DAOBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
De nieuwe Poolsche regeering,
He werkzaamhedenderFianscheKamer
JH. DE LEEUW,
wsnscht ieder een gelukkig Nieuwjaar,
DE UITVOERING VAN DE
AMERIKAANSGHE DRANKWET.
Oe ovsiwinnlng der Wafd-Pailij
in de Egyplische verkiezlngen.
Anti-ltaliaansche betoopg.
Het einde van de Spaansche
Dictatuur.
Oudejaarsavond.
Dageli|ksch overzichi
Mo. 30?
OR nnmmer bestaat nit zas bladen.
Honderd een en dertigste Jaargang
1929
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon- en Feestdagen, nitgegeven.
Abonnementsprijs bij vooruitbetaling per 3 maanden voor Alkmaar 2.—, franco door
bet geheele Rfjk 2.50.
Afzonderlijke en bewfjsnninmers 5 cents.
PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN:
Per regel 0.25, bij groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsrnlmte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrakkerij v/h. EERMs, COSTER
ZOON, Voordam C 9.
Directeur: C. ERAE.
DIAiDAG
Telef.nr. Administrate 3.
Telefconnr. Redacfie 33.
Postgiro 37060.
Hoofdredactear: Tj. N. ADEMA.
31 UECUMBEK
De aarde draait, de zon komt op en gaat
ender, dagen, jaren volgen elkander op,
eeuwen verstrijken, de aarde blijft draaien,
de zon komt op en gaat onder, er is geen
einde.
Geslachten komen en gaan in eindelooze
opeenvolging. De mensch wordt geboren en
ontwikkelt zich, dan grijpt de Dood het
lichaam, dat vergaat.
Een enkel woord, een enkele daad, een
boek, dat ook latere geslachten boeit, een
bouwwerk, dat' de eeuwen trotseert, kunnen
een naam, een lang vervlogen leven, in her-
innering brengen, ook dat verliest in verloop
van jaren zijn beteekenis. De woorden van
den grootsten wijsgeer worden op den duur
vergeten, het geweldigste bouwwerk wordt
in den loop der eeuwen tot een ru'ine.
De mensch is over het algemeen egoist.
Waarom zal hij zich druk maken over an-
derer belangen, als zijn eigen leven zooveel
interessanter is.
Is hij niet het middelpunt van deze wereld,
is eigenlijk alles wat geschapen is niet om
hem gegroepeerd, opdat hij het zien en bele-
ven kan, opdat het hem in zijn daden en ge-
dachten bei'nvloeden zal, waardoor hij ten
slotte Gods uitverkoren kind zal kunnen
worden?
De dooden zijn vergeten; nog honderd jaar
en zij hebben nooit bestaan, hun kindskinde-
ren hebben hen niet gekend, hun graven zijn
onvindbaar geworden.
Over duizend of tweeduizend jaar zal men
over ons spreken zooals wij zelf over Grie-
ken, Romeinen en Egyptenaren spreken.
Alles wat leeft en alles wat wij om ons
heen zien zal verdwijnen, zal scheikundig
worden omgezet of tot stof vergaan en door
den wind verblazen worden.
Is alles wat nu bestaat dan doelloos? Le
ven en werken wij dan alleen om nieuw leven
voort te brengen, om ten slotte een volmaakt
geslacht te vormen, dat op het toppunt van
geestelijk leven zal staan?
Moeten wij vreugde en verdriet, voldoening
of berouw kennen, opdat de uiteindelijke be-
looning alleen het laatste geslacht ten goede
zal komen?
Of is ons leven van even groote beteekenis
Als dat van alien, die na ons komen, ligt de
waarde van ons bestaan niet in den tijd
waarin wij leven, maar uitsluitend in onze
eigen persoonlijkheid, ons eigen zieleleven,
onze gedachten, ons geloof en onze liefde?
Wij kunnen slechts vragen, want te bewij-
zen valt hier niets.
Wij hebben intui'tie, maar dat is slechts
de som der ondervindingen van een onover-
zienbare reeks voorouders in hun strijd om
het bestaan, voorouders, die hun ervaringen
overdroegen op hun kinderen, tienduizenden
jaren lang, totdat die grondregels der weer-
baarheid een deel van het individu zelf wer-
den en de mensch geboren werd met een on-
derbewustzijn vol intui'tie, dat in den strijd
des levens zijn wapenrusting zou moeten
vormen.
Wij weten niet of de mensch kant en klaar
op de wereld geplaatst werd, dan wel of hij
groeide, of hij in millioenen jaren vanuit een
een-cellig wezen tot steeds grooter ontwikke-
ling is gekomen, of hij alle ontwikkelings-
phasen van dierlijk leven heeft doorloopen,
voor hij het fijnst bewerktuigde wezen werd,
zooals hij voor zijn geboorte nu nog in ver-
sneld tempo al die vormen moet doorloopen.
Maar hoe wij ook gegroeid zijn, wij weten,
dat wij thans op aarde een zeer bijzondere
plaats innetnen, dat wij ver boven het fijnst
bewerktuigde dier staan.
Dat doet ons rondzien en vragen: wie zijn
wij en wat doen wij hier, welke beteekenis
heeft dit leven en wat is onze bestemming?
Zou het niet doelloos zijn ons te scheppen
alleen om ons te laten sterven en vergeten?
Ons gevoel geeft ons het antwoord: wat de
beteekenis van ons leven ook zijn moge, het
moet een doel hebben. Het doet er daarom
niet toe wanneer wij leven en in welke uiter-
lijke omstandigheden, het doet er niet toe of
anderen ons later vergeten zullen zijn, of wij
nu rijk of arm, knap of dom, machtig of hul-
peloos zijn, want alleen ons zieleleven heeft
beteekenis, alleen de strijd tusschen goed en
kwaad, die ons allep zonder onderscheid be-
roert.
Ons hart en geweten is ons een compas
waarmee wij zoekend voorwaarts gaan in de
hoop, dat wij het rechte pad zullen vinden.
Alles in het leven wijst op evolutie, zou
dan het diepere zieleleven, dat bij den
mensch begint, veroordeeld zijn om met hem
te sterven?
Dat brengt ons de gedachte, dat de dood
van geen beteekenis is, dat ons zieleleven zal
overgaan in een anderen vorm, dat wij elders
zullen voortzetten wat wij hier slechts begon-
nen zijn.
Er zijn nog zoo velen, die hun leven tot
een automatisch handelen maken, die op-
staan en slapen gaan en die daartusschen
jagen naar eigen roem, naar geld, naar
macht, qaar alles wat hun aardsche leven in
materieel opzicht gemakkelijker kan maken.
Hoe verspillen zij hun kostbaren tijd. Zien
zij niet, dat de jaren komen en gaan, dat het
getal dat hun leeftijd aanwijst telkens een
cijfertje gaat verspringen.
Zij eten en drinken, zij vermaken zich, zij
verrijken zich dikwijls ten koste van anderen,
zij blijvep doof voor de roepstem van hart en
geweten.
Zij zouden op hun levensweg nooit achter
zich kijken als er niet een Oudejaarsavond
was, als heel de wereld zich niet bewust
werd van het plechtige oogenblik, dat de
eindelooze keten van het wereldgebeuren op
het rad van den Tijd weer een schakel is ver-
sprongen.
De klokslagen in het midd°rnachtelijk uur
hebben ditmaal hun gewonop teekenis ver-
loren, zij zijn tot een waarsoAiwing, tot een
memento mori geworden.
Menschen, gij alien die leeft, die werkt en
strijdt, gij alien, die dagelijks Uw weg tus
schen goed en kwaad moet zoekten, gij zijt
gewaarschuwd. Deze klokslagen beteekenen,
dat Uw leven met een jaar verkort is, dat een
deeltje van dat leven wordt afgesloten en dat
gij aan alles wat daarin gebeurd is, niets
meer zult kunnen veranderen.
Zeggen Uw hart en geweten U, dat het
niet zoo is als het wel zijn kon, welnu, nog
kunt gij de liefde tot Uwen naaste toonen,
nog kunt gij den arme geven, den zieke
troosten, den gevallene opheffen, nog kunt
gij leven in Christus' geest.
„Praetereunt et imputantur", zij gaan
voorbij en worden toegerekend, staat op de
zonnewijzers.
Zoo is het; gijzelf bepaalt de waarde van
Uw leven.
En telken jare komt tot U de waarschu-
wing, dat opnieuw een deeltje van dat leven
is afgesloten en gij weet niet of het jaar dat
komen gaat niet Uw laatste zal zijn.
Mogen de klokslagen ons ook hedennacht
weer een waarschuwing zijn, mogen zij ons
doordringen van het besef, dat de tijd om in
dit leven het goede te doen maar heel kort is.
Dan zal het kloksein ditmaal niet tever-
geefs hebben geklonken.
HET VRAAGSTUK DER
EXTERRITORIALITEIT.
De houding der Chineesche regeering.
Met 1 Januari de opheffing der rechten?
Toen we begin Januari 1929 schreven
moesten we in ons overzicht de aandacht
schenken aan China, waar eenige generaals
het land onveilig maakten.
Vandaag hebben wij den laatsten dag van
1929. En ook vandaag moeten we over Chi
na schrijven, datzelfde China, waarover al
zooveel geschreven is, waarover we nog vele
malen zullen moeten schrijven.
Dikwijls hebben we het in onze overzich-
ten over gevechten gehad, waarbij zooveel
en zooveel dooden en gewonden geteld wer-
den.
Of we hadden het over plannen, die tegen
de bestaande regeering gemaakt werden en
die ook bloed zouden doen vloeien.
Thans kunnen we ons gelukkig achten, niet
over onlusten behoeven te schrijven, al heb
ben de gebeurtenissen van het laatste jaar
ook wel eenigszins invloed gehad op wat
thans gebeurd is.
De raad van de Koeomintang dan heelt
het besluit genomen, cm op den eersten Jan.
een bepaling te publiceeren, waarbij eenvou-
dig de nog bestaande exterritorialiteit der
buitenlanden in China zal worden opgehe-
ven en de in China wonende vreemdelingen
onder de jurisdictie der Chineesche recht-
banken zullen worden geplaatst.
Een officieel besluit van de Nationale re
geering te Nanking is te dezer zake nog niet
verschenen. Echter, de Chineesche gezant te
Parijs heeft alreeds de Fransche regeering
gepolst over de houding, welke zij zou aan-
nemen als de regeering van Nanking aan de
beslissing van den bestuursraad der Koeo
mintang zou voldoen en over zou gaan tot
maatregelen ter beeindiging van de bevoor-
rechte positie der buitenlanders in China.
Men mag dus blijkbaar ook een stap van
de Chineesche regeering zelf verwachten.
Dat kan trouwens niet verrassen, want
reeds weken geleden heeft de Nankingsche
minister van buitenlandsche zaken aange-
kondigd, dat zijn regeering tot een eenzijdige
opheffing der bestaande verdragen zou over
gaan op den eersten Januari 1930 indien te
voren in onderhandelingen met de mogend-
heden niet tot een bevredigende oplossing
zou zijn gekomen.
Van dergelijke onderhandelingen echter is
niet veel gekomen, omdat blijkbaar de bij
dit vraagstuk der exterritorialiteit betrok-
ken mogendheden van meening waren, dat
het dreigement van Nanking van geen be-
lang was en de nationalistische regeering in
den neteligen toestand, waarin ze door
nieuw verzet tegen hun gezag was komen te
verkeeren, zulk een maatregel niet zou dur-
ven wagen.
Men zou dan ook moeten meenen, dat de
Chineesche regeering, in haar zoo bedreigde
positie en bij de weer toenemende rechtson-
zekerheid in China, wel geen ongunstiger
tijdstip kon kiezen voor een eigenmachtige
handeling, die haar met het buitenland in
botsing moet brengen.
De zaak zal echter wel deze zijn, dat de
nationalistisch regeering juist om redenen
van binnenlandsche politiek zich genoopt
ziet, een krachtiger houding jegens de bui
tenlanders aan te nemen. Zij wil vermoede-
lijk trachten door de prikkeling van het na
tionalistisch sentiment haar aanhang te ver-
sterken, en den radicalen vleugel van de
Koeomintang te bevredigen.
In den strijd tegen de buitenlandsche voor-
rechten heeft eenige jaren geleden de natio
nalistische beweging een zoo geweldige
kracht gekregen, dat zij naar het scheen heel
China in haar macht zou krijgen, nu de bin
nenlandsche spanning echter weer grooter
is geworden, hoopt men blijkbaar door een
nieuwe anti-buitenlandsche actie een uitweg
hiervoor te vinden.
De buitenlandsche mogendheden, voor
zoover ze nog van de voorrechten der oude
verdragen genieten die zooals men weet
voor de centrale mogendheden tijdens den
wereldoorlog zijn opgeheven en waarvan
Sovjet-Rusland vrijwillig afstand deed
stellen zich op het standpunt, dat de tijd
voor een volledige opheffing der buitenland
sche privilegies nog niet is gekomen, dat
eerst de noodige waarborgen van rechtsze-
kerheid moeten worden verkregen en dat er
dus in elk geval slechts van een zeer gelei-
delijke verandering in de positie der vreem
delingen sprake kan zijn. Daar de meeste
buitenlanders gevestigd zijn in de vreemde
concessies van de groote Chineesche steden
zou een eventueel besluit der Chineesche re
geering rootendeels slechts van demonstra-
tieve beteekenis zijn, al zullen ook hier tnoei-
lijkheden en ernstige wrijvingen niet verme-
den kunnen worden als de Chineesche re
geering ook waarlijk haar besluit zou gaan
uitvoeren. Daaromtrent zullen de komende
dagen ons wel spoedig meer mededeeling
omtrent het voornemen der regeering om ook
de buitenlandsche concessies op te heffen
binnen korten termijn.
Zulk een besluit zou de situatie ongetwij-
feld verscherpen.
Buitenland
Enkele bijzonderheden.
De correspondent te Warschau van de
„Frankf. Z." deelt enkele bijzonderheden me-
de in verband met de samenstelling van het
kabinet.
De aftredende premier majoor Switalski
stond geheel aan de zijde van de militaire
partij; hij was de man, die steeds aanzette
tot scherpe bestrijding van den Landdag.
De minister van binnenlandsche zaken, ge-
neraal Skladkowski, is verantwoordelijk
voor de wilde inbeslagnemingen van bla
den en het uiteenjagen van ongewenschte
openbare vergaderingen.
De minister van justitie Car heeft de ha-
telijke perswet ingevoerd benevens een wet,
welke de onafzetbaarheid der rechters be-
dreigt. Ten slotte treedt nog af minister Mo-
raczewski, die indertijd door de socialisten
uit de partij is gezet, omdat hij in de regee-
ring-Pilsoedski was getreden. Kolonel Pry-
stor, een oud kameraad van Pilsoedski, is
echter gehandhaafd, niettegenstaande de
socialisten hem haten, omdat hij als minister
van arbeid de soc. bestuursleden van de zie-
kenkassen afzette en de besturen uitsluitend
uit officieren samenstelde.
De nieuwe minister van binnenlandsche
zaken, de gouverneur van Wolhynie, is een
jonge man, die een jaar geleden de aandacht
op zich vestigde door publicatie van verschil-
lende artikelen, waarin hij niet meer en niet
minder voorstelde dan den Oekrajieners en
Wit-Russen volkomen territoriale autonomic
bij gelijktijdige federatie met Polen te verlee-
nen een oud denkbeeld van Pilsoedski,
waarvan deze echter sinds jaren niet meer
gesproken heeft. Wellicht beteekent daarom
zijn benoeming thans, dat men zjcb ten op-
zichte van Oekrajieners en Wit-Russen tege-
moetkomender wil betoonen. De in den laat
sten tijd gevolgde scherpe richting en de ge-
welddadige ontbinding van de Oekrajiensche
en Wit-Russische strijdorganisaties hebben
tot resultaat gehad, dat nu ook de gematig-
de fracties van die minderheden voor onaf-
hankelijkheid zijn gaan ijveren.
Persstemmen.
De pers van de linkerzijde verklaarde zich
bevredigd, dat uit het oude kabinet de vier
ministers zijn verdwenen, die beschouwd
moesten worden als de ergste vijanden van
het Poolsche parlement. Blijkbaar heeft de
minister-president een compromis willen
sluiten met de voorstanders van de „sterke
hand".
De rechtsche oppositiepers schrijft, dat het
nieuwe kabinet niettegenstaande de weinige
verandering, tegenover het parlement een
verzoeningsgezinde houding zal aannemen.
Een politiek van staatsgrepen behoeft men
thans in Polen niet meer te vreezen.
De regeeringsbladen zeggen, dat tengevol-
ge van de samenstelling van de regeering
elke nadere verklaring overbodig is gewor
den. Het systeem-Pilsoedski zal blijven heer-
schen.
Debat over de Internationale Bank
In de nachtzitting der Kamer heeft Cheron,
de minister van financien, de interpellaties
over de Internationale Bank beantwoord. Hij
herinnerde eraan dat de Bank, die een zui-
ver finacieel karakter draagt, een soort cob-
peratie van centrale emissiebanken is. Ver-
volgens merkte hij op dat de deskundigen
hun mandaat niet hebben overschreden. De
experts waren van oordeel dat de Bank een
commercieel karakter moest hebben.
De minister gaf een uiteenzetting van de
maatregelen, welke zijn genomen om te ver-
VOORDAM 7,
mijden dat de bank gevaarlijke afmetingen
zou aannemen, en besloot met te zeggen dat
de Fransche onderhandelaars overtuigd zijn
goed te hebben gewerkt voor de toenadering
der volken. Frankrijk, zoo zeide hij, zal al-
toos het recht hebben te verklaren dat het
tot vele concessies bereid was om de onaf-
hankelijkheid der bank te waarborgen en ten
bate van het vredeswerk, aan welks spits
het zich moedig plaatste.
Amendementen verworpen.
Na de uiteenzetting van Cheron verwierp
de Kamer met 316 tegen 217 stemmen de mo-
tie van Georges Bonnet, waarbij de regee
ring werd verzocht in Den Haag een wijzi-
ging van de statuten der Internationale
Bank te bewerkstelligen.
Havas meldt, dat de Kamer ten slotte met
316 tegen 271 stemmen de voorkeursbehan-
deling van de radicaal-socialistische resolu-
tie inzake de Internationale Bank verwierp,
en met hand opsteken een motie van vertrou-
wen in de regeering aannam.
Tardieu spreekt.
Tardieu wenschte Cheron geluk met zijn
voorzichtig beleid. Het is inderdaad noodig,
zeide hij, dat de onderhandelaars elke vrij-
heiebvan beweging kunnen behouden bij de
debatten, die in het buitenland zullen worden
gevoerd. De gouverneur van de Bank van
Frankrijk zal uit naam der regeering elk
oogenblik zijn veto kunnen uitspreken ten op-
zichte van maatregelen, die hem niet beha-
gen. Het verwonderde hem, dat men over een
contact met den Volkenbond wilde spreken,
terwijl juist de Volkenbond buiten de pijnlijke
kwestie der schadevergoeding werd gelaten.
Hij besloot met te zeggen„Wij zijn over
tuigd voorzorgsmaatregelen tegen event, ge-
varen te hebben genomen. Welnu, hierna
trek ik met vertrouwen naar de komende con-
ferenties op". (Applaus).
Een gevecht op zee.
Naar uit Newport (Rhode-eiland) gemeld
wordt, is in de wateren bij het eiland een
slag geleverd tusschen alcohol-smokkelsche-
pen en wachtschepen van de kust, waarbij
dooden en gewonden zijn gevallen. Het kust-
wachtschip nr. 290 had een smokkelschip
ontdekt, dat bezig was kisten alcohol op een
snelvarende motorboot te laden om aan land
te laten brengen.
Het wachtschip opende onmiddellijk een
hevig machinegeweervuur, waardoor drie
der opvarenden van het smokkelschip wer
den gedood en een vierde licht gewond.
Een ander wachtschip ontdekte Zondag
twee smokkelschepen. Een er van was van
Engelsche nationaliteit en had 4000 kisten
alcohol aan boord. Toen de smokkelaars zich
ontdekt zagen, staken zij het schip in brand
en verlieten het. Het andere smokkelschip
was van Amerikaansche nationaliteit en had
nog vijfhonderd kisten alcohol aan boord.
Ook aan de bemanning van dit schip gelukte
het te ontkomen.
De inbeslagneming, onderscheidenlijk ver-
nietiging van deze drie schepen, is het resul
taat van een groot'plan, het smokkelen van
alcohol op groote schaal tegen Nieuwjaar te
gen te gaan. Alle beschikbare kustwachtsche-
pen waren gemobiliseerd. De waarde van
den in beslag genomen alcohol wordt op zes-
honderdduizend dollar geschat.
De overwinning van de Wafd-partij bij dr.
parlementsverkiezingen fn Egypte is door de
Maandag bekend geworden resultaten van de
herstemmingen nog vergroot.
In eenige afgelegen districten is men nog
niet met het tellen der stemmen gereed geko
men, doch de definitieve samenstelling van
het nieuwe parlement staat thans zoo goed
als vast.
Het nieuwe parlement zal zijn samenge'
steld uit 196 leden der Wafd-partij, 26 on.
afhankelijken, 4 nationalisten en 3 afgevaar-
digden, die verwant zijn met de Wafd-partij.
In het Buffalo-siadionfe Pai*ija
Tijdens een Fransch-Italiaansche sportbi\
eenkomst in het Buffalo-Stadion werd het bin-
nenkomen van de Italiaansche ploeg door een
tweehoncerdtal communisten, die zich onder
het publrek hadden gemengd, met gefluit be-
groet. Het publiek protesteerde hevig en hield
een tegenbetooging.
De manffesten, die werden verwijderd,
trokken in verschillende groepen naar het
centrum der stad, onder het uitstooten van
vijandige kreten aan het adres der regeering
en het eischen van amnestie voor Marty.
De politie verspreidde de betoogers m deed
verscheidene arrestaties.
Een verklaring van Primo de
Rivera.
Een artikel van Primo de Rivera in de „A
B.C." heeft in Spaansche politieke kringen
groot opzien gebaard, daar daarin het einde
van de dictatuur in Spanje vrijwel openfijk
wordt aangekondigd.
Primo de Rivera verklaart, dat de dictatuur
in Spanje feitelijk afgeloopen is en dat het in
verband hiermede noodig is de tegenwoordige
regeering bij afschaffing van de dictatuur
door een overgangsregeering te vervangen.
Zoodra de koning zijn goedkeuring zal heb
ben gegeven, zal hij de noodige maatregelen
treffen om in het land weer normale toestan-
den te scheppen.
De scheuring in de
„Heimwehr"-beweging.
Naar de Weensche correspondent van het
„Berl. Tag." seint, neemt de beweging tot uit-
treden uit de „Heimwehr"-beweging toe. Lei-
dende figuren uit den Heimatbund hebben
dezen verlaten. Deze bond was opgericht door
kringen uit de kleine burgerij onder het
parool „strijd tege nde belastingpolitiek van
't Weensche Stadhuis". De leider van de uit-
getreden leden van den bond is van oordeel.
dat deze in een te radicale richting was ge-
raakt. De invloed van majoor Pabst (den
Duitschen officier, die achter de sehermen
de Oostenrijksche burgerwachtbeweging leidt)
op den „Heimatbund" was den laatsten tijd
steeds grooter geworden. Hij had zelfe zijn
bureau uit Innsbruck naar Weenen overge-
bracht en zich gevestigd in het gebouw van
den bond.
Uit Innsbruck wordt gemeld, dat de leidet
van de Tiroler Heimwehr generaal v. Neu-
hauser is afgetreden; naar het heet tenge-
volge van meeningsverschillen met majoor
Pabst
km
COURANT.
HSBnafe- £»-»SNa9i