DAOBLAO VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. A.DAHI&G0. NASH in 1929 aan de spits WAAROM (lit den Alkmaarschen Raad, HoruJert m en JertigMe laarganj m NOORD-HOLL. S100MWASSGKERIJ van KIIOTI, No. 253 Dit nummer besfaat ait 4 bladen. Deze Convent word! ELKEN AVOND, behalve Zon- en Feestdagen, oltgegeven, febonnementsprljs bIJ voorniibetallng pei 3 intanden voor Alkmaar 2.—, franco door fed gehoele BQk 2-50. Ateondeetipce an bawQannmnen 8 eenfa. PRIJS DEB GEWONE ADVERTENTDBNl Per regel 0.25, bi] groofe eonfraefen rabai Groofe letters naar plaatsndmta. Brleven franco aan de N. V. Book* an Handelsdrakfcerl] vfh PRMl ZOON, Voordam C 0. Dliaotaori C. KRAK. ZATERDAG Telef.nr, Adininlstrafle I Telefoonnr. Redacfle 33. Poatqlro 17000. HooMxedROtewt TJ. N. ADBMA. 26 OCTOBER Het was ongezellig leee aan de iaiel der edelachtbaren, zoo leeg als bij een slecht be- zochte kinder- en familievoorstelling en hoe- wel de heeren Bakker en Bonsema voor de ge- zelligheid de beide middelste fauteuils hadden uitgekozen, bleven er aan elken kant nog twee ledige groene zetels als stille getuigen van het drama, dat zich na de vorige raads- zitting in de Alkmaarsche Soc. Dem.-afdee- ling afgespeeld heeft. Des te voller was het op de publieke tribu nes, die ditmaal, naar het goede voorbeeld der Zuidelijke bicscooptheaters, in een voor de vrouwelijke en een voor de mannelijke be- zoekers gescheiden waren. En wie beweert, dat vrouwen in politieke vrAagstukken, en alles wat daaraan vastzit, geen belang stellen, had Donderdagmiddag maar eens in de Alkmaarsche Raadszaal moeten kijken. In de loge, die tot dusver voor Mevr. Westerhof gereserveerd was, zat het nu vol oudere en jongere kiezeressen, die voor een raadselachtig doel ijverig dubbel- tjes en kwartjes wisselden en die geheimzin- nige opdrachten aan den stadhuisbode gaven, zoodat alle toeschouwers wel begrepen, dat er iets bijzonders op komst was. De burgemeester heeft allereerst aan de fiolitieke groeve van „Hen die vielen" een passende grafrede gehouden. Hij was zoo verstandig de doodsoorzaak niet verder na te pluizen en bepaalde zich tot een weemoedig woord van afscheid, er daarbij aan herinnerend, dat twee der vier politick afgestorvenen vele jaren raadslic zijn geweest en dat in het bijzonder wijlen het raadslid Westerhof een markante figuur was, wiens helder inzicht en energiek werk de ge- meente zeker ten goede is gekomen. En daarna werd een commissie tot onder- zoek naar de geloofsbrieven der nieuw geko- zen raadsleden benoemd, welke commissie verdween om vooreerst niet meer terug te ko- men. Toen de commissie na een uur nog niet te voorschijn was gekomen, werd de vrees uitge- sproken, dat de heeren misschien in slaap ge- vallen waren en werd de bode uitgestuurd om eens voorzichtig met zijn oor voor het sleutelgat te luisteren. Maar toen bleek, dat hij geen enkel snorkend geluid, maar wel de klanken van een levendige discussie had op- gevangen, werd ieder er van doordrongen, dat de commissie bij het onderzoek der ge loofsbrieven op een bijzondere verrassing ge- stuit was. Dat bleek dan ook weldra toen de heer Vogelaar, als rapporteur, den Raad adviseer- de wel tot toelating van mevr. Helleman Hardebol en de heeren Bulens en Hoogeboom te besluiten, maar den heer Van Drunen, als ongewenschte vreemdeling, niet toe te staan de grens der edelachtbaarheid te passeeren. Dat de commissie haar tijd niet ongebruikt voorbij had laten gaan, bleek duidelijk uit een lijvige getypte verklaring, die blijkbaar op bovennatuurlijke wijze uit den grond was ge- tooverd en waarin, in den stijl van een rechts- vonnis gezien dit en overwegende dat was omschreven waarom de commissie, hoe- wel met een bloedend hart, er niet toe kon besluiten den heer Van Drunen als lid onzer vroedschap te erkennen. Deze toch had op 11 Augustus 1927 te kennen gegeven, dat hij met ingang van 1 September 1927 ontslag nam als lid van den Raad, maar daarbij niet bericht, dat hij zijn fcenoeming voor den nieuwen Raad niet wenschte te aanvaarden. Op 6 September was We oude Raad officieel gestorven, d u s, zoo betoogde de commissie, heeft de heer Van Drunen gedurende het tijdvak van 1 tot 6 September geen zitting meer in dat college gehad. Weliswaar had de heer Van Drunen op 17 Augustus van dat jaar een brief aan den vc.orzitter van het Centraal Stembureau ge- zonden met de mededeeling, dat hij geplaatst wilde blijven op de lijst van candidaten die bij opvolging tot leden van den Raad kunnen worden benoemd verklaard, maar, aldus de spitsvondige commissie, dat schrijven had be- trekking op het tijdvak van 1 tot 6 September en ten aanzien van de zittingsperiode van den fegenwoordigen raad is een dtergelijke ver klaring niet ingezonden, zoodat de heer Van Drunen ten onrechte door den voorzitter van net Centraal Stembureau als lid van den Raad is aangewezen en niet als zoodanig kan wordqn toegelaten. Wij zijn er van overtuigd, dat wanneer de neer Van Drunen door eenig rechterlijk col lege op die gronden wegens het een of andere t0J geyangenisstraf was veroordeeld, ?r een yolksactie ontstaan was waarbij de _aak Giesen-Nieuwkerk nog volkomen in het 3iet zou verzinken. Het is immers te dwaas om aan te nemen,1 dat de heer Van Drunen drie weken voor den afloop van het zittingsjaar, terwijl er misschien niet eens meer een raadsvergade- ring werd gehouden, de moeite genomen zou hebben om officieel mede te deelen, dat hij er niet meer bij wenschte te hooren. Er bestonden toen nog geen Soc. Dem.- raadsconflicten, er werd dus niet scherpzin- nig naar wetsinterpretaties gezocht en als vanzelfsprekend werd aangenomen, dat de heer Van Drunen met zijn verklaring den nieuwen en niet den ouden Raad op het oog had. Zoo vanzelfsprekend was dit, dat er niet alleen binnen de voorgeschreven 8 dagen geen zitting van het Centraal Stembureau werd gehouden om een plaatsvervanger voor den ouden Raad aan te wijzen, maar dat men ook bij de toelating van leden voor den nieuwen Raad den heer Van Drunen dadelijk uitschakelde en zijn plaatsvervanger den heer Schats op een zetel gezet heeft. De burgemeester heeft op dit laatste na- drukkelijk de aandacht gevestigd en het ant- woord was zooals te verwachten viel de erkenning, dat men destijds dan een fout ge- maakt had. Maar, zeide di burgemeester, als dat zoo is, dan heeft de heer Schtas in dezen Raad dus ten onrechte de plaats van den heer Van Drunen ingenomen, dan is in werkelijkheid al dien tijd de heer Van Drunen nog lid ge weest en dan moeten we ons haasten hem zijn rechtmatige plaats weer terug te geven Dat leek volkomen logisch, maar dat lag blijkbaar niet in de lijn der commissie en der raadsmeerderheid en advocaat Leesberg be- toogde, dat het raadslidmaatschap van den heer Schats inmiddels „in kracht vas gewijs- dte was gegaan" een off icier van justitie zou wellicht verklaard hebben, dat het delict verjaard was in alien gevalle scheen het afschuwelijk misverstand niet te herstellen te zijn en de commissie wenschte een vroegere fout niet door een nieuwe fout te herstellen. Het scheen alles zoo onherroepelijk en de aangehaalde data waren zoo onbetwistbaar, dat zelfs de heer Sietsma die anders nog wel eens Sociaal Democraat-freundlich kan zijn zich bij deze conclusie der commissie volkomen kon aansluiten. Wanneer de kwestie geen politieken achter- grond had, zou het pleit hiermede waarschijn- fijk beslist zijn. Maar er zijn in den laatsten tijd raadsle den geweest, die blijkbaar berouw van een overhaaste vlucht hebben gekregen en die, op het punt in de groote volksgroep der onbe- sproken kiezers te verdwijnen, krampachtig naar den laatsten stroohalm hebben gegre- pen, die nog kans op redding van hun edel- achtbaar leven heeft geboden. Art. 16a der Kieswet staat bedankende raadsleden toe het verzoek te doen weer op de lijst der beschikbare candidaten te worden geplaatst en het is bekend dat alle vier on- langs afgetreden Soc. Dem.-raadsleden daar- toe later het verzoek hebben gedaan. Werd dus de heer Van Drunen alleen op de hierboven aangegeven redenen niet toegela ten, dan zou onmiddellijk een der thans afge treden zich weer voor den opengevallen zetel kunnen aanmelden en het leek de commissie thans wel het meest geschikte oogenblik om vast te stellen weke houding daartegenover door den Raad moet worden ingenomen. Men besoot daartoe de vivisectie op den heer Van Drunen, die in politiek opzicht toch niet meer in het leven te houden was, voort te zetten en zoo kwam de commissie nog met een tweede motiveering. Subsidiair werd verklaard, dat, zelfs als men ten onrechte ,mocht aannemen, dat de beide brieven van den heer Van Drunen destijds mede betrekking zouden hebben op den thans zitting hebbenden Raad, genoemde heer evenmin als raadslid kon worden toege laten. Immers, er lag een tijdvak van 6 dagen tusschen beide adressen en de logische en normale opvatting van art. 16 a der Gemeen- tewet is, volgens de commissie, dat iemand op het tijdstip waarop hij ontslag neemt de keu- ze heeft tusschen een definitief afscheid of een tijdelijk, voorwaardelijk terugtreden Wilde de heer Van Drunen nog op de lijst der beschikbare candidaten geplaatst worden, dan had hij dat tegelijkertijd met zijn ontslag- name en niet 6 dagen later moeten verklaren. En daarmede scheen voor deze zittings periode tevens het lot beslist van de vier afge treden soc.-dem. raadsleden, die tusschen den sprong in het water en het hulpgeroep ook eenige kostbare dagen hadden laten verloo- pen. De burgemeester, in wien de heer Van Dru nen werkelijk een bekwaam advocaat heeft gevonden, bestreed ook deze zienswijze, om- dat art. 16 a niet definitief zegt dat de ont- slagname en het verzoek gelijktijdig moeten geschieden. Hier is twijfel alleszins gerecht- vaardigd en hij zou daarom ten gunste van den beklaagde de heer Van Drunen was langzamerhand al in het beklaagdenbankje terecht gekomen willen beslissen. Het is denkbaar dat de kiezers den heer Van Dru nen in den Raad terug wenschen en de wil van het volk moet ook in Alkmaar het hoog- ste recht zijn. De heer Kusters, heeft daarna geme- moreerd, dat het Kamerdebat over het be- wuste artikel wel bewezen heeft, dat die wil dan toch heel duidelijk moet worden uitge- sproken. De berouwvolle candidaat komt on- der aan de lijst te staan zoodat zijn voorgan- ger het offer van een vrijwillig heengaan moet demonstreeren om hem zijn oude rechten te kronen hergeven. De heer Van Drunen zal dat alles wel vol komen begrijpen en billijken, want dezelfde kwestie wordt dagelijks onder zijn oogen op het postkantoor afgespeeld. Wie des middags om ongeveer twee uur het eene beschikbare loketje is genad'erd, maar om de een of andere reden even wegloopt, moet, als hij later toch nog geholpen wil wor den, weer achteraan de lange rij gaan staan op hoop van zegen, dat hij nog voor sluitings- tijd aan de beurt zal kunnen komen. Te dien opzichte is de postambtenaar en terecht onverbiddelijk en de heer Van Dru nen zal het volkomen kunnen begrijpen, dat ook de wetgever ten opzichte van art. 16 a geen vrijheid van handelen toegestaan heeft. Maar natuurlijk is de interpretatie van den heer Van Drunen en zijn partijgenooten in- zake het gelijktijdig indienen van ontslag en verklaring een anctere dan die der commissie en het was voor hem alleen maar te betreu- ren, dat behalve zijn beide partijgenooten en Mej. Carels g#en der raadsleden bereid bleek tot zijn toelating te besluiten. Gedeputeerde Staten zullen in hooger be- roep deze interessante en voorzoover wij we- ten nog niet voorgekomen kwestie te beoordee- len krijgen, wanneer althans de heer Van Drunen of zijn partij zich bij's Raads beslis- sing niet neerleggen, wat, met het oog op den mogelijk verloren gaanden zetel, niet waarschijnlijk is te achten. Na de uitvoerig door de vele aanwezigen met aandacht gevolgde besprekingen, kwam men op de gedachte, dat er in een naast ge- legen vertrek nog altijd enkele nieuwbakken raadsleden op hun vonnis zaten te wachten Zij zaten er als leerlingen van een H. B. S. die op den afloop der leeraarsvergadering wachten om den uitslag van hun examen te vememen en aan den secretaris viel de onaangename taak ten deel den heer Van Drunen te gaan mededeelen, dat hij helaas gezakt was, maar dat hij bij Ged. Staten waarschijnlijk nog kans op een herexamen zou kunnen krijgen. De geslaagde candidaten, waarvan er een, waarschijnlijk door de emotie van dezen dag, door ongesteldheid afwezig was, werden tot het heilige der heiligen toegelaten en even later verscheen de secretaris dan ook als piece de milieu tusschen een slanke dame in een rose japon en een jongen man in een sport- costuum, die alles beloofden en verklaarden wat de voorzitter maar wenschte en die, na de gebruikelijke gelukwensch, vol zelfver- trouwen in het gestoelte der eere plaats namen. Onder groote belangstelling van de dames der publieke tribune, bracht de bode daarop de reeds aangekondigde verrassing binnen en werd een bouquet van roode cozen met een rood lint, netjes in een vaas, voor mevr. Helleman op de raadstafel gedeponeerd. Wij weten niet of ook in andere fracties nog eens dames zullen gekozen worden, maar wij zouden B en W wel willen aan- raden bij de eerstvolgende opruiming in het Warenhuis eens wat vazen van diverse poli tieke kleur te laten aankoopen. Een rood stadhuisvaasje voor deze sociaal- democratische bouquet zou Donderdagmiddag door de dames der publieke tribune werkelijk geapprecieerd zijn geworden. Wij hebben er vroeger al eens op gewezen, dat de Inspecteur van het L. O. voor het Alkmaarsche hoofdschap slechts candi daten wenscht, die reeds elders als zoodanig in functie geweest zijn en daardoor heeft het hoofd van een eenmansschooltje uit Dantu- madeel of Kibbelgaaren meer kans om hoofd van een onzer gemeentescholen te worden dan een Alkmaarsche onderwijzer met hoofd- acte, die minstens even bekwaam is en wel licht reeds geruimen tijd als waarnemend hoofd is opgetreden. De Raad heeft daarover reeds meermalen zijn misnoegen te kennen gegeven en ook de burgemeester heeft destijds erkend, dat elke Alkmaarsche onderwijzer den maarschalkstaf in zijn ransel moet meedragen. Waar vrijwel alle Alkmaarsche onder- wijzers de hoofdacte bezitten en er hier maar negen openbare scholen zijn, is het te be grijpen, dat het overgroote deel van die maar- schalkstaven nooit uit de ransels te voorschijn zal komen, maar daarnaast is het duide lijk, dat men het als een onbillijkheid voelt, dat bij vacatures elke Alkmaarder voor een onbekende grooiheid uit een nog onbekender gehuchtje gepasseerd dient te worden Niemand huldigt hier de Monroe-leer en niemand zal verkondigen, dat Alkmaar uit- sluitend voor de Alkmaarders moet wezen, maar als een Alkmaarsche sollicitant even bekwaam is als een mijnheer uit Wapser- veen of uit Oosterhesselen, dan is het duide lijk, dat menig raadslid zich afvraagt: waar om zouden wij onze eigen stadgenooten niet de kans geven promotie te maken? Als resultaat van dergelijke overpeinzingen is kort geleden de heer Lutterot die de Inspecteur als no. drie van de voordracht blijkbaar geen gevaarlijke candidaat achtte tot schoolhoofd gekozen en thans viel een dergelijk succesje aan den heer Bos ten deel, die als Alkmaarsche onderwijzer met op vier na algemeene stemmen als derde candidaat naar voren gebracht en verkozen verklaard werd, Het zal ons werkelijk benieuwen of B. en W. bij de eerstvolgende voordracht voor een schoolhoofd nogmaals kans zullen krijgen een Alkmaarschen candidaat als ongevaarlijke reserve aan de keuze van den Inspecteur toe te voegen. Een middenstander uit het Payglop wilde de pui van zijn winkel moderniseeren en deed daartoe het verzoek aan B. en W., die het af- wezen omdat deze verbouwing in strijd was met het uitbreidingsplan, dat voorschrijft, dat bij dergelijke verbouwingen de panden in het Payglop zes-en-een-halven Meter achteruit geplaatst moeten worden. Thans kwam de winkelier in hooger beroep bij den raad, wien niets anders open stond dan het voorbeeld van B. en W te volgen omdat een gunstige beschikking door Ged Staten toch vemietigd zou worden en omdat de Raad zich nu eenmaal niet aan zijn eigen voorschriften mag onttrekken. Verscheidene raadsleden hadden medelijden met den gedupeerden winkelier en hebben met den heer Keesom een lans een warme lans zegt men in Alkmaar gewoonlijk voor hem gebroken. Helaas kon, ondanks al die gebroken warme lansen, niet aan het verzoek voldaan worden, omdat men ingezien heeft, dat een drukke straat als het Payglop, in het hartje van de stad, voor het verkeer veel te smal is en daarom in het uitbreidingsplan vastge- legd heeft, dat sleehts vergunning voor ver bouwing wordt gegeven als de eigenaar zijn pand belangrijk achteruit zet. De gemeente mag dan een derde deel van den grond confisceeren en het is duidelijk dat geen enkele zakenman roeping gevoelt de gemeente op deze wijze te bevoordeelen nog afgescheiden van de vraag of vooral bij kleine panden genoeg ruimte zal over- blijven om de zaak te kunnen voortzetten. Niet ten onrechte vreesden verscheidene raadsleden, dat het gevolg van dergelijke be- palingen zal zijn, dat geen enkele winkelier ter plaatse meer tot verbouwing overgaat en het Payglop althans aan de Westzijde een antieke winkelstraat zal worden. Daartegenover werd de ncodzakelijkheid van straatverbreeding bepleit, werd er op ge wezen, dat het algemeen belang boven het particulier belang moet gaan en de vrees ge- uit, dat men bij het maken van uitzonderin- gen de met moeite tot stand gekomen regeling weer waardeloos zal maken. De burgemeester droomt zich een kapitaal- krachtige combinatie, die, in navolging van V en D., een blok huizen zal aankoopen en het is natuurlijk, dat iets dergelijks de eenige mogelijkheid1 is om het Payglop verbreed te kunnen krijgen. Wellicht zal de Westzijde in verloop van tijd zoo antiek en bouwvallig worden, dat de gemeente het op het Scharloo gegeven voorbeeld zal kunnen volgen en de afbraak tegen een zacht prijsje in eigen handen zal kunnen krijgen. Er schuilt werkelijk wel eenige koopman- schap in de dikwijls zoo raadselachtige daden van het College. Uitvoerig is er gedebatteerd over de vraag of enkele stukken aan Den Hout grenzenden tuingrond, waarvan de gemeente eigenaresse is, opnieuw voor drie jaar verhuurd moesten worden, dan wel zooals de meerderheid van het college wilde slechts voor een jaar, met de bedoeling den grond dan als wandelplaats aan Den Hout toe te voegen Deze grond is eigenlijk al lang voor den plantsoendienst bestemd, maar de minderheid van het college en vele raadsleden wilde den huurder niet door een te korten termijn dupeeren en bovendien waren er weer heel wat voorzichtigen, die precies uitgerekend wilden zien wat het zou kosten als deze grond eindelijk eens zijn besiemming ten algemeenen nutte zou krijgen- TELEF00N 490 Omdat Nash voor een matigefl prijs een wagen maakt, die, wat kwaliteit en afwerking betreft, met veel dnurdere merken kan concnrreeren. B. en W zullen er een onderzoek naar in- stellen en we zullen maar hopen, dat de raad daarna zal besluiten om over drie jaren onzen Hout een niet onbelangrijke uitbreiding te geven. Plantsoenen worden wel eens de Ion gen van een stad genoemd en het is begrijpelijk, dat een steeds groeiende gemeente na ver loop van jaren ook behoefte aan grootere longen begint te krijgen Het destijds genomen raadsbesluit tot ver- nieuwing van de Rotorenbrug heeft tot ge volg gehad, dat de brug reeds enkele maan- den verdwenen is, zonder dat er een nieuwe voor in de plaats is gekomen, waardoor het verkeer belangrijke stagnatie heeft onder- vonden. i Volgens den heer Woldendorp, die daar over een interpellatie hield, werken aan den onderbouw al maanden lang anderhalve man en een paardenkop, terwijl er dagelijks een opzichter bij staat, die niets te doen heeft en blijkbaar zijn door de gemeente duur betaalde arbeidsuren misbruikt door naar den paarden kop te kijken. Waarom, zoo vroeg de heer Woldendorp, moet alles hier op z'n Alkmaarsch gebeuren en waar blijft de bovenbouw zonder welke de brug nooit voltooid zal kunnen worden? Wethouder Leesberg heeft omstandig uit- eengezet, dat men met den onderbouw geen haast heeft te maken als de bovenbouw nog op een constructiewerkplaats gefabriceerd wordt. Er waren slechts vier fabrieken ge weest, die tot den bouw bereid waren en de inschrijfster die het werk had gekregen. zag door drukke bezigheden geen kans, het bin nen korteren tijd gereed en ter plaatse te kunnen krijgen. Maar intusschen is de oude brug afge- broken, een hulpbrug blijkt te kostbaar en het publiek ergert zich dagelijks als het op dit drukke verkeerspunt elken dag weer ander- 'halven man, een paardenkop en een rente- nierenden opzichter bij elkaar ziet. Zou het voortaan niet verstandiger zijn eerst den bovenbouw aan te besteden en pas tegen het gereed komen daarvan de oude brug af te breken en zoo vlug mogelijk den onderbouw te vernieuwen? I De burgemeester heeft namens den Raad de familie Boendermaker in Bergen dank gezegd, voor de bereidwilligheid ons nieuwe zieken- huis met niet minder dan 225 schilderstukken tot een museum van moderne kunst te maken Wij kunnen ons voorstellen, dat kunstlief- 'hebbers thans voor hun pleizier naar het ziekenhuis gaan en het is werkelijk nog niet zoo'n slechte gedachte om gebouwen, die men thans liefst vermijdt, door mooie schil- derijen of op andere wijze een bijzondere at- tractie te geven Misschien zullen heeren tandartsen en be- lastingambtenaren hiervan eens bijzondere notitie ^vilieu nemen. Wie aan een openbaar geborw een paar honderd schilderijen in bruiklee.j geeft, heeft zeker in het algemeen belang een daad van groote beteekenis rricht en het deed ons genoegen, dat de Raad spontaan applaudi- seerde toen de burgemeester een openlijk woord van dank tct de familie Boendermaker heeft gesproken. MEVROUWI Alvorens Uw wasch uit huis te doen, overtuigt U dan eerst waar en hoe Uw wasch wordt behan- deld. Onze inrichting stellen wij steeds ter bezichtiging. Onze prijzen zijn de laagste, ter wijl het niet noodig is Uw goede- ren te merken, Alle goederen zijn tegen brand-en transportschade verzekerd. ALRMAARSC CODRANT. I

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1929 | | pagina 1