei rechtop op tafel heeft gezet.
De bron, waaraan wij deze geschiedenis
van Columbus danken, is een in 1565 versche-
nen boek „De geschiedenis der nieuwe
wereld", van Benzoni.
In een werk, dat echter reeds tien jaren eer-
der verscheen, de beroemde kunstbiographieen
van Giorgio Vasari drong de geniale
bouwmeester Philippo Brunelleschi in 1421
met andere bouwmeesters naar de eer om een
koepel om den Dom van Florence te zetten.
De anderen beweerden, dat zijn plan onmoge
lijk uitvoerbaar was en wilden eerst een model
zien alvorens hem de opdracht werd gegeven
Toen vroeg Brunelleschi de anderen of zij
een ei rechtop op een gladde tafel konden zet
ten, en toen dezen dit kunstje tevergeefs be
proefden, kneusde hij de punt van het ei op de
tafel en zette het rechtop. Toen de anderen
daarop beweerden dat zij het zoo ook gekund
hadden, antwoordde hij, dat 't zoo ook met
den koepel zou gaan, als hij hun eerst het
model toonde.
Daar deze geschiedenis van Brunelleschi
spreekwoordelijk werd en ook in Spanie be
kend werd, is zij later door de Spanjaarden op
Columbus overgedragen.
Een amusante anecdote van een „echte"
Napoleon-relikwie wordt verteld.
Kort na 1915 ontving de molenaar van
Waterloo bezoek van een Engelschman, die
aan den muur een spijker ontdekte en den mo
lenaar verzocht hem dat stukje ijzer toch te
verkoopen. De molenaar heeft er niet tegen,
de geestdriftige Brit ontrukt hem bijna den
spijker, werpt den molenaar een handvol
goud toe en verklaart, dat hij graag 25 maal
betaald zou hebben, want zonder twijfel was
dit de spijker, waaraan Napoleon zijn hoed
lad opgehangen, toen hij op den dag van het
gevecht zich eenige oogenblikken in den molen
ophield.
De molenaar dacht echter na en kwam op
een slimmen inval. De spijker werd direct
vervangen en het gat in den muur met een
opschrift voorzien, dat de historische beteeke-
nis van den spijker aankondigde. Van nu af
verliep er bijna geen week of er kwam een lief-
hebber om zich voor geld van de kostbare
Napoleon-relikwie meester te maken. De eene
spijker na de andere werd verkocht en nog dc
kinderen van den molenaar genoten de ge-
makkelijke rente.
XII.
ZTZTZ OVLR GOETHE EN ZIJN
OMGEVING.
III.
Jeugdliefde.
Goethe heeft in zijn lange leven veel
vroi. ven lieivehad. Als volwassen man
is h" een korten tijd slechts uitgezon-
derd nooit zonder liefde geweest, be-
antwoord of onbeantwoord, voor de
vrouwen, die zijn levenspad kruisten.
Laten we daarover niet met eer glim-
lach de schouders ophalen. Een Arabisch
spreekwoord zegt: „Verontreinig geen
bron, yvaaruit ge gedronken hebt" en wie
is er, die niet 'edronken heeft uit de
heerlijke, rijke bron vCu Gcethe's liefde?
Is er in de letterkunde der laatste twee
eeuwen een naam, die lieflijker klinkt
dan die van Goethe's Gretchen? Men
kan gerust zeggen, dat in den tijd der
jongelingsjaren ieder man, die Faust's
eerste deel leest, de bekoring ondergaat
van Laar tedere figuur endat be-
jaarderen die bekoring nog dieper ge-
voelen, omdat zij het leven en zijn nuan
ces beter kennen dan de jongeren. Wie
zoo n beeld weet te scheppen in de fijne
trekken, lichamelijke en geestelijke, van
een Cretchen, dien zij vergeven, dat hij
liefhad, liefhad heel zijn leven door, tot
zijn hoogen ouderdcm toe. Is Goethe on-
gelukkig, omdat hij nog geen wederlief-
de kan ontdekken, dan schrijft hij aan
een vriend: „Er gaat geen wellust boven
de smart der liefde!" en is hij gelukkig,
wordt zijn harteklop beantwoord, dan
heet het: „Nu pas vang ik aan te leven!"
Trouwens, is het niet een gevleugeld
woord geworden, dat, hetwelk hij Eg-
mont's Glarchen laat zingen over de
vervoeringen vrn de ziel, die lief heeft
en dientengevolge hemelhoog juicht of
ten doode bedroefd is? Een groot dichter
leeft van de liefde en Goethe was wel
een groot dichter.
Dit ter inleiding van een episode in
Goethe'-s leven, die hem den naam, dien
hij later aan Faust's liefdj zal geven,
dierbaar doet zijn. In mijn eerste artikel
over Goethe en zijn omgeving LcE ik fn
't voorbijgaan gesproken over zijn korte
bevlieging voor de mooie Charitas
Meixner, een vriendin van zijn zuster
Cornelia, een jong meisje uit Worms,
voor hetwelk hij Fransche versjes rij-
melde. Het was eene verliefdheid, die,
hoewel zij zich in twee verschillende
tijdperken van zijn jeugd openbaarde,
peen diepe sporen in zijn leven achter-
liet. Dat is echter blijkbaar wM het ge-
val geweest met eene andere liefde, die
hij, nog heel jong en vddrdat hij op zijn
zestiende jaar te Leipzig ging studeeren,
gevoelde voor een jon meisje, dat hij
ontmoette in een eigenaardigen, hem
niet geheel passenden kring van zeer
eenvoudige jongelieden, die hem en zijn
„dicht"-gaven wat cxploiteerden, doch
onder wie hij zich door geboorte en de
maatschappelijke poritie van zijn vader
gemakkelijk de eerste wist. De jonge
G:ethe hij is dan veertien jaar oud,
maar door zijn ontwikkeling ouder
kon nog al eens aan het oog van den
strengen vader, die zijn in- en uitgan-
gen van een hoekvenster uit controleer-
do, ontsnappen, toen de voorbereidselen
van de kroning van keizer Joseph II
Frankfort in rep en roer brachten. Zoo-
doende was hij in aanraking gekomen
met een clubje van klerkjes, loopjon-
gens, huisonderwijzers, die letterkundige
neigingen hadden en a-eregelde bijeen-
komsten en kleine feestjes organiseer-
den. Enkele hadden plaats in een be-
scheiden bierhuis „Zum Pv.ppenschen-
keichen". Een kellnerinnetje bediende
er. Goethe ziet aar en is verrukt over
haar. In zijne ogen is zij, zooals hij
schrijft, „van buitengemeenc. en, wan-
neer men haar in hare omgeving zag,
van ongelooflijke schoonheid". Zij is
daarbij bescheide-i, hekoorlijk ingetogen,
w at de aanbidders op een afstand houdt,
doch hun bewondering vergroot. Goethe,
do jongste van het gezelschrp, is waar-
schijnlijk het diepst getroffen. Al het
idealisme, al het onbegrensd vertrou-
wen, al het respect, dat een jongen kan
gevoelen voor het voorwerp zijner eerste
1' ifde, legde hij in zijne govoelens voor
deze kleine Gretchen.
Zij is fatsoenlijk opgevoed; zij houdt
haar klein levenspaadje recht; zij gaat
trouw ter kerk. Goethe heeft slechts
oogen van haar. Maar als eene godin
troont zij hoog boven zijn stille wen
schen. Haar aanspreken durft hij nau-
we'vks, haar zijn „arm en geleide" aan-
bieden, nog veel minder. Hij brengt uren
in de Protestantsche kerk onder de zeer
gerekte preeken der dominees van die
dagen door om haar van r.it de verte te
kunnen gadeslaan. beme: zijn kin-
derlijke vereering wel, doch zij houdt
hem in de eerbiedige stemming der
schroomvallige aanbidding. Slechts 66n-
maal, cp een feestelijken avond tijdens
ce kroningsplechtigheden, waarbij hij, o
weelde en zaligheid! soms gearmd met
haar door de nauwe, drukke straten
heeft mogen loopen, en zij, doodmoe,
tegen zijn schouder in slaap was geval
len, slechts eenmaal kust zij hem, op het
voorhoofd, zooals men een lief kind om-
helst. Later, wanneer 66n uit het troepje
moeilijkheden krijgt met de justitie en
daarbij ook Gretchen onder verhoor
wordt genomen, zal het meisje verkla-
ren, dat zij den kleinen aanbidder tegen
zijn en haar kameraden in bescherming
had willen nemen. Hij was immers nog
zoo'n kind en kon in die omgeving, wel
ke niet erg geschikt voor hem was, licht
gevaar loopen.
Dit schijnt inderdaad de rol van deze
Gretchen ten opzichte van Goethe ge
weest te zijn. Goethe heeft later aan zijn
vriend Moors in eenige schampere
woorden gesproken over „eine W.", die
hij niet geheel onbaatzuchtig had gevon-
den. Bij sommige schrijvers wordt de
meening geuit, dat deze „W." op Gret-
chen's familienaam (Wagner) slaat en
dat dus haar die schampere woorden
galden. Maar daaromlrent is geen zeker-
hcid Een feit is het echter, dat deze
eugdvereering van Goethe, zijn volko-
men bewondering in de Mei zijner lief
de, hem zoo diepe en zoo eerbiedige her-
innering aan het Frankforter meisje
heeft achtergelaten, dat hij zijn schoon-
ste schepping genoemd heeft met haar
naarn: Gretchen.
Aan dien naam h'echtte hij wellicht
ook de levende en voor hem niet on-
pijnlijke herinnering aan een ander be-
minnelijk schepseltje, dat voor ieder, die
Goethe leest, leeft in de omstraling eener
teere, eu-ste liefde. Ik zag dezer dagen,
dat te Berlijn Lehar's operette Friederike
voor de 200e maal werd gegeven. De
hoofdpersoon, hoe verhaspeld ook in het
libretto, is toch zeer aantrekkelijk. Geen
wonder, want zij is het jonge meisje,
dat door Houston Stewart Chamberlain
terecht „de eerste waarlijk poetische
liefdj" van Goethe wordt genoemd. Het
is de lieve 19-jarige Friederike Brion,
dochter van der dorpspredikant van Se-
senheim in de Elzas, bij wien de 22-
jarige Goethe, die te Straatsburg stu-
deert en zich onder den invloed van
Herder stelt, gastvrijheid geniet. Een
vriei d, student in de medicijnen, leidt
hem er binnen. De dorpspastorie trok
hem aan Herder had hem pas bekend
gemaakt met Goldsmit's Dorpsdominee
van Wakefield, dat toen de lectuur in de
mode werd en hij zocht er de poezie
onder het eenvcudige dak. Als arm stu
dent in de theologie verkleed komt hij er
aan en wordt er hartelijk ontvangen.
Sesenheim ademt rust; zijn bewoners
zullen hem inspireeren tot veel gedach-
ten. Hij snakt naar liefde, hij vermoedt
dat die zijn zal in de landelijke pasto-
rie: zijn vermoeden is juist.
Gretchen heeft hij reeds lang als een
„afg^sloten periode" beschouwd. Ook
zijn daarop gevolgde liefde voor Katchen
Schonkopf (Anna Catharina, volgens
haar doopnamen; Goethe noemt haar
Kaatje, Annette of Antje), een dochter
van een herbergier, is voorbij. Hij is open
voor nieuwe teere indrukken.
Dan verschij:.t de kleine, slanke Frie-
derikse. Haar uiterlijk moet alle teeke-
naars en alle tooneeldirocteuren gein-
spireerd hebben om later de Gretchen
in Faust uit te beelden: Zij was voor
Goete „aan dezen landelijken hemel" ,,'n
allerliefste stei". Haar bekoorlijkheid
openbaart zich meer in de vrije natuur
dan binnenskamers en Goethe, die in
Sesenheim den eenvoud, de oprechtheid,
de poezie van het onverdorven landleven
heeft willen ontdekken, -s in de wolken.
Hij gevoelt zich thuis in de dorpspasto
rie; de bewoners v.oelen zich thuis met
hem, zelfs nadat zijn vermomming van
armen student in de theologie heeft
mceten vallen voor ie werkelijkheid, die
hem als een welbemiddelden jongen, in
de rechten studeerenden man van defti-
gen huize doet kennen. Tusschen
Straatsburg en Sesenheim vlecht zich
voor hem een nauwe band. Zijn studie
houdt hem in de geleerde stad en bij den
machtigen „Miinster". Zijn hart drijft
hem naar het Elzasser Wakefield. Hij
wil niet toegeven; Kerstmis nadert; hij
wil over zijn boeken gebogen blijven,
maar het helpt niet. Sesenheim wenkt
van uit de verte: Friederike's oogen
lachen hem toe. Dan houdt hij het niet
uit. Hij schrijft aardige, gemoedelijke,
haast oudeman-achtige versjes om zijn
komst te melden. „Mijn hart sloeg; snel
te paard". zegt hij en hij springt in 1 -t
zadel om in snoiler, dra." de geliefde te
ereiken. Want zij heeft hem lief, zij
heeft hem lief, zij, het ongekunstelde,
oprechte kind van het lan „Een uwer
blikken d:cht hij :'s voldoende om
zonneschijn en gt'.uk te scheppen." Hij
snijdt beidor namen in cen boomstam en
als hij haar niet v or zich heeft, schijnt
de zon verduisterd. Hier bij haar, is de
lente, de lente in al ha:.r t.korl.ig
En toch, en toch, Friederike, de lief-
lijke, de toegewijde, zal hem niet blij
ven d boeien. Zij i kritische geest zal hem
vervolgen tot in zijn liefde. Zij zal, hoe
lief lijk ook en goed, niet passen in het
groote kader, waarin, hij, eigen beteeke-
nis voelend, zijn toekomst plaatst. Zijn
groote plannen omvatten niet haar, zij
stoat daarbuiten. Dat voelt zij en zij
aanvaardt het in stille, diepe smart.
Goethe zelf iijdi er on er als zij. Wan
neer hij afscheid neemt met tranen in de
oogen, is het hem, naar hij in Dichtung
und Wahrheit schrijft, „sehr iibel zu
Mute", bang om het hart Telkens en
telkens zal hij haar in zijn gedachtea
voor zich zien, lief en Leer en zielsver1-
want, hoewel niet de vrouw, die met hem
het leven op zijn hooge lioc^ten kan be-
stijgen, en voortdurend zA hij zich be-
sehuldigen dit jonge leven verwoest te
hebben. Zijn eigen rol van trouwelooze,
die het geluk van een andere aan zijn
eerzucht offert, zal hij in ireffende figu
ren schiideren, zooals Faust, Weislin-
gen, Clavigo. Te grijpen vat hij liefhad
om het voor altijd te bezitten, durfde hij
niet. Vcor immer gebonden te zijn durf
de hij niet. Den band te verbreken was
misdadig. Zoo dacht hij. zoo zeide hij.
Hij koos het laatste, al erkende hij er de
laagheid van: het was een strijd om zelf-
behoud of, zooals zijn groote biograaf
Georg Brandes het uitdrukt: „ontzeg-
ging om der wille van de kunst". Men-
schelijker wijze gesproken te laken, was
hij in de groote vlucht zijne; ontwikke-
ling, die ver boven het gewoon mensche-
lijke ing, niet met denzelfden maatstaf
te meten als de gewone menschen. Bij
het gro;.te conflict, dat z<;n liefde en
en zijn geestelijk-! grootte 'e weeg bren-
gen, zien wij den strijd der „twee zielen
in zijne borstwaarvan hij het bestaan
in zoo bekencte verzen heeft uitgezucht.
Gretchen en Friederike, beide jeugdlief-
des, van Goethe, geven de trekken aan,
waaruit Goethe in zijn Faust de Gret-
chen-figuur zal vormen. Aldus danken
we aan de jeugdjaren van den dichter
in Frankfort en in Straatsburg de weer-
gave eener gestalte, zoo ontroerend teer
en inenschelijk, zoo vrouwelijk grootsch
in haar toewijding, dat het moeilijk valt
daarnaast andere vrouwenfiguren in
de moderna letterkunde anu te wijzen,
die haar nabij komen.
A. J. BOTHENIUS BROUWER.
van 28 Augustus 1929
Opgave van HVtfFdhollandsch Ijamlltou wore diet. V.
i
i i
642
396
152
136
76
NIET OFHCIEEL .4.
(OnivaDgen per draaillooze teleioon),
I
ST A ATSLEENINGEN.
5 1919 t
BANK - INSTELL1NGEN.
Handel Mpij Cert. r. 1000
h ,i Resc.
Kol. Bank
Ned. Ind. Handelsbank
Franscbe Bankeo (3)
INDUSTR. OND. BINNENL.
r. Berkels Patent
Calvg Delft CerL
Centrale Suiker
Holl. Kunstzijde
Margarine Unie
Maekubee
Nederl. Kunstzijde
Philips Gloeilampen Gem. Bezit
INDUSTR. A AND. BU1TENL.
Am Smelting
AoacoDda
Bethleb, Steel
Steel comm. .a.......
Zweedsche Luciferi
CULTUUk MAATSCHL
H. V. A. iii
Java Cultuur
Cult. Vorstenl.
Dito actions
Poerworedjo
MIJNBOUW.
Boeton i i
Redjang Lebong
PETROLEUM.
Dordtsche Petr.
Kon. Petr.
Perlak
RUBBERS.
Amsterd. Rubber
Deli Bat. Rubber
Hessa Rubber
Serbadjadi
Interc. Rubber
SCHEEPVAARTEN.
Holl. Amerika lijn
Gem. Eig.
Scheepvaart Unie
Kon. Ned. Stoomboot
Niev. Goudriaan
TABAKKEN.
Oostkust
Oude Deli
Senembab
Deli Batavia
AMER. SPOORWEGEN.
Erie
Milwaukee
Southern Rails
Union Pacific
Wabash
i
'V
I
I.I
(II
I I I
f
III
I
•••II
till!
••■II
•III!
.11111
11.11.
I I I I
..It
..II
I I I
I I I
I I I
I I I I
iff
I I
I
I
'Exdividend,
fExclaim.
V origc
Koers
101 7m
171
232 L/s
164
560
301 i/j
2843,'s
713/,
164'/,
635V,
117
3213/g
936
1227a
25»Va
1 -'8Vi6
254
3487j
2707,
1933/,
394
405*/,
2033/,
2621/,
172/,
350
205
9Vg
58
541/s
207
901/,
961',
1337-
3837a
443
429
86
417s
157
283
707s
Koers van heden te
pirn.
1.30
pl.m.
1.45
pl.m.
2.-
pl.m.
2.15
172i/s
1727,
575
580-6
579
298.300
290
298-300
289-92
2997,
287-90i
72
298-300
285-77,
655
119
328
948
651-5
119-22
328-31
945-9
653-57,
328-32
945-6
652i-5i
121-2
940-3
252-47,
138-97,
121
138|-9I
254
139'/,
348
652
400
652-3
647-50
1531/4
272
201-3
20L47,
270-2
421-27,
420J-2J
420-23/
2077,-
265
172
2657,
2647,-5
1703/,
265
205
-
-
-
2097,
97'/s
1387,
383
447
420
1387,
416-7
386-89
42Vi«
41
286
717,
a
PROLONGAT1E vorige koers 53fe pCt. heden 51/, pCL
WISSELKOERSEN AMSTERDAM.
.•iii.
iii
1
Londen T,
Berlijn
Pariis 1
Brusse) (Belga)
Bazel
Weenen p. Sch. 100 I
Kopenhagen ;l>5
Stockholm i.,,,
Oslo a., 1
New fork £111111
Italii iiiiiiisis .iii
Vorige
koers
12.097,
59.42
9.767,
34.70
48.037,
35.177,
66.427,
66.85
66.45
2-479/,.
13,05
Koers op
heden 3 Uur
12.IO7.
59.45
9.77
34.7H/,
48.05
35.177,
66.45
66.877,
66.477,
2.49«/,
13.05