Mkmmtlit Cunnt.
n
md
m
■1 g
u
m
IBb
m s
H
H
H
B
HI
11
B
B
Hi
IK
|P|
11
m ill
81
Radio-hoekje
FEOILLETON.
i 11
.0
DE KANG-HE VAAS.
mi
j
t.pk
t I
Ho. 265 1929
HiRdtrd een en dertigste Jaargang.
Zaterdag November
Zondag 10 November.
HUversum, 1071 M. (Van 55.15 run.
298 M.) 9.— V. A. R. A. Mededeelingen in
't Esperanto en in't Hollandsch. 9.15 V. A.
R. A. Gramofoonmuziek. 9.20 V. A. R. A. Le
zing over ,,Onze ontwikkelingsarbeid na den
coring". 9.35 V. A. R. A. Orgel-recital. 9.45
V. A. R. A. Lezing over: „De Volkenbond"
II. io.— V. A. R. A. Veiligheidskwartiertje.
10.15 V. A- R- A. Orgelspel. 10.30 V. A. R.
A. Concert. Orkest en declamatie. 12.—12.40
A V R. O. Lezing door Dr. C. H. Sluiter
over „De ontwikkeling der Sterrenkunde".
12.402.A. V. R. O. Concert door het
A. V. R. O.-Octet. Boris Lensky, viool. 2.
2 30 A. V. R. O. Genestet-herdenking door
Dr. P. H. Ritter Jr. 2.30—4.30 A. V. R. O.
Concert door het Omroeporkest. Paul Loh-
man, bariton. Pierre Palla, piano. 4.30—5.—
Sportuitslagen Vaz Dias. In de rustpoozen:
gramofoonmuziek. 5.V. A. R. A. (298 M.)
Wekelijksch nieuws. 5.15 V. A. R. A. Kinder
uurtje. 6.15 V. P. R. O. Kerkuitz. vanuit het
gebouw v. d. Ned. Protestantenbond te Hil-
versum. Spreker en koor. 8.08 A. V. R. O.
Concertgebouw-orkest onder leiding van
Pierre Monteux. To v. d. Sluys, zang. Na
afloop gramofoonmuziek. 12.Sluiting.
Htdzen, 1875 M. 8.30—9.30 K. R. O. Mor
genwijding. 9.50 N. C. R. V. Kerkdienst van
uit de Geref. kerk (Bethelkerk) te Amster
dam. 12.301.30 K. R. O. Concert door 't
K. R. O.-Trio. 1.30—2.— K. R. O. Gods
dienstonderwijs. 2.2.30 K. R. O. Literair
halfuurtje. 2.304.30 Concert. Orgel en so-
Jiraan. 4.305.K. R. O. Ziekenhalfuur-
je. 5.50 N. C. R. V. Kerkdienst vanuit de
(Ned. Herv. Kerk te Alblasserdam. 7.30—8.
K. R. O. Lezing over: „De Minderbroeders
in Nederland bij een Eeuwfeest". 8.018 10
K. R. O. Praatje door den Voorzitter. 8.10
10.45 K. R. O. Concert door het K. R. O.-
orkest. 9.9.30 K. R. O. Gramofoonmuziek.
9.30—9.35 K. R. O. Nieuwsberichten. 9.35
—10.45 K R. O. Voorzetting concert. 10.45
11.K. R. O. Epiloog door Klein Koor.
Daventry, 1554.4 M. 3.203.50 Kerk-
cantate No. 140 van Bach. 4.05 Piano-recital
door Pouishnoff. 4.35 Concert. D. Labbette,
sopraan. H. Nash, tenor. Militair orkest
6 056.20 Lezing. 6.206.35 Bijbellezing.
8.15 Kerkdienst. 9.05 Liefdadigheidsoproep
9.10 Nieuwsberichten. 9.25 Concert. Koor,
orkest. K. Falkner, bariton. 10.50 Epiloog.
Parijs „Radio-Paris", 1725 M. 12.20 Re-
ligieuse causerie en gewijde muziek. 1.20
Gramofoonmuziek. 3.20 Orkestconcert. 5.20
Gramofoonmuziek. 6.50 Gramofoonmuziek.
7.35 Gramofoonmuziek. 7.50 Circus Radio-
Paris. 8.20 Concert. Orkest en soli.
Langenberg, 473 M. 6.207.20 Gramo
foonmuziek. 8.209.20 Morgenwijding.
12.201.50 Orkestconcert. 2.304.Con
cert. Vocale solisten. 3.505.20 Concert uit
Frankfurt. Orkest en sopraan. 7.20 „Ein
Walzertraum". Operette van Oscar Strauss.
Daarna tot 11.20 Dansmuziek.
Zeesen, 1635 M. 6.207.50 Lezingen.
8 20 Morgenwijding en klokkenspel. 9.20
11.20 Lezingen. 11.20 Orkestconcert. 1.20
Hoorspel: „Dr. Dolittles Abenteuer". VI.
„Die Flucht". 2.202.40 Lezingen. 3.30
Gramofoonmuziek. 3.507.20 Lezingen.
7.20 Concert door het Miinchener Viol en-
Quintet. Spreker: Alfred Braun. Daarna:
•Orkestconcert. Vervolgens tot 11.50 Dans
muziek.
Kalundborg, 1153 M. 11.20—12.20 Or
kestconcert. 1.503.50 Concert. Orkest en
pianiste. 7.208.20 Orkestconcert en
voordracht. 8.208.40 Vocale duetten. 9.10
10.20 Concert. Orkest. Cello, hobo, viool.
10.2011.50 Dansmuziek.
Brussel, 508.5 M. 2.50 Concert. Orkest en
gramofoonplaten. 5.20 Orkestconcert. 6.50
Gramofoonmuziek. 8.35 Concert. Orkest en
vocale solisten.
Maandag 11 Novemberf.
HUversum, 1071 M. (Van 12.—6.— tun.
298 M.) 10.10.15 Morgenwijding. 12.15
2.Concert door de Hong. Kapel van de
gebr. Elemer en Bela Ruha. 2.-2.45 Kook-
praatje door P. J. Kers. 2.454.30 Aansl.
van het Rembrandt-Theater te Amsterdam.
5.6.Kinderuurtje. 6.016.30 Gramo
foonmuziek. 6.30 Koersen Vaz Dias. 6.45
7.15 A. V. R. O. Boekenhalfuurtje. Herman
Robbers bespreekt Thornton Wilder's „De
brug van San Luis Rey". 7.15—7.45 En-
Uit het Engelsch door J. S. Flitscher.
Geautoriseerde vertaling door v. d. W.
7;
Wij hadden toen de hoek der rotsen bereikt,
waarop de oude galg onwrikbaar stond en
daar, in het schijnsel van de lantaarn, stond
de galg eenzaam en griezelig. Een daaraan
was een man vastgebonden, een mager, klein
mannetje. Ik zag in een oogopslag hoe hij was
vastgebonden. Een eind touw, nieuw touw.
was onmeedoogend strak rond zijn hals en de
faal gewonden. Hij was geworgd, gestikt, of
oe je het wilt noemen en een blik was vol-
doende om te zien, dat hij w rkelijk morsdood
was. Zijn hoofd hing naar beneden, zijn ar-
men en handen hingen slap langs zijn
lichaam, zij beenen bengelden tegen de glib-
berige rots. En toen Veller naar hem toeging
en zijn hoofd oplichtte, zag ik dat zijn tong
uit den mond hing en dat de oogen op een
akelige wijze uitpuilden en opengesperd wa-
ren.
Kapitein Marigold sprak het eerst. Hij
schoot vooruit naast den veldwachter en pakte
den doode bij zijn rechterhand.
„Warm!" riep hij uit. „Nog warm! De man
is pas een paar minuten dood! En jullie hebt
riemslagen gehoord?"
Hij greep Veller's lantaarn en liet die over
het water schijnen in de richting, die Keziah
gelsch voor beginners. 8.019.Vereeni-
gingsuurtje uit Zwolle. Zwolle's Mannen-
zang en het Stedelijk Orkest. 9.—9.30 Optre-
den van Frans Hulleman. 9.30—11.Con
cert door het Omroeporkest. 10.PersbeT.
Na afloop van het concert tot 12.— gramo
foonmuziek.
Huizen, 1875 M. (Uitsluitend N. C. R. V.)
8.159.30 Morgenconcert. 9.30—10.30 Har-
moniumbespeling. 10.3011.— Ziekendienst.
1111.30 Lezen van Ohristelijke Lectuur.
11.3012.30 Concert. Zang, piano, viool en
cello. 12.301.45 Orgelconcert. 2.2.35
Uitzending voor scholen. 3.153.45 Knip-
cursus. 4.5.Ziekenuurtje. 5.6.30 Gra
mofoonmuziek. 6.307.Literaire lezing
over: „Kleine Inez" van R. v. Genderen
Sort. 7.-8.Cursus zangverbetering. 8.
Orkestconcert en lezing over: „Christelijk dus
Sociaal". Lezing in het Duitsch. Na afloop:
persberichten.
Daventry, 1554.4 M. 10.50 Herdenking
van den Wapenstilstandsdag. Dienst bij de
Cenotaph. 12.20 Concert. G. Catley, so
praan. H. Howard, bariton. 12.50 Concert op
cinema-orgel. 1.20 Orkestconcert. 1.20—1.35
Piano-recital. 1.35—2.20 Orkestconcert. 2.20
Uitzending voor scholen. 2.50 Lezing. 3.25
Lezing. 3.45 Berichten. 3.50 Dansmuziek.
4.35 Orkestconcert. 5.35 Kinderuurtje. 6.20
Lezing. 6.35 Nieuwsberichten. 7.05 Zang
door Stilles-Allen. 7.20 Lezing. 7.45 Lezing.
8.05 Concert. O. Kavann, alt. Orkest. 9.05
Nieuwsberichten. 9.25—11.10 .Journey's
End". Tooneelstuk van R. S. Sherriff.
Parijs ,R,adio-Paris, 1725 M. 12.50 Gra
mofoonmuziek. 4.05 Gramofoonmuziek. 6.55
Gramofoonmuziek. 7.25 Gramofoonmuziek.
8.20 Concert. Orkest en solisten.
Langenberg, 473 M. 6.20—7.20 Gramo
foonmuziek. 9.3540.30 Gramofoonmuziek.
11.30 Gramofoonmuziek. 12.251.50 Con
cert. Orkest en sopraan. 4.50—5.50 Concert.
Orkest en piano. 7.20 Collegium Musicum
Orkest, cembalo en fluit. Daarna tot 11 20
Dansmuziek.
Zeesen, 1635 M. 6.1511.45 Lezingen
11.5012.15 Gramofoonmuziek. 12.15
3.50 Lezingen. 3.504.50 Concert uit Ber-
lijn. 4.507.20 Lezingen. 7.20 ,„Hans Hei-
ling". Romantische Opera van Eduard De-
vrient. Muziek van Heinrich Marschner. 9.50
Dansles. Daarna: Dansmuziek.
Kclundbcig, 1153 M. 2.55—4.55 Orkest-
ccnccri. 5.596.50 Orkestconcert. 8.50
9.20 ..per Ventes en Gaest". Blijspel in 1
bee'rijf \e Max Maurey. 9.35—10.20 Or-
kestconceri.
Brussel, 508.5 M. 5.20 Dansmuziek. 6.50
Gramofoonmuziek. 8.35 Orkestconcert. 9.35
Carillon bespeling. 9.50 Voortzetting orkest
concert.
Werktijdenbesluit
voor winkels 1929.
PUZZLE II.
Onze Eerste November-Opgave.
De Kruiswoord-puzzle, die onze No-
vember-serie opende, was niet gemak-
kelijk. Vele woorden hebben aan de
oplossers heel wat moeite bezorgd. Voor-
al dat wankele tafeltje, deed vreemd,
„tatelen" is het werkwoord, dat de woor-
denboeken er voor geven. In sommige
streken wordt dit ook tutelen cf tuite-
len. Wij hebben dan ook tatelt, tutelt en
tuitelt alle drie goed gerekend. Dit laat-
ste slechts bij uitzondering omdat de
„ui" cigenlijk twee letters bevat.
„rel" en relletje (meer bekend) was
ook lastig evenals het woord portaal,
waarvan de p ontbrak.
Vtrder leverden ook nog juf, pol cn
feit moeilijkheden op.
De toekomstige koningin Prinses
„Astrid" van Belgie was gauw gevon-
den. Bij 4G verticaal „rponsters" hebben
velen eerst aan „leelijke menschen" ge-
dacht. 20 verticaal „Lapd" was ook niet
gemakkelijk. Maar onze oplossers laten
zich niet gauw afschrikken en zoo heb
ben velen dan ook een goede oplossing
van dit lcruiswoord ingtzonden.
Sommige inzenders moeten wij een
bijzonder compliment maken voor hun
kourig werk.
Wij laten hieronder het geheele dia
gram ingevuld volgen als de juiste op
lossing.
k
i e
1
1 d
e
r
a
i a
1
j 1
t
a
1 v
c
c
1
u
a
n
a
d
e
e
1
iH
h
u
11
P
k
i
i s
t
a
r
e
1
m
e
e
1
e
a
i d
1
k
a
f
r
t
a
a
1
1
s
p
1
k
t
e
e
f
b
k
b
8
1
p
P e
n
h
a
1
k
u
s
d
a
1
k
s
s
s
a
s
Wm.
a
c
u
k
e
u
r
u
8
s
s
t
u
t
e
e
d
e
i
t
t
6
s
i
m
e
1
k
r
a
r
a
n i
n
k
f
a i
a
a
1
i
a 1
P
i
s
s
p i
a 1
e
d
a
c 1
a
p
0 j
k
WW-
ill s
t
d i
e
n
Onze Nieuwe Opgave.
No. 2 der November-serie).
Om eenige afwisseling te geven is de
nieuwe puzzle niet op taalkundig ter-
rein. Maar zij is wel iets geheel nieuws.
Een Amerikaansche puzzelaar heeft
haar uitgevonden en via Engeland heb
ben wij in Holland er kennis van kun-
nen nemen.
Weet gij wat er bij te pas komt? Het
aloude domino-spel, bestaande uit 28
steenen met dubbel zes als de hoogste
steen.
Deze 28 steenen zijn te verdeelen in
zeven groepen van vier steenen en van
elke vier steenen is op zeer origineele
wijze een vermenigvuldiging samen te
stellen. Daarom noemen wij deze puzzle:
De Zeven Vermenigvuldigingen.
Men leze nu aandachtig de volgende
toelichting, waarbij wij als voorbeeld
nemen de vermenigvuldiging:
6 33 Hoe is deze ontstaan? Wel wij
X4 hebben eerst neergelegd 63 van
het dominospel. Daar tegenaan 34,
2 5 3 2 doch met de vier onder de drie. Nu
en ik aangaven. Maar men had even goed
kunnen probeeren om de nacht met een lucifer
te verlichten de lantaarn wierp slechts een
klein vlekje licht op de roomkleurige bran
ding voor onze voeten. Wij wendden ons weer
tot de galg en haar afschuwelijke last. De
twee mannen haalden messen te voorschijn en
begonnen het touw door te snijden, waarmede
de doode was gebonden aan den paal.
„Neem alles goed op, voor wij hem afne-
men, juffrouw Heckitt!" zeide kapitein Mari
gold. „En jij ook jongen! Jullie getuigenis,
over hetgeen jullie gezien hebt, zal noodig
zijn. Neem het goed in je op!"
„Daarvoor behoef je je niet bijzonder in te
spannen", antwoordde Keziah zeer kalm
„Wij hebben beiden oogen in ons hoofd en
hebben al genoeg gezien. Maar wie is
dat?"
Noch Veller, noch kapitein Marigold had
den den man ooit gezien. Hij was, zooals ik
reeds opmerkte, een mager, klein mannetje en
hoewel hij dood was en op een vreeselijke wij
ze om het leven gebracht, kwam de gedacht?
toch bij mij op, dat hij al de kenmerken had
van een door en door gemeen sujet. Een ge-
meen, sluw frettengezicht, een roode pruik.
haaiachtige tanden tusschen leelijke lippen.
Dat alles zag ik in een oogopslag en ik zag
ook, dat over zijn linkerwang, van het oo£
tot bij de lippen, een lang, loodkleurig lid
teeken liep, alsof hij eens een houw met een
sabel over zijn gezicht had gekregen.
„Is u er zeker van, Juffrouw Heckitt, dat u het
gfluid van riemslagen heeft gehoord?," vroeg
gaan we de drie cijfers naast el'kaar,
633, vermenigvuldigen met de 4
eronder, en krijgen dan een uit-
komst van vier cijfers, waarvoor wij
gebruiken de twee dominostukken
32 en 2—5.
Van de overige 24 stukken kunnen nu nog
6 van dergelijke vermenigvuldigingen worden
samengesteld. Het cijfer vooraan van boven-
ste getal of uitkomst mag geen 0 (blank)
zijn.
De opgave is nu:
Verdeel de 28 steenen in 7 groepen van 4
en wel zoo, dat van elke 4 een vermenigvuldi
ging is samen te stellen1 op de manier als
hierboven omschreven Het voorbeeld mag
niet in de wedstrijd-oplossmg voorkomen.
(Wel kan men, als deze puzzle in den smaak
valf, ook zoeken naar een tweede oplossing,
waar het voorbeeld in voorkomt. Doch alleen
de eerste telt mee voor den wedstrijd).
Inzendingen liefst zoo vroegtijdig mogelijk,
doch uiterlijk voor Vrijdag 12 uur aan den
Puzzle-Redacteur der Alkmaarsche Courant.
Veller plotseling. „U twijfelt daaraan niet?
Dan moet die arme stakker hier gebracht zijn
over zee, door diegenen die hem dit gelapt
hebben. Hij hoort hier niet thuis en hij is
nooit in ons dorp geweest, m'n eerd daarop.
Ik zou wel eens van 'em gehoord hebben als
ie hier was geweest het lijkt mij een vreem-
de kerel, dat is mijn idee. Kijk eens naar z'n
oorringen!"
De doode had gouden ringen in zijn ooren,
een gouden ketting waaraan een goed zilve-
ren horloge; hij' droeg een behoorlijk blauw
serge pak en alles zag er naar uit, alsof hij
in vrij goeden doen was geweest. Veller on-
derzocht zijn zakken en trok zijn hand terUg
met een geheimzinnige blik.
,Er zit geld in!" riep hij uit. „En vrij veel
ook. Dat snap ik niet, kapitein. Hij is niet be-
stolen!"
„Bah! Denk je dat berooving het eenige
motief is voor een moord? Er zit veel meer
achter dan dit! Zou het niet beter zijn om het
lijk naar het dorp te brengen, om het nauw-
keurig te onderzoeken?'
„Daar komen menschen aan", antwoordde
Veller. „Zie je die lichtjes", antwoordde Vel
ler. „Zie je die lichtjes? Ik denk zoo, dat an-
deren die gillen ook gehoord hebben. We zul-
len hem naar „De Vroolijke Zeeman" brengen
dat zegt de wet, denk ik. Het onderzoek
zal daar moeten gebeuren. Maar wie kan wat
getuigen, dat zou ik wel eens willen weten
„Dat moet blijken", merkte kapitein Mari-
goid droogjes op. „Laat zijn kleeren nu zitten,
Veller. Breng hem naar de herberg en stuur
Inwerkingtreding 1 Januari 1930.
(Van onzen bijzonderen medewerker).
Onder den titel werktijdenbesluit voor win-
keis 1929, wordt aangehaald het Koninklijk
besluit van 13 Juni 1929, S. 313, tot vaststel-
ling van een algemeenen maatregel van be-
stuur, als bedoeld bij de artikelen 44, 47, 68,
elfde lid, en 91 der Arbeidswet 1919. Zooals
bekend is, regelt deze wet de beperking van
den arbeidsduur in het algemeen.
Onder arbeid verstaat deze wet alle werk-
zaamheden in een onderneming, waarmede
een winkel wordt gelijk gesteld. Een winkel
is elke open of gesloten ruimte, waar voor-
werpen of stoffen aan het publiek in't klein
verkocht plegen te worden met uitzondering
van apotheken, koffiehuizen en hotels. Ook
barbiers of kapperszaken vallen onder het
begrip „winkel". Eveneens worden als win
kel aangemerkt de zich in hetzelfde gebouw
of op het bijbehoorende terrein bevindende
ruicnten, waar voorwerpen of stoffen wor
den bewaard voor verkoop in den winkel.
Onder de bepaling „winkel" vallen tevens
uitstallingen voor winkels en kramen op
dag- en weekmarkten.
Hetgeen in de arbeidswet en den algemee
nen maatregel van bestuur is bepaald, geldt
niet ten aanzien van arbeid, verricht in een
winkel in de eigen woning van het hoofd
cf den bestuurder daarvan, die zijn bedrijf
uitoefent zonder hulp van anderen dan zijn
echtgenoote en bloed- of aanverwanten, tot
den derden graad ingesloten, die bij hem
inwonen.
De Arbeidswet bepaalt, dat jeugdige per-
sonen, waaronder worden verstaan arbei-
ders beneden 18 jaar, in winkels geen arbeid
mogen verrichten op Zondag en niet voor 8
uur's morgens en na 8 uur's avonds.
Verder bepaalt deze wet, dat bij algemee
nen maatregel van bestuur bepalingen wor
den vastgesteld ten aanzien van de arbeids-
en rusttijden van arbeiders in winkels, waar
bij zekere bepalingen zijn gesteld, die bij
den algemeenen maatregel van bestuur in
acht mceten worden genomen en in vermeld
Koninklijk besluit dan ook zijn verwerkt.
Tot dusver bleven de artikelen in de Ar
beidswet betreffende de winkels en de in
die artikelen bedoeide algemeene maatregel
van bestuur achterwege; thans is deze bij
gemeld K. B vastgesteld, bekend als werk
tijdenbesluit voor winkels en treden deze
artikelen en dit werktijdenbesluit voor win
kels 1 Januari 1930 in werking.
Dat dit werktijdenbesluit groote verande-
ringen brengt en, wat ook het doel is, groote
verbetering in de werktijden voor het win-
kelpersoneel, is duidelijk, wanneer men be-
denkt, dat tot dusver het winkelpersoneel
ongeveer 10 uur per dag en ongeveer 63 uur
per week werkt, hetgeen volgens het gemel-
de werktijdenbesluit niet meer mag zijn dan
91/2 uur per dag en totaal 53 uur per week.
Bovendien mag een arbeider, die in een win
kel arbeid verricht, op een dag in de week
geen arbeid verrichten voor of na 1 uur des
namiddags.
Ontegenzeggelijk zal de winkelbediende door
deze regeling van den arbeidsduur meer
dan tot dusver zich ontspanning kunnen ver-
schaffen en zich aan studie en ontwikkeling
kunnen wijden, hetgeen ook weer aan den
patroon ten goede zal komen; doch daarte-
genover staat, dat deze regeling ook bezwa-
ren voor den werkgever zal medebrengen.
Welke oplossingen mogelijk zijn in tegemoet-
koming aan deze bezwaren en welke maatre-
gelen kunnen worden getroffen, opdat ook
de patroons van de wettelijke regeling kun
nen genieten, hopen wij aan het slot van dit
artikel uit een te zetten.
Zooals gezegd, mag niet langer gewerkt
worden dan 9% uur per dag en 53 uur per
week.
Elf uur per dag mag gewerkt worden:
a. op Zaterdag;
b. op den dag voorafgaande aan Hemei-
vaartsdag, onder voorwaarde, dat in den
winkel onderscheidenlijk op Hemelvaartsdag,
15 Augustus en 1 November niet gewerkt
wordt;
c. in winkels, waar uitsluitend of in
lioofdzaak brood, banket, suikerwerk en cho-
colade wordt verkocht, op 25 en 31 Decem
ber;
d. met een maximum van 62 uur per week
op alle werkdagen in het tiidvak van 25 No
vember tot en met 5 December en in het tijd-
vak van 18 tot en met 24 December;
e. in winkels van Israelieten:
1. op de twee dagen, onmiddellijk vooraf
gaande aan den dag, waarop het Israelie-
tisch Paaschfeest aanvangt;
2. op den Woensdag en Donderdag voor-
om een dokter en laat je inspecteur of de ser
geant roepen en dan
Keziah en ik gingen terug naar het huis
toen het volk uit het dorp naar Gallowstree
Point kwam. Een akelige gedachte hield ons
steeds bezig. Had deze verschrikkelijke en
akelige moord iets te maken met de aanwe-
zigheid in Middlebourne van ons familielid,
00m Joseph Krevin? En zoo javerder
was alles duister.
„Als hij slaapt en ik denk dat hij
slaapt ga ik hem wakker maken en ver-
tellen wat er gebeurd is, Ben!" riep Keziah
plotseling uit, toen wij op den terugweg wa-
ren. „Dat moet hij weten."
„Keziah, denk je, dat hij er iets mede te
maken heeft?"
„Ik weet het niet, Ben. Ik weet het niet.
Ik wilde voor God, dat ik het wist. Maar
hij is hier! Hij is vanmiddag uit geweest en
ook gisteravond was hij uit, toen het donker
was. Waarheen? Waarom? Wien ontmoette
hij? En wie is die vreemde, vermoord door
menschen, die weggeroeid zijn, even vlug als
zij kwamen? We hebben hier te doen met een
moord, duister, gemeen, vreeselijk, vlak bij
ons, Ben en hij slaapt daar in ons huis!"
Wij gingen naar binnen en Keziah ging
meteen de trap op. Het licht in de gang
brandde nog en bescheen de deur van 00m
Joseph's kamer. In de stilte van den nacht
hoorden wij hem snorken een lang, hard,
diep gesnork.
Keziah klopte eenmaal, tweemaal, drie-
maal. Het snorken hield eindeliik od en zii
afgaande aan het Israelitisch Paaschfeest,
zoo dit feest op Zaterdag aanvangt;
4. op den dag, onmiddellijk voorafgaan
de aan den dag, waarop onderscheidenlijk
het Israelietisch Wekenfeest, het Israelietiscb
Nieuwjaarsfeest, het Loofhuttenfeest en het
Slotfeest aanvangt;
3. op den dag, onmiddellijk voorafgaande
aan dien, waarop de zevende dag van het Is
raelietisch Paaschfeest aanvangt;
5. op den Donderdag, voorafgaande aan
het Israelietisch wekenfeest, zoo dit feest op
Zaterdag aanvangt;
Een en ander onder voorvyaarde, dat in
de winkels tijdens den duur van genoemda
feesten geen arbeid wordt verricht
Het werktijdenbesluit geeft, buiten hetgeen,
reeds aangehaald werd, de volgende bepa
lingen omtrent den arbeidsduur.
Eindigt iemands werktijd bijvoorbeeld
des Zaterdags om 11 uur des avonds,
dan mag hij niet eerder weer beginnen dan
Maandagmorgen 7 uur. Wordt wel op Zon
dag gewerkt, dan moet minstens een maal in
3 achtereenvolgende weken deze rusttijd op
een Zondag vallen. Voor hen die den rustdag
op den Sabbath of den Zevenden dag vieren,
mag de rusttijd teruggebracht worden tot
26 uur. De halve vrije dag, die gegeven moet
worden, mag niet samen vallen met voor-
melden rusttijd van 32 uur. Is dit toch het
geval, dan wordt de rusttijd uitgebreid tot
41 uur Zou dus de vrije halve dag beginnen
op Zaterdagmiddag 1 uur en dan tevens de
rusttijd aanbreken, dan mag de arbeider niet
eerder weer beginnen dan's Maandags 0016
uur vcormiddags.
Voor 6 uur des morgens en na 1034 uur;
des namiddags mag niet gewerkt worden.
Is er een gemeentelijke sluitingsverordening
dan niet later dan een half uur na sluiting,
doch in geen geval na 11 uur. Ook mag tot
elf uur gewerkt worden voor het reinigen
van werklokalen en aanhoorigheden, doch'
uitsluitend door diegenen, die in de onder
neming geen ander werk verrichten. Wan
neer er bij het sluiten van den winkel nog
publiek aanwezig is, dan mag dit met over-
schrijding van den werktijd geholpen wor
den, doch deze overschrijding mag niet meer
zijn dan een half uur en niet na 11 uur
Tusschen den arbeid op de eenen en den
volgenden dag moet een rusttijd van min
stens elf uur zijn. Eindigt de arbeid dus des
avonds op 8 uur, dan mag niet eerder weer
begonnen worden dan den volgenden mor-
gen 7 uur, eindigt de arbeid om 11 uur, dan
niet eerder dan 10 uur des anderen daags.
Na elken onafgebroken arbeidsduur van
5y2 uur moet een half uur rust gegeven wor
den. Wordt na 6 uur des avonds gewerkt,
dan moej; een rusttijd van IY2 uur gegeven
worden tusschen 1134 en 3y2 uur, behalve
op marktdagen en indien de arbeid eerst om
12 uur des middags aanvangt. Rusttijden
van minder dan een kwartier worden niet ais
rusttijd gerekend
Men heeft klaarblijkelijk willen voorko
men, dat door het geven van langere, veel-
vuldige rusttijden, dan die, welke het be
sluit noemt, het aantal werkuren over een te
groot deel van den dag verdeeld zou wor
den. Wil men een langeren rusttijd geven,
die echter niet meer dan 2 uur mag zijn, of
wil men een of meer rusttijden geven boven
de vereischte, dan moet men nakomen de
eischen, welke door het districtshoofd der
arbeidsinspectie daaromtrent zijn gesteld.
Ook moet men zoodanige eischen nakomen,
omtrent de tijdstippen, waarop zoowel de
vereischte als de meerdere rusttijden worden
gesteld. Tegen een eisch van het districts
hoofd kan hooger beroep ingesteld worden
bij den Minister.
Gedurende de rusttijden mag de arbeider
niet verblijven op een besloten plaats, waar
arbeid wordt verricht, tenzij met toestem-
ming van het districtshoofd op grond van
omstandigheden.
In dit verband zij er de aandacht op ge-
vestigd, dat, nu de arbeidswet ook op win
kels toepasselijk is, ook de betrekkelijke be
palingen omtrent arbeidskaarten, arbeids-
lijsten, enz. van toepassing zijn. Een enkel
woord daarover hieronder.
Het hoofd en de bestuurder van den winkel
moet in het bezit zijn van een arbeidskaart
voor een jeugdig persoon of een gehuwde
vrouw. Deze arbeidskaarten worden afge-
geven door den burgemeester van de woon-
plaats van den arbeider. Verder moet in den
winkel op een voor alle arbeiders toeganke-
lijke plaats worden opgehangen een arbeids-
lijst. Op deze lijsten, waarvoor formulieren te
verkrijgen zijn, staat vermeld, wat ingevuld
moet worden.
Verder moet in de zaak een arbeidsregister
aanwezig zijn, waarvoor eveneens formu
lieren verkrijgbaar zijn. Ook de invulling
daarvan wijst zich van zelf.
Tenslotte nog een en ander over de over-
werkvergunning. Deze kan verleend worden,
klopte nog eens, nog harder. Toen hoorden
wij bewegingen en gekraak van het bed en de
stem van 00m Joseph, die slaperig vroeg wie
daar was.
„Ik ben het", antwoordde Keziah kortaf.
„Maak eens open! Luister eens!"
Wij hoorden nog meer rumoer en gestom-
mel; toen ging de deur open en 00m Joseph
kwam te voorschijn, met een verwonderd ge
zicht rondkijkend. Hij droeg een rijk ge-
kleurde pyjama en hij zag er in dat costuum
nog eens zoo dik uit.
„Is er iets?" vroeg hij. „Toch geen brand
hoop ik, mijn kind?"
„Geen brand!" zeide Keziah scherp.
„Neen! Moord! Er is een man vermoord
daar buiten een oogenblik geleden, Een
vreemde uitdrukking kwam in zijn oogen. Hij
het iemand is, die u kent iemand, die u
hier ontmoet heeft? Dat wilde ik weten!"
Ik nam 00m Joseph oplettend op, ik zag
zijn dik, slap gezicht bleek worden en een
vreemde uitdrukkin kwam in zijn oogen. Hij
keek van Keziah naar mij, terwijl hij zijn lip
pen met zijn tong natmaakte. Maar voor hij
spreken kon, sprak ik:
„Een kleine, donker uitziende man, met
gouden ringen in de ooren en een jaap over
zijn linkerwang", begon ik. „Hij
Voor ik een woord verder kon uitbrengen.
kwam er een gorgelend geluid uit zijn keel
en daarna zakte hij ineen op de vloermat.
(Wordt vervolgd
i
a
0
a
1
0
0
0
0
8
0
V
0
0
0
1
i
0
I